NL1017042C2 - Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem. - Google Patents

Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem. Download PDF

Info

Publication number
NL1017042C2
NL1017042C2 NL1017042A NL1017042A NL1017042C2 NL 1017042 C2 NL1017042 C2 NL 1017042C2 NL 1017042 A NL1017042 A NL 1017042A NL 1017042 A NL1017042 A NL 1017042A NL 1017042 C2 NL1017042 C2 NL 1017042C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hall
data
transmission line
communication device
controller
Prior art date
Application number
NL1017042A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1017042A1 (nl
Inventor
Shougo Tatsumi
Kunikazu Koura
Original Assignee
Mitsubishi Electric Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Mitsubishi Electric Corp filed Critical Mitsubishi Electric Corp
Publication of NL1017042A1 publication Critical patent/NL1017042A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1017042C2 publication Critical patent/NL1017042C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B1/00Control systems of elevators in general
    • B66B1/02Control systems without regulation, i.e. without retroactive action
    • B66B1/06Control systems without regulation, i.e. without retroactive action electric
    • B66B1/14Control systems without regulation, i.e. without retroactive action electric with devices, e.g. push-buttons, for indirect control of movements
    • B66B1/18Control systems without regulation, i.e. without retroactive action electric with devices, e.g. push-buttons, for indirect control of movements with means for storing pulses controlling the movements of several cars or cages
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B1/00Control systems of elevators in general
    • B66B1/34Details, e.g. call counting devices, data transmission from car to control system, devices giving information to the control system
    • B66B1/3415Control system configuration and the data transmission or communication within the control system
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B1/00Control systems of elevators in general
    • B66B1/34Details, e.g. call counting devices, data transmission from car to control system, devices giving information to the control system
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B1/00Control systems of elevators in general
    • B66B1/34Details, e.g. call counting devices, data transmission from car to control system, devices giving information to the control system
    • B66B1/3415Control system configuration and the data transmission or communication within the control system
    • B66B1/3446Data transmission or communication within the control system
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B1/00Control systems of elevators in general
    • B66B1/34Details, e.g. call counting devices, data transmission from car to control system, devices giving information to the control system
    • B66B1/3415Control system configuration and the data transmission or communication within the control system
    • B66B1/3446Data transmission or communication within the control system
    • B66B1/3453Procedure or protocol for the data transmission or communication

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Computer Networks & Wireless Communication (AREA)
  • Indicating And Signalling Devices For Elevators (AREA)
  • Small-Scale Networks (AREA)
  • Selective Calling Equipment (AREA)
  • Elevator Control (AREA)
  • Escalators And Moving Walkways (AREA)

