NL9401563A - Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica. - Google Patents

Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica. Download PDF

Info

Publication number
NL9401563A
NL9401563A NL9401563A NL9401563A NL9401563A NL 9401563 A NL9401563 A NL 9401563A NL 9401563 A NL9401563 A NL 9401563A NL 9401563 A NL9401563 A NL 9401563A NL 9401563 A NL9401563 A NL 9401563A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
medium
vessel
mycelium
fruit
fistulina
Prior art date
Application number
NL9401563A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192716C (nl
NL192716B (nl
Original Assignee
House Foods Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from JP5241475A external-priority patent/JP2759409B2/ja
Priority claimed from JP5241476A external-priority patent/JP2759410B2/ja
Priority claimed from JP5241474A external-priority patent/JP2808227B2/ja
Application filed by House Foods Corp filed Critical House Foods Corp
Publication of NL9401563A publication Critical patent/NL9401563A/nl
Priority to NL9700003A priority Critical patent/NL9700003A/nl
Publication of NL192716B publication Critical patent/NL192716B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192716C publication Critical patent/NL192716C/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G18/00Cultivation of mushrooms
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G18/00Cultivation of mushrooms
    • A01G18/60Cultivation rooms; Equipment therefor
    • A01G18/64Cultivation containers; Lids therefor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G18/00Cultivation of mushrooms
    • A01G18/60Cultivation rooms; Equipment therefor
    • A01G18/64Cultivation containers; Lids therefor
    • A01G18/65Cultivation containers; Lids therefor characterised by the lids, e.g. lids with filters

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Mycology (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Mushroom Cultivation (AREA)

