NL8102430A

NL8102430A - Werkwijze en inrichting voor het tegengaan van verdraaiing van een in een buisvormige bandtransporteur toegepaste buigbare buisvormige band.

Info

Publication number: NL8102430A
Application number: NL8102430A
Authority: NL
Original assignee: Hashimoto Kunio; Okazaki Haruo
Priority date: 1981-02-18
Filing date: 1981-05-18
Publication date: 1982-09-16
Also published as: DE3122664C2; DK149801C; AU524058B2; FI812869L; GB2092977B; DD201661A5; NL180494C; FI73646C; FR2499950B1; SE8104787L; ATA399781A; US4402395A; DE3122664A1; IT1189220B; GB2092977A; BR8103976A; NL180494B; FR2499950A1; DK149801B; IT8247763A0

Description

X

VO 1967

Werkwijze en inrichting voor het tegengaan van verdraaiing van een in een buisvormige bandtransporteur toegepaste buigbare buisvormige band

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor het tegengaan van verdraaiing van een in een buisvormige bandtransporteur toegepaste buigbare buisvormige band.

Een buisvormige bandtransporteur omvattende een buigbare buis-5 vormige band zonder einde voor het in :elke richting en naar elke hoogte transporteren en omhoog brengen van massagoed, zoals poeders, korrels, verpulverd materiaal en mengsels daarvan, dat volledig is cmsloten binnen de buisvormige band 1, is reeds ontwikkeld.

In fig. 1-3 wordt een uitvoeringsvorm van een dergelijke ge-10 bruikelijke buisvormige bandtransporteur weergegeven. Een buigbare buisvormige band 1 zonder einde, die gemaakt is van een buigbaar of elastisch materiaal, zoals rubber, een enigszins zacht plastisch materiaal, en dergelijke en die normaal in een buisvorm is voorgespannen door zijn eigen oprolneiging om zijn hartlijn, waarbij de binnen- en · 15 buitenzijeinden daarvan elkaar over de totale lengte overlappen, wordt strak getrokken tussen een bovenste aandrijfrol 2 en een onderste aan-drijfrol 3, waarop de eindloze band is uitgestrekt of geopend in zijn breedterichting tegen zijn eigen oprolneiging in, bij een standaard-hellingshoek, als weergegeven in fig. 1.

20 De buisvormige band 1 is geschikt ondersteund door een veel voud van dragerframes k, die op hoekframeplaten 5 op een bepaalde afstand tussen de rollen 2 en 3 langs de transportbaan van de band 1 zijn opgesteld. Elk dragerframe U omvat bovenste en onderste kamers Ua en Ub, die zijn gescheiden door een deelschot bc, als weergegeven in 25 fig· 2, waardoor een transportbaan 1a en een retourbaan 1b van de band 1 zijn geleid. In elke kamer ^a of bh van het dragerframe 4 zijn een veelvoud van draagrollen 6 opgesteld, die radiaal rondom de buisvormige band 1 zijn opgesteld en daarmee in contact staan. De draagrollen 6 steunen en handhaven de buisvoim van de band 1.

30 De band 1 geopend op de onderste rol 3 wordt geleidelijk in de buisvoim gesloten door zijn eigen oprolkracht, terwijl geleidingsrollen 7 en 8 de bodem en beide zijden van de band 1 ondersteunen, als weer 81 02 4 3 0 : "" ...........................................................'......... .....-2-" ......'.................................. .....................

gegeven in fig. 3·. In dit proces wordt massagoed 10, zoals poeder, korrels, verpulverde materialen en dergelijke en mengsels daarvan in de band gevoerd, die ten opzichte van de trechter 9, die boven de onderste rol 3 is opgesteld, open is.

5 De buisvormige band 1, die nu het massagoed 10 volledig omsluit, waarbij de zijranden van de band 1 elkaar overlappen, wordt, door de bovenkamers Va· van de dragerframes V langs de transportbaan 1a van de band 1 geleid, terwijl de buisvormige band 1 wordt gesteund door de draagrollen 6 in de bovenkamers Ua, als boven beschreven. In deze uit-10 voering bevinden zich de overlappende zijranden aan de top van de band.,, zodat er geen gevaar is dat het in de buisvormige band 1 volledig omsloten massagoed over de band 1 zal overlopen.

Daarna wordt de buisvormige band 1 geleidelijk nabij de bovenste aandrijfrol 2 geopend door een bandopenend mechanisme (niet weergegeven), 15 dat dezelfde constructie heeft als het bandsluitende mechanisme, weergegeven in fig. 3· De geopende band 1 wordt rond de bovenste aandrijfrol 2 gekeerd, terwijl het getransporteerde massagoed 10 van band 1 wordt afgevoerd naar een ontvangvat 11, dat aan het topeinde van band 1 is opgesteld.

20 Daarna wordt de, band 1 naar beneden bewogen langs de retourbaan 1b van de band 1. De geopende band 1 wordt geleidelijk opnieuw via een geleidingsrol tot de buisvormige vorm opgerold door zijn eigen oprol-neiging. De lege buisvormige band 1 wordt door de onderste kamers Vb van de dragerframes V geleid, terwijl deze worden gesteund door de 25 draagrollen 6 in de onderste kamers Vb, als boven beschreven, waarbij de elkaar overlappende zijranden in de bodem van de buisvormige band 1 zijn gelegen. De buisvormige band 1 wordt daarna geleidelijk opnieuw geopend via een andere geleidingsrol, waarbij de geopende band 1 naar de onderste rol 3 wordt teruggevoerd.