Description

Titel: Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem
De uitvinding heeft betrekking op een communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem, in het bijzonder op een communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem dat datacommunicatie uitvoert in een datacommunicatienetwerk voor het liftregelsysteem.
5 Een bekende communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem is bijvoorbeeld in de Japanse terinzagelegging nr. 10-182023 beschreven, die zal worden toegelicht onder verwijzing naar figuur 19. Zoals in figuur 19 is weergegeven, omvat het bekende liftregelsysteem cabineregelaars 103A tot 103N voor het respectievelijk regelen van de werking van een aantal 10 liftcabines, een groepregelinrichting 104 voor het gezamenlijk regelen van de werking van die liftcabines, aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k die respectievelijk de input/output van de liftcabinepositie-indicators (niet weergegeven) regelen voor het weergeven van de verdieping waarin de liftcabine van de lift zich op dat moment 15 beweegt, halschakelaars (niet weergegeven) voor het oproepen van de lift die in de respectieve hal zijn geïnstalleerd en dergelijke, die intrinsieke nummers bezitten (identiteitsnummers), een communicatiedoorgeef-apparaat (102) voor het doorgeven van communicatie naar de respectieve liftregelaars 103A tot 103N, de groepregelaar 104, en de 20 aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k, en een netwerk 101 als een communicatielijn voor het bewerkstelligen van de transmissie en ontvangst van informatie naar de respectieve liftregelaars 103A tot 103N, de groepregelaar 104, de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k en 106a tot 106k, 25 en het communicatie-apparaat 102.
Het communicatie-apparaat 102 wordt als communicatie-inrichting gebruikt voor het bekende liftregelsysteem en is opgebouwd uit een aantal slave-communicatiedelen 108A tot 108N die verbonden zijn met 1017042^ 2 haltransmissielijnen 110A tot 110N als normale transmissielijnen die voor iedere serie halschakelaars zijn voorzien en die zijn verdeeld volgens het installatienummer van de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, 106a tot 106k en bewerkstelligt de communicatie met de 5 aanlandingsverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k en 106a tot 106k, een master-communicatiedeel 107 voor het verzenden en ontvangen van informatie naar en van de respectieve liftcabineregelaars 103A tot 103N, en een intern netwerk 109 voor het verbinden van het master-communicatiedeel 107 en de slave-communicatiedelen 108A tot 108N.
10 In het navolgende zal de werking van het communicatie-apparaat voor het bekende liftregelsysteem dat op deze manier is ingericht, worden beschreven. Ten eerste ontvangt het master-communicatiedeel 107 informatie die naar de respectieve liftcabineregelaars 103A tot 103N en de groepregelaar 104 moet worden verzonden door het netwerk 101 naar de 15 kant van de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars), classificeert de verzonden informatie aan de hand van de verdiepings- en haltransmissielijn, en voert deze door het interne netwerk 109 naar de slave-communicatiedelen 108A tot 108N uit. Anderzijds wordt informatie die van de slave-communicatiedelen 108A tot 108N door het interne 20 netwerk wordt ontvangen geclassificeerd door het mastercommunicatiedeel 107 aan de hand van de verdiepings- en de haltransmissielijn, en wordt vervolgens naar de respectieve liftcabineregelaar 103A tot 103N verzonden en de groepregelaar 104.
Vervolgens, verzenden de slave-communicatiedelen 108A tot 108N 25 gegevens die van het mastercommunicatiedeel 107 door het interne netwerk 109 worden ontvangen, naar de haltransmissielijnen 110A tot 110N waar zij respectievelijk aan zijn verbonden. Anderzijds verzenden de slave-communivatiedelen 108A tot 108N informatie die wordt ontvangen van de daar landverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 3 106k door de haltransmissielijnen 110A tot 110N, naar het mastercommunicatiedeel IO7 door het interne netwerk 109.
Het communicatie-apparaat 102 ontvangt invoer informatie van de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k 5 door de haltransmissielijnen 110A tot 110N, voegt informatie toe voor het identificeren van de haltransmissielijn waartoe de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) als afzender van de ontvangen informatie behoort, alsmede de verdieping waarop de aanlandverdiepingsterminal (halregelaar) is geïnstalleerd, en verzendt dit 10 door het netwerk 101. De werking hiervan zal in de hiernavolgende in detail worden beschreven.
Het aantal aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot I 105k, en 106a tot 106k hebben respectieve intrinsieke verdiepingsnummers.
' I
j Volgens een eerste werkwijze wordt in een intern geheugen van het 15 mastercommunicatiedeel 107 een adresseertabel geïnstalleerd, en worden gegevens die aangeven welke van de haltransmissielijnen 110A tot 110N door de respectieve slave-communicatiedelen 108A tot 108N wordt geregeld, van te voren opgeslagen in de respectieve adressen van de adresseertabel. Het formaat van de in een van de respectieve adressen opgeslagen gegevens 20 wordt bepaald door een intrinsiek nummer van een van de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k die met de respectieve verdiepingen overeenkomen, en door een intrinsiek nummer dat overeenkomt met een van de respectieve haltransmissielijnen HOAtot 110N.
25 In die toestand verzenden, wanneer de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, and 106a tot 106k bepaalde informatie te samen met hun eigen intrinsieke kentallen naar de haltransmissielijnen 110A tot 110N uitvoeren, de respectieve slave-communicatiedelen 108A tot 108N informatie door het interne netwerk 109 30 naar het mastercommunicatiedeel 107. Het mastercommunicatiedeel 107 1 η 1 7 Π ? O ~i 1 U » 1 4 vergelijkt het intrinsieke kental van de ingevoerde informatie met de gegevens van zijn adrestabel en bepaalt uit welke van de halregelaars en welke haltransmissielijn die ingevoerde informatie afkomstig is en daardoor is het mogelijk om deze informatie toe te voegen aan de ontvangergegevens 5 en ze naar het netwerk 101 te verzenden.
Vervolgens worden, volgens een tweede methode, de gegevens van een adrestabel van het master-communicatiedeel 107 naar een aantal slave-communicatiedelen 108A tot 108N verstuurd. Wanneer elk van de slave-communicatiedelen 108A tot 108N bepaalde informatie ontvangt, tesamen 10 met een intrinsiek kental, dat uit de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k door de haltransmissielijnen 110A tot 110N is verzonden, en vergelijkt deze het intrinsieke kental dat in de ontvangen data is bevat met de data van de adrestabel, voegt het intrinsieke kental van de haltransmissielijn toe dat door het slave-15 communicatiedeel zelf wordt geregeld, en verzendt dit naar het mastercommunicatiedeel 107. In dit geval kan het mastercommunicatiedeel 107, door het direct verzenden van de ontvangen data van het slave-communicatiedeel 108A tot 108N naar het netwerk 101, de data verzenden die de informatie van de transmissielijnen en de verdiepingen bevat 20 waartoe de aanlandverdiepingsterminals (halregelaars) 105a tot 105k, en 106a tot 106k behoren, met de informatie van de verdieping.
Hoewel het bekende communicatie-apparaat is ingericht zoals hierboven beschreven, heeft de werkwijze voor het identificeren van de haltransmissielijn en de verdieping waartoe de aanlandverdiepingsterminal 25 (halregelaar) behoort, die met deze bekende communicatie-inrichting wordt toegepast, de volgende problemen:
Ten eerste dient bij het liftregelsysteem de halschakelaar die is verbonden met de halregelaars 105a tot 105k en 106a tot 106k een attribuut te hebben dat aangeeft wat voor schakelaar het is (bijvoorbeeld een 30 algemene liftaanroepschakelaar, een liftaanroepschakelaar voor 1 0 ; " 5 gehandicapten, een liftaanroepschakelaar voor vips), en wordt de werkingswijze van een lift gewijzigd door het gebruik van de respectieve halschakelaars als voorinformatie. Bij het systeem volgens de stand van techniek is het slechts mogelijk vast te stellen van welke halregelaar de 5 invoer afkomstig is die behoort bij een haltransmissielijn en die op een bepaalde verdieping is geïnstalleerd. Dit heeft tot gevolg dat de halregelaars die op een haltransmissielijn zijn aangesloten, worden behandeld als of ze eenzelfde attribuut bezitten op het moment van uitvoer van het communicatie-apparaat 102 naar het netwerk. Dus is het onmogelijk om 10 halregelaars met verschillende soorten attributen in één haltransmissielijn te vermengen. In het geval dat halregelaars met verschillende soorten attributen in het systeem worden vermengd, is het noodzakelijk om haltransmissielijnen te voorzien waarvan het aantal niet minder bedraagt dan het aantal soorten attributen, en worden de kosten verhoogd.
15 Aangezien informatie met betrekking tot welke haltransmissielijn en informatie met betrekking tot welke verdieping naar het netwerk kan verzonden is het mogelijk dat de ontvangstzijde gebruik maakt van de informatie behorende bij het schakelaarattribuut. Aangezien de groepregelaar 104 normaal gesproken wordt gebruikt voor informatie van 20 de halregelaars 105a tot 105k en 106a tot 106k en invoer vereist van alle halregelaars van 105a tot 105k en 106a tot 106k, wordt het overeenkomstig verwerken van de attributen van schakelsignalen geconcentreerd bij groepregelaar 104 als regelinrichting aan de ontvangstzijde. Dit betekent dat het systeem het niet mogelijk maakt uit te breiden in het aantal 25 haltransmissielijnen dat in het systeem aanwezig is.
Teneinde de halregelaars met verschillende soorten attributen op een haltransmissielijn te vermengen zou, indien een regeltabel wordt gebruikt voor het corresponderen van een halregelaar met een attribuut, eveneens een probleem optreden omdat de omvang van deze regeltabel 30 enorm toeneemt, zodat dit niet realistisch is.
1017042" 6
Ten tweede is het noodzakelijk dat de adrestabel die in het mastercommunicatiedeel 107 is ingericht van het communicatie-apparaat 102 is ingericht, van te voren wordt op geslagen wat betekent dat een beperking bestaat dat middelen voor het aanpassen van de adrestabel bij 5 een dergelijk systeem niet bestaan. Bij het bekende liftsysteem zoals hier boven beschreven is het moeilijk om omdat het communicatie-apparaat slechts een van te voren opgeslagen adrestabel omvat zo'n flexibele inrichting te bereiken dat de attributen die met een halregelaar corresponderen in overeenstemming met een tijdzone of hoeveelheid mensen 10 kunnen worden gewijzigd voor het veranderen van de werkingswijze van een lift.
De uitvinding is gedaan voor het oplossen van dergelijke problemen en heeft als doel om een communicatie-inrichting te verschaffen 15 voor een liftregelsysteem waarbij de werking van de communicatie-inrichting wordt geregeld door een regeltabel en waarbij een flexibele systeemopbouw mogelijk is.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem, dat het mogelijk maakt 20 halregelaars met een aantal attributen over één haltransmissielijn te vermengen, waardoor het aantal aanwezige haltransmissielijnen kan verminderen.
Volgens de boven genoemde doelen omvat elk van de communicatie-inrichtingen voor een liftregelsysteem van de uitvinding ten 25 minste één interface van de groep van een haltransmissielijninterfaces voor verbinding met de haltransmissielijn, afzonderlijke liftcabineregelinterfaces voor verbinding met de afzonderlijke cabineregelaars, groepregelaarinterfaces voor verbinding met de groepregelaars en transmissielijnexpansieinterfaces voor verbinding met een 30 expansietransmissielijn anders dan de haltransmissielijn, welke interfaces ï ü i ’’ I ' 7 door de CPU wordt geregeld. De werking van de communicatie-inrichting kan worden geregeld door een regeltabel waardoor een flexibele systeemopbouw mogelijk is.
