NL8801303A - Huteenheid-inrichting. - Google Patents

Huteenheid-inrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8801303A
NL8801303A NL8801303A NL8801303A NL8801303A NL 8801303 A NL8801303 A NL 8801303A NL 8801303 A NL8801303 A NL 8801303A NL 8801303 A NL8801303 A NL 8801303A NL 8801303 A NL8801303 A NL 8801303A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cabin
sections
unit
roof
transport unit
Prior art date
Application number
NL8801303A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193586C (nl
NL193586B (nl
Original Assignee
Waertsilae Meriteollisuus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Waertsilae Meriteollisuus filed Critical Waertsilae Meriteollisuus
Publication of NL8801303A publication Critical patent/NL8801303A/nl
Publication of NL193586B publication Critical patent/NL193586B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193586C publication Critical patent/NL193586C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B29/00Accommodation for crew or passengers not otherwise provided for
    • B63B29/02Cabins or other living spaces; Construction or arrangement thereof
    • B63B29/025Modular or prefabricated cabins
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B19/00Arrangements or adaptations of ports, doors, windows, port-holes, or other openings or covers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B35/00Vessels or similar floating structures specially adapted for specific purposes and not otherwise provided for
    • B63B2035/004Passenger vessels, e.g. cruise vessels or the like

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Body Structure For Vehicles (AREA)
  • Ship Loading And Unloading (AREA)
  • Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
  • Residential Or Office Buildings (AREA)
  • Details Of Indoor Wiring (AREA)
  • Automobile Manufacture Line, Endless Track Vehicle, Trailer (AREA)
  • Conveying And Assembling Of Building Elements In Situ (AREA)
  • Forklifts And Lifting Vehicles (AREA)

