NL192524C - Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine. - Google Patents

Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine. Download PDF

Info

Publication number
NL192524C
NL192524C NL8301386A NL8301386A NL192524C NL 192524 C NL192524 C NL 192524C NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A NL 192524 C NL192524 C NL 192524C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
machine
track
frame
unit
aggregate
Prior art date
Application number
NL8301386A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192524B (nl
NL8301386A (nl
Original Assignee
Plasser Bahnbaumasch Franz
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Plasser Bahnbaumasch Franz filed Critical Plasser Bahnbaumasch Franz
Publication of NL8301386A publication Critical patent/NL8301386A/nl
Publication of NL192524B publication Critical patent/NL192524B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192524C publication Critical patent/NL192524C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B27/00Placing, renewing, working, cleaning, or taking-up the ballast, with or without concurrent work on the track; Devices therefor; Packing sleepers
    • E01B27/12Packing sleepers, with or without concurrent work on the track; Compacting track-carrying ballast
    • E01B27/13Packing sleepers, with or without concurrent work on the track
    • E01B27/16Sleeper-tamping machines
    • E01B27/17Sleeper-tamping machines combined with means for lifting, levelling or slewing the track
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/01Devices for working the railway-superstructure with track
    • E01B2203/015Devices for working the railway-superstructure with track present but lifted
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/10Track-lifting or-lining devices or methods
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/12Tamping devices
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/16Guiding or measuring means, e.g. for alignment, canting, stepwise propagation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Machines For Laying And Maintaining Railways (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)
  • Container Filling Or Packaging Operations (AREA)