Tevens kan de communicatie-inrichting de gegevensinhoudcode 5 verkrijgen die overeenkomt met de inhoud van de ingevoerde gegevens van de gegevensinhoudcodetabel, en verzendt frames die zijn geprepareerd door het toevoegen van de gegevensinhoudcode aan de ingevoerde gegevens aan het netwerk, wanneer elk van de gegevenscommunicatie-inrichtingen gegevens verzendt afkomstig van de groep van haltransmissielijninterfaces, 10 afzonderlijke cabineregelinterfaces de groepregelaarinterfaces, en transmissielijnexpansieinterfaces naar de netwerkinterface. De communicatie-inrichting kan het frame slechts ontvangen wanneer de I gegevensinhoudcode samen met de frames over het netwerk wordt J verzonden en is bevat in de groep van ontvangen gegevensinhoudcodes die 15 door de ontvangen gegeveninhoudscodetabel zijn gedefineerd. De definitetabel voor de uitvoerinterface kan worden doorzocht op de gegevensinhoudcode van het frame dat is ontvangen van het netwerk voor het verkrijgen van een uitvoerbestemmingsinterface van het frame en de verwerkingsgegevens, en de gegevens worden uitgevoerd naar de interface 20 overeenkomstig de verkregen verwerkingsgegevens. De communicatie kan gemakkelijk plaatsvinden over de communicatie-inrichtingen door een enkel netwerk en de werking van de communicatie-inrichting kan door het netwerk worden gewijzigd, zodat een flexibele systeemopbouw mogelijk is.
De haltransmissielijnen die verbonden zijn met de communicatie-25 inrichtingen kunnen haltransmissielijnkentallen zonder enige overlap hebben in het systeem. De halregelaars kunnen halregelelaarkentallen bezitten zonder overlap tussen de halregelaars die met de haltransmissielijnen zijn verbonden. Elk van de communicatie-inrichtingen kan een halschakelaarserie-conversietabel bevatten die is voorzien in het 30 opslag gedeelte voor de regeltabel voor het regelen van de overeenstemming 10 1 70 4 2"» 8 tussen respectieve halregelaars die door de haltransmissielijnkentallen zijn geïdentificeerd en het halregelaarkental naar een logisch kental van de halregelaar dat wordt op gebouwd door een logisch serienummer en een verdiepingsnummer. De communicatie-inrichting kan een 5 informatiezending van de halregelaar die in de transmissielijninterface is ingevoerd door de halschakelaarserieconversietabel converteren en naar de netwerkinterface uitvoeren. In het geval dat het frame dat vanuit de netwerkinterface is ingevoerd data betreft die naar de haltransmissielijn wordt uitgevoerd, kan de communicatie-inrichting het logische kental van 10 de halregelaar converteren als bestemming van de gegevens voor het uitvoeren naar de haltransmissielijn naar in een haltransmissielijngetal en een halregelaargetal door de halschakelaarserieconversietabel en dit uitvoeren naar de haltransmissielijn die met deze getallen overeenkomt. Bij het verwerken van de informatieconversie van een afzender in een logisch 15 serienummer en een verdiepingsnummer dat door de communicatie- inrichting wordt uitgevoerd, wanneer in de gegevens door de verzender de halregelaar is gespecificeerd door het haltransmissielijnnummer en het halregelaar nummer en deze naar het netwerk worden verzonden, is het mogelijk om de halregelaars met logische serienummers te verbinden met 20 één haltransmissielijn en kunnen de kosten van het verschaffen van de haltransmissielijn worden verminderd.
Bovendien kan de halschakelaarserieconversietabel voor elk van de haltransmissielijnen ten minste een tweetal van een groep van willekeurige continue nummers van halregelaars bevatten, die met de haltransmissielijn 25 verbonden zijn, en een verdiepingsnummer dat overeenkomt met de halregelaar van het minimum getal van de groep van halregelaarkentallen, en kunnen logische serienummers corresponderen met de halschakelaarregelaars van nummers die behoren bij een groep specifieke halregelaarnummers. Een totaalsom van groepen halregelaars die 30 overeenkomen met getallen die zijn bevat in de groep van 1 0 i 73 -i 9 halregelaarnummers van elk tweetal kunnen alle halregelaarnummers bevatten die met de haltransmissielijn zijn verbonden, en in die groepen is het tweetal zodanig op gebouwd dat overlappende halregelaarsnummers niet voorkomen tussen twee willekeurige groepen. Bij het verwerken van het 5 converteren van informatie van een afzender naar een logisch serienummer en een verdiepingsnummer dat door de communicatie-inrichting 2 bij het verkrijgen van gegevens wordt uitgevoerd, zal in de verzend gegevens de halregelaar worden aangeduid door een tweetal van een haltransmissielijngetal en een halregelaargetal en door het netwerk 1 10 worden gezonden, waarbij de structuur van de halschakelaarserieconversietabel compacter wordt, zodat de capaciteit van het opslaggedeelte van de regeltabel dat voor de communicatie-inrichting 2 I nodig, is laag gehouden kan worden.
| Als alternatief kan de communicatie-inrichting middelen omvatten 15 voor het herschrijven van tenminste één fysieke structuur van de groep van regeltabellen, gegevensinhoudcodetabelen, de definitietabellen van ontvangergegevensinhoud, de definitietabellen van de uitvoerinterface en de halschakelaarserieconversietabellen, die in een ander communicatie-apparaat in het netwerk zijn bevat. Wijziging van de regeltabel kan 20 mogelijk worden zonder dat het systeem stopt, zodat het bijzonder effectief is in het geval waarbij een flexibele dienst volgens een tijdzone wordt verschaft of het geval dat door het aanpassen van een gebouw of iets dergelijks de functionaliteit dient te veranderen.
25 De uitvinding zal nader worden toegelicht door de volgende beschrijving van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding in samenhang met de begeleidend tekening, waarbij:
Fig. 1 een blokdiagram is dat de gehele structuur weergeeft van een lichtregelsysteem met gebruik van een communicatie-inrichting volgens 30 uitvoeringsvorm 1 van de uitvinding; 1 0 170 4 2^ 10
Fig. 2 een blokdiagram is dat de structuur van het communicatie-apparaat van de uitvinding weergeeft;
Fig. 3 een weergave is dat een bewerkingstap weergeeft wanneer de communicatie-inrichting van de uitvinding gegevens van een netwerk 1 5 ontvangt;
Fig. 4 een weergave is die de structuur toont van een frame dat door het netwerk heen volgens de uitvinding wordt verzonden;
Fig. 5 een weergave is van een voorbeeld van een interne structuur van een frame dat door het netwerk 1 volgens de uitvinding wordt 10 verzonden;
Fig. 6 een weergave is van een voorbeeld van een interne structuur van een blok dat door het netwerk 1 van de uitvinding wordt verzonden;
Fig. 7 een blokdiagram is dat de gehele structuur van een liftregelsysteem weergeeft met gebruik van een communicatie-inrichting 15 volgens uitvoeringsvorm 2 van de uitvinding;
Fig. 8 een weergave is die een voorbeeld toont van een fysieke stuctuur van een regeltabel (tabel l)dat in een opslagdeel voor de regeltabel is op geslagen overeenkomstig de uitvinding;
Fig. 9 een weergave is van een voorbeeld van een 20 gegevensinhoudcodetabel (tabel 2) dat in een opslagdeel voor de regeltabel van de uitvinding is opgeslagen;
Fig. 10 een weergave is dat een voorbeeld toont van een ontvangen gegevensinhouddefïnitietabel (tabel 3) die in het opslaggedeelte voor de regeltabel volgens de uitivnding is opgeslagen; 25 Fig. 11 een weergave is dat een voorbeeld toont van een defïnitietabel voor een uitvoerinterface (tabel 4) dat is opgeslagen op een opslaggedeelte voor de regeltabel van de uitvinding;
Fig. 12 een weergave is dat een voorbeeld toont van een halschakelaarserieconversietabel (tabel 5) die is opgeslagen op een 30 opslaggedeelte voor de regeltabel van de uitvinding; 101 é 0 4 11
Fig. 13 een weergave is dat een voorbeeld weergeeft van een halschakelaarserieconversie tabel 2 (tabel 6) die is op ge slagen op een opslaggedeelte van de regeltabel van de uitvinding;
Fig. 14 een weergave is dat een voorbeeld toont van een 5 gegevensinhoudcodetabel (tabel 7) die is opgeslagen in het opslaggedeelte voor de regeltabel van de uitvinding;
Fig. 15 een weergave is van een voorbeeld van een ontvangen gegevensinhouddefïnitietabel (tabel 8) dat in het opslaggedeelte voor de regeltabel van de uitvinding is opgeslagen; 10 Fig. 16 een weergave is van een voorbeeld van een uitvoerinterfacedefïnitietabel (tabel 9) die in het opslaggedeelte voor de regeltabel van de uitvinding is opgeslagen;
Fig. 17 een weergave is van een voorbeeld van een gegevensinhoudcodetabel (tabel 10) die is opgeslagen in een opslaggedeelte 15 voor de regeltabel van de uitvinding;
Fig. 18 een weergave is van een voorbeeld van een uitvoerinterfacedefinitietabel (tabel 11) dat is opgeslagen in het opslaggedeelte van de regeltabel van de uitvinding; en
Fig. 19 een blokdiagram is van een bekende communicatie-20 inrichting voor een liftregelsysteem.
Uitvoeringvorm 1
Een uitvoeringsvorm van de uitvinding zal in het navolgende onder verwijzing naar de tekening worden beschreven. Fig. 1 geeft een 25 systeemopbouw weer volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Een regelsysteem van een lift volgens de uitvinding omvat liftcabinepositie-indicatoren 9a tot 9k en 11a tot lik die bij respectieve liften zijn geïnstalleerd voor het weergeven van een verdieping waar de liftcabine op dat moment bevindt, halschakelaars 7a tot 7k en 8a tot 8k die bij de 30 respectieve liften zijn geïnstalleerd voor het aanroepen van de lift, 1017042* 12 halregelaars 5A tot 5K en 6A tot 6K voor het invoeren en uitvoeren van gegevens tussen de liftcabinepositie-indicatoren 9a tot 9k en 11a tot lik en halregelaars 7a tot 7k en 8a tot 8k voor het regelen van de liftcabinepostie-indicatoren 9a tot 9k en 11a tot lik en halschakelaars 7a tot 7k en 8a tot 5 8k, een aantal haltransmissielijnen 12B tot 12N als normale serietransmissielijnen waarmee de halregelaars 5A tot 5K en 6A tot 6K zijn verbonden, de respectieve cabineregelaars 3B tot 3N voor het respectievelijk regelen van de werking van de liften die aanwezig zijn, een groepregelaar 4 voor het gemeenschappelijk regelen van de werking van de liften, een 10 aantal communicatie-inrichtingen 2A tot 2N die met de haltransmissielijnen 12B tot 12N zijn verbonden waarbij de respectieve liftcabineregelaars 3B tot 3N en de groepregelaar 4 en een netwerk 1 als normale serietransmissielijn met de communicatie-inrichtingen 2A tot 2N zijn verbonden.
15 Teneinde de halregelaars te identificeren die op dezelfde haltransmissielijn 12B zijn aangesloten hebben halregelaars 5A tot 5K van te voren ingestelde intrinsieke kentallen (identiteitsnummers) die geen overlap vertonen met de halregelaars die op dezelfde haltransmissielijn 12B zijn aangesloten. Hetzelfde geldt voor alle halregelaars zoals halregelaars 20 6A tot 6K.
De halregelaars 5A tot 5K en 6A tot 6K die in het systeem zijn op genomen en die dezelfde fysieke instelling voor de lifthal van de respectieve verdiepingen, hebben zijn verbonden met dezelfde haltransmissielijn. Fig. 1 geeft een voorbeeld weer van welke halregelaars 25 5A tot 5K met dezelfde haltransmissielijn 12B zijn verbonden, waarbij de halregelaars 6A tot 6K met dezelfde haltransmissielijn 12N zijn verbonden.
De communicatie-inrichtingen 2A tot 2N (in het hierna volgende algemeen aangeduid als 2) hebben dezelfde opbouw. Zoals in figuur 2 is weergegeven omvat een communicatie-inrichting een CPU 20 voor het 30 regelen van de gehele interne werking van de communicatie-inrichting, een ij's -J -ï 13 opslaggedeelte 21 voor het opslaan van een regeltabel met regelinformatie waar de CPU aan refereert voor het tot stand brengen van communicatie, een instelgedeelte 23 voor het instellen van intrinsieke identificatienummers voor het identificeren van de communicatie-5 inrichtingen 2A tot 2N, een netwerkinterface 22 voor het verbinden met het netwerk 1 van communicatie-inrichtingen 2A tot 2N.