Description

Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica
De onderhavige werkwijze heeft betrekking op een werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina henatica. die in staat is tot het efficiënt vormen van grote volgroeid vruchtlichamen van Fistulina hepatica. De onderhavige uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het vormen van vruchtlichamen van Fistulina henatica. alsook op een werkwijze voor het inoculeren.
Fistulina hepatica wordt ook wel "biefstuk-paddestoel" genoemd en groeit van nature in mei en juni of in oktober op de chinquapin-boom. Het vruchtlichaam (hoed) van Fistulina hepatica heeft een lever-achtige of rundertong-achtige vorm en een rood tot donker roodbruin oppervlak. Het vruchtlichaam heeft een diameter van ongeveer 10 tot 20 cm.
Schijven van het verse vruchtlichaam van Fistulina hepatica kunnen als zodanig of na braden met boter worden gegeten en het is bekend dat het een zeer smakelijke paddestoel is. Als Fistulina hepatica dus het gehele jaar in grote hoeveelheden kan worden gekweekt, kan het maaltijden verrijken en daarnaast kunnen daaruit uitstekend verwerkte voedingsmiddelen worden verkregen.
Hoewel de paddestoel-produktie de laatste tijd aan het toenemen is omdat technieken van het kunstmatig kweken worden ontwikkeld, zijn de variëteiten van de paddestoelen beperkt. Er is nog geen techniek ontwikkeld voor het kunstmatig kweken van Fistulina hepatica. Hoewel de Japanse octrooipublikatie voor oppositie-doeleinden (hierna aangeduid als "J.P. KOKOKU”) nrs. Sho 52-44.603 en Sho 54-27.912 technieken beschrijven voor het kweken van Fistulina hepatica. is het doel van deze technieken het verkrijgen van een antitumormiddel uit vegetatief mycelium dat wordt verkregen door het kweken van dit soort paddestoelen en tevens uit het kweekmedium dat daarvoor wordt gebruikt. Het doel daarvan is namelijk niet het verkrijgen van het vruchtlichaam maar het in grote hoeveelheden kweken van het vegetatieve mycelium.
Onder deze omstandigheden wordt het geëist een techniek te ontwikkelen voor het in een korte periode kunstmatig kweken van een volgroeid vruchtlichaam, in het bijzonder een groot volgroeid vruchtlichaam van Fistulina hepatica.
Het eerste doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze voor het kweken van Fistulina hepatica door middel van kunstmatig kweken, die het mogelijk maakt grote volgroeide vruchtlichamen daarvan te verkrijgen na de vorming van de primordia van de vruchtlicha- men.
Het tweede doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze voor het in een korte periode kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica door middel van kunstmatig kweken.
Het derde doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze voor het inoculeren van Fistulina hepatica. waardoor het mogelijk wordt de zwamdraden bij het kunstmatig kweken van Fistulina hepatica in een korte periode over het medium te verspreiden.
De hiervoor beschreven doelen en andere doelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden uit de volgende beschrijving en voorbeelden .
Het eerste deel van de uitvinding is tot stand gekomen op basis van de vondst dat wanneer de wanden van een vat dat de primordia van het vruchtlichaam omgeeft worden verwijderd na de vorming van de primordia op het medium om de vruchtlichamen naar de buitenkant van het vat te laten groeien, de volgroeide vruchtlichamen efficiënt in een korte periode kunnen worden verkregen.
Het eerste deel van de uitvinding verschaft namelijk een werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica. die de stappen omvat van het afsnijden van enkele delen van de zijwand van een kweekvat in de buurt van het primordium-vormende deel van het vruchtlichaam op een vast medium dat in het vat aanwezig is, met ten minste de bodem en de zijwanden voor het vormen van perforaties in de wand, en de vruchtlichamen naar de buitenkant van het vat door de perforaties laten groeien.
Het tweede deel van de uitvinding is tot stand gekomen op basis van de vondst dat wanneer de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium worden verspreid voor het verkrijgen van een medium dat volledig is gevuld met mycelium en het mycelium volgroeid genoeg is om vruchten te dragen en het volgroeide mycelium vervolgens wordt gekweekt onder gespecificeerde temperatuuromstandigheden, de vruchtlichamen efficiënt in een korte periode kunnen worden verkregen.
Het tweede deel van de uitvinding verschaft namelijk een werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepatica. die de stappen omvat van (1) het gedurende 1 tot 30 dagen bij 10 tot 30°C incuberen van een medium dat volledig is gevuld met mycelium tot het mycelium volgroeid genoeg is voor het dragen van vruchtlichamen, waarna de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium worden verspreid, het volledig is gevuld met mycelium en het mycelium volgroeid genoeg is voor het dragen van vruchten, voor het vormen van de primordia van het vruchtlichaam uit het volgroeide mycelium en (2) het gedurende 10 tot 40 dagen bij 10 tot 30°C kweken van de primordia zodat dit zich tot volgroeide vruchtlichamen ontwikkelt.
Het derde deel van de uitvinding is tot stand gekomen op basis van de vondst dat wanneer de inocula van Fistulina henatica door dispergeren in het gehele vaste medium worden geïnoculeerd en vervolgens worden gekweekt, de zwamdraden van Fistulina henatica. in tegenstelling met de gebruikelijke werkwijze van het inoculeren van paddestoelen, in een korte periode in het gehele medium kunnen worden verspreid.
Het derde deel van de uitvinding verschaft namelijk een werkwijze voor het inoculeren van Fistulina henatica. welke de stappen omvat van het mengen van de inocula van Fistulina henatica met een gesteriliseerd vast kweekmedium voor Fistulina henatica om de inocula in het gehele kweekmedium te dispergeren.
Figuur 1 is een ruwe schets die vruchtlichamen van Fistulina henatica toont die uit een vat groeien door perforaties in het vat. In figuur 1 geeft 1 de houder aan, geeft 2 de perforaties aan en geeft 3 bet volgroeide vruchtlichaam aan.
Bij de onderhavige uitvinding worden de paddestoel-inocula op of in het kweekmedium geïnoculeerd. Gewoonlijk worden de paddestoel-inocula op het oppervlak van het vaste medium geïnoculeerd. Deze werkwijze heeft de voorkeur, omdat de zwamdraden van Fistulina henatica in een korte periode kunnen worden verspreid als de inocula door dispergeren over het gehele vaste medium zijn geïnoculeerd en daarna het kweken wordt uitgevoerd.
