NL8501002A - Chemische verbindingen. - Google Patents

Chemische verbindingen. Download PDF

Info

Publication number
NL8501002A
NL8501002A NL8501002A NL8501002A NL8501002A NL 8501002 A NL8501002 A NL 8501002A NL 8501002 A NL8501002 A NL 8501002A NL 8501002 A NL8501002 A NL 8501002A NL 8501002 A NL8501002 A NL 8501002A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
compound
amino
formula
alkyl
carboxylate
Prior art date
Application number
NL8501002A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192925B (nl
NL192925C (nl
Original Assignee
Bristol Myers Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bristol Myers Co filed Critical Bristol Myers Co
Publication of NL8501002A publication Critical patent/NL8501002A/nl
Publication of NL192925B publication Critical patent/NL192925B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192925C publication Critical patent/NL192925C/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07DHETEROCYCLIC COMPOUNDS
    • C07D501/00Heterocyclic compounds containing 5-thia-1-azabicyclo [4.2.0] octane ring systems, i.e. compounds containing a ring system of the formula:, e.g. cephalosporins; Such ring systems being further condensed, e.g. 2,3-condensed with an oxygen-, nitrogen- or sulfur-containing hetero ring
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07DHETEROCYCLIC COMPOUNDS
    • C07D285/00Heterocyclic compounds containing rings having nitrogen and sulfur atoms as the only ring hetero atoms, not provided for by groups C07D275/00 - C07D283/00
    • C07D285/01Five-membered rings
    • C07D285/02Thiadiazoles; Hydrogenated thiadiazoles
    • C07D285/04Thiadiazoles; Hydrogenated thiadiazoles not condensed with other rings
    • C07D285/081,2,4-Thiadiazoles; Hydrogenated 1,2,4-thiadiazoles
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61PSPECIFIC THERAPEUTIC ACTIVITY OF CHEMICAL COMPOUNDS OR MEDICINAL PREPARATIONS
    • A61P31/00Antiinfectives, i.e. antibiotics, antiseptics, chemotherapeutics
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61PSPECIFIC THERAPEUTIC ACTIVITY OF CHEMICAL COMPOUNDS OR MEDICINAL PREPARATIONS
    • A61P31/00Antiinfectives, i.e. antibiotics, antiseptics, chemotherapeutics
    • A61P31/04Antibacterial agents
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07CACYCLIC OR CARBOCYCLIC COMPOUNDS
    • C07C45/00Preparation of compounds having >C = O groups bound only to carbon or hydrogen atoms; Preparation of chelates of such compounds
    • C07C45/78Separation; Purification; Stabilisation; Use of additives
    • C07C45/79Separation; Purification; Stabilisation; Use of additives by solid-liquid treatment; by chemisorption

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Communicable Diseases (AREA)
  • Pharmacology & Pharmacy (AREA)
  • Oncology (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Cephalosporin Compounds (AREA)
  • Pharmaceuticals Containing Other Organic And Inorganic Compounds (AREA)
  • Nitrogen And Oxygen Or Sulfur-Condensed Heterocyclic Ring Systems (AREA)