Verder omvatten de respectieve communicatie-inrichtingen 2A tot 2N ten minste een interface van de groep van haltransmissielijninterfaces 24 als interface voor de verbinding met de haltransmissielijnen 12B tot 10 12N, afzonderlijke cabineregelinterfaces 25 als interface voor de verbinding met respectieve cabineregelaars 3B tot 3N, groep regelinterfaces 26 als interface voor de verbinding met de groepregelaar 4, en expansieinterfaces I 27 voor het verbinden met expandeertransmissielijnen die dienen voor het | expanderen van de andere haltransmissielijn dan die met nummers 12B tot 15 12N, alsmede de groepregelaar 4 en de respectieve cabineregelaars 3B tot 3N.
Vijf regeltabellen die in tabel 1 tot 5 zijn weergegeven en hierna worden toegelicht zijn van te voren in regelopslaggedeelte 21 opgeslagen dat zich bevindt in de communicatieinrichting 2.
20 De eerste tabel is een regeltabel voor de fysieke structuur waarvan een voorbeeld in tabel 1 is weergegeven en die de overeenstemming regelt van een interface die in de communicatie-inrichting is voorzien met een naam die aan elke interface van iedere communicatie-inrichting is gegeven. Dat wil zeggen dat het bestaan of niet bestaan van elke interface en de 25 naam van die interface in de tabel tesamen met het intrinsieke identificatienummer (ID) van de communicatie-inrichting is opgeslagen. Bij "aanwezigheid" van de aanwezigheid/niet-aanwezigheid is, de naam (bijvoorbeeld: 1, 2, 3... of A, B, C....etc.) opgeslagen en in het geval van "niet-aanwezigheid" is een "X" opgeslagen.
1017042« 14
De tweede tabel is een gegevensinhoudcodetabel, waarvan een voorbeeld in tabel 2 is weergegeven, en die de inhoud van gegevens regelt die in een frame zijn bevat dat door het netwerk wordt verzonden en waarvan het nummer wordt verkregen door dat te coderen. Dat wil zeggen 5 dat de gegevensinhoudcode en de gegevensinhoud in een een-op-een overeenstemming worden gehouden en in de tabel opgeslagen.
De derde tabel is een definitietabel van ontvangen gegevens, waarvan een voorbeeld in tabel 3 is weergegeven, en die aangeeft welk frame van de frames die door het netwerk worden verzonden dient te 10 worden ontvangen door welke communicatie-inrichting, door middel van de gegevensinhoudcode die aan dat frame is toegekend. Dat wil zeggen dat het intrinsieke identicatienummer (ID) van de communiatie-inrichting en de gegevensinhoudcode van een ontvangen frame in een één-op-één overeenstemming worden gehouden en in een tabel opgeslagen.
15 De vierde tabel is een definitietabel voor de uitvoerinterface, waarvan een voorbeeld in tabel 4 is weergegeven, en waarin een gegevensinhoudcode van een bepaald frame dat door een communicatie-inrichting is ontvangen in overeenstemming wordt gebracht met een interface van de communicatie-inrichting waar de ontvangen gegevens naar 20 dienen te worden verzonden wanneer het frame dat overeenstemt met de gegevensinhoud is ontvangen (in het navolgende wordt een interface van de uitvoerbestemming een uitvoerinterface genoemd) en het inhoudverwerkingsnummer dat wordt verkregen door de inhoud van de gegevens die worden verwerkt wanneer de gegevens naar de 25 uitvoerinterface worden uitgevoerd van de communicatie-inrichting. Dat wil zeggen dat de gegevensinhoudcode, de uitvoerinterface en het inhoudverwerkingsnummer met elkaar overeen stemmen en worden in de tabel verder opgeslagen.
De vijfde tabel is een conversietabel voor de serie halschakelaars 30 waarvan een voorbeeld is weerggegeven in tabel 5 en waar bij elke 1 Ί 1 7Π A Om c v? s t '.j éL** 15 haltransmissielijn een intrinsiek identificatienummer van de halregelaar die met de haltransmissielijn is verbonden, het logische serienummer waar de halregelaar toebehoort en het verdiepingsnummer waar de halregelaar geïnstalleerd, met elkaar in overeenstemming worden gebracht.
5 Aangezien slechts één haltransmissielijn met één haltransmissielijninterface 24 is verbonden zal het gebruik van haltransmissielijnnummer worden toegelicht met dezelfde naam (nummer) als de naam (nummer) dat is gegeven aan de haltransmissielijninterface die wordt geregeld door de regeltabel voor de fysieke opbouw die in tabel 1 is 10 weergegeven.
Het insteldeel 23 voor het intrinsieke identicatienummer wordt samengesteld door bijvoorbeeld een vastgeheugen of een schakelaar en wordt ingesteld voordat het systeem werkt. Een interface de communicatie-inrichting 2 vormt kan worden aangesloten overeenkomstig de 15 transmissielijn en de regelaars die met elke communicatie-inrichting zijn verbonden.
In het navolgende zal de werking van de communicatie-inrichting voor het liftregelsysteem worden beschreven dat op deze wijze is op gebouwd.
20 De werking van de communicatie-inrichting 2 wanneer deze een frame ontvangt dat door het netwerk 1 is verzonden door een andere communicatie-inrichting, zal worden beschreven onder verwijzing naar fig. 3.
Zoals in fig. 4 is weergegeven, is de opbouw van het frame dat door 25 het netwerk wordt verzonden, samengesteld door een framegegevensveld 31 waarin gegevens zijn opgeslagen die naar een andere regelaar in het netwerk 1 worden gecommuniceerd, en een gegevensinhoudcodeveld 30 waarin gegevensinhoudcodes zijn opgeslagen die betrekking heeft op de inhoud van de gegevens en die zijn gedefinieerd door de 30 gegevensinhoudcodetabel (tabel 2). De opbouw van het blokgegevensveld 31 1017042^ 16 wordt bepaald voor elke gegevensinhoudcode die door het gevensinhoudcodeveld 30 is weergegeven.
De netwerkinterface 22 die in de communicatie-inrichting 2 is omvat, ontvangt alle frames die door het netwerk 1 worden verzonden als 5 invoer en levert het ontvangen blok aan de CPU 20. CPU 20 vergelijkt of de gegevensinhoudcode van het ontvangen frame is bevat in de groep gegevensinhoudcodes van het veld dat overeenkomt met de communicatie-inrichting van de definitietabel van de ontvangen gegevens (tabel 3) die in het opslagdeel 21 is opgeslagen voor de regeltabel, en stelt vast of dit een te 10 ontvangen blok is (stap SA1). Ten gevolge van deze vergelijking worden indien het geen te ontvangen frame betreft, de gegevens gewist (stap SA6). In het geval dat het te ontvangen gegevens betreft, zoekt CPU 20 de definitietabel voor de uitvoerinterface (tabel 4) die in het opslaggedeelte 21 voor de regeltabel zijn opgeslagen, bewaard bij de gegevensinhoudcode van 15 de ontvangen gegevens, en verkrijgt de uitvoerinterface (een van de groep van haltransmissielijninterfaces 24, afzonderlijke cabineregelinterfaces 25, de groepregelinterfaces 26 en de expansietransmissielijninterfaces 27) waar de gegevens naar toe worden uitgevoerd, en het verwerkingsinhoudnummer (stap SA2). De CPU 20 stelt vast of de uitvoerinterface die hier is verkregen 20 in de communicatie-inrichting bekend is, door het afzoeken van de regeltabel voor de fysieke structuur (tabel 1) die in het opslaggedeelte 21 voor de regeltabel is opgeslagen (stap SA3). In geval dat de uitvoerinterface niet in de communicatie-inrichting bekend is, verwijdert de CPU de ontvangen data (stap SA6). In geval dat er een uitvoerinterface bekend is in 25 de communicatie-inrichting, benadert de CPU de procedure voor het verwerken op basis van het inhoudverwerkingsnummer dat verkregen is bij stap SA2, en voert het verwerken uit op de ontvangergegevens (stap SA4). Het verwerken omvat hier een interpreteren van de framegegevens in overeenstemming met de structuur van het framegegevensveld dat is 30 bepaald door elke soort gegevensinhoudcode die door de 'i n -i ? : 17 gegevensinhoudcodeveld van het ontvangen frame is aangegeven. Daarna worden gegevens uitgevoerd naar de uitvoerinterface die is verkregen bij stap SA2, in overeenstemming met de procedure die van te voren is bepaald voor elke interface (stap SA5).
5 De communicatie-inrichting omvat bijvoorbeeld de regeltabellen die bestaan uit tabel 1 tot tabel 5 in het opslaggedeelte 21 voor de regeltabel en het geval dat de gegevensinhoudcode "21" in de gegevensinhoudcodeveld 30 is gespecificeerd van het blok dat door het netwerk heen is verzonden, dat wil zeggen het geval van een A-serie regelgegevens voor de halregelaar 10 (zie tabel 2), zal worden beschreven. Dit frame wordt door de communicatie-inrichting ontvangen met het cominunicatie-apparaat ID van 2 of 3 volgens de definitietabel van ontvangen gegevensinhoud die in tabel 3 is aangegeven, en wordt in andere communicatie-inrichtingen gewist. De communicatie-inrichting met het communicatie-inrichtings ID van 2 of 3 15 zoekt de uitvoerinterfacedefinitietabel die in tabel 4 is weergegeven af en weet dat de uitvoerinterface de haltransmissielijn is met het inhoudverwerkingsnummer 3. Vervolgens zoekt de communicatie-inrichting met communicatie-inrichtings ID van 2 of 3 het veld van de communicatie -inrichting met het ID van 2 of 3 in de regeltabel voor de fysieke opbouw die 20 in tabel 1 is weergegeven, en zoekt of de haltransimissielijninterface in de communicatie-inrichting bestaat, en weet vervolgens dat deze bestaat. Dan voert de inrichting, nadat deze het verwerken overeenkomstig het inhoudverwerkingsgetal "3" uitvoert op de ontvangen gegevens, deze uit naar de haltransmissielijninterface.
25 Als voorbeeld met betrekking tot het verwerken van de inhoud (stap SA4) die vervolgens op de gegevensinhoud van het ontvangenblok wordt uitgevoerd zal een geval worden beschreven waarbij een uitvoerinterface een haltransmissielijninterface is, en zullen twee soorten werkwijzen met verschillende structueringswijzen van de 30 gegevensinhoudcodetabel worden beschreven.
101 704 2^ 18
Een eerste werkwijze heeft betrekking op een geval waarbij de regeltabel die in het regeltabelopslaggedeelte 21 is opgeslagen, een structuur heeft zoals in tabel 1 tot tabel 5 is weergegeven. Dat wil zeggen dat de gegevensinhoudcode 1 tot 4 van de gegevensinhoudcodetabel (tabel 2) 5 respectievelijk betrekking hebben op de gegenereerde halregelaardata (invoerdata van halschakelaars die verbonden zijn met halregelaars) die door de halregelaars zijn gegenereerd die zijn verbonden met logische halgroepen A tot D, gegevensinhoudcodes 11 tot 15 hebben respectievelijk betrekking op elke gegenereerde liftcabineregelgegevens die zijn 10 gegenereerd met betrekking tot liftcabineregelaars A tot E, de gegevensinhoudcodes 21 tot 24 geven respectievelijk de halregelgegevens weergeven van gegevens voor het regelen van de logische halgroepen A tot E, en de gevensinhoudcodes 31 tot 35 geven respectievelijk de liftcabineregeldata voor het regelen van de respectieve liftcabineregelaars A 15 tot E. Het kenmerk van de eerste werkwijze is dat één gegevensinhoudcode wordt toegekend aan een logisch serienummer van de haltransmissielijnen.
Hoewel de structuur van het gegevensveld 31 van het frame dat door het netwerk 1 vloeit, wordt bepaald voor elke uitvoerinterface van de uitvoerinterfacedefinitietabel, omvat het frame gegevensveld 31 in het geval 20 van de eerste werkwijze, zoals in fig. 5 is weergegeven, een aantal paketten (32a tot 32n), waarbij elk pakket 32 een logisch verdiepingsnummerveld 33 (a tot n) en een gegevensveld 34 (a tot n) bevat dat gegevens bevat die met de halregelaar zijn gecommuniceerd die betrekking heeft op het logische verdiepingsnummer 33 (a tot n) in een lichaam, en een pakketnummerveld 25 35 dat het aantal paketten 32 aangeeft die in het gegevensveld 31 van het frame zijn bevat.
