NL7909286A - Inrichting voor het uitlezen van een stralingsbeeld. - Google Patents

Description

4 η 70 888Τ

Titel: Inrichting voor 'net uitlezen. van een strallngsbeeld.

De uitvinding heeft betrekking- op een inrichting voor het uitlezen van. de "beeldinformatie, geregistreerd in een te stimuleren fosfor door het stimuleren daarvan en het meten van het na stimulering uitgezonden licht, en meer in het bijzonder op een inrich--7 ting voor het uitlezen van de diagnostische, radiografische beeldinformatie, geregistreerd in een te stimuleren fosfor, die stralingsenergie kan opslaan en de opgeslagen energie bij stimulering door stimuleerstralen, kan uitzenden.

Sen te stimuleren fosfor slaat een gedeelte op van de energie 1 Λ van een straling bij blootstelling aan de straling, zoals röntgenstralen, o( -stralen, {-> -stralen, Y -stralen, ultraviolette stralen, enz. Bij het stimuleren daarvan door stimuleerstralen, zendt dan de te stimuleren fosfor licht uit, waarvan de hoeveelheid overeenkomt met de hoeveelheid daarin opgeslagen ' - " " " 15 . — . .

energie;.·. ......

Het is op dit gebied bekend de te stimuleren fosfor toe te passen voor het eerst registreren van een röntgenbeeld van een mense— lijk lichaam en dergelijke in een te stimuleren fosforplaat, het geregistreerde beeld uit te lezen met‘ een fotodetector door het af- 20 tasten van de fosforplaat door middel van een laserbundel en dergelijke, die de fosfor stimuleert, en het röntgenbeeld te registreren op een registreemedium, zoals een lichtgevoelige film, door toepassing van een registreerlichtbundel, die wordt gemoduleerd door de beeldinformatie, uitgelezen door de fotodetector. Een derge-lijke inrichting is geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift 3.859.527.

Volgens dit octrooischrift wordt een grote spiegel gebruikt voor het terugkaatsen van licht, uitgezonden door een te stimuleren fosfor, naar een fotodetector. Als spiegel wordt gebruik ge-90 ...

" maakt van een half-doorzichtige spiegel, die-de op de te stimuleren fosfor botsende stimuleerstralen gedeeltelijk doorlaat. Het van de fosfor bij het stimuleren daarvan uitgezonden licht, wordt 79 0 928 δ * . i» ’ ...... 2........

gedeeltelijk, temggékaatst door de half-doorzichtige spiegel, die onder· een hoek -van 1+5^ schuin staat ten opzichte van de optische haan van de stimuleer stralen, welk licht derhalve evenwijdig aan het oppervlak van de fosfor wordt gericht. Het teruggekaatste 5 licht wordt ontvangen en gemeten door een fotodetector via een con-densorlens.

De hiervoor beschreven inrichting heeft het nadeel, dat de kwaliteit van de stralingsheeldinformatie, bruikbaar voor diagnose, zeer slecht is. Dit komt, omdat het door de te stimuleren fosfor 10 bij het stimuleren daarvan "uitgezonden licht, in alle richtingen divergeert, zodat dus een zeer beperkt gedeelte, van het licht wordt waargenomen door de fotodetector. Deze toestand vermindert in ersntige mate de S/'ïf-verhouding van het beeld. Omdat het in het bijzonder vanuit een veiligheidsoogpunt onmogelijk is het menselij-15' ke lichaam bloot te stellen aan een straling met een'grote dosering, is de hoeveelheid licht, uitgezonden door de te stimuleren fosfor, welke hoeveelheid in verhouding is tot de hoeveelheid daarin opgeslagen stralingsenergie, onvermijdelijk klein. Teneinde derhalve de stralingsbeeldinformatie uit' te lezen met een voldoen-20 de grote S/H-verhouding voor diagnose, is het op de eerste plaats nodig te voorkomen, dat de stimuleer stralen op de fotodetector botsen, en ten tweede zoveel mogelijk door de fosfor uitgestraald licht in de fotodetector te brengen. Bij de hiervoor beschreven inrichting, geopenbaard in het genoemde Amerikaanse octrooischrift 25 echter, wordt geen duidelijke oplossing gegeven voor dit vraagstuk, zodat het dus onmogelijk is de stralingsbeeldinformatie te krijgen, die praktisch bruikbaar is voor diagnose.

Voor het oplossen van het voorgaande vraagstuk en de bekende inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie te ver-30 beteren, heeft aanvraagster een werkwijze voorgesteld voor het verbeteren van de S/H-verhouding door het gekozen waarnemen van alleen het door de fosfor uitgezonden licht. Dit wordt uitgevoerd door het verschillend maken van de golflengte van de stimuleer-stralen ten opzichte van die van het door de fosfor uitgezonden 35 'licht, en het gebruiken van een lichtwaarneemmiddel, dat alleen ? fi Λ i'1 0 1 i / %?· v v s, y o «· 3 * hst licht waarneemt met de laatstgenoemde golflengte. Als licht-waarneemmiddel kan gebruik worden gemaakt wan bijvoorbeeld een fotodetector, die alleen gevoelig is voor het licht met de genoemde golflengte, of van een zeef, die zich voor de fotodetector 5 bevindt en alleen het licht doorlaat met de genoemde golflengte.

Als stimuleer stralen wordt bijvoorbeeld gebruik gemaakt van een rood-laserbundel, voorzien van een golflengteverdeling in het bereik van 600 tot 700 nm, hetgeen verschilt van de golflengte van het door de fosfor uitgezonden licht, welke golflengte 300 tot 10 500 nm is. Dit voorstel is beschreven in de Japanse octrooiaanvra ge 53 (Ί973

Door aanvraagster is ook voorgesteld om een fotodetector zeer dicht bij de fosfor te plaatsen teneinde de lichtopvang-doelmatigheid te verbeteren (Japanse octrooiaanvrage 53 (1973)-15 122381). Deze werkwijze is echter nadelig, doordat het aftastme- chanisme van de stimuleerstralen ingewikkeld wordt.

Het is derhalve nog- steeds zeer moeilijk de stralingsbeeldinfor-matie te verkrijgen, die praktisch kan worden gebruikt voor diagnose.

2Q Het hoofddoel van de uitvinding is derhalve een inrichting te verschaffen voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, welke inrichting is voorzien van een grote lichtopvangdoelmatigheid.

Hen ander doel is derhalve het verschaffen van een inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, welke inrichting 25 een grote S/H-verhouding heeft.

Zlog een ander doel is het derhalve verschaffen van een inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, welke inrichting de stralingsbeeldinformatie kan verkrijgen, die praktisch kan worden gebruikt voor diagnose.

30 De voorgaande doeleinden worden bereikt door het verschaffen van een bijzonder licht-doorlatend middel tussen de fotodetector en de te stimuleren fosfor voor het doelmatig opvangen van het uitgezonden licht, en dit in de fotodetector brengen. Het bijzonder licht-doorlatsnde middel heeft een zodanig gedaante, dat een einde • 35 daarvan zich uitstrekt langs de aftastlijn van een te stimuleren 7909286 k fosforplaat, en het andere einde daarvan in vorm is aangepast aan het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector. Het door de fosfor uitgezonden licht -wordt doelmatig opgevangen door het'licht-doorlatende middel, en verder doelmatig in de fotodetector gebracht 5 daardoor, -waarbij het licht-doorlatende middel zodanig is opgesteld, dat de betrokken einden in vlak-aangrijping zijn met de fosfor en de fotodetector.