Description

— Ί V0 7062
wT
Chemische verbindingen.
De uitvinding heeft betrekking op 7-(2-(5-amino-l,2,4- thiadiazol-3-yl^-2- (gesubstitueerde) iminoacetamido] -3-(3- (quateraairammo- nio)-1-propen-ll-yl] -3-cefem-4-carboxylaten met formule 1, 1 2 waarin R en R zoals hierin gedefinieerd zijn en de groep met formule 2 5 een quatemaire ammoniogroep zoals hierin gedefinieerd is, alsmede op zouten en esters daarvan,, De uitvinding heeft ook betrekking op werkwijzen voor het bereiden van de verbindingen met formule 1, op farmaceutische preparaten die tenminste een verbinding met formule 1 bevatten, en op tussenprodukten in hun bereiding.
10 A) Het Amerikaanse octrooischrift 4.390.534 van 28 juni 1983 (Tsutomu Teraji et al.) toont cefem- en cefamverbindingen met 1 2 formule 3, waarin R amino of beschermd amino is? R waterstof, acyl, desgewenst gesubstitueerd aryl, gesubstitueerd alkyl, alkenyl, alkynyl, desgewenst gesubstitueerd cycloalkyl, cycloalkenyl of een O- of S-be- 15 vattende heterocyclische 5-ring gesubstitueerd met een of meerdere oxo-3 4 groepen is; R waterstof of alkyl is; R waterstof, acyloxyalkyl, acyl-thioalkyl, desgewenst gesubstitueerd pyridinioalkyl, desgewenst gesubstitueerd heterocyclylthioalkyl, alkyl, halogeen, hydroxy of desgewenst ge- 5 substitueerd thiazolioalkyl is; en R carboxy of beschermd carboxy is; 5 4 20 met dien verstande dat R COO is wanneer R desgewenst gesubstitueerd - pyridinioalkyl of desgewenst gesubstitueerd thiazolioalkyl is; en de onderbroken lijn een enkele of dubbele binding aangeeft.
De op 6 augustus 1980 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 13.762 stemt hiermee overeen en heeft een gelijke inhoud. De Ameri-25 kaanse octrooischriftEn4.381.299 (26 april 1983), 4.331.665 (25 mei 1982) en 4.332.798 (1 juni 1982) zijn verleend op moederaanvragen van het Amerikaanse octrooischrift 4.390.534 en hebben een gelijke inhoud.
B) De op 13 oktober 1982 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 62.321 toont cefemverbindingen met formule 4, waarin R* amino of 2 30 beschermd amino is; R een desgewenst gesubstitueerde lage alifatische koolwaterstofgroep of cycloalkenyl is; en de groep met formule 5 een desgewenst gesubstitueerde heterocyclische kationgroep die meer dan een stik- 85 0 1 0.0 2 «r 2 f *' stofatoom bevat voorstelt; en farmaceutisch aanvaardbare zouten daarvan.
1 2
Ook worden tussenprodukten beschreven met formule 6, waarin R en R
4 zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, R een beschermde carboxylgroep is en X een zuurrest is.
5 C) De op 23 maart 1983 gepubliceerde Europese octrooi aanvrage 74.653 toont cefemverbindingen met formule 7, waarin R1 amino 2 of beschermd amino is? R een desgewenst gesubstitueerde lagere alifa-tische koolwaterstofgroep, cyclo(lage ) alkyl of cyclo(lage ) alkenyl voorstelt? R3 (lage)alkylamino, N-beschermde(lage)alkylamino, di(lage) alkyl-10 amino, sulfo(lage)alkylamino, hydroxy(lager)alkylamino, N-beschermde hydroxy (lage)alkylamino, acyloxy(lage)alkyl, (lage)alkoxy (lage) alkoxy (lage) alkyl, di (lage) alkylamino (lage) alkyl, dage) alkylthio (lage) alkyl, (lage)alkyIthio, (lage)alkoxy, dage)alkoxydage)alkoxy, hydroxy(lage)-alkoxy, acyl(lage)alkyl, hydroxy(lage)alkylthio, di(lage)alkylamino(lage)-15 alkylthio, een N-bevattende onverzadigde heterocyclische 5-ring, een N-bevattende onverzadigde heterocyclicthio 5-ring, of N-bevattende onverzadigde heterocyclicthiothio (lage)alkyl 5- of 6-ring die met een of meer- 4
dere geschikte substituenten kan zijn gesubstitueerd, voorstelt? en R
waterstof of (lage)alkyl is? of een zout daarvan.
20 D) Het Amerikaanse octrooischrift 4.332.800 van 1 juni 1983 (Tsutomu Teraji et al), beschrijft onder andere verbindingen met 1 2 formule 8, waarin R amino of beschermd amino is? R (lage)alkyl is en X waterstof of carbamoyl is.
E) De op 24 maart 1982 gepubliceerde Europese octrooi-25 aanvrage 47.977 toont cefemverbindingen met formule 9, waarin m gelijk is aan 0 of 1; Am desgewenst gesubstitueerde amino is; T een thiadiazolyl-groep voorstelt (die met de andere groepen verbonden is door twee van zijn koolstofatomen); R^ waterstof, desgewenst gesubstitueerd alkyl, cycloalkyl of desgewenst gesubstitueerd-carbamoyl is? en R^ desgewenst gesubstitueerd 30 thiazolio, desgewenst gesubstitueerd pyrazolio, tri(lage)alkylammonio of een pyridiniogroep met formule 10 voorstelt, waarin Ra staat voor gesubstitueerd (lage)alkyl [waarin de substituent gevormd wordt door cycloalkyl, fenyl, hydroxy, alkoxy, halogeen, cyano, carbamoyl, carboxyl of sulfo], (lage)alkenyl, of carboxy-gesubstitueerde (lage)alkenyl, (la-35 ge)alkylthio of carboxy-gesubstitueerde (lage)alkylthio, amino of mono-gesubstitueerde amino [waarin de substituent gevormd wordt door (lage)al- 8501002 t ..... --it * 3 . s kyl, (lage)alkanoy1 of aminobenzeensulfonyll, di(lage)alkylamino, gesubstitueerde carbamoyl [waarin de substituent gevormd wordt door (lage)-alkyl, hydroxy(lage)alkyl, (lage)alkoxy, hydroxy of cyano], di(lage)al-kylcarbamoyl, thiocarbamoyl, cycloalkyl, fenyl, hydroxy, (lage)alkoxy, 5 halogeen, (lage)alkoxycarbonyl, (lage)alkanoyloxy, (lage)alkanoyl, car-
Jj boxyl, sulfo, cyano, nitro of hydroxysulfo(lage)alkyl; R waterstof of
Q. Q
carbamoyl is, of dezelfde betekenis heeft als R ; en R waterstof is of a dezelfde betekenis heeft als R ; en zouten daarvan.
Hoewel formeel zonder relatie, heeft de XI maart 1981 10 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 25.017 een gelijke inhoud.
P) De op 24 juni 1981 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 30.630 toont 3-vinylcef em-verbindingen met formule 11, waarin R* staat voor een desgewenst beschermde amino-gesubstitueerde heterocyclische groep die ook halogeen kan bevatten, of een groep met formule 12, 3 2 15 waarin R (lage)alkyl is; R carboxy of beschermd carboxy is; en A staat voor lage alkyleen die een substituent kan bezitten gekozen uit amino, beschermd amino, hydroxy, oxo en een groep met de formule £3, waarin 4 R waterstof, cyclo(lage)alkenyl, (lage)alkynyl, (lage) alkenyl [desgewenst gesubstitueerd door carboxy of beschermd carboxy], (lage)alkyl [des-20 gewenst gesubstitueerd door een of meerdere carboxy, beschermde carboxy, amino, beschermde amino, cyano, fosfono, beschermde fosfono en een heterocyclische groep die zelf gesubstitueerd kan zijn] voorstelt; en zouten daarvan.
Deze aanvrage toont in het bijzonder verbindingen met 4 25 formule 14, waarin OR methoxy, carboxymethoxy, tert.butoxycarbonylme-thoxy of 1-tert.butoxycarbonylethoxy voorstelt.
G) De op 25 juni 1975 gepubliceerde Britse octrooi-publicatie 1.399.086 toont in het algemeen een groot aantal cefalospo-rinen met formule 15, waarin R waterstof of een organische groep voorstelt, 30 Ra een eher-vormende monovalente organische groep is welke met de zuurstof is verbonden via een koolstof atoom, B staat voor S of S —^ O, en P een organische groep is. In één uitvoeringsvorm kan P onder andere 3 4 een vinylgroep met formule 16 zijn, waarin R en R onafhankelijk van elkaar kunnen staan voor waterstof, nitrile, (lage)alkoxycarbonyl, of 35 gesubstitueerde of niet-gesubstitueerde alifatische, cycloalifatische, aralifatische of aromatische groepen. De 5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl- 8501002 1 'jf m 4 t groep wordt echter niet als mogelijke R-substituent vermeld en ook wordt niet beschreven of gesuggereerd dat P een quaternaire ammonio-ge-substitueerde propenylgroep kan zijn. Het Amerikaanse octrooischrift 3.971.778 en de daarvan afgesplitste Amerikaanse octrooischriften 5 4.024.133; 4.024.137; 4.064.346; 4.033.950; 4.079.178; 4.091.209; 4.092.477 en 4.093.803 hebben een gelijke inhoud.
H) De op 14 september 1983 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 88.385 toont verbindingen met formule 17, waarin R (niet- 2 gesubstitueerde)thiadiazolyl,is; R carboxy(lage)alkyl of beschermd car- 3 · 4
10 boxy(lage)alkyl is; R waterstof, halogeen of (lage)alkenyl is; en R
carboxy of beschermd carboxy is. Hoewel 1-propenyl genoemd wordt als een 3 van de mogelijke betekenissen van R , geeft de aanvrager alleen voorbeelden van verbindingen waarin R^ waterstof, chloro of vinyl is.
I) Het Amerikaanse octrooischrift 4.037.233 van 22 de-15 c.ember 1981 (Daniel Farge et al) toont onder andere 3-vinylcefalosporine- derivaten met formule 18, waarin R^ onder andere kan staan voor alkyl, vinyl, cyanomethyl of een beschermende groep zoals 2-methoxyprop-2-y1, 3 4 en R en R staan voor alkylgroepen (desgewenst gesubstitueerd door hydroxy, alkoxy, amino, alkylamino of dialkylamino) of fenylgroepen, of R^ en 4 20 R samen met het stikstofatoom waaraan ze gebonden zijn een verzadigde heterocyclische 5- of 6-ring kunnen vormen, die desgewenst een ander heteroatoom gekozen uit N, 0 en S bevat, en desgewenst door een alkyl-groep is gesubstitueerd. De verbindingen zijn bruikbaar als tussenproduk-ten in de bereiding van 3-thiovinyl-cefalosporine-derivaten. Er worden 25 geen verbindingen beschreven of gesuggereerd met een 5-amino-1,2,4-thiadia-zol-3-yl-groep in plaats van de 2-aminothiazo 1-4-yl-substituent of met een quatemair ammonia-gesubstitueerchpropenylgroep in plaats van de 3-substituent. De gepubliceerde Britse octrooiaanvrage 2.051.062 stemt daarmee overeen en heeft een gelijke inhoud.
30 J) .De op 9 juni 1982 gepubliceerde Europese octrooiaan vrage 53.537 toont onder andere 3-vinylcefalosporine-derivaten met for-Si b mule 19, waarin R j en R ^ gelijke of verschillende groepen voorstellen en staan voor waterstof of alkyl, of samen een alkyleengroep vormen die 2 of 3 koolstof atomen bevat, R een zuur-be schermende groep is, R^ een 35 zuur-beschermende groep zoals een ester is, en R^ gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstof, alkyl (desgewenst gesubstitueerd door 85 0 1 0 0 2 « t * 5 hydroxy, alkoxy, amino, alkylamino of dialkylamino) of fenylgroepen, of Rj en R^ samen met het stikstofatoom waaraan ze gebonden zijn, een verzadigde heterocyclische 5- of 6-ring kunnen vormen, welke desgewenst een ander heteroatoom bevat gekozen uit N, 0 en S, en desgewenst gesubsti-5 tueerd door een alkylgroep. De verbindingen zijn bruikbaar als tussen-produkten in de bereiding van 3-thiovinyl-cefalosporine-derivaten. Er worden geen verbindingen beschreven of gesuggereerd met een 5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl-groep in plaats van de 2-aminothiazol-4-yl-substituent of met een quatemair ammonio-gesubstitueerde propenylgroep in plaats van 10 de 3-substituent„ %
Het Amerikaanse octrooischrift 4.423.214 stemt daarmee overeen en heeft een gelijke inhoud.
K) De op 2 juni 1982 gepubliceerde Europese octrooiaanvrage 53.074 toont in het algemeen een groot aantal 3-vinylcefalosporine-15 derivaten met formule '20, waarin R°^ (in één van meerdere uitvoeringsvormen) een groep met formule 21 kan zijn, waarin onder andere kan staan voor waterstof, alkyl, vinyl, cyanomethyl, een oxime-beschermende a b groep zoals trityl, enz., of een groep met formule 22, waarin R ^ en R j gelijk of verschillend zijn en kunnen staan voor waterstof, alkyl of, te- c 20 zameix genomen * een alkyleengroep met 2 of 3 koolstof atomen, en R ^ staat o voor waterstof of een zuur-beschermende groep; R staat voor waterstof of een zuur-beschermende groep zoals methoxymethyl; R° (in één van meerdere uitvoeringsvormen) een methylgroep kan zijn, gesubstitueerd door een aromatische heterocyclische 5- of 6-ring welke één enkel heteroatoom 25 bevat, zoals 2- of 3-pyridyl, 2- of 3-pyridyl, 2- of 3-thiënyl of 2- of 3-furyl; en een groep met de formule R^SO^O- is, waarin R^ alkyl, trihalomethyl of desgewenst gesubstitueerd fenyl is.
Deze verbindingen worden aangeduid als tussenprodukten in de bereiding van verbindingen waarin de 3-substituent een groep met 30 formule 23 is, waarvan gezegd wordt dat ze antibacteriële werkzaamheid hebben.
Hoewel dit octrooischrift de mogelijkheid omvat dat R° een methylgroep is, gesubstitueerd door een N-bevattende heterocyclische ring, toont het voor zowel de tussenprodukten als de eindproduk-35 ten (waarbij een heterocyclisch gesubstitueerde propenylgroep wordt verkregen) alleen een binding van de heterocyclische ring via een van zijn 8501002 * ί 6 koolstof atomen. Er is derhalve geen sprake van dat een quaternair ammo-nio-gesubstitueerde propenylgroep wordt gesuggereerd. In de voorbeelden is R° in zowel de tussenprodükten als in de eindprodukten alleen methyl.
Verder moet de propenylgroep in zowel de tussenprodukten als in het eind- • 4 5 produkt een tweede substituent bevatten (respectievelijk -O^SR of -SR).
Ook worden geen verbindingen beschreven of gesuggereerd met een 5-amino- 1,2,4-thiadiazol-3-yl-groep in plaats van de 2-aminothiazol-4-yl- substituent.
L) De op 9 juni 1982 gepubliceerde Europese octrooiaan-10 vrage 53.538 toont- onder andere 3-vinylcefalosporine-tussenprodukten met formule 24, waarin n staat voor 0 of 1, R^ staat voor waterstof, alkyl, vinyl, cyanomethyl of een oxime-beschermende groep, en R^ halogeen is. Er worden geen verbindingen beschreven of gesuggereerd met een 5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl-groep in plaats van de 2-aminothiazo1-4-y1-15 substituent, en met een 3-halogeen-1 -propen-1 -y 1 -substituent op de 3-positie.
De onderhavige aanvrage heeft betrekking op nieuwe cefa-losporine-derivaten die sterke antibacteriële middelen zijn. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op verbindingen met formule 1, 20 waarin R waterstof of een conventionele amino-beschermende groep is, 2
R staat voor waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstofatomen, een cycloalkylgroep of cycloalkenylgroep met 3 tot 6 koolstofatomen, of een groep met één van de formules 25 - 28, waarin R
staat voor waterstof, (lage)alkyl of carbonyl, X staat voor halogeen, 4 5 25 hydroxy of (lage)alkoxy, en R en R elk onafhankelijk van elkaar staan 4 - 5 voor waterstof , methyl of .ethyl, of R en R samen met het koolstofatoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideen-ring met 3 tot 5 koolstofatomen kunnen vormen, en de groep met formule 2 een quaternaire ammonio-groep is, alsmede niet-toxische farmaceutisch aanvaardbare zouten en 30 fysiologisch hydrolyseerbare esters daarvan. Tot de uitvinding behoren ook de solvaten (met inbegrip van hydra ten) vein de verbindingen met formule 1, evenals de tautomere vormen van de verbindingen met formule 1, bijvoorbeeld de 2-iminothiazolin-4-yl-vorm van de 2-aminothiazol-4-yl-groep.
35 In een ander aspect heeft de uitvinding betrekking op .
een werkwijze voor het bereiden van -de verbindingen met formule 1 en op 8501002 ί * 7 bepaalde tussenprodukten in hun bereiding.
Zoals de structuurfdrmule laat zien, hebben de verbindingen met formule 1 de "syn" of "Z" configuratie met betrekking tot de alkoxyiminogroep. Omdat de verbindingen geometrischee isomeren zijn, 5 kan ook een geringe hoeveelheid van het "anti" isomeer aanwezig zijn.
De uitvinding omvat verbindingen met formule 1, die tenminste 90% van het "syn" isomeer bevatten. Bij voorkeur zijn de verbindingen met formule 1 "syn" isomeren die in essentie vrij zijn van de corresponderende "anti" isomeren.
10 Behalve dat met betrekking tot de alkoxyiminogroep geo metrische isomeren mogelijk zijn, vormen de verbindingen met formule 1 (en de tussenprodukten met de formules 68 en 69) ook geometrische (cis en trans) isomeren om de dubbele binding van de propenylgroep. Zowel de cis ("Z”) als trans ("E") isomeren van deze verbindingen worden speci-15 fiek door de uitvinding omvat.
De niet-toxische farmaceutisch aanvaardbare zouten van de verbindingen van formule 1 omvatten zouten met anorganische zuren zoals waterstofchloride, waterstofbromide, fosforzuur en zwavelzuur, en met organische carbonzuren of sulfonzuren zoals azijnzuur, trifluor-20 azijnzuur, citroenzuur, mierezuur, maleïnezuur, oxaalzuur, barnsteenzuur, benzoëzuur, wijnsteenzuur, fumaarzuur, mandelzuur, ascorbinezuur, appel-zuur, methaansulfonzuur, benzeensulfonzuur, p-tolueensulfonzuur en andere bekende en op het gebied van penicillinen en cefalosporinen gebruikte zuren. De bereiding van deze zuuradditiezouten wordt volgens conventio-25 nele technieken uitgevoerd.
Voorbeelden van fysiologisch hydrolyseerbare esters van de verbindingen met formule 1 omvatten indanyl, ftalidyl, methoxymethyl, acetoxymethyl, pivaloyloxymethyl, glycyloxymethyl, fenylglycyloxymethyl, 5-methyX-2-oxo-l,3-dioxolen-4-ylmethyl en andere fysiologisch hydroly-30 seerbare esters die bekend en op het gebied van penicillinen en cefalosporinen gebruikt zijn. Dergelijke esters worden volgens op zichzelf bekende conventionele technieken bereid.
De verbindingen met formule 1 waarin R* waterstof is, vertonen een hoge antibacteriële werkzaamheid tegen verscheidene gram-35 positieve en gram-negatieve bacteriën, en zijn bruikbaar in de behandeling van bacteriële infecties bij dieren, met inbegrip ven de mens. De « 8501002 ί 8 verbindingen met formule 1 kunnen op conventionele wijze voor parenteraal gebruik worden samengesteld door gebruik te maken van bekende farmaceutische dragers en excipiëntia, en kunnen in de vorm van een doserings-eenheid of in houders met meerdere doseringen worden gepresenteerd. De 5 samenstellingen kunnen de vorm hebben van oplossingen, suspensies of emulsies in olie-achtige of waterige dragers, en kunnen conventionele dispergeermiddelen, suspendeermiddelen of stabilisatiemiddelen bevatten. De· samenstellingen kunnen ook de vorm. hebben van een droog poeder om voor gebruik te worden gereconstitueerd, bijvoorbeeld met steriel, pyro-10 geenvrij water. De verbindingen met formule 1 kunnen ook als zetpillen worden samengesteld door gebruik te maken van conventionele zetpilbases zoals, cacaoboter of andere glyceriden. De verbindingen volgens de uitvinding kunnen desgewenst in combinatie met andere antibiotica zoals penicillines of andere cefalosporines wor den toegediend.
15 Wanneer de samenstellingen in de vorm van doserings- eenheden worden geleverd, zullen ze bij voorkeur ongeveer 50 tot ongeveer 1500 mg van de actieve ingrediënt met formule 1 bevatten. De dosering van de verbindingen met formule 1 hangt af van factoren zoals het gewicht en de leeftijd van de patiënt alsmede van de bepaalde aard en 20 ernst van de ziekte, en zal door de arts moeten worden bepaald. Gewoonlijk zal echter de dosering voor de behandeling van volwassen mensen in het gebied van ongeveer 500 tot ongeveer 5000 mg per dag liggen, afhankelijk van de toedieningsfrequentie en -route. Bij intramusculaire of intraveneuze toediening aan een volwassen mens, zal gewoonlijk een to-25 tale dosering van ongeveer 750 tot ongeveer 3000 mg per dag in verdeelde doses voldoende zijn, hoewel hogere dagelijkse doses van enkele van de verbindingen gewenst kunnen zijn in het geval van Pseudomonas infecties.
De quaternaire ammonio-groep met formule 2 kan acyclisch, 30 cyclisch of een combinatie van de twee zijn, en kan ëén of meerdere hete-roatomen bevatten·, gekozen uit stikstof, zwavel en zuurstof.
Een voorbeeld van een acyclische quaternaire ammonia- 6 7 8 groep is een groep met de formule 29, waarin R , R en R gelijk of verschillend kunnen zijn en bijvoorbeeld kunnen staan voor (lage)alkyl of 35 gesubstitueerde (lage)alkyl waarin de substituenten bijvoorbeeld gevormd kunnen worden door halogeen, amino met dien verstande dat de aminogroep 8501002 9 f » +·* 2ich niet op een α-koolstofatoom bevindt, hydroxy met dien verstande dat de hydroxygroep zich niet op een α-koolstofatoom bevindt, (lage)al-koxy met dien verstande dat de alkoxygroep zich niet op een a-koolstof-atoom bevindt, (lage)alkylthio, (lage)alkylamino, di(lage)alkylamino, 5 carbamoyl, (lage)alkenyl, fenyl(lage)alkyl, fenyl of gesubstitueerd fe-nyl (waarin de substituenten bijvoorbeeld gevormd kunnen worden door halogeen, hydroxy, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alkylamino, acylamlno, (lage)alkyl, (lage)alkylthio, (lage)alkoxy en dergelijke.
c
Voorbeelden van cyclische quaternaire ammoniogroepen 10 zijn volledig onverzadigde monocyclische heterocyclische ringsystemen en bicyclische heterocyclische ringsystemen, waarin tenminste één N- bevattende ring volledig onverzadigd is. Geschikte cyclische quaternaire ammonioring-systemen omvatten bijvoorbeeld die met de formules 30 t/m 9 10 43, en dergelijke, waarin R en R gelijk of verschillend zijn en bij-15 voorbeeld kunnen staan voor waterstof, halogeen, amino, (lage)alkyl, (lage)alkenyl, (lage)alkylthio, carboxy, hydroxy, (lage)alkoxy, (lagej-alkoigr(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, hydroxy(lage)alkyl, amino(lage)-alkyl, (lage) alkylamino (lage) alkyl, di (lage) alkylamino (lage) alkyl, (lage) alkylamino, di (lage) alkylamino, carboxy (lage) alkyl, carboxy (lage) alkyl-20 amino, carboxy(lage)alkylthio, carbamoyl, N-(Lage)alkyIcarbamoyl, formylamino, acylamino, acyloxy, fenyl, pyridyl, amidino, guanidino en dergelijke. Wanneer de structuur van de heterocyclische ring dat toelaat, 9 10 kunnen R en R samen een alkyleengroep vormen die 3 tot 5 koolstofato-men bevat, bijvoorbeeld propyleen.
25 Voorbeelden van gecombineerde acyclische/cyclische qua- temaire ammoniogroepen omvatten bijvoorbeeld die met d e formules 44 11 t/m 55, en dergelijke, waarin R bijvoorbeeld kan staan voor (lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, hydroxy (lage)alkyl met dien verstande dat de hydroxy zich niet op een α-koolstofatoom bevaindt, carboxy(lage)-30 alkyl, amino (lage) alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet op een α-koolstofatoom bevindt, (lage)alkenyl, halogeen(lage)alkyl, allyl 12 en dergelijke, en R bijvoorbeeld kan staan voor waterstof, hydroxy, halogeen, (lage)alkyl, hydroxy(lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, halogeen (lage) alkyl, amino(lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkylthio, (la-35 ge)alkenyl, amino, (lage) alkylamino, di (lage) alkylamino, acylamino, acyloxy, carbamoyl, amidino(lage)alkyl, fenyl, pyridyl, amidino, guanidino 8501002 * l' v 10 en dergelijke.
Geprefereerde quaternaire ammoniogroepen zijn die met formules 56 t/m 61, waarin R^, en R gelijk of verschillend zijn en staan voor (lage) alkyl, (lage)alkenyl, amino (lage) alkyl met dien 5 verstande dat de amino zich niet op een α-koolstofatoom bevindt, of hydroxy (lage) alkyl met dien verstande dat de hydroxygroep zich niet op 16 een α-koolstofatoom bevindt; R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkylthio, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alky lamino, formylamino, (lage)alkanoylamino, carboxy, hydroxy, carboxy(la-10 ge)alkyl, carboxy(lage)alkylthio, hydroxy(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, amino(lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, carbamoyl of N-(lage)alkyl-16 carbamoyl, of R een tweewaardige alkyleengroep met 3 tot 5 koolstof- 17 atomen kan voorstellen; R staat voor (lage)alkyl, (lage)alkoxy)lage alkyl, halogeen(lage)alkyl, allyl, hydroxy(lage)alkyl met dien verstande 15 dat de hydroxygroep zich niet op het α-koolstofatoom bevindt; amino (lage) - alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet op het a-koolstof- 18 atoom bevindt, of fenyKlage)alkyl; R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkoxy(lage)alkyl, (lage)alkylthio, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alkylamino, carboxy, hydroxy, carboxy(lage)al-20 kyl, hydroxy(lage)alkyl, amino(lage)alkyl, formylamino, (lage)alkanoy1-amino, carbamoyl of N-(lage)alkylcarbamoyl; n een .geheel getal van 1-3 is; Z staat voor CH- of, wanneer n gelijk is aan 2, Z ook kan staan voor 19 ^ 19 20 21
S, 0, of N-R , waarin R waterstof of (lage)alkyl is; en 1 en R
gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstof, (lage! alkyl, 25 (lage)alkoxy, (lage)alkyIthio, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alkyl-amino, carboxy, hydroxy, hydroxy(lage)alkyl, amino(lage)alkyl, (lage)alkoxy (lage) alkyl, carboxy(lage)alkyl, carboxy(lage)alkylamino, (lage)al-kanoylamino, carboxy(lage)alkanoylamino, carbamoyl of N-(lage)alky1-carbamoyl.
30 Bijzonder geprefereerde quaternaire ammoniogroepen zijn N-(lage) alkyIpyrrolidinio (en in het bijzonder N-methylpyrrolidinio), tri (lage) alkylammonio (en in het bijzonder trimethylammonio), pyridinio, aminopyridinio, formylaminopyridinio, carbamoylpyridinio, amino(lage)-alkyIpyridinio, carboxypyridinio, hydroxy(lage)alkylpyridinio, N-(lage)-35 alkylcarbamoylpyridinio, (lage) alkyleenpyridinio, 2-methylthiazolio en 2-amino-5-thiazolo-[4,5-cjpyridinio.
8501002 t * 11 *
In de verbindingen met formule 1 zijn bijzonder gepre-2 fereerde betekenissen van R (lage)alkyl (en in het bijzonder methyl), cycloalkyl met 3 tot 5 koolstof atomen, 1 -carboxycyc loalk-1 -y 1 met 3 tot 5 koolstofatomen, allyl, propargyl en carboxy(lage)alkyl (en in het bij-5 zonder 2-carboxyprop-2-yl)- De meest geprefereerde verbindingen volgens de uitvinding zijn 1) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido 1 -3-(3- ' (trimethylammonio) -1-propen-l-yl] -3-cef em.-4-carboxy laat, 2) 7- [2- (5-amino-t ,2;4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] —3— [3— 10 (1-methylpyrrolidinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 3) 7-[2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-(3-pyridinio-1 -propen-1-yl]-3-cef em-4-carboxylaat, 4) 7- [2- (5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] —3—£3— . (3-aminopyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, IS 5) 7-(2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-[3-(3-formy laminopyridinio) -1 -propen-1 -yl ] -3-cefem-4-carboxylaat, 6) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-(3-aminomethyIpyridinio)-1-propen-1-yl]-3-cef em-4-carboxylaat, 7) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3- 20 (3-carbamoylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, 8) 7- (2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-(3-(4-carbamoyIpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cef em-4-carboxy laat, • 9) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—Γ3— (2-methylthiazolio)-1-propen-l-yl]-3-cef em-4-carboxylaat, 25 IQ) 7-(2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] —3—(3— (2-amino-5-thiazolo[4,5-c] pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-car-boxylaat, 1-1) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-(4-hydroxymethyIpyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cef em-4-carboxy laat, 30 12) 7-(2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—[3— (3-hydroxymethylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3 -cefem-4 -carboxylaat, 13) 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetêunido]-3-[3-(4-[N-methylcarbamoyl]pyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cef em-4-carboxylaat, 35 14) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—[3— (2,3-propyleenpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 8501002 1 * 12 15) 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-ethoxyiminoacetamido]-3-[3-(4-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 16) 7-[2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-cyclopentyloxyimino-acetami-do] -3- [3- (4-carbamoylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, 5 17) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-allyloxyimino-acetamido] -3- [3-(4-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 18) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-propargyloxyimino-acetamido]- 3- [3- (4-carbamoylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, \ 19) 7- [2-(5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] —3— [3— 10 (4-carboxypyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 20) 7- [2- (5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-ethoxyiminoacetamido] —3—[3— (4-carboxypyridinio)-2-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 21) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3“Carboxymethylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat en 15 22) 7-.[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—[3— (4-earboxymethylthiopyridinio) -1 -propen-1 -yll -3-cef em-4-carboxylaat.
Het in deze beschrijving voor de verschillende reactan-ten, tussenprodukten en eindprodukten gébruikte nummeringssysteem is als volgt; 20 [Arabisch cijfer] - Arabisch cijfer ~~ Letter (indien van toepassing) (indien van toepassing) .
Het eerste arabische cijfer verwijst naar de formules op het formuleblad. Wanneer de algemene klasse (het genus) van de verbindingen wordt bedoeld, volgen geen tweede arabisch cijfer en letter.
25 Het tweede arabische cijfer duidt op de bepaalde bete- 2 2 kenis van de substituent R . Wanneer de bepaalde R groep een carboxyl-groep bevat die beschermd is door een conventionele carboxyl-beschermende groep, wordt achter het tweede arabische cijfer een accent gebruikt t om dit feit aan te duiden. Wanneer de carboxylgroep beschermd is, wordt 2 30 geen accent gebruikt. Een accent wordt ook gebruikt bij de algemene R - 2r substituent (d.w.z. R ) wanneer in het algemeen wordt verwezen naar 2 een R -groep die een beschermende carboxylgroep bevat.
De aan het einde gegeven letter duidt op de bepaalde betekenis van de quatemaire ammoniogroep met formule 2.
35 De betekenis van het tweede arabische cijfer en de let- 8501002 f t /* * 9 13 2 ters voor enkele van de geprefereerde R -groepen en quateraaire ammonio-groepen wordt ter verduidelijking onderstaand gegeven.
2
Tweede arabisch cijfer > _R_ 1 =* methyl 5 2 * ethyl 3 = allyl 4 = propargyl 5 s cyclopentyl
Letter Groep met formule 2 10 A * 1-methylpyrrolidinio B = pyridinio C = 2-amino-5-thiazolo[4,5-c]pyridinio ♦ * D = triaethylammonio E = 3-aminopyridlnlo 15 F = 3-formylaminopyridinio G * 3-carbamoylpyridinio H ' = 4-carbamoylpyridino I = 3-aminomethylpyridinio J » 2-methylthiazolio 20 K * 3-hydroxymethylpyridinio L = 4-hydroxymethylpyridinio M * 4-(N-methylcarbamoyl) pyridinio N * 4-carboxypyridinio O = 2,3-propyleenpyridinio 25 F = 3-carboxymethylpyridinio Q = . 4-carboxymethylthiopyridinio
In de primaire evaluatie van de verbindingen volgens de uitvinding werden de minimum inhibitore concentraties (MIC-waarden) van de verbindingen bepaald door de tweevoudige seriegewijze agar-3Q verdunningsmethode in Mueller-Hinton agar tegen 32 stansnen van test- organismen in zes groepen. In tabel A worden de geometrische gemiddelden van de in deze tests bepaalde MIC-waarden getoond.
* 8501002 ί jr 14 11 I' I' '» ..... 1 . 1,1 Μ Μ Μ —* Γ-> I «ή* -»>> νο to οο «* co (Ν *3* σν <-* νο inνο m r-· ^*9 *·*···*···'♦······ I riHnrtNHHHHO. Π ΗΐΊΝΝιη ο Λ Η Μ Γ="> m S μ (*) Ρ» Η ΙΛ α> νο νο ο ο* Ο- Ο ΟΙ Ifl θ' ιΠ Γ* ο gi I Λ ρ* rt Η Π Ο ^ «“4 Ο '«Η >Η Ο Ή Ν Η Η (*) Q t/) Ο Ο ft ft « © ©·©♦·♦· 1 · · · g ! W ' ©ο © © © © ο ο ο ο ο ο ο ο ο ο ο w g _q φ to ' β λ (*> η· η· νο -»· οο νο ö μ m^vfi-fne-hN'infi^eh^oeoie <β ι r=s ο ο r-t ο f4 ο © ο ο ©c* ο ο ο *» ο ^ ©. oo eeee··*®®··*·® « I «— © © © © © ©© ο α ο ο ο ο ο ο ο o
2 S
< φ T3 2 Its <”! -1» -a* *4 3 . m 3% ve f» αν σι ον n in σν os ον n § I *>» m- ot' ->> ut o o- in O' o o- «-I ο oi ei' ο»- r>« ih
M ö> —>» m OOO'OOr-tOOOOOr-tOOOOO
_ I <e^ ©ft © β ft Ο * © * ft ♦ ft ® ft * · ® · . -g o © © © © © © ο ο a ο ο ο ο © ο ο © •as «s'”0 « r. T1 ' I· IIII· r 'I'W'IW 11-H.uttJ »i ————— . -
e4 M
M J3 g w o- m ο 0 0 noomo tn © <h o 1 j -¾ r*. pr» <q* ce rsi <*> m »*> *3» γί ^ <0 m 00 vo t*'* vo -. . β©« β © © o ft e * * ft · © · * e (j. +> w © © © © O—4 O © O O O <-4 © O © O rl C3 *·©············»*^Μ^ΜΗΜΜΜΜΙΜΜ^ΗΙΗΙ <β m v©f»v©ino<-iooinooOr~invovn • j « ·ρ|;ρίΝ(ΠΜΐΟ(η<ΊΗΝΝΌΗ(ηΐΗηΝ ^ © © o e ofte © e © · · ft β β e· · + — ©. ©OO O OOOOOOOO O OOr-t o i —· .....—— <13 ® O' r-j ' 0 3-43-3 IS It >S M M #
Ο 0<Λ fl Λ NNU tl UMMUtilHUUlilUCilHM
\ N, N N \ N
» £4 £4 £4 £4 £4 αΜηαΜΒ^ΜαΒΜΗΜΗΕΜΒΒΜΒΗΚΒηΜΒΚΗηΐίΗΜΜΙΒΜΜΒ^ΜΜΜΗΜΜΒΜΜΜΗηΜΜΗΜΙΜΜΗΜΜΜΜΜΜΜΜ ft « * 9
St < < m ο a 0 0 ta on 0 w m *1 «-ϊ s a
s Η γ*{ Η h rH Η Η Η Η Η ·Ή Η Ή Η H
I t t fi I 8 I I I 1 S I I I ! I fi i—4 i—f τ-4 t—! W iH i—> i-4 v—5 4-* 1-4 tH r-4 r-4 t—J ft-4 8501002 15 / * Η»
H
Hi
IP'- TJT c^> (K « (N
Λ ^ «. » t * · C3 r-J .-J i-t <“* _______ ,t_,, α H* & *+ ΗιηΛΛΝΟ ^(1
\ *"* rtrtrteiftteH in N
0t «“* «Λ Q t'^oooooocioo 3 CD _ Λ u % S A n r- r* -f o
> § 1 *T OO^h+^iH^OO
M ^ *** *·«-«*·»·* -¾ ,L ^ ooooeoooo
S ω CD
Φ <4 Ό λ rQ «S ΙΛ t4 h 3\ Tf lO Γ*> Ό O 0\
-, § * '“T C^^-i^^invOOr-iO
w a> ΛΙΛ ooooooc^oo ™ I ·**«**··β ,£ CD οοοθοοοοο ca ο
U jQ
^ «M «Λ O O «3 O Oi s S 'T' «n^r-tr-i-^^r-'T 'Oe* o Λ «ο«»·»ββ· ,¾ it ^ oo<Htnooor-to
CD CD
<8 w r* α η io <d 'I Λ ^ Ift ffev»oe««c + ^ C3 0 r=t,-SQ000 0 ββββ^^^^^ββ BH··^" α) φ c?
I -H d) H C ·* -U T3 (B -W tw ttf Λ *0 fi U-ηΰ C
o'· σι Λ % A W C» « 6»- » Μ· Μ- Μ Μ » •S οκζζ»®·®®*^ V Γ-ίΜΝΝη’ίΙΛ,-ΙΗ > firtttfft 8501002
t jT
16 (G+)-Ia : Penicilline-gevoelige S.aureus (5 stammen) (G+)-Ib ï Penicilline-restistente S_. aureus (5 stammen) (G-)-Ia r Cefalothine-gevoelige E. coli (2 stammen), KI.pneumoniae (1 stam) en Pr. mirabilis (2 stammen) 5 (G-)-Ib : Cefalothine-resistente E. coli (3 stammen) en KI. pneumoniae (2 stammen) (G-)-II : M. morganii (1 stam), Ent, cloacae (2 stammen) en Ser.
marcescens (2 stammen) (G-)-nr ; Ps. aeruginosa (7 stammen) 10 Onderstaande tabel B toont de beschermende dosis(PD^q) ' in muizen voor een aantal verbindingen met formule 1 tegen geselecteerde microörganismen. Tabel C geeft de bloedspiegels van verschillende verbindingen met formule l na intramusculaire toediening van de testverbin-dingen aan muizen in een dosering van 20 mg/kg.
TABEL B
15 * --— PDS0 (mg/kg) S, aureus E. coli P. aeruginosa
20 Vegbinding Smith · Juhl A9843A
1-1S 0.44 0.028 7.7
1-1B 0.65 0.072 NT
1-1C 0.22 0.013 ' NT
1-1(2 0.95 0.021 5.92 25 1-1H 0.39 0.015 3.9
1-1J 0.35 0.029 NT
’l-lK 0.53 NT NT
1-1» 0.96 NT NT
1-1K 2.0 ' NT NT
1-10 0.26 0.17 NT
1-2M 5.0 NT NT
NT = niet getest 35 8501002 f * 17 T a B E L c
Verbinding CB *1/2 MC
_ (mcg/ml) (min) (meg uur/ml 1-1B 17 21 11 1-1C 21 32 18 5 1-ID 20 19 11 1-1H 23 16 14 1-1 j 19 16 9,7 * 1-1K 24 14 14 1-1M 20 23 14 10 1-1N 24 19 18 1-10 28 32 17 1-2N 22 20 12
1-3H 19 47 2S
1-4H 27 22 16 15 1-SH 22 32 18
In een ander aspect heeft de uitvinding betrekking op werkwijzen voor het bereiden van de verbindingen met formule 1. De geprefereerde procedures worden getoond in de reactieschema's la, lb en lc, terwijl een alternatieve procedure getoond wordt in reactieschema 2. De 20 afkorting "Ph" duidt op een fenylgroep. De -CH(Ph) ^-groep is derhalve de benzhydrylgroep, die een geprefereerde carboxyl-beschermende groep is.
2
Wanneer R een carboxylgroep bevat, is het gewenst dat de carboxylgroep wordt beschermd met een conventionele carboxyl-beschermende groep zoals de tert.butylgroep. Y staat voor chloro, bromo of jodo.
25 Reactieschema la toont twee alternatieve methoden om van verbinding 69 te komen tot verbinding 72. De directe route, waarbij een tertiair amine met formule 71 wordt gebruikt, is bruikbaar voor de bereiding van alle verbindingen met formule 1. De indirexte route via de verbinding met formule 70, maakt gebruik van een secundair amine als reac-30 tant, en wordt in de volgende stap gequatemiseerd. Het secundaire amine RR'NH kan acyclisch zijn (bijvoorbeeld dimethyl amine) of cyclisch zijn (bijvoorbeeld pyrrolidine), en deze indirecte procedure ‘is derhalve geschikt voor de bereiding van verbindingén met formule 1 waarin de quater-naire ammoniogroep acyclisch of "gemengd" acyclisch/cyclisch is. Deze 35 indirecte route is niet geschikt voor de bereiding van verbindingen met formule 1, waarin de quatemaire stikstof zich bevindt in een volledig 8501002