Description

V
88306
Korte aanduiding: Huteenheid-inrichting
De uitvinding heeft betrekking op een huteenheid-inrichting volgens de aanhef van conclusie 1 en een werkwijze die in de aanhef van conclusie 13 is beschreven voor de vervaardiging van het hutelement. De inrichting omvat een aantal afzonderlijk bevestigde, huteenheden, die naast elkaar 5 op een vlakke basis zijn geplaatst. De zelfdragende en doosvormige hut-eenheid omvat tenminste de wanden en het dak en is bestemd om tenminste in hoofdzaak als een enkele transporteenheid naar zijn installatie-lokatie te worden getransporteerd.
De passagiersafdeling van een schip, de accommodatie of kantoorkamers 10 van een constructie buitengaats, of soortgelijke delen worden met een aantal verschillende werkwijzen samengesteld. De zogenaamde op lokatie-werkwijze die op de installatie-lokatie wordt uitgevoerd,omvat gewoonlijk een balk-constructie die op de scheepsromp of op het dek wordt ondersteund. De hut wordt samengesteld door het bevestigen van afzonderlijke elementen aan 15 de balk, zoals bijvoorbeeld wandpanelen. Dit is een langzame en ingewikkelde werkwij ze in de nauwe ruimte tussen de dekken. Bovendien geeft de stalen balkconstructie een aanzienlijke vergroting van het gewicht van de passagiersafdeling. De balkconstructie belemmert eventuele latere wijzigingswerkzaamheden van de passagiersafdeling, zoals bijvoorbeeld de 20 renovatie van de gehele passagiersafdeling, een wijziging van de ruimtelijke indeling, enzovoort.
Bij een rationeler werkwijze worden er geprefabriceerde wand-, dak-of soortgelijke elementen gebruikt, die op de hut samenstellingslokatie op het schip als elementpakketten, bijvoorbeeld worden afgeleverd. Aan de 25 vloer, het dak of de tussenschotten van het passagiersafdelingsdek worden bevestigingslijsten vastgelast teneinde de elementen daaraan te bevestigen. Een voorbeeld van deze techniek wordt gegeven door het Amerikaanse octrooischrift US 2.079.635, de Duitse octrooiaanvrage DE 3.708.278, en de Patent Coorporation Treaty aanvrage WO 86/06341. Een tekortkoming 3Q van deze werkwijze is, dat de meubels die bestemd zijn voor een vaste hutinstallatie gewoonlijk niet, bijvoorbeeld, aan de hutwanden kunnen worden bevestigd reeds wanneer de geprefabriceerde organen buiten het schip worden vervaardigd. De badkamer-w.c.-kamer wordt pas op de installatie-lokatie met de andere elementen van de hut verbonden. Het prefa- «. 8801303 ί -2- bricage-percentage van de hut zal daardoor laag blijven en een aanzienlijk deel van het montage- en installatiewerk moet in de nauwe ruimte van het scheepsdek worden uitgevoerd, wat het rendement van het werk vermindert .
5 Een derde productiewerkwijze is het reeds op de lokatie van de pre- fabricage prefabriceren van de huteenheid tot een bijna volledig fabri-cagestadium. De uitvinding houdt nauw verband met dit technisch terrein.
De huteenheid wordt als een in hoofdzaak enkele eenheid naar zijn instal-latielokatie op het dek verplaatst. De bekende stand van de techniek is 10 beschreven in de octrooischriften US 3.363.597, SE 377.681, US 4.091.581, GB 1.600.110, en in het tijdschrift "Schiff und Hafen" (Heft 2, 1981, bladzijden 25-28) en het rapport R- 85.179. (Noorse scheepsonderzoek-instituut). De verplaatsing van de stijve kamereenheid, de hut, is in de nauwe ruimte tussen twee dekken ingewikkeld. Wanneer er bijvoorbeeld een 15 van wielen voorzien transport-laadbord volgens het octrooischrift US 2.572.348 wordt gebruikt, zal een hut met vloer zeer hoog worden opgelicht.
Een aanzienlijke vooruitgang is mogelijk door het produceren van een zelfdragende, vloerloze huteenheid (octrooischrift US 4.528.928), die bij 20 de verplaatsing over het scheepsdek zeer gering boven het dek wordt opgelicht. Op deze wijze wordt de vereiste vrije verticale ruimte verminderd. Het vraagstuk bij de bekende stand van de techniek wordt gevormd door de zijdelingse verlengingen van de huteenheid die buiten het schip is geprefabriceerd. Wanneer een huteenheid vanaf de lokatie van prefabricage naar 25 de installatie-lokatie, over de weg of per spoor moet worden getransporteerd, geven de transportvoorschriften een aanzienlijke beperking van de afmeting van de huteenheid tenminste in de dwarsrichting van het transport. Verder vereist de verplaatsing van de huteenheid vanaf de kade naar het scheepsdek en vervolgens naar de montage-lokatie een onbelemmer-30 de doorgangsweg. De steunkolommen tussen de scheepsdekken geven een aanzienlijke belemmering van de verplaatsing van de huteenheid. Een reservering van een onbelemmerde doorgangsweg maakt de uitvoering van de andere werkstadia eveneens ingewikkeld. De constructie van het hoofd-leiding-stelsel voor het water en de rioolstelsels van hutten die op verschillen-35 de dekken zijn geplaatst, moet bijvoorbeeld naar een later stadium worden uitgesteld, teneinde de hinder te vermijden van de hoofd-dekleidingpijpen t 88 013 0 3 * -3- - die op het dek zijn geplaatst waarover het transport van de hut plaatsvindt. Een bekende constructie (octrooischrift US 4.037. 