30 Dit type transportband wordt scans over een grote lengte, zoals enige honderden meters uitgestrekt. Wanneer de afstand tussen de bovenste en de onderste rollen 2 en 3 lang is, in het bijzonder een lengte als boven genoemd, wordt de buisvormige band 1 dikwijls rond zijn eigen as verdraaid of verwrongen door de volgende oorzaken: 35 (a) een gedeeltelijke afschuring of deformatie van de mechanische organen, enz. bij langdurig gebruik; (b) een verstoring van de plaatsen van de draagrollen; (c) een nauwkeurigheidsfout bij de produktie van de draagrollen 81 02 4 3 0 -,. -3- ;en de steunorganen daarvan; (d) een gedeeltelijke afschuring of deformatie van de draag -rollen en (e) een onregelmatige dikte, elasticiteit, hardheid, en derge-5 lijke van de buigbare buisvormige band.

In het bijzonder wordt door de verdraaiing ("twist") van de buisvormige·band 1 in de transportbaan 1a overlopen van het daarin omsloten massagoed 10 veroorzaakt, waardoor excessieve krachten op de band 1 en de aandrijfmotor worden uitgeoefend, als gevolg waarvan slij-10 tage en beschadigingen in sterke mate worden versneld.

Het is een hoofddoel van de uitvinding te voorzien in een werkwijze voor het voorkomen van verdraaiing van een buigbare buisvormige band, die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, waardoor men een band verkrijgt die vrij is van de voornosnde nadelen en een-15 voudig,, stabiel en betrouwbaar is.

Het is een ander doel van de uitvinding te voorzien in een inrichting voor het voorkomen van verdraaiing van een buigbare, buisvormige band, die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, en men een band verkrijgt die vrij is van de voornoemde nadelen en die 20 eenvoudig, stabiel en betrouwbaar is.

Volgens de uitvinding wordt voorzien in een werkwijze voor het voorkomen van verdraaiing van een buigbare buisvormige band die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, waarbij de buigbare buisvormige band tussen op een bepaalde afstand van elkaar .opgestelde 25 eerste en tweede rollen is uitgestrekt, welke rollen de buisvormige band wordt geopend, en waarbij de band die in de vorm van een buis tussen de twee rollen in beweegt, wordt gesteund door stellen draagrollen, die radiaal rond de cmtrek van de band in contact daarmee zijn opgesteld en die draaibaar aan de dragerframes zijn· gemonteerd, welke werk-30 wijze wordt verbeterd door de invoering van een trap waarbij de hoek van een correctierol, die zich in een richting nagenoeg loodrecht op de transportinrichting van de daarmee in contact zijnde band uitstrekt, wordt gevarieerd.

Volgens de uitvinding wordt tevens voorzien in een inrichting 35 voor het voorkomen van verdraaiing van een buigbare buisvormige band die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, waarbij de buigbare buisvormige band is uitgestrekt tussen op een bepaalde afstand -k- -.. I van elkaar opgestelde eerste en tweede rollen, op welke rollen de "buisvormige band wordt geopend en waarbij de band, die in de vorm van een buis tussen de twee rollen beweegt, wordt gesteund door een stel draag -rollen, die radiaal rond de.cmtrek van de band in contact daarmede 5 zijn opgesteld, en die draaibaar aan de dragerframes zijn gemonteerd, welke inrichting is verbeterd doordat een orgaan aanwezig is, waarmee de hoek van een correctieroL, die zich in een richting nagenoeg loodrecht op de transportrichting van de daarmee in contact zijnde band uitstrekt, kan worden gevarieerd.

10 De uitvinding zal hu worden beschreven onder verwijzing naar voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, in samenhang met de bijgaande tekeningen, waarin gelijke cijfers gelijke onderdelen in de figuren aangeven, waarbij: fig. 1 een schanatisch zijaanzicht is van een gebruikelijke 15 buisvormige bandtransporteur; fig. 2 een vergrote zijdoorsnede langs de lijn.II-II van fig. 1 is; fig. 3 een vergroot bovenaanzicht is, volgens de lijn III-III van fig. 1 ; 20 fig. b een vergrote zijdoorsnede is, analoog aan fig. 2, van een dragerframe, waarmee de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt toegepast; fig. 5 sen vergroot deelbovenaanzicht is, volgens de lijn V-V van fig. 4; 25. fig. 6 een perspectivisch aanzicht is van een afstandsstuk, dat is weergegeven in fig. 5; fig. 7 een vergroot deelbovenaanzicht is, analoog aan fig. 5» van de tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding; fig. 8 een vergroot bovenaanzicht is van de derde uitvoerings-30 vorm van de uitvinding, waarin de transportbaan van de buisvormige band door stippellijnen en een pijl is weergegeven; fig. 9 een lengtedoorsnede is volgens de lijn IX-IX in fig. 8; fig. 10 een vergroot zijaanzicht ,is, analoog aan fig. U, van een ander dragerframe, waarvoor de vierde uitvoeringsvorm van de uit-35 vinding wordt toegepast; fig. 11 een lengtedoorsnede is volgens de lijn XI-XI in fig. 10; fig. 12 een dwarsdoorsnede is volgens de lijn XII-XII in fig. 10; 81 02 4 3 0 -5- fig. 13 een vergroot bovenaanzicht is, analoog aan fig. 8, van de vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij de transportbaan van de buisvormige band door stippellijnen en een pijl wordt aangegeven; 5 . fig. 1U èen lengtedoorsnede is langs de lijn XIV-XIV in.fig. 13; fig. 15 een vergroot bovenaanzicht is, analoog aan fig. 8, van de. zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarin de transportbaan van de buisvormige band is aangegeven door de... stippellijnen en een pijl en 10 fig. 16 een lengtedoorsnede is volgens de lijn XVI-XVI in fig.15·

In de tekeningen worden in de fig. U-16 voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding aangegeven.