Zoals gezegd wordt volgens de aanvrage gebruik gemaakt van een licht-doorlatend middel tussen het oppervlak van de te stimuleren 10 fosfor en de fotodetector. Het licht-doorlatende middel, dat hierna wordt aangeduid als een '-'lichtleideel" , moet zijn vervaardigd van een gelijkmatig materiaal, dat doorzichtig is voor het door de te stimuleren fosfor-uitgezonden licht.' Verder moet het.lichtleideel zijn vervaardigd van een materiaal, dat kan worden afgewerkt tot 15 een glad oppervlak, zodat het daardoorheen gelaten licht doelmatig kan wo-rden onderworpen aan een totaal terugkaatsen door het inwendige oppervlak daarvan.

Als materiaal, dat op de voorgaande gewenste wijze kan worden behandeld en dat de hiervoor beschreven eigenschappen heeft, kan 20 gebruik worden gemaakt van een doorzichtige, thermoplastische kunsthars, zoals acrylhars, vinylchloridehars, polycarbonaathars, polyester hars en epoxyhars of van glas.' Van deze materialen verdienen in het bijzonder kwartsglas en acrylhars optisch de voorkeur voor het licht, uitgezonden door de te stimuleren fosfor, welk 25 licht het emissiespectrum heeft in het bereik van 300 tot 500 nm. Vanuit het oogpunt van de bewerkbaarheid, zijn acrylhars of andere kunstharsen gemakkelijk. te bewerken. Derhalve verdient acrylhars het meeste de voorkeur voor het lichtleideel.

Het lichtleideel moet een zodanige gedaante hebben, dat één 30 einde daarvan zich uitstrekt langs de aftastlijn op het oppervlak van de te stimuleren fosfor, en het andere einde, daarvan is uitgevoerd in aanpassing aan het lieht-ontvangende eindvlak van een fotodetector, Het einde, dat zich uitstrekt langs de aftastlijn, is bij voorkeur rechtlijnig of gebogen. Omdat de aftastlijn gewoonlijk 35 rechtlijnig is, verdient het de voorkeur, dat het einde, dat zich 7909286 5 «r uitstrekt langs het oppervlak van het te stimuleren fosfor, rechtlijnig is. Eet andere einde daarentegen, dat is uitgevoerd in aanpassing aan de fotodetector, is hij voorkeur ringvormig, omdat het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector, zoals een fotover-5 menigvuldiger, cirkelvormig is. De "ringvormige" gedaande, zoals in de beschrijving gebruikt, betekent niet alleen de nauwkeurig ringvormige gedaante, zoals een volledige cirkel, maar ook de gedaante, die bij benadering kan worden beschouwd als ringvormig, bijvoorbeeld een eirkel met een gedeeltelijk overlappend gedeelte.

10 Teneinde het licht doeltreffend te leiden vanaf de inlaat naar de uitlaat van het lichtieideel, is het nodig de waarschijnlijkheid van totale terugkaatsing te vergroten en verlies van licht in het lichtieideel te voorkomen door het op juiste wijze kiezen van de gedaante daarvan. Voor het tot stand brengen hiervan, wordt de 15 gedaante van het lichtieideel ontworpen om te worden ontwikkeld tot een platte plaat, met een nagenoeg regelmatige dikte en breedte over de gehele lengte daarvan. Verder moet het oppervlak van het lichtieideel worden bewerkt om in aanzienlijke mate glad te zijn.

Door aanvraagster is vastgesteld, dat een omvangrijk lichtieideel, 20 dat dezelfde uitwendige gedaante heeft als het onderhavige lichtieideel, en waarvan het inwendige is gevuld met hetzelfde materiaal, het licht niet met de grote doelmatigheid als het van een plaat vervaardigde deel, kan doorlaten. Derhalve verdient het de voorkeur, dat het lichtieideel is vervaardigd van een doorzichtige plaat, 25 die is gekramd tot een gedaante, voorzien van een rechtlijnig of gebogen inlaateinde en een ringvormig uitlaateinde.

Teneinde het doorlaten van het licht zo doeltreffend mogelijk te maken, moet verder de kromming van de gekromde plaat zodanig klein worden gemaakt, dat de herhaalde totale terugkaatsingen niet 3C worden belemmerd. Derhalve moet de lengte van de plaat voldoende groot zijn voor het mogelijk maken van de kleine kromming. Teneinde echter aan de andere kant de hoeveelheid door de fotodetector ont- -vangen licht zo groot mogelijk te maken, is het gewenst, dat het aantal totale terugkaatsingen klein is, en dat de absorptie van 35 licht in het lichtieideel zoveel mogelijk wordt verkleind. Hiervoor 7909236 ................. " ‘ " ......." 6 ......... ~............

'i moet de lengte van de plaat zo klein mogelijk zijn. Teneinde aan deze eisen te voldoen is het nodig de lengte en "breedte van het lichtleideel of de plaat, die dit deel vormt, op juiste wijze te kiezen. Overeenkomstig het onderzoek door aanvraagster, kan aan de 5 genoemde eisen worden voldaan door het kiezen van de· verhouding van de lengte L van het lichtleideel, dat wil zeggen de kortste afstand tussen de inlaat en de uitlaat daarvan, tot de breedte- W van het lichtleideel, dat wil zeggen de lengte van het rechtlijnige einde, dat zich uitstrekt langs de aftastlijn, d.w.z. L/W, te kiezen in 10 het bereik van Q,l· tot 1,5. Het gewenste bereik van de verhouding L/W is 0,5 tot 1,0 voor acrylhars, hoewel het niet mogelijk is in het algemeen, het gewenste bereik te bepalen voor alle materialen, omdat het afhankelijk is van de soort materiaal.

0e liehtopvamgdoelmatigheïd is afhankelijk van de ruimtehoek, 15 .waaronder het licht-uitzende punt van de fosforplaat tegenover het lichtleideel ligt. Voor het vergroten van de lichtopvangdoelmatig-heid moet de ruimt ehoek en derhalve de dikte van het deel zo groot mogelijk zijn. Indien echter de dikte van. het lichtleideel te groot is, wordt het dwarsdoorsnedegebied van het lichtleideel bij de uit-20 laat grenzende aan de fotodetector, te groot om te worden opgenomen door het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector. Derhalve wordt de dikte van het lichtleideel op juiste wijze gekozen, Λ waarbij het inlaateinde van het lichtleideel zo dicht mogelijk bij het oppervlak van de te stimuleren fosfor wordt geplaatst 25 voor het tot een maximum opvoeren van de ruimtehoek van het licht opvangen. Indien verder de dikte van het lichtleideel te groot is, wordt het moeilijk de plaat tot de gewenste gedaante te bewerken.