385) omvat een kamerelement-pakket zonder dak, meubels en natte celeenheid, welk pakket kan worden uitgeschoven. Deze constructie is ongeschikt voor een inrich-5 ting met als doel een hoog prefabricagestadium.
De analysen van de bekende stand van de techniek die tot de uitvinding leidt heeft aangetoond, dat het aller belangrijkste bezwaar werd veroorzaakt door de zijdelingse ‘'lengte” en "breedte" afmetingen van de huteenheid. Door het vergelijken van de plattegrondtekeningen van de 10 huteenheid en het scheepsdek werd gevonden, dat een verkleining van de afmeting met een waarde van 0,5.....1,2 meter een voldoende verandering oplevert om het grootste deel van de bezwaren weg te nemen. Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze en hutelement-inrichting, die dit wegnemen vervullen.
15 De kern van de uitvinding is het verrassende inzicht: het is mogelijk om het samenstel, dat bestemd is om de huteenheid te vormen, buiten het schip zodanig in zijdelingse richtingen te verkleinen, dat het samenstel op het hutdek kan worden uitgeschoven om met de uiteindelijke afmetingen van de huteenheid overeen te komen.
20 Het doel van de uitvinding wordt verkregen door de hutelement-inrich- ting en door de werkwijze die in de conclusies 1 en 13 zijn beschreven.
De transporteenheid die uit tenminste twee basiselementen is opgebouwd, verkrijgt het doel van de uitvinding zodanig, dat gedurende de verplaatsing van het samenstel tenminste een van de uitwendige afmetingen aan-25 zienlijk kleiner is dan de overeenkomstige afmeting van de gemonteerde huteenheid.
De transporteenheid omvat in een gunstige hutelement-inrichting een eerste en een tweede, zelfdragende hutsectie en verbindende organen voor het verbinden van de secties. De hutsecties vormen, bij montage op de 30 hutmontagelokatie, de hoofdwandomtrek van de huteenheid en organen voor het vervaardigen van het hoofddakgedeelte. Deze inrichting maakt de verandering van één uitwendige afmeting mogelijk, bijvoorbeeld die van de "breedte".
Gunstige verbindingsorganen voltooien de wandomtrek en de dakorganen 35 van de secties zodanig, dat de gehele wandomtrek en het dak van de huteenheid kunnen worden vervaardigd. De verbindingsorganen zijn bijvoorbeeld .8801303 -4- een hutdeurwandelement, een achterwandelement, en dakorganen die de dak-elementen van de hutsecties verbinden. Bij een andere uitvoering omvatten de verbindingsorganen tenminste twee zijwandelementen voor de verbinding van de hutsecties. Een aantal dakorganen worden toegepast voor de 5 verbinding van de dakelementen van deze secties.
Een meubelstuk dat voor vaste montage bestemd is, zoals bijvoorbeeld een bed, een tafel of dergelijke, is in de transporteenheid in een van de hutsecties geplaatst, onafhankelijk of het meubelstuk zich in zijn uiteindelijke oriëntatie naar beide of slechts tot binnen de ruimte van 10 een sectie uitstrekt. De kabel-, draad-, pijpwerk- of soortgelijke verbindingen, zijn zodanig aangebracht, dat zij in de transporteenheid zijn geplaatst. De verbindingen onderhouden hierdoor de verbindingswegen tussen de secties. De kanalen, panelen of soortgelijke eenheden voor de electrische kabels en draden zijn zodanig uitgevoerd, dat tenminste een 15 deel van de kabels binnen het met het achterwandorgaan overeenkomende deel tijdens het transport onbelemmerd in de transporteenheid zijn geplaatst. Deze kabeleenheden zijn gunstig in combinatie met de achterwand van de hut, waardoor de achterwand bijvoorbeeld een verwijderbaar paneel omvat. Het onbelemmerde kabeldeel maakt in de hutsectie een per-20 manente bevestiging evenals verbindingen voor het hoofddeel van de kabel mogelijk, hoewel de secties ten opzichte van elkaar worden verplaatst. Brandbestrijdingsinrichtingen,zoals bijvoorbeeld een sproeileiding en de sproeimondstukken, zijn in het dakelement van de hutsectie geplaatst.