Hoewel het kweekmedium voor Fistulina henatica ofwel vloeibaar of vast kan zijn, heeft het vaste medium de voorkeur. Ieder geschikt vast medium kan worden gebruikt. Daarbij is een vast medium dat bestaat uit (a) een houtmateriaal en (b) een voedingsmiddel, dat bestaat uit een saccharide en organische stikstof en dat een pH heeft in het traject van 3,5 tot 5,5, geschikt voor het praktisch uitvoeren van het kunstmatig kweken, omdat de zwamdraden van Fistulina henatica in een korte periode over het kweekmedium kunnen worden verspreid. Het houtmateriaal (a) dat de voorkeur heeft is bijvoorbeeld een houtpoeder zoals zaagsel. De hout-materialen omvatten tevens andere poeders die zijn verkregen door het verpulveren van hout met een verpulverinrichting of door hakken en hout-schaafsels of spaanders die zijn verkregen met een schaaf of snij-inrichting.
Voorbeelden van de houtmaterialen omvatten loofbomen zoals Fagus, Castanopsis, Pasania, Quercus, Betula, Alnus, Zelkova, Chamaecyparis,
Cryptomeria, Abies, Pinus en Larix. In het bijzonder worden de beuk, chinquapin, Quercus mongolica var. grosseserrata, zelkovaboom, altijdgroene eik, els en witte berk; en naaldloofbomen zoals de Japanse ceder, spar, Japanse lariks, Japanse rode den en hinoki-cipres genoemd. De berk, pasania, Castanopsis, Quercus serrata en Quercus mongolica var. grosseserrata hebben bijzondere voorkeur.
Voor het in een korte periode verspreiden van de zwamdraden van Fistulina henatica over het kweekmedium passeert ten minste 50 gew.# , bij voorkeur ten minste 70 gew.# en met meer voorkeur ten minste 80 gew.# van het houtmateriaal een zeef met een apertuur van 11,10 mm maar passeert het niet die van 850 pm, in het bijzonder passeert het een zeef met een apertuur van 6,00 mm maar passeert het niet die van 1,00 mm.
Het voedingsmiddel (b) omvat een saccharide en een organische stikstof. Het voedingsmiddel (b) is een mengsel van één of meer sacchariden die worden gekozen uit glucose, sacchariden, zetmeelsoorten, a-zetmeel-soorten en moutextract en één of meer organische stikstofverbindingen die worden gekozen uit aminozuren, peptons en gistextracten. Voorbeelden van voedingsmiddelen die in hoofdzaak zowel (een) saccharide(n) als (een) organische stikstofverbinding(en) omvatten zijn maïs-voedingsmiddel-toe-voegsels zoals gegranuleerde of verpulverde maïskolven en maïszemelen; sojaboon-voedingsmiddel-toevoegsels zoals tahoe-afval, ontvette sojabonen en sojaboonpoeder; voedingsmiddel-toevoegsels die worden gekozen uit tarwekiemen en de onbehandelde graanpoeders van rogge en haver; rijst-zemelen; tarwezemelen; en koji. Daarvan heeft koji bijzondere voorkeur. Het is tevens mogelijk een saccharide en/of een organische stikstofverbinding toe te voegen aan het voedingsmiddel dat in hoofdzaak het (de) saccharide(n) en de organische stikstofverbinding(en) omvat. Hoewel de hoeveelheid saccharide en organische stikstofverbinding die in het voedingsmiddel aanwezig zijn niet bijzonder beperkt wordt, bedraagt het saccharidegehalte bij voorkeur 0,1 tot 90 gew.#, gebaseerd op het voedingsmiddel, en bedraagt het gehalte organische stikstofverbinding bij voorkeur 0,02 tot 50 gew.#. De verhouding van het houtmateriaal tot het voedingsmiddel, die niet bijzonder beperkt is, bedraagt gewoonlijk 1:1 tot 9:1. bij voorkeur 3'·! tot 9:1 (op droge basis). Desgewenst kunnen anorganische verbindingen en metaalzouten, zoals fosfaten, magnesium-zouten en calciumzouten, aan het vaste medium worden toegevoegd.
Het vaste medium dat het houtmateriaal en voedingsmiddel bevat heeft een watergehalte van 50 tot 70 gew.#, bij voorkeur 50 tot 60 gew.# en met bijzondere voorkeur 56 tot 58 gew.#, gebaseerd op het gehele medium.
De pH van het vaste medium na sterilisatie door verhitten bedraagt 3,5 tot 5,5, bij voorkeur 4 tot 5.2 en met meer voorkeur 4,2 tot 5,0.
De pH van het medium varieert, afhankelijk van het soort en de hoeveelheid toegevoegd voedingsmiddel. Derhalve wordt de pH van het medium geregeld door vóór of na het steriliseren door verhitten bijvoorbeeld een geschikt anorganisch of organisch zuur, zoals een zoutzuuroplossing, een melkzuuroplossing, een azijnzuuroplossing of een barnsteenzuuroplossing, aan het kweekmedium toe te voegen. De pH van het medium wordt bepaald door het suspenderen van 5 g van het medium in 50 ml gedestilleerd water, de suspensie 10 minuten bewaren en bepalen van de pH van de suspensie.
Na het steriliseren van het vaste medium volgens een gebruikelijke werkwijze worden de inocula in vaste of vloeibare vorm onder steriele omstandigheden homogeen in het hiervoor beschreven vaste medium gemengd voor het dispergeren van de microben in het vaste medium en ze vervolgens te kweken. Het gesteriliseerde vaste medium wordt onder steriele omstandigheden met de inocula gemengd, hetgeen gebeurt met een werktafel in een reine ruimte of dergelijke, voor het vormen van het vaste medium dat een hoofdzakelijk homogeen mengsel met de inocula omvat, waarna het kweken begint. Daarnaast wordt, als de inocula die in openingen van het gesteriliseerde medium kunnen worden gegoten, zoals vloeibare inocula, worden gebruikt, het vaste medium dat de inocula bevat die daarin homogeen zijn gedispergeerd, gebruikt voor het starten van het kweken. Hoewel de hoeveelheid te dispergeren inocula in het vaste medium niet bijzonder beperkt is, bedraagt deze bij voorkeur ten minste 0,4 gewichtsdelen, met meer voorkeur 0,4 tot 20 gewichtsdelen en met de meeste voorkeur 1 tot 10 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen vast medium.
Het vaste medium wordt in het bijzonder in een vat gevoegd en vervolgens gesteriliseerd. Dit vat is bij voorkeur hetzelfde vat als wordt gebruikt voor het kweken van het vruchtlichaam van Fistulina hepatica in de richting van de buitenkant van het vat na het inoculeren van de inocula. Het vat moet ten minste een bodem en zijwanden hebben. De voorkeur heeft een afgesloten vat met een filter dat permeabel is voor gassen zoals zuurstof en kooldioxide, maar impermeabel voor sporen en dergelijke en bijzondere voorkeur heeft een kunststofzak waarbij eenvoudig gaten in de wanden kunnen worden gesneden. Van deze heeft een doorzichtig of semi-doorzichtig vat de voorkeur, omdat de primordia van het vruchtlichaam van Fistulina hepatica die in het vat groeien van buiten kunnen worden geobserveerd.