Voordat de gegevens naar de uitvoerinterface worden uitgevoerd (haltransmissielijninterface) die is verkregen van de uitvoerinterfacedefinitietabel die in tabel 4 is weergegeven, worden 30 gegevens onderworpen aan een verwerkingsproces dat overeenstemt met ! Γ1 . « j -J . ..--- 19 het inhoudverwerkingsnummer "3" dat is verkregen van de uitvoerinterfacedefinitietabel (tabel 4). In het geval van de eerste werkwijze wordt het formaat van de gegevens dat in het gegevensveld 31 van het frame is opgeslagen en het logische serienummer van de halregelaar als 5 bestemming van een pakket dat in het ontvangen frame is bevat uniek bepaald, aangezien de verwerkingsprocedure die overeenkomt met het inhoudverwerkingsgetal en die gedefinieerd is in de 'uitvöerinterfacëdefinitietabël verschillend is voor iedere haltransmissielijnnummer zoals tabel 2 is weergegeven. Bij elke 10 verwerkingsprocedure voor elk pakket 32 is een intrinsiek identicatienummer van een halregelaar als bestemming van het pakket verkregen van de halgroepconversietabel die in tabel 5 is weergegeven, op I basis van het logische serienummer en het logische verdiepingsnummer die J in het logische verdiepingsveld 33 zijn gespecificeerd, en wordt dit 15 toegevoegd aan de gegevens die bevat zijn in het gegevensveld 34 van pakket 32 en die worden uitgevoerd naar de haltransmissielijninterface. De halregelaar die met elke haltransmissielijn is verbonden, ontvangt de uitgevoerde gegevens in het geval dat het intrinsieke identificatienummer dat als bestemming van de uitgevoerde gegevens naar de haltransmissielijn 20 is aangegeven samenvalt met het intrinsieke identificatienummer van de halregelaar.
Een tweede werkwijze heeft betrekking op het geval dat de regeltabel die in het regeltabelopslaggedeelte 21 is opgeslagen, een structuur heeft zoals in tabel 1, tabel 7, tabel 8, tabel 9 en tabel 5 is 25 weergegeven. Dat wil zeggen dat in de gegevensinhoudcodetabel (tabel 7), de gegevensinhoudcodes 1 tot 4 respectievelijk betrekking hebben op de halregelgegevens (invoergegevens van halschakelaars die zijn verbonden met de halregelaars) die zijn opgewekt door halregelaars die zijn verbonden met de logische halgroep A tot groep D, waarbij de gegevensinhoudcodes 11 30 tot 15 respectievelijk betrekking hebben op de opgewekte 1017042¾ 20 liftcabineregelgegevens die zijn opgewekt door de respectieve liftcabineregelaars A tot E, waarbij de gegevensinhoudcode 21 betrekking heeft op de halregelgegevens van één van de halregelaars van het systeem en de gegevensinhoudcodes 31 tot 35 respectievelijk betrekking hebben op 5 de liftcabineregelgegevens voor het regelen van de respectieve liftcabineregelaars A tot E. Aangezien de opbouw van de gegevensinhoudcode wordt gewisseld van tabel 2 naar tabel 7 wordt de ontvangen gegevensdefinitietabel en de uitvoerinterfacedefmitietabel respectievelijk gewijzigd van tabel 3 en tabel 4 naar tabel 8 en tabel 9.
10 Het kenmerk van de tweede werkwijze is dat de gegevensinhoudcode "21" die in tabel 7 is weergegeven, betrekking heeft op regelgegevens met betrekking tot een van de halregelaars ongeacht het logische serienummer van de haltransmissielijn. Wat dit betreft hebben velden in tabel 8 van alle communicatieinrichtingsID's betrekking op het 15 communicatie-apparaat met de haltransmissielijninterface en zijn ingesteld op het ontvangen van een frame met de gegevensinhoudscode "21".
Bij de tweede werkwijze omvat de structuur van het gegevensveld 31 van het frame dat door het netwerk wordt verzonden zoals in fig. 6 is weergegeven, een aantal paketten 46 (46a tot 46n) waarbij elk pakket 46 20 een logisch serienummerveld 42 (a tot n) bevat, een logisch verdiepingsveld 43 (a tot n), en een gegevensveld 44 (a tot n) in een lichaam en verder een pakketnummerveld 45 omvat dat betrekking heeft op het aantal paketten 46 die zijn bevat in het gegevensveld 31 van het frame. Een afwijkend aspect ten opzichte van de eerste werkwijze is dat de respectieve paketten 25 46a tot 46n in het frame gegevensveld 31 dezelfde logische serievelden 42a tot 42n bevatten. Bij de eerste werkwijze is de gegevensinhoudcodetabel zodanig op gebouwd dat het logische serienummer van de uitvoerbestemming uniek bepaald is uit een gegevensinhoudcode. Anderzijds zijn bij de tweede werkwijze de velden 42 verschaft aangezien de t1 v - : ·_· <. ^ 21 logische serienummers van de uitvoerbestemming niet uniek bepaald worden uit de gevensinhoudcode.
Als een communicatie-inrichting een frame gegevens ontvangt met code "21" dat door het netwerk wordt verzonden wordt overeenkomstig de 5 verwerking die in fig. 3 is weergegeven de uitvoerinterface die overeenstemt met de blokinhoudcode "21" en het inhoudverwerkingsgetal verkregen van de uitvoerinterfacedefinitietabel van tabel 9. In geval van de tweede werkwijze is de uitvoerinterface de haltransmissielijninterface en is het inhoudverwerkingsnummer "20". Daarbij wordt bij het 10 inhoudverwerkingsnummer "20" voor elk van de pakketten 46a tot 46n die in het framegegevensveld zijn bevat het logische serieveld 42 vergeleken, met alle logische serienummers van de haltransmissielijn die de communicatie-inrichting in tabel 5 heeft opgeslagen. In geval dat deze niet met elkaar samenvallen wordt het pakket verwijderd en in het geval dat 15 deze wel samenvallen wordt tabel 5 afgeszocht waar het logische serienummer en het logische verdiepingsnummer van het pakket, zodat het haltransmissielijnnummer en het halregelaarnummer als bestemming van het pakket worden verkregen en uitgevoerd naar de haltransmissielijninterface samen met het gegegevensveld van het pakket. 20 In het geval dat de uitvoerbestemmingsinterface van het ontvangen frame de haltransmissielijn is, omvatten de twee verwerkingswijzen die op de ontvangen data worden uitgevoerd het doorzoeken van de halschakelaargroepconversietabel zoals in tabel 5 is weergegeven, voor het verkrijgen van het haltransmissielijnnummer en het 25 halregelaarnummer uit het logische serienummer en het logische verdiepingsnummer. De te doorzoeken tabel kan ingericht worden als halgroepconversietabel volgens tabel 6. De structuur van tabel 6 zal worden beschreven. Dat wil zeggen, dat voor elke haltransmissielijn van het systeem een veld is ingericht door een groep willekeurige continue nummers 30 van halregelaars die met de haltransmissielijn zijn verbonden, waarbij een 10170 4 2^ 22 logisch serienummer overeenstemt met de halregelaars met nummers die tot de groep behoren en een verdiepingsnummer dat correspondeert met de halregelaar dat het kleinste nummer in de groep van halregelaarnummers heeft. Elke haltransmissielijn bevat tenminste één veld. De groep die 5 bestaat uit de conitinue nummers van halregelaars is bevat in een groep waarbij slechts één halregelaar bij elke haltransmissielijn behoort, en is zonder uitzondering in een groep bevat.
In het geval van het inrichten van een systeem met een aantal logische groepen die voor één haltransmissielijn zijn gemengd, is het 10 noodzakelijk om een overeenstemming te maken tussen haltransmissielijnnummer, halregelaarnummer, logisch serienummer en logisch verdiepingsnummer. Bij de werkwijze volgens tabel 5 is het noodzakelijk om velden te voorzien in een aantal dat gelijk is aan het aantal halregelaars die in het systeem aanwezig zijn, en wordt het gebied dat nodig 15 is voor de opslag van de regeltabel 21 groot. Anderzijds, indien de halschakelaargroepconversietabel de vorm heeft van tabel 6 en in het geval dat het gewenst is om zo'n inrichting te hebben dat de halregelaars overeenkomstig de continue halregelaarnummers tot dezelfde logische groep behoren, is het mogelijk om de regeltabel compacter te maken en dezelfde 20 informatie als de voorgaande overeenkomstige informatie als één veld te bevatten waardoor de regeltabelopslagruimte kan worden verminderd. In het bijzonder is er bij het liftsysteem behoefte aan tenminste twee soorten halschakelaars (bijvoorbeeld een algemene aandrukschakelaar en een aandrukschakelaar voor gehandicapten) bij liften van alle verdiepingen. In 25 dit geval wordt aangenomen dat een lift aanwezig is tussen verdiepingen waarbij halregelinrichtingen zodanig zijn ingericht dat bij elke lift halregelaars (verdiepingsnummer van de lift), (verdiepingsnummer van de lift + n), (verdiepingsnummer van de hal + 2 x n..), zijn geïnstalleerd en verbonden zijn met één haltransmissielijn, zodat de 30 halschakelaarconversietabel aanzienlijk compacter wordt, en het mogelijk is 1017042¾ 23 om een aantal logische schakelgroepen in één haltransmissielijn te verméngen.
Bij de ontvangst werkwijze die volgens deze uitvoeringvorm is toegelicht, kan de netwerkinterface 22 in overeenstemming met de 5 gegevensinhoudcodedefinitietabel een filtering aanbrengen, hoewel de CPU 20 dient voor het uitvoeren van het beoordelingsproces (stap SA1) of de gegevensinhoudcode van de ontvangen data is bevat in de ontvangen gegevensinhouddefinitietabel. Bijvoorbeeld is het moge lijk om als netwerkinterface 22 een Ethernetregelaar te gebruiken voor het vergelijken 10 van een meervoudig adres dat is gespecificeerd als bestemming van een frame met een van te voren vastgelegd adres voor het filteren van het frame, zodat de gegevensinhoudcode overeenstemt met het meervoudig I adres waardoor het mogelijk is om een directe filtering uit te voeren door de ' i ! Ethernetregelaar. In dit geval is, omdat de CPU 20 niet langer het filteren 15 van het frame hoeft uit te voeren, het moge lijk om de procescapaciteit die voor de CPU wordt gevraagd gering te houden.
Vervolgens zal een proces worden beschreven waarbij de communicatie-inrichting 2 gegevens ontvangt van de haltransmissielijn 24, afzonderlijke halcabineregelaarinterfaces 25, de groepregelaarinterface 26, 20 of de transmissielijnexpansie-interface 27, en een frame naar het netwerk 1 verzendt voor het verzenden van gegevens naar een andere communicatie-inrichting.
De gegevens die door de communicatie-inrichting 2 van iedere interface zijn ontvangen arriveren bij CPU 20, en worden, nadat de CPU 20 25 een van te voren gedefinieerde bewerking uitvoert overeenkomstig de betreffende interface, uitgevoerd naar de netwerkinterface in de communicatie-inrichting. Zoals in fig. 4 is weergegeven, is de frameopbouw op dat moment samengesteld uit een framegegevensveld 31 en een gegevensinhoudcodeveld 30 dat de inhoud van de gegevens weergeeft. Op 30 dat moment wordt een gegevensinhoudcode die door het 1017042* 24 gegevensinhoudcodeveld 30 is gespecificeerd, op de navolgende wijze vastgesteld.
In het geval van gegevens die van de haltransmissielijninterface 24 worden ontvangen, doorzoekt de communicatie-inrichting de 5 halschakelaargroepconversietabel van tabel 5 of 6 voor het transmissielijnnummer dat is verbonden met de ontvangen interface en het halregelnummer dat met de gegevens is verzonden, en verkrijgt vervolgens het logische serienummer van de halregelaar als afzender van de gegevens en verkrijgt de gegevensinhoudcode die overeenstemt met het verkregen 10 logische serienummer van de gegevensinhoudcodetabel die in tabel 2 of 7 is weergegeven.
In het geval data is ontvangen van de afzonderlijke liftcabineregelaarinterfaces, verkrijgt de communicatie-inrichting een identificatie van de liftcabineregelaar die is verbonden met de 15 liftcabineregelinterface, op basis van de fysieke opbouwregeltabel volgens tabel 1, en verkrijgt de gegevensinhoudcode volgens het verkregen liftcabineregelnummer van de gegevensinhoudcodetabel volgens tabel 2 of 7.
Aangezien de groepregelaar regelgegevens verzendt naar iedere afzonderlijke cabineregelaar of halregelaar, worden de gegevensinhoudcodes 20 van de respectieve gegevens door de groepregelaar toegevoegd. Aldus analyseert de communicatie-inrichting de ontvangen data en verkrijgt de gevensinhoudcode in het geval dat de communicatie-inrichting gegegevens ontvangt van de groepregelinterface.
In het geval dat de gegevens worden ontvangen van de 25 geëxpandeerde transmissielijninterface verkrijgt de communicatie- inrichting 1 op basis van de regeltabel voor de fysieke structuur volgens tabel 1 het expansie transmissielijnnummer en verkrijgt de gegevensinhoudcode die overeenkomt met het verkregen expansietransmissielijnnummer van de gegevensinhoudcodetabel volgens 30 tabel 2 of 7.
1017042* 25
Op deze wijze kan, omdat met betrekking tot de halschakelaargroepconversie de werkwijze wordt toegepast waarbij de verwerking wordt verspreid en wordt geregeld over en door de respectieve communicatie-inrichtingen de belasting worden verspreid hoewel de 5 schakelaargroep concentrisch overeen moet komen met de groepregelaar volgens deze gebruikelijke werkwijze.