Het hutelement kan als een enkele transporteenheid naar zijn montage-25 lokatie worden getransporteerd, zoals bijvoorbeeld op zichzelf bekend is, bij een zelfdragende huteenheid beschreven in het octrooischrift US-4.528.928. De kern van de kenmerken van de uitvinding is, dat er uit tenminste twee basiselementen een transporteenheid wordt gevormd, zodanig dat tenminste een buitenafmeting van de transporteenheid kleiner is dan 30 de overeenkomstige afmeting van de afgemonteerde huteenheid.
Door het samenstellen van de transporteenheid uit twee zelfdragende hutsecties, die de hoofdomtrek van de volledige huteenheid vormen en de vervaardiging van het hoofddakgedeelte mogelijk maken, is men in staat tot het vervaardigen van de huteenheid door het verbinden van de secties. 35 Een. gunstige maatregel is het uitschuiven van de transporteenheid in de uitschuifrichting, zodanig dat tussen de eerste en de tweede sectie een ,8801303 -5- * tussenruimte ontstaat die zich vanaf een opening, aangebracht voor de deurorganen van de hut, uitstrekt tot een opening die voor de achterwand-organen is aangebracht. De volledige huteenheid is langer dan de transporteenheid met een waarde van de uischuiving van deze tussenruimte in de 5 uitschuifrichting; er kunnen bij het verbinden van de secties kleine in-stelbewegingen bestaan. De tussenruimte is zodanig gevormd dat hij tenminste 0,5 meter bedraagt, bijvoorkeur omstreeks 0,8-1,0 meter. De tussenruimte verloopt in hoofdzaak in de richting die met de transportrichting van de transporteenheid overeenkomt. Voor weg-en spoorwegtransport is dit 10 een gunstige maatregel, waardoor de toegelaten dwarsbreedte van een voer-tuiglading het mogelijk maakt om zelfs grote transporteenheden te transporteren. Bij een andere uitvoering is de tussenruimte in de dwarsrichting van de hut gericht. Dit is een zeer praktische maatregel voor het laden van een aantal transporteenheden op een transportvoertuig, wanneer de onge-15 wijzigde zijdelingse afmeting, zeg "breedte", reeds klein genoeg is.
De verbindingsorganen worden door de hutdeurorganen en de achterwand-organen gevormd, of bij de andere uitvoeringsvorm door twee zijwandorganen, en het de dakorganen verbindende deel van het dak, dat zich door de tussenruimte uitstrekt. Verder zijn de verbindingsorganen voorzien van organen, 20 die de gedeeltelijke organen aan de secties verbinden en ondersteunen.
Een zeer praktische oplossing is het vervaardigen van een transporteenheid uit hutsecties die een in hoofdzaak open bodem omvatten, waardoor de secties aan hun dakorganen en of wel aan hun zij- of eindwanddelen worden verbonden. De transporteenheid wordt gevormd uit in hoofdzaak volledig 25 gemeubileerde hutsecties. Meubelstukken, die zich in de huteenheid naar beide secties uitstrekken, worden in de transporteenheid in een van de secties beweegbaar ondersteund aangebracht. Gedurende de vervaardiging van de huteenheid worden deze meubelstukken gedraaid, verplaatst of naar beide secties uitgeschoven, zoals bijvoorbeeld door telescopisch uitschui-30 ven. Tijdens het transport kunnen de verbindingsorganen binnen de transporteenheid zijn geplaatst.
De uitvinding zal thans met meer bijzonderheden worden beschreven aan de hand van de bijgaande tekeningen, waarin: - fig. 1 een algemeen aanzicht toont van een uitvoeringsvorm van de 35 uitvinding, - fig. 2 toont een bovenaanzicht in gedeeltelijke doorsnede van de .8801303 * -6- uitvoeringsvorm van fig. 1, - fig. 3 toont de uitvoeringsvorm van fig. 2 in een toestand die met een transporteenheid overeenkomt, - fig. 4 en 5 tonen dubbele huteenheden op een hutdek, enerzijds als 5 een transporteenheid-uitvoeringsvorm en anderzijds uitgeschoven, - fig. 6 toont twee zelfdragende hutsecties, - fig. 7 toont een andere uitvoeringsvorm voor twee zelfdragende hutsecties.
Fig. 1 toont een zelfdragende huteenheid 1, die is voorzien van de 10 zijwanden 2, een deurwand 3 en een achterwand 3T. De huteenheid 1 is gevormd uit een eerste en een tweede hutsectie A en B, die elk een dak 4A en 4B hebben. Het dak 4A wordt gevormd door een dak 4W van een natte cel-element 15 (fig. 2) en de dakpanelen 22 die in de langsrichting W zijn gericht. Het dak 4B van de sectie B wordt gevormd door een of verschil-15 lende panelen 22. De verbindingsorganen C, die de secties A, B verbinden, worden gevormd door een deurwandorgaan 7, een achterwandorgaan 12 en de dakorganen 4C, die de dakelementen 4A en 4B met elkaar verbinden. Een hutdeur 4 is gecombineerd met een deurwand 3. Het scheepsdek is aangegeven met het verwijzingscijfer 14, en de montagebreedte van de hut met 20 verwijzingscijfer LI. In deze constructie wordt het hoofdgedeelte van het dak 4 gevormd door de delen 4A en 4B.