Bijzondere voorkeur hebben flexibele kunststofzakken die zijn ver- vaardigd van een polyalkeenfoelie, zoals polyetheen of polypropeen, een polyesterfoelie, zoals polyethyleentereftalaat, of een nylonfoelie of een foelie daarvan die uit meer lagen bestaat. De dikte van de foelie bedraagt bij voorkeur ongeveer 10 tot 80 pm. Hoewel geen filter noodzakelijk is als de kunststoffoelie als zodanig permeabel is voor gassen zoals zuurstof en kooldioxide, heeft het gewoonlijk de voorkeur een filter te verschaffen dat is gemaakt van polytetrafluoretheen, polyvinylideen-fluoride, een met cellulose gemengde ester of polycarbonaat, welke ont-luchtingsporiën met een grootte van 0,05 tot 2 pm heeft. Een dergelijk filter is in de handel verkrijgbaar. Een voorbeeld daarvan is Durapore Membrane Filter (Nippon Millipore Limited).
Bij de onderhavige uitvinding kan een vat, anders dan het vat dat hierboven is beschreven, tot het steriliseren van het vaste medium worden gebruikt, waarna op het tijdstip van het inoculeren de inhoud van het vat wordt overgebracht naar het hierboven beschreven vat. Na het toevoegen van het vaste medium aan het vat wordt het vat bij voorkeur gesteriliseerd door verhitten bij bijvoorbeeld 100 tot 120°C gedurende 30 tot 300 minuten.
Hoewel de hoeveelheid vast medium die vóór het inocuieren en kweken aan het vat wordt toegevoegd niet bijzonder beperkt is, bedraagt deze bij voorkeur 50 tot 85%, gebaseerd op de capaciteit van het vat.
Bij de onderhavige uitvinding worden de inocula die zijn geïnocu-leerd in het medium in het vat gekweekt volgens iedere geschikte werkwijze voor het verspreiden van de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium, waarbij een medium wordt verkregen dat volledig is gevuld met mycelium en waarbij het mycelium volgroeid genoeg is om vruchten te dragen. In het bijzonder worden de inocula onder steriele omstandigheden in het gesteriliseerde vaste medium gemengd om ze homogeen in het gehele medium te verspreiden en vervolgens wordt het vaste medium 15 tot 60 dagen bij 15 tot 32eC bewaard. Met meer voorkeur wordt het kweken op een donkere plaats bij een temperatuur rond 25eC en bij een relatieve vochtigheid van 50 tot 85% uitgevoerd, zodat de zwamdraden zich in een tijd die korter is dan bij gebruikelijke werkwijzen in het gehele vaste medium verspreiden.
Het kweken kan dus onder geschikte omstandigheden worden voortgezet. De zwamdraden van Fistulina hepatica verspreiden zich in het medium om volgroeid mycelium te vormen, dat vervolgens bij voorkeur 1 tot 30 dagen bij 10 tot 30°C wordt gekweekt voor het vormen van de primordia van het vruchtlichaam. Met meer voorkeur wordt het kweken bij 15 tot 20°C en bij een relatieve vochtigheid van ten minste 70% (in het bijzonder 75 tot 30%) uitgevoerd, waarbij de verlichtingssterkte wordt geregeld in het traject van 50 tot 1000 lx. Het heeft bijzondere voorkeur dat het volgroeide mycelium wordt verkregen door kweken op een donkere plaats en vervolgens kweken op een lichte plaats bij een temperatuur die 2 tot 15°C, bij voorkeur 5 tot 12°C, lager is dan de kweektemperatuur.
Na het aldus vormen van de primordia van het vruchtlichaam, worden rond de primordia van het vruchtlichaam stukken uit het vat gesneden, zodat ieder vruchtlichaam van Fistulina hepatica door de perforatie uit het vat kan groeien. In het bijzonder wordt het vat op een zodanige wijze gedeeltelijk opengesneden, dat de wand van het vat wordt opengesneden voor het vormen van een perforatie in de buurt van het primordium van het vruchtlichaam of anders wordt een deel van de wand of het bovenvlak van het vat opengesneden voor het vormen van een ronde perforatie met een diameter van ongeveer 2 cm rond het primordium van het vruchtlichaam. De afmeting en de vorm van de perforatie zijn zodanig, dat het groeiende vruchtlichaam niet fysisch in contact wordt gebracht met het kweekvat, omdat de groei daarvan wordt geremd door de wand van het vat. Het is echter gewenst dat het oppervlak van de perforatie zo klein mogelijk is. Het kweekvat moet voorzichtig worden behandeld, want als het medium of het primordium van het vruchtlichaam wordt beschadigd of sterk wordt gestimuleerd groeit het vruchtlichaam niet of is het primordium van het vruchtlichaam of het kleine vruchtlichaam geneigd op te lossen.
Volgens de hierboven beschreven behandeling groeit het vruchtlichaam van Fistulina hepatica door de perforatie, die wordt gevormd door het uitgesneden stuk, uit het vat en als resultaat wordt bij de onderhavige uitvinding een groot volgroeid vruchtlichaam verkregen. Omdat het grootste gedeelte van het medium dus door het kweekvat wordt bedekt, wordt voorkomen dat het medium als zodanig uitdroogt en worden de temperatuur en de hoge vochtgraad in het medium constant gehouden, zodat het uitermate efficiënt groeien van het vruchtlichaam van Fistulina hepatica mogelijk wordt.
Het heeft de voorkeur dat het volgroeide vruchtlichaam wordt verkregen door de temperatuur 10 tot 40 dagen bij 10 tot 30°C te houden. Omstandigheden die meer voorkeur hebben omvatten een temperatuur van 15 tot 20°C, een relatieve vochtigheid van ten minste 90% (in het bijzonder 95 tot 9&%) en een verlichtingssterkte van 50 tot 1000 lx. Het heeft bijzondere voorkeur dat het kweken, na het vormen van de primordia van het vruchtlichaam, wordt uitgevoerd onder omstandigheden van een hoge voch tigheidsgraad, die tot stand wordt gebracht door de vochtigheidsgraad met ten minste 5% te verhogen.
De vruchtlichamen van Fistulina hepatica die door de perforaties in het vat uit het vat groeien worden getoond in figuur 1. In figuur 1 geeft 1 het vat weer, geeft 2 de perforaties in het vat weer, geeft 3 de vruchtlichamen van Fistulina hepatica weer en geeft 4 een filter weer.
De onderhavige uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van de volgende voorbeelden.
Voorbeeld I
Aan een mengsel van 534 g (100 gew.% gebaseerd op het geheel) berkespaanders met een zodanige grootte dat ze een zeef met een apertuur van 2 mm niet passeerden maar een zeef met een apertuur van 6 mm wel en 178 g droge koji werd water toegevoegd voor het verkrijgen van een vast medium met een watergehalte van 60 gew.%. Vervolgens werd het aldus verkregen vaste medium toegevoegd aan een kweektas voor paddestoelen met een capaciteit van 2,5 kg en voorzien van een filter (handelsnaam: Kinopack; een produkt van Nissho Kabushiki Kaisha) voor het verkrijgen van een dichtheid van 0,5 g/cm3 en vervolgens gesteriliseerd door 60 minuten bij 121°C te verhitten. Het vaste medium dat aldus door verhitten is gesteriliseerd had een pH van 4,9· Vervolgens werd onder steriele omstandigheden 17 g inocula van Fistulina hepatica (verkregen door kweken in een medium met dezelfde samenstelling als het hierboven beschreven medium) toegevoegd aan het vaste medium dat is gesteriliseerd door verhitten om de inocula homogeen in het vaste medium te dispergeren.