Het voomoemde lichtleideel, dat de gewenste bijzondere gedaante moet hebben, kan worden verkregen door het verwarmen en 30 weekmaken van een thermoplastische plaat, en het tot de gewenste gedaante vormen van de plaat of door toepassing van een bekende mechanische bewerking, zoals persen, gieten of snijden. Het persen, gieten en snijden is echter niet goed genoeg om een voldoende vlak oppervlak te verkrijgen, zoals volgens de aanvrage nodig is voor 35 het tot stand brengen van de totale terugkaatsing. Verder is het als 7909286

' T

gevolg ran.'de bijzondere gedaante ran bet liehtleideel moeilijk het opperriak na het ruw bewerken, te schuren. De genoemde mechanische bewerkingen zijn derhalre niet geschikt roor het rerkrijgen ran het liehtleideel met een glad opperriak en derhalre roldoende licht-5 geleidingsdoelmatigheid. Met deze bewerkingen bestaat er borendien een grote waarschijnlijkheid, dat inwendige spanning optreedt in het liehtleideel gedurende het bewerken, hetgeen de lichtgeleidings-doelmatigheid rerlaagt. Het is dus zeer moeilijk het liehtleideel met deze bewerkingen te rerraardigen.

10 Met betrekking tot de werkwijze roor het rerraardigen ran het liehtleideel, rerdient in het bijzonder de genoemde werkwijze de roorkeur roor het rerwarmen en week maken ran een thermoplastische plaat en het tot de gewenste gedaante rormen daarran. In het bijzonder rerdient het de roorkeur êén einde ran de plaat rast te 15 houden tussen platte platen en dergelijke, waarbij de plaat wordt verwarmd en week gemaakt, en verder het andere einde in een ring-romige gedaante te houden, en de plaat in deze gedaante te koelen, en daarna de twee einden af te snijden en de twee snij-einden te schuren. Het met deze werkwijze rerraardigde liehtleideel is vrij 20 ran inwendige spanning en heeft een glad opperriak, dat een totale terugkaatsing tot stand brengt. Wanneer het materiaal roor het rerraardigen ran het liehtleideel bestaat uit kwartsglas, ligt het rerwekingspunt zodanig hoog, dat het niet gemakkelijk is de plaat te rerraardigen door toepassing ran de roorgaande werkwijze, 25 Vastgesteld is echter, dat het liehtleideel ook in dit geval in beginsel kan worden rerraardigd door toepassing ran de roorgaande werkwijze.

Voor wat betreft de rolgens de aanvrage te gebruiken fotodetec-tor, is het gewenst, dat het licht-ontrangende gebied groot is, en 30 dat de 3/lT-rerhouding groot is, omdat het door de fosfor uitgezonden licht een zeer kleine sterkte heeft. Als een dergelijke fotcdetector kan gebruik worden gemaakt ran een fotorermenig-ruldiger met de kop naar roren of ran een foto-rersterkende kanalenplaat .

35 Als de te stimuleren fosfor roor toepassing bij de uitrinding, 7909285 8 is Let gewenst,. dat Let Lij stimulering uitgezonden licht een golflengte Leeft in Let bereik van 300 tot 500 nm. Een met'zeldzame aarde geactiveerde, aardalkalimetaal fluoorLalogenide fosfor yerdient bijvoorbeeld de -voorkeur. Een voorLeeld van deze fos-5 for, zoals beschreven in de Japanse octrooiaanvrage 53 (1978)- 847^2, is een fosfor, weergegeven door de formule (Ba. , Mg , 2+· T-X’-y x

Ga 1 FX:aEu , waarin. X altLans Cl of Br is, x en y de getallen y . 4 zijn, die voldoen aan 0 <x+y=Q',6 en xyrO, en a een getal is, dat

Jq 4 4 · -2 voldoet aan. 10 = a = 5 ^r'10 . Een ander voorbeeld van deze fosfor, 10 zoals beschreven, in de Japanse octrooiaanvrage 53 (.1978) - 8^7^,

II

is een fosfor, weergegeven door de formule (Ba1 ,M )FX:yA, waarin MXI altLans Mg, Ca, Sr, Zn of Cd is, X altLans Cl, Br of J is, A altLans Eu, Th, Ce, Tm, Dy,. Pr, Ho, M, Yb of Er is, x een getal is, dat voldoet aan Q = x = 0,6, en y een getal xs, dat 15 voldoet aan 0 = y - 0,2, Verder kan als de te stimuleren fosfor volgens de uitvinding gebruik worden gemaakt van ZnS:Cu, Pb; BaO. xAlgQ^Eu, waarin 0,8 - x "= 10, en M^O,xSi02:A, waarin M ^ bestaat uit Mg, Ca, Sr, Zn, Cd of Ba, A bestaat uit Ce, Tb, Eu, Tm,

Pb, Tl, Bi of Mn, en χ een getal is, dat voldoet aan 0,5 = x s 2,5, 20 zoals beschreven in de Japanse octrooiaanvrage 53 (1978) - 8^7^-0, Verder kan als de te stimuleren -fosfor gebruik worden gemaakt van LnöX:xA, waarin Ln althans La, X, Gd of Lu is, X altLans Cl of Br is, A altLans Ce of Tb is, ï een getal is, dat voldoet aan 0<x <0,1, zoals beschreven in de Japanse octrooiaanvrage 53 (1978) 25 -8V7I3. Van de hiervoor genoemde fosfors, verdient de met zeldzame aarde geactiveerde, aardalkalimetaal fluoorLalogenide fosfor Let meeste te voorkeur, waarbij' in Let bijzonder de barium fluoor halo— geniden uitspringen, gezien de grote sterkte van de lichtuitzen-ding.

30 Verder is Let gewenst ae fosforlaag te kleuren van de te sti muleren fosforplaat, vervaardigd van de voornoemde fosfor, door toepassing van pigmenten of verven voor Let verbeteren van de scherpte van Let daarmede verkregen beeld, zoals beschreven in de Japanse octrooiaanvrage 5^ (1979$*— J26Qk.

35 Voor wat betreft de stimuleerstralen voor Let stimuleren van 7909286 9 de fosfor nadat deze is geladen met de stralingsenergie in een beeldpatroon, wordt een laserbundel gebruikt met een grote gericht— heid. Als laserbundel verdient een laser met een golflengte in het bereik, van 500 tot 300 nm, bij voorkeur 600 tot 700 ma, de voorkeur.

5 Bijvoorbeeld kan een He-He laser (633 nm) of een Er laser (6hj nm) worden gebruikt. Indien een kleurzeef wordt gebruikt, die licht afsnijdt met een golflengte buiten het bereik van 500 tot 800 om, samen met een lichtbron, kan deze een golflengteverdeling hebben buiten het genoemde bereik.

10 'De stral-ingsbeeldinf ormatie, uitgelezen door toepassing van de onderhavige inrichting, wordt gebruikt voor het weergeven van een stralingsbeeld op een registreermedium, zoals een fotografische zilverhalogenidefilm, een diazofilm of een elektrofotografisch registreermateriaal. Verder is het mogelijk het stralingsbeeld weer 15 te geven op een kathodestraalbuis.