Fig. 2 toont een bovenaanzicht van een huteenheid die voor een kolom-schip bestemd is. De verticale kanalen 5 en 6 zijn aangebracht in combinatie met de zijwanden 2 voor de kolommen 8 (fig. 4,5) die op het dek 14 25 zijn geplaatst. De natte celeenheid 15 omvat de douchebak 11 met een bodemafvoer, een wastafel 23 en een w.c.-zitting 13. De hutmeubelstukken zijn een tafel 16 met zijn stoel 18, een klerenkast 17 en een bed 19. De verwijzing W geeft de langsrichting van de hut aan. De gearceerde tussenruimte 20 geeft het verschil aan tussen de afmetingen in de richting LI 30 van de gemonteerde hut en de transporteenheid.
Fig. 3 toont een transporteenheid S overeenkomende met de huteenheid volgens fig. 2. Het tweede bed 19*, dat zich in de complete hut naar beide secties A en B uitstrekt, is in de transporteenheid S geheel in dé hutsectie B geplaatst. Een scheidingslijn w strekt zich tussen de. secties A 35 en B uit.
Fig. 4 en 5 tonen de opstelling van de transporteenheden S, die afzon- c 8801303 -7- derlijk naar het dek 14 zijn getransporteerd, tussen de kolomen 8 en het uitschuiven van de transporteenheid in de richting L. Fig. 5 toont een patrijspoort 10 , die op de wij ze van de Finse octrooiaanvrage 854964 kan zijn uitgevoerd.
5 Fig. 6 toont een uitvoeringsvorm die van de huteenheid 1 van fig. 1
verschilt door de constructieve details van het dak 4. De secties A en B van de transporteenheid zijn weergegeven gezien in de richting van een patrijspoort 10 van een toekomstige huteenheid 1. De beide secties A en B kunnen een eigen, gedeeltelijke vloerconstructie omvatten, waardoor 10 het vloergedeelte dat met de afmetingen van de tussenruimte 20 (zie fig. 2) overeenkomt, met een afzonderlijk vloerorgaan kan worden bedekt. Als ander alternatief wordt hierbij een huteenheid aangegeven met een in hoofdzaak open bodem (octrooischrift US 4.528.928), waardoor de secties A en B geen vloerdelen als zodanig nodig hebben. Het is eveneens mogelijk 15 om tenminste een deel van de verbindingsorganen (zoals achterwandorganen 12, deurorgaan, afzonderlijke dakpanelen, enz.) tijdens het transport binnen de transporteenheid te plaatsen. Wanneer het geschikte afmetingen heeft kan zelfs het verbindende dakorgaan 4C (fig. 1) binnen deze eenheid worden gehouden. Het hoofdgedeelte van de sectie A (B) in de weer-20 gegeven secties A en B, omvat de balken 21 die in de langsrichting W
zijn gericht, waardoor de dakpanelen van een volledige hut worden ondersteund. De langsrichting van het dakpaneel is langs de richting LI gericht (fig. 1). Elk dakpaneel strekt zich bij een basisuitvoeringvorm over de tussenruimte 20 uit. Verder verlopen de nabij de achterwand 3T 25 geplaatste panelen vanaf de ene zijwand 2 naar de andere zijwand 2. De panelen nabij de deurwand 3 verlopen vanaf het dak 4W van de natte cel 15 naar de ene zijwand 2. Het dakgedeelte 4W en de balken 21, waardoor de dwarspanelen worden ondersteund, maken de vervaardiging van het hoofdgedeelte van het dak 4 mogelijk.
30 De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven uitvoeringsvormen, maar er zijn verschillende wijzigingen hiervan mogelijk, bijvoorbeeld voor het vervaardigen van het dak 4 van een huteenheid 1 uit een geprefabriceerde, enkele dakeenheid, die bestemd is voor het in hoofdzaak bedekken van het dakoppervlak dat door de secties A en B en de tussenruimte 20 35 wordt bepaald. Het dak 4W van de natte celeenheid 15 kan met behulp van zijn randen met de enkele hoofd-dakeenheid worden verbonden.
(8801303 -8-
De sproeileiding met zijn sproeimondstukken, en geplaatst in combinatie met het dak 4, kan met een aantal verschillende middelen worden uitgevoerd. Bij een uitvoeringsvorm overeenkomstig fig. 1 zijn deze organen bijvoorbeeld in één of verschillende panelen 22 gemonteerd. Bij een uit-5 voeringvorm volgens fig. 6 kunnen zij bijvoorbeeld aan de balk 21 zijn bevestigd.
Fig. 7 toont bijvoorbeeld een variant, waarbij het zijdelingse uitschuiven bestemd is om in de richting W te worden uitgevoerd. De hut-eenheid 1 wordt gevormd uit de secties A en B, een deurwandorgaan en een 10 achterwandorgaan en de verbindingselementen 2D en 4D. Deze organen komen overeen met de organen die met C in fig. 1 en 2 zijn aangegeven. Het orgaan 2D is een zijwandelement en 4D een dakelement; deze elementen zijn aan de secties A en B bevestigd. Deze elementen 2D, 4D kunnen tijdens het transport gemakkelijk in de transporteenheid zijn geplaatst.
15 .6801303