ΐ X
18 onverzadigde heterocyclische ring (bijvoorbeeld pyridinio, thiazolio, 2-amino-5-thiazolo(4,5-c]pyridinoo, en dergelijke).
Reactieschema lb is een variatie van. reactieschema la waarbij de 7-aminogroep van het uitgangsmateriaal met formule 62 be-5 schermd is in de vorm van een Schiff-base tijdens de meeste reactiestap-pen, en waarbij het gewenste zuur op de 7-zijketen later in de synthese wordt toegevoegd. Voor het overige is de algemene procedure gelijk.
Reactieschema lc is een verdere variatie van reactieschema lb. In de reactieschema's la en lb is quaternisering van de 10 3-zijketen de laatste stap, maar in reactieschema lc is. de laatste stap acylering van de 7-amino-groep. Het verband tussen de reactieschema's la, lb en lc wordt getoond in het op het formuleblad weergegeven stroomschema.
In reactieschemaTs la, lb en lc werd de benzhydryl-15 groep getoond als de geprefereerde carboxyl-beschermende groep. De deskundigen zullen echter begrijpen dat andere carboxyl-beschermende groepen, die op zichzelf welbekend zijn, gebruikt kunnen worden. Het acylerende zuur met formule 63 kan worden gebruikt in de vorm van een derivaat daarvan, zoals het zuurhalogenide, de geactiveerde ester, het gemengde 20 zuuranhydride, enz., die alle op zichzelf welbekend zijn. Bij voorkeur wordt het gebruikt in de vorm van het zuurchloride. De aminogroep van het acy lerende zuur met formule 63 kan ook beschermd zijn‘door één van de gebruikelijke amino-beschermende groepen, bijvoorbeeld N-trityl, N-for-myl en dergelijke. De base die gebruikt wordt om het fosfoniumjodide (for-25 mules 66 of 75) om te zetten teneinde het fosforylide (fbrmules 67 of 76) te verkrijgen, kan NaOH, Na2Cü3, IRA-41Q (QH~) hars, IRA(C032“) hars, en dergelijke zijn, of een mengsel daarvan. Het chloroacetaldehyde, dat gebruikt wordt om het fosforylide met formule 67 om te zetten in de 3-chloropropenyl-3-cefem-verbinding met formule 68 (of verbinding 76 om te 30 zetten in verbinding 77) kan de in de handel verkrijgbare 40-50%'s waterige oplossing zijn, een gedestilleerde oplossing zijn (bijvoorbeeld 70%) of het watervrije aldehyde zijn.
Gevonden is dat de uit de verbinding met formule 67 (schema la) bereide verbinding met formule 68 typerend een Z s E-35 verhouding van ongeveer 2 : 1 had bij de propenyl dubbele binding. Anderzijds bestond de uit verbinding 78 (schema lb) bereide verbinding met formule 68 typerend nagenoeg uitsluitend uit het 2-isomeer. Het verschil 8501002 f * 19 hoeft niet aan de gebruikte route te liggen, maar kan veroorzaakt zijn door de in de Wittig-reactie gebruikte condities (67 in 68 of 76 in 77).
Ook is gevonden dat het gebruik van een geschikt silyl-reagens zoals N,0-bis(trimethylsilyl)acetamide in de Wittig-reactie (67 in 68 in schema la 5 en 76 in 77 in schema lb) een verbetering van de opbrengsten en zuiverheid van de verbindingen met de formules 68 en 77 veroorzaakte. Oe reactie wordt bij voorkeur uitgevoerd met 2-5 equivalenten van het silylreagens. Wanneer het chloropropenyl-cefem met formule 68 in reactie werd gebracht met Nal in aceton onder vorming van het jodopropenyl-cefem met formule 10 69, bleek de dubbele binding in de propenylgroep van Z naar E te isome- riseren tijdens de jodering. In geval van een korte reactieperiode bleef de configuratie van de uitgangsverbinding met formule 68 in grote mate behouden, terwijl in het geval van een lange reactieperiode primair het » E-isomeer van de verbinding met formule 69 werd verkregen. Een buitenspori-15 ge reactieduur bij hoge temperatuur geeft echter een verbinding met formule 69 van lagere zuiverheid. Gevonden is dat ongeveer 10 minuten bij 25 °C en 2 uur bij 5°C een zuivere verbinding met formule 69 in goede opbrengst geeft. Bij gebruik van reactieschema lc is gevonden dat bij jodering van .
% de verbinding met formule 74 met Nal, een zuiverder verbinding werd ver-20 kregen indien de aceton-oplossing met CCl^ wordt verdund wanneer de jodering in essentie voltooid is, en het isomerisatiegedeelte van de reactie wordt uitgevoerd in het aceton-CCl^-mengsel. Wanneer jodering van het chloropropenyl-cefem met formule 77 tot het jodopropenyl-cefem met formule 79 uitgevoerd werd met KI in DMF, verliep de isomerisatie van de 25 dubbele binding van Z naar E even snel als de jodering. Oe hele reactie was binnen 45 minuten bij kamertemperatuur voltooid onder vorming van een zuivere verbinding met formule 79 zonder verdunning met CCl^ in de loop van de reactie.
De verbinding met formule 72 werd gewoonlijk gedeblok-30 keerd zonder zuivering, en het eindprodukt met formule 1 werd gezuiverd door omgekeerde fase-kolomchromatografie gebruikmakend van een glazen kolom met daarin de pakking, verwijderd uit een Waters' Associates PrePAK-500/Cj g-patroon.
Reactieschema 2 is gelijk aan reactieschema la, behalve 35 dat de verbinding met formule 83 (equivalent met verbinding 69 van reactieschema la) voorafgaande aan quatemisering wordt omgezet in het S-oxyde.
8501002 T r 20
De verbinding met formule 85 wordt vervolgens gereduceerd, en de rest van reactieschema. 2 is als reactieschema la. In reactieschema 2 heeft het de voorkeur dat de aminogroep van de 7-zijketen beschermd wordt met een bekende amino-beschermende groep zoals de tritylgroep.
* 5 De acylerende zuren met formule 63 zijn hetzij bekende verbindingen, hetzij gemakkelijk volgens gepubliceerde procedures te bereiden. De op 12 oktober 1983 gepubliceerde Europese, octrooipublicatie 7.47Q (de aanvrage was op 6 februari 1980 gepubliceerd) geeft de voor— 2 beelden voor de bereiding van verbindingen met formule 63, waarin R 10 staat voor methyl, ethyl, propyl en isopropyl. Het eerder genoemde
Amerikaanse octrooischrift 4.390.534 geeft voorbeelden van de bereiding 2 van een grote verscheidenheid van verbindingen met formule 63, waarin R bijvoorbeeld staat voor cyciopentyl, 2-cyclopenten -1-yl, allyl, 2-pro-penyl, 1-tert .butyloxycarbonyl-1 -methylethy 1, 1-tert .butyloxycarbonyl-l-15 cyciopentyl, 1-ethoxycarbonyl-l-methylethyl, tert.butyloxycarbonylmethyl, l-tert.butyloxycarbonyl-2-methylpropyl, trityl en dergelijke.
De verbinding met formule 62 (7-amino-3-chloromethy1-3-cefem-4-earboxylaat), die in reactieschema's la, lb en lc als uitgangsmateriaal wordt gebruikt, is een bekende verbinding.
20 De tertiaire amines met de formule 71 (en de secundaire aines RR'NH) die gebruikt worden voor het bereiden van de quatemaire ammonio-verbindingen volgens de uitvinding, zijn hetzij bekende verbindingen, hetzij gemakkelijk door deskundigen te bereiden. Veel van de amines zijn in de handel verkrijgbaar.
25 De onderhavige uitvinding verschaft ook een werkwijze voor- het bereiden van verbindingen met formule 1, waarin R* waterstof of 2 een conventionele amino-beschermende groep is, R waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cyclo- alkenylring met 3 tot 6 koolstofatomen, of een van de groepen met de for- 3 30 mules 25 - 28 is, waarin R waterstof, (lage)alkyl of carboxyl voorstelt, 4 5 X halogeen, hydroxy of (lage)alkoxy voorstelt, en R en R elk onafhanke- 4 5 lijk van elkaar waterstof, methyl of ethyl zijn of R en R samen met het koolstofatoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideen-ring met 3 tot 5 koolstofatomen kunnen vormen, en de groep met formule 2 een quaternai-35 re ammoniogroep is, alsmede niet-toxische farmaceutische aanvaardbare zouten en fysiologisch hydrolyseerbare esters daarvan, omvattende een i » 8501002 2* t « 21 reactie van een verbinding· met de formule 87 waarin R gelijk is aan « 2 R of een groep is met een van de formules 88 of 89, waarin X, 4 5 1 R en R zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, B een conventionele car- 2 boxyl-beschermende groep is, B waterstof of een conventionele amino- 5 beschermende groep is, Z chloro, bromo of jodo is, en m gelijk is aan 0 of 1, met een tertiair amine met de formule 71 (of achtereenvolgens met een secundair amine RR'NH en een verbinding met de formule R"Z) en wanneer m gelijk is aart l, een reductie van het sulfoxyde met convention nele middelen, en een daaropvolgende verwijdering van alle blokkerende 10 groepen met conventionele middelen.
De onderhavige uitvinding verschaft ook een werkwijze voor het bereiden van verbindingen met formule 1 waarin R* waterstof of 2 een conventionele amino-beschermende groep is, R waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl-of 15 cycloalkenyl-ring met 3 tot 6 koolstof atomen, of één van de groepen met de formules 25 - 28 voorstelt, waarin waterstof, (lage)alkyl of carbo- 4 5 xyl is, X halogeen, hydroxy of (lage)alkoxy is, en R en R elk onaf- 4 5 hankelijk van elkaar waterstof, methyl of ethyl zijn, of R en R samen met het koolstof atoom waaraan ze gebonden zijn, een cycloalkylideenring 20 met 3 tot 5 ·koolstofatomen kunnen vormen, en de groep met formule 2 een quatemaire ammoniogroep is, alsmede niet-toxische farmaceutisch aanvaardbare zouten en fysiologisch hydrolyseerbare esters daarvan, omvattende een acylering van een verbinding met de formule 82 met een zuur met de 2' * formule 90, of met een acylerend derivaat van dit zuur, waarin R ge- 2 25 lijk is aan R of één van de groepen met de formules 88 en 89 is, waarin 4 5 1 X, R en R zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, B een conventionele car- 2 boxyl-beschermende groep is en B waterstof of een conventionele amino-beschermende groep is.
De reacties worden uitgevoerd in een niet-waterig orga-30 nisch oplosmiddel zoals dimethylsulfoxyde, hexamethylfosforamide, me- thyleenchloride, chloroform, ethylether, hexaan, ethylacetaat, tetrahydro-furan, acetonitrile en dergelijke, of mengsels van dergelijke oplosmiddelen. De reacties worden geschikt uitgevoerd bij een temperatuur van ongeveer -10°C tot ongeveer +50°C? gewoonlijk wordt geprefereerd om de reac-35 ties bij kamertemperatuur uit te voeren. Tijdens de quatemiseringsstap, dient bij voorkeur tenminste 1 mol van het tertiaire amine te worden ge- 8501002 22 ~ *1 τ r ' bruikt per mol van de verbindingen met de formules 69, 79 , 83 of 84; gewoonlijk heeft het de voorkeur dat ongeveer 25 tot 100% overmaat van het tertiaire amine wordt gébruikt.
Carboxyl-beschermende groepen, geschikt voor gebruik 5 als B1 in de bovenstaande reacties, zijn aan de deskundigen bekend en omvatten aralkylgroepen zoals benzyl, p-methoxybenzyl, p-nitrobenzyl en difenylmethyl (benzhydryl); alkylgroepen zoals tert.butyl; halogeenalkyl-groepen, zoals 2,2,2-trichloroethyl, en andere carboxyl-beschermende groe-, pen die in de literatuur zijn beschreven, bijvoorbeeld in het Britse oc- 10 trooischrift 1.399.086. Het heeft de voorkeur dat carboxyl-beschermende groepen worden gebruikt die gemakkelijk door behandeling met zuur kunnen worden verwijderd. Bijzonder geprefereerde carboxyl-beschermende groepen zijn de benzhydryl- en tert.butyl-groepen.
ftmino-beschermende groepen, geschikt voor gebruik als 2 15 B , zijn eveneens welbekend, en omvatten de tritylgroep en acylgroepen, zoals chloroacetyl, formyl en trichloroethoxycarbonyl. Amino-beschermende groepen die gemakkelijk door behandeling met zuur kunnen worden verwijderd, bijvoorbeeld de tritylgroep, hebben de voorkeur.
Wanneer de cefalosporinekern gebruikt wordt in de vorm 20 van het 1-oxyde (m - 1), wordt het 1-oxyde volgens bekende procedures bereid, bijvoorbeeld door oxydatie met m-chloroperbenzoëzuur, perazijn-zuur, natriumwolframaat enz. Het 1-oxyde kan vervolgens volgens bekende procedures worden, gereduceerd, bijvoorbeeld door reductie van het overeenkomstige alkoxysulfoniumzout met jodide-ionen in een waterig medium.
25 He£ alkoxysulfoniumzout zelf kan gemakkelijk worden bereid door behandeling van het 1-oxyde met bijvoorbeeld acetylchloride.
In een ander aspect heeft de uitvinding betrekking op nieuwe tus senprodukten met de formule 91, waarin Z chloro, bromo of 2 jodo is, R waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 30 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cycloalkenylring met 3 tot 6 koolstof- 3
atomen, of één van de groepen met de formules 25 - 28 voor stelt, waarin R
waterstof, (lage)alkyl of carboxyl is, X halogeen, hydroxy of (lage)al-4 5 koxy is, en R en R elk onafhankelijk van elkaar waterstof, methyl of 4 5 ethyl zijn of R en R samen met het koolstofatoom waaraan ze gebonden 35 zijn een cycloalkylideenring met 3 tot 5 koolstof atomen kunnen vormen, alsmede zouten en esters daarvan. Ook omvat worden verbindingen met' for- 8501002 ^ * $ 23 muls 91, waarin de amino- en/of carboxylgroepen beschermd zijn door conventionele amino-beschermende of carboxyl-beschermende groepen.
In weer een ander aspect heeft de uitvinding betrekking 22 op nieuwe tussenprodukten met de formule 92 waarin R waterstof of een 23 24 25 5 conventionele carboxyl-beschermende groep is, en R , R en R gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstof, hdyroxy, (lage) alkyl of (lage) alkoxy; of een zout, solvaat, hydraat of ester daarvan.
In weer een ander aspect heeft de uitvinding betrekking op nieuwe tussenprodukten met de formule 82, waarin de groep met formule 10L 2 een quateraaire ammoniogroep is; of een zout, ester, solvaat of hydraat daarvan.
De hierin gebruikte termen acylamino en acyloxy duiden op een geacyleerde amino- of geacyleerde hydroxygroep waarin de acylgroep (lage)alkanoyl (b.v, formyl, acetyl, propionyl, butyryl, isobutyryl, 15 isovaleryl, enz.), aroyl (b.v. benzoyl, enz.), (lage)alkaansulfonyl (b.v. mesyl, ethaansulfonyl, enz.) of azylsulfonyl (b.v. benzeensulfonyl, tosyl, enz.) is.
'De hierin gebruikte termen "(lagejalkyl", "(lkge)alkoxy", ,r(lage)alkylthio" en dergelijke duiden op rechte of vertakte alkyl-, 20 alkoxy-, alkylthio- (en dergelijke) groepen met 1 tot 6 koolstof atomen.
De termen (lage)alkenyl en (lage)alkynyl duiden op alkenyl of alkynyl groepen met 2 tot 6 koolstofatomen.
8501002 * r 24
Voorbeeld I
7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-4-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (1-methylpyrrolidinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1A met: formule 93) 5 Aan een. oplossing van difenylmethyl 7—[2—(5-amino-l,2,4- thiadiazol -3 -yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- (3-jodo-l-propen-l-yl) -3-ce-fem-4-carboxylaat (65-1) (Z/E = 2/1, 150 mg, 0,21 mmol) in 2 ml ethyl-acetaat werd in één portie onder roeren een oplossing van 1-methylpyrro-lidine (36 mg, 0,42 mmol) in 1 ml ethylacetaat toegevoegd. Het mengsel 10 werd gedurende 15 min geroerd en met 10 ml isopropylether verdund waarbij een neerslag werd gevormd, dat door filtratie werd verzameld. Een mengsel van de vaste stof (130 mg), mierezuur (1 ml) en geconcentreerd HC1 (0,1 ml) werd bij kamertemperatuur geroerd. Na 1 uur werd het reactiemengsel onder verminderde druk geconcentreerd, met 20 ml water verdund en ge-15 filtreerd. De waterige oplossing werd door een omgekeerde fasekolom geleid (de pakking van PrepPAK-500/C^g patroon, 100 ml), waarbij met water en 10% CHgOE werd geêlueerd. De gewenste fracties werden verzameld, en onder verminderde 'druk geconcentreerd tot een klein volume en gevriesdroogd. Men verkreeg 13 mg (12%) van de titelverbinding (1-1A) (Z/E = 20 1/1), smeltpunt boven 280°C (ontleding).
IR s V ^ cm"1 3400, 1760, 1660, 1610. r max UV ! XfOSfaatbuffer (pH 7) nm (E1% ) 236 (372) , 288 (322) .
max 1 cm NMR s ê D2° 2,31 (4ff, », K ~), 3,12 (3Ö, s, N-CH,) , 3,6 (5H, m, PPm \— — 3 25 ^ 1 2-fl' & Γ I ), 3,78 (1H, s, 2-H), 4,1 (2H, d, J=8, CH^N),
H
4,2 (3H, s, OCH^), 5,36 (1H, d, J=4,5, 6-H), 5,95 (3H, m, 7-H & 3~CH=GH), 6,66 (1/2H, d, J=10, 3-CH cis), 7,0 (1/2H, d, J=16, 3-CH trans).
30 Voorbeeld. II
7- E2- (S-Amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-pyri-dinio-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1B met formule 54)
Een mengsel van difenyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)"2-methoxyiminoacetamido] -3-(3-jodo-l-propen-l-yl) -3-cefem-4-carboxy-35 Iaat (69-1) (E, 716 mg, 1 mmol), pyridine (158 mg, 2 mmol) in 1 ml dime- 8501002 ' » i t - * 25 ethylsulfoxyde (DMSO) werd gedurende X uur bij kamertemperatuur geroerd.
Aan het mengsel werd 20 ml ethylacetaat toegevoegd om een vaste stof (620 mg) neer te slaan/ die aan 6 ml mierezuur dat 60 mg natriumbisulfiet bevatte, werd toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 30 min bij 40°C geroerd 5 en drooggedampt. Het residu werd opgelost in 40 ml water en onoplosbare stof werd verwijderd. De waterige oplossing werd op een kolom van omgekeerde fase (PrepPAK-500/C^g, 100 ml) gebracht, waarbij geëlueerd werd met 300 ml water en 800 ml 5%'s waterig CH^OH, en het eluaat werd gevolgd met uv (254 nm) en HPLC. .De fracties (5% waterig CH^OH) die het 10 gewenste produkt bevatten, werden gecombineerd, tot een klein volume geconcentreerd en gelyofiliseerd. De opbrengst bedroegd 40 mg (8%) van de titelverbinding (1-1B),- met een smeltpunt boven 200°C (ontleding).
IR s y1®* cm"1 3350, 1760, 1660, 1600. r max UV * \ flosfaatbuffer (pH :7) m (EJ% } 24Q (352) 258 (366)/ 267 (279) , max 1 cm 15 290 (469).
NMR ï |D2°+DHS0-d6 3,74 (2H/ br-s, 2-H) , 4,20 (3H, s, OCH,), 5,92 (IH, ppm d, J=4,5, 7-H), 6,15 (1H, m, 3-CH=CH), 7,04 (1H, d, J»16, 3-CH trans), 8,2 (2H, m, Py-Hg s), 8,62 (1H, m, Py-H4), 8,97 (2H, m, ' ^2,6^ 20
υ Voorbeeld III
7- [2-(5-fimino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-pyri-dinio-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1B met formule 95)
De chloropropenyl-verbinding, difenylmethyl 7— C2—(5— amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-chloro-l-25 propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (68-Ί) (Z, 937 mg, 1,5 mmol) werd toegevoegd aan een geroerde oplossing van pyridine (237 mg, 3 mmol) in 3 ml DMSO, welke Nal bevatte (11 mg, 0,075 mmol). Men liet het mengsel gedurende een nacht bij kamertemperatuur in het donker staan. Het mengsel werd verdund met 30 ml ethylacetaat om een neerslag af te scheiden dat 30 vervolgens door filtratie werd verzameld, met 10 ml ethylacetaat werd gewassen en gedroogd werd onder vorming van 350 mg van het geblokkeerde produkt. Het neerslag werd behandeld met 3,4 ml mierezuur, dat 34 mg natriumbisulfiet bevatte, gedurende 30 min bij 40°C. Na verwijdering van het mierezuur, werd het residu gezuiverd door omgekeerde fase-kolomchro-35 matografie (pakking van PrepPAK-5Q0/C^g patroon, 100 ml) door te eluêren met 5%'s waterig CHgQH. De fracties die het gewenste produkt bevatten, werden gecombineerd op basis van HPLC-analyse, onder verminderde druk ver- 8501002 * r 26 dampt en gelypfiliseerd. Men verkreeg 41 mg (5,5%) van de titelverbinding (1-1B) ·(Z/E= 4/1). Smeltpunt boven 200°C (ontleding).
IR Ï VKBrcm"1 3300, 1760, 1660, 1600. r max OV : Λ fosfaatbuffer .(pH ·7) ^ (EJ% ) 237 (386), 250 (377), 258 (369), λ max 1 cm 5 265 (347), 280 (311).
NMR ? SD2° 3,45 & 3,76 (elk 1Η, d, J=16, 2-H) , 4,18 (3H, s, OCH.) , ppm j 5,34 (3H, m, CH=:CH-CH2 & 6-H), 5,92 C1H, d, H=4,5, 7-H) , 6,58 (4/5H, d, J*11, 3-CH cis), 7,03 (1/5H, d, J=16, 3-CH trans), 8,12 (2H, m, Py-H3 g), 8,56 (1H, m, Py-H4), 10 · 8,82 (2H, m, Py-H2 ·6) .
Voorbeeld IV
7-[2-(5-amino-l,2,4-thladiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido3-3-[3-(2-amino-5-thiazolo [4,5 -c 3 pyr idinio) -1-propen-1-yl 3 -3-cefem-4-carboxylaat (1-1C met formule 96) 15 Een geroerde oplossing van difenylmethyl 7-[2-(5-amino- 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-(3-jodo-l-propen-l-yl) -3“cefem-4-carboxylaat (69—1) (E-isomeer, 714 mg, 1 mmol), 2-aminothiazolo-[4,5.-c]pyridine [bereid volgens de procedure van T.Takahashi et al., Pharm. Buil (Japain), 2, 34 (1954)] en 1 ml droog DMSO werd gedurende 1 uur op 20 kamertemperatuur gehouden. Aan het reactiemengsel werd 20 ml ethylacetaat toegevoegd waarbij een geel poeer (710 mg) werd verkregen. Men voegde aan het poeder (7Ö0 mg) 7 ml mierezuur en 70 mg natriumbisulfiet toe, en roerde het mengsel gedurende 30 min bij 40 - 45 ®C. Na verdamping werd het residu met 40 ml water fijngewreven. Onoplosbare stof werd afgefiltreerd, 25 en het filtraat werd chromatografisch behandeld over een omgekeerde fase-kolom (PrepPAK-500/C^g, 100 ml), met water en 10% CH^OH als eluens. De fracties die het gewenste produkt bevatten werden gecombineerd, en het oplosmiddel werd onder verminderde druk verwijderd. Lyofilisatie gaf het gewenste produkt (1—1C) als een kleurloos amorf poeder van het E-isomeer.
30 De opbrengst bedroeg 110 mg (19%). Smeltpunt lag boven 200°C (ontleding) .
IR. ï V^cm”1 3300, 1760, 1660, 1630, 1600. r max ÜV r ^fosfaatbuffer (PS'7) njn (E1% ) 245 (499), 285 (286).
Amax 1 cm NMR t ê ppm°""^6+D2° 3,86 (3H, s, OCHg), 4,98 (1H, d, J=4,5, 6-H), 5,2 35 (2H, m, CH=CH-CH2), 5,57 (1Ö, m, 3-CH=CH), 5,96 (1H, m, 7-H), 7,16 (1H, d, J=16, 3-GH trans), 8,36 & 8,45 (elk 1H, d, J=7, Py-H), 8,92 (1H, s, Py-H).
8501002 1 * 27
Voorbeeld V
7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-tri- methylammonio-l-propen-l-yl) -3-cefem-4-carboxylaat (1-1D met formule 97)
Aan een oplossing van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4- 5 thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-1-propen-1-y 1) -3- cefem-4-carboxylaat (69-1) (Z/E=2/l, 490 mg, 0,68 mmol) in 14 ml ethylace-« taat werd in een portie een oplossing van 0,1 M trimethylamine in 13,6 ml ether toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 10 min geroerd en droog-gedampt, en het residu werd met 20 ml ether fijngewreven. Het verkregen vaste stof (490 mg) werd aan 0,2 ml trifluoroazijnzuur toegevoegd, dat een druppel anisol bevatte. Na 1,5 uur roeren werd het mengsel droog-gedampt onder verminderde druk en werd de resterende olie met 20 ml ether fijngewreven. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld en in 20 ml water opgelost. Wat onoplosbare stof werd verwijderd en de 15 waterige oplossing werd geëlueerd op een C^g omgekeerde fase-kolom (de pakking van PrepPAK-500/C^g patroon, Waters' 30 ml) met water als eluens. Fracties die de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd en geconcentreerd op een klein volume en gelyofiliseerd. Men verkreeg 30 mg (9,2%) van de titelverbinding (1-lD) /Z/E * 1/1) als een kleurloos 20 amorf poeder met smeltpunt boven 150 °C (ontleding).
IR ï yKBr cm”1 3300, 1770, 1670, 1605. max UV ï j fosfaatbuffer (pH 7) ^ (EJ% . ) 236 {389) 287 (343).
* max 1 cm NMRs £°2° 3,45 & 2,7 (1H, d, J=16, 2-H), 3,81 (1H, s, 2-H), PE® $ 25 4,1 (2H, d, J=8, -CT^H) , 4,21 (3H, s, OCHg), 5,39 (1H, d, J=4,5, 6-H), 5,95 (2fi, m, 3-CH=CH & 7-H) , 6,61 (1/2H, d, J=ll, 3-CH cis), 7,05 (1/2H, d, J=16, 3-CH trans).
Voorbeeld VI
30 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3- aminopyridiniiO)-l-propen-l-yl3-3-cefem-4-cafboxylaat (1-lE met formule 98) Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (69-1), (S, 716 mg, 1 mmol) werd toegevoegd aan een geroerde oplossing 35 van 3-aminopyridine (188 mg, 2 mmol) in 1 ml DMSO. Het mengsel werd gedurende 1 uur geroerd en met 20 ml ethylacetaat verdund. Het verkregen 8501002 * ¥' 28 neerslag werd door filtratie verzameld, met ethylacetaat gewassen en gedroogd, waarbij 520 mg van een geel.poeder werd verkregen. Een mengsel van het poeder (500 mg), mierezuur (5 ml) en natriumbisulfiet (50 mg) werd gedurende 30 min bij 40 °C geroerd. Het mengsel werd onder vermin-5 derde druk geconcentreerd, opgelost in 40 ml water en gefiltreerd om onoplosbare stoffen te verwijderen. De waterige oplossing werd chromatogra-fisch behandeld op een kolom van omgekeerde fase (pakking van PrepPAK- 500/C. Q, 100 ml) met 7,5%'s waterig CH,OH-elutie. De fracties die de ge-lo wenste verbinding bevatten werden verdampt en gelyofiliseerd. Men ver- 10 kreeg de titelverbinding (l-lE) in een hoeveelheid van 7 mg, 1,4%. Hij smolt boven 185°C (ontleding).
IR s V** cnT1 3400, 1765, 1675, 1620, 1600. r max UV .· X fosfaatbuffer (pH 7)^ (J>% . } 246 (40=3), 290 (468). e max 1 cm NMR i lD2° 3,72 (2H, m, 2-H) , 4,14 (3H, s, OCH,), 5,35 (3H, m, 6-H & 15 ppm o CH=CH-CH2), 5,9 (1H, d, J=4,5, 7-H), 6,1 (1H, m, 3-CH= CE) , 7,05 (1H, d, J=16, 3-CH, trans), 8,1 (1H, m, Py-Bg) , 8,54 (1H, br-s, Py-Bg), 8,68 (1Ö, m, Py-H4), 9,4 (1H, m,.
Py-B^) .
Behandeling van verbinding 69-1 (716 mg, 1 mmöl) met 3-tert.butoxycarbonylaminopyridine (324 mg, 2 mmöl) volgens een soortgelijke procedure als bovenstaand beschreven gaf 12 mg (2,3%) van de verbinding 1-1E.'
Voorbeeld VII
22 7-[2-(5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido3 -3-[3-amino-l- pyridiniO)-l-propen-l-yll-3-cefem-4-carboxylaat (1-1E met formule 99)
Een mengsel van difenylmethyl 7-(2-(5-amino.-l,2,4-thia-diazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- (3-jodo-1 -propen-1 -yl) -3-cefem- 4-carboxylaat (69-1) (Z/E=2/l, 500 mg, 0,7 mmöl) en 3-aminopyridine (66 30 mg,· 0,7 mmöl) in 1 ml dimethylsulfoxyde werd gedurende 20 min bij kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd met 10 ml ethylacetaat en·10 ml ether verdund, en het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld, met 10 ml ether gewassen en gedroogd. Het gequatemiseerde zout werd opgelost in 3 ml mierezuur dat 0,3 ml geconcentreerd HC1 bevatte en geduren-35 de 1,5 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd onder vermin-' derde druk drooggedampt. Het residu werd opgelost in 10 ml 2%'s HC1 en 8501002 V * 29 f gefiltreerd. De waterlaag werd chromatografisch behandeld op een omgekeerde fase-kolom (PrepPAK-500/C,_, 100 ml). Na wassen met 500 ml water werd lo de kolom geëlueerd met 5%'s waterig CH^OH. De fracties die de titelverbin-ding bevatten werden gecombineerd, onder verminderde druk geconcentreerd 5 en gevriesdroogd. Men verkreeg 15 mg (4,2%) van de titelverbinding (1-lfE) (Z/E=l/1) als kleurloos amorf poeder. Het smeltpunt lag boven 160 °C (ontleding).
ITBr» —1 IR : V cm 3400, 1765, 1675, 1620, 1600.
max UV ï lf°Sfaatbuffer (pH‘7) nm (E.1% · ) 244 (434), 287 (333).
'max 1 cm
NMR : ^ DMS0-d6+D20 3 73 (2H, a) 4 14 (3H, Sf OCH,) , 5,35 (3H, m, 6-H
ppm j & CH=CH-CH2), 6,0 (2fi, m, 7-H & 3-CH=CH), 6,6 (1/2H, d, J*U, 3-CH cis), 7,05 (1/2H, d, J=16, 3-CH trans), 8,08 (1H, m, Py-Hg), 8,6 (2H, m, Py-H4 6), 9,4 (1H, m, 15 *
Voorbeeld VIII
_ 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-formylaminopyridinio)-1-propen-l-yll-3-cefem-°4-carboxylaat (1-1F met formule 100)
Een mengsel van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thia-20 diazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-1-propen-1-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (69 - d), (E, 716 mg, 1 mmctl) en 3-formylaminopyridine [bereid volgens de procedure van N. Enomoto et al., Buil. Chem. Soc. Japan, 45 , 2665 (1972) ] (244 mg, 2 mmol) in 2 ml DMSO werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd en in 200 ml ethylacetaat uitgegoten. Het neer-25 slag werd door filtratie verzameld, goed gewassen met ethylacetaat en gedroogd. Een mengsel van het gequatemiseerde zout (50 mg) en natriumbi-sulfiet (50 mg) in 5 ml mierezuur werd gedurende 80 min bij 40 - 50 eC geroerd en onder verminderde druk drooggedampt. Het residu werd opgelost in 40 ml water, geneutraliseerd met NaHC03 en vervolgens gefiltreerd 30 om onoplosbaar materiaal te verwijderen. Het heldere filtraat werd chromatografisch behandeld op een omgekeerde fase-kolom, PrepPAK-500/C^ (100 ml), met water en 5% CRjOH, 10% CH30H, 20% CEjOH en 30% CH^OE. De fracties die de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd, onder verminderde druk geconcentreerd en gelyofiliseerd. Men verkreeg 16 mg 35 (2,9%) van de titelverbinding (Ï-IF) (-E) als taankleurig poeder* Het smelt- 8501002 ί * ' 30 punt lag boven 170°C (ontleding).
IR ï V^cnf1 3340(br), 1760, 1670, 1620 (br), 1590. max OV r Xfosfaatbuffer (pH 7) ^ (1% ) 21Q (42q) 248 (3è2) 290 (474) # max 1 cm r NMR : S 3,68 (2H, br, 2-H) , 4,15 (3H, s, OCH.), 5,91 (1H, d, 5 ppm. -i J=4,5, 7->H), 6,25 (1H, m, CH=CH-CH2) , 6,98 (1H, d, J=16, 3-CH trans) , 8,8 - 7,9 (4Ξ, m, Py-H) , 9,38 (1H, br, NHCHp.
Voorbeeld IX
7- [2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol~3-yl) -2-methoxyiminöacetamido] -3-[3-(3-10 carbamoylpyridinio)-"i~propen-°l°yl]"3°cefem-4-earboxylaat (1-1G met formule 101)
Aan een oplossing van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) ~1 -methoxyiminoacetarnido ] -3- (3-jodo-l-propen-l-yl) -3-cefem-4-carboxylaat (69-1) (E, 716 mg, 1 mmol) in 2 ml DMSO werd nico-15 tinamide (244 mg, 2 mmdl) toegevoegd, en het mengsel werd gedurende 1,5 uur bij omgevingstemperatuur geroerd en uitgegoten in 200 ml ethylace-taat terwijl geroerd werd. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld. Het gequaterniseerde zout (500 mg) werd opgelost in 5 ml mie-rezuur in tegenwoordigheid van 50 mg natriumbisulfiet, en het mengsel werd 20 gedurende 40 min op 40 - 50°C verwarmd terwijl geroerd werd, en werd droog-gedampt. Het residu werd in 40 ml water opgelost en een onoplosbare vaste stof werd afgefiltreerd en gewassen met een kleine hoeveelheid .water.
Het filtraat en de wasvloeistof werden gecombineerd en chromatografisch behandeld op een omgekeerde fase-kolom, PrepPAK-500/C^g (100 ml). Na 25 elutie met water en achtereenvolgens 5%, 10% en 20% waterig CH^OH, werden de fracties die het gewenste materiaal bevatten gecombineerd, onder verminderde druk geconcentreerd en gevriesdroogd. De opbrengst bedroeg 21 mg (3,8%) van de titelverbinding (1-lG) OE) als een geel poeder. Het smeltpunt lag boven 175°C (ontleding).
30 IR ï V^crn"1 3340 (br), 1760, 1670, I6Q0. r max ί fosfaatbuffer (pH <7) (EJ» , , 235 (236), 274 (sh, 405>, 290 ' max 1 cm (446).
NMR ί 3,68 (2Ö, br, 2-Ή), 4,15 (3H, s, OCH.), 5,32 (1H, d, ppm o J=4,5, 6-H), 5,45 (1H, d, J=7, CHCH-CBg) , 5,88 (1H, d, 35 J=4,5, 7-H), 6,15 (1Ξ, d-t, J=16 & 7, 3-CH=CH), 7,00 (1H, d, J=16, 3-CH trans) , 8,23 (lH,..m, Py-Hj) , 9,03 (2H, m, Py-H4g!6), 9,34 (1H, s, Py-B2).
8501002 * * 31
Voorbeeld X
7- [2- (5-Amino-l ,2 ,4-thiadiazol«i-3-yl) -2-methoxyijninoace tamido] -3-[3-(4-carbamoylpyridinio)-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-lH met formule 102) 5 Aan een geroerde oplossing van difenylmethyl 7-[2-(5- amino-1,2,4-thiadiazol-3-y 1)-2-methoxyiminoacetamidoI-3-(3-j odo-1-propen-1-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (69-1) (E', 716 mg, 1 mmol) in 2 ml droog DMSO werd isonicotinamide (244 mg, 2 mmol) toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd en daarna in 200 ml ethyl-10 acetaat uitgegoten. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld, goed gewassen met .ethylacetaat en gedroogd. Een geroerd mengsel van het gequaterniseerde materiaal (400 mg) en natriumbisulfiet (40 mg) in 4 ml mierezuur werd gedurende 1 uur op 40 - 50°C verwarmd, en onder verminderde druk drooggedampt. De ruwe vaste stof werd in 40 ml water opgelost.
15 Na filtratie van een onoplosbaar materiaal werd het filtraat chromato-grafisch behandeld op een omgekeerde fase-kolom (pakking vein PrepPAK/Cig, 100 ml) met gebruikmaking van water en 5%*s, 10%'s, 20%'s en 30%'s waterige CH^OH als eluens. De fracties die de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd, verdampt en gelyofiliseerd. Men verkreeg 21 mg (3,8%) 20 van de titelverbinding (1-lH) (>E) als een lichtgeel poeder. Het smeltpunt lag boven 180°C (ontleding).
IR : V ^ cm”1 3340(br), 1760, 1670, 1600.
r max UV : ^fosfaatbuffer (pH-7) ^ (E[1% ; } 222 (362), 285 (452).
max 1 cm NMR ï 3,68 (2H, br, 2-H), 4,15 (3H, s, OCH,) , 5,33 (lfi, d, ppm j J=4,5, 6-H), 5,46 (2fi, d, J=7, CH=CH-CH2) , 5,90 (1H, d, 25 J=4,5, 7-H), 6,17 (1H, d-t, H=16 & 7, 3-CH=GH), 7,02 (lfi, d, J=16, 3-CH trans), 8,43 & 9,09 (elk 2H, d, J=7, Py-H) .
Voorbeeld XI
7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido3-3-[3-30 aminomethylpyridiniO)-1-propen-l-yl]-3~cefem-4-carboxylaat (l-II met formule 103)
Een mengsel van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thia-diazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-l-propen-l-yl)-3-cefem- 4-carboxylaat (69-1) (E, 716 mg, 1 mmol) en 3-(t-butyloxycarbonylamino-35 methyl)pyridine (516 mg, 2 ramöl) in 2 ml DMSO werd gedurende 30 min bij 8501002 Κ λ' 32 kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd uitgegoten in 200 ml ethylace-'taat, en het neerslag werd door filtratie verzameld, goed gewassen met ethylacetaat en gedroogd. Een mengsel van het gequaterniseerde zout (500 mg), natriumbisulfiet (50 mg) in 5 ml mierezuur werd gedurende 80. min 5 bij 40 - 50 °C geroerd en onder verminderde druk drooggedampt. De resterende vaste stof werd opgelost in 40 ml water, en het mengsel werd met NaHCO^ geneutraliseerd. Onoplosbaar materiaal werd afgefiltreerd en het filtraat werd chromatografisch behandeld op een omgekeerde fase-kolom (pakking van PrepPAK-500/C,_ patroon, 100 ml), waarbij geêlueerd'werd lw 10 met achtereenvolgens water, 5%'s, 10%'s, 20%'s en 30%’s waterig CH^OH.
De fracties die de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd, verdampt en gelyofiliseerd„ Men verkreeg. 10 mg (1,8%) van de titelverbin- ding (l-lil) 0E) als een taankleurig poeder.
IR ï y cm-1 3380 (br), 1760, 1650 (sh), 1620 (sh). f max 15 UV = λfosEaatbuffer ί®8'7» n» (ij*. ) 235 (sh, 260), 2,86 (370).
" max 1 cm NMR t SD 2° * NaHC03 3f,68 (2H, br, 2-H) , 4,16 (3Ö, s, OCH.), 6,98 (1H, ppm , 3 d, J=16, 3-CH trans), 8,05 (1H, m, Py-Hg), 8,50 (1H, m, Py-H4), 8,80 (2H, m, Py-E2 .
Voorbeeld XII
20 7-[2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetoamido3 -3- [3- (4- carbamoylpyridino)-l-propen-l-ylI-3-cefem-4-carboxylaat (1-1H met formule 102)
Een mengsel van difenylmethyl 7-(2-(5-amino-l,2,4-thia-diazol-3-yl) -2-methoxyiminoacet amidol -3- (3-jodo-l-propen-l-yl) -3-cefem-25 4“carboxylaat (69 - ·!) (E' isomeer, 4,1 g, 5,7 mmol) en isonicotinamide (1,4 g, 11 mmdl) in 6 ml droge DMSO werd gedurende 2 uur bij kamertemperatuur geroerd terwijl de reactie gevolgd werd met TLC (silicagel-plaat, CHCl^iCHgOH = 3 ï 1) . Het reacti emengsel werd verdund met 100 ml ethylacetaat waarbij een gele gom werd afgescheiden, die gedurende 30 30 min bij 45°C werd behandeld met 40 ml mierezuur en 390 mg natriumbisulfiet. De verkregen oplossing werd drooggedampt. Het residu werd opgelost in 100 ml water en onoplosbare stof werd door filtratie verwijderd.
Het gecombineerde filtraat en als wasvloeistof gebruikte water werden boven op een kolom gebracht die een omgekeerde fase-pakking (PrepPAK-500/C^g, 35 120 ml) bevatte. De kolom werd geêlueerd met water. Het eluaat werd ver- 8501002 « < * 33 zameld in. 300 ml fracties en gevolgd met uv (254 nm) en HPLC (Lichrosorb RP-18, 4 x 300 mm, 0,01 M ammoniumfosfaatbuffer, pH 7,2 bevattende 20% CH^OH). De fracties 4 en 5 werden gecombineerd en tot een klein volume geconcentreerd. Lyofilisatie gaf 250 mg (8,1%) van de titelverbinding 5 1-1H, smeltpunt boven 180°C (ontleding).
De spectra lieten zien dat het produkt identiek was « aan het produkt dat in voorbeeld X was verkregen.