Description

1 192524
Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine
De uitvinding heeft betrekking op een verrijdbare spoorfoaanbewerkingsmachine voor het onderstoppen, nivelleren en richten van een spooibaan, met een op op afstand van elkaar gelegen onderstellen gelagerd 5 onderstelframe en ten minste één onderstopaggregaat, welke aan een via een aandrijving in hoogte verstelbare werktuigdrager gelagerde, paarsgewijs ten opzichte van elkaar bijstelbare en vibreerbare, in het ballastmateriaal insteekbare onderstopwerictuigen omvat, en met een vóór het onderstopaggregaat aangebracht, van hef- en richtaandrijvingen voorzien spootbaanophef- en richtaggregaat, waarbij het onderstopaggregaat en het spoorbaanophef- en richtaggregaat met de bijbehorende aandrijvingen als 10 werkeenheid op een gemeenschappelijke eigen werktuigdrager aangebracht zijn, die met een einde schamierbaar met het onderstelframe verbonden is, alsmede met een inrichting ter werktuigsturing en ten minste één nivelleer- en eventueel richtreferentiesysteem.
Een dergelijke machine is bekend uit het Duitse Auslegeschrift 18.16.670 en toont een spoorbaanbewerkingsmachine, die per rail met twee in langsrichting van de machine ten opzichte van elkaar 15 verstelbare onderstopaggregaten voor twee dwarsliggers uitgerust is. Deze aggregaten zijn gemeenschappelijk aan een werktuigdrager aangebracht, die aan beide langseinden op het onderstelframe van de ___ machine gelagerd is en via aandrijvingen zijdelings vetzwenk- en respectievelijk verstelbaar daarmee verbonden is, om de onderstopaggregaten op het boogvoimige verloop van de spoorbaan zijdelings te kunnen uitrichten. Verder is op de werktuigdrager ook een spoorophef- en richtaggregaat voorzien, dat met 20 een nivelleer- en eventueel richtreferentiesysteem samenweikt. Aangezien de gemeenschappelijke werktuigdrager het gewicht en de arbeidskrachten van alle vier de onderstopaggregaten en eveneens van het spoorophef- en richtaggregaat op moet nemen, is een relatieve massieve frameconstructie en een overeenkomstige grootte van de bijbehorende zijdelingse verstelaandrijving nodig.
Het is een nadeel van de bekende machine, dat de werktuigdrager zwaar moet worden uitgevoerd.
25 Tevens is het een nadeel, dat met de bekende machine naast het onderstoppen, nivelleren en richten geen verdere bewerking kan worden uitgevoerd.
Het is een doel van de uitvinding een verbeterde spoorbaanbewerkingsmachine te verschaffen.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een machine van de in de aanhef aangegeven soort, waarbij tussen de werkeenheid en het volgende, in arbeidsrichting van de machine daarachter aangebracht 30 machine-onderstel ten minste één via eigen over het spoor verrijdbare wielstellen met de beide rails van het spoor vormgesloten in aang rijping brengbaar en aan het onderstelframe aangebracht spoor-stabilisatie-aggregaat voorzien is, waarvan het werktuigframe via vibratoren in in hoofdzaak horizontale trillingen brengbaar is en via met het onderstelframe verbonden zuiger-cilinderaandrijvingen met in hoofdzaak verticale belastingkrachten belastbaar is, en waarbij de werktuigdrager met zijn andere einde via een als 35 steun- en geleidingsoigaan uitgevoerd en als vrije schamieras dienend enkelvoudig onderstel op de spoorbaan kan worden ondersteund en voor een stapsgewijze opschuiving in machineiangsrichting gedurende het bewerken - bij continu nonstop voortbeweging van het spoor-stabilisatie-aggregaat en de machine - met een zwenkbaar aan het onderstelframe aangebrachte hydraulische langsverstelaandrijving verbonden is.
40 Met de machine volgens de uitvinding is het nu tevens mogelijk het spoor te stabiliseren met het spoorstabilisatie-aggregaat. Een aldus uitgevoerde spoorbaanbewerkingsmachine verschaft bij toepassing de mogelijkheid van een voordelige overlapping van de werkbereiken van het onderstop- en het stabilisatie-aggregaat.
Door de werkeenheid met behulp van haar onderstel op de spoorbaan te ondersteunen wordt het 45 overwegende gewichtsaandeel van de zware aggregaten, alsmede een aanzienlijk gedeelte van de bedrijfskrachten van het richtaggregaat direct op het spoorbaanlichaam overgebracht, zodat het onderstelframe van de machine behalve de bedrijfskrachten van het stabilisatie-aggregaat alleen de op de koppelplaats van de werktuigdrager optredende restkrachten behoeft op te nemen.
Opgemerkt wordt, dat uit het Duitse Offenlegungsschrift 31.32.708 een spoorbaanbewerkingsmachine 50 met een onderstopaggregaat, en richtaggregaat, een spoorophef- en eventueel richtreferentiesysteem en een onderstopaggregaat bekend is. Bij deze bekende machine zijn het onderstopaggregaat en het richtaggregaat onafhankelijk van elkaar aan het onderstelframe van de machine aangebracht. Het onderstelframe moet het gewicht en de arbeidskrachten van al de aggregaten opnemen. Een overlapping van de werking van het onderstopaggregaat en het stabilisatie-aggregaat is bereikt. Door de noodzakelijke grote 55 lengte van de machine zijn omslachtige aandrijvingen en stuurorganen noodzakelijk om de onderstopaggregaten in spoorbaan bochten ten opzichte van de rails te centreren.
192524 2
De uitvinding zai hierna aan de hand van twee in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.
Figuur 1 is een schematisch zijaanzicht van een bewerkingsmachine voor een enkele dwarsligger van een spoorbaan, voorzien van een stabilisatieaggregaat, 5 figuur 2 is een schematisch bovenaanzicht van de machine volgens figuur 1, figuur 3 is een schematisch zijaanzicht van een gedeelte van een bewerkingsmachine voor twee dwarsliggers van een spoorbaan, voorzien van een stabilisatieaggregaat.
De in de figuren 1 en 2 getekende spoorbaanbewerkingsmachine 1 heeft een door middel van twee 10 onderstellen 2 en 3 op een uit rails 4 en dwarsliggers 5 bestaande spoorbaan verrijdbaar onderstelframe 6. De werkrichting van de machine 1 is aangeduid met een pijl 7. Voor de energievoorziening is een verzorgingsinrichting 8 aangebracht en voor het sturen een stuurinrichting 9.
De machine 1 is uitgerust met een referentiesysteem 10, dat per spoorrail een spandraad 11 heeft, waarvan het voorste einde via het onderstel 3 langs de niet gecorrigeerde spoorbaan wordt geleid, en 15 waarvan het achterste einde via een tastorgaan 12 langs de gecorrigeerde spoorbaan wordt geleid. De elk uit een opstopaggregaat 13 en een richtaggregaat 14 bestaande werkaggregaten vormen met de bijbehorende aandrijvingen een werkeenheid 15 en zijn aangebracht op een gemeenschappelijke, «gen werktuig-drager 16. Deze is uitgevoerd als dissëlgestel en steunt met één einde door middel van een als steun- en leiorgaan uitgevoerd en ais vrije leias dienend enkelvoudig onderstel 17 op de spoorbaan en is met het 20 andere einde voor het steunen draaibaar verbonden met het onderstelframe 6. Het met het onderstelframe 6 verbonden einde is uitgevoerd als baikvormige langsligger 18 en rnst via een legerplaats 19 op het onderstelframe 6. De legerplaats 19 is uitgevoerd als rollengeleiding, die twee tegen de onderzijde en twee tegen de bovenzijde van de langsligger 18 aanliggende, aan weerszijden van le’rflenzen voorziene, draaibaar aan het onderstelframe 6 gelagerde rollen 20 omvat, en is uitgevoerd met een rechthoekige of dubbel 25 T-vormige profieldoorsnede. Een zijdelingse speling tussen de langsligger 18 en de leiflenzen van de rollen 20 maakt een zijdelingse schamierbaarheid van de werktuigdrager 16 ten opzichte van de legerplaats 19 mogelijk. De werktuigdrager 16 en het onderstelframe 6 zijn door middel van een boven de langsligger aangebrachte, als dubbelwerkende cilinder uitgevoerde hydraulische langsverstelaandrijving 21 draaibaar met elkaar veibonden. Elk opstopaggregaat heeft in de ballast te steken opstopwerktuigen 22, die door 30 middel van bekende, hydraulische excentertrilaandrijvingen in evenwijdig aan de langsrichting van de spoorrails lopende trilbewegingen kunnen worden gebracht. Ook kan echter een rondom een in de langsrichting van de spoorrails lopende hartlijn draaibare trilaandrijving 23 worden ingeschakeld, waardoor de opstopwerktuigen 22 in dwars op de langsrichting van de spoorrails verlopende trilbewegingen kunnen worden gebracht. In hoofdzaak in het langsmidden van het opstopaggregaat 13 is een met de bevestiging-35 smiddelen van de rails, bijvoorbeeld schroeven, samenwerkende inductieve gever 24 aan de werktuigdrager 16 aangebracht.
Het richtaggregaat 14 van de machine 1 is voorzien van een met wieiflensrichtrollen 25 langs de spoorbaan geleide en met onder de kop naar binnen te draaien optilrollen 26 uitgeruste, in de vorm van een disselgestel uitgevoerde werktuigdrager 27, die met het voorste baikvormige einde 28 draaibaar is 40 aangebracht aan de langsligger 18 van de werktuigdrager 16. De werktuigdrager 27 is verder door middel van spoorbaanoptilaandrijvingen 29 en richtaandrijvingen 30 van het aggregaat 14 draaibaar verbonden met de werktuigdrager 16. Aan de werktuigdrager 16 is per spoorrail 4 een door middel van hoogteverstel-aandrijvingen 31 op en neer beweegbaar opstopaggregaat 13 aangebracht. Om de hoogteverstelaandrijvin-gen 31 niet te belemmeren, heeft het van twee naar boven omgebogen langsliggers 32 voorziene onderstel-45 frame 6 per langsligger een in langsrichting lopende, door streeplijnen aangeduide uitsparing 33. In het bereik tussen de opstopaggregaten 13 en het richtaggregaat 14 is een zonder speling langs de spoorbaan geleid tastmeetorgaan 34 aangebracht, waarmee per spoorrail een bijvoorbeeld als draaipotentiometer uitgevoerde meettaster 35 is verbonden, die samenwerkt met de bijbehorende spandraad 11 van het referentiesysteem 10 voor het registreren van het verschil tussen de werkelijke hoogte en de nominale 50 hoogte van de spoorbaan.
Tussen de werkeenheid 15 en het in de werkrichting van de machine zich daarachter bevindende machineonderstel 2 is een stabilisatieaggregaat 36 door middel van aandrijfcilinders 37 met het onderstelframe 6 verbonden. Het stabilisatieaggregaat 36 heeft eigen, langs de spoorbaan verrijdbare wieiflensrollen 38, alsmede dwars op de langshartlijn van de spoorbaan naar binnen en naar buiten te draaien, met de 55 onderzijde van de kop aan de buitenzijde van de betreffende spoorrail 4 vormsluitend in aangrijping te brengen aangrijprollen 39. Voor het opwekken van dwars op de langshartlijn van de spoorbaan gerichte, in hoofdzaak horizontale trillingen zijn trilorganen 40 aangebracht. De trillingen alsmede de door de aandrijf- 3 192524 cilinders 37 op het stabilisatieaggregaat 36 uit te oefenen belastingskracht in de richting van de pijl 41 worden via met de spoorrails 4 vormsluitend in aangrijping gebrachte lei- alsmede aangrijprollen 38 en 39 overgebracht op de spoorbaan.
De machine 1 is uitgerust met verschillende aanvullende inrichtingen, die een automatische besturing 5 mogelijk maken van de verschillende bewegingen bij het doorlopend vooruitbewegen zonder stilstand van de machine met het onderstelframe 6, en het trapsgewijs verder vooruitbewegen van de werktuigdrager 16 met het opstopaggregaat 13 van opstopplaats naar opstopplaats. Deze inrichtingen omvatten een stuurinrichting 9 en een klepinrichting 42, door middel waarvan de hydraulische langsverstelaandrijving 21 naar keuze in beide bewegingsrichtingen kan worden belast. De klepinrichting 42 is voor de besturing verbonden 10 met drie verschillende aanvullende toestellen. Eén van deze toestellen is een constructief met het tastor-gaan 12 verbonden wegmeetinrichting 43, die per wegeenheid van de door de machine afgelegde voortbewegingsweg een stuurimpuls aan de klepinrichting 42 afgeeft, die de drukmediumtoevoer naar de rechter cilinderkamer van de hydraulische langsverstelaandrijving 21 synchroon en tegengesteld aan de voortbewegingsweg van de machine regelt, zodat de werktuigdrager 16 met de opstopaggregaten 13 tot 15 aan het beëindigen van het opstoppen ter plaatse in een centreerstand ten opzichte van de onder te stoppen dwarsligger blijft. Op het moment van het omhoog bewegen van de opstopaggregaten 13 wordt de klepinrichting 42 overgeschakeld, en wordt de linker cilinderkamer van de hydraulische langsverstel-aandrijving 21 met drukmedium belast, en wordt de werktuigdrager 16 versneld vooruitbewogen, totdat de opstopaggregaten 13 zich in de gecentreerde stand ten opzichte van de volgende onder te stoppen 20 dwarsligger bevinden. Met het naar beneden bevinden van de opstopaggregaten 13 wordt tegelijkertijd de wegmeetinrichting 32 op nul gezet, waarna een nieuwe werkcydus begint.
Een soortgelijk bewegingsverioop wordt bewerkstelligd bij toepassing van een, de onderlinge verschuiving tussen de werktuigdrager 16 en het onderstelframe 6 registrerende kabelpotentiometer 44 zijdelings van de werktuigdrager 16 is bevestigd aan een langsligger 32 van het onderstelframe 6. In dit geval heeft 25 de besturing van de zuigerbeweging van de hydraulische langsverstelaandrijving 21 evenredig plaats met de verstelbeweging van de met de werktuigdrager 16 en de kabelpotentiometer 44 verbonden stang, respectievelijk de als analoog signaal aanwezige uitgangsspanning van de kabelpotentiometer 44.
Voor het sturen van de klepinrichting 42 is verder een met de railbevestigingsmiddelen samenwerkende inductieve gever 24 aangebracht. Deze gedraagt zich neutraal zolang hij zich in de centreerde stand bevindt 30 ten opzichte van de betreffende railbevestigingsschroeven. Bij afwijkingen uit de gecentreerde stand geeft de inductieve gever 24 een de drukmediumtoevoer aan de hydraulische langsverstelaandrijving 21 veranderend stuursignaal af aan de klepinrichting 42. Zodoende blijft het opstopaggregaat 13 tot aan het beëindigen van het opstoppen in de gecentreerde stand ten opzichte van de onder te stoppen dwarsligger. De met het stabilisatieaggregaat 36 en de per rail uit een opstopaggregaat 13 en het richtaggregaat 14 35 bestaande werkeenheid 15 uitgeruste spoorbaanbewerkingsmachine 1 kan daarom naar keuze met ten opzichte van de machine beweegbaar opstop- en richtaggregaat, met doorlopend non-stop-vooruit rijden of in totaal met stapsgewijze, aan de dwarsliggerafstand aangepaste vooruitgaande beweging worden bedreven.
In figuur 2 is door een met een streepstippellijn aangeduide cirkel 45 het werkbereik aangegeven, waarin 40 de ballast door de trilbewegingen van de trilorganen 40 van het stabilisatieaggregaat 36 in trilling wordt gebracht en wordt verdicht. De trilbeweging dwars op de langsrichting van de spoorbaan is aangegeven met dubbele pijlen in het bereik van de aangrijprollen 39. De nastelbaar gelagerde opstopwerktuigen 22 worden door de trilaandrijving in evenwijdig aan de langsrichting van de spoorrails verlopende trilbewegingen gebracht, waarvan het werkbereik met een in streepstippellijnen getekende, telkens het opstopaggregaat 13 45 omgevende cirkel is aangeduid. Zoals blijkt, overtappen werkbereiken van het stabilisatieaggregaat 36 en de twee opstopaggregaten 13 elkaar reeds in de buitenste rechter stand. In de linker, in streepstippellijnen getekende eindstand van de opstopaggregaten 13 komt het tenslotte tot een totale overlapping van de werkbereiken van het stabilisatieaggregaat 36 en de opstopaggregaat 13. Bij het in bedrijf stellen van de trilaandrijving 23 kan met de dwars op de langshartlijn van de spoorrails trillende opstopwerktuigen 22 en de 50 werktuigdrager van het stabilisatieaggregaat 36 een fasegelijke trilbeweging worden bereikt.
De in figuur 3 slechts gedeeltelijk getekende spoorbaanbewerkingsmachine 46 komt voor wat betreft alle belangrijke kenmerken, met uitzondering van het opstopaggregaat en de daardoor bepalende constructieve afmetingen, overeen met de reeds aan de hand van de figuren 1 en 2 beschreven machine. Deze machine heeft een door middel van twee zich op afstand van elkaar bevindende onderstellen 47 op een spoorbaan 55 48 verrijdbaar onderstelframe 49. In de met een pijl 50 aangeduide werkrichting van de machine 46 is voor het achterste onderstel 47 een door middel van trilorganen in in hoofdzaak horizontale trillingen te brengen stabilisatieaggregaat 51 aangebracht, en een uit een werktuigdrager 52 met een in hoogte verstelbaar

Claims (1)

192524 4 dubbel opstopaggregaat 53 voor hel tegelijkertijd onderstoppen van twee naburige dwarsliggers, en een richtaggregaat 54 bestaande werkeenheid 55 aangebracht. Deze met één einde op de spoorbaan verrijdbare en op het andere einde op de machine 46 steunende werkeenheid 55 is door middel van een draaibaar aan het onderstelframe 49 aangebrachte, hydraulische 5 langsverstelaandrijving 56 en een daarmee door een leiding veibonden stuurinrichting 57 in langsrichting van de machine verschuifbaar. Het met pijlen 58 aangegeven, telkens over twee naburige dwarsligger-afstanden stapsgewijze vooruittrekken van de werkeenheid 55 na het beëindigen van het opstoppen, onder het gedeeltelijk tegelijkertijd omhoog bewegen van het dubbele opstopaggregaat 53 bij een doorlopende non-stop-vooru'itbeweging van de machine 46 komt in hoofdzaak overeen met de drie· tot viervoudige 10 dwarsliggerafstand, zodat bij een snellere vooruit beweging van de machine 46 nog een aanzienlijke productiestijging kan worden bereikt. De stuurinrichting 57 kan worden beïnvloed door een aan de wetktuigdrager 52 bevestigde inductieve gever 59, een aan het onderstelframe 49 aangebrachte kabel-potentiometer 60 en een constructief met een tastorgaan 61 verbonden wegmeetinrichting 62 voor het stapsgewijze vooruittrekken van de werkeenheid 55. De na het vooruittrekken voorste stand van de 15 werkeenheid 55 met de in de ballast naar beneden bewogen opstopwerktuigen van het dubbele opstopaggregaat 53 is schematisch met streeplijnen aangeduid. 20 Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine voor het onderstoppen, nivelleren en richten van een spoorbaan, met een op op afstand van elkaar gelegen onderstellen gelagerd onderstelframe en ten minste één onderstopaggregaat, welke aan een via een aandrijving in hoogte verstelbare werktuigdrager gelagerde, paarsgewijs ten opzichte van elkaar bijstelbare en vibreerbare, in het ballastmateriaal insteekbare 25 onderstopwerktuigen omvat, en met een vóór het onderstopaggregaat aangebracht, van hef· en richtaandrij-vingen voorzien spoorbaanophef- en richtaggregaat, waarbij het onderstopaggregaat en het spooibaanophef· en richtaggregaat met de bijbehorende aandrijvingen als werkeenheid op een gemeenschappelijke eigenwerktuigdrager aangebracht zijn, die met een einde schamierbaar met het onderstelframe verbonden is, alsmede met een inrichting ter werktuigsturing en ten minste één nivelleer- en eventueel 30 richtreferentiesysteem, met het kenmerk, dat tussen de werkeenheid (15,55) en het volgende, in arbeids-richting van de machine daarachter aangebrachte machine-onderstel (2,47) ten minste één via eigen over het spoor verrijdbare wielstellen met de beide rails van het spoor vorm gesloten in aangrijping brengbaar en aan het onderstelframe (6, 49) aangebracht spoor-stabilisatieaggregaat (36, 51) voorzien is, waarvan het werktuigframe via vibratoren in in hoofdzaak horizontale trillingen brengbaar is en via met het onderstelde frame (6,49) verbonden zuiger-cilinderaandrijvingen met in hoofdzaak verticale belastingkrachten belastbaar is, en dat de werktuigdrager (16, 52) met zijn andere einde via een als steun- en geleidingsorgaan uitgevoerd en als vrije schamieras dienend enkelvoudig onderstel (17) op de spoorbaan kan worden ondersteund en voor een stapsgewijze opschuiving in machinelangsrichting gedurende het bewerken - bij continu non-stop-voortbeweging van het spoor-stabilisatie-aggregaat (36, 51) en de machine - met een 40 zwenkbaar aan het onderstelframe (6,49) aangebrachte hydraulische langsverstelaandrijving (21, 56) verbonden is. Hierbij 1 blad tekening
NL8301386A 1982-11-23 1983-04-20 Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine. NL192524C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
AT0426682A AT377296B (de) 1982-11-23 1982-11-23 Gleisnivellierstopfmaschine mit stopf- und stabilisationsaggregat
AT426682 1982-11-23