In fig. k-6 wordt een dragerframe 22 van hetzelfde type als dat van de fig. 1-3.aangegeven, waarvoor de eerste uitvoeringsvorm van 15 de uitvinding bruikbaar is. Een buigbare, buisvormige transportband 21 zonder einde van hetzelfde type als van fig. 1-3 wordt ondersteund door draagrollen. 23 met dezelfde constructie en functie,.als die van fig. 1-3, die radiaal ten opzichte van het dragerframe 22 zijn gemonteerd. In de transportbaan 21a van de buisvormige band 21 wordt 20 daarop aanwezig stortgoed 2k ingesloten.

Elke dragerrol 23 is roteerbaar gemonteerd op een roldrager 25, bestaande uit een basisplaat 25a en een paar zijplaten, die zich tot een bepaalde afstand ten opzichte van de uiteinden van de basisplaat 25a uitstrekken in een richting, die loodrecht staat op de basisplaat 25a, 25 waarbij de zijplaten 25b roteerbaar de dragerrol 23 evenwijdig met de basisplaat 25a ondersteunen.

De roldrager 25 is gemonteerd aan een binnenframe 22a van het dragerframe 22 in de einddelen van de basisplaat 25a door bouten 26 en moeren 27, en wel zodanig dat de draaiingsas van de draagrol 23 lood-30 recht kan staan op de bewegingsrichting van de band 21.

Wanneer de buisvormige band 21 in rechtsdraaiende beweging wordt verdraaid ten opzichte van-de transportbaan 21a van de band 21, weergegeven in fig. gaat éên of een veelvoud van de draagrollen 23 hellen door het inbrengen van een omgekeerd U-vormig afstandsstuk of 35 afstandsstukken 28, waarvan er êén in fig. 6 wordt weergegeven, tussen het binnenframe of de frames 22a van het dragerframe of de frames 22 en de basisplaat of platen 25a van de roldrager(s) 25 op de bout(en) 26, 81 02 4 3 0 Γ~~.......... ......... .........’........................-6- ......'............

die in de tegenovergestelde zijde(n) met betrekking tot de verdraaiings-richting bij het verdraaiende deel van de band 21 zijn opgesteld, als duidelijk blijkt uit fig. 5. Derhalve is of zijn de rotatiehartlijn(en) van de draagrol(len) 23 hellend, en een dergelijke draagr.ol(len) 23 5 geeft of geven de verdraaiingskracht in de links draaiende richting in fig. 1+ en nemen de verdraaiingskracht van de transportbaan 21a van de band 21 weg.

In deze uitvoeringsvoim kan het afstandsstuk 28 dun zijn en kan een veelvoud van dunne afstandsstukken 28 worden toegepast, hetgeen 10 afhangt van de verdraaiingskracht van de buisvormige band 21-

Gewoonlijk wordt in de retourbaan 21b van de buisvormige band 21, aangezien geen stortgoed 2k binnen de band 21 is cmsloten en aldus het gewicht daarvan laag is, de buisvormige band 21 slechts weinig verdraaid en zelfs indien de buisvormige band 21 enigszins is verdraaid, -15 heeft dit weinig invloed. Aldus wordt gèwoonlijk een dergelijk de draaiingskracht van de band 21 wegnemend mechanisme niet aangebracht en wordt dit alleen indien daaraan behoefte bestaat in de retourbaan 21b van de band 21 toegepast.

In fig. 7 wordt de tweede uitvoeringsvoim van de uitvinding 20 weergegeven, die dezelfde opbouw als de eerste uitvoeringsvorm als boven beschreven heeft, met uitzondering, dat de basisplaat 25a van elke roldrager 25 is gemonteerd aan het binnenframe 22a van het dragerframe 22 in de einddelen van de basisplaat 25a door middel van een paar bouten 31 en een paar dubbele moeren 32 in plaats van een 25 paar bouten 26, het paar moeren 27 en het afstandsstuk 28 van de bovenbeschreven eerste uitvoeringsvorm, tussen het binnenframe 22a van het dragerframe 22, waarbij de basisplaat 25a van de roldrager 25 bij elke bout 31 instelbaar kan zijn door de basisplaat 25a van de roldrager 25 vast te maken aan de bouten 31 , die zijn bevestigd aan 30 het binnenframe 22a van het dragerframe 22, door middel van dubbele moeren 32.

In deze uitvoeringsvorm kunnen dezelfde functies als in de eerste boven beschreven uitvoeringsvorm worden uitgevoerd. Verder kan de helling van het lagerorgaan 22, d.w.z. de draagrol 23 continu, nauw-35 keurig en'gemakkelijk, vergeleken met de eerste uitvoeringsvorm, worden ingesteld.

In fig. 8 en 9 wordt de derde uitvoeringsvorm van de uitvinding 81 02 4 3 0 -7- weergegeven, die bruikbaar is voor de conventionele transportband, als weergegeven in de fig. 1-3.

Fig. 8 is een doorsnede in dwarsrichting van het dragerframe 2b, waarmede de transportbaan ka. van de band vanuit de onderkant wordt ge-5 zien.