Nu volgt een beschrijving van een werkwijze waarbij elke communicatie-inrichting tenminste een tabel herschrijft van de groep van regeltabellen voor de fysieke opbouw, gegevensinhoudcodetabellen, en 10 ontvangen gegevensinhouddefinitietabellen, uitvoerinterfacedefinitietabellen en schakelaargroepconversietabellen van een andere communicatie-inrichting door het netwerk.
| Dat wil zeggen dat een commando voor het herschrijven van een j regeltabel als een van de gegevensinhoudcodes wordt meegegeven in deze 15 werkwijze. Bijvoorbeeld wordt een regeling toegepast in deze werkwijze door gebruik van een gegegevensinhoudcodetabel volgens tabel 10 waarbij de velden "50" tot "53" voor commando's voor het herschrijven van de regeltabel zijn toegevoegd aan de gegevensinhoudcodetabel van tabel 2. Met het toevoegen van deze gegevensinhoudcode zijn de velden die 20 corresponderen met de gegegevensinhoudcodes "50" tot "53" toegevoegd aan de ontvangen gegevensinhouddefinitietabel (waarvan tabel niet is weergegeven) en de uitvoerinterfacedefinitietabel volgens tabel 11. Indien deze toevoeging wordt gedaan worden alleen de inhoudverwerkingsnummers "30" tot "33" van de 25 uitvoerinterfacedefinitietabel toevoegd en het proces op het moment dat de communicatie-inrichting het frame van het netwerk ontvangt is hetzelfde als bij het ontvangstverwerkingsproces als hierboven beschreven. De uitvoerprocesnummers "30" tot "33" van de uitvoerinterfacedefinitietabel zijn zodanig dat het verwerken van de informatie die in het 30 framegegegevensveld is opgeslagen als regeltabel wordt geïnterpreteerd 1017042* 26 waarbij de regeltabel die in het regeltabelopslagdeel van de communicatie-inrichting is opslagen, wordt herschreven.
Op deze wijze wordt een mechanisme verschaft dat in staat de werking van elke communicatie-inrichting te regelen door middel van een 5 regeltabel, en is het mechanisme in staat om de regeltabel te herschrijven door een andere comunnicatie-inrichting zodat een flexibele systeemopbouw kan worden gerealiseerd. In het bijzonder is het bij een liftsysteem een effectief hulpmiddel voor het vervangen van de halschakelaargroepconversietabel door een andere zonder dat het systeem 10 wordt gestopt zodat een flexibele werking kan worden bereikt volgens een tijdzone of in het geval dat een ander soort werking wordt gevraagd door dat een gebouw opnieuw woordt ingericht of iets dergelijks.
Bij de communicatie-inrichting voor het liftregelsysteem volgens de uitvinding is het mogelijk de halregelaar met een aantal logische 15 serienummers met één haltransmissielijn te verbinden en heeft dit tot gevolg dat de kosten voor het verschaffen van de haltransmissielijn worden verminderd door het verwerken en converteren van informatie van een afzender in een logisch serienummer en verdiepingsnummer, wat door de communicatie-inrichting 2 wordt uitgevoerd wanneer de gegevens van de 20 afzender van een die door het netwerk 1 worden verzonden halregelaar specificeren die wordt samengesteld door een tweetal van een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer.
Door het converteren van de informatie van een afzender in een logisch serienummer en verdiepingsnummer, wat door de communicatie-25 inrichting 2 wordt uitgevoerd, wanneer de gegevens van de afzender die worden verzonden door het netwerk 1 de halregelaar specificeren door een tweetal van een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer, wordt de structuur van de halregelaargroepconversietabel compacter zodat dit het effect heeft dat de capaciteit van het opslaggedeelte voor de 30 regeltabel dat voor de communicatie-inrichting 2 nodig is gering kan blijven.
10170 4 2¾ 27
Uitvoeringsvorm 2
Het is ook mogelijk om een structuur (fig. 7) te vormen, waarbij de groepregelaar 4 en de communicatie-inrichting 2a waarmee de groepregelaar verbonden is uit de structuur worden verwijderd (fig. 1) van 5 voorgaande uitvoeringsvorm 1. In het geval van de uitvoeringsvorm 1 beoordeelt de groepregelaar de toestand van het systeem en wijst de liften toe. In uitvoeringsvorm 2 heeft één van de respectieve cabineregelaars tevens éeri groepregelfunctie en voert de toewijzingregeling toe. Zelfs in het geval dat zo'n regelwijze wordt toe gepast is het moge lijk, aangezien de 10 communicatie-inrichting volgens de regeltabel werkt, om door slechts het veranderen van de inhoud van de regeltabel een systeem te realiseren door gebruik te maken van een communicatie-werkwijze volgens de communicatie-inrichting van uitvoeringsvorm 1.
Uitvoeringsvorm 3 15 Hoewel de opslagwijze van de regeltabel van de communicatie- inrichting en volgens uitvoeringsvormen 1 en 2 een werkwijze is van het van te voeren uitvoeren van een instelling voordat het systeem in werking is, omdat de communicatie-inrichting middelen omvat voor het veranderen van de regeltabel door het netwerk, is het eveneens mogelijk om een 20 werkwijze toe te passen waarbij de eerder ingestelde regeltabellen in alle communicatie-inrichtingen, dezelfde opbouw hebben zodat bij de start van het systeem regeltabellen voor de systeemopbouw worden verspreid vanuit een specifiek apparaat (bijvoorbeeld een groepregelaar) naar alle communicatie-inrichtingen en waarbij de regeltabellen van alle 25 communicatie-inrichtingen worden vervangen waarna vervolgens de liften in bedrijf worden gesteld.
In dit geval is de regeltabel die eerder ingesteld werd voor de respectieve communicatie-inrichtingen voor elke communicatie-inrichting dezelfde en is deze volgens de systeemstructuur zodanig opgebouwd dat de 30 regeltabel die bij het systeem start wordt verspreid slechts in één apparaat 1017042 28 behoeft te worden ingesteld (bijvoorbeeld de groepregelaar) in het systeem, zodat het aantal communicatie-inrichtingen verminderd kan worden, waardoor de productiekosten en regelkosten van de communicatie-inrichting kunnen worden verminderd.
5
Zoals beschreven is kan de werking van de communicatie-inrichting worden geregeld door de regeltabel en kan een flexibele systeembouw mogelijk worden gemaakt aangezien elk van de communicatie-inrichtingen voor een liftregelsysteem van de uitvinding 10 tenminste één interface bezit van de groep van haltransmissielijninterfaces voor verbinding met een haltransmissielijn, afzonderlijke cabineregelinterfaces voor verbinding met de liftcabineregelaar, groepregelinterfaces voor verbinding van de groepregelaar, transmissielijn expansie-interfaces voor verbinding met de expansietransmissielijn anders 15 dan de haltransmissielijn, welke de interface door de CPU geregeld wordt.
Tevens verkrijgt de communicatie-inrichting bij het verzenden van de gegevens door de ge ge venscommunicatie-inrichtingen die zijn ingevoerd vanuit de haltransmissielijn, de afzonderlijke liftregelinterfaces, de groepregelinterface of de transmissielijnexpansieinterface naar de 20 netwerkinterface, de gegevensinhoudscode die correspondeert met de inhoud van de ingevoerde gegevens van de gegevensinhoudcodetabel, en verzendt frames naar het netwerk waarbij de gegevensinhoudcode aan de ingevoerde gegevens worden toegevoegd. Van alle frames die over het netwerk worden verzonden, ontvangt de communicatieinrichting alleen dat frame waarbij de 25 gegevensinhoudcode aan het frame is toegevoegd en is bevat in de groep van ontvangen gegevensinhoudcodes die door de ontvangen gegevenscodetabel worden gedefinieerd. De uitvoerinterfacedefinitietabel wordt doorzocht op de gegevensinhoudcode van het frame dat door het netwerk is ontvangen, voor het verkrijgen van een uitvoerbestemmingsinterface van het frame en 30 de verwerkingsgegevens, en de gegevens worden naar de interface 10170 4 2«« 29 uitgevoerd die is verkregen overeenkomstig de verkregen verwerkingsgegevens. De communicatie kan eenvoudig worden opgebouwd via de communicatie-inrichtingen door een enkel netwerk en de werking van de communicatie-inrichtingen kan door het netwerk worden gewijzigd, zodat 5 een flexibele systeemopbouw mogelijk is.
De haltransmissielijnen die zijn verbonden met de communicatie-inrichtingen hebben haltransmissielijnnummers zonder overlap in het systeem. De halregelaars hebben halregelaarnummers zonder overlap met de halregelaars die op dezelfde haltransmissielijn zijn aangesloten. Elk van 10 de communicatie-inrichtingen heeft een halschakelaarserieconversietabel die is voorzien in een opslaggedeelte voor de regeltabel voor het regelen van de samenhang van de respectieve halregelaars, die door het I haltransmissielijnnummer en het halregelaarnummer zijn geïdentificeerd, | en een logisch nummer van de halregelaar dat is opgebouwd door een 15 logisch serienummer en een verdiepingsnummer. De communicatie- inrichting converteert een informatie-afzender van de halregelaar die door de haltransmissielijninterface is ingevoerd door middel van de halschakelaarserieconversietabel en voert deze uit naar de netwerkinterface. In het geval dat het frame dat van de netwerkinterface is 20 ingevoerd, gegegevens betreft die naar de haltransmissielijn dienen te worden uitgevoerd, converteert de communicatie-inrichting het logische nummer van de halregelaar, als bestemming van de naar de haltransmissielijn uit te voeren gegevens in een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer door middel van de 25 halschakelaarserieconversietabel en voert uit naar de haltransmissielijn overeenkomstig deze nummers. Het is mogelijk om de halregelaars met een aantal logische serienummers op één haltransmissielijn aan te sluiten bij het verwerken van het converteren van informatie van een afzender in een logisch serienummer en vloernummer, wat uitgevoerd wordt door de 30 communicatie-inrichting wanneer in gegevens van de afzender en door het 1017042¾ 30 netwerk worden verzonden de halregelaar is aangeduid door het tweetal van een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer, zodat de kosten voor het verschaffen van een haltransmissielijn kunnen worden verminderd.
5 De halschakelaarserieconversietabel omvat verder voor elk van de haltransmissielijnen tenminste een tweetal van een groep willekeurige continue getallen van halregelaars die zijn verbonden met de haltransmissielijn, waarbij een verdiepingsnummer correspondeert met een halregelaar als kleinste nummer in de groep van halregelaarnummers, 10 waarbij de logische serienummers overeenkomen met de halschakelaarregelaars bestaande uit nummers die behoren tot het bereik de van halregelaarnummers. Een somgroep van halregelaars die overeenstemmen met nummers die zijn bevat in de groep van halregelaarnummers van elk tweetal omvat alle halregelaarnummers die 15 zijn aangesloten op de haltransmissielijn en in die groepen wordt een tweetal opgebouwd zodat geen overlappende halregelaarnummers tussen twee willekeurige groepen voorkomen. Bij de informatieconversie door het communicatie-apparaat 2 van een afzender in een logisch serienummer en een verdiepingsnummer, wanneer de gegevens van de afzender die over het 20 netwerk 1 zijn verzonden een halregelaar hebben gespecificeerd door middel van een tweetal van een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer, wordt de structuur van de halregelaarserieconversietabel compacter zodat de capaciteit van het opslaggedeelte van de regeltabel dat nodig is voor de communicatie-25 inrichting 2, klein gehouden kan worden.
Alternatief omvat de communicatie-inrichting middelen voor het herschrijven van tenminste één van de groep van regeltabellen voor de fysieke opbouw, gegevensinhoudcodetabellen, definitietabellen voor ontvangengegevens, uitvoerinterfacedefinitietabellen de 30 halschakelaarserieconversietabellen, die in een andere communicatie-
<?. ^ TT
31 inrichting in het netwerk zijn bevat. Het wijzigen van de regeltabel is mogelijk zonder dat het systeem wordt gestopt, zodat het bijzonder doelmatig in het geval dat een flexibele bediening volgens een bepaalde tijdzone wordt verschaft of het geval dat een andere soort bediening is 5 vereist wegens het op nieuw inrichten van een gebouw of iets dergelijks.
10170 42*

Claims (5)

1. Communicatie-inrichting voor een liffcregelsysteem dat wordt toegepast in een liftregelsyteem dat liftcabineregelaars omvat voor het regelen van de werking van de respectieve liften, een aantal halregelaars voor het regelen van de invoer/uitvoer van/naar een lift aanroepschakelaar 5 en een attentielicht dat de aankomst van een lift aankondigd die op iedere verdieping zijn aangebracht, een aantal haltransmissielijnen waaraan de halregelaars zijn verbonden, en een groepregelaar voor het gezamelijk regelen van de werking van de respectieve liften, waarbij het aantal communicatie-inrichtingen niet minder bedraagt dan de hoeveelheid 10 liftcabineregelaars en de communicatie-inrichtingen verbonden zijn met de respectieve liftcabineregelaars in een één op één relatie, waarbij de communicatie-inrichting omvat: een CPU voor het regelen van de interne werking; een opslaggedeelte voor een regeltabel waaraan bij het regelen van 15 de communicatie wordt gerefereerd; een instelgedeelte voor het instellen van een intrinsiek identificatienummer voor het identificeren van de respectieve communicatie-inrichtingen; een netwerkinterface dat is verbonden met een netwerk voor het 20 verbinden van de communicatie-inrichtingen en dat door de CPU wordt aangestuurd, waarbij de communicatie-inrichting tenminste één interface omvat van de groep van haltransmissielijninterfaces voor verbinding met de haltransmissielijn, afzonderlijke liftcabineregelinterfaces voor verbinding met de liftcabineregelaar, groepregelaarinterfaces voor het verbinden met 25 de groepregelaar, en transmissielijnexpansieinterfaces voor het verbinden van een transmissielijnexpansielijn anders dan de haltransmissielijn, welke interface door de CPU wordt aangestuurd. 10173 4 2m
2. Communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het opslagdeel voor de regeltabel omvat: een regeltabel voor de fysieke opbouw voor het regelen van de samenhang tussen een van de interfaces die is voorzien in een van de 5 communicatie-inrichting en een identificatiekenmerk dat aan de interface is toegekend; een gegevensinhoudcodetabel voor het regelen van de samenhang tussen de gecommuniceerde gegevensinhoud en een code die aan de gegevensinhoud is toegekend; 10 een definitietabel voor ontvangengegevens voor het definiëren van een groep gegevensinhoudcodes van frames die door de communicatie-inrichtingen zijn ontvangen van de frames die door het netwerk worden verzonden; en een uitvoerinterfacedefinitietabel voor het definiëren van een 15 gegevensinhoudcode van gegevens die door de communicatie-inrichtingen in het netwerk worden ontvangen; een uitvoerbestemmingsinterface die overeenkomt met de gegevensinhoud, verwerkingsgegevens die uitgevoerd worden op de ontvangengegevens in overeenstemming met de uitvoerbestemmingsinterface en de ontvangen gegevensinhoud; 20 waarbij, wanneer elk van de gegevenscommunicatie-inrichtingen gegevens verzendt naar de netwerkinterface, welke gegevens zijn ingevoerd vanuit de haltransmissielijninterface, de liftcabineregelinterface, de groepregelaarinterface, of de transmissielijnexpansie-interface, de communicatie-inrichting van de gegevensinhoudcodetabel de 25 gegevensinhoudcode verkrijgt die overeenstemt met de inhoud van de ingevoerde gegevens en frames uitzendt naar het netwerk waaraan de gegevensinhoudcode aan de ingevoerde gegevens is toegevoegd, de communicatie-inrichting slechts van alle frames die over het netwerk worden verzonden het frame ontvangt waarbij de 30 gegevensinhoudcode die aan het frame is toegevoegd is bevat in de groep 1.r· V'C -v 2m van ontvangen gegevensinhoudcodes die is gedefiniërd door de ontvangen ge ge vensinhoudcodetabel, en waarbij de uitvoerinterfacedefinitietabel wordt doorzocht op de gegevensinhoudcode van het uit het netwerk ontvangen frame voor het 5 verkrijgen van de uitvoerbestemmingsinterface van het frame en de verwerkingsgegevens, waarbij de gegevens worden uitgvoerd naar de interface die is verkregen in overeenstemming met de verkregen verwerkingsgegevens.
3. Communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de haltransmissielijnen die zijn verbonden met de communicatie-inrichtingen haltransmissielijnnummers hebben zonder overlap in het systeem; waarbij de halregelaars halregelaarsnummers hebben zonder 15 overlap met de halregelaars en zijn verbonden met dezelfde haltransmissielijn; waarbij elk van de communicatie-inrichtingen een halschakelaarserieconversietabel bezit die is voorzien in het opslaggedeelte voor de regeltabel voor het regelen van de samenhang tussen de respectieve 20 halregelaars die worden geïdentificeerd door het haltransmissielijnnummer en het halregelaarnummer tot een logisch nummer van de halregelaar dat is opgebouwd door een logisch serienummer en een verdiepingsnummer; de communicatie-inrichting een afzender van informatie van de halregelaar converteert, die is ingevoerd van de haltransmissielijninterface 25 door een halschakelaarserieconversietabel en deze naar de netwerkinterface uitvoerd; en waarbij, indien het frame dat door de netwerkinterface is uitgevoerd gegevens betreft die naar de haltransmissielijn worden uitgevoerd, de communicatie-inrichting het logische nummer van de 30 halregelaar converteert als bestemming van de uit te voeren gegevens naar 1017042· de haltransmissielijn, in een haltransmissielijnnummer en een halregelaarnummer door middel van de halregelaarserieconversietabel en het haltransmissielijnnummer uitvoert overeenkomstig deze nummers.
4. Communicatie-inrichting voor een liftregelsysteem volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de halregelaarserieconversietabel voor elk van de haltransmissielijnen tenminste een tweetal omvat van een groep van willekeurige continue nummers van halregelaars die zijn verbonden met de haltransmissielijn, waarbij een verdiepingsnummer overeenstemt met de 10 halregelaar van het minimumnummer in de groep van de halregelaarnummers, en logische serienummers overeenstemmen met de halschakelaarregelaars van nummers die behoren bij een bereik van de halregelaarnummers, en waarbij een somgroep van halregelaars overeenstemt met 15 nummers die zijn bevat in de groep van halregelaarnummers voor elk tweetal, alle halregelaarnummers bevat die zijn verbonden met de haltransmissielijn, en waarbij in die groepen het tweetal zodanig is opgebouwd dat er geen overlappende halregelaarnummers tussen twee willekeurige groepen aanwezig zijn. 20
5. De communicatie-inrichting voor het liftregelsysteem volgens conclusie 2, waarbij de communicatie-inrichting middelen omvat voor het herschrijven van tenminste een van de regeltabellen voor de fysieke opbouw, de gegevenscodeinhoudtabel de ontvangen gegevensdefinitietabel, 25 de uitvoerinterfacedefinietabel en de halschakelaarserieconversietabel, die in een ander communicatie-inrichting in het netwerk zijn bevat. ,, ~ f. O??/ 1 .* } ! 1 ' ct' '···
NL1017042A 2000-02-21 2001-01-05 Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem. NL1017042C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP2000042931A JP4476413B2 (ja) 2000-02-21 2000-02-21 エレベーター制御システム用通信装置
JP2000042931 2000-02-21