Volgens de uitvinding wordt de te stimuleren fosforplaat afgetast met een laserbundel. Voor het aftasten van een plaat met een laserbundel, zijn er twee soorten aftastwerkwijzen. Bij de eerste werkwijze, tast de laserbundel optisch af in de hoofdrichting, 20 waarbij de fosforplaat mechanisch wordt bewogen in de ondergeschikte richting. Volgens de tweede werkwijze wordt de laserbundel of de fosforplaat zowel in de hoofdrichting als de ondergeschikte richting bewogen. Bij het uitlezen van de informatie onder toepassing van de uitvinding is het echter niet nodig de fosforplaat of 25 de laserbundel overeenkomstig de tweede werkwijze te bewegen, omdat het lichtleideel een licht-ontvangend einde heeft, dat zich uitstrekt langs de hoofdaftastlijn van de laserbundel, zodat dus een mechanische beweging alleen behoeft te worden uitgevoerd in de ondergeschikte richting. De fosforplaat kan met andere woorden bij-30 voorbeeld alleen in de ondergeschikte richting worden bewogen door een mechanisch middel, of de laserbundel kan alleen worden bewogen in de ondergeschikte richting, samen met het lichtleideel.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin : 35 fig. IA een ruimtelijk aanzicht is van een voorbeeld van het 7909286 ......Ίο ......' ' .....

onderhavige lichtleideel, fig. 1B e.en ruimtelijk aanzicht is van een ander voorbeeld van het onderhavige lichtleideel, fig. 2 schematisch een uitvoeringsvorm toont van de onderha-5 vige inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, fig. 3 en k schematisch andere uitvoeringsvormen tonen van de onderhavige inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, waarbij een paar lichtleidelen wordt gebruikt, fig. 5 schematisch een andere uitvoeringsvorm toont van de on-10 derhavige inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, waarbij een spiegel wordt gebruikt in plaats van. êên lichtleideel, fig. 6 een ruimtelijk aanzicht is van de in fig. 5 weergegeven uitvoeringsvorm, fig. 7 en 8 zij-aanzicht en zijn van voorbeelden van de bij de 15 uitvoeringsvorm volgens fig. 5 en 6 gebruikte spiegel, fig, 9 een ruimtelijk aanzicht is van de constuctie van het middel voor het verstellen van de hoek van de spiegel, toegepast bij de in de fig. 5 en 6 weergegeven uitvoeringsvorm, fig. 10 ter verduidelijking de stappen toont van de werkwijze 20 voor het vervaardigen van het lichtleideel, fig. 11 schematisch nog een andere uitvoeringsvorm toont van de onderhavige inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, waarbij een kleurzeef wordt toegepast voor de fotodetectors, fig. 12 een ruimtelijk aanzicht is van de in fig. 11 weerge-25 geven uitvoeringsvorm, en fig. 13 een grafiek toont van de betrekking tussen de lichtopvang-doelmatigheid en de verhouding van de lengte L tot de breedte ¥ van het onderhavige lichtleideel. ,

Onder verwijzing naar fig. 1A en 1B, heeft een lichtleideel 12 30 een rechtlijnig einde 12a en een ringvormig einde 12b, zoals weergegeven. Bij. het in fig. 1A weergegeven voorbeeld, heeft het ringvormige einde 12b een overlappend gedeelte. Bij gebruik in de praktijk, beïnvloedt dit overlappend gedeelte niet waarneembaar de resultaten. Opgemerkt moet worden, dat dit overlappen veelal nodig is 35 voor het laten passen -van het ringvormige einde 12b op een klein 7 9 0 3 2 8 8 η licht-ontvangend eindvlak. van een fotodetector, Bij het in fig, 1B weergegeven crooraeeld, ia er geen. overlappend gedeelte aanwezig oij het ringvormige einde 12b, De hiervoor genoemde lengte L en breedte W zijn weergegeven in fig. 1A. Het licntleideel 12 5 vangt licht op bij de inlaat of het rechtlijnige einde 12a en iaat dit licht door naar de uit iaat of het ringvormige einde 12b met herhaaidelijke totale terugkaatsingen daarin.

Pig. 2 toont een uitvoeringsvorm van de onderhavige inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, welke inrich-10 ting is voorzien van een plaathouder 10, die beweegbaar is in een horizontaal vlak en een te stimuleren fosforplaat 11' in de door een pijl aangegeven ondergeschikte aftastrichting voortbeweegt, De te stimuleren fosforplaat 11 heeft een rechthoekige gedaante. Het licht leidsel. 12'met de in fig,. 1A. of 13 weergegeven gedaante, is 15 aangebracht boven de te stimuleren fosforplaat 11, waarbij de rechtlijnige inlaat 12a daarvan zich nabij de hoofdaftastlijn bevindt van de laserbundel op het oppervlak van de te stimuleren fosfor 11, en. de ringvormige uitlaat 12b daarvan is verbonden met een licht-ontvangend eindvlak 13a van een fotodetector 13. De te stimu-20 leren fosforplaat 11 is bijvoorbeeld vervaardigd door het aanbrengen van een 3aFCi:3u fosfor met een gemiddelde korrelgrootte van -10 ^um op een onderlaag van cellulose triacetaat door toepassing van nitrocellulose met een gedroogde dikte van 200 ^um.

Sen laserbron 15 s die zich boven de fosforplaat 11 bevindt, 25 zendt een rood-laserbundel uit, voorzien van een golflengte van 600 tot 700 nm. De uitgezonden rood-laserbundel wordt teruggekaatst door een terugkaatser 1 h- voor het aftasten van de fosforplaat 11, gemonteerd aan de plaathouder 10, voor het stimuleren van de fosforlaag van de fosforplaat 11. Door het stimuleren zendt de fos-30 forlaag licht uit overeenkomstig de daarin door blootstelling aan röntgenstralen opgeslagen stralingsenergie. De in de fosforplaat 11 opgesiagen röntgenbeeldinformatie wordt dus cmgezet in informatie, die door het daardoor uitgezonden licht wordt gedragen.

Door het. voortbewegen van de plaathouder 10 in de door de pi.jl 35 aangegeven richting en het aftasten van de laserbundel in de hoofd-

7 9 0 9 2 8 S

12 aftastrichting loodrecht hierop, wordt de fosforplaat 12 twee-dimen-sionaal afgetast.. Eet door de fosforplaat 11 uitgezonden licht bij het stimuleren daarvan door de laserbundel, gaat het lichtleideel 12 binnen door de inlaat 12a daarvan,, en wordt doorgelaten onder 5 een-totaal terugkaatser totaan de uitlaat 12b daarvan, waarna het licht het licht-ontvangende eindvlak 13a binnengaat van de foto-detector 13, waardoor het licht wordt omgezet in een elektrisch signaal.

Het zodoende verkregen elektrische signaal vertegenwoordigt de 10' rontgenbeeldinformatie, en wordt gebruikt voor het regelen van een registrerende laserhundelmodulator voor het moduleren van. een re-' gistrerende laserbundel,, en het registreren of weergeven van het röntgenbeeld op een registreermedium, zoals een fotografische film.

De hierbij gebruikte fotodetector 13 moet alleen gevoeligheid 15 hebben voor het licht, uitgezonden door de te stimuleren fosforplaat 11 en niet voor de stimuleerstralen of moet worden gebruikt in samenhang met een kleurzeef, die alleen het licht doorlaat, uitgezonden door de te stimuleren fosforplaat 11, voor het gekozen waarnemen van alleen het licht, uitgezonden door de fosfor -bij 20 het stimuleren daarvan.