Een L-vormige console of steun 3^·, die een. zijplaat bezit steekt naar voren op een bepaalde afstand ten opzichte van het verdeelschot kc van het dragerframe k uit. Een roldrager 35 crnvat een basisplaat 35a en een paar zijplaten 35b, die op een bepaalde afstand vanaf de einden 10 -van de basisplaat 35a uitsteken in een richting, die loodrecht staat op de basisplaat 35a, waarbij de zijplaten 35b roteerbaar een zich daartussen bevindende draaiingscorrectierol 36, die in contact staat met de bodem van de transportbaan 1a van de band 1, ondersteunen.

De basisplaat 35a is draaibaar gemonteerd aan de console 3^ 15 via een vertikale tap 37 in het centrum daarvan en zijn ene uiteinde is bevestigd aan een aanslagplaat 38, die zich horizontaal in een richting, loodrecht op de bewegingsrichting van de band 1,. uitstrekt.

Aan het vrije uiteinde van de aanslagplaat 38 is een hefboom ko voor het doen zwenken van de correctierol 36 als éên geheel daarmee vast-20 gemaakt. De zwenkbare hefboom ko wordt geleid via een sleuf 39 gevomd in de zijplaat van de console 3^·.

De aanslagplaat 38 is voorzien van een cirkelboogvormige sleuf ^1, waarvan het middelpunt de vertikale tap 37 is. Een aanslagbout k2 wordt vertikaal door de opening van de console 3^· en de boogvormige 25 sleuf ^1 geleid en het schroefeinddeel daarvan buiten de boogvormige sleuf Ui is in aangrijping met een aanslagmoer ^-3. De zwenkbare aanslagplaat 38 is ten opzichte van de console 3^· vastgemaakt door de bout b2 en de moer ^3 vast te schroeven. In deze uitvoeringsvom kan een passende schroef in de console 3^ worden gesneden en kan de aan-30 slagplaat 38 aan de console 3^ worden vastgemaakt door de bout in de schroefopening vast te schroeven zonder de moer te gebruiken.

In deze uitvoeringsvorm wordt, wanneer de transportbaan 1a van de band 1 in rechtsdraaiende richting ten opzichte van de transport-richting van de band 1 wordt verdraaid, de moer ^3 losgemaakt, en 35 worden de draaibare hefboom ko en aldus de roldrager 35 in rechtsdraaiende richting in fig. 8 cm tap 37 gezwenkt, zodat de correctierol 36 zal gaan hellen ten opzichte van de transportriehting van band 1.

81 02 4 3 0 Γ ....... ’ _ " ”........... -8- .........

Daarna wordt de moer opnieuw vastgedraaid teneinde de correctierol 36 in hellende stand vast te zetten.

Aldus zal de correctierol 36 een draaikracht in linksdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de hand 1 als 5 hoven beschreven uitoefenen, waardoor de verdraaiing van de transportbaan 1a van de hand 1 wordt gecorrigeerd of weggenomen.

Hierbij is de correctierol 36.hij voorkeur voorzien van fijne groeven of ribben aan het contactoppervlak daarvan of is deze bij voorkeur over het contactoppervlak bedekt met een niet-slippend mate-10 riaal, zoals rubber, teneinde de wrijving tussen de band 1 en de correctierol 36 te vergroten.

In deze uitvoeringsvorm kunnen- uiteraard dergelijke correctie-rollen 36 aan de rechter alsmede aan de linker zijde van de transportbaan 1a van de band worden gemonteerd, terwijl een veelvoud van de 15 correctierollen 36 aan de bodon en zijkanten van de transportbaan 1 a van de band 1 wanneer daaraan behoefte bestaat, kan worden gemonteerd. Verder kan de correctierol of kunnen de rollen 36, indien daaraan behoefte bestaat zijn voorzien aan de retourbaan 1b van de band 1, op dezelfde wijze als voor de transportbaan 1a van band. 1 als boven be-20 schreven voor de eerste uitvoeringsvorm.

In de fig. 10-12 wordt de vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding aangegeven. Een buigbare buisvormige eindloze band i+5 van hetzelfde type als van fig. 1-3 is ondersteund door draagrollen k'J van hetzelfde type als die van fig. 1-3, welke radiaal zijn gemonteerd op een 25 dragerframe b6, als hierna wordt beschreven, dat van hetzelfde type is als van fig. 1-3, gemonteerd op hoekframeplaten U8 van hetzelfde type als van fig.· 1-3. In de transportbaan van de buisvormige band 4 5 wordt het daarin omsloten stortgoed ^9 voortbewogen.

Het dragerframe b6 omvat een rechthoekige frame U6a, een ver-30 deelschot k6b, waardoor het dragerframe b6 wordt verdeeld in bovenste en onderste kamers b6c en U6d, alsmede montageplaten k6e, die met een helling van 6θ° ten opzichte van het horizontale vlak in de vier hoekpunten van de onderste kamer tód van het dragerframe b6 zijn opgesteld.

35 Vier ringvormige plaatsteunrollen 50 zijn roteerbaar opgesteld bij de vier hoekpunten van de bovenste kamer U6c van het dragerframe k6-op het achterste oppervlak van het rechthoekige frame b6a via vier 81 02 4 3 0 ' : .................................."........-9-......................... ’ · ' 7 pennen 51·'· Een ringvormige plaat 52 met een binnendiameter, die iets groter is dan de buitendiameter van de transportbaan 1+5a van de buisvormige band b$ wordt vastgehouden door de' vier steunrollen 50 aan de buitenomtrek daarvan.

5 · Zes roldragers 53, elk omvattende een basisplaat 53a, een paar zijplaten 53b, die zich vanaf de uiteinden van de basisplaat 53a loodrecht daarop uitstrekken, en een montageplaat 53c die. aan de ene .zijden van de basisplaat 53a en de zijplaten 53b is bevestigd, zijn radiaal aan de ringvormige plaat 52 op een gelijke tussenafstand ge-10 monteerd. Een draagrol ^7 is roteerbaar gemonteerd, aan en tussen de zijplaten 53b, evenwijdig aan de basisplaat 53a van elke roldrager 53. Elke montageplaat 53c is voorzien van een paar sleuven 5^, die zich in een richting loodrecht op de hartlijn, van de draagrol Λ7 uitstrekken. Elke roldrager 53 is verschuifbaar gemonteerd aan de ring-15 vormige plaat 52 door dat bouten 55 in de sleuven 5^· van de montageplaat 53c en de opening gevormd in de ringvormige plaat 52 zijn ingebracht en moeren aan de vrije uiteinden van de bouten 55 zijn bevestigd, zodat de draagrollen kT kunnen worden gericht en langs een amtrekslijn van de band lj-5, loodrecht op de hartlijn van de band i+5 20 uitsteken.

Zes veeraanslagen % zijn vastgemaakt aan de ringvormige plaat 52 aan het buitenste omtreksdeel daarvan en zijn gericht in de radiale richtingen van de roldragers 53. Een schroefveer 57 is aangebracht tussen de basisplaat 53a van elke roldrager 53 en elke veer-25 aanslag 56, waarbij de veer 57 de roldrager 53 in de centripetale richting van de buisvormige band U5 belast, zodat de draagrol kj de daarmee in contact staande buisvormige band b'y kan belasten of onder voorspanning kan brengen.

Een U-vormige correctieroldrager 58 cmvat een basisplaat 58a 30 en een paar zijplaten 58b, die uit de uiteinden van de basisplaat 58a uitsteken in een richting loodrecht op de basisplaat 58a, als duidelijk weergegeven in de fig. 11 en 12. Zijplaten 58b ondersteunen draaibaar een correctierol Λ9, die in contact staat met het bodemoppervlak van de transportbaan 35a van de band 1*5.

35 De basisplaat 58a van de correctieroldrager 58 is voorzien van een hefboom 58c in het centrale achtereinde daarvan, die naar achteren uitsteekt en voorzien is van een sleuf 60, die zich uitstrekt in de 8102430 .....-io-τ............

hartlijn van de band ^5 · Een console 61 is goaonteerd aan het boven-oppervlak van het verdeelschot bGb van het dragerframe b6. Het middelpunt van de basisplaat 58a van de correctieroldrager 58 is zwenkbaar gsnonteerd aan het middelpunt van de console 61 via een vertikale tap 62. 5 Een L-vormige pen 63» waarvan het vrije uiteinde naar beneden steekt, is horizontaal gemonteerd aan het voorste onderste.einddeel van de ringvormige plaat 52, en wel zodanig dat het vrije uiteinde van de L-vormige pen 63 in. de sleuf 60 van de hefboom 58c kan worden gestoken.

Vijf roldragers 6b 3 die elk dezelfde constructie hebben als de 10 correctieroldrager 58 en omvattende een basisplaat 6ha, en: een paar zij-platen 6kb3 die zich vanaf de uiteinden van de basisplaat 6^4-a in een richting loodrecht daarop uitstrekken, waarbij de zijplaten 6Vb roteerbaar een draagrol 65 evenwijdig met de basisplaat èba. ondersteunen, zijn radiaal opgesteld ten opzichte van de montageplaten b6e en het 15 bodemdeel van het rechthoekige frame U6a van de onderste kamer ^6d van het dragerframe b6 door de basisplaten 6ka. daarop zodanig te monteren, dat de draagrollen 65 de retourbaan 45b van de buisvormige band U5 in contact met de bovenste en onderste rechter- en linkerzijden en de bodem daarvan kunnen ondersteunen.

20 In deze uitvoeringsvorm wordt, wanneer de transportbaan b^a.

van de band U5 in rechtsdraaiende richting van fig. 10 ten opzichte van de transportrichting van de band.1+5 wordt verdraaid, aangezien de bij de ringvormige plaat 52 opgestelde steunrollen ^7 niet de band U5 onder druk in contact staan, de ringvormige plaat 52 door de ver-25 draaide band i+5 in dezelfde richting als de verdraaiingsrichting van de band i+5 gedraaid, met als gevolg, dat de L-vormige pen 63 tezamen met de ringvormige plaat 52 in dezelfde richting als zijn bewegingsrichting wordt verschoven, d.w.z. naar boven in fig. 12.

In dezelfde tijdsperiode draait de L-vormige pen 63.de 30 correctieroldrager 58 tezamen met de correctierol 59 cm de pen 62 in rechtsdraaiende richting in fig. 12 door de hefboom 58c te doen zwenken.

Daarna geeft de correctierol 59 de verdraaiingskracht aan de band i+5 over in linksdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de band ^5» waardoor automatisch de verdraaiing van de 35 transportbaan b^a. van de wand U5 wordt gecorrigeerd of weggenomen, op dezelfde wijze als boven beschreven.

Hoewel in deze uitvoeringsvoim de schroefveren 57 druk op de 81 02 4 3 0 -11- de roldragers 53 uitoefenen ter verhindering dat de draagrollen UT op de hand 1+5 gaan slippen, kunnen zij echter worden weggelaten, hetgeen afhankelijk is van de vorm en het materiaal van de transportband 1*5 zonder einde un. de draagrollen 1*7 · De correctierol 59 kan tevens 5 door een veer' tegen de hand 1*5 worden geduwd.

In fig. 13 en 11* worden de vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding weergegeven, die wordt toegepast op de conventionele transport-hand van fig. 1-3.

Een console 67 is bevestigd aan het verdeelschot l*c van het 10 dragerframe 1*, dat op een bepaalde afstand naar achteren uitsteekt.

Een U-vormige correctieroldrager 68 omvattende een basisplaat 68a die zich in een richting nagenoeg loodrecht op de transport- of bewegingsrichting van de band 1 uitstrekt en een paar zijplaten 68b die zich • vanaf de uiteinden van de basisplaat 68a in een richting loodrecht 15 daarop uitstrekken, is zwenkbaar gemonteerd op de console 67 door het middelpunt van de basisplaat 68a zwenkbaar te monteren aan het middelpunt van de console 67 via een vertikale tap 69. De zijplaten 68b ondersteunen roteerbaar een correctierol 70 in contact met de bodem van de transportbaan 1a van de buisvormige band 1. Een hefbocmstuk 68c 20 is aan het ene einde, het lagere einde van fig. 13 van de basisplaat 68a gekoppeld en is aan zijn vrije einde voorzien van een paar sleuven 719 welke sleuven 61 zich in de richting van de hartlijn van de correctierol uitstrekken.

Een paar magneetkleppen 72 met een bedieningsstang 72a gemon-25 teerd aan het bovenoppervlak in éen zijde van de console 67 in de rechter en linker symmetrische standen in fig. 1 ten opzichte van het hef-boomstuk 68c en de vrije uiteinden van de bedieningsstangen 72a zijn bij hun sleuven 71 via vertikale tappen bevestigd aan het vrije einde van het hefboomstuk 68c.

30 Een draaiarm "[k is zwenkbaar gemonteerd aan het centrale voorste einde'van het onderste oppervlak van de console 67 door middel van een vertikale tap 73. Een draagarm 75 is zwenkbaar bevestigd aan het achterste einde van de draaiaim 7** via een horizontale pen 76. De draagarm 75 is naar boven belast door een op de horizontale pen 76 vastge-35 maakte schroefveer 77·

Een U-vormige detectieroldrager 78, omvattende een basisplaat 78a en een paar zijplaten 78b, die een bepaalde afstand vanaf de uiteinden 81 02 4 3 0 -12- van de .basisplaat 78a.in een richting loodrecht daarop uitsteken, welke zijplaten 78b roteerbaar een detectierol 79 steunen die door de band 1 langs de transportrichting van de band 1 wordt gedraaid, is vastgemaakt aan het achterste vrije uiteinde van de draagaim 75· Een paar 5 microschakelaars 80 voor het bedienen van de magneetkleppen 72 zijn gemonteerd aan het achterste uiteinde van de console 67 aan heide zijden van de dragerarm 75·

Wanneer de transportbaan 1a van de buisvormige band 1 in rechts-draaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de band 1 10 wordt verdraaid, worden de draagarm 75 tezamen met de detectierol 79 verschoven in rechtsdraaiende richting, naar boven in fig. 13, ten opzichte van de transportrichting van de transportband 1, waarna de microschakelaar 80, opgesteld aan de bovenkant van fig. 13, door de dragerarm 75 wordt bekrachtigd. Daarna wordt de achterste magneet-15 klep 72 bediend door de microschakelaar 80 en trekt de bedienings- stang 72a in, waardoor de correctieroldrager 68 tezamen met de correctie-rol 70 in rechtsdraaiende richting in fig. 13 cm de pen 69 gaat zwenken.

Daarna geeft de correctierol 70 aan de band 1 een verdraaiings-20 kracht in de linksdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de band 1, waardoor automatisch de verdraaiing van de transportbaan 1a van de band 1 op dezelfde wijze als boven wordt gecorrigeerd of weggenomen. Wanneer de band 1 in de linksdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de band 1 wordt ver-25 draaid, kan de verdraaiing van de buisvormige band 1 tevens op dezelfde wijze als boven beschreven automatisch worden gecorrigeerd of weggenomen.

In de fig. 15 en 16 wordt de zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding weergegeven, die wordt toegepast met de conventionele transportband van fig. 1-3.

30 Een console 82 is bevestigd aan het verdeelschot Uc van het dragerframe k, dat naar achteren uitsteekt. Een U-vormige'correctieroldrager 83, die een basisplaat 83a cmvat, die zich in een richting, nagenoeg loodrecht op de bewegingsrichting van de band 1 uitstrekt en een paar zijplaten 83b, die zich vanaf de uiteinden van de basis-35 plaat 83a in een richting loodrecht daarop uitstrekken, is draaibaar gemonteerd aan de console 82 door het middelpunt van de basisplaat 83a draaibaar te monteren aan het middelpunt van de console 82 via een 81 02 4 3 0 -13- vertikale tap 8^. De zij plat en 83b ondersteunen roteerbaar· een correctie-rol 85, die in contact is met de bodem van de transportbaan 1a van de buisvormige band 1 .

Een hefboom 83c is gekoppeld aan het ene einde, het lagere 5 einde van fig. 15, van de basisplaat 83a en is voorzien van een sletlf 86 aan het vrije uiteinde daarvan, welke sleuf 86 zich in de richting van de hartlijn van de correctierol uitstrekt.