Het vaste medium werd 25 dagen bij een temperatuur van 25°C en bij een vochtigheidsgraad van 855» op een donkere plaats bewaard om de zwam-draden van Fistulina hepatica in het medium te verspreiden.
Vergelijkingsvoorbeeld 1
Een vast medium met een watergehalte van 60% werd op dezelfde wijze als in voorbeeld I bereid, behalve dat 775 g van dezelfde berkespaanders en 178 g van dezelfde droge koji als in voorbeeld I werd gebruikt.
Vervolgens werd het aldus verkregen vaste medium toegevoegd aan een kweektas voor paddestoelen met een capaciteit van 2,5 kg en voorzien van een filter (handelsnaam: Kinopack; een produkt van Nissho Kabushiki
Kaisha) voor het verkrijgen van een dichtheid van 0,5 g/cm3 en vervolgens gesteriliseerd door 60 minuten bij 121°C te verhitten. Het vaste medium dat aldus door verhitten is gesteriliseerd had een pH van 4,9· Vervolgens werd onder steriele omstandigheden 17 g inocula van Fistulina hepatic a (verkregen door kweken in een medium met dezelfde samenstelling als het hierboven beschreven vaste medium) geïnoculeerd op het oppervlak van het vaste medium dat is gesteriliseerd door verhitten.
Het vaste medium werd bij een temperatuur van 25eC en bij een vochtigheidsgraad van 85$ op een donkere plaats bewaard. Voor het verspreiden van de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium waren 55 dagen nodig.
Bij deze werkwijze waren dus in totaal 55 dagen nodig voor het verspreiden van de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium, terwijl slechts 25 dagen nodig waren voor het verspreiden daarvan in het medium van voorbeeld I.
Voorbeeld II
979 g (100 gew.% gebaseerd op het geheel) berkespaanders met een zodanige grootte dat ze een zeef met een apertuur van 2 mm niet passeerden maar een zeef met een apertuur van 6 mm wel werden gemengd met 178 g droge koji. Aan het verkregen mengsel werd water toegevoegd voor het verkrijgen van een vast medium met een watergehalte van 60 gew.%. Vervolgens werd het aldus verkregen vaste medium toegevoegd aan een kweektas voor paddestoelen met een capaciteit van 2,5 kg en voorzien van een filter (handelsnaam: Kinopack; een produkt van Nissho Kabushiki Kaisha) voor het verkrijgen van een dichtheid van 0,5 g/cm^ en vervolgens gesteriliseerd door 60 minuten bij 121 °C te verhitten. Het vaste medium dat aldus door verhitten is gesteriliseerd had een pH van 4,9· Vervolgens werd onder steriele omstandigheden 17 g inocula van Fistulina hepatica (verkregen door kweken in een medium met dezelfde samenstelling als het hierboven beschreven vaste medium) toegevoegd aan het vaste medium dat is gesteriliseerd door verhitten voor het homogeen dispergeren van de inocula in het vaste medium.
Het vaste medium werd 25 dagen bij een temperatuur van 25 °C en bij een vochtigheidsgraad van 85$ op een donkere plaats bewaard voor het vormen van het volgroeide mycelium van Fistulina hepatica. Vervolgens werd het kweken 5 dagen bij een temperatuur van 20eC, een vochtigheidsgraad van 90# en een verlichtingssterkte van 200 lx voortgezet voor het vormen van de primordia van Fistulina hepatica. Het kweken werd verder 19 dagen bij een temperatuur van 13 tot 23°C, een vochtigheidsgraad van 90% of hoger en een verlichtingssterkte van 200 lx voortgezet voor het verkrijgen van vruchtlichamen.
Voorbeeld III
781 g berkespaanders met een zodanige grootte dat ze een zeef met een apertuur van 2 mm niet passeerden maar een zeef met een apertuur van 6 mm wel werden gemengd met 178 g droge koji. Aan het verkregen mengsel werd water toegevoegd voor het verkrijgen van een vast medium met een watergehalte van 58 gew.%. Vervolgens werd het aldus verkregen vaste medium toegevoegd aan een kweektas voor paddestoelen met een capaciteit van 2,5 kg en voorzien van een filter (handelsnaam: Kinopack; een produkt van Nissho Kabushiki Kaisha, dat is gemaakt van een polyetheenfoelie met hoge dichtheid met een dikte van 40 pm) voor het verkrijgen van een dichtheid van 0,5 g/cm3 en vervolgens gesteriliseerd door 60 minuten bij 121°C te verhitten. Het vaste medium dat aldus door verhitten is gesteriliseerd had een pH van 4,9· Vervolgens werd onder steriele omstandigheden 17 g inocula van Fistulina hepatica (verkregen door kweken in een medium met dezelfde samenstelling als het hierboven beschreven vaste medium) toegevoegd aan het vaste medium dat is gesteriliseerd door verhitten voor het homogeen dispergeren van de inocula in het vaste medium.
Het vaste medium werd 25 dagen bij een temperatuur van 25°C en bij een vochtigheidsgraad van 85# op een donkere plaats bewaard voor het verkrijgen van een medium dat volledig is gevuld met mycelium van Fistulina hepatica en waarbij het mycelium volgroeid genoeg is om vruchten te dragen. Het kweken werd 5 dagen bij een temperatuur van 20°C, een vochtigheidsgraad van 90% en een verlichtingssterkte van 200 lx voortgezet voor het vormen van primordia van Fistulina hepatica. Delen van de wanden van de tas werden uitgesneden om ronde perforaties met een diameter van ongeveer 2 cm rond de primordia te vormen door deze van buitenaf door de tas te observeren. Vervolgens werd het kweken 19 dagen bij een temperatuur van 13 tot 23eC, een vochtigheidsgraad van 30% of hoger en een verlichtingssterkte van 200 lx voortgezet om de vruchtlichamen door de perforaties uit de tas te laten groeien, waarbij grote volgroeide vruchtlichamen van Fistulina hepatica konden worden geoogst. De totale kweek-periode bedroeg 49 dagen, de opbrengst aan vruchtlichamen per vast medium bedroeg 65 g en het gemiddelde gewicht van het vruchtlichaam bedroeg 21 g.
De primordia van het vruchtlichaam van Fistulina hepatica werden op dezelfde wijze als in voorbeeld III gevormd en het kweken werd vervolgens onder dezelfde omstandigheden als bij voorbeeld III uitgevoerd, behalve dat de tas volledig werd verwijderd. De opbrengst aan vruchtlichamen per vast medium bedroeg 44 g en het gemiddelde gewicht van het vruchtlichaam bedroeg 4 g.