Bereiding van het hydrochloride. - Aan een suspensie van de verbinding 1-1H (98 mg, 0,18 mmol) in 1 ml CH^OH .werd 0,1 ml 10%‘s 10 HCl toegevoegd, en het mengsel werd gedurende 5 min geroerd. Aan de verkregen gele oplossing werd 100 ml aceton toegevoegd waarbij een neerslag werd verkregen dat door filtratie werd verzameld, met 2 x 10 ml aceton werd gewassen en onder verminderde druk werd gedroogd. Men verkreeg het hydrochloridezout van 1-1H in de vorm van een kleurloos poeder. De op-15 brengst was 88 mg (79%). Het smeltpunt lag boven 190 °C (ontleding).
IR : V KBr cm"1 3300, 1770, 1680, 1620.
max TO : λ fo3faatboffer <1® ·7) mi «J* } 227 <385), 286 (374).
^ max 1 cm NMR : è °2° 2,32 (IB, s, aceton-H), 3,79 (2S, br-s, 2-ÏÏ), 4,17 (3H, s, ppm 0CB3), 5,34 (IS, d, J=*4,5, 6-H) , 5,49 (2H, d, J*7, 20 CS=CH-CH2), 5,93 (1H, d, J=4,5, 7-H), 6,28 (IS, d-t, J-16 & 7, 3-CH=GH), 7,15 (IS, d, J=16, 3-GH), 8,43 & 9,1 (elk 2H, d, J«7> Py-H).
Voorbeeld XIII
7-(2-° (5-Amino-1-2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido3-3-[3-(2-25 methylthiazolio)-1-propen-l-ylj-3-cefem-4-carboxylaat (1-1J met formule 104)
Aan een mengsel van difenylmethyl 7-(2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido1-3-(3-jodo-l-propen-l-yl)-3-ce-fem-4-carboxylaat (69 -1) (E, 714 mg, 1 mmol) en 2-methylthiazool [be-30 reid volgens de procedure van R.P. Kurkjy, E.V. Brown, J.Am.Chem.Soc., 74, 5778 (1952)] (198 mg, 2 mmol) in 10 ml droog CH2C12 werd AgB?4 (90% zuiver, 217 mg, 1 mmdl) toegevoegd bij -20°C. Het mengsel werd gedurende 30 min bij kamertemperatuur geroerd en gefiltreerd. Het neerslag werd met 3 x 20 ml 10%'s CH3OH-CHCl3 geëxtraheerd. De gecombineerde extracten wer-35 den met 2 x 5 ml zoutoplossing gewassen, gedroogd boven MgSO^ en droogge-dampt waarbij een geel residu werd verkregen, dat met isopropylether werd 85 0 1 0 0 2
V
34 . * > fijngewreven en gefiltreerd werd. Men verkreeg 350 mg van het gequaterni-seerde produkt. Een mengsel van deze vaste stof, 35 mg natriumbisulfiet en 3,5 ml mierezuur werd gedurende 30 min bij 40°C geroerd. Het mengsel werd geconcentreerd waarbij het mierezuur werd verwijderd, en het residu 5 werd met 40 ml water verdund. Wat vaste stof werd door filtratie verwijderd. Het filtraat werd op'een omgekeerde fase-kolom (PfepPAK-500 /C ^ g, 100 ml) geplaatst. De kolom werd achtereenvolgens, met 200 ml water, 400 ml 5%*a waterig. CH^OH en 300 mi 10%‘ s waterig CH30H gedineerd. De fracties die het gewenste produkt bevatten werden op basis van HPLC-analyse 10 (Lichrosorb RP-18, 4 x 300 mm, 0,01 M ammoniumfosfaatbuffer pH 7,2, bevattend 20% CH^OH) samengevoegd. De gecombineerde oplossing werd tot 4 een klein volume geconcentreerd en gelyofiliseerd. Men verkreeg 40 mg (7,7%) van de titelverbinding (l-U) CE). Het smeltpunt lag boven 195°C (ontleding).
IS IK ; v** CmT1 3300, 1760, 1660, 1600.
max sf03faatbu£fer (pB 7). U ; 238 ^ 292 ^ .
''max 1 cm . „ JC D.O+DMSO-cL 3,06 (3Ë, s, thiazool-CB-), 3,74 (2H, br-s, 2-H) , NMR %. 9 2 o —3
Ppm 4,19 (3Ö, s, OGH3>·, 5,92 (IS, d, J=4,5, 7-H) , 6,1 (1H, m, 3-CH=GH), 6,8 (1H, d, J=16, 3-CH trans), 8,04 & 8,23 ' (elk 1H, d, J=4, thiazool-B).
20 Voorbeeld XIV
7° £2° (5-flmino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamidol -3- [3- (4-’ hydroxymethyIpyridinio) -1-propen-l-ylj -3°cefem-4-carboxylaat (1-lL met formule 105)
Een mengsel van difenyl 7-.[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-25 3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- (3-jodo-l-propen-l-yl) -3-cefem-4-car- boxylaat (69-1( (E-isomeer, 1,07 g,l,5 mmol), 4-hydroxymethylpyridine (818 mg, 7,5 mmdi) in 4,5 ml CH3CN en 3 ml CH30H werd onder een stik-stofatmosfeer gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd. Na verwijdering van de oplosmiddelen door verdamping werd de overblijvende olie 30 fijngewreven met isopropylether, verzameld door filtratie, en gewassen met 10 ml van een mengsel van isopropylether en methanol (3 : 1) waarbij 1,28 g van de gequaterniseerde. cefemester in de vorm van een geel poeder werd verkregen. Een oplossing van de gequaterniseerde ester (1‘,25 g) en 600 mg natriumbisulfiet in 10 ml 85%’s mierezuur werd gedurende 1 uur on-35 der een stikstofatmosfeer bij kamertemperatuur geroerd. Na de toevoeging _ f 8501002 35 van 5 ml 85%'s mierezuur werd het mengsel onder dezelfde omstandigheden gedurende nog 1 uur geroerd. Tolueen werd toegevoegd en het reactiemeng-sel werd azeotroop verdampt onder verminderde druk. Het residu werd met aceton fijngewreven waarbij 1,17 g van het ruwe formiaat van de titel-5 verbinding werd verkregen. Een suspensie van deze verbinding (Γ,15 g) in 100 ml water werd gefiltreerd om onoplosbare stoffen te verwijderen, die met 2 x 10 ml water werden gewassen. Het filtraat en de wasvloeistoffen werden gecombineerd en aan omgekeerde faserkolomchromatografie onderworpen. De kolom, die gepakt was met de pakking die uit een prepPAK-500/ 10 C,0 patroon-kolom (Waters, 60 ml) was verwijderd, werd ontwikkeld met achtereenvolgens water, 5% methanol en 10% methanol. De fracties die de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd, onder verminderde druk geconcentreerd en geprecipiteerd door toevoeging van aceton waarbij 100 mg van de titelverbinding (l-UL) of een lichtgeel poeder werd verkregen.
15 Aan een suspensie van 90 mg van het poeder in 9 ml methanol werd 1 M HCl toegevoegd in 0,5 ml CH^OH en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd en onder verminderde druk geconcentreerd. Aan het concentraat werd isopropanol toegevoegd waarbij 77 mg van het hydrochloride van de titel-verbinding neersloeg. Het was een lichtgeel poeder. Het smeltpunt lag bo-20 ven 190°C (ontleding).
IR i y ^ cm”1 , 1775, 1670, 1635, 1530. max fosfaatbuffer (pH >7) ÜV : X nm ( £· ), 230 (22600), 264 (sh, 16300) max NMR: &ΰ2° 3,83 (2H, br, 2-CH) , 4,17 (3H, s, OCH,), 5,06 (2H, s, ppm j 25 O -CH2aH), 5,36 (1H, d, J=4,5 Hz, 6-H), 5,41 (2H, d, J=7Hz, CH=CH-CB2), 5,94 (lfi, d, J=4,5 Hz, 7-H), 6,36 (lfi, d-t, J» 16 en 7 Hz, CS=CHCH2), 7,13 (1H, d, J=16 Hz, CH=CH-CB2), 8,08 en 8,83 (elk 2H, d, J=7 Hz, Py-H).
30 Voorbeeld XV
7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-ethoxy iminoacetamido]-3-[3-(4-carbamoylpyridiniio)-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (1L2E met formule 106)
Aan een oplossing van 200 mg 7-amino-3-[3- (4-carbamoyl-35 pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat-hydrochloride (E-isomeer) in 5 ml 50%'s waterig aceton werd in porties 190 mg 2-ethoxyimino-2-(5- 8501002 * * 36 amino-1,2,4-thiadiazol-3 -yl) acetylchloride-hydrochloride [bereid volgens de procedure beschreven in de gepubliceerde Japanse octrooiaanvrage (Kokai) 57-24389 (2/8/8=2) ] toegevoegd en het mengsel werd met ongeveer 1 ml 2 N Na^CO^ ingesteld op een pH. van 6,5 - 7,0. Het reactiemengsel 5 werd gedurende een uur bij 10°C geroerd, met 1 N HC1 op een pH van 2 aangezuurd en onder verminderde druk verdampt. Het residu werd gefiltreerd en het filtraat werd chromatografisch behandeld op een HP-20 kolom, die achtereenvolgens met 500 ml water en 25% 's waterig propanol werd geêlu-eerd. Fracties die het gewenste produkt bevatten werden gecombineerd en 10 onder verminderde druk verdampt. Het olieachtige residu werd behandeld met 20 ml isopropanol waarbij 263 mg (93%) van de titelverbinding (1-2H) werd verkregen. Het smeltpunt bedroeg 170°C (ontleding).
Aan een geroerde suspensie van 225 mg (0,40 mmol) van het bovenstaand genoemde zwitterion in 10 ml methanol werd 1 ml 1 N HC1 15 in CH^OH toegevoegd en het mengsel werd gedurende 30 min bij kamertemperatuur geroerd. De oplossing werd gefiltreerd en onder verminderde druk geconcentreerd. Aan het residu werd 15 ml isopropylalcohol toegevoegd en het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld en onder vermin--derde druk gedroogd. Men verkreeg de titelverbinding in de vorm van zijn 20 hydrochloride. De opbrengst was 146 mg (57%). Het smeltpunt 160°C (ontleding). Geschatte zuiverheid 65%.
IR ï y ^ cm"1, 3300, 1780, 1680, 1620. max . fosfaatbuffer (pH -Ί) m ' * max (22300) , 288 (22800).
25 NMRï I;1*!0 1,44 (3E, t, J07 Hz, OCH -CE.) , 3,74 (2H, br, s, 2-H) 4,45 ppm i —j (2fi, q, J=7 Hz, 0CH2-CH3), 5,36 (1H, d, J=4,5 Hz, 6-H) , 5,46 (2H, d, J= 7Hz, 3-CH=CH-CH2), 5,92 (1H, d, J=4,5 Hz, 7-H), 6,20 (1H, m, 3-CH=GH), 7,04 (1H, d, J=16 Hz, 3-CH=CH), 8,43 (2H, d, J=7 Hz, Py-H^) , 9,10 (2H, d, J= 30 7 HZ, Ργ-Ηβ).
Voorbeeld XVI
7- [2- (5-Amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (4-carbamoylpyridinio) -l-propen-l.-yl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1H met formule 102, E isomeer)
35 Dit voorbeeld toont de bereiding van de verbinding 1-1H
via de laatste paar stappen van reactieschema la of lb, waarbij het tussen- 8501002 * ' * * 37 produkt benzhydryl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetamido] -3-[3- (4-carbamoylpyridinio) -1 -propen-1 -yl] -3 -cefem-4-carboxy-laat-formiaat wordt geïsoleerd.
A. Benzhydryl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-metdioxyiminoacetami-5 do]-3-[3-(4-carbamoyl-l-pyridinio)-1-propen-1-yll-3-cefem-4-carboxylaat-formiaat (E isomeer) 0 0
Een oplossing van 22-1H (Y * I , E isomeer) (34 g, 75% zuiver) in een mengsel van aceton en CH^QH (1/1/ 200 ml) werd op een kolom van Amberlite IRA-41Q (formiaat-vorm 340 ml) geplaatst. De kolom werd 10 met hetzelfde oplosmiddelsysteem geëlueerd. De eerste fractie (11) werd verdampt tot ongeveer 100 ml van het volume en het bruine residu werd met 400 ml isopropylether fijngewreven. Het verkregen poeder werd door filtratie verzameld en onder verminderde druk gedroogd waarbij 29 g (75% zuiver volgens HPL'C) van de titelverbinding (E‘ isomeer) werd verkregen 15 als een bruin poeder met een smeltpunt boven 150°C (ohtleding).
TTBif —t IR ï Y cm 3300, 1780, 1680, 1630, 1600. max DV ; ^Et0H nm (E1%: ) 282 (186) . max 1 cm NMR i S aceton-d6/CH3OH-d4 (1/1) 4Q (3H qqE) 5,26 (1H, d, J=4,5 20 Ppm ~3 +
Hz, 6-H), 5,43 (2H, d, J=7 Hz, CH2N ), 5,99 (lfi, d, J=4,5 Hz, 7-H), 6,5 (1Ö, m, 3-CH=CT), 6,92 (1H, s, CHPh2), 7,1 (1H, d, J=16 Hz, 3-CH), 7,35 (1ÖH, m, Ph-H), 8,36 (1H, s, HCCfO), 8,46 & 9,12 (2H elk, d, J=8 Hz, Py-H).
B. 7- [2-(5-fimino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(4- 25 carbamoy1-1-pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1H met formule 102, E isomeer)
Een mengsel van het in stap A verkregen E isomeer (29 g, 75% zuiver) en 290 ml 85%fs mierezuur werd gedurende 2 uur bij kamertemperatuur geroerd. Verdamping van het mengsel gaf een bruine olie die met 30 500 ml aceton werd fijngewreven. Het poeder werd door filtratie verzameld, met 2 x 100 ml aceton gewassen en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 24 g (50% zuiver volgens HPLC) vein de ruwe titelverbinding. De bruine vaste stof werd 2 keer met 2 N HC1 behandeld (1 1 en 0,5 Ί). De waterextracten werden gecombineerd en op een kolom gebracht, die gepakt 35 was met Diaion HP-20 (1‘,5 >1). De kolom werd met 8 1 water gewassen en met 5, 1 30%’s CH^OH geëlueerd. De fractie die het gewenste produkt bevatte 850:..
* y 38 werd tot ongeveer 30 ml verdampt. Het concentraat werd met 200 ml aceton behandeld waarbij een neerslag werd verkregen, dat door filtratie werd verzameld en onder verminderde druk werd gedroogd. Men verkreeg 10,1 g (85% zuiver) van de titelverbinding (in de vorm van het zwitteriön) als 5 een geel poeder. Aan een suspensie van dit produkt in 100 ml CH^OH werd N HC1 in 55 ml CH^OH toegevoegd bij kamertemperatuur en het mengsel werd gedurende 30 min geroerd. De verkregen, heldere oplossing werd gefiltreerd om onoplosbare stoffen te verwijderen, geconcentreerd tot ongeveer 50 ml van het volume en met 200 ml isopropanol neergeslagen. Het 10 verkregen poeder werd verzameld, gewassen met 50 ml isopropanol en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 10,5 g (85% zuiver) van de titel-verbinding 1-1H (E' isomeer) (HC1 zout), met een smeltjunt boven 180 °C (ontleding). Het was een lichtgeel poeder.
Voorbeeld XVII
15 7°[2-(5-Amino-l ,2,4 -thiadiazo 1- 3 -y 1) -2-me thoxyiminoacetamido ] -3- [3- (4-car- bamoylpyridinio) -l-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat (lMH) (E’ isomeer)
Dit voorbeeld toont de bereiding van de verbinding 1-1H via de laatste paar stappen van reactieschema la of lb, waarbij het tussen-produkt (het eerdergenoemde formiaat) niet wordt geïsoleerd.
20 Een oplossing van 69-1 (E'isomeer) (27,6 g, 38,5 mmol) en isonicotinamide (22,8 g, 187 mmöl) in een mengsel van 120 ml CH^CN en 100 ml CH^OH werd gedurende 1 uur onder een stikstof atmosfeer bij kamertemperatuur geroerd. Na verdamping van de organische oplosmiddelen werd het olieachtige residu met isopropylether fijngewreven waarbij 25 50,5 g van een mengsel van het gequaterniseerde zout en isonicotinamide werd verkregen. Een oplossing van het mengsel (50,3 g) en 16 g natrium-bisulfiet in 160 ml 85%'s mieresuur werd gedurende 40 min bij kamertem- -peratuur en vervolgens 1 uur bij 40°G onder stikstof geroerd. Het mengsel werd onder verminderde druk verdampt. De overblijvende olie werd ge-30 mengd met 50 ml tolueen, azeotroop verdampt en met 400 ml aceton fijngewreven. Men verkreeg 27,8 g van de ruwe titelverbinding. Dit materiaal, werd 2 keer behandeld met 2 N HC1 (11 en 0,5 1). De zure extracten werden gecombineerd en op een kolom van HP-20 hars (1,5 1) gebracht. De kolom werd geëlueerd met 9 1 water en 10 1 30%'s methanol. De fracties die 35 de gewenste verbinding bevatten werden gecombineerd en geconcentreerd waarbij een gele olie werd verkregen die met 300 ml aceton werd fijngewreven. Men verkreeg 9,35 g van de zwitterion-vorm van de titelverbinding.
8501002 % . ., .. , 39
Aan een suspensie van het produkt (9‘,3 g) in 180 ml CH^OH werd 1 N HC1 in 55 ml CH^OH toegevoegd, waarbij een heldere oplossing werd verkregen. De oplossing werd geconcentreerd tot ongeveer 100 ml en verdund met isopropanol waarbij 9,50 g (zuiverheid 75%) van de titel-5 verbinding 1-lH (E isomeer) als het hydrochloride neersloeg. Het was een lichtgeel amorf poeder. Het smeltpunt lag boven 195 °C (ontleding). Voorbeeld 18 7°[2- (5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl3-3-cefem-4-carboxylaat (1-lH) (E isomeer)
10 Dit voorbeeld toont de bereiding van de verbinding 1-lH
via de laatste stap (7-N-acylering) van reactieschema lc.
Aan een met ijs gekoelde suspensie van het 7-amino-ce-fem-hydrochloride 82 -H (E1 isomeer, 5,0 g, 12,6 mmol) in 50% waterig ace-ton (100 ml) werd in kleine porties natriumbicarbonaat toegevoegd. De 15 pH van het mengsel werd met een pH-meter tijdens de reactie gevolgd.
Aan de koude geneutraliseerde oplossing (pH ongeveer -7) werd in een periode van 1 uur in kleine porties 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-me-thoxyiminoacetyl-chloride-hydrochloride (4,02 g, 15,6 mmol) toegevoegd en de pH van het reactiemengsel werd door af en toe natriumbicarbonaat 20 toe te voegen gehouden in het gebied van 6,8 - 7,5. De reactie werd ook met ylc gevolgd. Nadat de verbinding 82 - H volledig was verbruikt, werd het mengsel door de toevoeging van 2 N zoutzuur op een pH van 3 aangezuurd. Het mengsel werd gefiltreerd en het filtraat werd onder verminderde druk geconcentreerd. Het residu werd met 400 ml aceton verdund 2 waarbij een neerslag werd afgescheiden, dat door filtratie werd verzameld. Men verkreeg 9,59 g van de ruwe titelverbinding als een lichtgeel poeder. De geschatte zuiverheid was 40% volgens HPLC. Een suspensie van het ruwe produkt (9,5 g) in 150 ml 2 N zoutzuur werd gefiltreerd, en het filtraat werd op een kolom van HP-20 hars (500 ml) geadsorbeerd. Na wassen 30 met 1,5 1 water werd de kolom geêlueerd met 25%'s waterig isopropylalco-hol en het eluaat werd in fracties van 100 ml verzameld. De gewenste fracties werden samengevoegd, met 10 ml 2 N zoutzuur aangezuurd en geconcentreerd. De resterende olie werd met 200 ml isopropylalcohol fijngewreven en het neerslag werd door filtratie verzameld. Na drogen boven fosfor-35 pentoxyde werd 5,18 g van de titelverbinding 1-lH (E isomeer) hydrochloride verkregen als een geel amorf poeder. Het smeltpunt lag boven 190°C (ontleding). De geschatte zuiverheid was 75%.
8501002 * r 40
Voorbeeld XIX
Zuivering en kristallisatie van de verbinding 1-1H (E‘ isomeer)
Het in voorbeeld XVI verkregen hydrochloride van de ver-·.· binding 1-1H was een lichtgeel amorf poeder met een zuiverheid van 85%.
5 Procedure 1 6 g van het 85% zuivere hydrochloride werd opgelost in 20 ml water en gefiltreerd door een celite-kussen. Het amberkleurige fil-traat (pE 2) werd door een omgekeerde fasekolom gevoerd (de pakking van prepPAK-500/C^g patroon, Waters,· 120 nil), welke met water werd geëlu-10 eerd. Het eluaat werd verzameld in fracties van 120 ml terwijl het verloop gevolgd werd met HPLC (kolom Lichrosorb RP-18, 4 x 300 mm: mobiele fase, 0,01 M fosfaatbuffer (pH 7,2)/CH^OH = 85/15: detectie, uv (254 nm)). Fractie nr. 3 t/m fractie nr. 5 werden gecombineerd en geconcentreerd tot ongeveer 10 al, en met 100 ml aceton neergeslagen waarbij 3,3 g van 15 de zwitterion-vorm van 1-1H werd verkregen (lichtgeel amorf poeder; geschatte zuiverheid 95).
Aan een suspensie van het 95%'s zuivere poeder (3,2 g) in 32 ml CH^OH werd N HC1 in CH^OH (18 ml) toegevoegd, en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd totdat een heldere oplossing was- verkregen.
20 De oplissing werd gefiltreerd en het filtraat werd tot ongeveer 10 ml geconcentreerd. Aan het concentraat werd 100 ml isopropanol toégevoegd waarbij zich een lichtgeel neerslag afscheidde, dat door filtratie werd verzameld, met 5 ml isopropanol werd gewassen en werd gedroogd. Men verkreeg 2,6 g van het HCl-zout (amorf poeder; geschatte zuiverheid 95%).
25 Een oplossing van het 95% zuivere hydrochloride (1 g) in 4 ml water werd met 200 ml NaHCO^ ingesteld op een pH van 6,5 en gedurende 30 min geroerd. De kristallen die zich tijdens het roeren afscheidden, werden door filtratie verzameld, met 2 x 5 ml water gewassen en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 710 mg van 1-1H (zitter- 30 ion-vorm) als lichtgele prisma's. Het smeltpunt lag boven 185°C (ontleding) . Microanalyse liet zien dat het het trihydraat betrof.
IR t V1^ cm_1 1780, 1695, 1660, 1630, 1610. max UV 1 fosfaatbuffer (PH 7) nm ( g ) 227 (22000), 290 (23000).
A max 5 DMSO-d +D„0 35 ppm 3,45 (2H, br, s, 2-H), 3,9 (3H, s, OCHg), 4,99 (1H, d, J=4,5 Hz, 6-H), 5,16 (2H, d, J=7 Hz, CH2N+), 5,61 (1H, d, J=4,5 Hz, 7-H), 5,8 (1H, d-t, J=16 & 7 Hz, 8501002 41 ·„ -ψ i -* 3-CH=CH), 6,93 (1Η, d, J=16 Hz, 3-CH), 8,18 & 8,89 (elk 2H, d, J=7 Hz, Py-H).
Analyse berekend voor 1^20^8C 42,14; H 4,38; N 18,72; S 10,71 .
5 gevonden : C 42,41; H 4,35; N 18,86; S 11,'00.
Procedure 2
Nadat eenmaal kristallijn 1-1H was verkregen met procedure 1, was het mogelijk om de kristallijne zwitterion-vorm van 1-1H di-10 reet te verkrijgen uit het ruwe 1-lH-hydrochloride door te enten met een paar kristallen van het zuivere 1-1H.
Een oplossing van het 85% zuivere hydrochloride (250 mg) in 1 ml water werd met houtskool behandeld. De oplossing werd met 60 mg NaHCO^ op een pH van 6,5 ingesteld en met houtskool ontkleurd. Het 15 filtraat werd geënt met een paar stukjes van de bij procedure 1 verkregen kristallen en gedurende een nacht bij kamertemperatuur geroerd. De afgescheiden kristallen werden door filtratie verzameld, gewassen met 2 x 2 ml water en gedroogd onder verminderde druk. Men verkreeg 170 mg (80% opbrengst) lichtgele prisma's van 1 - 1H (zwitterion-vorm) met een smelt-20 punt boven 185 °C (ontleding), identiek aan het produkt dat met procedure 1 was verkregen (zoals bleek uit de IR, UV en NMR spectra).
De kristallijne zwitterion-vorm van verbinding 1-lH was licht oplosbaar in water (6 mg/ml in zoutoplossing bij 23 °C).
Voorbeeld XX
25 7- [2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-[3-hy- droxymethylpyridinio) -l-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1K met formule 107, E isomeer)
Ao Difenylmethyl 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-rnethoxyimlno-ace tamido]-3-[3-(3-hydroxymethylpyridinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-car-30 boxy laat-jodide (E-isomeer) (72-1-K)
Aan een oplossing van 69-1 (E-isomeer, 1,79 g, 2,5 mmol) in 2,5 ml CH^OH en 7,5 ml CH^CN werd 3-hydroxymethylpyridine (545 mg, 5 mmol) toegevoegd, en het mengsel werd gedurende 3 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het reactiemengsel werd in 100 ml ethylacetaat uitge-35 goten, terwijl heftig geroerd werd. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld, gewassen met een klein volume ethylacetaat en gedroogd.
Men verkreeg 2,06 g (100%) van de titelverbinding 72-1K als een taankleu- 8501002 42 ,τ
St * rig poeder. Smeltpunt 170 - 1S0°C (ontleding).
IR : V . (KBr) in cm"1 1780, 1725, 1675, 1615, 1530, 1385, 1225, 1040, max 750, 700.
ÜV : λ (C.H OH) in nm (E1% ) 290 (196) .
,vmax 2 5 1 cm 5 NMR; £ (DMSO + D20) in ppm 3,7 (2H, br.s, 2-H) , 3,91 (3H, s, OCH3), 4,70 (2H, s, Py-CH2-OH), 5,28 (2H, m, CH2-N+), 5,23 (1H, d, J=5Hz, 6-H), 5,90 (1H, d, J=5Hz, 7-H), 6,34 (1H, m, 3-CH=CH), 6,86 (1H, d, J=16HZ, 3-CH), 6,89 (1H, s, CHPh2), 7,35 (10H, m, Ph-H), 7,9 - 8,9 (4H, m, Py-H).
10 B. 7- [2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl·)-2-methoxyimino-acetamido] -3-[3- (3-hydroxymethylpyridinio) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1K met formule 107, E-isomeer)
Een mengsel van 72-IK (E isomeer, 2,0 g, 2,4 mmol) en 1 g natriumbisulfiet in 10 ml 85%-'s mierezuur werd gedurende 2 uur bij 15 kamertemperatuur. geroerd. Het reactiemengsel werd onder verminderde druk tot ongeveer 5 ml geconcentreerd. Het olieachtige residu werd in 100 ml . aceton gegoten terwijl heftig geroerd werd. Het neerslag werd door filtratie verzameld, gewassen met een kleine hoeveelheid aceton en gedroogd.
Men verkreeg 1,1 g van een taankleurig poeder, dat door kolomchromato-20 grafie werd gezuiverd (daarbij werd de pakking gebruikt van een PrepPAK- 500/C.q patroon (Waters)]. Aldus verkreeg men 283 mg (22%) van 1-lK als lo een amorf poeder. Het poeder werd gekristalliseerd uit 4N H2S°4 en ace“ ton waarbij 144 mg van de titelverbinding 1-lK werd verkregen als kleurloze naalden. Het smeltpunt was 185 - 188°C (ontleding).
25 IR : V (KBr) in cm"1 1775, 1680sh, 1660, 1630, 1225, 1045, 850.
max 1% UV : 1 (fosfaatbuffer, pH 7) in nm (E, ) 236,5 (283), 275 sh (280), λ max 1 cm 292,5 (330).
NMR: $ (D20) in ppm 3,75 (2H, s, 2-H), 4,18 (3H, s, 0CH3), 4,97 (2H, s,
Py-CHOH), 5,35 (1H, d, J=4Hz, 6-H), 5,43 (2H, d, J=6,5 30 Hz, CH2~N ), 5,92 (1H, d, J=4Hz, 7-H), 6,18 (1H, d-t, J=16Hz, J=6,5Hz, 3-CH=CH-), 6,97 (1H, d, J=16Hz, 3-CH), 8,13 (1H, d-d, J=8Hz, J=6Hz, Py-H), 8,60 (1H, d, J=8Hz, Py-H), 8,84 (1H, d, J=6Hz, Py-H), 8,90 (1H, s, Py-H).
Voorbeeld XXI
35 7-[2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2- (2)-methoxyimino-acetamido] -3-(3-(4- N-methylcarbamoylpyridinio) -1-propenyl 3 -3-cefem-4-carboxylaat (1-1M met 8501002 43 <%· 1 t Vep,"r * formule 108/ E-isomeer)
Een mengsel van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thia-diazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-l-propenyl)-3-cefem-4-carboxylaat (69-1) (E-isomeer, 450 mg, 0,62 mmol) en 4 -N-me thy 1 carbamoyl -5 pyridine (bereid volgens de procedure van M. Samejima, Yakugaku Zasshi, 80, 1706 (1960)1 (215 mg, 1,58 mmol) in 2 ml acetonitrile werd gedurende 5 uur bij kamertemperatuur onder stikstof atmosfeer geroerd. Het mengsel werd onder verminderde druk verdampt en het residu werd met ether fijngewreven waarbij 530 mg van het quaternaire zout werd verkregen. Een 10 mengsel van de vaste stof en 150 mg natriumbisulfiet in 2 ml 85%’s miere-zuur werd gedurende 4 uur geroerd en daarna gedurende 30 min bij 40°C verwarmd. Het mengsel werd onder verminderde druk verdampt. Het residu werd met aceton fijngewreven en het ruwe produkt werd door filtratie verzameld. Het ruwe produkt werd chromatografisch behandeld op een kolom van 15 HP-20 (1,5 x 18 cm) en de kolom werd met water en 30%'s waterig methanol geêlueerd. Het methanolische eluaat werd verdampt onder verminderde druk en het residu werd gevriesdroogd. Men verkreeg 140 mg van een amorf poeder, dat door HPLC verder werd gezuiverd (kolom: Lichrosorb EP-18, oplosmiddel: 15% CH^OH) en het eluaat van HPLC werd gevriesdroogd waarbij 20 60 mg (18%) van het titelprodukt 1-1M werd verkregen. Smeltpunt 180 -183°C (ontleding). Geschatte zuiverheid: 80%.
IR ï v (KBr) in cm * 1760 1660, 1600.
* max uv ï \ (fosfaatbuffer, pH 7) in nm ( £ ) 230 (22100), 286 (22100). a max NMRs £ (Ώ2Ό) in ppm 3,08 (3H, s, CONHCH^) , 3,72 (2H, s, 2-H) , 4,16 (3H, 25 s, 0CH3), 5,35 (1H, d, J=4,5Hz, 6-H), 5,95 (1H, d, J« 4,5Hz, 7-H), 7,00 (1H, d, J=16Hz, 3-CH), 8,35 (2H, d, . J=6Hz, pyridine-H), 9,05 (2H, d, J=16Hz, pyridine-H).
Voorbeeld XXII
7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadlazol-3-yl)-2-methoxyimlnoacetamido]-3-(3-(4-car-30 boxypyridinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1N met formule 109)
Aan een geroerde suspensie van isonicotinezuur (340 mg, 2,8 mmol) in 3,5. ml droog DMF werd 0,7 ml, 2,8 mmol Ν,Ο-bis(trimethyl-silyl)acetamide toegevoegd onder stikstofatmosfeer. Aan de verkregen heldere oplossing werd in een portie difenyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadia-35 zol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-l-propenyl)-3-cefem-4-car-boxylaat (69-1) (E-isomeer, 720 mg, 1 mmol toegevoegd, en de rode oplos- 850 1 0 02
V
44 *-r sing werd gedurende 1,5 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het reactie-mengsel werd druppelsgewijze toegevoegd aan 50 ml van een geroerde verzadigde natriumchloride-oplossing die 150 mg natriumthiosulfaat bevatte. Het gele neerslag werd door filtratie verzameld, met water gewassen, 5 en gedroogd waarbij 722 mg van een lichtgeel poeder werd verkregen. Het poeder (700 mg) en 70 mg natrium-bisulfiet' werden in 5 ml 85%'s miere-zuur opgelost, en men liet de oplossing gedurende 1,5 uur bij kamertemperatuur staan. Het mengsel werd in 50 ml tolueen gesuspendeerd en geconcentreerd. Het residu werd met 70 ml aceton fijngewreven, en het neerslag 10 werd door filtratie geïsoleerd waarbij 421 mg van een geel poeder werd verkregen. Dit ruwe poeder (400 mg) werd in 2 ml water gesuspendeerd en aan de suspensie werd natriumbicarbonaat toegevoegd. De resulterende donkere oplossing werd geadsorbeerd op' een kolom van de pakking (50 ml) Prep- PAK/C-o patroon (Water's systeem 500), en de kolom werd door 200 ml wa- lo 15 ter geêlueerd. Het eluens werd in 10 fracties van elk 20 ml gefractio- neerd, en de gewenste fracties (fracties nrs. 4. - 7) werden gecombineerd, met 2N zoutzuur aangezuurd tot een pH van 3, en geconcentreerd. Het residu werd met 30 ml aceton fijngewreven en het neerslag werd door filtratie verzameld. Men verkreeg 201 mg (37%) van de titelverbinding 1-1N als 20 een geel poeder. E/Z = 7/1; 80% zuiver. Smeltpunt boven 189°C (ontleding).
IR 5 v (KBr) in cm * 1770, 1665, 1600.
r max ÜV ί V (fosfaatbuffer, pH 7) in nm ( £ ) 227 (22500), 290 (22100).
/‘max NMR; $ (D^O + NaHCO^) in ppm 3,7 (2H, br.s) , 4,16 (3H, s) , 5,32 (1H, d, J=4Hz), 5,39 (2H, d, J=6Hz), 6,14 (1H, d-t, J=15,S en 25 6Hz), 7,03 (1H, d, J=15,5Hz), 8,31 (2H, d, J=7Hz), 8,94 (2H, d, J=7Hz).
Voorbeeld XXIII
7-[2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2- (Z) -methoxyimino-acetamido] -3- [3-(2,3 -cyclopentenopyridinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-10 met . 30 formule 110, E isomeer)
Een mengsel van difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thia-diazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido3 -3 - (3-jodo-1-propenyl) -3-cefem-4-carboxylaat (69-1) (E isomeer; 450 mg, 0,62 mmol) en 2,3-cyclopentenopy-ridine (217 mg, 1,83 mmol) in 2 ml acetonitrile werd gedurende 4 uur bij 35 kamertemperatuur onder stikstof atmosfeer geroerd. Na verdamping onder verminderde druk werd het mengsel met ether fijngewreven waarbij 560 mg van 8501002 » 45 het quatemaire zout werd verkregen. Een mengsel van de vaste stof en 2 ml 85%'s mierezuur werd onder stikstof gedurende 3 uur bij kamertemperatuur geroerd en daarna gedurende 30 min bij 40°C verwarmd. Het mengsel werd onder verminderde druk verdampt en fijnwrijven van het residu 5 gaf 391 mg van het ruwe produkt, dat door chromatografie over een kolom van HP-20 (1,5 x 18 can) werd gezuiverd. De kolom werd geêlueerd met water en 30%'s waterig methanol. Verdamping van het methanolische eluaat onder verminderde druk, gevolgd door vriesdrogen gaf 160 mg van een amorf poeder, dat verder gezuiverd werd door HPLC (kolom: Lichrosorb, oplosmid-10 dels 10% CH^QH). Het eluaat van HPLC werd gevriesdroogd waarbij 50 mg (15%) van het titelprodukt 1-10 werd verkregen. Het smeltpunt lag boven 190°C (ontleding). Geschatte zuiverheids 75%.
IR s y (KBr) in cm ^ 1765, 1670, 1600.
max ÜV : X (fosfaatbuffer, pH 7) in nm ( c ) 235 (20000), 283 (25000).
max • 15 NMRs 0 (D20 + NaHCO^) in ppm 2,2 - 2,6 (2H, m, -CH2-), 3,1 - 3,6 (4H, m, -CH2»), 3,72 (2H, s, 2-H), 4,17 (3H, 0CH3), 5,33 (1H, d, J=4,5Hz, 6-H), 5,90 (1H, d, J=4,5Hz, 7-H), 6,75 (1H, d, J-16HZ, 3-GH), 7,65 - 8,2 (3H, m, pyridine-H).
Voorbeeld XXIV
20 7- [2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(Z)-ethoxy imino-acetamido]—3—[3— (4-carboxypyridinio)-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-2N met formule 111, S isomeer) en ... 7-C2-(5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(Z)-ethoxyimino-acetamido] -3-[3-25 (4-carboxypyridinlo)-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-2N met formule 111, Z isomeer)
Een een afgekoeld mengsel van BSA (1,0 ml, 4,12 mmol) en isonicotinezuur (506 mg, 4,12 mmol) werd 69-2 (van bereiding nr. 21; 1,0 g, 1,37 mmol) toegevoegd, en het mengsel werd gedurende ,2 uur bij ka-30 mertemperatuur onder stikstof geroerd. Het mengsel werd uitgegoten in 20 ml 10%rs Na2S2<33 waarbij 1,3 g-van het quatemaire zout neersloeg, dat door filtratie werd verzameld, met water werd gewassen en werd gedroogd. Een mengsel van de vaste stof en 0,3 g natriumbisulfiet in 5 ml 98%'s mierezuur werd gedurende 1 uur bij 40°C verwarmd en onder verminderde 35 druk verdampt. Het residu werd met aceton fijngewreven en gefiltreerd, waarbij 900 mg van het ruwe produkt (E propenyl-isomeer: Z-propenyl-isomee = 2 s 1) werd verkregen. Scheiding van de isomeren werd uitgevoerd door 8501002 * > ' 46 HPLC (kolome Lichrosorb, oplosmiddel: 15% CH^OH)* De sneller lopende fracties van HPLC werden verzameld, verdampt onder verminderde druk en gevriesdroogd- Aldus verkreeg men het E-propenyl-isomeer van 1 -2N (44 mg, opbrengst 6%). De langzamer lopende fracties gaven het Z-propenyl-5 isomeer van. 1 - 2N (32 mg, opbrengst 4%) in een soortgelijke procedure. 1-2N, Ξ isomeer
Smeltpunt: > 200°C (ontleding).
IR : V (KBr) ,in cm”1 1765, 1660, 1620, 1380.
' max ÜV : \ (Water) ia na ( Ê ) 228 (222200) , 291 (2360.0) .
A max 10 NMR: (D20) in ppm 1,45 (3H, t, J=6Hz, CH2CH3) , 3,72 (2H, s, 2-H) , 4,45 (2H, q, CH2CH-3), 5,40 (Ifi, d, J=4Hz, 6-H) , 5,90 (1H, d, J=4Hz, 7-H), 7,05 (1H, d, J=15Hz, 3-CH), 8,30 (2H, d, J-6HZ, Py-H), 8,95 (2H, d, J=6Hz, Py-H).
1- 2N, Z isomeer 15 Smeltpunt: 200®C (ontleding).
IR : V (KBr) in cm”1 1760, 1660(sh), 1620, 1370.
max UV r X (fosfaatbuffer, pH 7) in na ( £ ) 225 (22400) , 275 (sh, 16000).
NMR: J (D20) in ppm 1,45 (3H, t, J=7Hz, CH2CH3) , 3,50 (1H, d, J=17Hz, 20 2-H), 3,75 (1H, d, J=17Hz, 2-H), 5,38 (1H, d, J=4Hz, 6-H), 5,95 (1H, d, J=4Hz, 7-H), 6,62 (1H, d, J=llHz, 3-GH), 8,35 (2H, d, J=6Hz, Py-H), 8,92 (2H, d, J=6Hz,
Py-H).
Voorbeeld XXV
25 7- [2- (Amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2- (propen-3-yloxyimino) -acetamido] -3- [3- (4-carbamöylpyridinio) -l.-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-3H met formule 112, E isomeer)
Aan een oplossing van 35 mg (0,08 mol) 7-amino-3-[3-(4-carbamoylpyridinio) -1-(E) -propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat hydrochloride 30 in 2 ml 50%'s waterig aceton werd 52 mg"2-[5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)]- 2- (propen-3-yloxyimino)acetylchloride-hydrochloride (van bereiding nr.
25) toegevoegd en het mengsel werd met 2N Na2C03 ingesteld op een pH van 6,5 - 7,0. Het mengsel werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd, met IN HC1 aangezuurd tot een pH van 2 en onder verminderde druk geconcen- 35 treerd. Het residu werd chromatografisch behandeld op een kolom van HP-20 hars die met 300 ml water en 30% CH30H-H20 werd geëlueerd. Fracties die het produkt bevatten werden gecombineerd en onder verminderde druk ver- 8501002 47 -, «o « f dampt. Het residu, 73 mg, werd gezuiverd door een kolom van omgekeerde fase-drager, die verwijderd was uit een PrepPAK-500/C„_ patroon (Waters, la 30 ml). De kolom werd geëlueerd met achtereenvolgens water, 5% CHgOH, 10% CELjQH en 20% CH^OH. Fracties die het produkt bevatten werden gecombi-5 neerd en gelyofiliseerd. Men verkreeg 26 mg (62%) van het titelprodukt 1-3H. Smeltpunt 160°C (ontleding).
IR ï V (KBr) ^ cm'1 3400, 1765, 1680, 1605, 1400. max OV : χ (fosfaatbuffer, pH 7) in im (£ ) 226 (24600), 288 (22800).· NMRt è (D,0) in ppm 3,75 (2H, s, 2-H) , 5,41 (1H, d, J=5Hz, 6-H), 5,50 -Ir 10 . (4H, m, CH2N & CH=CH2) , 5,98 (1H, d, J=5Hz, 7-H), 6,20 (1H, .m, 3-CH=CH), 7,09 (1H, d, J=17Hz, 3-CH), 8,50 (2H, d, J-7Hz, Py-H), 9,16 (2H, d, J=7Hz, Py-H).
Voorbeeld XXVI
7- [2° (5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-propargyloxyimino-acetamido]-3-[3-15 (4-earbamoyipyridinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-4B met formule 113, E isomeer)
Aan een oplossing van 86 mg (0,19 mmol) 7-amino-3-[3-(4-carbamoylpyridinio)-1-CE)-propenyl]-3-cef em-4-carboxylaat-hydrochloride (82-H) in 2 ml 50%· s waterig aceton werd 63 mg 2-propargyloxyimino-2- (5 -20 amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-acetylchloride-hydrochloride (van bereiding nr. 26) toegevoegd. De suspensie werd met 2N Na2C03 op een pH van 6,5 - 7,0 gehouden en vervolgens gedurende 1 uur op kamertemperatuur geroerd.
Het reactiemengsel werd met IN HC1 aangezuurd op een pH van 2 en onder verminderde druk geconcentreerd. Het residu werd met 30 ml water verdund, 25 met NaHCO^ geneutraliseerd en gefiltreerd. Het filtraat werd overgebracht op de bovenkant van een kolom die gepakt was met omgekeerde fase-drager (30 ml) verwijderd uit een PrepPAK-500/C^g patroon (Waters). De kolom werd achtereenvolgens geëlueerd met water, 5% CH^OH, 10% CH^OH en 20% CHgOH. Fracties die het produkt bevatten werden gecombineerd en 30 gelyofiliseerd. Men verkreeg 13 mg (12%) van het titelprodukt 1-4H.
De geschatte zuiverheid was 70%. Het smeltpunt 160°C.
IR ï y (KBr) in cm-1 3400, 2120, 1765, 1680, 1610.
UV : \ (fosfaatbuffer, pH -7) in nm ( £ ) 229 (24000), 288 (21200).
Λ max _ NMR: <$ (D-0) in ppm 3,78 (2H, s, 2-H) , 5,15 (2H, d, J=lHz, -CH„-ChZH) , 35 5,40 (1H, d, J=5Hz, 6-H), 5,50 (2H, m, CH-N ), 5,98 (1H, d, J=5Hz, 7-H), 6,20 (1H, m, 3-CH=CH) , 7,05 (1H, d, J-17Hz, 3-CH), 8,50 (2H, d, J=7Hz, Py-H), 9,16 (2H, d,-J= 8501002 <t t 48 % 7 Hz, Py-H).
Voorbeeld XXVII
7 — [ 2 — (5-Amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyimino-acetamido] -3-[3-(4-carbamoylpyridinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-5H met 5 formule 114, E isomeer)