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8301386A NL8301386A (nl) 1984-06-18
NL192524B NL192524B (nl) 1997-05-01
NL192524C true NL192524C (nl) 1997-09-02

Family

ID=3561787

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301386A NL192524C (nl) 1982-11-23 1983-04-20 Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine.

Country Status (23)

Country Link
JP (1) JPS5996302A (nl)
AT (1) AT377296B (nl)
AU (1) AU556429B2 (nl)
BE (1) BE896696A (nl)
BR (1) BR8302893A (nl)
CH (1) CH661758A5 (nl)
CS (1) CS236875B2 (nl)
DD (1) DD209864A5 (nl)
DE (1) DE3313114A1 (nl)
DK (1) DK153027C (nl)
ES (1) ES8404448A1 (nl)
FI (1) FI79581C (nl)
FR (1) FR2541332B1 (nl)
GB (1) GB2130626B (nl)
HU (1) HU186321B (nl)
IN (1) IN158215B (nl)
IT (1) IT1163265B (nl)
NL (1) NL192524C (nl)
NO (1) NO157068C (nl)
PL (1) PL140496B1 (nl)
SE (1) SE451471B (nl)
SU (1) SU1409135A3 (nl)
ZA (1) ZA832618B (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT380281B (de) * 1983-10-05 1986-05-12 Plasser Bahnbaumasch Franz Fahrbare gleisstopf-nivellier- und richtmaschine
AT383838B (de) * 1984-06-01 1987-08-25 Plasser Bahnbaumasch Franz Kontinuierlich verfahrbare gleisstopf-nivellier- und richtmaschine
IN166365B (nl) * 1985-03-25 1990-04-21 Plasser Bahnbaumasch Franz
AT5705U3 (de) * 2002-07-04 2003-06-25 Plasser Bahnbaumasch Franz Stopfmaschine mit einem maschinen- und einem aggregatrahmen
AT509461B1 (de) * 2010-09-27 2011-09-15 Plasser Bahnbaumasch Franz Stopfmaschine
RU2468136C1 (ru) * 2011-03-30 2012-11-27 Максим Николаевич Балезин Способ подбивки шпал железнодорожного пути и машина для его осуществления
AT513973B1 (de) * 2013-02-22 2014-09-15 System7 Railsupport Gmbh Stopfaggregat für eine Gleisstopfmaschine
CN103422404B (zh) * 2013-08-15 2015-05-13 中铁四局集团有限公司 一种起拨道机上下道装置
RU2547108C1 (ru) * 2013-12-11 2015-04-10 Анатолий Николаевич Шилкин Способ корректировки положения рельсового пути
AT521798B1 (de) * 2018-10-24 2021-04-15 Plasser & Theurer Export Von Bahnbaumaschinen Gmbh Verfahren und Vorrichtung zum Verdichten eines Schotterbettes

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT314581B (de) * 1969-07-24 1974-04-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Bettungsverdichtmaschine
AT359111B (de) * 1977-10-04 1980-10-27 Plasser Bahnbaumasch Franz Maschinenanordnung zum bearbeiten des gleises, insbesondere mit einer schotterbett- -reinigungsmaschine
AT373646B (de) * 1980-05-29 1984-02-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Gleisbaumaschine mit werkzeugtraeger fuer hebeund richtwerkzeuge
AT371170B (de) * 1981-01-16 1983-06-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Gleisverfahrbare maschine zum verdichten, insbesondere gleisnivellierstopfmaschine, mit stabilisitationsaggregat