Claims (18)

1. Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepa-tica. waarbij men enkele delen van de zijwand van een kweekvat uitsnijdt in de buurt van het primordium-vormende deel van het vruchtlichaam op een vast medium dat in een vat, met ten minste een bodem en zijwanden voor het vormen van perforaties in de wand, aanwezig is, en de vruchtlichamen door de perforaties uit het vat laat groeien.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het kweekvat een afgesloten vat is dat is voorzien van een filter dat doorlatend is voor gas maar ondoorlatend voor sporen,
3· Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het kweekvat een zak van kunststof is.
4. Werkwijze volgens conclusie 1-3, waarbij het kweekvat een doorschijnend vat is.
5. Werkwijze volgens conclusie 1-4, waarbij de foelie die het kweekvat vormt een dikte van 10 tot 80 pm heeft.
6. Werkwijze volgens conclusie 1-5, die de stappen omvat van (1) het gedurende 1 tot 30 dagen bij 10 tot 30°C incuberen van een medium dat volledig is gevuld met mycelium en het mycelium volgroeid genoeg is voor het dragen van vruchtlichamen, nadat de zwamdraden van Fistulina heoatica in het medium zijn verspreid, het volledig gevuld is met mycelium en het mycelium volgroeid genoeg is voor het dragen van vruchten, voor het vormen van de primordia van het vruchtlichaam uit het volgroeide mycelium en (2) het uitsnijden van delen van het vat in de buurt van de primordia van het vruchtlichaam voor het vormen van perforaties en (3) het kweken van de primordia van het vruchtlichaam door ze 10 tot 40 dagen bij 10 tot 304C te bewaren zodat deze zich door de perforaties buiten het vat tot volgroeide vruchtlichamen ontwikkelen.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, waarbij men de vruchtlichamen van Fistulina hepatica. na het verkrijgen van de primordia van het vruchtlichaam door kweken op een donkere plaats, bij een temperatuur van 15 tot 20eC, een relatieve vochtigheid van 70# of hoger en een verlichtings- sterkte van 50 tot 1000 lx uit het vat laat groeien.
8. Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van Fistulina hepa-tica. welke de stappen omvat van het verspreiden van zwamdraden van Fistulina hepatica in een vast medium in een afgesloten transparant kunst-stofvat dat is voorzien van een filter dat permeabel is voor gas maar impermeabel voor sporen voor het verkrijgen van een medium dat volledig is gevuld met mycelium en waarbij het mycelium volgroeid genoeg is'voor het dragen van vruchten, het gedurende 1 tot 30 dagen bij 10 tot 30°C op een donkere plaats kweken van het medium voor het vormen van primordia van het vruchtlichaam uit het volgroeide mycelium, het uitsnijden van delen van het vat rond de primordia van Fistulina hepatica en het gedurende 10 tot kO dagen bij 10 tot 30°C op een lichte plaats met een verlichtingssterkte van 50 tot 1000 lx bewaren daarvan, zodat ze zich door de perforaties buiten het vat tot volgroeide vruchtlichamen van Fistulina hepatica ontwikkelen.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, waarbij een vast kweekmedium wordt gebruikt dat (a) een houtmateriaal en (b) een voedingsmiddel, omvattende een saccharide en een organische stikstofverbinding, bevat en dat een pH in het traject van 3.5 tot 5.5 heeft.
10. Werkwijze voor het vormen van vruchtlichamen, welke de stappen omvat van (1) het gedurende 1 tot 30 dagen bij 10 tot 30°C kweken van een medium dat volledig is gevuld met mycelium en waarbij het mycelium volgroeid genoeg is om vruchten te dragen, nadat de zwamdraden van Fistulina hepatica in het medium zijn verspreid, het volledig gevuld is met mycelium en het mycelium volgroeid genoeg is voor het dragen van vruchten, voor het vormen van de primordia van het vruchtlichaam uit het volgroeide mycelium en (2) de primordia van het vruchtlichaam 10 tot 40 dagen bij 10 tot 30°C bewaren zodat ze zich tot volgroeide vruchtlichamen ontwikkelen.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij het volgroeide mycelium wordt verkregen door kweken op een donkere plaats, waarna het bij 15 tot 20°C en een relatieve vochtigheid van 70% of hoger op een lichte plaats (50 tot 1000 lx) wordt bewaard voor het vormen van vruchtlichamen van Fistulina hepatica.
12. Werkwijze volgens conclusie 10 of 11, waarbij een vast kweekmedium wordt gebruikt dat (a) een houtmateriaal en (b) een voedingsmiddel, omvattende een saccharide en een organische stikstofverbinding, bevat en dat een pH in het traject van 3»5 tot 5*5 heeft.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij Fistulina hepatica wordt geïnoculeerd in het vaste medium door inocula van Fistulina hepatica met een gesteriliseerd vast kweekmedium voor Fistulina hepatica te mengen voor het dispergeren van de inocula in het gehele medium.
14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, waarbij het vaste medium een watergehalte van 50 tot 'JO gew.% heeft.
15. Werkwijze voor het inoculeren van Fistulina hepatica. welke de stappen omvat van het mengen van inocula van Fistulina hepatica met een gesteriliseerd vast kweekmedium voor Fistulina hepatica voor het dispergeren van de inocula in het gehele medium.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij een vast kweekmedium wordt gebruikt dat (a) een houtmateriaal en (b) een voedingsmiddel, omvattende een saccharide en een organische stikstofverbinding, bevat en dat een pH in het traject van 3.5 tot 5.5 heeft.
17. Werkwijze volgens conclusie 15 of 16, waarbij het vaste kweekmedium een watergehalte van 50 tot 'JO gew.% heeft.
18. Produkten, verkrijgbaar volgens de werkwijze van conclusie 1-17·
NL9401563A 1993-09-28 1994-09-26 Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van paddestoelen. NL192716C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9700003A NL9700003A (nl) 1993-09-28 1997-04-09 Werkwijze voor het inoculeren van Fistulina hepatica.