Pig. 3 toont een andere uitvoeringsvorm, waarbij het licht, uitgezonden bij het stimuleren, aan weerszijden van de te stimuleren fosforplaat 11 wordt waargenomen. Bij deze uitvoeringsvorm zijn de onderlaag van de fosforplaat 11 en de plaathouder 10 doorzichtig 25 gemaakt voor het doorlaten van het licht, uitgezonden door de fosforplaat 11. Een paar waarneemstelsels 16 en 16' is aangebracht aan weerszijden van de plaathouder 10. Een waarneemst els el 16, bestaande uit een lichtleideel en een fotodetector, neemt het licht waar, uitgezonden door het bovenoppervlak van de fosforplaat 11, 30 waarbij het andere waarneemstelsel. 16', bestaande uit dezelfde onderdelen, het licht waarneemt, uitgezonden door het onderoppervlak van de fosforplaat 11. De inlaat van het lichtleideel van het waar-neemstelsel 16’, dat zich bevindt aan de tegenoverliggende zijde van de houder 10 met betrekking tot het laseraftaststelsel, bestaan-35 de uit een laserbron 15 en een terugkaatser 1U, kan zich direkt 79 0 9 2 8 § 13 .......

onder de af tastlijn bevinden van de fosforplaat 11, zoals weergegeven in fig. 3- Omdat bij deze uitvoeringsvorm twee waarneemstelsels 16 en 16* worden gebruikt, wordt de lich.topvangdoelaatigh.eid verbeterd, evenals de 3/IT-verhouding.

5 Fig. fig. k. loont een andere uitvoeringsvorm, waarbij een paar waarneemstelsels zich aan een zijde van de te stimuleren fosforplaat 11 hervindt. Onder verwijzing naar fig. k, bevindt een paar lichtleidelen 12 en 12’ zich aan weerszijden van de aftastlijn aan dezelfde zijde van de fosforplaat 11, waarbij daartussen een 10 ruimte wordt gevormd voor het mogelijk maken voor het botsen op en aftasten van de fosforplaat 11 door een aftastlaserbundel.

Door toepassing van het paar lichtleidelen 12 en 12' is het mogelijk meer licht te vangen, uitgezonden door de fosforplaat 11 en naar alle richtingen gedivergeerd, zodat dus de lichtopvangdoel-15 matigheid kan worden verbeterd. In dit geval kunnen de uit laat 12b van een lichtleideel 12 en de uitlaat 12b’ van het andere deel zijn verbonden net een gemeenschappelijke fotodetector of met afzonderlijke fotodetectors, zoals weergegeven. Wanneer de afzonderlijke fo— todetectcrs worden gebruikt, kunnen de uitgangen daarvan worden 20 samengevoegd door het eenvoudig optellen van de uitgangssignalen.

Fig. 5 en 6 tonen nog een andere uitvoeringsvorm, waarbij een spiegel wordt gebruikt voor het verbeteren van de lichtopvangdoel-matigheid. Onder verwijzing naar de fig, 5 en 6 bevindt een langwerpige spiegel 18 zich voor de rechtlijnige inlaat 12a van het 25 lichtleideel 12, waarbij een aftastlijn 17 van. de fosforplaat 11 zich daartussen bevindt, zodat het terugkaatsvlak 18a van de spiegel 18 is· gericht naar de inlaat 12a voor het terugkaatsen van een gedeelte van het uitgezonden licht naar de inlaat 12a. De langwerpige spiegel 18 heeft vrijwel dezelfde lengte als de rechtlijnige 30 inlaat 12a van het lichtleideel. 12. De spiegel 18 is bijvoorbeeld vervaardigd door het vacuum opdampen van aluminium of zilver op een onderlaag, De constructie of gedaante van de spiegel 18 en het terugkaatsoppervlak 13a zijn gedetailleerd weergegeven in de fig.

7, 8 en 9· Zoals weergegeven in fig. 7, ontvangt het terugkaats-35 oppervlak l3a van ie spiegel 13, vrijwel al het licht L2, afge-

7 9 0 9 2 8 S

%

1U

zien van het licht L1, dat direkt wordt ontvangen door de inlaat 12a van het lichtleideel 12, van het door de fosforplaat 11 hij de aftastlijn 17' uitgezonden licht, waarbij het ontvangen licht L2 wordt teruggekaatst naar de inlaat 12a. Voor het doeltreffend uit-5 voeren van deze werking, heeft het terugkaatsoppervlak 18a van de spiegel 18 een niet-rechtlijnige dwarsdoorsnede in een vertikaal vlak, zoals weergegeven in fig, 7 en 8. De'niet-rechtlijnige dwarsdoorsnede is verder hij voorkeur in de-vorm. van een gedeelte van een ellips 19, waarvan het brandpunt op de aftastlijn 17 10 ligt, zoals weergegeven in fig. 7· Dit kan een gedeelte zijn van een parabool... Bij toepassing in de praktijk echter, behoeft dit niet nauwkeurig een ellips of parabool te zijn, indien de terugkaats-doelmatigheid of lichtopvangdoelmatigheid voldoende is. Het terugkaat soppervlak 18a kan bijvoorbeeld zijn samengesteld uit drie 15 terugkaatsoppervlakken, zoals weergegeven in. fig. 8. De drie terug-kaatsoppervlakken hebben het platte'gedeelte in het midden en de bovenste en onderste schuine gedeelten 18a' en 18a", die daarmede zijn verbonden. De drie terugkaatsoppervlakken werken samen als een gebogen, oppervlak voor het doelmatig terugkaatsen van het 20 ontvangen licht naar de inlaat 12a van het lichtleideel 12, In dit geval zijn de terugkaatsoppervlaktegedeelten 18a’ en 18a" beide evenwijdig aan de aftastlijn 17, waarbij zij onderling schuin staan. Het aantal terugkaatsoppervlaktegedeelten, zoals de gedeel- -ten 18a' en 18a", kan op juiste wijze worden gekozen, hetgeen in 25 totaal twee kan zijn. Het terugkaatsoppervlak kan met andere woorden alleen bestaan uit twee schuine oppervlakken, waarbij het in fig. 8 weergegeven voorbeeld in totaal drie gedeelten heeft. Aan de andere kant echter is op te merken, dat de terugkaatsoppervlakken van deze soort het licht enigermate absorberen, zodat dus 30 het aantal terugkaatsingen derhalve bij voorkeur een is.

Ofschoon de langwerpige spiegel 18 in een voorafbepaalde stand kan zijn bevestigd, is het voor het vereffenen van een verandering van de lichtopvangdoelmatigheid langs de aftastlijn gewenst, dat een verstelmi'ddel is gemonteerd voor het fijn verstellen van de 35 hoek en/of de afstand door toepassing van ver stel schroeven 20, ,“9 0 9 2 8 6 15 * zoals· weergegeven in fig. 9·.

Door toepassing Tan de langwerpige spiegel 18, kan de liehtop-vangdcelmatigheid gemakkelijk. worden verbeterd zonder een paar . licbtleidelen te gebruiken. Dit verdient op grond van de kosten de 5 voorkeur in vergelijking met de uitvoeringsvorm, waarbij gebruik wordt gemaakt van een paar licbtleidelen, zoals weergegeven in fig.

3 en

Het lichtleideel 12 kan, worden vervaardigd door Het verwarmen • en vormen van een thermoplastisch., doorzichtig materiaal, zoals 10 acryihars. Hen werkwijze voor het op deze wijze vervaardigen van het lichtleideel, wordt hierna beschreven onder verwijzing naar fig. 10.

Eerst wordt een acrylharsplaat, waarvan het oppervlak is afgewerkt tot. een voldoende gladheid, tot een acrylharsplaat 21 15 gesneden met een voorafbepaalde afmeting. De tegenover elkaar liggende einden 21a en 21b van de acrylharsplaat 21 worden afgeschuurd en afgewerkt tot een spiegeloppervlak.

Dan worden de eindhoeken van de uitlaatzijde weggesneden voor het vormen van een driehoekig einde voor het vergemakkelijken van 2Q het buigen.

Het andere einde van de acrylplaat 21 wordt vast gezet -tussen . een paar klemplaten 22a. en 22b, welke platen sen houder 23 vormen.

Eet inwendige oppervlak van de houder is glad afgewerkt en voorzien van een loslaatmiddel. Eadat de acrylharsplaat eveneens is 25 voorzien van een loslaatmiddel, wordt de acrylharsplaat 21 door de houder 23 vastgezet voor het in de gedaante houden van het in-laateinde om te passen op de aftastlijn van de laserbundel, d.w.z. rechtlijnig of gebogen gedurende het verwarmen.

De acrylharsplaat 21 wordt verwarmd in een oven gedurende on-30 geveer 25 - 30 minuten op een temperatuur van ongeveer 160° C samen met de houder 23.

De verwarmde acrylharsplaat 21 wordt uit de oven genomen, waarna het uitlaateinde van de plaat 21 met de handen voorafgaande aan het- af koelen en harden daarvan, rond. wordt gemaakt:, waarbij 35 de houder 23 met de handen wordt vastgehouden door een andere be- 79 0 32 S *5 'V » . - ” dienaar.

Nadat het uit laat einde rond is gemaakt,. -wordt dit ronde einde geplaatst in. een vormmal 2k en op natuurlijke wijze afgekoeld en gehard. De mal 2h bestaat uit een doos, voorzien van een gat in de 5 bovenkant daarvan, welk gat is voorzien van een ring 25, die aan de bovenkant is gemonteerd. De doos is verder voorzien van een paar draagarmen 26 aan de tegenover elkaar liggende zijden daarvan voor het opnemen van de houder 23 in de opneeminkepingen 26a daarvan, zoals weergegeven. Wanneer het onderste einde of' het uit— 10' laateinde van de harsplaat 21 in de ring 25 is geplaatst van de doos, en de houder 23 omhoog, wordt gehouden, kan de harsplaat 21 bij. kamertemperatuur afkoelen. Tijdens deze faze is de harsplaat 21 alleen in aanraking-met de houder 23 en de ring 25, waarbij de rest daarvan vrij is aan de lucht . Omdat het koelen een natuur-15 lijk koelen is, wordt geen inwendige spanning opgebouwd in de harsplaat, · ·

Na een langdurig koelen, wordt de acrylharsplaat 21 verwijderd uit de vormmal 2k, waarbij de houder 23 wordt verwijderd van de harsplaat 21.

20 'Vervolgens wordt het inlaateinde van de harsplaat 21 geplaatst in een andere mal 27 en met een snijmes 28 van een vormorgaan af gesneden. Na het afsnijden, wordt het snij-oppervlak van het inlaateinde 21 c van de harsplaat 21 afgeschuurd met schuurpapier 30, bevestigd aan een houten blok 29 gedurende 30 minuten.

25 'Verder wordt het geschuurde oppervlak 21c fijn geschuurd door toepassing van een aluminium oxyde schuurmiddel en een schuuror-gaan 33, bestaande uit een stuk fluweel 32, bevestigd aan een houten blok 31. De aluminium oxyde deeltjes hebben bij voorkeur een korrel-grootte van 0,3 ^urn tijdens de eerste stap van het schuren, waarna 30 aluminium oxyde deeltjes met een korrelgrootte van 0,05 yum worden gebruikt voor het in voldoende mate schuren van het oppervlak tijdens de tweede stap van het schuren.

Na de schuur stappen, wordt het uitlaateinde afgesneden met een zaag 3^.

35 Dan wordt het eindvlak van het uitlaateinde af geschuurd met 7999286 π schuurpapier 36, bevestigd, aan. een platte houten plaat 35, waarbij de harsplaat 21 is bedekt met een afscherming, die in de tekening niet is veer gegeven, gedurende ongeveer een uur.

Tenslotte vordt het geschuurde oppervlak van het uitlaateinde 5 verder geschuurd door toepassing van een schuurmiddel van aluminium cxyde met een stuk fluweel 38, bevestigd aan een platte, houten plaat 37. Het eindviak van het uitlaateinde vordt zodoende tot een spiegelgladheid afgewerkt.

Zodoende kan een lichtleideel 21 met spiegelglad afgewerkte 10 einden worden verkregen.

Cp te merken is, dat de hiervoor beschreven werkwijze een van de werkwijzen is voor het vervaardigen van een lichtleideel, waarbij andere werkwijzen of variaties van de voornoemde werkwijze mogelijk zijn voor het verkrijgen van het gewenste lichtleideel.

15 3ij de hiervoor beschreven werkwijze, zoals weergegeven in fig. 10, wordt de harsplaat 21 afgekoeld, waarbij de houder 23 daarvan omhoog wordt_gedragen. Op te merken is echter, dat de houder 23 zich. in een onderste stand kan. bevinden gedurende de koelstap. Verder kan tijdens de verwarmingsstap, de op een onderste plaats 20 in fig. 10 zich bevindende houder 23, op een hogere plaats aanwezig zijn. Ook is het mogelijk de harsplaat 21 in een horizontale stand te verwarmen en te koelen. Verder behoeft de vervarmingstemperatuur niet te zijn beperkt tot de hiervoor genoemde, waarbij de verwar-mingstemperatuur op juiste wijze kan worden gekozen boven het ver-25 werkingspunt van de harsplaat. De verwarmingstijd kan eveneens op juiste wijze worden gekozen.

Bovendien is het duidelijk, dat de harsplaat door een mecha*-niseh middel kan worden gehanteerd, wanneer de plaat uit de oven wordt genomen of wordt gerond voor het vormen van een ringvormig 30 einde. De afmeting van de harsplaat kan eveneens op juiste wijze worden gekozen overeenkomstig de afmeting van een te stimuleren fosierplaat. De koelstap behoeft niet een natuurlijk koelen te zijn, maar kan zodanig worden geregeld, dat bijvoorbeeld vanaf 0 7009236 30 C geleidelijk wordt gekoeld, 35 Ook is op te merken, dat de uitvinding in verschillende andere 18 uitvoeringsvormen dan hiervoor beschreven, kan worden toegepast.

De te stimuleren fosforplaatdie als een plat deel is beschreven, kan bijvoorbeeld buigzaam zijn en zijn gemonteerd aan een trommel en dergelijke. De trommel kan worden gedraaid, voor het on-5 dergeschikt aftasten van de fosforplaat bij het hoofdaftasten door de laserbundel.

Verder wordt bij de hiervoor beschreven uitvoeringsvormen een rood-laserbundel met een golflengte in het bereik van 600 tot 700. nm gebruikt als een stimuleer straal, en een BaFCl:Eu fosfor, 10 die licht uit zendt met de golflengte in het bereik van 300 tot 500 nm. als de te stimuleren fosfor voor het duidelijk scheiden van de stimuleerstralen en het door de fosfor uitgezonden licht, en het verbeteren van de S/ïT-verhouding. Het is echter mogelijk een te stimuleren fosfor te gebruiken, die licht uitzendt met een golfleng-15 t ever deling., die de golflengte overlapt van de stimuleerstralen door toepassing van een kleurzeef voor de fotodetector, welke zeef de golflengte van de stimuleerstralen afsnijdt en alleen het door de fosfor uitgezonden licht doorlaat. De kleurzeef kan zijn voorzien aan het inlaateinde 12a of aan het uitlaateinde 12b van het 20 lichtleideel 12. Verder is het. mogelijk het lichtleideel 12 zelf te kleuren voor het tot stand brengen van het afsnijden van de golflengte. De kleurzeef kan worden aangebracht op het eindvlak van het lichtleideel door vacuum opdampen. 'Verder is het in een dergelijk geval ook mogelijk een fotodetector te gebruiken, die alleen 25 gevoelig is voor het door de fosfor uitgezonden licht.

In het geval, dat er een verschil is in de lichtopvangdoelma-tigheid in de richting van het hoofdaftasten als gevolg van veranderingen in de lichtdoorlaatdoelmatigheid van het lichtleideel, is het gewenst het verschil op te heffen door het verwerken van het uit-30 gangssignaal van de fotodetector door gebruik van een geheugenmid-del en dergelijke, dat van. tevoren is voorzien'van gegevens met betrekking tot de veranderingen, en deze vereffent, zoals geopenbaard in het "Journal of the S.M.P.T.E." vol 87, 1978, blz. 209 - 213.

Overeenkomstig de uitvinding kan het licht, uitgezonden door 35 de te stimuleren fosfor en met een zeer kleine sterkte, doelmatig ” 9 0 3 2 8 6 19 worden opgevangen door toepassing van het lichtleideel, en verder doelmatig, in de fotodetector worden gebracht.. Dientengevolge wo-rdt de lichtopvangdoelmatigheid aanzienlijk verbeterd, evenals de S/ïï-verhcuding. Verder wordt de afmeting van de uitleesinrichting aan— 5 zienlijk verkleind,, waarbij de vervaardigingskosten belangrijk worden verlaagd.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een aantal voorbeelden.

VOORBEELD I

10 Sen paar lichtleidelen, vervaardigd van acrylhars en met een dikte van 5 mm, een breedte van 200 mm. en een lengte van 300 mm, werd aangebracht aan weerszijden van een aftastlijn aan dezelfde zijde van een te stimuleren, fosforplaat 11, vastgehouden op een houder 10, zoals weergegeven in fig. U. De ringvormige uitlaatein-15’ den van de lichtleidelen waren gevormd om te worden verbonden met het iicht-ontvangende eindvlak van fotovermenigvuldigers van 7S5 cm. Als de te stimuleren fosforplaat, gemonteerd aan de houder, werd een vierkante plaat gebruikt met een afmeting van 200 mm x 200 mm, welke plaat een te stimuleren fosforlaag droeg van BsFClrEu. Als 20 de laserbron werd gebruikgemaakt van een Ee-Ee laser (633 nm), voorzien van een uitgangsvermogen van 10 mW.

De laserbundel werd tot aftasten gebracht van de te stimuleren fosforplaat door toepassing van een aftastspiegel, waarbij het door de fosfor bij stimulering daarvan uitgezonden licht werd waargeno-25 men door gebruik van fotovermenigvuldigers van 7,5 cm met een spectrale gevoeligheid van S-l 1. Voor de fotovermenigvuldigers werden kieurzeven aangebracht, die een doorlaatbaarheid hadden van 0,01# voor het licht met de golflengte van 633 nm, en van 80# voor het licht met de golflengte van U00 nm.

30 Als gevolg hiervan werd nagenoeg 80# van het door de te stimule ren fosfor uitgezonden licht, opgevangen, waarbij in hoofdzaak 90# van het opgevangen licht in de fotodetectors werd gebracht. De S/S-verhouding werd zodoende vergroot tot meer dan tweemaal die van een gebruikelijke inrichting.

35 79 0 92 35 VC0BBEELD

20 *

Een acrylharsplaat met een dikte ran 5 m en een plaat met een dikte van 8 mm werden verwarmd en week gemaakt voor het vervaardigen van liehtleidelen met·, een "breedte hij het inlaateinde van respectievelijk 200 mm en 380 mm.. Het inlaateinde van de twee mon-5 sters van het lichtleideel werden rechtlijnig uit gevoerd, waarbij het uitlaateinde ringvormig werd uitgevoerd. Bij de plaat met het- 200 mm einde werd het ringvormige einde uitgevoerd om te wor-dën verbonden met het licht-ontvangende eindvlak van een fotoverme-nigvuldiger van 7,5 cm,, waarbij bij de plaat met het 380 mm einde, 10 het ringvormige einde werd uitgevoerd om te worden verbonden met het licht-ontvangende eindvlak van een fotovermenigvuldiger van 12,5 cm.

De lichtopvangdoelmatigheid werd gemeten door gebruik van de beschreven liehtleidelen in de in de fig. 11 en 12 weergegeven 1 5 inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformati-e.

Als de te stimuleren fosforplaat 11, aangebracht aan de houder 10, werd een rechthoekige plaat met een afmeting van 356 mm x ^30 mm ~~ gebruikt, die een te. stimuleren fosforlaag droeg van BaFCBr:Eu.

Als de laserbron werd een He-He laser (633 nm) gebruikt, voorzien 20 van een uitgangsvermogen van 10 mV.

De laserstraal werd tot aftasten gebracht van de te stimuleren. fosforplaat door toepassing van een aftastspiegel 1k, waarbij het door de fosfor bij stimulering daarvan uitgezonden licht werd waargenomen door gebruik van een paar fotovermenigvuldigers 25 13 en 13f met een spectrale gevoeligheid van S-11 via het paar liehtleidelen 12 en 12'. Voor de fotovermenigvuldigers 13 en 13r, waren kleurzeven 39 en 39' met een doorlaatbaarheid van 0,01$ voor het licht met de golflengte van 633 nm, en 80$ voor UOO nm, aangebracht voor het gekozen doorlaten van het door de fosforplaat 3Q 11 uitgezonden licht.

De zodoende verkregen resultaten zijn weergegeven in fig. 13. Deze figuur toont de lichtopvangdoelmatigheid, die het gevolg is van de toepassing van het lichtleideel als een functie van de verhouding van de lengte L tot de breedte W van het lichtleideel.

35 De lichtopvangdoelmatigheid werd gemeten vanuit het oogpunt van 7909286 21 het uitgangsvermogen van de fotovermenigvuldiger, Sr werd geen waarneembaar verschil ongemerkt in de lichtopvangdoelnatigheid tussen de lichtleidelen met de verschillende dikten.

Zoals weergegeven in fig. 13»' was de lichtopvangdoelmatigheid 5 meer dan 70% in het bereik, van 0,l· tot 1,5 van de verhouding L/W, en meer dan 90% in het bereik van 0,5 tot 1,0· van de verhouding Lftr.

VOORBEELD III

Een aerylharsplaat met een dikte van 5 mm, zoals gebruikt in 10 het voorbeeld II, werd gebruikt voor het vervaardigen van een licht-leideel met een inlaat einde met een lengte van 200 mm. Het uit laat-einde werd tot een ringvormige gedaante gevormd om te worden verbonden met een licht-ontvangend eindvlak. van een fotovermenigvul-diger van 7,5 cm.

15 Het zodoende verkregen lichtleideel werd gebruikt in de in de fig. 5 en 6 weergegeven inrichting voor het uitlezen van stralings— beeldinformatie, waarbij een spiegel werd gebruikt in samenhang met het lichtleideel voor het verbeteren van de lichtopvangdoelmatig— heid. Als de spiegel werd gebruik, gemaakt van een langwerpige spie-20 gel met een terugkaatsoppervlak, vervaardigd door vacuum opdampen van aluminium, welk. oppervlak in doorsnede was gebogen tot een ellipsvormige gedaante. De terugkaatsdoelmatigheid was ongeveer 92,5% voor het door de fosfor uitgezonden licht.

Als- de te stimuleren fosforplaat, gemonteerd aan de houder, 25 werd gebruik gemaakt van een vierkante plaat met een afmeting van 200 mm x 200 mm, welke plaat een te stimuleren fosforlaag droeg van 3aF5r:Eu, Als de laserbron werd gebruik gemaakt van een Ee-He laser (o33 urn), voorzien van een uitgangsvermogen van 10 mV.

De laserbundel werd tot aftasten gebracht van de te stimuleren 30 fosforplaat 11 door gebruik van een aftastspiegel 1U, waarbij het door de fosfor bij het stimuleren daarvan uitgezonden licht enerzijds werd opgevangen door het lichtleideel 12 en anderzijds teruggekaatst door de spiegel 18 naar het lichtleideel 12 voor het zodoende doelmatig opvangen van het uitgezonden licht. Het door het lichtleideel 35 12 opgevangen licht werd tenslotte waargenomen door een fotover- 79 0 9 2 8 6 22 menigvuldiger 13 van 7,5 cm met .een spectrale gevoeligheid van S—11 -Voor de fotovermenigvuldiger 13'- was een kleurzeef aangebracht met een doorlaatbaarheid van 0,01% voor het licht met de golflengte van 633 nm, en 80% voor UOO' nm voor het gekozen doorlaten van 5 het door de fosforplaat 11 uitgezonden licht.

Als gevolg hiervan -werd de lichtopvangdoelmatigheid vergroot . tot ongeveer- 1,8 tot 1,85 maal die van de inrichting, waarbij slechts een. lichtleideel en geen spiegel werd. toegepast, Dit resultaat lag slechts iets lager dan de lichtopvangdoelmatigheid 10. van de inrichting, waarbij gebruik werd gemaakt van een paar licht-leidelen en de lichtopvangdoelmatigheid was verdubbeld.

7909286

Claims (13)

1. 23 " CONCLUSIES :
2. 1. Inrichting voor het uitlezen van stralingsbeeldinformatie, geregistreerd op een te stimuleren fo sf or plaatdoor het aftasten daarvan met een stimuleer straal, gekenmerkt door een fotodetector voor het waarnemen van het door de te stimuleren, fosforplaat bij 5 het stimuleren van de te stimuleren fosfor uitgezonden licht, en door een lichtleideel, aangehracht tussen de fotodetector en de te stimuleren fosforplaat voor het doorlaten van het door de te stimuleren fosforplaat uitgezonden licht naar de fotodetector, welk. lichtleideel is vervaardigd van een licht-doorlatend plaat-10 materiaal, waarvan een einde zich "bevindt bij een aftastlijn op de te stimuleren fosforplaat, en het andere einde hij het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector, en in gedaante is aangepast aan dit. eindvlak.
3. 2. Inrichting volgens conclusie 1 met.het kenmerk, dat het bij de 15" aftastlijn te plaatsen einde is gevormd tot een rechtlijnige gedaante, waarbij het andere, bij het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector te plaatsen einde, is gevormd tot een ringvormige gedaante, aangepast aan het licht-ontvangende eindvlak van de fotodetector.
4. 3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de verhouding van de lengte van het ene einde tot het andere van het lichtleideel, tot de breedte van het einde bij de aftastlijn, in het bereik ligt van 0,¾. tot 1,5. k. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk 25 dat het licht-doorlatende plaatmateriaal is vervaardigd van een doorzichtige, thermoplastische kunsthars, die licht doorlaat met de golflengte van 300 tot 500 nm.
5. 5. Inrichting volgens conclusie b met het kenmerk, dat het lichtleideel wordt vervaardigd door het verwarmen en week maken van een door-3G zichtige, thermoplastische kunsthars, waarbij een einde daarvan wordt vastgehouden in een gedaante, aangepast aan de aftastlijn, door het koelen daarvan, waarbij het andere einde in een ringvormige gedaante wordt gehouden, en door het afschuren van de twee einden, 7 9 0 3 2 3 6 2k
6. 6. Inrich.ti.ng volgens conclusie 5 met het kenmerk, dat de doorzichtige, thermoplastische kunsthars wordt afgekoeld, waarbij het andere einde daarvan aangrijpt in een mal in. de vorm van een ring.
7. 7. Inrichting volgens een der conclusies k - 6 met het kenmerk, 5 dat de doorzichtige,, thermoplastische kunsthars bestaat uit acrylhars.
8. 8. Inrichting volgens conclusie 7 met het kenmerk, dat de verhouding van de lengte vanaf het ene einde naar het andere van het lichtleideel, tot de breedte van het einde bij de aftastlijn, in 10 het bereik ligt van 0,5 tot. 1,0.
9. 9· Inrichting volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat een paar lichtleidelen tegenover elkaar is opgesteld met de aftastlijnplaats daartussen.
10. 10. Inrichting volgens een der conclusies 1-8 met het kenmerk, 15 dateen.i.lichtterugkaatsend middel, voorzien van in hoofdzaak dezelfde lengte als van het einde bij de aftastlijn, is aangebracht tegenover het lichtleideel met de aftastlijn tussen het terugkaatsende middel en het lichtleideel voor het ontvangen van vrijwel al het door de te stimuleren plaat uitgezonden licht met uitzonde-20 ring van het licht, dat direkt wordt ontvangen door het einde van het lichtleideel, en het terugkaatsen van het ontvangen licht naar het einde van het lichtleideel bij de aftastlijn, welk licht-terugkaat send middel en niet-rechtlijnige dwarsdoorsnede heeft in een vertikaal, vlak, en is gescheiden van het lichtleideel voor het ver-25 schaffen van. een ruimte tussen dit middel en het lichtleideel voor het doorlaten van de op de te stimuleren fosforplaat te botsen stimuleerstraal.
11. 11. Inrichting volgens conclusie 10 met het kenmerk, dat de niet-rechtlijnige dwarsdoorsnede in de vorm is van een gedeelte 30 van een ellips, waarvan het brandpunt op de aftastlijn ligt.
12. 12. Inrichting volgens conclusie 10 met het kenmerk, dat het licht- terugkaatsende middel een spiegel is met althans twee terugkaatsende platte vlakken, die evenwijdig zijn aan de aftastlijn, en onderling schuin staan onder een hoek. *
13. 13. Inrichting volgens een der conclusies· 10 - 12 met het kenmerk, 7909286 dat het terugkaat3ende middel is. voorzien van een verstelmiddel voor het verstellen van de hoek. van het terugkaatsende middel met "betrekking tot het iieht-ontvangende eindvlak van het einde van het lichtleideel, dat zich "bevindt hij de aftastlijn en/of de af-5 stand tussen het licht-terugkaatsende middel en het lichtleideel. 7909233