Een hydraulische cilinder 87 met een zuigerstang 87a, gemonteerd aan het bovenste oppervlak van het achterste uitstekende deel in een 10 zijde, het linker onderste deel van fig. 15, van de console 82, staat naar voren gekeerd. Het vrije voorste uiteinde van de zuigerstang 87a is draaibaar gekoppeld aan het vrije uiteinde van de. hefbocm 83c bij de sleuf 86 daarvan via een vertikale tap 88.

Een schakelklep 90 met een bedieningsstang 90b, bevestigd 15 aan een hydraulische pcmp (niet weergegeven) via een koppelingspijp 89, is aan de andere zijde, het bovenste deel in fig, 15, van de console 82 gemonteerd. De schakelklep 90 is bevestigd aan de hydraulische cilinder 87 viaftoevoerleidingen 91.

Een draaiaim 93 is zwaaibaar gemonteerd aan het middelpunt van 20 het onderste oppervlak van het verdeelschot Uc door een vertikale tap 92. Een draaiarm 9^ is zwaaibaar bevestigd aan het achterste uiteinde van de draaiaim 93 via een horizontale pen 95· De draagarm 9^· is opwaarts belast door een schroefveer 96 vastgemaakt aan dè horizontale pen 95· 25 Een U-vormige detectieroldrager 97, die een basisplaat 97a en een paar zijplaten 97b omvat, die zich vanaf de uiteinden van de basisplaat 97a in een richting loodrecht daarop uitstrekken, waarbij de zijplaten 97b draaibaar een detectierol 98, die door de band 1 langs de transportrichting van de band 1 wordt gerold, ondersteunen, is 30 gemonteerd aan het achterste vrije uiteinde van de draagarai 9^·

De detectieroldrager 97 ,is voorzien van een koppelstaaf 97c, die horizontaal naar de schakelklep 90 uitsteekt. De bedieningsstang 90b en de koppelstaaf 97c zijn met elkaar aan hun vrije uiteinden verbonden via een koppelorgaan 99· 35 Wanneer nu de transportbaan 1 a van de buisvormige band 1 wordt verdraaid in rechtsdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van de band 1, worden de dragerarm 9U tezamen met de detectie- 81 02 4 3 0 ......-14-...................................

rol 98 in rechtsdraaiende richting, opwaarts in fig. 15, ten opzichte van de transportrichting van hand 1 verschoven,, waarna dan de schakelklep 90 wordt bekrachtigd door de draagann 94 via de koppel-staaf 97c en het koppelorgaan 99. Daarna trekt de hydraulische cilin-5 der 87, bekrachtigd door de schakelklep 90, de zuigerstang 87a in, waardoor de. correctieroldrager 83 tezamen met de correctierol 85 in rechtsdraaiende richting in fig. 15 cm de pen 84 gaat draaien.

Vervolgens brengt de correctierol 85 de verdraaiende kracht over op band 1 in linksdraaiende richting ten opzichte van de transport-10 richting van band 1, waardoor automatisch de verdraaiing van de transportband 1a van de band 1 wordt gecorrigeerd of weggenomen, op dezelfde wijze als eerder beschreven. Waarneer band 1 in linksdraaiende richting ten opzichte van de transportrichting van band 1 wordt verdraaid', kan op dezelfde wijze als boven beschreven de verdraaiing 15 van de band tevens automatisch worden gecorrigeerd of weggenomen.

81 02 4 3 0

Claims

1. Werkwijze voor.het voorkomen van verdraaiing van een buigbare buisvormige band.die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, waarbij de buigbare buisvormige band tussen op een bepaalde afstand van elkaar opgestelde eerste en tweede rollen.is uitgestrekt op welke . 5 rollen de buisvormige band wordt geopend en waarbij de band,, die in de vonu van een buis tussen de twee rollen beweegt, wordt ondersteund door stellen draagrollen, die radiaal rond de amtrek van de band in contact daarmee zijn opgesteld en die draaibaar aan de dragerfram.es zijn gemonteerd, met het kenmerk, dat de hoek van een correctierol, 10 die zich uitstrekt in een richting, die nagenoeg loodrecht staat op de transportrichting van de daarmee in contact staande band, wordt gevarieerd.

2. Werkwijze volgens conclusie 1 , met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die gemonteerd is aan een correctieroldrager, wordt 15 gevarieerd door een afstandsstuk tussen de correctierol en de correctie-roldrager in te steken.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die gemonteerd is aan een correctieroldrager, wordt gevarieerd door een veelvoud van af standsstukken tussen de correc- 20 tierol en de correctieroldrager in te steken. H. Werkwijze volgens conclusies 2 of 3, met het kenmerk, dat elk afstandsstuk een U-vorm heeft.

5· Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol die door middel van een paar bouten gemonteerd is aan 25 een correctieroldrager, wordt gevarieerd door de afstanden van de bouten tussen de correctierol en de correctieroldrager onafhankelijk in te stellen.

6. Werkwijze volgens conclusie 5» niet het kenmerk, dat de hoek van de correctierol wordt gevarieerd door de afstanden van de bout tussen 30 de correctierol en de correctieroldrager in te stellen met behulp van een paar dubbele moeren, waardoor de bouten aan de correctieroldrager worden vastgemaakt.

7· Werkwijze volgens conclusie 2, 3, 5 of 6, met het kenmerk, dat de correctierol één van de draagrollen is.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de correctie- 81 02 4 3 0 ............-16- “......... rollin contact is geplaatst met de bodem van de transportbaan van de buisvormige band.

9. Werkwijze volgens conclusie 2, 3, 5 of 6, met het kenmerk, dat een veelvoud van correctierollen uit de draagrollen wordt gekozen.

10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat twee correctierollen in contact worden gebracht met de zijden van de transportbaan van de buisvormige band.

11. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die gemonteerd is op een correctieroldrager, die 10 draaibaar is gemonteerd aan het dragerframe, wordt gevarieerd door met de hand het dragerframe te laten zwaaien.

12. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk,, dat de hoek van de correctierol, gemonteerd op een correctieroldrager, die draaibaar is ganonteerd aan het dragerframe, kan worden gevarieerd door 15 het dragerframe door middel van een verschuivingsorgaan te laten zwaaien.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het ver-schuivingsorgaan een.ringvormige plaat omvat waaraan de draagrollen radiaal zijn verbonden, en door de buisvormige band in dezelfde richting 20 wordt gedraaid als de verdraaiingsrichting daarvan, zodat het verschuivingsorgaan de correctierol in de rechtse of linkse richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in linkse of rechtse richting wordt verdraaid. 1U. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het ver-25 schuivingsorgaan eerste en tweede magneetkleppen omvat, die zodanig worden bekrachtigd door een detectierol, dat het verschuivingsorgaan de correctierol in rechtse of linkse richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in de linkse of rechtse richting wordt verdraaid.

15· Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het ver-30 schuivingsorgaan een combinatie van een hydraulische cilinder en een schakelklep omvat, die zodanig wordt bekrachtigd door een detectierol, dat het verschuivingsorgaan de correctierol in rechtse of linkse richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in linkse of rechtse richting wordt verdraaid.

16. Inrichting voor diet voorkomen van verdraaiing van een buigbare buisvormige band die wordt gebruikt in een buisvormige bandtransporteur, waarbij de buigbare buisvormige band tussen eerste en tweede rollen is 81 02 4 3 0 -17- uitgestrekt, die op een bepaalde afstand van elkaar zijn opgesteld, op welke rollen de'buisvormige band wordt geopend en waarbij de band, die in de vorm van.een buis tussen de twee rollen beweegt, wordt gesteund door stellen draagrollen, die radiaal rond de ontrek van de band in 5 contact daarmee zijn opgesteld'en die draaibaar aan de dragerframes zijn gemonteerd, met het kenmerk, dat een orgaan aanwezig is, waarmee de. hoek van een correctierol, die. zich in een richting, nagenoeg loodrecht op.de transportrlhhting van de daarmee in contact staande band uitstrekt, kan worden gevarieerd. 10 17· Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die gemonteerd is op een correctieroldr^er,. wordt gevarieerd door een afstandsstuk tussen de correctierol en de correctie-roldrager in te steken.

18. Inrichting.volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de hoek 15 van de correctierol die gemonteerd is op een correctieroldrager, wordt gevarieerd door een veelvoud van afstandsstukken tussen de correctierol en de correctieroldrager in te steken.

19· Inrichting volgens conclusie 17 of 18, met het kenmerk, dat elk afstandsstuk een U-vorm heeft. 20 20.· Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die gemonteerd is op een correctieroldrager door middel van een paar bouten, wordt gevarieerd door de afstanden van de bouten tussen de correctierol en de correctieroldrager onafhankelijk in te stellen.

21. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol wordt gevarieerd door de afstanden van de bouten tussen de correctierol en de correctieroldrager in te stellen door middel van een paar dubbele moeren, waarmee de bouten aan de correctieroldrager worden vastgemaakt.

22. Inrichting volgens conclusie 17, 18, 20 of 21 , met het kenmerk, dat de correctierol éên van de draagrollen is.

23. Inrichting volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de correctierol in contact wordt gebracht met de bodem van de transportbaan van de buisvormige band. 35 2U. Inrichting volgens conclusie 17, 18, 20 of 21, met het kenmerk, dat een veelvoud van correctierollen uit de draagrollen worden gekozen.

25. Inrichting volgens conclusie 2k, met het kenmerk, dat twee correctierollen in contact worden gebracht met de zijden van de transport- 81 02 4 3 0 i -18- baan van de buisvormige band.

26. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die is gemonteerd op een correctieroldrager die?draaibaar is gaaonteerd aan het dragerframe, wordt gevarieerd door 5 met de hand het dragerframe te doen zwenken of draaien.

27. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de hoek van de correctierol, die is gaaonteerd aan. een correctieroldrager die draaibaar is gaaonteerd aan het. dragerframe, wordt gevarieerd door het dragerframe door middel van een verschuivingsorgaan te doen draaien. 10 28. Inrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat het verschuiving sorgaan een ringvormige plaat omvat, waaraan de dragerrollen radiaal.zijn bevestigd en die door de buisvonaige band in. dezelfde richting als de verdraaiingsrichting daarvan zodanig wordt gedraaid, dat het verschuivingsorgaan de correctierol in de rechtse of linkse 15 richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in de linkse of rechtse richting wordt verdraaid.

29. Inrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat het verschuivingsorgaan eerste en tweede magneetkleppen omvat, die zodanig worden bekrachtigd door een detectierol, dat het verschuivingsorgaan 20 de correctierol in de rechtse of linkse richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in de linkse of rechtse richting wordt verdraaid.

30. Inrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat het verschuiving sorgaan een coabinatie omvat van een hydraulische cilinder 25 en een schakelklep die zodanig wordt bekrachtigd door een detectierol, dat het verschuivingsorgaan de correctierol in de rechtse of linkse richting kan verschuiven, wanneer de buisvormige band in de linkse of rechtse richting wordt verdraaid. 81 0 2 4 3 0