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1017042A1 NL1017042A1 (nl) 2001-08-22
NL1017042C2 true NL1017042C2 (nl) 2004-03-10

Family

ID=18565932

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1017042A NL1017042C2 (nl) 2000-02-21 2001-01-05 Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US6349795B1 (nl)
JP (1) JP4476413B2 (nl)
KR (1) KR100427147B1 (nl)
CN (1) CN1207179C (nl)
FI (1) FI20002242A (nl)
NL (1) NL1017042C2 (nl)
TW (1) TW527313B (nl)

Families Citing this family (22)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP2001206652A (ja) * 2000-01-28 2001-07-31 Mitsubishi Electric Corp エレベータの情報通信システム
US6672429B1 (en) * 2000-03-10 2004-01-06 Thyssen Elevator Capital Corp. Encoding system for communicating with elevator I/O devices
EP1193208A4 (en) * 2000-03-28 2009-11-11 Mitsubishi Electric Corp GROUP CONTROL SYSTEM FOR ELEVATORS
WO2001074701A1 (fr) * 2000-03-30 2001-10-11 Mitsubishi Denki Kabushiki Kaisha Dispositif de communication pour elevateur
JP4601888B2 (ja) * 2000-03-30 2010-12-22 三菱電機株式会社 エレベーターの通信制御装置及び通信制御方法
JP4907031B2 (ja) * 2000-04-12 2012-03-28 三菱電機株式会社 エレベーターの通信制御装置
JP4803865B2 (ja) * 2000-05-29 2011-10-26 東芝エレベータ株式会社 群管理エレベータの制御装置
JP4727062B2 (ja) * 2001-05-01 2011-07-20 三菱電機株式会社 エレベーターの通信制御装置
KR20030001046A (ko) * 2001-06-28 2003-01-06 (주)동광알파 승강기 모니터링 및 호출 시스템
US7242770B2 (en) * 2002-07-08 2007-07-10 C.E. Electronics, Inc. Secure encryption/decryption for elevators
WO2004083319A1 (en) 2003-03-17 2004-09-30 Hae-Wook Lee Composition for cutting off heat-ray, film formed thereform and method for forming the composition and the film
JP4828319B2 (ja) * 2006-06-14 2011-11-30 三菱電機株式会社 エレベータ信号伝送装置
JP5355555B2 (ja) * 2008-04-21 2013-11-27 三菱電機株式会社 エレベータシステム及びエレベータ制御装置及び行先階受付端末装置
CA2722809C (en) * 2008-04-29 2014-10-21 Inventio Ag Lift installation and call control for use in a lift installation
ES2729927T3 (es) * 2009-06-05 2019-11-07 Otis Elevator Co Sistema y procedimiento para direccionar automáticamente dispositivos en una red de comunicación
KR101010211B1 (ko) * 2010-06-08 2011-01-21 유재혁 가변 프로토콜을 이용한 엘리베이터 및 이의 제어 방법
FI122474B (fi) * 2010-12-01 2012-02-15 Kone Corp Hissin turvakytkentä sekä menetelmä hissin turvakytkennän toiminnallisen poikkeaman tunnistamiseksi
CN103935851B (zh) * 2014-03-12 2016-01-20 深圳市海浦蒙特科技有限公司 电梯群控系统
US20150329316A1 (en) * 2014-05-13 2015-11-19 Wen-Sung Lee Smart elevator control device
US10538414B2 (en) * 2015-06-15 2020-01-21 Mitsubishi Electric Corporation Elevator safety system
US11095502B2 (en) * 2017-11-03 2021-08-17 Otis Elevator Company Adhoc protocol for commissioning connected devices in the field
JP7021682B2 (ja) * 2020-03-12 2022-02-17 フジテック株式会社 エレベータの案内システム及び制御装置

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4567560A (en) * 1983-09-09 1986-01-28 Westinghouse Electric Corp. Multiprocessor supervisory control for an elevator system
US4872532A (en) * 1987-08-12 1989-10-10 Hitachi, Ltd. Signal transmission method and system in elevator equipment
US4989695A (en) * 1988-03-31 1991-02-05 Kabushiki Kaisha Toshiba Apparatus for performing group control on elevators utilizing distributed control, and method of controlling the same
US5936211A (en) * 1986-12-17 1999-08-10 Lg Industrial Systems Co., Ltd Elevator control system

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5387769A (en) * 1993-06-01 1995-02-07 Otis Elevator Company Local area network between an elevator system building controller, group controller and car controller, using redundant communication links
KR100186363B1 (ko) * 1996-10-17 1999-04-15 이종수 엘리베이터의 신호전송 제어 방법 및 장치
JP3251595B2 (ja) * 1996-10-29 2002-01-28 三菱電機株式会社 エレベータの制御装置
KR100202720B1 (ko) * 1996-12-30 1999-06-15 이종수 엘리베이터의 군관리 제어방법
JP3480214B2 (ja) 1997-01-13 2003-12-15 三菱電機株式会社 遠隔監視システム
JPH1121038A (ja) * 1997-07-02 1999-01-26 Hitachi Ltd エレベータの信号伝送装置
TW475919B (en) * 1997-08-20 2002-02-11 Lg Otis Elevator Co An elevator control system
KR100271025B1 (ko) * 1998-03-31 2000-11-01 장병우 엘리베이터의 신호 전송 방법 및 장치
KR100246740B1 (ko) * 1997-08-20 2000-04-01 이종수 엘리베이터의 신호 전송 방법 및 장치
KR19990070993A (ko) * 1998-02-26 1999-09-15 이종수 엘리베이터의 병렬제어장치

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4567560A (en) * 1983-09-09 1986-01-28 Westinghouse Electric Corp. Multiprocessor supervisory control for an elevator system
US5936211A (en) * 1986-12-17 1999-08-10 Lg Industrial Systems Co., Ltd Elevator control system
US4872532A (en) * 1987-08-12 1989-10-10 Hitachi, Ltd. Signal transmission method and system in elevator equipment
US4989695A (en) * 1988-03-31 1991-02-05 Kabushiki Kaisha Toshiba Apparatus for performing group control on elevators utilizing distributed control, and method of controlling the same

Also Published As

Publication number Publication date
JP4476413B2 (ja) 2010-06-09
TW527313B (en) 2003-04-11
NL1017042A1 (nl) 2001-08-22
FI20002242A0 (fi) 2000-10-11
CN1207179C (zh) 2005-06-22
JP2001233557A (ja) 2001-08-28
KR20010083035A (ko) 2001-08-31
US6349795B1 (en) 2002-02-26
KR100427147B1 (ko) 2004-04-17
CN1310128A (zh) 2001-08-29
FI20002242A (fi) 2001-08-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1017042C2 (nl) Communicatie-inrichting voor liftregelsysteem.
CN100386250C (zh) 乘客指南系统和显示器
US5936211A (en) Elevator control system
US6793044B2 (en) Travel sequence planning for elevators
JP3977882B2 (ja) ビルディングの複数のフロアに運行するための多数かごエレベータシステムおよびエレベータグループへのフロア割当方法
CA2472532C (en) Method for controlling an elevator installation operated with zoning and an elevator installation
CN102596777B (zh) 具有分布式调度的电梯系统
CN107600411A (zh) 基于无人机的快递配送方法及装置
CN112777436A (zh) 机器人呼梯方法、装置、终端及存储介质
US20020112923A1 (en) Control system for group-controlled elevators
CN104150297B (zh) 高层楼宇多电梯系统的控制系统的控制方法
US6533075B2 (en) Elevator group supervisory control system for processing hall call information
CN114229632A (zh) 一种乘梯控制方法、系统、服务器和存储介质
JPH07215606A (ja) エレベータ用のインテリジェント分散制御装置
JP4509276B2 (ja) エレベータ群管理システム
JPH06156893A (ja) エレベーターの群管理制御装置
JP2935622B2 (ja) エレベーターの群管理制御装置
JP2000169052A (ja) エレベータ群管理制御装置
JP2002003108A (ja) エレベータ群管理システム
WO2006089282A2 (en) Elevator system and method of monitoring elevators by using a virtual elevator group
JP3986132B2 (ja) ダブルデッキエレベータ群管理制御装置
CN112875449B (zh) 电梯控制方法、装置、电子设备和存储介质
JP2001218232A (ja) 映像配信システム及びその制御方法
EP4046951A1 (en) Elevator communication system and method
JPS63315480A (ja) 群管理制御エレベ−タ装置

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20030108

PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190201