Also Published As

Publication number Publication date
GB2130626A (en) 1984-06-06
DK191583D0 (da) 1983-04-28
DE3313114C2 (nl) 1989-03-09
FR2541332B1 (fr) 1985-10-18
GB8311415D0 (en) 1983-06-02
JPH0366442B2 (nl) 1991-10-17
DK153027B (da) 1988-06-06
AT377296B (de) 1985-02-25
CS236875B2 (en) 1985-05-15
SE451471B (sv) 1987-10-12
DE3313114A1 (de) 1984-03-29
JPS5996302A (ja) 1984-06-02
IT8320854A0 (it) 1983-04-29
FI831343L (fi) 1984-05-24
SE8302558L (sv) 1984-05-24
ES522169A0 (es) 1984-04-16
DK191583A (da) 1984-05-24
HU186321B (en) 1985-07-29
BE896696A (fr) 1983-09-01
FR2541332A1 (fr) 1984-08-24
IN158215B (nl) 1986-09-27
NL192524B (nl) 1997-05-01
PL140496B1 (en) 1987-04-30
NL8301386A (nl) 1984-06-18
AU1407983A (en) 1984-05-31
PL241898A1 (en) 1984-06-18
NO157068C (no) 1988-01-13
ES8404448A1 (es) 1984-04-16
SU1409135A3 (ru) 1988-07-07
NO831403L (no) 1984-05-24
CH661758A5 (de) 1987-08-14
ATA426682A (de) 1984-07-15
DD209864A5 (de) 1984-05-23
GB2130626B (en) 1986-03-19
DK153027C (da) 1988-10-17
IT1163265B (it) 1987-04-08
BR8302893A (pt) 1984-11-06
ZA832618B (en) 1983-12-28
AU556429B2 (en) 1986-11-06
NO157068B (no) 1987-10-05
FI79581C (fi) 1990-01-10
FI831343A0 (fi) 1983-04-20
SE8302558D0 (sv) 1983-05-05
FI79581B (fi) 1989-09-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192120C (nl) Werktuig voor een verrijdbare spoorbaanbouwmachine.
NL192525C (nl) Verrijdbare spoorbaanonderstopmachine.
SU893140A3 (ru) Машина дл уплотнени балластного сло под шпалами железнодорожного пути
US4064807A (en) Mobile apparatus for non-stop track leveling and ballast tamping
NL192524C (nl) Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine.
RU2048630C1 (ru) Способ уплотнения щебня железнодорожного пути и шпалоподбивочная машина для его осуществления
US4928599A (en) Continuously advancing track leveling, lining and tamping machine
CS216692B2 (en) Gravel compactor for repairs of the rail position
US4643101A (en) Mobile track leveling, lining and tamping machine
US4248154A (en) Mobile track tamping machine with lifting and lining equipment
JP2574415B2 (ja) 連続的に走行可能な軌道工事機
CS273312B2 (en) Truck machine for rails' packing, levelling and straightening
SE446546B (sv) Sparnivelleringsstoppningsmaskin med stabiliseringsaggregat
CZ279149B6 (cs) Pojízdný podbíjecí, nivelační a rovnací stroj s výkyvnými podbíjecími agregáty
CZ279245B6 (cs) Stroj ke stranovému posouvání koleje
GB2151675A (en) Continuous-motion track tamping machine
CZ8402016A3 (en) Continuously travelling machine for packing, levelling and straightening of the track
US4627358A (en) Continuous action track leveling, lining and tamping machine
GB2146374A (en) A continuous-motion (non-stop) track tamping levelling and lining machine
NL9000041A (nl) Spoorbaanonderstopmachine met spoorbaanhef- en richtaggregaat.
US2919656A (en) Ballast moving attachment for track tamping machines
CA1229017A (en) Mobile track leveling, lining and tamping machine
NL194646C (nl) Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten.
CA1229018A (en) Mobile track leveling, lining and tamping machine
GB2135369A (en) Travelling railway track tamping machine with two pivotally interconnected machine frames

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20011101