Claims (25)

1. Huteenheid-inrichting voor schepen of dergelijke, voorzien van een aantal huteenheden (1) die naast elkaar op een vlakke basis (14) zijn geplaatst, bijvoorbeeld op een scheepsdek (14), welke huteenheden (1) afzonderlijk monteerbaar zijn, waardoor de zelfdragende en doosvormige 5 huteenheid (1) tenminste wanden (2, 3, 3T) en een dak (4) omvat en geschikt is om tenminste in hoofdzaak als een enkele transporteenheid naar de montagelokatie van de hut te worden getransporteerd, met het kenmerk, dat de transporteenheid wordt geproduceerd uit tenminte twee basiselementen (A, B, C) zodanig, dat tenminste een buitenafmeting van de transport- 10 eenheid aanzienlijk kleiner is dan de overeenkomstige afmeting (LI, ¥) van de gemonteerde huteenheid.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de transporteenheid een eerste en een tweede zelfdragende hutsectie (A, B) omvat, welke secties bij montage op de montagelokatie de hoofdwandomtrek (2-3- 15 2-3T) vormen en de vervaardiging van het hoofdgedeelte van het dak (4) mogelijk maken.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de transporteenheid is voorzien van verbindingsorganen (C; 2D, 4D) voor de verbinding van de hutsecties (A, B).
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de verbin dingsorganen (C) tenminste een deurwandorgaan (7) en een achterwandorgaan (12) omvatten, die aan de tegenovergestelde zijden van de hut zijn geplaatst.
5. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de verbin- 25 dingsorganen (2D, 4D) tenminste twee zijwandelementen (2D) voor de verbinding van de hutsecties (A, B) omvatten.
6, Inrichting volgens conclusie 3, 4 of 5, met het kenmerk, dat er onder de verbindingsorganen (C) een aantal dakorganen (4C, 4D) is, die de dakelementen (4A, 4B, 4W) van de hutsecties verbinden.
7. Inrichting volgens een van de conclusies 2 tot 6, met het kenmerk, dat een meubelstuk (16-19) dat voor vaste installatie bestemd is, zoals bijvoorbeeld een bed (19), een tafel (16) of dergelijke, zodanig is opgesteld dat dit stuk in de ene hutsectie (A; B) van de transporteenheid is geplaatst). ,3¾ 801 3 0 3 < -10-
8. Inrichting volgens een of meer van de conclusies 2 tot 7, met het kenmerk» dat de kabel-, draad-, pijpwerk- of soortgelijke - verbindingen in de transporteenheid zijn ondergebracht en bestemd zijn voor het handhaven van de verbindingswegen tussen de hutsecties (A, B).
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de kanalen, panelen of soortgelijke eenheden van de electrische kabels en draden zijn ingericht voor het bevatten van tenminste een deel van deze kabels tijdens het onbelemmerde transport in de transporteenheid, waarbij de verlenging van het deel in hoofdzaak met het achterwandorgaan (12) overeenkomt.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het hoofdge deelte van de kabels in de hutsecties (A, B) is geïnstalleerd en aangesloten.
11. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de eenheden geplaatst zijn in samenwerking met de hutachterwand (3T), waardoor deze 15 hutachterwand (12) een verwijderbaar paneel omvat.
12. Inrichting volgens een of meer van de conclusies 2 tot 11, met het kenmerk, dat de brandbestrijdingsinrichtingen, zoals bijvoorbeeld de sproeileiding met zijn sproeimondstukken, in het dakelement (4A, 4B, 4W) van de hutsectie zijn geïnstalleerd.
13. Werkwijze voor de vervaardiging van de huteenheid volgens een of meer van de voorgaande conclusies, bij welke werkwijze het hutelement in hoofdzaak als een enkele transporteenheid naar zijn montagelokatie wordt verplaatst of getransporteerd en op zijn montagelokatie tot een volledige doosvormige en zelfdragende huteenheid (1) wordt geplaatst, die 25 tenminste de wanden (2, 3, 3T) en een dak (4) omvat, met het kenmerk, dat de transporteenheid uit tenminste twee basiselementen (A f B, C) wordt geproduceerd, zodat tenminste een uitwendige afmeting van de transporteenheid aanzienlijk kleiner is dan de overeenkomstige afmeting (LI, W) van de gemonteerde huteenheid.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de transport eenheid geproduceerd wordt uit een eerste en een tweede zelfdragende hutsectie (A, B), die de hoofdwandomtrek van de volledige huteenheid vormen en de vervaardiging van het hoofddakgedeelte mogelijk maken, en bijvoorkeur eveneens uit verbindingsorganen (C; 2D, 4D) door middel waarvan de 35 hutsecties worden verbonden.
15. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat de .8801303 -11- huteenheid (1) wordt geproduceerd door het uitschuiven van de transporteenheid in de uitschuifrichting (LI), zodanig dat er tussen de eerste en de tweede hutsectie (A, B) een tussenruimte wordt gevormd, die zich vanaf de voorde deurorganen (7, 9) bestemde opening naar de voor de achter-5 wandorganen (12) bestemde opening uitstrekt.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de transporteenheid wordt uitgeschoven met tenminste een waarde van de tussenruimte, die tenminste 0,5 meter bedraagt, bijvoorkeur omstreeks 0,8 - 1,0 meter.
17. Werkwijze volgens conclusie 15 of 16, met het kenmerk, dat de 10 tussenruimte zodanig is gericht, dat deze in hoofdzaak met de transport-richting (W) van de transporteenheid overeenkomt.
18. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 14-17, met het kenmerk, dat de verbindingsorganen (C) gevormd worden door de hutdeur-organen (7, 9), de achterwandorganen (12) en tenminste het dakgedeelte 15 (4C) dat de dakorganen via de tussen ruimte en die organen verbindt, welke bij de hutsecties (A, B) ondersteunen en verbinden.
19. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat de hut wordt geproduceerd door het uitschuiven van de transporteenheid in de langsrichting (W) voor het vormen van een tussenruimte tussen de 20 secties (A, B), en het verder verbinden van deze secties (A, B) door middel van een dakelement (40) en twee zijwandelementen (2D).
20. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de tussenruimte in de dwarsrichting (LI) van de hut is gericht en is ingesteld voor het bedragen van tenminste 0,5 meter, bijvoorkeur 0,8 - 1,0 meter.
21. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 13-20, met het kenmerk, dat de transporteenheid gevormd wordt uit hutsecties (A, B) met in hoofdzaak volledige meubilering.
22. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de meubelstukken (19), welke zich in een volledige huteenheid naar beide secties 30 (A, B) uitstrekken, in de ene sectie (A; B) beweegbaar ondersteund zijn opgesteld, zodanig dat deze meubelstukken (19) draaibaar, beweegbaar of overeenkomstig verschuifbaar zijn naar beide secties (A, B) bij het voltooien van de huteenheid (1).
23. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 13-18, met het 35 kenmerk, dat het dak (4) van de huteenheid of het hoofdgedeelte van de dakelementen (4At 4B) van de secties (A, B) uit dakpanelen (22) worden .8801303 « } -12- gevormd, die in de langsrichting zijn gericht, of bij ondersteuning door de balken (21), in dwarsrichting (LI) zijn gericht.
24. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 13-23, met het kenmerk, dat de transporteenheid uit twee hutsecties wordt geproduceerd 5 die een in hoofdzaak open bodem hebben, welke hutsecties ofwel aan hun zijwandgedeelten (2) en dakorganen of aan hun eindbandgedeelten (3, 3T) en dakorganen onderling zijn verbonden, waardoor het zijdelings uitschuiven van de transporteenheid ofwel in langsrichting (W) of in dwarsrich-ting (LI) wordt uitgevoerd.
25. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 13-23, met het kenmerk, dat de transporteenheid verbindingorganen omvat die tijdens het transport binnen de eenheid zijn geplaatst. 15 .8801303
NL8801303A 1987-05-27 1988-05-19 Werkwijze voor de vervaardiging van een huteenheid voor schepen of dergelijke. NL193586C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FI872341A FI78036C (fi) 1987-05-27 1987-05-27 Anordning foer hyttelement.
FI872341 1987-05-27