Applications Claiming Priority (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP24147593 1993-09-28
JP24147693 1993-09-28
JP5241475A JP2759409B2 (ja) 1993-09-28 1993-09-28 カンゾウタケの栽培方法
JP5241476A JP2759410B2 (ja) 1993-09-28 1993-09-28 カンゾウタケの子実体生育方法
JP5241474A JP2808227B2 (ja) 1993-09-28 1993-09-28 カンゾウタケの接種方法
JP24147493 1993-09-28
US08/305,353 US5590489A (en) 1993-09-28 1994-09-13 Method for growing fruit body of Fistulina hepatica
US30535394 1994-09-13

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9401563A true NL9401563A (nl) 1995-04-18
NL192716B NL192716B (nl) 1997-09-01
NL192716C NL192716C (nl) 1998-01-06

Family

ID=27477846

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9401563A NL192716C (nl) 1993-09-28 1994-09-26 Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van paddestoelen.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US5590489A (nl)
CN (1) CN1051202C (nl)
DE (1) DE4434681A1 (nl)
FR (1) FR2710493B1 (nl)
GB (1) GB2282388B (nl)
NL (1) NL192716C (nl)

Families Citing this family (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6109011A (en) * 1998-07-08 2000-08-29 Iyer; Satish R. Method and apparatus for cultivation and harvesting of mushrooms and other plant material
US6367191B1 (en) * 1999-10-26 2002-04-09 Kabushiki Kaisha Hokken Method of sawdust-based cultivation of shiitake (Cortinellus shiitake) and a cultivation water tank used for the method
AU2003202464A1 (en) * 2002-02-18 2003-09-04 Ferenc Meszaros Process for mushroom cultivation and the storage device used in the method
US20060112618A1 (en) * 2004-09-24 2006-06-01 Takara Bio Inc. Method for cultivating mushroom
US9485917B2 (en) 2006-12-15 2016-11-08 Ecovative Design, LLC Method for producing grown materials and products made thereby
NL1037183C2 (en) * 2009-08-07 2011-02-08 Verdellen Beheer B V New method in commercial mushroom harvesting.
US10154627B2 (en) * 2012-04-05 2018-12-18 Ecovative Design Llc Method of growing mycological biomaterials
EP2719272A1 (en) * 2012-10-11 2014-04-16 Rijk Zwaan Zaadteelt en Zaadhandel B.V. Vegetables, mushrooms or herbs in a box
BE1020875A4 (nl) * 2013-06-28 2014-06-03 Archiduc Usil Bvba Houder en methode voor het commercieel groeien, opslaan, vervoeren en/of verkopen van paddestoelen.
US11277979B2 (en) 2013-07-31 2022-03-22 Ecovative Design Llc Mycological biopolymers grown in void space tooling
US20150101509A1 (en) 2013-10-14 2015-04-16 Gavin R. McIntyre Method of Manufacturing a Stiff Engineered Composite
SG10201911178QA (en) 2016-03-01 2020-01-30 Sustainable Bioproducts Inc Filamentous fungal biomats, methods of their production and methods of their use
JP7161489B2 (ja) 2017-03-31 2022-10-26 エコベイティブ デザイン リミテッド ライアビリティ カンパニー 菌類生体高分子材料の溶液系後処理方法及びそれにより作製された菌類由来製品
US11266085B2 (en) 2017-11-14 2022-03-08 Ecovative Design Llc Increased homogeneity of mycological biopolymer grown into void space
US11920126B2 (en) 2018-03-28 2024-03-05 Ecovative Design Llc Bio-manufacturing process
US11293005B2 (en) 2018-05-07 2022-04-05 Ecovative Design Llc Process for making mineralized mycelium scaffolding and product made thereby
EP3801586A4 (en) 2018-05-24 2022-09-14 Ecovative Design LLC METHOD AND APPARATUS FOR PRODUCING MYCELIUM BIOMATERIAL
WO2020072140A1 (en) 2018-10-02 2020-04-09 Ecovative Design Llc A bioreactor paradigm for the production of secondary extra-particle hyphal matrices
CN109452090A (zh) * 2018-11-22 2019-03-12 汤阴森奇生物技术有限公司 一种塑料袋墙式覆土栽培牛排菌的方法
US11871706B2 (en) 2021-09-27 2024-01-16 Boomer Shroomer, Llc Inflatable monotub system and method