Aart een geroerde "oplossing van 139 mg (0,31 mmol) 7-amino-3-[3- (4-carbamoylpyridinio) -1-propenyl] -3-ce£em-4-carboxylaat-biy-drochloride in 3,5 ml 50%'s waterig aceton in een met ijs gekoeld bad werd in porties 120 mg (0,44 mmol.) 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclo-10 pentyloxyiminoacetyl-chloride-hydrochloride (van bereiding nr. 27) toegevoegd o Het mengsel werd met 0,9 ml 2N Na^CO^ ingesteld op een pH van 6,5 - 7,0 en gedurende 1 uur bij 10°C geroerd. Het reactiemengsel werd met IN HC1 aangezuurd tot een pH van 2 en onder verminderde druk'verdampt. Het residu werd chromatografisch behandeld op een kolom van HP-20 hars 15 (20 ml) en werd geëlueerd met achtereenvolgens 300 ml water en 30%'s GH OH-H.O. Fracties die het produkt bevatten werden gecombineerd en on-der verminderde druk geconcentreerd. Het residu werd behandeld met 60 ml aceton waarbij 111 mg (83·%) van de titelverbinding 1-5H werd verkregen. Smeltpunt 160eC (ontleding). Geschatte zuiverheid 70%.
20 IR s V (KBr) 'ca"1 3400, 1770, 1680, 1605, 1530.
. XQgLX
UV s I (fosfaatbuffer, pH 7) in nm ( £»· ) 224 (23300), 286 (24600) .
NMR; $ (DMSO-dg) in ppm 1,70 (8H, br.s,H-/ ), 4,68 (1H, br.s,
S
\D
X ), 5,05 (1H, d, J= 5Hz, 6-H), 5,30 (2H, m, 25 q7 CH2N+), 5,67 (1H, d-d, J=5Hz & 7Hz, 7-H), 6,20 (1H, m, 3-CH=CH), 7,08 (1H, d, J=17Hz, 3-CH), 8,34 (2H, d, J= 7Hz, Py-H), 9,11 (2H, d, J=7Hz, Py-H), 9,38 (1H, d, J= 7Hz, 7-NH).
30 Voorbeeld XXVIII
7- [2-(5-Amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-(3-carboxymethyIpyridinio) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1P met formule 115, S isomeer) ,A. Difenylmethyl 7-[2-(5-Amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacet-35 amidol -3- [3- (3-carboxyme thy lpyr idinio) -1-propenyl 3 -3-cefem-4-c arboxy- laat (72-1P, jodide, Ξ ispmeer)
Aan een suspensie van 3-carboxymethylpyridine-hydrochlo- 8501002 ί * - ' 49 ride (0,89 g, 5 mmol) in 10 ml CH2C12 werd toegevoegd N,0-bis(trime-thylsilyl)acetamide (4,97 ml, 18 mmol), en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd totdat een heldere oplossing was verkregen. Aan de oplossing werd 69-1 (1,79 g, 2,5 mmol) toegevoegd en het mengsel liet men 5 bij kamertemperatuur staan- Na 3 uur werd 3 ml CH^OH toegevoegd aan het gekoelde mengsel en de oplossing werd onder verminderde druk verdampt waarbij een olie werd verkregen die met ethylacetaat werd fijngewreven.
Aldus verkreeg men 2,28 g van de titelverbinding 72-1P als taankleurig poeder. Smeltpunt 161 °C (ontleding).
10 IR ï V (KBr) in cm"1 1780, 1720, 1675, 1630, 1530, 1385, 1225, max 1045, 755, 700.
UV : \ (C.H-CH) in nm (e}% · ) 295 (188).
/vmax 2 5 1 cm NMR: & (DMSO + DO) in ppm 3,70 (2H, br.s, 2-H), 3,90 (5H, s, OCH. & ^ 4»
Py-CH2CO), 5,25 (3H, m, -CH2N & 6-H), 5,92 (1H, d, J= 15 4,5Hz, 7-H) , 6,35 (1H, m, 3-CH=CH-), 6,90 (IS, d, J* 16Hz, 3-CH), 6,92 (1H, s, CHPh2), 7,35 (1QH, m, Ph-H) , 8,8 - 9,0 (4H, m, Py-H).
B. 7°[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetamido]-3-[3-(3-carboxymethylpygidinio)-1-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1P) 20 met formule 115, E isomeer)
Een mengsel van 72-1P (jodide) (2,28 g) en 1,1 g natrium-bisulfiet in 10 ml 85%*s mierezuur werd gedurende 2 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het reactiemengsel werd onder verminderde druk tot ongeveer 5 ml geconcentreerd. Het olieachtige residu werd met 100 ml aceton 25 fijngewreven waarbij 1,22 g van het ruwe produkt werd verkregen dat door kolomchromatografie werd gezuiverd (HP-20, 420 ml). Men verkreeg 533 mg van de titelverbinding 1-1P (38%, van 69-1) als een lichtgeel amorf poeder. Smeltpunt 165°C (ontleding).
IR ï (KBr) in cm"1 1770, 1670, 1530, 1385, 1140, 1040.
30 UV ï 1 (fosfaatbuffer, pH 6,2) in nm (Ε?·% ) 234 (374), 277sh (390), ^ max i cm 290 (402).
NMRs 5 (D20 + NaHC03) in ppm 3,78 (2H, s, 2-H), 3,92 (2H, s, Py-CH2C0) , 4,22 (3H, S, 0CH3), 5,40 (1H, d, J=4Hz, 6-H), 5,44 (2H, d, J=6,5Hz, -CH2-N+), 5,97 (1H, d, J=4Hz, 7-H), 6,20 (1H, 35 d-t, J=16 & 6,5Hz, 3-CH=CH), 7,08 (1H, d, J=16Hz, 3-CH), 8,11 (1H, d-d, J=8 & 7Hz, Py-H5), 8,53 (1H, d, J=8Hz, 85 0 1 0 0 2 50 ï.
Py-S4), 8,82 (1H, d, J=7Hz, Py-Hg) , 8,86 (1H, s, Py-H2).
Voorbeeld XXIX
7- [2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (4-carboxymethylthiopyridinio) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1-1Q met 5 formule 116, E isomeer) A. Difenylmethyl 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacet-amido] -3-[3- (4-carboxymethylthiopyridini'o) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (72-1Q, jodide, E isomeer)
Aan een suspensie van 4-carboxymethylthiopyridine (0,88 10 g, 5 mmol) in 10 ml CH^Cl^ werd Ν,Ο-bis(trimethyIsilyl)-acetamide (5'ml, 18 mmol) toegevoegd, en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd totdat een heldere oplossing was verkregen. Aan de oplossing werd 69 -1 (E isomeer, 1,79 g, 2,5 mmol) toegevoegd en het mengsel liet men bij kamertemperatuur staan. Na 3 uur werd 3 ml CH^OH toegevoegd aan het koude 15 mengsel en de oplossing werd onder verminderde druk verdampt waarbij een olieachtig residu werd verkregen dat met ethylacetaat werd fijngewreven. Men verkreeg 2,43 g van de titelverbinding 72-1Q (jodide) als een taan-kleurig poeder. Smeltpunt 155°C (ontleding).
IR ï y (KBr) in cm”1 1780, 1720, 1670, 1625, 1525, 1385, 1225, 1115, 20 1040, 755, 700.
UV ï 5 (C„H OH) in nm (E1% . ) 312 (299).
Λ max 2 5 1 cm NMRs $ (DMSO-dg + D20) in ppm 3,70 (2H, br.s, 2-H) , 3,93 (3H, s, 0CH3) , 5,07 (2H, m, CH2~N+), 5,23 (1H, d, J=5Hz, 6-H), 5,90 (Ifi, d, J=5Hz, 7-H), 6,29 (1Ë, m, 3-CH=CH), 6,87 (1Ë, d, 25 J-ΙβΗζ, 3-CH) , 6,91· (1Ë, s, CHPh2) , 7,35 (10H, m, Ph-H), 7,88 & 8,58 (elk 2H, d, J=6Hz, Py-H).
B. 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetamido]-3-£3-(4-carboxymethylthiopyridinlo) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat (1 -IQ met formule 116, E isomeer) 30 Een mengsel van 72-1Q (jodide, 2,43 g) en 1,1 g natrium- bisulfiet in 10 ml 85%9 s mierezuur werd gedurende 2 uur bij kamertemperatuur geroerd. Eet reactiemengsel werd onder verminderde druk tot ongeveer 5 ml geconcentreerd. Het olieachtige residu werd met 100 ml aceton fijngewreven, gefiltreerd en gedroogd waarbij 1,39 g van een ruw produkt 35 werd verkregen dat door kolomchromatografie (HP-20, 20 ml) werd gezuiverd, en verkreeg 577 mg van de titelverbinding 1-1Q (39% uit 69-1) als een i 8501002 < Λ 51 lichtgeel amorf poeder. Smeltpunt 188°C (ontleding).
IR : V (KBr) in cm'1 1765, 1670, 1625, 1530, 1380, 1110, 1035.
max . * UV : \ (fosfaatbuffer, pH 6,·2) in nm (E. · ) 234 (459), 310 (678).
Λ max 1 cm NMRï J (D20 + NaHC03) in ppm 3,79 (2H, br.s, 2-H), 4,10 (2H, s, S-CH2), 5 4,23 (3H, s, 0CH3), 5,25 (2fi, d, J=6,5Hz, CH2-N+), 5,39 (1H, d, J=4,0Hz, 6-H), 5,97 (IS, d, J=4Hz, 7-H) , 6,18 (1H, d-t, J=15,5Hz & 6,5Hz, 3-CH=CH), 7,05 (1H, d, J* 15,5Hz, 3-CH), 7,84 & 8,55 (elk 2H, d, J=7Hz, Py-H).
Voorbeeld XXX
10 7-[2- (5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoac etamido 3—3—[3—(l1- methylpyrrolidinio)-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat-sulfaat (1-1A met formule 117, sulfaat) A. Difenylmethyl 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami-do]-3-(3-(1-methylpyrrolidinio)-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (72- 15 IA, jodide)
Aan een koude oplossing van difenylmethyl 7-[2-(5-amino- 1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodopropenyl)-3- cefem-4-carboxylaat (69-1) (van bereiding nr. 14) (21,5 g, 30 mmo'1) in 300 ml ethylacetaat werd druppelsgewijze een oplossing van 1-methylpyrro- 20 lidine (2,55 g, 30 mmol) in 30 ml ethylacetaat toegevoegd in een periode van 1 uur bij -5 tot 0°C, terwijl geroerd werd. Na nog eens 10 min roeren werd het verkregen neerslag door filtratie verzameld en gewassen met 200 · ml chloroform. Men verkreeg 23,0 g (95,8%) van de titelverbinding (69-1A, jodide), smeltpunt boven 175°C (ontleding).
25 IR : V (KBr) in cm'1 3300, 1780, 1685, 1615.
max 4 UV ï 1 (CLH_0H) in nm (E7% ) 218 (435), 295 (188).
max 2 5 1 cm B. Difenylmethyl 7-(2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetamido]-3-(3-(1-methylpyrrolidinio)-l-propenylI-3-cefem-4-carboxy-laat (72-1A, chloride) 30 De verbinding 72-lA, jodide (23 g, 28,7 mmol) werd opge lost in een mengsel van aceton en methanol (1 : 1, 230 ml) en aangebracht op een ümberlite IRA-410 (chloride-vorm, 230 ml) kolom die tevoren met hetzelfde gemengde oplosmiddel was behandeld. De kolom werd ontwikkeld met het oplosmiddel en de fracties die de gewenste verbinding 35 bevatten werden gecombineerd en geconcentreerd op een olieachtig residu.
Dit werd met 300 ml ethylacetaat fijngewreven waardoor men 17,9 g (87,7%) 85 0.1 ö 0 2 * Jk 52 van de titelverbinding 72-1A, chloride verkreeg met .een smeltpunt bij 190°C (ontleding).
IR : V (KBr) in cm"*1 3380, 1780, 1680, 1620.
max .
OV : \ . (C-H-OH) in run (E, ) 220 (369), 290 (262).
Λmax 2 a 1. cm 5 C. 7-[2- (5-Mino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyimino-acetamido] -3-[3- (l°methylpyrrolidinio) -1-propenyl] -3-cefem-4-carboxylaat-sulfaat (1-1A met formule 117, sulfaat)
Een mengsel van de verbinding 72-1A, chloride (17,8 g, 25 raad!) in 178 ml 85%'s mierezuur werd gedurende 2 uur bij kamertempe-10 ratuur onder een stikstof atmosfeer geroerd. Het mengsel werd onder verminderde druk verdampt en het olieachtige residu werd met aceton fijngewreven waarbij 9,80 g van ruw 1=1A werd verkregen. Concentratie van het filtraat en de aceton-wasvloeistoffen gaf nog eens 2,95 g ruw 1-lA. Twee oogsten van het ruwe materiaal werden gecombineerd en geëxtraheerd met 15 2N HC1 (1 1 en 0,5 >1) . De gecombineerde extracten werden geadsorbeerd op een Diaion HP-20 hars (1,5 1 kolom), die met water en 30%'s waterig methanol werd geëlueerd. De gewenste fracties werden verzameld en onder verminderde druk verdampt tot een olieachtig residu, dat met 200 ml iso-propanol en vervolgens 200 ml aceton werd fijngewreven, waarbij 7,09 g 20 . van een lichtgeel poeder werd verkregen. Dit materiaal (6,80 g) werd opgelost in 20 ml water en daarna aan kolomchromatografie onderworpen over de pakking van PrepPAK-500/C.Q patroon (90 ml), waarbij water en 10%'s lo waterig methanol als eluens werden gebruikt. Het eluaat werd verzameld in 20 ml fracties waarbij het verloop gevolgd werd met HPLC. [Kolom,
25 Nucleocil SSC-ODS-262, 8 x 100 mm? Mobiele fase, 0,01M fosfaatbuffer (pH
7 ,:2)/CH^OH = 90 t 10; Detectie, UV (254 nm) ] „ De fracties 4 t/m 10 werden gecombineerd, onder verminderde druk verdampt en gelyofiliseerd. Men verkreeg 2,28 g van een geel poeder (E/Z = 7/1, 70% zuiver) [oogst 11.
De fracties 11 t/m 85 werden op dezelfde wijze opgewerkt als bovenstaand 30 beschreven, waarbij 3,27 g van een geel poeder werd verkregen (E/Z = 5/1, 70% zuiver) [oogst 21. Een deel van oogst 1 (1,0 g) werd door hernieuwde chromatografische behandeling gezuiverd op de pakking van PrepPAK-500/ C,Q patroon (90 ml). De kolom werd met water en vervolgens 5% waterig me-lo thanol geëlueerd. Het eluaat dat de gewenste verbinding bevatte werd ge-35 concentreerd en gelyofiliseerd. Men verkreeg 638 mg (E/Z = 7/1, 80% zuiver) van een geel poeder. Een tweede deel van oogst 1 (1’,14 g) werd op 8501002 53 dezelfde wijze opgewerkt waarbij 880 mg (E/Z =7/1, 80% zuiver) van een geel poeder werd verkregen. De twee gezuiverde monsters werden gecombineerd en een deel (1,45 g) werd opgelost in 5 ml IN zwavelzuur. De oplossing werd verdund met 315 ml aceton terwijl geroerd werd. Het crème-5 kleurige neerslag werd verzameld door filtratie waarbij 1,48 g van de titeL-verbinding 1-1A, sulfaat werd verkregen (E/Z = 7/1, 80% zuiver), smeltpunt boven 185°C (ontleding).
IR : V (KBr) in cm"1 3380, 1765, 1675, 1630, 1535, 1390, 1115.
max UV % Xmair (fösfaatbuffer, pH 7) in nm ( E ) 236 (19900), 291,5 10 (22500).
NMRs 8 (D20 + NaHC03) in ppm 2,36 (4fi, br., ), 3,15 (3H, s, CH3±N\ZI ‘ )r 3,62 (5fi' br*' 2“H 611 I 3,83 15 (1H, br., 2-H), 4,13 (2H, d, J=8Hz, CH2N+), 4,22 (3H, s, 0CH3), 5,39 41H, d, J=4,5Hz, 6-H), 5,96 (1H, d, J=4,5Hz, 7-H), 6,00 (1H, m, 3-CH=CH), 6,67 (1/8H, d, J=l0Hz, 3-CH, cis), 7,04 (7/8H, d, J=16Hz, 3-CH, trans).
Voorbeeld XXXI
20 7-[2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-trime- thylaramonio-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (1-1D met formule 118)
Ao Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thladiazol-3-yl)-2-methoxyimlnoacet-amidol-3- (3-trimethylammonio-l-propenyl) -3-cefem-4-carboxylaat (72-1D, jodide) 25 Aan een oplossing van 13,0· g (19 mmöl) difenylmethyl 7- [2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yi)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-jodo-propenyl)-3-cefem-4-carboxylaat (69-1, van bereiding nr. 10) in 38 ml droog ethylacetaat werd 1,75 ml (19,1 mmol) 1,1N trimethylamine in ethyl-acetaat toegevoegd bij -5°C, en het mengsel werd gedurende 1 uur bij -5°C 30 geroerd. Het verkregen neerslag werd afgefiltreerd, goed gewassen met CHC13 en gedroogd. Men verkreeg 1 2,5 g (88%) van de titelverbinding 72-1D als het jodide.
IR ί V (KBr) in cm 1 3300, 1765, 1720, 1665.
UV r \ (C,H OH) in nm ( £· ) 300 (18400) .
35 b. Difenylmethyl 7-[2-(5-fimino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacet-amido]-3-(3-trimethylammonio-l-propenyl)-3-cefem-4-carboxylaat (72-lD, chloride) 8501002 9 * l 54
Het jodide 72-ID (12,5 g) werd opgelost in 60 ml CH^OH- aceton (1 : 1) en gevoerd door een kolom van een ionen-uitwisselingshars [IRA-410 (Cl·'”}, 125 ml]. De kolom werd geëlueerd met 300 ml CH^OH-aceton (1! : >1) , en het eluaat werd onder verminderde druk verdampt en fijnge- 5 wreven met 300 ml isopropyl-ether. Men verkreeg 10,4 g (91%) van het quatemaire zout 72-1D, chloride.
IR ί V (KBr) in cm”1 3300, 1765, 1710, 1665. max UV r 1 (ClH-QH) in nm ( & ) 298 (15100).
^ max δ 5
Co 7-[2-° (5-Amino-1,2,4-thiadiazol-3-yi) -2-methoxyimino-acetamido] -3-[3-10 trimethylammonio-l-propenyl] -°3-cefem-4°carboxylaat (1M.D met formule 118, sulfaat, E isomeer)
Een oplossing van 10,4 g (16,0 mmol) van 72-1D (chloride) in 20,8 ml 85%'s mier e zuur liet men gedurende 3 uur bij kamertemperatuur staan en concentreerde men onder verminderde druk. Het residu 15 werd behandeld met 210 ml isopropanol en het neerslag werd af gefiltreerd.
De vaste stof (10,1 ;g) werd fijngewreven met 210 ml water en geneutraliseerd met natriumbicarbonaat. De suspensie werd afgefiltreerd en het fil-traat werd chromatografisch behandeld op een kolom van HF-20 (300 ml) die achtereenvolgens met 1000 ml water, 200 ml 10%'s CH^OH en 150 ml 20 30%'s CH^OH werd geëlueerd. Fracties die het gewenste produkt bevatten werden gecombineerd en geconcentreerd onder vérminderde druk. Het residu werd door omgekeerde fase-chromatografie gezuiverd. De kolom was gepakt met een pakking verkregen uit een PrepPAK-500/C^g patroon (Whters, 200 ml) . Elutie met 600 ml water en vervolgens 200 ml 30%'s CH^OH, gevolgd door 25 concentratie van fracties die het gewenste produkt bevatten, gaf 2,52 g (18%) van de titelverbinding. Een oplossing van het zwitterion-produkt (1,5 >g) in 5 ml IN H^S04 werd in porties toegevoegd aan 300 ml aceton en het derde verkregen neerslag werd afgefiltreerd en gedroogd. De opbrengst aan 1-lD sulfaat bedroeg 1,42 g (80%). De E/Z verhouding was on-30 géveer 10/1, gebaseerd op HPLC.
IR t V (KBr) in. cm 1 3380, 1765, 1665.
r max UV r I (fosfaatbuffer, pH <7) in nm. ( & ) 237 (19500), 293 (22400).
Λ max NMRi è (D2O) in ppm 3,25 (9H, s, N+-CH3) , 3,94 (2H, s, 2-H) , 4,14 -(2H, d, J=7Hz, CH2N+), 4,23 (3H, s, O-CHg), 5,42 (lfi, d, J= 35 4,5Hz,. 6-H), 6,00 (1H, d, J*4,5Hz, 7-H) , 6,23 (1H, d-t, J=7 & 16ΗΖ, 3-CH=CH), 7,23 (1H, d, J=16HZ, 3-CH).
8,5 0 1 0 0 2 < * 55
Voorbeeld XXXII
7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-C 3-(4-carbamoylpyridinio)-1-propenylj-3-cefem-4-carboxylaat (1-1H met formule 102, E isomeer) 5 Aan een mengsel van 7-amino-3-[3-(4-carbamoylpyridinio)- 1”0'E) -propenyl]-3-cefem-4-carbonzuur-hydrochloride (82-H, 397 mg, 1 mmol) en NaHCO^ (168 mg, 2 mmcfl) in waterig OMF (water, 3,5 ml en DMF, 7,5 ml) werd benzotriazol-1-yl-2- (5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyimino-acetaat (479 mg, 1,5 mmol) (van bereiding nr„ 28) toegevoegd. Het mengsel 10 werd gedurende 3,5 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het reactiemengsel werd met 3N HC1 ingesteld op een pH van 3-4 en met 200 ml aceton verdund waarbij een neerslag werd gevormd, dat door filtratie werd verzameld. Het ruwe produkt werd opgelost in een klein volume waterig THF en de oplossing werd met NaHCO^ ingesteld op een pH van 6,8, behandeld met ontkleu-15 ringskool, geconcentreerd tot ongeveer 1 ml en geënt met enkele stukjes kristallijn 1 - 1H. Na een nacht roeren werd het kristallijne neerslag verzameld door filtratie waarbij de titelverbinding 1-1H (zfcitterion-vosm) werd verkregen. De opbrengst bedroeg 83 mg (16%). Het smeltpunt lag boven 185 °C (ontleding). Fysisch-chemische gegevens van dit produkt 20 waren identiek aan die van de verbinding van voorbeeld X.
Bereiding nr. 1
Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami-do]-3-chloromethyl-3-cefem-4-carboxylaat (64-1)
Aan een geroerde suspensie van 2-(5-amino-l,2,4-thiadia-25 zol-3-yl)-2-methoxyiminoazijnzuur (63-1? 2,1 g, 10 mmol) in 50 ml droog C3^C1^ werd 2,9 g, 10 mmol PCl^ toegevoegd bij -30°C, en het mengsel werd gedurende 20 minuten bij -15 tot -20°C geroerd. Aan de bovenstaand beschreven zuurchloride-oplossing werd een oplossing toegevoegd van difenylmethyl 7-amino-3-chloramethyl-3~cefem-4-carboxylaat hydrochloride 30 (62; 4,5 g, 10 mmol) in 50 ml CH^Clwelke 10 g, 50 mmol N,0-bis-(tri- methylsilyl)acètamide bevatte, bij -30eC. Na een uur roeren bij -10°C werd het mengsel geconcentreerd om het CH^Cl^ te verwijderen en met 200 ml ethylacetaat verdund. Het mengsel werd achtereenvolgens gewassen met 2 x 40 ml 10%'s waterig NaHCO^, 2 x 20 ml water en 10 ml zoutoplossing, 35 en gedroogd boven MgSO^. Het oplosmiddel werd onder verminderde druk verdampt en het resulterende olieachtige residu (10 gj werd opgelost in 20 85 0 1 Q 0 2 * i 56 » ml CHCl^ en chromatografisch behandeld op een silicagel (Wako gel C-200, 100 g bevattende 10 ml 1/1,5 M pH 7 fosfaatbuffer) waarbij 1-3% CH^OH-CHCl^ werd gebruikt. Fracties die de titelverbinding bevatten werden verdampt waarbij 5,7 g (95%) van de verbinding 64-1 werd verkregen als een 5 geel amorf poeder. Smeltpunt boven 140°C (ontleding).
IR ί y ^cnf1 3300, 1780, 1.720, 1680, 1620. max UV ί X Et0Hnm ( &) 245 (1800), 280 (9900). max NMRj $ DMS0"dÖ 3,53 (2H, ABq, 2-®), 3,94 (3H, s, OCH-), 4,42 (2H, s, ppm j - 3-CH2)f 5,22 (1H, d, J=4,5, 6-Ή), 5,92 (lH, d-d, J=4,5 & 6, 7-Ή), 6,93 (1H, S, CHPh2), 7,36 (10H, m, Ph-H), 8,1 (2H, br-s, HH ),.9,58 (lfi, d, J=6, 7-NH).
Difenylmethyl 7- [2- (5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami- 15. do]-3-jodomethyl-3-cefem-4-carboxylaat (65-1)
Een mengsel van 64-1 verkregen uit bereiding nr. 1 (5,7 g, 9,5 mrnöl) en Na! (4',3 g, 29 mmöl) in 50 ml droge aceton werd gedurende 5 min bij kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd en resulterende olie werd geschud met een mengsel van 20 100 ml ethylacètaat en 10 ml H20. De organische laag werd afgescheiden en gewassen met achtereenvolgens 10% w/v natriumthiosulfaat en zoutoplossing. Na drogen werd het ethylacètaat onder verminderde druk verwijderd waarbij 6,1 g (93%) van de titelverbinding (65-1) werd verkregen als -een geel amorf poeder met een smeltpunt boven 120°C (ontleding).
25 IR ·. V KBrcm”:L 3300, 1780, 1725, 1680, 1620. max UV S Λ Et0Hnm ( 4 ) 245 (17000), 282 (12000) . max NMRt & DMSO-d& ^72 ^ 2-H) , 3,94 (3H, s, OCH-.) , 4,23 (2H, s, ppm j 3-CH2), 5,21 (1H, d, J=4,5, 6-H), 5,89 (1H, d-d, J=4,5 & 6, 7-H), 6,94 (1H, s, CHPhL) , 7,35 (10H, m, Ph-H), 30 ^ 8,12 (2H, br-sr. NE ), 9,65 (1H, d, J=6, 7-NH).
Bereiding nr. 3
Difenylmethyl 7-[2- (5-amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetami-do] -3-trifenylfosfoniomethy 1-3-cefem-4-carboxylaat-jodide (66-1)
Een mengsel van 65-1 verkregen met bereiding nr. 2 35 (690 mg, 1 mmöl) en trifenylfosfine (786 mg, 3 mmol) in 20 ml ethylace- taat werd gedurende een nacht bij kamertemperatuur geroerd. De vaste stof 8501002 57 die zich, afscheidde werd verzameld, gewassen met 2 x 10 ml ethylacetaat en gedroogd. Men verkreeg 950 mg (100%) van het fosfoniumjodide 66-1.
Smeltpunt 186°C (ontleding).
IR ï V KBrcm™1 3300, 1780, 1710, 1680, 1610. r max 5 ÜV ï Λ Et0Hnm ( £> ) 268 (15000), 275 (13000), 300 (7300).
max NMRï $ DMSO-dg 3^52 (2H^ br_s^ 2H) , 3,94 (3H, s, OCH,), 5,34 (1H, d, ppm —i J=4,5, 6-H), 5,9 (1H, m, 7-«), 6,3 (lfl, s), 7,3 (10H, m, Ph-H), 7,8 (15H, m, Ph-H).
10 Bereiding nr. 4
Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami- dol-3-C(trifenylfosforanyliden)methyl]-3-cefem-4-carboxylaat (62-1)
Een mengsel van 66-1, verkregen volgens bereiding nr. 3
(952 mg, 1 mmol), Amberlite IRA-410 (OH vorm, 500 mg) en 4 ml N NaOH
15 in 10 ml CH2C12 werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd gefiltreerd en de afgescheiden organische laag werd gedroogd boven MgSO^ en geconcentreerd onder verminderde druk. De verkregen olie werd met ethylacetaat fijngewreven en het verkregen gele neerslag werd door filtratie verzameld. Men verkreeg 740 mg (90%) van de titelverbin- 20 ding 67-1. Het smeltpunt lag boven 180°C (ontleding).
IR ί V cm'1 3400, 1750, 1630. max ÜV : X Et0H na ( fi? ) 268 (12000), 276 (10000), 384 (23000).
H2cL2£
Bereiding nr. 5 25 Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami-do]-3-(3-chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (68-1)
Aan een oplossing van 67-1, verkregen volgens bereiding nr. 4 (6,9 g, 8,4 mmol) werden 3 g MgSO^ en 810 mg, 8,4 mmol 40%'s chlo-roacetaldehyde toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 1,5 uur bij kamer-30 temperatuur geroerd en daarna gefiltreerd. Het filtraat werd geëlueerd op silicagel (Wakogel C-2Ö0, 100 g bevattende 10 ml 1/1,5 M fosfaatbuffer) kolom waarbij CHCl^, alsmede CHCl^ dat CH^OH bevatte, werden gebruikt. Fracties die het gewenste produkt bevatten (0,5 - 1% CH^OH-CHCl^) werden onder verminderde druk verdampt waarbij 1,6 g (30%) van de titelverbinding 35 68-1 werd verkregen als een geel amorf poeder, dat een mengsel was van de Z en E isomeren met betrekking tot de chloropropenylgroep (Z/E=2/l, vol- 8501002
*· V
58 gens raar). Het smeltpunt lag boven 130 °C (ontleding) .
IR : V™* cm”1 3300, 1780, 1725, 1680, 1620.
max OV : X Et0H nm ( & ) 240 (20000), 286 (12000) .
^ max · ' X DMSO-d-+D_O 3,56 & 3,8 (m, 2-fi) , 3,94 (3fi, s, OCH,), 4,16 (d, NMR: 0 6 2 3 5 Ppm J-7,5, CH2G1), 5,26 (lfi, d, J=4,5, 6-H), 5,87 (1Ö, d, J=4,5, 7->H) , 6,28 (2/3H, d, J-ll, 3-CH cis-H) , 6,72 (1/3H, d, J=16, 3-CH trans-Ή), 6,81 (2/3H, s, CHShj), 6,92 (1/3H, s, CHPh^, 7,4 (10H, m, Ph-H).
Bereiding nr. 6 10 Difenylmethyl 7-bènzylideenamino-3-[(trifenylfosforanylideen)methyl3-3-cefem-4-carboxylaat (76)
Aan een oplossing van difenylmethyl 7-benzylideenamino- 3-=[(trifenylfosfonio)methyl]-3-cefem-4-carboxylaat-jodide [75; bereid volgens de procedure van de gepubliceerde Japanse octrooiaanvrage (Kókai) 15 56”86187 (7/31/81) ; (60 g, 70 mmol)] in 350 ml CH2C12 werden bij 5°C 140 ml N NaOH en 35 g Amberlite IRA-410 (OH vorm) toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 1 uur bij 5°C geroerd en gefiltreerd. De organische laag werd afgescheiden, gedroogd boven MgS0„, geconcentreerd tot een volume van ongeveer 100 ml en neergeslagen met 500 ml ethylacetaat. De resul-20 terende gele vaste stof werd door filtratie verzameld en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 48 g (94%) van de titelverbinding 76 met een smeltpunt van 195-198°C (ontleding).
IR s. V KBr cm"1 1770, 1620. max
Bereiding nr. 7 25
Difenylmethyl 7-benzylideenamino-3-(3-chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-earboxylaat (77)
Aan een geroerde oplossing van 76 verkregen volgens bereiding nr. 6 (2,9 g, 4 mmöl) in een mengsel van 40 ml CH2C12 en 10 ml H„0, werd bij kamertemperatuur 800 mg watervrij chloroacetaldehyde toe-30 ^ gevoegd. Aan het mengsel werd nog eens 800 mg chloroacetaldehyde toegevoegd in drie porties in een periode van 1 uur, terwijl de pH van het mengsel door toevoeging van N NaOH tussen 6 en 9 werd gehouden. Na 15 min werd de waterlaag verwijderd en werd de organische laag boven MgSO^ gedroogd. Verdamping van het oplosmiddel gaf een rode olie die in een 35 mengsel van ethylacetaat en isopropylether (1/2, 80 ml) werd opgelost.
De oplossing werd achtereenvolgens gewassen met 10 ml verzadigde wateri 8501002 t f ' 59 ge NaHC03 en 10 ml ^O. Na drogen boven MgSO^ gaf verwijdering van het oplosmiddel 3,3 g gele olie. Een oplossing van de olie in 50 ml werd gefiltreerd met behulp van silicagel (12 g, Wakogel C-200), die 1/1,5 M fosfaatbuffer (1,2 ml, pH 6,4) bevatte en de silicagel werd ge- 5 wassen met 50 ml CH^Cl^· Het filtraat en de wasvloeistof werd gecombineerd en drooggedampt. Het residu werd fijngewreven met n-hexaan waarbij 1,7 g (80%) van de titelverbinding 77 werd verkregen als een geel poeder. Het nmr-spectrum liet zien dat de chloropropenylgroep de Z-configuratie had.
Het smeltpunt lag boven 50 “C (ontleding).
10 IR: V KBr cm"1 3400, 1775, 1720, 1630.
max UV : 1 E6°Bnm ( £; ) 253 (11000), 258 (11000), 265 (10000), 273 (8300), *w max 281 (7000), 290 (6300).
NMRs <5DMSCHi6 3,63 (2H, br-s, 2-*H), 4,0 (28, m, CH.-Gl) , 5,42 (-2H, ppm -¾ m, 6-H & 3-CH=CH}, 5,72 (1H, d, J=4,5, 7-H), 6,27 (18, 15 d, J=ll, 3-CH), 6,85 (18, s, CHPh2), 7,33 (10H, m, Ph-H).
Bereiding van watervrij chloroacetaldehyde
Watervrij calciumchloride werd onder roeren toegevoegd aan een gekoelde oplossing van 50%'s waterig chloroacetaldehyde (50 ml), waarbij dit in twee lagen werd gescheiden. De chloroacetaldehyde-hydraat-20 laag v ' (de bovenste laag) werd afgescheiden en verdund met 100 ml CHCl^, gemengd met 20 g MgS04, gedurende 5 min onder terugvloeikoeling gekookt, en gefiltreerd. Het oplosmiddel en water werden aseotroop verwijderd (kook- /Λ \ punt 56 - 64°··0 v , en het residu werd gedestilleerd waarbij watervrij chloroacetaldehyde werd verkregen ^ , kookpunt 70 - 82°C/760 mm.
25 IR: cm"1 1720.
max (•1) R.P. Kurkjy, E.V. Brown, J.Amer.Chem.Soc., 74, 5778 (1952).
(2) So Trippett, D.M. Walker, J.Chem.Soc., 1961 1266.
(·3) H.0. House, V.K. Jones, G.A. Frank, J.Org. Chem., 29, 3327 (1964).
Bereiding nr. 8 30 p'ifenylmethyl 7-amino-3-(3-chloro-l-propen-1-yl)-3-cefem-4-carboxylaat C78)
Een oplossing van 77, verkregen volgens bereiding nr. 7 (180 mg, 0,34 mmol) in 10 ml ethylacetaat werd bij 5eC toegevoegd aan een oplossing van Girard reagens T [(carboxymethyl)trimethylammonium-chloride-35 hydrazide] (251 mg, 1,5 mmol) in 10 ml CH^H, dat 0,25 ml azijnzuur 8501002
* X
60 bevatte. Na 30 min roeren bij 5°C werd het mengsel geconcentreerd om het CEjOH te verwijderen en daarna werd 20 ml ethylacetaat toegevoegd. De e thy lace t aat-op loss ing werd achtereenvolgens gewassen met 2 x 5 ml H20, 5 ml verzadigde waterige NaHC03 en 5 ml zoutoplossing, en gedroogd boven 5 .MgSO^. Verdamping van het oplosmiddel gaf 145 mg (97%) van de titelver-binding 78 (Z: isomeer) als een geel poeder. Smeltpunt boven 100°C (ontleding).
IR t V ^ cm"1 3400, 1770, 1720. max ÜV ; XEt0Hnm ( & ) 252 (3700), 258 (3800), 260 (4000), 274 (4000), 10 285 (4000).
Bereiding nr. 9
Difenylmethyl 7- [2- (5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxy-iminoacetami-do]-3-(3-chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (68-1)
Een mengsel van 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-15 methoxyiminoazijnzuur (63-1; 10,1 g, 50 mmöl) en PCl^ (10,4 g, 50 mmol) in 100 ml droog C^Cl^ werd gedurende 2 uur bij -5 tot -15°C geroerd.
De heldere oplossing werd in 500 ml n-hexaan uitgegoten waarbij een neerslag werd verkregen. De organische laag werd door decanteren verwijderd en de resterende vaste stof werd met 100 ml n-hexaan fijngewreven. Het 20 gele neerslag werd door filtratie verzameld en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 12,5 g (99%) van het zuurchloride met een smeltpunt bij 80°C (ontleding).
XR : y nujQl cm"1 1770.
max
Het zuurchloride (25 mg, 0,1 mmöl) werd toegevoegd 25 aan een oplossing van de verbinding 78 (Z isomeer), verkregen volgens bereiding nr. 8 (44 mg, 0,1 mmol) in 5 ml droog CH2C12 bij kamertemperatuur, terwijl geroerd werd. Na 30 min werd het mengsel onder verminderde druk geconcentreerd en verdund met 20 ml ethylacetaat en 5 ml verzadigd waterig NaHCO^. De organische laag werd gewassen met 5 ml verzadigd wa-30 terig NaHCO_, 5 ml zoutoplossing, 5 ml 10%'s HC1 en 5 ml zoutoplossing.
Het oplosmiddel werd boven MgSO^ gedroogd en daarna drooggedampt waarbij het. produkt werd verkregen als een geel schuim. Het schuim werd gezuiverd door silicagel (wakogel C-200, 1 g, bevattende 0,1 ml 1/1,5 M fos-faatbuffer pH 6,4) kolomchromatografie door elutie met CH^C^-CH^H (100 35 : ;1), waarbij 31 mg (50%) van de titelverbinding 68-1 (Z isomeer) werd verkregen als een geel poeder. Het smeltpunt lag boven 150°C (ontleding).
8501002 i i 61 TCRr· —1 IR : y cm 3400, 1775, 1720, 1675, 1630.
’ max UV : X Et0H nm ( £; ) 240 (17000), 280 (10000).
max NMR: ί DMSO-dg ^ (2H, 2-B), 3,92 (3H, s, 0-CH-), 4,0 (2H, m, ppm 3 CH2C1), 5,27 (2H, m, 6-H & 3-CH=GH), 5,83 (1H, d-d, 5 J=t4,5 & 10, 7-H), 6,25 (1H, d, J=ll, 3-CH), 6,83 (1H, s, COTh2), 7,33 (10H, m, Ph-H), 8,0 (2fl, br-s, NH2), 9,57 (1H, d, J=10, 7-NH).
Bereiding nr. 10
Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami- 10 do]-3-(3-jodo-1-propen-1-y1)-3-cefem-4-carboxylaat (69 - 1)
Ben oplossing van 68-1, verkregen volgens bereiding nr.
5 (Z/E » 2/1, 480 mg, 077 mmol) in 10 ml droog aceton dat 346 mg, 2,3 mmol Nal bevatte, werd gedurende 30 min bij kamertemperatuur geroerd.
Het reactiemengsel werd onder verminderde druk verdampt. De resulterende 15 olie werd verdeeld over 50 ml ethylacetaat en 10 ml water. De bovenste laag werd gewassen met achtereenvolgens 10 ml 10% w/v waterige natrium- thiosulfaat-oplossing en 10 ml zoutoplossing, en gedroogd boven MgSO^.
Verdamping van het oplosmiddel gaf 540 mg (98%) van de titelverbinding 69- 1 (Z/E= 1/1) als een roodachtige amorfe vaste stof met een smeltpunt bo- 20 ven 120°C (ontleding).
IR .· y ^ cm"1 3300, 1780, 1720, 1680, 1620. r max UV t 1 Et0H nm ( £ ) 240 (21000), 290 (12000) .
Λ max NMR: £ ΕΜΒΟΛΟ ^ ^ ^ 2-H) , 5,29 (1H, d, J«4,5, 6-H), ppm
25 5,95 (1H, d, J=4,5, 7-H), 6,27 (1/2H, d, J=ll, 3-CH
Cis), 6,72 (1/2H, d, J=16, 3-CH trans), 6,87 & 6,96 (elk 1/2H, s, CHPh2), 7,4 (10H, m, Ph-H).
Bereiding nr. 11
Difenylmethyl 7-(2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetami-30 do]-3-(3-jodo-1-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat (69-1)
Een mengsel van 68-1 (Z isomeer), verkregen volgens bereiding nr. 9 (5,6 g, 9 mmol) en 4 g, 27 mmol Nal in 100 ml droog aceton werd gedurende 1,5 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het mengsel werd verdampt en de resulterende olie werd verdund met 90 ml ethyl-35 acetaat. De ethylacetaatlaag werd gewassen met 10 ml 10% w/v waterige na-trium-thiosulfaat-oplossing en 10 ml H20. Verwijdering van het boven MgSO^ 8301002 62
i X
gedroogde oplosmiddel gaf een, gele olie, die door fijnwrijven met iso-propylether vast werd. Filtratie van het neerslag gaf 4,3 g (67%) van de titelverbinding 69-1 als het E isomeer. Het smeltpunt lag boven 165 °G (ontleding).
5 IR : Y ^ cm"*1 3400, 1780, 1725, 1680, 1610.
max UV r λΚ<3ΒηΐΒ*( A) 240 (18000), 297 (11000). max
NMR; I DMSO-dg+D^O 3^gQ (3& ocH j 5,25 (1H, m, 6-H), 5,95 (1H, ppra J
m, 7-H), 6,72 (d, J=16, 3-CH trans), 6,96 (1H, s, CH-Ph>2) 10 7,4 (10H, m, HHH).
Bereiding nr. 12
Benzhydryl 7-amino- 3 - [ 3 -chloro-1 -propen-1 -y 1) -3 -ce fem-4 -carboxylaat (Z -isomee>r) (78)
Verbinding 78 is het gemeenschappelijke tussenprodukt 15 dat in de reactieschema's lb en 1c wordt gebruikt.
A. Benzhydryl 7-benzylideenamino-3-trifenylfosfoniomethyl-3-cefem-4-earboxylaat-chloride (7:5)
Aan een suspensie van benzhydryl 7-amino-3-chlorome- thyl-3-cefem-4-carboxylaat-hydrochloride (62, hydrochloride; 200 g, 0,44 20 mol) in 940 ml CH Cl_ werd bij kamertemperatuur 440 ml IN NaOH toegevoegd.
2 ^
Het mengsel werd gedurende 10 min geschud en de organische laag werd afgescheiden. Aan de organische laag werden 75 g MgSO^ en 51 g, 0,48 mol benzaldehyde toegevoegd en het mengsel liet men gedurende 3 uur staan.
Het reactiemengsel werd gefiltreerd en de onoplosbare stof werd met 200 25 ml CH^Cl^ gewassen. Aan de gecombineerde filtraat en wasvloeistof werd 126 g, 0,48 mol trifenylfosfine toegevoegd. Men concentreerde het mengsel tot ongeveer 400 ml en liet het gedurende 4 dagen staan. De resulterende viskeuze olie werd met 1 1 ethylacetaat verdund en fijngewreven waarbij de titelverbinding 75 zich afscheidde als een lichtgeel kristallijn poe-30 der dat door filtratie werd verzameld en onder verminderde druk werd gedroogd. De opbrengst bedroeg 322 g (96%). Het smeltpunt was 185 - 190°C (ontleding).
IR ; V *Br' cm"1 1780, 1720, 1630.
max UV ; ACH2G12 nm ( £| ) 260 (24100).
J B. Benzhydryl 7-benzylideenamino-3-[(trifenylfosforanylideen)methyl3-3-ce fem-4-carboxylaat (76)
Een mengsel van 75 (322-g, 0,42 mol) en 5 N Na2C03 (252 8501002 I ί 63 ml) In CH^Cl^ (1,6 -1) werd gedurende 15 min heftig bij kamertemperatuur geroerd. De organische laag werd afgescheiden, gedroogd boven MgS04, en geconcentreerd tot een volume van ongeveer 500 ml. Het concentraat werd onder roeren aan 1 1 aceton toegevoegd, waarbij een lichtgeel kristallijn 5 poeder werd verkregen dat door filtratie werd verzameld. Men verkreeg een opbrengst van 237 g (78%) van de verbinding met formule 76, welke smolt bij 195 - 198°C (ontleding).
IR ï y ^ cm"1 1770, 1620. max UV ï 1 nm ( ft ) 254 (23000), 389 (22000).
Λ max 10 NMRs S CDC13 2,56 & 3,16 (2H, ABq), 5,00 (1H, d, J=4 Hz), 5,23 (1H, ppm d, J=4 Hz), 5,47 (1H, d, J=22 Hz), 6,95 (lfi, s), 7,2 - 7,8 (3ÜH, m) , 8,55 (1H, s) .
C. Benzhydryl 7-amino-3-[chloro-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat-hydrochloride (Z isomeer) (73-hydrochloride) 15 Aan een onder terugvloeikoeling kokende oplossing van de verbinding met formule 76 (214 g, 0,294 mol) en Ν,Ο-bis-(trimethylsilyl)-acetamide (40 ml, 0,15 mol) in 2,9 1 werd onder roeren druppels gewijze een 50%*s oplossing van chloroacetaldehyde (93 g, 0,59 mol) in CHCLj toegevoegd in een periode van 15 min. Na 30 min staan werd het meng-20 sel drooggedampt. Aan de resterende olie werden 1,5 1 CE^Cl^, 99 g, 0,59 mol Girard-reagens T en 300 ml 10%'s waterig HC1 toegevoegd, en het mengsel werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd. De organische laag werd gewassen met 200 ml water en 200 ml van een verzadigde NaCl-oplossing, gedroogd boven MgSO^, behandeld met 5 g houtskool en gefil-25 treerd. Het filtraat werd gekoeld tot -10°C en behandeld met IN HCl in 300 ml CH^OH. Het mengsel werd gedurende 30 min bij kamertemperatuur geroerd en tot ongeveer 300 ml geconcentreerd. Het concentraat werd verdund met 400 ml ethylacetaat en geënt met een paar kristalie n van 78 -hydrochloride. Na 2 uur werden de afgescheiden kristallen door filtratie 30 verzameld, gewassen met 200 ml ethylacetaat en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 74 g (53%) van de titelverbinding 78 in de vorm van zijn hydrochloride met een smeltpunt boven 185°C (ontleding). Het waren lichtgele naalden.
IR ï V ** cm"1 2830, 1780, 1720. max 35 UV ; X Et0H nm ( &. ) 286 (8800) . max 8501002
4 X
64 NMR: i DMSO-dg 3;?3 (2H/ ^ 2-Ή) , 3,97 (2H, m, CHOI) , 5,22 (1H, d, J=4,5 Hz, 6-H), 5,37 (1H, d, J=4,5 Hz, 7-H) , 5,77 (lfi, m, 3-CH=CH), 6,45 (Ifi, d, J-Π Hz, 3-CH), 6,88 (1H, s, CHPh' ) , 7,33 (10H, br, s, Ph-H) .
M’ 5 Analyse berekend voor C23H21N2°3SG1'*HC1’Ï C 57,87; H 4,65; N 5,87; S 6,72; Cl 14,85 gevonden ; C 57,62? Η 4,53; N5,70; S 6,64; Cl 14,89.
Bereiding nr. 13 IQ Benzhydryl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetami-do] -3-[3-chloro-l-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat (z1 isomeer) (68-1) , Aan een geroerde oplossing van 78 (Z' isomeer; 20 g, 42 mmol) in 420 ml CH^Cl^ welke 34 ml, 125 mmol Ν,Ο-bis(trimethylsilyl)-acetamide bevatte, werd in een periode van 30 min bij -10 tot 0°C in drie 15 porties 15,2 g, 59 mmol 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetylchloride-hydrochloride toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 30 mln bij 0 - 5°C geroerd en onder verminderde druk. geconcentreerd. De resterende bruine olie werd in 420 ml ethylacetaat opgelost en de oplossing werd achtereenvolgens gewassen met 3 x 15 ml verzadigd waterif NaHC03, 20 15 ml verzadigd waterig NaCl, 15 ml 10%'s HC1 en 15 ml verzadigd waterig
NaCl en geconcentreerd tot een volume van ongeveer 50 ml. Aan het concentraat werd 200 ml n-heptaan toegevoegd, waarbin 28,5 g (90% zuiver) van de titelverbinding 68-1 (Z-isomeer) werd verkregen als een kleurloos poeder. Het smeltpunt lag boven 150°C (ontleding).
25 IR s V ^ cm""1 3400, 1780, 1720, 1680, 1620.
max OV s X Et0H nm ( £: ) 240 (20000), 283 (12000).
Λ max w NMR; $ aceton-dg (2fi, m, 2-H), 3,95 (3Ë, s, OCH.), 4,0 (2Ë, m, ppm —j CH2C1), 5,32 (1Ë, d, J= 4,5 Hz, 6-H), 5,62 (1H, m, 3-
CH=CH), 6,03 (1H, d, J=4,5 Hz, 7-Ή) , 6,32 (1H, d, J=U
30 Hz, 3-CH), 6,87 (IS, s, CHPh^), 7,33 (1QH, br, s, Ph-H).
Bereiding nr. 14
Benzhydryl 7- [2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyimino-acetami-do]-3-[3-1odo-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat (E isomeer) (69-1)
Een mengsel van 68-1 (Z isomeer; 28,5 g, 90% zuiver) 35 en 19 g natrium jodide in 420 ml droog aceton werd gedurende 10 min bij 8501002 $ > 65 kamertemperatuur geroerd en liet men gedurende 2 uur bij 5°C staan. Het mengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd. Aan het residu werd 420 ml ethylacetaat en 30 ml 10%*s w/v waterig natriumthiosulfaatoplos-sing toegevoegd, en het mengsel werd geschud. De organische laag werd met 5 30 ml water gewassen, boven MgSO^ gedroogd en verdampt tot een volume van ongeveer 50 ml. Het concentraat werd verdund met 200 ml n-heptaan, waarbij men een opbrengst van 30,6 g (95% zuiver) van de titelverbinding 69-1 (E isomeer) verkreeg als een geel poeder met een smeltpunt boven 120°C (ontleding).
1° IR ï y ^ cm"1 3400, 1780, 1725, 1680, 1620.
ÜV : X Et0H nm ( & ) 306 (15000).
max NMRi $ aceton-dg 3 ?1 (2Hj, m 2-H), 3,97 (3H, s, OCH.), 4,0 (2H, d,
ppm —J
J=8 Hz, CH2-I), 5,26 (1H, d, J=4,5 Hz, 6-H) , 6,03 (1H, d-d, J=4,5 & 8 Hz, veranderde in doublet J=4,5 Hz door 15 D20, 7-H), 6,32 (1H, d-t, J=15 & 8 Hz, 3-CH=CH), 6,79 (1H, d, J=15 Hz, 3-GH), 6,98 (1H, s, CHPh2), 7,35 (10H, m, Ph-Ή), 7,63 (2H, br, s, verdween door D20, NH^, 8,52 (1H, d, J=8 Hz, verdween door D20, 7-NH).
Bereiding nr. 15 20 Benzhydryl 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyimino-acetamido]- 3-[3-(4-carbamoyl-l-pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat-jodide (E isomeer) (72-1H)
Aan een suspensie van 69-1 (E‘isomeer, 30,5 g) en 26 g, 212 mmol isonicotinamide in 120 ml CH^CN werd 100 ml CH^OH toegevoegd 25; totdat het mengsel helder werd. De oplossing werd gedurende 2 uur onder een stikstofatmosfeer bij kamertemperatuur geroerd en geconcentreerd onder verminderde druk tot ongeveer 100 ml. De resterende semi-vaste stof werd met 200 ml isopropylether fijngewreven. Het oplosmiddel werd door decanteren verwijderd en het resterende gele poeder werd gewassen met een 30 mengsel van isopropylether en CH^OH (3/1, 120 ml). Het poeder werd door filtratie verzameld en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 36 g (75% zuiver geschat volgens HPEC) van de titelverbinding 72-1H (E isomeer) als een lichtgeel poeder met een smeltpunt boven 150°C (ontleding).
IR.Ï V cm 3300, 1780, 1720, 1680, 1620. max 35 UV ï Λ Et°H η® (eJ%^ > 282 (170) max 1 cm 8501002 Λ .
* V
66 NMR: & DMSO-dg 3f72 (2H^ 2-S) , 3,90 (3fi, 's, OCH.) , 5,25 (3H, m, ppm —3 6-H & CH^N ), 5,9 (1H, d-d, J=4,5 & 8 Hz, veranderde in een doublet J=4,5 Hz door D20 toevoeging, 7-H), 6,35 (1H, m, 3-CH=CH), 6,89 (1H, s, CHPh2), 6,9 (IS, d, J= 5 16 Hz, 3-CH), 7,35 (10H, m, Ph-H), 8,06 (2H, br, s, verdween door D20, NH2) , 8,21 (2Ë, br, s, verdween’door D20 toevoeging, NH2) , 8,36 & 9,07 (elk 2H, d, J=6 Hz,
Py-R) , 9,57 (1H, d,. J=8 Hz, verdween door D20 toevoeging, 7-NH).
10 Bereiding nr» 16
Benzfaydryl 7-benzylideenamino-3-[3-chloro-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-car-boxylaat (77, 2 isomeer)
Aan een met ijs gekoeld mengsel van het kristallijne 7-amino-cefem tussenprodukt met formule 78 (Z'isomeer, 13,4 g, 28 mmöl) 15 en 3,3 g, 31 mmol benzaldehyde in 150 ml ethylacetaat werd in een periode van 20 min druppelsgewijze 56 ml, 28 mmol 0,5 N natriumhydroxyde toegevoegd, waarbij de temperatuur van het reactiemengsel beneden 10°C werd gehouden. Het mengsel werd gedurende nog· eens 15 min onder koeling geroerd, en de organische laag werd afgescheiden, gewassen met 2 x 100 ml 20 verzadigde waterige natriumbicarbonaat en boven magnesiumsulfaat gedroogd. Aan de gedroogde oplossing werd een kleine hoeveelheid houtskool toegevoegd en het mengsel werd gefiltreerd. Het filtraat werd drooggedampt. De resterende olie werd opgelost in 50 ml koolstof-tetrachloride, en op-.. nieuw geconcentreerd. Deze procedure werd 3 keer herhaald, en het mengsel 25 werd gevolgd met omgekeerde fase tic om te bevestigen dat al het als uitgangsmateriaal gebruikte 7-amino-cefalosporine was omgezet in de Schiff*s base. Verwijdering van het oplosmiddel onder verminderde druk gaf 16,45 g van de titelverbinding 77 (Z isomeer) als een lichtgeel poeder (geschatte zuiverheid 85%; smeltpunt 74°C (ontleding)), dat zonder 30 zuivering voor de volgende stap werd gebruikt.
IR i V ^ cm"*1 i-780, 1725, 1635.
T max - CH2C12 ^ (E1% . J 257 (400).
Λ max 1 cm NMR: 1CDC13 6,18 (1H, d, J=ll Hz), ppm ' Bereiding nr♦ 17 35 Benzhydryl 7~benzylideenamino-3-[3- (4-carbamoyl-l-pyridini'o) -1-propen-l-
* I
8501002 r f 67 yll-3-cefem-4-carboxylaat jodide (81—‘H) (El isomeer)
Aan een af gekoeld mengsel van 16,4 g van het 3-chloro- propenylcefem met formule 77 (z isomeer) in 5 ml aceton werd in de loop van 10 min onder een stikstofatmosfeer druppelsgewijze een oplossing van 5 6,3 g, 42 mmol natriumjodide in 30 ml aceton toegevoegd, en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd. De reactie werd gevolgd door de ver- 1% 1 % houding van uv absorptie [E. (255 n»)/E. (320 nm)]. Toen de verhou- i cm 1 cm ding een waarde beneden 1,30 bereikte (na 45 min), werd het mengsel verdund met 400 ml koolstoftetrachloride en liet men het bij kamertempe-10 ratuur staan. Toen de verhouding op een waarde beneden 1,10 kwam (na 3 uur) werd het mengsel geconcentreerd tot de helft van zijn volume. Het concentraat werd behandeld met een kleine hoeveelheid houtskool en diato-meeênaarde, en gefiltreerd. De filterkoek werd gewassen met 100 ml van een lil mengsel van methyleenchloride en koolstoftetrachloride. Aan 15 de gecombineerde oplossing van het filtraat en de wasvloeistof werd een oplossing toegevoegd van 3,5 g, 28,7 mmol isonicotinamide in 20 ml dime thylformamide en het mengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd.
Men liet het concentraat gedurende 1,5 uur bij kamertemperatuur staan en waste het met 3 x 100 ml isopropylether. De resterende bruine semi-vaste 20 stof werd opgelost in 50 ml methyleenchloride en de oplossing werd druppelsgewijze onder roeren toegevoegd aan 1,5 1 ethylacetaat. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld en met 200 ml ethylacetaat gewassen. Na drogen boven fosforpentoxyde onder verminderde druk, werd 17 g van de titelverbinding 81-H (E isomeer) verkregen. Het was een geel amorf 25 poeder met een smeltpunt van 150 - 1 55 °C (ontleding). De geschatte zuiverheid was 80% volgens nmr.
IR ; V KBr cm”1 1775, 1725, 1690, 1635. r max UV : X ^2°½ nm (Ε? * ) 258 (335) , 298 (255).
dcL2£ 1 Olü 25 NMR: & DMSCHd6 3,4 - 3,8 (2H, br(.), 5,35 (2H, br.), 5,41 (1H, d, J= ppm 4Bz), 5,73 (1H, d, J=4 Hz), 6,93 (1H, -s), 6,97 (1H, d, J=16 Hz), 7,3 - 7,5 (15H, br. -s) , 8,40 (2H, d, J= 6,5 Hz), 9,15 (2H, d, J= 6,5 Hz).
Bereiding nr. 18 30 7-Amino-3-[3-(4-carbamoyl-l-pyridinio)-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxy-laat (82-B, E isomeer)
Aan een suspensie van het gequaterniseerde cefem 81-H
8501002 * ï 68 < (17 fg) in 25 ml 85%'s mierezuur werd druppelsgewijze 5 ml geconcentreerd zoutzuur toegevoegd, en het mengsel werd gedurende 1,5 uur bij kamertemperatuur geroerd en behandeld met een kleine hoeveelheid houtskool. Het mengsel werd gefiltreerd en gewassen met 5 ml 85%'s mierezuur. Het fil-5 traat werd gecombineerd met de wasvloeistof en onder roeren uitgegoten in 1 1 aceton. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld waarbij men 9,52 g geel gekleurd ruw produkt verkreeg. Aan een suspensie van het ruwe materiaal (9,5 !g) ia 50 ml water werd een kleine hoeveelheid houtskool toegevoegd, en het mengsel werd gefiltreerd. Het filtraat werd on-10 der roeren druppelsgewijze toegevoegd aan 700 ml isopropylalcohol. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld, gewassen met een kleine hoeveelheid methanol van 30 ml, en gedroogd. Men verkreeg 7,58 g van de titelverbinding 82-Η (E isomeer) als het hydrochloride. Het was een lichtgeel poeder. De geschatte zuiverheid was 85% volgens UV. Het smeltpunt 15 bedroeg 173 - 188°C (ontleding).
IR ί V ^ cnf1 1795, 1680, 1620, 1575, 1540.
* max.
ον, ï Μ (E1 4 ) 294 (457).
Λ max 1 cm NMRs D20+DC1 3,82 (2H, s) , 5,.17 (1H, d, J=5 Hz), 5,33 (2Ö, d, J= ppm 7Hz), 5,43 (1H, d, J= 5 Hz), 6,37 (lfi, d-t, J=16 & 7 20 Hz), 7,23 (1H, d, J=16 Hz), 8,34 (2H, d, J=7 Hz), 9,00 (2H, d, J=7 Hz).
Bereiding nr. 19 2- (5-Amino-1, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetylchloride-hydrochlo-ride (63-1 als het zuurchloride-hydrochloride) 25 A. 2-Cyano-2-methoxyiminoacetamide
Aan een geroerd mengsel van 252 g, 3 mol a-cyanoacetami-de en 414 g, 6 mol natriumnitriet in 600 ml water werd in 1,5 uur bij 5 - 10°C 371 ml, 10 mol azijnzuur toegevoegd. Het mengsel werd gedurende nog eens 1,5 uur geroerd en met 6 N NaOH op een pH van 8,5 ingesteld.
30 Aan het mengsel werd bij 15 - 20°C 568 ml, 6 mol dimethylsulfaat toegevoegd en het mengsel werd gedurende 1,5 uur bij 45°C geroerd. Het reac-tiemengsel werd met 6 N NaOH op een pH van 8,5 ingesteld en men liet het gedurende een nacht bij 5°C staan waarbij zich een neerslag afscheidde dat door filtratie werd verzameld, met koud water werd gewassen en aan 35 de lucht werd gedroogd. Men verkreeg 292 g (77%) van de titelverbin-ding als bruine naalden met een smeltpunt van 170 - 172 °C.
8501002 1 ^ 69 IR : V ^ cm"1 3400, 3180, 1720(sh), 1715, 1690, 16,15, 1570.
max OV : 1 H2° im ( £ ) 238,5 (8290), 268 (sh, 3870).
max NMR: & DMSO-dg 4 2Q (3Hf s> qch } f 7,85 (2H, br. NH ) .
ppm ο i
Analyse berekend voor C^H^N^O^: C 37,80; H3,97; N 33,06 5 gevonden ï C 37,43; H 3,75; N 32,51.
B. 2-Methoxyiminopropaandinitrile
Een geroerd mengsel van 88,9 g, 0,7 mol 2-cyano-2-metho-xyiminoaeetamide, 70 g natriumchloride en 97 ml, 1,05 mol fosforoxy-chloride in 350 ml droog 1,2-dichloroethaan werd gedurende 16 uur onder 10 terugvloeikoeling gekookt. De onoplosbare stof werd afgefiltreerd door een dicalite kussen en gewassen met dichloroethaan. Het filtraat en de wasvloeistof werden gecombineerd, en uitgegoten in 1,5 1 geroerd ijswater om de overmaat fosforoxychloride te ontleden. De organische fase werd met 500 ml 10%'s NaHCO^, 3 x 500 ml water en 500 ml van het verzadigde 15 NaCl-oplossing gewassen en boven MgSO^ gedroogd. Het filtraat werd onder verminderde druk gedestilleerd waarbij 61,5 g (81%) van de titelverbinding werd verkregen welke kookte bij 62°C/24 mm Hg. (Lit., kpt. 47 - 48°C/ 12 mm Hg).
IR : v v]*oeiStoffilm cm“l 3020f 2960, 2245, 2020<, 1530jr 1455<, 1080.
max 20 NMR; ê CDC13 4,35 (3H, s, OCH,).
ppm 3 C. 2-Cyano-2-methoxyiminoacetamidiniumacetaat
Aan een oplossing van 28,4 g, 0,53 mol ammoniumchloride in 355 ml 28%'s waterig ammonia en 180 ml ethanol werd druppelsgewijze in de loop van een periode van 30 min onder roeren bij -15 tot -10°C 25 een oplossing van 58,0 g, 0,53 mol 2-methoxyiminopropaandinitrile in 120 ml ethanol toegevoegd. Het mengsel werd gedurende een nacht bij -10°C geroerd en daarna gedurende 1 dag bij kamertemperatuur (20 - 25°C). Het reactiemengsel werd verdeeld over 350 ml water en 350 ml CH^Cl^, en de waterfase werd verzadigd met natriumchloride en opnieuw met 300 ml CH^Cl^ 30 geëxtraheerd. De organische extracten werden gecombineerd, gedroogd boven MgS04 en onder verminderde druk verdampt. Een oplossing van het residu in 1,6 1 ethylacetaat werd met azijnzuur op een pH van 3-4 ingesteld waarbij de titelverbinding neersloeg in de vorm van kristallen, die door filtratie werden verzameld en met ethylacetaat werden gewassen. De 35 opbrengst was 67,6 g (69%). Het smeltpunt 152 - 154°C (ontleding). [Lit., 8501002 * 4.
70 smeltpunt 150 - 155 °C (ontleding)].
IR : v ^ cm"1 3160, 2900, 2360, 2235, 2000, 1665, 1555, 1495, 1415.
max UV : XEt0Hnm (£) 243 (8500), 265 (sh, 5380), 305 (sh, 1400).
Λ max NMRr ί DMSO-dg χ 88 (3H ch C00H), 4,15 (3H, s, OCH-), 7,60 (4H, ppm —o j 5 br.).
Analyse berekend voor C^H^N^O*CH^CQOH: C 38,71; H 5,41; N 30,09 gevonden : C 38,71; H 5,59; N 29,51.
D. 2-(5-Amino-L,2,4-thiadjazol-3-yl) -2-methoxyimino-acetonitrile
Aan een suspensie van 2-cyano-2-methoxyiminoacetamidini-10 um-acetaat (125 g, 0,672 mol) in 1,25 1 CH3OH werd bij -10°C druppelsgewijze 234 ml, 1,68 mol triethylamine toegevoegd, en vervolgens in 20 min bij -15 tot -10°G 41,6 ml, 0,806 mol) Br2. Het mengsel werd gedurende 20 min geroerd. Aan het mengsel werd in 1 uur bij -15 tot -10°C druppelsgewijze een oplossing van 78,3 g, 0,806 mol KSCN in 550 ml CH^OH toegevoegd. 15 Na 1 uur roeren bij 0 - 5°C werd het mengsel in 12 1 ijswater uitgegotan waarbij zich een kristallijn neerslag vormde, dat door filtratie werd verzameld, met water werd gewassen en aan de lucht werd- gedroogd. Men verkreeg 12Q g (98%) van de titelverbinding. Het smeltpunt was 263 - 265°C (ontleding).. Het smeltpunt van de aldus bereide verbinding is ongeveer 20 60°C hoger dan het in de literatuur vermelde smeltpunt (Japanse octrooi aanvrage Kokai 57-158769, gepubliceerd op 30 september 1982, van Fujisawa, Britse aanvrage van 3/6/81; smeltpunt 210 - 215eC (ontleding)), maar de onderstaande spectraal en microanalytische gegevens zijn consistent met de structuur.
25 IR : V KBr cm”1 3435, 3260, 3120, 2960, 2245, 2020, 1630, 1545, 1455, 7 max 1415.
UV ; 1 Et°S nm ( £ ) 248 (13300) , 310 (3470).
^ max NMRt $ DMS0"d6 4,21 (3H, s, OCH-), 8,30 (2H, br. NH-) . ppm 3 2
Analyse berekend voor CgH^N^OSï C 32,78; E 2,75; N 38,23; S 17 ,50 30 gevonden ï C 32,76; H 2,51; N 38,02; S, 17,50.
E. 2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyIminoazijnzuur (63-1)
Een mengsel van 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl-2-me-thoxyiminoacetonitrile (18,3 g, 0,1 mol) in 250 ml 4 N NaOH werd onder roeren gedurende 3 uur bij 50 - 55®C verwarmd. Het reactiemengsel werd 35 met H3P04 óp een pH van 1 ingesteld, en gewassen met 100 ml ethylacetaat, 8501002 Γ -* 71 verzadigd met NaCl, en drie keer geëxtraheerd met een mengsel van ethyl-acetaat en tetrahydrofuran (3 : 1, 2 x 300 ml, en 1 x 200 ml). De extracten werden gecombineerd, gedroogd hoven MgSO^ en onder verminderde druk geconcentreerd. Het residu werd met isopropylether fijngewreven waarbij 5 men lichtgele kristallen verkreeg van het in de titel vermelde zuur. De opbrengst was 16,8 g (83%). Smeltpunt 184 - 185°C (ontleding). [Lit.*, smeltpunt 180 - 182eC (ontleding] (* Japan Kokai 57-158769, gepubliceerd 30 september 1982, van Fujisawa, Britse aanvrage van 3/6/81).
IR } V KBr cm'1 3460, 3260, 3140, 1725, 1620, 1605, 1545. max 10 ÜV : X ^ nm ( & ) 234 (13200) , 288 (sh, 3620) .
F. 2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetyl-chloride-hydro-chloride
Aan een suspensie van 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-y-l)-15 2-methoxyiminoazijnzuur (63-1, 40,4 g, 0,2 mol) in 400 ml droog CH^Clj werd bij -50eC in een portie 41,6 g, 0,2 mol PClg toegevoegd. Het mengsel werd gedurende 4 uur bij -20 tot -5°C geroerd en in een mengsel van n-heptaan en isopropylether (2 : 1, 21) uitgegoten. Het gele neerslag werd door filtratie verzameld, met hetzelfde oplosmiddelmengsel gewassen, 20 en met KOE onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 46,0 g (90%) van het in de titel vermelde zuurchloride.
IR : y Nujo;L cm"1 1775 max
Bereiding nr. 20
Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(Z)-ethoxyiminoacet-25 amidol-3-[3-chloro-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (68-2, Z isomeer met formule 119)
Aan een mengsel van Ν,Ο-bis(trimethylsilyl)acetamide (2,3 ml, 9 mmol) en kristallijn difenylmethyl 7-amino-3-[3-chloro-l-(Z)-pro-pen-1-yl]-3-cefem-4-carboxylaat-hydrochloride (78? 1,338 g, 2,8 mmol, 30 verkregen volgens bereiding nr. 12) in 10 ml methyleenchloride werd onder roeren 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(Z)-ethoxyiminoacetyl-chloride-hydrochloride (800 mg, 2,95 mmol) in porties bij -10°C toegevoegd en men liet het mengsel gedurende 2 uur bij 0°C staan. Het mengsel werd met 200 ml ethylacetaat verdund, met water gewassen en onder verminderde druk 35 verdampt. Fijnwrijven van het residu met isopropylether gaf het titelpro-dukt 68-2 als een amorf poeder. De opbrengst bedroeg 1,70 g (95%). Het 8501002 * i 72 smeltpunt lag boven 150 °C (ontleding).
IR ï V (KBr) in cm-1 3300, 1780, 1720, 1690, 1380, 1220.
' max OV i 1 (C^H-OH) in nm ( £ ) 285 (11000) .
/v max 2 5 NMR: & (DMSO-dg) in ppm 1,26 (3fi, t, J=7Hz, CH2CH3) , 4,25 (2H, q, J= 5 7Hz, CH2CH3), 5,90 (1H, d-d, J=4 & 8Hz, 7-H), 6,26 (1H, d, J=llHz, 3-CH), 6,85 (1H, s, CHPh2), 9,53 (1H, d, J= 8Hz, 7-NH).
Bereiding nr. 21
Difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(Z)-ethoxyiminoacet-10 amido]-3-[3-jodo-l-propenyl]-3-cefem-4-carboxylaat (69-2 met formule 120)
Een mengsel van de verbinding 68-2, verkregen volgens bereiding nr. 20 (1,90 g, 3 mmol) en 1,4 g, 9 mmol natriumjodide in 20 ml aceton werd gedurende 10 min bij kamertemperatuur geroerd en daarna liet men gedurende 3 uur bij 5°C staan. Het mengsel werd onder verminderde 15 druk verdampt, met 100 ml ethylacetaat verdund, met 10% natriumthiosul-faat en water gewassen, en onder verminderde druk verdampt. Fijnwrijven van het residu met isopropylether gaf 1,82 g (84%) van het titelprodukt 69-2 als een lichtbruin amorf poeder.
IR s V (KBr) in cm”1 3290, 1770, 1720, 1670, 1530, 1370, 1220.
max 20 07 ; \ (CLH-OH) in nm (E1 %J ' 304 (199) .
A max 25 1 cm
Bereiding nr. 22
Difenylmethyl 7°benzylideenamino-3-[(E)-3-(4-carbamoyl-pyridinio)-1-pro-penyl]-3-cefem-4-carboxylaat (81-H jodide, E isomeer met formule 121)
Aan een gekoelde oplossing van het 3-chloropropenyl-25 cefem (77, 2 isomeer, verkregen met bereiding nr. 16; 42,8 g, 90 mmol) in 80 ml droog DMF werd in een portie 20 g, 120 mmol KI toegevoegd, en het mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd. De reactie werd gevolgd door de verhouding van UV absorptie [E^ (255 nnO/E^ ^ (320 nm) ].
Toen de verhouding beneden 1,10 kwam. (na 45 min), werd het mengsel met 800 30 ml methyleenchloride verdund, met 4 g actieve koolstof behandeld en gefiltreerd. De filterkoek werd met 100 ml gewassen. Aan het gecom bineerde filtraat en wasvloeistof werd 14,64 g isonicotinamide toegevoegd en het mengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd. Het concentraat werd gedurende 1,5 uur op kamertemperatuur gehouden en gewassen met een 35 mengsel van tolueen en n-heptaan <1' ; 1, 600 ml). De overblijvende bruine 8501002 i * 73 semi-vaste stof werd opgelost in 100 ml en de oplossing werd drup pelsgewijze onder heftig roeren toegevoegd aan 3 1 ethylacetaat. Na onder verminderde druk drogen boven P2°5' werd 57 /37 <7 (88%) van het gequatemi-seerde titelprodukt 81-H als het jodide verkregen. Het was een geel 5 amorf poeder met een smeltpunt van 150 - 155 °C (ontleding) . Dit produkt was identiek aan het produkt dat verkregen werd door jodering met Nal (bereiding nr. 17).
Bereiding nr. 23
Difenylmethyl 7-amino-3-(3-chloro-l-propenyl·)-3-cefem-4-carboxylaat-10 hydrochloride (2 isomeer, 78-hydrochloride met formule 122)
Een 25%*s oplossing van 69 g, 0,22 mmol chloroacetalde-hyde in CHCl^ werd bij -10°C in een portie toegevoegd aan een oplossing van de verbinding met de formule 76 (80 g, 0,11 mol) in 1,1 1 CH^Gl^, dat 16,2 ml, 0,06 mol N,Obis(trimethylsilyl)acetamide bevatte, en het 15 mengsel liet men gedurende een nacht bij 5°C staan. Het mengsel werd geconcentreerd tot ongeveer 0,3 1, verdund met een gemengd oplosmiddel van ethylacetaat en isopropylether (1/2, 0,6 1), behandeld met silicagel (Wa-kogel C-100, 60 g) en gefiltreerd door een decalite kussen. De filterkoek werd met hetzelfde oplosmiddelsysteem (0,2 1) gewassen. De gecombi-20 neerde filtraat en wasvloeistof werden geconcentreerd tot ongeveer 0,2 1, behandeld met 60 g, 0,26 mol Girard reagens T en 220 ml 4N HC1, en geënt met een paar kristallen van het hydrochloride van de verbinding met for-' mule 78. Na 3 uur roeren werden de verkregen kristallen door filtratie verzameld, met 0,5 1 water en 0,5 1 ethylacetaat gewassen en onder ver-25 minderde druk gedroogd. Men verkreeg 37 g (70%) van de titelverbinding 78-hydrochloride, welke smolt boven 185°C (ontleding). Het waren.lichtgele naalden. Dit produkt was identiek aan het produkt dat in bereiding nr. 12 was verkregen.
Bereiding nr. 24 30 Difenylmethyl 7-amino-3- (3-chloro-l-propenyl) -3-cefem-4-carboxylaat-hydrochloride (Z isomeer, 78-hydrochloride met formule 122)
Asm een oplossing van chloroacetaldehyde (25%'s oplossing in CHCLj, 628 mg, 2 mmol) in 10 ml CH^Cl^ werden achtereenvolgens bij 5°C 0,135 ml, 0,5 mmol Ν,Ο-bis-(trimethylsilyl)acetamide en 728 mg, 1 mmol 35 van de verbinding met formule 76 toegevoegd. Men liet het mengsel gedurende een nacht bij 5°C staan. Het mengsel werd verdampt en verdund met een 85 Ö 1 ö 0 2 ► * 74 mengsel van ethylacetaat en isopropylether (1/2, 10 ml) . Onoplosbare stof werd door filtratie verwijderd en het filtraat werd tot ongeveer 5 ml geconcentreerd. Het concentraat werd behandeld met 2 ml 4N HC1, geënt met het hydrochloride van verbinding 78 en gedurende 1 uur bij kamertem-5 peratuur geroerd. De kristallen werden door filtratie verzameld, met 10 ml ethylacetaat en 10 ml water gewassen en onder verminderde druk gedroogd. Men verkreeg 384 mg (80%) van de titelverbinding 78-hydrochloride, smeltend boven 185°C (ontleding). Het waren lichtgele naalden. Dit produkt was identiek aan het produkt dat met bereiding nr. 12 was ver-10 kregen.
Bereiding nr. 25 2- (5-Amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2- (propen-3-yloxyimino) -acetylchloride-hydrochloride (63 - 3 als het zuurchloride-hydrochloride A. Methyl 2-°(5-t-butoxycarbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(propen-3- 15 yloxyimino)acetaat
Een mengsel van 685 mg (3,37 mmol) N-(propen-3-yloxy)-ftalimide [bereid volgens de procedure van E. Grochosaki & J. Jurczak, Synthesis 1976 682] en 175 mg (3,35 mmol) hydrazine-hydraat in 5 ml C^H^OH werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het verkregen neerslag 20 werd afgefiltreerd en het filtraat en de wasvloeistof werden gecombineerd. Aan de oplossing werd 967 mg (3,37 mmol) methyl 2-(5-t-butoxycarbonyl-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-oxoacetaat toegevoegd, en het mengsel liet men gedurende 1 uur bij kamertemperatuur staan en concentreerde met een roterende verdamper. Het residu werd door silicagel-chromatografie 25 gezuiverd. De kolom werd geilueerd met n-hexaan/ethylacetaat (4 : 1) en fracties die het hoofdprodukt bevatten werden gecombineerd en onder verminderde druk verdampt. De opbrengst was 514 mg (46%) . Het smeltpunt 83 -86eC.
IR s V (KBr) in cm"1 3100, 1745, 1710, 1610.
1 max 30 GV ï V (C-H-OH) in nm ( £ ) 223 (9700), 242 (10000).
** max 2 5 NMRi i (CDC13) in ppm 1,55 (9H, s, BOC-H), 4,40 (2H, d, J=5Hz, O-CH^, 5,21 (2H, m, CH2*CH) ,. 5,90 (1H, m, -CH=CH2) , 9,50 (1H, br.s, NH).
B. 2- (5-t-Butoxycarbonylamino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2- (propen-3-yloxy- 35 xmi.no) azijnzuur
Een oplossing van 770 mg (2,3 mmol) methyl 2-(5-t-buto- 8501002 h * 75 xycarbonylamino-1,2,4-thiadiazol-3-y 1) -2- (propen-3-yloxyimino)acetaat en 3,5 ml 2N NaOH oplossing (7,0 mmol) in 15 ml CH^OH werd gedurende 30 min onder terugvloeikoeling gekookt. Het reactiemengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd en met 10 ml ethylacetaat-^O (1 i 1) verdund. De 5 water laag werd afgescheiden, met 6N HC1 tot een pH van 2 aangezuurd en met 2 x 10 ml ethylacetaat geëxtraheerd. De ethylacetaatoplossing werd boven MgSO^ gedroogd en door een roterende verdamper geconcentreerd. Men verkreeg 596 mg (81%) van de titelverbinding. Smeltpunt 134 - 135°C [lit^ : smeltpunt 135 - 136 °C].
10 IR ï y (Nujol) in cm * 3150, 1745, 1710, 1550.
fflcLX
UV i x (C„H_0H) in nm ( & ) 223 (11000), 242 (11300) .
max 2 o NMR: $ (DMSO-dg) in ppm 1,55 (9H, s, BOC-H) , 4,77 (2H, d, J=5Hz, O-CHj) , 5,22 (2H, m, CH2=CH), 6,0 (1H, m, CH=CH2).
V I. Csendes, et al., J. Antibiotics, 36, 1020 (1983).
15 C. 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(propen-3-yloxyimino)-azijnzuur (63 - 3)1}
Een oplossing van 570 mg (1,74 mmol) 2-(5-t-butoxycarbo- nylamino-1,2,4~thiadiazol-3-yl)-2-(propen-3-yloxyimino)-azijnzuur in 6 ml trifluoroazijnzuur liet men gedurende 1 uur bij kamertemperatuur staan.
20 Verdamping, gevolgd door fijnwrijven met 30 nnL isopropylether gaf 376 mg (95%) van de titelverbinding met een smeltpunt van 109°C (ontleding).
IR ï y (Nujol) in cm * 3180, 1710, 1545, 1460.
* max UV ï X (C-H_OH) in nm ( £ ) 245 (13500).
* max 2 w NMR; $ (DMSO-dg) in ppm 4,77 (2H, d, J=5Hz, 0-CH2) , 5,20 (2H, m, CH= 25 CH2).
^ Japanse Kokai 57-112396 (7/13/82, Fujisawa) Britse octrooiaanvrage 7935538 (10/12/79).
D. 2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-(propen-3-yloxyimino)-acetylchlo-ride-hydrochloride 30 Een oplossing van 350 mg (1,54 mmol) van de verbinding 63-3 en 410 mg (1,97 mmol) fosforpentachloride in 5 ml dichloromethaan werd gedurende 1 uur bij 25°C geroerd. Het reactiemengsel werd uitgegoten in 60 ml n-hexaan en het neerslag werd af gefiltreerd. De opbrengst was 323 mg.
35 IR : V (Nujol) in cm 1 1765.
r max 8501002 ► l 76
Bereiding nr. 26 2- (5-Amino-1, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-proparqyloxyiminoacetylchloride-hydro-chloride (63-4 als het zuurchloride-hydrochloride) A. Methyi-2- (5-t-butoxycarbonylamino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-propargyloxy-5 iminoacetaat
Een suspensie van 870 mg (4,32 mmol) N-propargyl-oxyftal- imide (verkrijgbaar bij Aldrich) en 200 mg (4,0 mmol) hydrazinehydraat in 5 ml ethanol werd gedurende 1 uur bij 25°C geroerd en gefiltreerd.
Aan de gecombineerde filtraat en wasvloeistof werd toegevoegd 1,0 g 10 (3,86 mmol) methyl 2- (5-t-butoxycarbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2- oxoacetaat (I. Csendes et al., J. Antibiotics 36, 1020 (1983). Men liet de -oplossing gedurende 1 uur staan en concentreerde onder verminderde druk.
Zuivering door silicagel-chromatografie, gevolgd door verdamping gaf 319 mg (27%) van het titelprodukt met een smeltpunt van 72 - 75°C.
15 IR : V (KBr) in ca-1 3200, 2380, 1745, 1710, 1610. max UV \ (C H OH) in nm ( £ ) 235 (12200).
Λ max 2 5 NMRs $ (DMSO-dg) in ppm 1,56 (9H, s, BOC-H), 3,55 (1H, t, J=2Hz, C-CH), 4,85 (2H, d, J=2Hz, -CH2-C-CH), 8,9 (1H, br.s, NH) .
B. 2-(5-t-Butoxycarbonylamino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-proparqyloxyimino-20 azijnzuur
Een oplossing van 490 mg (1,4 mmol) methyl 2-(5-t-butoxycarbonylamino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-propargyloxyiminoacetaat en 2,2 ml 2N waterige NaOH oplossing (4,4 mmol) in 14 ml CH30H werd gedurende 30 min onder terugvloeikoeling gekookt. Het reactiemengsel werd onder ver-• 25 minderde druk geconcentreerd en aan de oplossing werd 10 ml ethylacetaat-H O (1 ; 1) toegevoegd. De afgescheiden waterlaag werd met 6N HC1 tot een pH van 2 aangezuurd en geëxtraheerd met 2 x 10 ml ethylacetaat. Drogen boven MgS04, gevolgd door verdamping van de organische laag, gaf 149 mg (89%) van het titelprodukt met een smeltpunt van 135°C (ontleding).
30 IR : \? (Nujol) in cm * 3350, 1720, 1670, 1550.
r max UV : V (C_H_0H) in nm ( £ ) 233 (11500).
ψ\· ΙΏ3Κ 2a 5 NMR: J (DMSO-dg) in ppm 1,55 (9H, s, BOC-H), 3,55 (1H, t, J=2Hz, C-CH), 4,89 (2H, d, J=2Hz, CH C^CH), 9,0 (1H, s, NH).
i 1) C. 2-(5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-propargyloxyimino-azijnzuur (63-4) 35 Een oplossing van 410 mg (1,26 mmol) 2-(5-t-butoxy carbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-propargyloxyiminoazijnzuur in 5 ml trifluoroazijnzuur liet men gedurende 1 uur bij 25°C staan. Verdamping, 8501002· r * 77 gevolgd door fijnwrijven van een residu met 25 ml isopropylether, gaf 204 mg (72%) van de titelverbinding met een smeltpunt van 156 - 158°C (ontleding).
IR : V (Nujol) in cm * 3300, 2480, 1730, 1610.
’ max 5 UV : \ (α,Η-ΟΗ) in nm ( £, ) 234 (12000).
A max 25 _ NMRï 5 (DMSO-d-) in ppm 3,52 (1H, t, J=2Hz, C-CH) , 4,86 (2H, d, J= b _ 2H, CH2-C-CH), 8,10 (2H, br.S, N^) .
^ Japanse Kbkai 57-112396 (7/13/82, Fujisawa) Britse octrooiaanvrage 7935538 (10/12/79).
- D. 2- (5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-propargyloxyimino-acetyl-chloride-hydrochloride
Een mengsel van 175 mg (0,07 mmol) van de verbinding 63-4 en 182 mg (0,88 mol) fosforpentachloride in 2 ml dichloromethaan werd gedurende 1 uur bij -5°C geroerd. Men goot het reactiemengsel uit 15 in 30 ml n-hexaan en filtreerde het neerslag af. De opbrengst was 65 mg (34%) .
IR ï V (Nujol) in cm ^ 1770.
’ max
Bereiding nr. 27 2-(5-fimino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-σ7σ1ορ6ηίγ1οχγΐπάηοηο6ί7ΐ-σίι1θΓΐά6-20 hydrochloride (63-5 als het zuurchloride-hydrochloride) A. Methyl 2-(5-t-butoxycarbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyl-oxyiminoacetaat
Een suspensie van 860 mg (3,7 mmol) N-(cyclopentyloxy)- ftalimide^ en 185 mg (3,7 mmol) hydrazine-hydraat in 5 ml C^H^OH werd 25 gedurende 1 uur geroerd bij kamertemperatuur en gefiltreerd. Het fil- traat en de wasvloeistof werden gecombineerd en toegevoegd aan 1,06 g (3,7 mmol) methyl 2-(5-t-butoxycarbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-2) oxoacetaat . De oplossing liet men gedurende 1 uur bij kamertemperatuur staan en concentreerde men onder verminderde druk. Het residu werd door 30 silicagel-kolomchromatografie gezuiverd. Rlutie met n-hexaan-ethylacetaat (4 : 1), gevolgd door verdamping, gaf het titelprodukt. De opbrengst was 906 mg (81%). Het smeltpunt bedroeg 115 - 118°C.
IR : V (KB*) ia cm-1 3200, 1745, 1710, 1550.
r max UV : Λ (Ο,Η OH) in nm (£ ) 217 (1800) , 252 (7600) .
max 2 5 35 NMR: £ (CDCLj) in ppm 1,51 (9H, s, BOC-H), 1,60 (8H, Br.s, <1 ), 3,88 (3H, s, 0CH3), 4,90 (1H, br.s, 8501002 1)
* I
78 Η )\_J ), 8,70 (1H, br.s, NH).
Amerikaans octrooischrift 3.971.778 (7/27/76; Glaxo), Britse octrooiaanvrage 49255 (10/25/72).
^ X. Csendes et al., J. Antibiotics 36, 1020 (1983).
5 B. 2-(5-t-Butoxycarbonylamino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxy-iminoazijnzuur
Een oplossing van 500 mg (1,34 mmol) methyl 2-(5-t-bu-toxycarbonylamino-1,2,4-thiadiazol-3-y 1) -2-cyclopentyloxyiminoacetaat en 2N NaOH oplossing (2 ml, 4 mmol) in 15 ml CH^OH werd gedurende 30 min on-10 der terugvloeikoeling gekookt. Het reactiemengsel werd verdampt en 10 ml ethylacetaat-H^O (1 ί 1) werd aan de oplossing toegevoegd. De waterlaag werd afgescheiden, met 6N HC1 tot een pH van 2 aangezuurd en met 2 x 10 ml ethylacetaat geëxtraheerd. De organische laag werd gewassen met zoutoplossing, gedroogd boven MgSO^ en onder verminderde druk geconcentreerd. 15 Men verkreeg 377 mg (78%) van de titelverbinding met een smeltpunt van 185°C (ontleding).
IR ; y (KBr) in cm"1 3160, 1710, 1550.
IQaX
ÜV i \ (C-H-OH) in nm (£ ) 238 (13300) .
λ max ά 5 NMRs $ (DMSO) in ppm 1,51 (9H, S, BOC-H), 1,70 (8H, br.s,
H
20 H~d ) ' 4'82 ilHf m' XI >·.
0
Go 2- (5-Amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyiminoazijnzuur (63-5, 2 isomeer)^
Een oplossing van 348 mg (0,97 mmol) 2-(5-t-butoxyCarbo-nylamino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyiminoazijnzuur in 2 ml 25 trifluorazijnzuur liet men gedurende 1 uur bij kamertemperatuur staan.
Het reactiemengsel werd onder verminderde druk geconcentreerd. Het residu werd met 5 ml isopropylether en 10 ml hexaan fijngewreven. Men verkreeg 215 mg (86%) van de titelverbinding. Smeltpunt 162 - 165°C (ontleding) [lit^ : smp. 160 - 165 °C (ontleding)].
30 IR : V (Nujol) in cm"1 3290, 3200, 1710, 1615, 1600.
max OV : \ (C_H_OH) in nm (£ ) 238 (13300).
^ max d NMR: A (DMSO-d_) in.ppm 1,17 - 2,10 (8H, m) , 4,60 - 4,98 (1H, m) ,
O
8,22 (2H, s).
8501002 I * 79 ^ Japanse Kokai 57-158769 (9/30/82, Fujisawa) Britse octrooiaanvrage 8107134 (3/6/81).
D. 2-(5-flmino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyimino-acetyl-chloride-hydrochloride 5 Een oplossing van 190 mg (0,74 mmol) van de verbinding 63-5 en 219 mg (1,0 mmol) fosforpentachloride in 5 ml dichloromethaan werd gedurende 1 uur bij kamertemperatuur geroerd. Het reactiemengsel werd uitgegoten in 50 ml n-hexaan. Het verkregen neerslag werd door filtratie verzameld. De opbrengst was 122 mg (60%).
10 IR i (Nujol) ia cm ^ 1760.
max
Bereiding nr. 28
Benzotriazol-1-yl-2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxy-iminoacetaat Een mengsel van 2,7 g, 20 mmol 1-hydroxybenzotriazol en 4,12 g, 20 mmol dicyclohexylcarbodiïmide in 65 ml DMF werd bij kamer-15 temperatuur geroerd. Na 15 min werd verbinding 63-1 (4,04 g, 20 mmol) bij 0°C aan het geroerde mengsel toegevoegd, en werd het roeren gedurende 3 uur voortgezet. Het reactiemengsel werd gefiltreerd om het onoplosbare ureum te verwijderen. De filterkoek werd gewassen met een kleine volume-hoeveelheid DMF. De filtraat en wasvloeistof werden gecombineerd en uit-20 gegoten in 800 ml ijswater. Het neerslag werd door filtratie verzameld.
Men verkreeg 5,24 g (82%) van de titelverbinding als een licht-grijs poeder. Het smeltpunt was 189 - 192°C (ontleding).
IR ï v (KBr) in cm"1 1815, 1620, 1540, 1415, 1090, 1060, 1005, max 945, 865, 740.
25 ÜV : X (C,,H-OH) in nm (E^ ) 246 (580), 283sh (228).
^ max 2 5 1 cm 8501002

Claims (67)

1. Verbinding met formule 1 waarin R1 waterstof of een con- 2 ventionele amino-beschermende groep voorstelt, R waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cycloalkenyl-ring met 3 tot 6 koolstof atomen, of één van de groepen 5 met de formules 25 - 28 voorstelt, waarin R^ waterstof, (lage)alkyl of 4 5 carboxyl is, X halogeen, hydroxy of (lage)alkoxy is, en R en R elk 4 onafhankelijk van elkaar waterstof, methyl of ethyl voorstellen of R en R^ samen met het koolstafatoom waaraan ze gebonden zijn een cyclo-alkylideenring met 3 tot 5 koolstof atomen kunnen vormen, en de groep 10 met formule 2 een quaternaire ammoniogroep is; of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseer-bare ester daarvan.
2. Verbinding volgens conclusie 1, waarin de groep met for- 13 mule 2 gekozen is uit de groepen met de formules 56 - 61, waarin R , 14 15 15. en R gelijk of verschillend zijn en staan voor (lage)alkyl, (lage)- alkenyl, amino (lage) alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet aan een α-koolstof atoom bevindt, of hydroxy (lage) alkyl met dien ver stamde dat de hydroxygroep zich niet aan een α-koolstof atoom bevindt; 16 R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, 20 (lage)alkylthio, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alkylamino, formyl- amino, (lage)alkanoylamino, carboxy, hydroxy, carboxy(lage)alkyl, car- boxy (lage) alky lthio, hydroxy(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, amino(lage)- alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, carbamoyl of N-(lage)alkylcarbamoyl, 16 of R een tweewaardige alkyleengroep met 3 tot 5 koolstof atomen kan 25 voorstellen; 17 R staat voor (lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, allyl, hydroxy(lage)alkyl met dien verstande dat de hydroxygroep zich niet aan het α-koolstofatoom bevindt, amino(lage)-alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet aan het a-koolstof- 30 atoom bévindt, of fenyl(lage)alkyl; 18 R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkoxy(lage)alkyl, (lage)alkylthio, amino, (lage)alkylamino, di-(lage)alkylamino, carboxy, hydroxy, carboxy(lage)alkyl, hydroxy(lage)- 8 5 0 i u 01 \ F alkyl, amino (lage) alkyl, formylamino, (lage)alkanoylamino, carbamoyl of N-(lage)alkylcarbamotl? n een geheel getal van 1 - 3 is; Z staat voor CH- of, wanneer n gelijk is aan 2, Z ook 19 ά 19 5 kan staan voor S, 0 of N-R , waarin R staat voor waterstof of (lage)alkyl; en 20 21 R en R gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkylthio, amino, (lage)al-kylamino, di(lage)alkylamino, carboxy, hydroxy, hydroxy(lage)alkyl, 10 amino(lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, carboxy(lage)alkyl, carboxy-(lage)alkylamino, (lage)alkanoylamino, carboxy(lage)alkanoylamlno, carbamoyl of N-(lage)alkylcarbamoyl. 2
3. Verbinding volgens conclusie 2, waarin R staat voor (lage)alkyl, cycloalkyl met 3 tot 5 koolstofatomen, 1-carboxycycloalk-l- 15 yl met 3 tot 5 koolstofatomen, allyl, propargyl of carboxy(lage)alkyl.
4. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] —3— [3— (trimethylammonio) -1-propen-1-y 1]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester 20 daarvan. %
5. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(1-methylpyrrolidi-nio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare 25 ester daarvan.
6. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-pyridinio-1-propen-1-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan.
7. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-{5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3 -yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3-[3-(3-amino-pyridinio) -1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar ±out, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan. 3.5 8. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3-formylamino- 8501002 W' k pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro-lyseerbare ester daarvan.
9. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 5 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (3 -aminomethyl- pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan.
10. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 10 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3 - [ 3 - (3 -carbamoy 1- . pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro-lyseerbare ester daarvan.
11. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 15 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (4 -carbamoy1-pyri- dinio)-1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerba- re ester daarvan.
12. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 20 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (2-methyl-thiazolio) - 1-propen-1-y1]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan. •13. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 25 1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (2-amino-5-thiazolo- [4,5-c]pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan.
14. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 30 1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(4-hydroxymethyl- pyridinio)-1-propen-l-yl] -3·-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan.
15. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 35 1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3-hydroxymethyl- pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro- 8501002 . * lyseerbare ester daarvan.
16. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(4-N-methyl-carba-moyl]pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch 5 farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro-lyseerbare ester daarvan. 17. s Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(2,3-propyleen-pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaio ceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseer- bare ester daarvan.
18. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-ethoxyiminoacetamido]-3-[3-(4-carbamoyl-pyri-dinio) -l.-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farma- 15 ceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseer-bare ester daarvan.
18. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyiminoacetamido]-3-[3-(4-carba-moylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch 20 farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro-lyseerbare ester daarvan.
20. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-allyloxyiminoacetamido]-3-[3-(4-carbamoylpyri-dinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farma- 25 ceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseer-bare ester daarvan.
21. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl) -2-propargyloxyiminoacetamido] -3-[3-(4-carbamoyl-pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch far- 3. maceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseer-bare ester daarvan.
22. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 4 1.2.4- thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—[3—(4-carboxypyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch 35 aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare ester daarvan. 8501002 ï
23. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl) -2-ethoxyiminoacetamido] -3- [3- (4-carboxypyridino) - 2-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydrolyseerbare es- 5 ter daarvan.
24. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino- 1.2.4- thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (3-carboxymethyl-pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, of ‘een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hydro- 10 lyseerbare ester daarvan.
25. Verbinding volgens conclusie 3, te weten 7-[2-(5-amino-,2,4-thiadiazol -3 -y 1) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (4-carboxymethyl- thiopyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, of een niet-toxisch farmaceutisch aanvaardbaar zout, solvaat, hydraat of fysiologisch hy-15 drolyseerbare ester daarvan.
26. Verbinding met formule 123, waarin waterstof of een 2 conventionele amino-beschermende groep is, R staat voor waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstofatomen, een cycloalkyl- of cyc loalkenylr ing met 3 tot 6 koolstof atomen, of een van de groepen 3 20 met de formules 25 - 28, waarin R waterstof, (lage)alkyl of car- 4 5 boxyl is, X halogeen, hydroxy of (lage)alkoxy is, en R en R elk onaf- 3 4 hankelijk van elkaar waterstof, methyl of ethyl zijn of R en R samen met het koolstofatoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideenring met 3 tot 5 koolstofatomen kunnen vormen, staat voor waterstof of 25 een conventionele carboxyl-beschermende groep en Z staat voor chloro, bromo of jodo; of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
27. Verbinding volgens conclusie 26, waarin Z chloro of 2 jodo is, en R staat voor (lage)alkyl, cycloalkyl met 3 tot 5 koolstofatomen, 1-carboxycycloalk-l-y1 met' 3 tot 5 koolstofatomen, alkyl, pro-30 pargyl of carboxy(lage)alkyl; of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan. 2
28. Verbinding volgens conclusie 27, waarin R staat voor methyl, ethyl, cyclopentyl, allyl of propargyl.
29. Verbinding volgens conclusie 28, waarin B staat voor 35 waterstof of een benzhydrylgroep en R1 staat voor waterstof of een trityl-groep. 8501002 f *
30. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-y1)-2-methoxyiminoacetamidoJ-3-(3-jodo-1-propen-1-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
31. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7- [2- (5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-e thoxyiminoace tamido] -3- (3-jodo-1-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
32. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 10 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyimino-acetamido ]- 3-(3-jodo-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
33. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7-C2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-allyloxyimihoacetamido]-3-(3- 15 jodo-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
34. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7- [2- (5-amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-propargyloxyiminoacetamido] -3-(3-jo-do-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat 20 of ester daarvan.
35. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-(3-chloro-l-propen-i-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
36. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7-(2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-ethoxyiminoacetamido]-3-(3-chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan. 37o Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 30 7- [2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-cyclopentyloxyimino-acetamido] - 3-(3-chloro-l-propen-1-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
38. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-allyloxyiminoacetamido]-3-(3-35 chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan. 8501002 * Ί
39. Verbinding volgens conclusie 29, te weten difenylmethyl 7- [2- (5-amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl) -2-propargyloxyimino-acetamido] -3- (3-chloro-l-propen-l-yl)-3-cefem-4-carboxylaat, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan.
40. Verbinding met formule 82, waarin de groep met formule 2 een quaternaire ammonio-groep is ; of een zout, ester, solvaat of hydraat daarvan.
41. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 gekozen is uit één van de groepen met formules 56 - 61, waarin 13 14 15
10 R , R en R gelijk of verschillend zijn en staan voor (Lage )alkyl,(lage)-alkenyl, amino.(lage)alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet aan een α-koolstofatoom bevindt, of hydroxy(lage)alkyl met dien verstande dat de hydroxygroep zich niet aan een α-koolstofatoom bevindt; 16 R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, 15 (lage)alkyIthio, amino, (lage)alkylamino, di(lage)alkylamino, formyl- amino, (lage)alkanoylamino, carboxy, hydroxy, carboxy(lage)alkyl, carboxy-(lage)alkylthio, hydroxy(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, amino(lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, carbamoyl of N-(lage)alkyIcarbamoyl, of 16 R een tweewaardige alkyleengroep met 3 tot 5 koolstofatomen kan voor- 20 stellen; 17 R staat voor (lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, halogeen(lage)alkyl, allyl, hydroxy(lage)alkyl met dien verstande dat de hydroxygroep zich niet aan het α-koolstofatoom bevindt, amino(lage)alkyl met dien verstande dat de aminogroep zich niet aan het α-koolstofatoom 25 bevindt, of fenyKlage)alkyl; 18 R staat voor waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkoxy (lage)alkyl, (alge)alkylthio, amino, (lage)alkylamino, di-(lage) alky lamino, carboxy, hydroxy, carboxy (lage) alkyl, hydroxy (lage·) alkyl, amino(lage)alkyl, formylamino, (lage)alkanoylamino, carbamoyl of 30 N-(lage) alkylcarbamoyl; n een geheel getal van 1 - 3 is; Z staat voor CEL of wanneer n gelijk is aan 2, Z ook kan 19 1 19 staan voor S, O of N-R , waarin R waterstof of (lage)alkyl is; en 20 21 R en R gelijk of verschillend zijn en staan voor 35 waterstof, (lage)alkyl, (lage)alkoxy, (lage)alkylthio, amino, (lage)alkyl-amino, di (lage)alkylamino, carboxy, hydroxy, hydroxy (lage)alkyl, amino- 8501002 * € β (lage)alkyl, (lage)alkoxy(lage)alkyl, carboxy(lage)alkyl, carboxy(lage)-alkylamino, (lage)alkanoylamino, carboxy(lage)alkanoylamino, carbamoyl of N- (lage) alkylcarbamoyl; of een zout, ester, solvaat of hydraat daarvan.
42. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for-5 mule 2 staat voor 1-methyl-pyrrolidinio.
43. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor pyridinio.
44. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 2-amino-5-thiazolo[4,5-c]pyridinio.
45. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for mule 2 staat voor trimethylammonio.
46. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 3-amino-pyridinio.
47. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for-15 mule 2 staat voor 3-formylamino-pyridinio.
48. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 3-carbamoyl-pyridinio.
48. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for mule 2 staat voor 4-carbamoyl-pyridinio.
50. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for mule 2 staat voor 3-aminomethyl-pyridinio.
51. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 2-methyl-thiazolio.
52. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for-25 mule 2 staat voor 3-hydroxymethyl-pyridinio.
53. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 4-hydroxymethyl-pyridinio.
54. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 4-(N-methyl-carbamoyl)pyridinio.
55. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for mule 2 staat voor 4-carboxy-pyridinio.
56. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met formule 2 staat voor 2,3-propyleen-pyridinio.
57. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for-35 mule 2 staat voor 3-carboxymethyl-pyridinio.
58. Verbinding volgens conclusie 40, waarin de groep met for- 8501002 s 'ï * 22 mule 2 staat voor 4-carboxymethyl-thiopyridinio.
59. Verbinding met formule 92, waarin R staat voor wa- 23 24 terstof of een conventionele carboxyl-beschermende groep, en R , R en 25 R gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstof, hydroxy, (lage)-5 alkyl of (lage)alkoxy en Z staat voor chloro, bromo of jodo; of een zout, solvaat, hydraat, of ester daarvan. 22
60. Verbinding volgens conclusie 59, waarin R staat voor de benzhydrylgroep en Z chloro of jodo is. 23 24 25
61. Verbinding volgens conclusie 60, waarin R , R en R 10 staan voor waterstof.
62. Verbinding volgens conclusie 61, te weten benzhydryl 7-benzylideenamino-3- [ 3 -chloro-1 -propen-1 -yl ] -3-cefem-4-carboxylaat.
63. Verbinding volgens conclusie 61, te weten benzhydryl 7-benzylideenamino-3 - [3-j odo-1 -propen-1 -yl ]-3 -cef em-4-carboxy laat.
64. Werkwijze voor het bereiden van verbindingen met formule 1, waarin R* staat voor waterstof of een conventionele amino-beschermende 2 groep, R staat voor waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 -tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cycloalkenylring met 3 tot 6 3 koolstof atomen, of één van de groepen met formules 25 - 28, waarin R 20 staat voor waterstof, (lage)alkyl of carboxyl, X staat voor halogeen, 4 5 hydroxy of (lage) alkoxy, en R en R elk onafhankelijk van elkaar water- 4 5 stof, methyl of ethyl voorstellen of R en R samen met het koolstof-atoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideenring met 3 tot 5 koolstof-atomen kunnen vormen, en de groep met formule 2 een quaternaire ammonio-25 groep is, alsmede niet-toxische farmaceutisch aanvaardbare zouten en fysiologisch hydrolyseerbare esters daarvan, omvattende een reactie van een 2' 2 verbinding met formule 87, waarin R gelijk is aan R of een van de groe- 4 5 pen met de formules 88 of 89 voorstelt, waarin X, R en R zoals boven- staand gedefinieerd zijn, B een conventionele carboxyl-beschermende groep 2 30 is, B waterstof of een conventionele amino-beschermende groep is, Z staat voor chloro, bromo of jodo, en m gelijk is aan nul of één, met een tertiair amine met de formule 71 (of achtereenvolgens met een secundair amine RR'NH en een verbinding met de formule R"Z), en, wanneer m gelijk is aan 1, een reductie van het sulfoxyde met conventionele middelen, en 35 daaropvolgende verwijdering van alle blokkerende groepen met conventionele middelen. 8501002 O Φ
65. Werkwijze voor het bereiden van verbindingen met formule 1, waarin R* waterstof of een conventionele amino-beschermende groep voorstelt, R waterstof, een rechte of vertakte alkylgroep met 1 tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cycloalkenylring met 3 tot 6 koolstof-5 atomen, of één van de groepen met de formules 25 - 28 voorstelt, waarin 3 R staat voor waterstof, (lage)alkyl of carboxyl, X staat voor halogeen, 4 5 hydroxy of (lage) alkoxy, en R en R elk onafhankelijk van elkaar water- 4 5 stof, methyl of ethyl voorstellen, of R en R samen met het koolstof- atoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideen-ring met 3 tot 5 kool- * 10 stof atomen kunnen vormen, en de groep met formule 2 een quaternaire ammo-niogroep voorstelt, alsmede niet-toxische farmaceutisch aanvaardbare zouten en fysiologisch hydrolyseerbare esters daarvan, omvattende een reac- · tie van een verbinding met formule 82 met een zuur met formule 90 of 2' 2 met een acylerend derivaat van dit zuur, waarin R gelijk is asui R of 4 15 één van de groepen met de formules 88 of 89 voorstelt, waarin X, R en R^ zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, B* een conventionele carboxyl- 2 beschermende groep is en B waterstof of een conventionele amino-beschermende groep voorstelt.
66. Werkwijze volgens conclusie 64, waarmee de volgende ver- 20 bindingen 1-22 worden bereids 1) 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3— C3— (trimethylammonio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 2) 7-[2-(5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—£3— (1-methylpyrrolidinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 25 3) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-raethoxyiminoacetamido]—3—C3— pyridinio-l-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 4) 7-[2-(5-amino-l, 2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3-aminopyridinio) -1 -propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, 5) 7-C2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3- 30 (3 -formylaminopyridinio)-1-propen-l-yll -3-cef em-4-carboxylaat, 6) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3-aminomethylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 7) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3-[3-(3-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 35 8) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—£3— (4-carbamoylpyridinia)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 9) .7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]—3—£3— ' 8501002 ' *· * (2-methylthiazolio) -1 -propen-1 -yl] -3-cefem-4-carboxylaat, 10) 7-[2- (5-amino-1,2,4-thiadiazol-3-y1)-2-methoxyiminoacetamido]—3—[3— (2-amino-5-thiazolo [4., 5-c]pyridinio) -1-propen-l-yl] -3 -cefem-4-car-boxylaat, 5 11) 7- [2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-methoxyiminoacetamido]-3- [3- (4-hydroxymethylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3-cefem-4-carboxylaat, 12) 7-[2- (5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-(3-hydroxymethylpyridinio)-1-propen-l-yl] -3 -cefem-4 -carboxylaat, 13) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazo1-3-y1)-2-methoxy iminoace tamido]-3- [3- 10 (4-N-methylcarbamoyl pyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 14) 7- [2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-(2,3-propyleenpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 15) 7- [2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-ethoxyiminoacetamido]—3—[3 — (4-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 15 16) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-cyclopentyloxyiminoacetamido]- 3-[3-(4-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 17) 7-[2-(5-amino-l,2,4-thiadiazol-3-yl)-2-allyloxyimino-acetamido]- 3- (3- (4-carbamoylpyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cefem-4-carboxylaat, 18) 7-[2= (5-amino-1,2,4-thiadiazo 1-3-y 1)-2-propargyloxyimino-acetamido]- 20 3- [3- (4-carbamoylpyridinio) -1-propen-l-yl] -3 -ee fem-4 -carboxylaat, 19) 7- (2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-(4-carboxypyridinio)-1-propen-l-yl]-3-cef em-4-carboxylaat, 20) 7- [2- (5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-ethoxy iminoace tamido] -3- [3-(4-carboxypyridinio) -2-propen-2-yl] -3-cef em-4-carboxylaat, 25 21) 7- [2- (5-amino-1,2,4-thiadiazo 1 -3-y 1) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3- (4-carboxyme thy Ipyr idinio) -1-propen-l-yl] -3-cef em-4-carboxylaat, en 22) 7-(2-(5-amino-l ,2,4-thiadiazol-3-yl) -2-methoxyiminoacetamido] -3- [3-(4-carboxyme thy Ithiopyr idinio) -1-propen-l-yl] -3-cef em-4-carboxylaat.
67. Werkwijze voor het bereiden van verbindingen met formu- 22 30 le 92, waarin R waterstof of een conventionele carboxyl-beschermende 23 24 25 groep voorstelt, en R , R en R gelijk of verschillend zijn en staan voor waterstif, hydroxy, (lage)alkyl of (lage) alkoxy en Z staat voor chloro, bromo of jodo,* of een zout, sol vaat, hydraafc of ester daarvan, 23 24 omvattende een reactie van de verbinding met formule 124, waarin R , R 25 35 en R zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, met een verbinding met for- 22 mule 125, waarin R een conventionele carboxyl-beschermende groep is, 8501002 i * é onder vorming van een verbinding met formule 126/ daarna een reactie van de verbinding met formule 126 met natriumjodide of kalium jodide onder vorming van een verbinding met formule 127, daarna een· reactie van de verbinding met formule 127 met trifenylfosfine waarbij een verbinding met 5 formule 128 wordt gevormd, of een reactie van een verbinding met formule 126 met trifenylfosfine onder vorming van een verbinding met formule 128, daarna een reactie van een verbinding met formule 128 met een base onder vorming van een verbinding met formule 129, daarna een reactie van een verbinding met formule 129 met ZCH^CHO, waarin Z staat voor chloor, broom 10 of jodium, onder vorming van een verbinding met formule 92, en uiteindelijk desgewenst een verwijdering met conventionele middelen van de car- 22 boxyl-beschermende groep R onder vorming van het corresponderende vrije zuur en een omzetting van het vrije zuur in een zout of ester daarvan.
68. Werkwijze voor het bereiden van verbindingen met for- 15 mule 123, waarin R waterstof of een conventionele amino-beschermende 2 groep voorstelt, R staat voor waterstof, een rechte of vertakte alkyl-groep met 1 tot 4 koolstof atomen, een cycloalkyl- of cycloalkenyl-ring met 3 tot 6 koolstof atomen, of een van de groepen met formules 25 - 28, 3 waarin R waterstof, (lage)alkyl of carboxyl voorstelt, X halogeen, hy- 4 5 20 droxy of (lage) alkoxy voorstelt, en R en R elk onafhankelijk van elkaar 4 5 waterstof, methyl of ethyl voorstellen of R en R samen met het koolstof- atoom waaraan ze gebonden zijn een cycloalkylideenring met 3 tot 5 kool- stofatomen kunnen vormen, B* staat voor waterstof of een conventionele carboxyl-beschermende groep en Z staat voor chloro, bromo of jodo, of 25 een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan, omvattende een reactie van een verbinding met formule 130 met een verbinding met formule 131, waarin 12 1 R , R en B zoals bovenstaand gedefinieerd zijn, onder vorming van een verbinding met formule 132, vervolgens een reactie van de verbinding met formule 132 met natriumjodide of kaliumjodide onder vorming van een ver-30 binding met formule 133, vervolgens reactie van de verbinding met formule 133 met trifenylfosfine onder vorming van een verbinding met formule 134, of een reactie van een verbinding met formule 132 met trifenylfosfine onder vorming van een verbinding met formule 134, vervolgens een reactie van een verbinding met formule 134 met een base onder vorming van een 35 verbinding met de formule 135, daarna een reactie van de verbinding met formule 135 met CICH^CHO onder vorming van de verbinding met de formule 8501002 -F > 136, daarna een reactie van de verbinding met formule 136 met natrium-jodide of kaliumjodide onder vorming van een verbinding met de formule 137, of een reactie van de verbinding met formule 136 met natriumbromide of kaliumbromide onder vorming van een verbinding met de formule 138, en 5 tenslotte een verwijdering van alle blokkerende groepen met conventionele middelen en desgewenst een omzetting van de vrije zuurverbinding in een zout of ester daarvan.
69. Werkwijze voor het bereiden van verbindingen met formule 82,.waarin de groep met formule 2 een quaternaire ammoniogroep is; of een 10 zout, ester, solvaat of hydraat daarvan, omvattende een reactie van een verbinding met formule 139 met een verbinding met de formule 62 onder vorming van een verbinding met formule 73, vervolgens een reactie van een verbinding met de formule 73 met natriumjodide of kaliumjodide onder vorming van een verbinding met de formule 74, daarna een reactie van de ver-15 binding met formule 74 met trifenylfosfine of een reactie van de verbin- Λ ding met formule 73 met trifenylfosfine onder vorming van een verbinding met de formule 75, daarna een reactie van een verbinding met de formule 75 met een base onder vorming van een verbinding met formule 76, verder een reactie van een verbinding met de formule 76 met CICH^CHO onder vor-20 ming van een verbinding met formule 77, daarna een reactie van de verbinding met formule 77 met natriumjodide of kaliumjodide onder vorming van een verbinding met formule 79, daarna een verdere reactie van een verbinding met formule 79 met een secundair amine RR'NH, waarin- R, R' elk methyl voorstellen, of samen pyrrolidine vormen, onder vorming van 25 een verbinding met formule 80, daarna een reactie van de verbinding met formule 80 met een verbinding R"Y, waarin R" een tertiair amine met de formule 71 voorstelt en Y staat voor chloro, bromo of jodo, onder vorming van een verbinding met de formule 81, of een reactie van de verbinding met formule 79 met een tertiair amine met de formule 71, waarin Q zoals 30 bovenstaand gedefinieerd is, onder vorming van een verbinding met formule 81, daarna een behandeling van de verbinding met formule 81 met Girard reagens T of HC1 onder vorming van een verbinding met formule 82 en desgewenst een omzetting van het vrije zuur in een zout, ester, solvaat of hydraat daarvan. 35 70. ’Farmaceutisch preparaat, omvattende een effectieve anti- bacteriële hoeveelheid van tenminste één verbinding met formule 1, of 8501002 < > β een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan, plus een farmaceutisch aanvaardbare drager.
71. Werkwijze voor het behandelen van bacteriële infecties in warmbloedige zoogdieren met inbegrip van de mens die daaraan behoefte 5 hebben, omvattende een toediening aan het zoogdier van een effectieve antibacteriële hoeveelheid van tenminste ëén verbinding met formule 1, of een zout, hydraat, solvaat of ester daarvan, in een farmaceutisch aanvaardbare drager. « 85 0 1 0 02
NL8501002A 1984-04-09 1985-04-04 Een antibacteriëel werkzaam cefalosporinederivaat. NL192925C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US59794184A 1984-04-09 1984-04-09
US59794184 1984-04-09

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8501002A true NL8501002A (nl) 1985-11-01
NL192925B NL192925B (nl) 1998-01-05
NL192925C NL192925C (nl) 1998-05-07

Family

ID=24393575

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8501002A NL192925C (nl) 1984-04-09 1985-04-04 Een antibacteriëel werkzaam cefalosporinederivaat.

Country Status (31)

Country Link
JP (4) JPS615084A (nl)
KR (1) KR870002166B1 (nl)
AR (1) AR244694A1 (nl)
AT (1) AT388735B (nl)
AU (2) AU580990B2 (nl)
BE (1) BE902148A (nl)
CA (3) CA1276929C (nl)
CH (1) CH669197A5 (nl)
DD (3) DD249024A5 (nl)
DE (1) DE3512225A1 (nl)
DK (1) DK155985A (nl)
ES (4) ES8607318A1 (nl)
FI (1) FI84830C (nl)
FR (1) FR2563832B1 (nl)
GB (3) GB2157293B (nl)
GR (1) GR850883B (nl)
HU (2) HU193750B (nl)
IE (2) IE58408B1 (nl)
IL (1) IL74826A (nl)
IT (1) IT1190353B (nl)
LU (1) LU85840A1 (nl)
MY (1) MY101940A (nl)
NL (1) NL192925C (nl)
NZ (1) NZ211659A (nl)
OA (1) OA07985A (nl)
PT (1) PT80246B (nl)
RU (1) RU2056425C1 (nl)
SE (4) SE466205B (nl)
SU (4) SU1375140A3 (nl)
YU (2) YU46151B (nl)
ZA (1) ZA852236B (nl)

Families Citing this family (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS61145186A (ja) * 1984-12-20 1986-07-02 Meiji Seika Kaisha Ltd 新規セフエム化合物及びその製造法
US4708955A (en) * 1985-06-24 1987-11-24 Bristol-Myers Company 3-(substituted)propenyl-7-aminothiazol-ylcephalosporanic acids and esters thereof
DE3650157T2 (de) * 1985-12-26 1995-05-04 Eisai Co Ltd Cephalosporin-verbindungen.
AU614723B2 (en) * 1986-10-13 1991-09-12 Eisai Co. Ltd. 3-propenylcephem derivative
IL84128A (en) * 1986-10-13 1992-12-01 Eisai Co Ltd 3-propenylcephem derivatives, their preparation and pharmaceutical compositions containing them
JPH085897B2 (ja) * 1986-11-06 1996-01-24 エーザイ株式会社 3−プロペニルセフェム誘導体
FR2622585B1 (fr) * 1987-11-03 1991-04-19 Roussel Uclaf Nouvelles cephalosporines comportant en position 3 un radical vinyle substitue, leur procede de preparation, leur application comme medicaments, les compositions les renfermant et les nouveaux intermediaires obtenus
JPH0699449B2 (ja) * 1988-03-16 1994-12-07 エーザイ株式会社 セフェム誘導体の合成中間体
EP0612751A3 (en) * 1988-03-16 1994-09-21 Eisai Co Ltd Compounds for the preparation of cephem derivatives.
FR2655042B1 (fr) * 1989-11-29 1994-01-21 Adir Cie Nouvelles benzothiazolinones substituees, leur procede de preparation et les compositions pharmaceutiques qui les contiennent.
FR2663332B1 (fr) * 1990-06-15 1997-11-07 Roussel Uclaf Nouvelles cephalosporines comportant en position 3 un radical propenyle substitue par un ammonium quaternaire, leur procede de preparation, leur application comme medicaments, les compositions les renfermant et les nouveaux intermediaires obtenus.
US5126336A (en) * 1990-08-23 1992-06-30 Bristol-Myers Squibb Company Antibiotic c-3 catechol-substituted cephalosporin compounds, compositions and method of use thereof
AT396108B (de) * 1991-08-21 1993-06-25 Biochemie Gmbh Neues verfahren und neue zwischenprodukte zur herstellung von 7-aminocephalosporansaeurederivaten
JPH0741484A (ja) * 1993-07-29 1995-02-10 Katayama Seiyakushiyo:Kk セフェム化合物及び抗菌剤
US5661144A (en) * 1994-08-16 1997-08-26 Meiji Seika Kabushiki Kaisha Cephem derivatives with 3-substituted bis heterocycles
PL345266A1 (en) 1998-06-22 2001-12-03 Hoffmann La Roche Propenyl cephalosporin derivatives
EP1666483B1 (en) 2003-09-09 2011-08-17 Nippon Chemical Industrial Company Limited Process for producing 3-chloromethyl-3-cephem derivative

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1342241A (en) * 1970-01-23 1974-01-03 Glaxo Lab Ltd Cephalosporin compounds
US4390534A (en) * 1978-12-29 1983-06-28 Fujisawa Pharmaceutical Co., Ltd. Cephem and cepham compounds
EP0025017A1 (de) * 1979-08-28 1981-03-11 Ciba-Geigy Ag Polyazathiaverbindungen, Verfahren zu ihrer Herstellung, pharmazeutische Präparate enthaltend solche Verbindungen und Verwendung von letzteren
US4409214A (en) * 1979-11-19 1983-10-11 Fujisawa Pharmaceutical, Co., Ltd. 7-Acylamino-3-vinylcephalosporanic acid derivatives and processes for the preparation thereof
GR75644B (nl) * 1980-06-18 1984-08-02 Fujisawa Pharmaceutical Co
GR78245B (nl) * 1980-09-12 1984-09-26 Ciba Geigy Ag
US4521413A (en) * 1981-09-14 1985-06-04 Fujisawa Pharmaceutical Co., Ltd. Cephem compounds
US4486586A (en) * 1983-02-10 1984-12-04 Bristol-Myers Company Cephalosporin derivatives

Also Published As

Publication number Publication date
SE470260B (sv) 1993-12-20
FI84830C (fi) 1992-01-27
GB8721347D0 (en) 1987-10-14
SE8901225D0 (sv) 1989-04-06
BE902148A (fr) 1985-10-09
IE58403B1 (en) 1993-09-22
ZA852236B (en) 1985-11-27
IT1190353B (it) 1988-02-16
DE3512225A1 (de) 1985-10-17
NL192925B (nl) 1998-01-05
YU118987A (en) 1988-10-31
PT80246A (en) 1985-05-01
SE8501680D0 (sv) 1985-04-03
YU46213B (sh) 1993-05-28
NL192925C (nl) 1998-05-07
DD249024A5 (de) 1987-08-26
RU2056425C1 (ru) 1996-03-20
JPH0350754B2 (nl) 1991-08-02
HU193750B (en) 1987-11-30
NZ211659A (en) 1988-11-29
ES542013A0 (es) 1986-06-16
DD251752A5 (de) 1987-11-25
ES8800949A1 (es) 1987-12-01
KR870002166B1 (ko) 1987-12-14
SE8901224D0 (sv) 1989-04-06
SE8901226L (sv) 1989-04-06
SE8501680L (sv) 1985-10-10
LU85840A1 (fr) 1985-12-16
ES551550A0 (es) 1987-06-01
GB2194789B (en) 1988-10-12
KR850007424A (ko) 1985-12-04
JPH0351716B2 (nl) 1991-08-07
FI84830B (fi) 1991-10-15
AU580990B2 (en) 1989-02-09
DD236735A5 (de) 1986-06-18
GB2157293B (en) 1988-10-05
SE470259B (sv) 1993-12-20
JPH0262557B2 (nl) 1990-12-26
AR244694A1 (es) 1993-11-30
IE58408B1 (en) 1993-09-22
OA07985A (fr) 1987-01-31
ES557060A0 (es) 1987-12-01
GR850883B (nl) 1985-11-25
ES8607318A1 (es) 1986-06-16
FR2563832B1 (fr) 1989-08-18
MY101940A (en) 1992-02-15
GB8721346D0 (en) 1987-10-14
PT80246B (pt) 1987-10-20
JPS615084A (ja) 1986-01-10
SU1436882A3 (ru) 1988-11-07
GB8508846D0 (en) 1985-05-09
IE850866L (en) 1985-10-09
ES551551A0 (es) 1987-07-01
FI851379L (fi) 1985-10-10
GB2194790A (en) 1988-03-16
SE505256C2 (sv) 1997-07-21
GB2194790B (en) 1988-10-05
YU46151B (sh) 1993-05-28
IT8520267A0 (it) 1985-04-05
HU204277B (en) 1991-12-30
AU610278B2 (en) 1991-05-16
IL74826A0 (en) 1985-07-31
CH669197A5 (de) 1989-02-28
IL74826A (en) 1990-01-18
SU1367858A3 (ru) 1988-01-15
AU2504188A (en) 1989-03-02
GB2194789A (en) 1988-03-16
GB2157293A (en) 1985-10-23
SE8901225L (sv) 1989-04-06
SE466205B (sv) 1992-01-13
SE8901226D0 (sv) 1989-04-06
FI851379A0 (fi) 1985-04-04
JPH0357106B2 (nl) 1991-08-30
FR2563832A1 (fr) 1985-11-08
AT388735B (de) 1989-08-25
JPS61143390A (ja) 1986-07-01
CA1276929C (en) 1990-11-27
HUT37622A (en) 1986-01-23
CA1340638C (en) 1999-07-06
SU1375140A3 (ru) 1988-02-15
SE8901224L (sv) 1989-04-06
YU60085A (en) 1987-12-31
JPS61143387A (ja) 1986-07-01
DE3512225C2 (nl) 1990-02-22
ATA103985A (de) 1989-01-15
ES8706694A1 (es) 1987-07-01
CA1340672C (en) 1999-07-20
JPS61143391A (ja) 1986-07-01
SU1487814A3 (ru) 1989-06-15
AU4086285A (en) 1985-10-17
DK155985A (da) 1985-10-10
ES8706155A1 (es) 1987-06-01
DK155985D0 (da) 1985-04-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8501002A (nl) Chemische verbindingen.
JPS6220191B2 (nl)
DK163877B (da) Analogifremgangsmaade til fremstilling af hidtil ukendte cephalosporiner
EP0540606A1 (en) Cephalosporins and homologues, preparations and pharmaceutical compositions
DE69103490T2 (de) Cephalosporinderivate mit in der Lage 3 eine Thioalkylthiogruppe.
DE3402642A1 (de) Substituierte vinylcephalosporinverbindungen, verfahren zu ihrer herstellung und sie enthaltende pharmazeutische mittel
KR19990064201A (ko) 세팔로스포린 항생제
US4692443A (en) 3-bicyclicpyridinium-methyl cephalosporins
DE3688087T2 (de) Cephemverbindungen, verfahren zu ihrer herstellung und sie enthaltende pharmazeutische praeparate.
US4751295A (en) Cephalosporin derivatives
EP0359536A2 (en) Cephalosporin compounds, process for their preparation and pharmaceutical compositions
EP0049855A2 (de) Neue Cephalosporinderivate, Verfahren zu ihrer Herstellung und Zwischenprodukte dafür sowie entsprechende pharmazeutische Präparate
US4324892A (en) 7-(N-Substituted-2-phenylglycinamido)-3-substituted-3-cephem-4-carboxylic acid compounds
EP0186463A2 (en) Beta-lactam antibiotics
AT396107B (de) Verfahren zur herstellung neuer cephalosporinverbindungen
CA1340609C (en) Cephalosporin derivatives
CZ286386B6 (cs) 3-Cefem-4-karboxylátové deriváty, způsob jejich přípravy, a farmaceutický prostředek, který je obsahuje
JPS6087290A (ja) 7β‐アシルアミド‐3‐セフエム‐4‐カルボン酸エステル類、該化合物の製造方法並びに該化合物を含有する医薬製剤
DK149283B (da) Analogifremgangsmaade til fremstilling af cephalosporinderivater

Legal Events

Date Code Title Description
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: BRISTOL-MYERS SQUIBB COMPANY

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20050404