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8801303A true NL8801303A (nl) 1988-12-16
NL193586B NL193586B (nl) 1999-11-01
NL193586C NL193586C (nl) 2000-03-02

Family

ID=8524556

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8801303A NL193586C (nl) 1987-05-27 1988-05-19 Werkwijze voor de vervaardiging van een huteenheid voor schepen of dergelijke.

Country Status (19)

Country Link
US (1) US4959933A (nl)
JP (1) JP2672118B2 (nl)
KR (1) KR970010825B1 (nl)
BE (1) BE1002619A5 (nl)
CA (1) CA1295193C (nl)
DE (1) DE3817590A1 (nl)
DK (1) DK175301B1 (nl)
ES (1) ES2011338A6 (nl)
FI (1) FI78036C (nl)
FR (1) FR2615816B1 (nl)
GB (1) GB2205281B (nl)
GR (1) GR880100350A (nl)
HR (1) HRP930670A2 (nl)
IT (1) IT8820770A0 (nl)
NL (1) NL193586C (nl)
NO (1) NO882328L (nl)
RU (1) RU2068368C1 (nl)
SE (1) SE502209C2 (nl)
YU (1) YU47656B (nl)

Families Citing this family (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4015993A1 (de) * 1990-05-18 1991-11-21 Lloyd Werft Bremerhaven Gmbh Verfahren zum aufsetzen von decks auf aufbauten von schiffen sowie einrichtungen zur durchfuehrung des verfahrens
US5170736A (en) * 1990-10-30 1992-12-15 Ishikawajima-Harima Jukogyo Kabushiki Kaisha Method for installing outfitting component onto module frame
JP2616210B2 (ja) * 1990-10-31 1997-06-04 石川島播磨重工業株式会社 船舶の上部構造体の電気艤装方法
FI935077A (fi) * 1993-11-16 1995-05-17 Pelars Oy Alus
DE4411885C1 (de) * 1994-04-07 1995-10-26 Lloyd Werft Bremerhaven Gmbh Verfahren zum Aufstellen vorgefertigter Kabinen in Schiffen oder Gebäuden sowie Vorrichtung zum Transport von losen Einrichtungsgegenständen in solchen Kabinen
JPH07237579A (ja) * 1994-08-04 1995-09-12 Ishikawajima Harima Heavy Ind Co Ltd 船舶上部構造体の電気艤装用縦電路モジュール
EP0731020A1 (en) * 1995-03-08 1996-09-11 A.T.I.S.A. Aero Termica Italiana S.p.A. Prefabricated cubicle for sanitary facilities, in particular in the cabins of ships, or the like
FI956264A (fi) * 1995-12-27 1997-06-28 Shippax Ltd Oy Hyttijärjestelmä
US6016636A (en) * 1998-06-04 2000-01-25 Hopeman Brothers Marine Interiors Llc Modular ship's cabin and method of installation
FR2783493B1 (fr) * 1998-09-18 2000-12-15 Alstom Technology Procede de montage de panneaux de cloison de cabines de navires et mannequin support pour la mise en oeuvre du procede
FR2784650B1 (fr) 1998-10-14 2001-01-12 Alstom Technology Local d'habitation prefabrique pour navire et procede d'installation de tels locaux dans un navire
FI111235B (fi) * 2001-06-05 2003-06-30 Shippax Ltd Oy Laivahyttielementtien tai vastaavien kuljetusjärjestely
FI116616B (fi) * 2003-04-07 2006-01-13 Piikkio Works Oy Menetelmä kelluvan rakenteen ja siihen tarkoitetun esivalmistetun tilayksikön valmistamiseksi sekä kelluva rakenne ja esivalmistettu tilayksikkö
FI124620B (fi) * 2005-01-28 2014-11-14 Neapo Oy Huonetilajärjestely, laiva, rakennus ja menetelmä huonetilajärjestelyn rakentamiseksi
FI121992B (fi) * 2005-04-21 2011-07-15 Stx Finland Oy Menetelmä ja rakentamisjärjestelmä kelluvan rakenteen valmistamiseksi
CN100357156C (zh) * 2005-12-28 2007-12-26 江苏海陆装饰有限公司 船舶居住舱室单元及其制作方法
JP5008320B2 (ja) * 2006-03-15 2012-08-22 ツネイシホールディングス株式会社 船舶用の区画モジュール
DE102008060334A1 (de) * 2008-12-03 2010-06-17 Siemens Aktiengesellschaft Wagenkasten eines Schienenfahrzeugs mit darin eingebauter Nasszelle
FI123229B (fi) * 2011-04-20 2012-12-31 Stx Finland Cabins Oy Esivalmistettu lattiaton itsekantava tilayksikkö
KR101360141B1 (ko) * 2012-04-17 2014-02-10 대우조선해양 주식회사 유니트 캐빈
JP2015009638A (ja) * 2013-06-27 2015-01-19 三菱重工業株式会社 船舶の居室構造
DE102013114816B4 (de) * 2013-12-23 2023-11-02 Gunter Grant GEIGER Krankenhaus
JP2017178183A (ja) * 2016-03-31 2017-10-05 三菱重工業株式会社 プレハブ構造物の搬送冶具およびこれを用いる搬送方法
ES2642160B1 (es) * 2016-05-11 2018-05-08 Gabadi, S.L. Procedimiento de construcción de instalaciones habitables para artefactos flotantes, instalación habitable y contenedor
CN106628012A (zh) * 2016-12-29 2017-05-10 上海船舶工艺研究所 一种模块化船舶舱室及其制作安装方法
US11674301B2 (en) * 2017-10-31 2023-06-13 Virgin Cruises Intermediate Limited Double-cabin featuring an angular wall
CN107914822B (zh) * 2017-12-01 2023-11-24 广东杰鹏游艇产业发展有限公司 一种游艇的内装生产系统
WO2024086225A1 (en) * 2022-10-20 2024-04-25 Royal Caribbean Cruises Ltd. Modular ship cabins

Family Cites Families (22)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2499498A (en) * 1947-04-29 1950-03-07 Jr John Hays Hammond Mobile housing unit
DE802193C (de) * 1949-04-13 1951-02-05 Wilhelm Brecht Fahrbares Kleinhaus
US3421268A (en) * 1967-01-20 1969-01-14 Us Air Force Expandable portable shelter
GB1326011A (en) * 1969-06-17 1973-08-08 Andrews G A H Enclosures for machinery and the like
GB1335817A (en) * 1969-08-08 1973-10-31 Airtech Ltd Extendible cabins
FR2095412A5 (nl) * 1970-03-02 1972-02-11 Berce Jacques
US3866365A (en) * 1972-07-07 1975-02-18 Elm Design Inc Expandable space enclosure including apparatus for erecting and retracting same
DE2364021A1 (de) * 1973-12-21 1975-07-03 Regina Hoerster Mobile raumeinheit
US4037385A (en) * 1974-11-11 1977-07-26 Building Components Research, Inc. Portable room construction and method
FR2296738A1 (fr) * 1975-01-03 1976-07-30 Danieley Tibor Construction telescopique transportable par series
GB1477482A (en) * 1975-04-09 1977-06-22 Portasilo Ltd Cabins huts and like units
US4075814A (en) * 1976-05-24 1978-02-28 Nesters Housing Company, Inc. Modular housing system with part of the module serving as a shipping container for the remainder of the module
DE7716514U1 (de) * 1977-05-25 1977-09-08 Bremer Vulkan Schiffbau Und Maschinenfabrik, 2820 Bremen Schiff mit einer anzahl von kammern
GB2031045B (en) * 1978-08-31 1983-05-18 Cuthbert J Folding cabins
FR2475505A1 (fr) * 1980-02-08 1981-08-14 Veco Sarl Conteneur pour le transport d'une chaine de fabrication, de traitement, d'experimentation, d'examen ou analogue
FI62984C (fi) * 1980-10-24 1987-02-17 Waertsilae Oy Ab System foer hyttelement i fartyg.
FR2517275B1 (fr) * 1981-12-02 1990-06-01 Waertsilae Oy Ab Procede pour equiper un bateau en elements de cabine
GB2123875B (en) * 1982-07-10 1986-12-03 Trojan Structures Limited Collapsible building
US4569163A (en) * 1983-07-29 1986-02-11 Long Dennis L Modular unit adapted for medical use
SE456331B (sv) * 1985-04-26 1988-09-26 Acci Handelsbolag Rumsenhet, i synnerhet kabin eller hytt pa fartyg
FI852186L (fi) * 1985-05-31 1986-12-01 Rakennusvalmiste Ky Foerfarande foer montering av ett utrymme, t.ex. en fartygshytt.
FI78431C (fi) * 1986-03-13 1995-11-22 Masa Yards Oy Vaeggkonstruktion foer boningsutrymme och motsvarande pao fartyg eller offshorekonstruktioner

Also Published As

Publication number Publication date
JPH01314688A (ja) 1989-12-19
FI872341A0 (fi) 1987-05-27
NO882328D0 (no) 1988-05-26
NL193586C (nl) 2000-03-02
DK175301B1 (da) 2004-08-16
KR880013765A (ko) 1988-12-21
YU47656B (sh) 1995-12-04
DK288688A (da) 1988-11-28
DK288688D0 (da) 1988-05-26
DE3817590A1 (de) 1988-12-29
SE8801968L (sv) 1988-11-28
CA1295193C (en) 1992-02-04
US4959933A (en) 1990-10-02
SE8801968D0 (sv) 1988-05-26
FI872341A (fi) 1988-11-28
NO882328L (no) 1988-11-28
YU99988A (sh) 1992-09-07
HRP930670A2 (en) 1995-02-28
RU2068368C1 (ru) 1996-10-27
NL193586B (nl) 1999-11-01
GB2205281B (en) 1991-09-25
FR2615816B1 (fr) 1993-08-13
FI78036C (fi) 1989-06-12
BE1002619A5 (fr) 1991-04-16
JP2672118B2 (ja) 1997-11-05
ES2011338A6 (es) 1990-01-01
FR2615816A1 (fr) 1988-12-02
GR880100350A (el) 1989-02-23
FI78036B (fi) 1989-02-28
GB8812379D0 (en) 1988-06-29
IT8820770A0 (it) 1988-05-27
SE502209C2 (sv) 1995-09-18
KR970010825B1 (ko) 1997-07-01
GB2205281A (en) 1988-12-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8801303A (nl) Huteenheid-inrichting.
DE69914171T2 (de) Verfahren zum einbau von modularen schiffskabinen
NL1006199C1 (nl) Voertuigconstructie.
US20160038766A1 (en) Shielded structure for radiation treatment equipment and method of asembly
US5417539A (en) Transportation trailer for a modular home unit
KR970001353B1 (ko) 선박 상에 상부 구조층을 설치하는 방법 및 이러한 상부 구조층을 가지는 여객선
FI121992B (fi) Menetelmä ja rakentamisjärjestelmä kelluvan rakenteen valmistamiseksi
MX2007002906A (es) Caja de elevacion modular.
US5363613A (en) Rigid supporting structures
US5899161A (en) Ship with plane area elements which extend horizontally and are located in the hull of the ship
AU2003216941B2 (en) System and method in water-craft or other structure
US2230635A (en) Truck body
NL8220082A (nl) Verplaatsbare vouwconstructie.
JPS58106066A (ja) 水上輸送しうる病院構造体及びその病院の建造方法
CN218967135U (zh) 地台架及船舶
US20240181976A1 (en) Fifth wheel trailer
GB2262294A (en) Modular grandstands
NL1014808C1 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van leidingen in een vaartuig en vaartuig voorzien van zo aangebrachte leidingen.
JPH06272789A (ja) 縦配管ユニットおよび縦配管ユニットを用いる工法
DE69602590T2 (de) Wasserdichte schote auf fährschiffen
NL1032378C2 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van een uitrusting ondersteunend modulair plateau op een flexibele en bewegende constructie en overeenkomstig modulair plateau.
WO2002098727A1 (en) Transport arrangement for cabin elements in ships or the like
Beukers et al. Self-supporting refrigerated truck
FR2601403A1 (fr) Unite d&#39;habitation transformable.
RU97112664A (ru) Высотная механизированная автостоянка и способ ее возведения

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20080519