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7904646A (nl) * 1978-06-16 1979-12-18 Perrier Heinz Sa Steriliseerbare zak.
DE3434486A1 (de) * 1984-09-20 1986-03-27 Ullrich Dipl.-Ing. 6272 Niedernhausen Vogel Verfahren und anlage zum kultivieren von saprophytisch lebenden pilzen
BE903802A (nl) * 1985-12-05 1986-06-05 Baetens Joseph Werkwijze voor het kweken van paddestoelen, en heirbij gebruikt apparaat.
DE3736957A1 (de) * 1987-10-31 1989-05-11 Kerti Adam Verfahren und behaelter fuer die anzucht von pilzen

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5244603A (en) * 1975-10-03 1977-04-07 Matsushita Electric Ind Co Ltd Automatic record player
JPS52145157A (en) * 1976-05-24 1977-12-02 Kao Corp Cultivation of shiitake mushroom
US4048440A (en) * 1976-11-08 1977-09-13 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Asynchronous-to-synchronous data concentration system
US4127965A (en) * 1976-11-08 1978-12-05 The Kinoko Company Method for growing wood mushrooms
DE2735000C3 (de) * 1977-08-03 1980-05-08 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Diagnoseverfahren für einen elektrischen Anlassermotor
JPS5585330A (en) * 1978-08-23 1980-06-27 Polyplastics Kk Container for seed culture or bottle cultivation of mashrooms
CH672044A5 (nl) * 1986-06-25 1989-10-31 Coopex Exportaru Alapot Kutato
US4852297A (en) * 1987-06-23 1989-08-01 Moren Douglas L Method and article of manufacture for producing mushrooms from self contained vessels
US4977702A (en) * 1989-04-26 1990-12-18 Universite Laval Process for growing Pleurotus
US5123203A (en) * 1989-06-29 1992-06-23 Maui Shiitake Trading Company, Inc. Method for culture of fungi including shiitake (Lentinus edodes)

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7904646A (nl) * 1978-06-16 1979-12-18 Perrier Heinz Sa Steriliseerbare zak.
DE3434486A1 (de) * 1984-09-20 1986-03-27 Ullrich Dipl.-Ing. 6272 Niedernhausen Vogel Verfahren und anlage zum kultivieren von saprophytisch lebenden pilzen
BE903802A (nl) * 1985-12-05 1986-06-05 Baetens Joseph Werkwijze voor het kweken van paddestoelen, en heirbij gebruikt apparaat.
DE3736957A1 (de) * 1987-10-31 1989-05-11 Kerti Adam Verfahren und behaelter fuer die anzucht von pilzen

Also Published As

Publication number Publication date
GB2282388B (en) 1997-10-22
DE4434681A1 (de) 1995-03-30
CN1103754A (zh) 1995-06-21
GB2282388A (en) 1995-04-05
NL192716C (nl) 1998-01-06
NL192716B (nl) 1997-09-01
FR2710493B1 (fr) 1996-01-26
US5590489A (en) 1997-01-07
CN1051202C (zh) 2000-04-12
FR2710493A1 (fr) 1995-04-07
GB9418742D0 (en) 1994-11-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192716C (nl) Werkwijze voor het kweken van vruchtlichamen van paddestoelen.
US5503647A (en) Mushroom casing spawn
US20110143426A1 (en) Device and process to generate co2 used for indoor crop production and underwater gardening
JP3781434B2 (ja) アガリクス葺の子実体の人工菌床栽培方法
JP4559457B2 (ja) 含ゲルマニウムきのこの栽培方法
NL9700003A (nl) Werkwijze voor het inoculeren van Fistulina hepatica.
KR20190040536A (ko) 표고버섯 및 그 재배방법
Nikšić et al. Farming of Medicinal Mushrooms
GB2284429A (en) Artificial cultivation of Fistulina hepatica fruit bodies
JPH02156828A (ja) シイタケの人工栽培方法
KR0136838B1 (ko) 소 혀 버섯의 자실체 생육방법
JPH01117724A (ja) キノコの人工栽培方法
JP3871425B2 (ja) ムキタケの栽培方法
KR20200137620A (ko) 느타리버섯 재배방법과 느타리버섯 재배용 배지 조성물
JPH03297325A (ja) 食用茸の菌糸を増殖熟成してなる培地食品
RU2128422C1 (ru) Питательная среда для культивирования мицелия грибов и способ ее получения
JPH11220946A (ja) ヌメリスギタケの栽培方法
JP2808227B2 (ja) カンゾウタケの接種方法
JP2003219760A (ja) 昆虫飼育材及びその製造方法
JP2759410B2 (ja) カンゾウタケの子実体生育方法
JPH07298780A (ja) 圧縮・擂潰籾殻を主成分とする植物栽培用培地
JP2759409B2 (ja) カンゾウタケの栽培方法
JPH044814A (ja) 食用茸菌糸の増殖用培地
JPH05252828A (ja) カンゾウタケ用培養基及び培養方法
Kumar et al. Efficacy of various spawn substrate, substrate pasteurization and supplements in the spawn base on sporophore production of Hypsizygus ulmarius (blue oyster mushroom).

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed