NL8301386A - Opstopmachine voor het waterpassen van een spoor, voorzien van een opstop- en stabilisatie-aggregaat. - Google Patents

Opstopmachine voor het waterpassen van een spoor, voorzien van een opstop- en stabilisatie-aggregaat. Download PDF

Info

Publication number
NL8301386A
NL8301386A NL8301386A NL8301386A NL8301386A NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A NL 8301386 A NL8301386 A NL 8301386A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
track
unit
frame
machine
working
Prior art date
Application number
NL8301386A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192524C (nl
NL192524B (nl
Original Assignee
Plasser Bahnbaumasch Franz
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Plasser Bahnbaumasch Franz filed Critical Plasser Bahnbaumasch Franz
Publication of NL8301386A publication Critical patent/NL8301386A/nl
Publication of NL192524B publication Critical patent/NL192524B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192524C publication Critical patent/NL192524C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B27/00Placing, renewing, working, cleaning, or taking-up the ballast, with or without concurrent work on the track; Devices therefor; Packing sleepers
    • E01B27/12Packing sleepers, with or without concurrent work on the track; Compacting track-carrying ballast
    • E01B27/13Packing sleepers, with or without concurrent work on the track
    • E01B27/16Sleeper-tamping machines
    • E01B27/17Sleeper-tamping machines combined with means for lifting, levelling or slewing the track
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/01Devices for working the railway-superstructure with track
    • E01B2203/015Devices for working the railway-superstructure with track present but lifted
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/10Track-lifting or-lining devices or methods
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/12Tamping devices
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/16Guiding or measuring means, e.g. for alignment, canting, stepwise propagation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Machines For Laying And Maintaining Railways (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)
  • Container Filling Or Packaging Operations (AREA)

Description

* -»
Opstopmachine voor het waterpassen van een spoor, voorzien van een opstop- en stabilisatie-aggregaat.
De uitvinding heeft betrekking op een verrijdbare opstop-, waterpas en richtmachine voor een spoor, voorzien van een aan op onderlinge afstand zich bevindende loopwerken gelegerd onder-stelraam, en althans een opstopaggregaat, dat aan een via een 15 aandrijving in hoogte verstelbare werktuigdrager gelegerde, via bijstel- en trilaandrijvingen paarsgewijs onderling verstelbare en te trillen, in de ballast te dringen opstopwerktuigen heeft, en van een voor het opstopaggregaat aangebracht, met hef- en richtaandrijvingen uitgerust hef- en richtaggregaat voor het 20 spoor, alsmede van een althans een via eigen, op het spoor verrijdbare wielstellen, met beide spoorstaven van het spoor in vorm aansluitende aangrijping te brengen en met betrekking tot de werkrichting achter het opstopaggregaat aan het onderstelraam aangebracht spoorstabilisatiê-aggregaat, waarvan het werktuig-25 raam via trilorganen in in hoofdzaak horizontale trillingen kan worden gezet en via met het onderstelraam verbonden cilinder-zuigeraandrijvingen met in hoofdzaak vertikale belastingkrachten kan worden belast, alsmede van een inrichting voor het sturen van de werktuigen en althans een waterpas- en eventueel richt-30 referentiestelsel.
Uit het Duitse "Offenlegungsschrift1' 3.132.708 is een verrijdbare opstop-, nivelleer- en richtmachine voor een spoor bekend, voorzien van aan op onderlinge afstand zich bevindende loopwerken gelegerd onderstelraam, waarvan de opstop-, spoor-35 ophef- en richtaggregaten tussen deze twee loopwerken zijn aan- 8301386 « » 2 gebracht aan het onderstelraam. Elk opstopaggregaat heeft aan een, via een aandrijving in hoogte verstelbare werktuigdrager gelegerde, via bijstel- en trilaandrijvingen paarsgewijs onderling verstelbare en te trillen, in de ballast te steken opstop-5 werktuigen. Het voor het opstopaggregaat opgestelde en afzonderlijk aan het onderstelraam aangebrachte, alsmede van hef- en richtaandrijvingen voorziene spoorophef- en richtaggregaat staat in verbinding met een inrichting voor het sturen van de werktuigen en een waterpas-, alsmede een richtreferentiestelsel. In 10 de werkrichting achter het opstopaggregaat is verder een via eigen op het spoor verrijdbare wielstellen met de twee spoorstaven van het spoor in vorm aansluitend in aangrijping te brengen en aan het onderstelraam aangebracht spoorstabilisatie-aggregaat aanwezig, waarvan het werktuigraam via trilorganen in 15 in hoofdzaak horizontale trillingen kan worden gezet en via met het onderstelraam verbonden cilinder- zuigeraandrijvingen kan worden belast met in hoofdzaak vertikale belastingkrachten. Met deze bekende opstop-, waterpas- en richtmachine voor een spoor wordt in samenhang en in horizontale trilling gezette, alsmede 20 vertikaal belaste werktuigen voor het stabiliseren van de spoor-ligging verschaft, hetgeen leidt tot een voor de doelmatigheid van de twee bewerkingsgangen vereiste overlapping van de werkings-bereiken van deze werktuigen.
Uit het Duitse "Offenlegungsschrift” 3.106.75^ is verder 25 een spooropstopmachine bekend met hef- en richtwerktuigen, dat een als een disselgestel uitgevoerde werktuigdrager heeft met werktuigen voor het opheffen en richten van het spoor. De werktuigdrager van het opstopaggregaat en de werktuigdrager met deze spoorophef- en richtwerktuigen zijn gescheiden van elkaar ge-30 legerd aan het onderstelraam. De disselvormige werktuigdrager is verder met een vrij einde via een kruisscharnier koppeling en met het andere einde via hefaandrijvingen naar alle kanten draaibaar gelegerd asm het onderstelraam. Voor het op het spoor geleiden van het tegenover de kruisscharnier koppeling liggende 35 werktuigdrager einde is een tussen de twee hefwerktuigparen aan * 8301386 ♦ * 3 een gemeenschappelijke as aangebracht flenswielenpaar voorzien.
Dit flenswielenpaar dient tevens als richtwerktuig en staat in verbinding met een richtaandrijving. Deze machine is in het bijzonder geschikt gebleken voor een betrouwbaar en stabiel aan-3 grijpen van het spoor, alsmede voor een voordelige automatische centrering van de spoorophef- en richtwerktuigen, in het bijzonder voor spoorbochten.
Aan de uitvinding ligt nu de opgave ten grondslag om een verrijdbare opstop-, waterpas- en richtmachine van de in de aan-10 hef omschreven soort te verschaffen voor een spoor, in samenhang met een spoorstabilisatie-aggregaat voor het verdichten van het ballastbed van een spoor, van welke machine de constructie nog voordeliger is en een betere aanpassing verschaft van alle werktuigen aan het zijdelingse en hoogte verloop van het spoor.
15 De uitvinding bestaat er nu in, dat het opstop- en het spoorophef- richtaggregaat met de bijbehorende aandrijvingen als werkeenheid zijn aangebracht aan een gemeenschappelijk eigen werktuig draagraam, dat met een einde via een als steun- en lei-orgaan uitgevoerd en als vrije lei-as dienend enkelvoudig 20 loopwerk kan steunen op het spoor, en met het andere einde voor het steunen draaibaar is verbonden met het onderstelraam, waarbij het spoorstabilisatie-aggregaat is aangebracht tussen de werkeenheid en het volgende, in de werkrichting van de machine opvolgende machine loopwerk.
25 Een zodanig uitgevoerde, met een spoorstabilisatie-aggre gaat samengevoegde opstop-, waterpas- en richtmachine voor een spoor verschaft bij toepassing niet alleen de mogelijkheid van een voordelige overlapping van de werkbereiken van het opstop-en spoorstabilisatie-aggregaat, maar waarborgt door de aanbreng-30 ing van de als werkeenheid uitgevoerde opstop-, spoorophef, en richtaggregaten aan een eigen werktuig draagraam, tevens een automatisch, nauwkeurig geleiden van deze aggregaten respectievelijk de daaraan aangebrachte werktuigen langs het zijdelingse en hoogteverloop, in het bijzonder het nominale verloop 35 van het spoor. Omdat verder per opstopaggregaat in de regel vier
* I
if tot zestien en zelfs twee en dertig opstoppikhouwelen te zelfder tijd of in hoofdzaak te zelfder tijd met betrekking tot de betreffende spoorstavenstreng moeten worden gericht, is deze automatische centrering van de aggregaten van groot voordeel voor 5 een storingsvrij bedrijf met groot vermogen·
Volgens een verdere uitvoering is het gemeenschappelijke werktuig draagraam van de werkeenheid voor een stapsgewijze werk voortbeweging in de lengterichting van de machine, bij een doorlopende vooruitbeweging zonder stilstanden van het spoor-10 stabilisatie-aggregaat en de machine, op voordelige wijze verbonden met een draaibaar aan het onderstelraam aangebrachte hydraulische aandrijving voor het in lengterichting verstellen. Sen met deze maatregelen geconstrueerde machine verschaft in het bijzonder de mogelijkheid van het toepassen met het door-15 lopend, stapsgewijs voortschrijdende opstoppen en het doorlopend stabiliseren, waarbij in het tijzonder een nauwkeurige spoor-ligging en een goede regelmatige verdichting van het ballastbed wordt bereikt· Daarenboven is door het doorlopend doorrijden van de machine onder vermijding van vele, energie verbruikende op-20 trek- en afrem handelingen de mogelijkheid gegeven, dat de bediener zich bij een verhoogd rijcorafort in hoofdzaak alleen kan concentreren op de doorlopend stapsgewijze werk voortbeweging van de werkeenheid, dat wil zeggen het werktuig draagraam met het opstop-, spoorophef, en richtaggregaat.
25 Volgens een verdere uitvoeringsvorm is het gemeenschappe lijke werktuig draagraam van de werkeenheid uitgevoerd als disselgestel, dat in het gebied van het nabij het opstopaggre-gaat liggende einde het bij voorkeur als flenswielenpaar uitgevoerde enkelvoudige loopwerk heeft, en in het gebied tussen het 30 andere einde en het opstopaggregaat, een balkvormige lengte-drager voor het in lengterichting verschuifbaar legeren aan de steunplaats aan het onderstelraam, waarbij het werktuig draagraam via de hydraulische verstelaandrijving naar alle zijden draaibaar is verbonden met het onderstelraam. Zodoende wordt een 35 constructief bijzonder eenvoudige en gedrongen aanbrenging ver- 8301386 r « 5 schaft van het opstop-, spoorophef- en richtaggregaat ten opzichte van het hoofdraam van de machine bij een goede bewegingsvrijheid van het werktuig draagraam in zowel de lengte- als de dwarsrichting van de machine.
5 Volgens een verder kenmerk is de balkvormige lengtedrager voor het verschuifbaar legeren van de werkeenheid aan een aan het onderstelraam aangebrachte, door rollen e.d. gevormde geleiding, op voordelige wijze uitgevoerd met een rechthoekige of dubbele T-vormige profieldoorsnede. Deze eenvoudige en toch 10 robuuste uitvoering is in het bijzonder voordelig voor een doorlopend bedrijf.
Een verdere uitvoering bestaat er uit, dat het eveneens als disselgestel uitgevoerde werktuigraam van het met wielflens-richtrollen langs het spoor geleide spoorophef- en richtaggregaat 15 via de spoorophef en richtaandrijvingen is verbonden met het werktuig draagraam van de werkeenheid, en met het balkvormige einde draaibaar is aangebracht aan de lengtedrager van het gemeenschappelijke werktuig draagraam. Deze bij spooropstop-machines van een gebruikelijke constructie reeds zeer goed ge-20 bleken zijnde uitvoering van een spoorophef- en richtaggregaat als disselgestel is voor de onderhavige machine bijzonder voordelig, omdat zodoende de ter beschikking staande ruimte onder de lengtedrager van het werktuig draagraam van de werkeenheid volledig kan worden benut voor het onderbrengen van het spoor-25 opef- en richtaggregaat, en geen aanvullende, zijdelingse constructieruimte nodig is.
Volgens een verdere uitvoering is het spoorstabilisatie-aggregaat in de werkrichting op afstand achter de werkeenheid aangebracht, waarbij de verstelweg van de hydraulische verstel-30 aandrijving voor een enkelvoudig stapsgewijs vooruit trekken van de werkeenheid van opstopplaats naar opstopplaats bij een doorlopende vooruitbeweging zonder stilstanden van de machine met het onderstelraam en het spoorstabilisatie-aggregaat, althans het tweevoudige bedraagt van de dwarsligger afstand. Deze aan-35 brenging van het spoorstabilisatie-aggregaat op afstand achter 8301386 I* 6 de werkeenheid waarborgt tijdens bedrijf een bijzonder goede overlapping van de werkbereiken van de opstop- en spoorstabili-satie-aggregaten. Verder wordt hierdoor ook verzekerd, dat de doorlopende vooruitbeweging zonder stilstanden van de machine 5> ook niet behoeft te worden onderbroken wanneer het opstoppen, bij voorbeeld als gevolg van een sterk verkorst ballastbed, iets meer tijd vergt dan gebruikelijk. Door deze rijkelijke bemeting van de verstelweg kan ook het opstoppen, bij voorbeeld ook bij het tweemaal insteken van de opstop werktuigen, behoorlijk tot 10 een einde worden gevoerd, waarna het werktuig draagraam met de werkeenheid door de verstelaandrijving, bij voorbeeld in een overversnelling, vooruit wordt bewogen naar de volgende opstop-plaats. Een zodanig uitgevoerde machine voldoet nagenoeg aan alle in de praktijk te stellen eisen aan een productieve, een-15 voudig te bedienen en voor een storingsvrije langdurige toepassing geschikte, met een spoorstabilisatie-aggregaat samengevoegde opstop-, waterpas- en richtmachine voor een doorlopende vooruitbeweging zonder stilstand.
Volgens een verder kenmerk is de zuigerbeweging van de 20 als dubbel werkende hydraulische cilinder-zuigerinrichting uitge-voerde verstelaandrijving op zeer voordelige wijze via een klep-inrichting e.d. synchroon en tegengesteld aan de doorlopende vooruitbeweging van de machine respectievelijk het onderstelraam daarvan met het spoorstabilisatie-aggregaat stuurbaar. Voor een 25 dergelijke hydraulische besturing van de onderlinge beweging tussen het hoofdraam van de machine en het werktuig draagraam van de werkeenheid staan verschillende, ten dele bekende en in de praktijk volledig geschikt gebleken elementen respectievelijk middelen ter beschikking.
30 Volgens een bijzonder de voorkeur verdienende uitvoering zijn de, de opstop-, hef- en richtaggregaten hebbende werkeenheid en het met betrekking tot de werkrichting achter deze werkeenheid voorziene spoorstabilisatie-aggregaat aangebracht tussen twee op onderlinge afstand zich bevindende machineloopwerken.
35 Deze bij de voorheen bekende, verrijdbare opstop-, waterpas- en 8301386 7 richtmachines voor een spoor in de laatste tien tot vijftien jaar practisch overwegende aanbrenging van de opstop-, hef- en richtaggregaten tussen twee op onderlinge afstand zich bevindende machineloopwerken heeft in de praktijk zeer goed voldaan en 5 is ook bij toepassing van de onderhavige werkeenheid in samenhang met het spoorstabilisatie-aggregaat van bijzonder voordeel met betrekking tot de nauwkeurigheid en het productievermogen van de machine»
Volgens een verder kenmerk zijn de trilaandrijvingen van 10 de opstopaggregaten en de trilorganen van het spoorstabilisatie-aggregaat uitgevoerd voor een in fase gelijke trilbeweging van de opstopwerktuigen en het werktuigraam van het spoorstabilisatie-aggregaat» Met een dergelijke uitvoering, dat wil zeggen bij een in fase gelijke in trilling zetting van de ballast in de elkaar 15 overlappende werkbereiken van de opstop- en de stabilisatie werktuigen, wordt in het bijzonder bij een doorlopende werking zonder stilstand een verdere versterking en regelmatig making van de verdichting over het gehele bed bewerkings bereik verschaft.
Ten slotte zijn de cilinder-zuigeraandrijvingen voor het 20 vertikaal belasten en respectievelijk of de trilorganen van het spoorstabilisatie-aggregaat volgens een verder kenmerk regelbaar via de stuurinrichting en in het bijzonder aan de hand van een waterpas referentiestelsel, dat ook behoort bij de werkeenheid, in het bijzonder bij het spoorophef- en respectievelijk of -richt 25 aggregaat. Met een dergelijke uitvoering kan de mate van het zakken van het spoor door het stabiliseren volgens het aan de hand van het waterpas referentiestelsel in het opstopbereik vast te stellen hoogteverschil van het spoor ten opzichte van het nominale niveau zodanig worden geregeld, dat het hoogtever-30 loop van het met de werkeenheid en het spoorstabilisatie-aggregaat reeds bewerkte spoor nog nauwkeuriger overeenstemt met het voooraf bepaalde nominale hoogteverloop. Bij toepassing van een voor de spoorophef- en de stabilisatiewerktuigen gemeenschappelijk waterpas referentiestelsel is de afstemming respectievelijk 35 ook de voorinstelling van de vereiste spooropheffing bijzonder 8301386 8 eenvoudig aan de hand van een bij het referentiestelsel te voegen stuur- respectievelijk regelinrichting.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: 5 fig. 1 een schematisch zij-aanzicht is van een opstop-, waterpas? en richtmachine voor een enkele dwarsligger van een spoor, voorzien van het spoorstabilisatieaggregaat, fig. 2 een schematisch bovenaanzicht is van de machine volgens fig. 1, 10 fig. 3 een schematisch zij-aanzicht is van een gedeelte van een opstop-, waterpas- en richtmachine voor twee dwarsliggers van een spoor, voorzien van het spoorstabilisatieaggregaat.
De in de fig. 1 en 2 afgeheelde opstop-, waterpas- en richtmachine 1 heeft een door middel van twee machine loopwerken 15 2, 3 op een uit spoorstaven ^ en dwarsliggers 5 bestaand spoor verrijdbaar onderstelraam 6. De werkrichting van de machine 1 is afgebeeld door een pijl 7. Voor de energievoorziening is een aandrijf- en energie verzorgingsinrichting 8 voorzien, en voor het sturen een stuurinrichting 9· 20 De machine 1 is uitgerust met een waterpas referentiestel sel 10, dat per spoorstaaf een spandraad 11 heeft, waarvan het voorste einde via het loopwerk 3 langs het niet gecorrigeerde spoor wordt geleid, en waarvan het achterste einde via een tastorgaan 12 langs het gecorrigeerde spoor wordt geleid. De 25 elk uit een opstopaggregaat 13 en een spoorophef- en richtaggre-gaat 1^ bestaande werkaggregaten vormen met de bijbehorende aandrijvingen een werkeenheid 15, en zijn aangebracht aan een gemeenschappelijk, eigen werktuig draagraam 16. Dit is uitgevoerd als disselgestel en steunt met een einde via een als steun- en 30 lei-orgaan uitgevoerd en als vrije lei-as dienend enkelvoudig loopwerk 17 op het spoor, en is met het andere einde voor het steunen draaibaar verbonden met het onderstelraam 6. Het met het onderstelraam 6 verbonden einde is uitgevoerd als balkvormige lengtedrager 18 en rust via een legerplaats 19 aan het onderstel-35 raam 6. De legerplaats 19 is uitgevoerd als rollengeleiding, die 8301386 9 twee tegen de onderzijde en twee tegen de bovenzijde van de lengtedrager 18 aanliggende, aan weerszijden van leiflenzen voorziene, draaibaar aan het onderstelraam 6 gelegerde rollen 20 omvat, en is uitgevoerd met een rechthoekige of dubbel T-vormige 5 profieldoorsnede, Een zijdelingse speling tussen de lengtedrager 18 en de leiflenzen van de rollen 20 maakt een zijdelingse draai-baarheid van het werktuigdraagraam 16 rond de legerplaats 19 mogelijk. Het werktuigdraagraam 16 en het onderstelraam 6 zijn via een boven de lengtedrager aangebrachte, als dubbel werkende 10 cilinder- zuigerinrichting uitgevoerde hydraulische lengteverstel-aandrijving 21 draaibaar met elkaar verbonden. Elk opstopaggre-gaat 13 heeft in de ballast te steken opstopwerktuigen 22, die via bekende hydraulische excenter trilaandrijvingen in evenwijdig met de lengterichting van de spoorstaven lopende trilbewegingen 15 kunnen worden gezet. Ook kan echter een rond een in de lengterichting van de spoorstaven lopende as draaibare trilaandrijving 23 worden bijgeschakeld, waardoor de opstopwerktuigen 22 in dwars op de lengterichting van de spoorstaven lopende trilbewegingen kunnen worden gezet. In hoofdzaak in het lengtemidden 20 van het opstopaggregaat 13 is een met de bevestigingsmiddelen van de spoorstaven, bij voorbeeld schroeven, samenwerkende inductieve overdrager 2k aangebracht aan het werktuigdraagraam 16.
Het spoorophef- en richtaggregaat 1½ van de machine 1 heeft een met wielflens richtrollen 25 langs het spoor geleid 25 en met onder de kop naar binnen te draaien ophefrollen 26 uitgerust, in de vorm van een disselgestel uitgevoerd werktuigraam 27, dat met het voorste balkvorraige einde 28 draaibaar is aangebracht aan de lengtedrager 18 van het werktuigdraagraam 16.
Het werktuigraam 27 is verder via spoorophefaandrijvingen 29 en 30 richtaandrijvingen 30 van het spoorophef- en richtaggregaat 14 draaibaar verbonden met het werktuigdraagraam 16. Aan het werktuigdraagraam 16 is per spoorstaaf k een- via hoogteverstelaan-drijvingen 31 op en neer beweegbaar opstopaggregaat 13 aangebracht· Om de hoogteverstelaandrijvingen 31 niet te belemmeren, 35 heeft het twee naar boven omgebogen langsliggers 32 hebbende 8301386 10 onderstelraam 6 per langsligger een in lengterichting lopende, door streeplijnen aangeduide uitsparing 33* In het bereik tussen de opstopaggregaten 13 en het spoorophef- en richtaggregaat 1*f is een zonder speling langs het spoor geleid tastmeetorgaan 3^ 5 voorzien, waarmee per spoorstaaf een bij voorbeeld als draai-potentiometer uitgevoerde meettaster 35 is verbonden, die samenwerkt met de bijbehorende spandraad 11 van het waterpas referen-tiestelsel 10 voor het registreren van het verschil tussen de werkelijke hoogte en de nominale, hoogte van het spoor.
10 Tussen de werkeenheid 15 en het in de werkrichting van de machine 1 daarachter zich bevindende machineloopwerk 2 is een spoorstabilisatie-aggregaat 36 via cilinder- zuigeraandrijvingen 37 verbonden met het onderstelraam 6. Het spoorstabilisatie-aggregaat 36 heeft eigen, langs het spoor verrijdbare, wiel-15 flens leirollen 38» alsmede dwars op de lengte-as van het spoor naar binnen en naar buiten te draaien, met de onderzijde van de kop aan de buitenzijde van de betreffende spoorstaaf k in vorm aansluitend in aangrijping te brengen aangrijprollen 39· Voor het opwekken van dwars op de lengte-as van het spoor gerichte, 20 in hoofdzaak horizontale trillingen zijn trilorganen ^0 aangebracht. De trillingen alsmede de door de cilinder- zuigeraandrij vingen 37 op het spoorstabilisatie-aggregaat 36 te plaatsen belastingkracht in de richting van een pijl 41 worden via de met de spoorstaven k in vorm aansluitende aangrijping gebrachte 25 lei- alsmede aangrijprollen 38» 39 overgedragen op het spoor.
De machine 1 is uitgerust met verschillende aanvullende inrichtingen, die een automatische besturing mogelijk maken van de verschillende bewegingen bij een doorlopend vooruitbewegen zonder stilstand van de machine met het onderstelraam 6, en het 30 stapsgewijs verder trekken van het werktuigdraagraam .16 met het opstopaggregaat 13 vanaf opstopplaats naar opstopplaats. Deze inrichtingen omvatten een stuurinrichting 9 en een klepinrichting kZ, via welke de hydraulische lengteverstelaandrijving 21 naar keuze in beide bewegingsrichtingen met druk kan worden belast.
35 De klepinrichting hZ is voor het sturen verbonden met drie ver- 8301386 11 schillende aanvullende toestellen. Eén van deze toestellen is een constructief met het tastorgaan 12 verenigde wegmeetin-richting 43» die per wegeenheid van de door de machine afgelegde voortbewegingsweg, een stuurimpuls afgeeft aan de klepinrichting 5 42, die de drukmiddel toevoer naar de rechter cilinderkamer van de hydraulische lengteverstelaandrijving 21 synchroon en tegengesteld aan de voortbewegingsweg van de machine regelt, zodat het werktuigdraagraam 16 met de opstopaggregaten 13 tot aan het beëindigen van het opstoppen ter plaatse in de centreerstand ten 10 opzichte van de onder te stoppen dwarsligger blijft. Op het moment van het omhoog bewegen van de opstopaggregaten 13 wordt de klepinrichting 42 overgeschakeld, en wordt de linker cilinderkamer van de hydraulische lengteverstelaandrijving 21 met druk belast, en wordt het werktuigdraagraam 16 in overversnelling 15 vooruitbewogen, totdat de opstopaggregaten 13 zich in de centreerstand met betrekking tot de volgende onder te stoppen dwarsligger bevinden. Met het naar beneden bewegen van de opstopaggregaten 13 wordt tegelijkertijd de wegmeetinrichting 32 op nul gesteld, waarna een nieuwe werkkringloop begint.
20 Een soortgelijk bewegingsverloop wordt verschaft bij toe passing van een, de onderlinge verschuiving tussen het werktuigdraagraam 16 en het onderstelraam 6 registrerende stangenveelhoek potentiometer 44 zijdelings van het werktuigdraagraam 16 is bevestigd aan een langsligger 32 van het onderstelraam 6. In dit 25 geval vindt de besturing van de zuigerbeweging van de hydraulische lengteverstelaandrijving 21 evenredig plaats met de ver-stelbeweging van een met het werktuigdraagraam 16 en de stangenveelhoek potentiometer 44 verbonden stang respectievelijk de als analoog signaal aanwezige uitgangsspanning van de stangenveelhoek 30 potentiometer 44.
Voor het sturen van de klepinrichting 42 is verder een met de spoorstaaf bevestigingsmiddelen samenwerkende inductieve overdrager 24 voorzien. Deze gedraagt zich neutraal zolang hij zich in de centreerstand bevindt ten opzichte van de betreffende 35 spoorstaaf bevestigingsschroeven. Bij afwijkingen uit de een- 8301386 12 treerstand geeft de inductieve overdrager 2k een de drukmiddel toevoer aan de hydraulische lengteverstelaandrijving 21 veranderend stuursignaal af aan de klepinrichting k2. Zodoende blijft het opstopaggregaat 13 tot aan het beëindigen van het op-5 stoppen in de eentreerstand ten opzichte van de onder te stoppen dwarsligger. De met het spoorstabilisatieaggregaat 36 en de per spoorstaaf uit een opstopaggregaat 13» het spoorophef, en richt-aggregaat 1^ bestaande werkeenheid 15 uitgeruste opstop-, waterpas- en richtmachine 1 kan derhalve naar keuze worden bedreven 10 met ten opzichte van de machine beweegbaar opstop-, spoorophef-en richtaggregaat, met een doorlopend vooruitrijden zonder stilstand of in het totaal met een stapsgewijze, aan de dwarsligger afstand aangepaste vooruitbeweging.
In fig. 2 is door een met een streep stippellijn aangeduide 15 cirkel k5 het werkbereik afgebeeld, waarin de ballast door de trilbewegingen van de trilorganen A-0 van het spoorstabilisatieaggregaat 36 tot trillen wordt gebracht en wordt verdicht. De trilbeweging dwars op de lengterichting van het spoor is afgebeeld door dubbele pijlen in het bereik van de aangrijprollen 39· 20 De bijstelbaar gelegerde opstopwerktuigen 22 worden door de trilaandrijving in evenwijdig met de lengterichting van de spoorstaven lopende trilbewegingen gezet, waarvan het werkbereik is veraanschouwelijkt door een met een streep stippellijn afgeheelde, het bijbehorende opstopaggregaat 13 omgevende cirkel. Zoals is 25 te zien, overlappen de werkbereiken van het spoorstabilisatieaggregaat 36 en de twee opstopaggregaten 13 elkaar reeds in de buitenste rechter stand. In de linker, met streep stippellijnen afgeheelde eindstand van de opstopaggregaten 13 komt het ten slotte tot een totale overlapping van de werkbereiken van het 30 spoorstabilisatie-aggregaat 36 en de opstopaggregaten 13* Bij het in bedrijf nemen van de trilaandrijving 23 kan met de dwars op de lengte-as van de spoorstaven trillende opstopwerktuigen 22 en het werktuigraam van het spoorstabilisatie-aggregaat 36 een in fase gelijke trilbeweging worden bereikt.
35 De in fig. 3 slechts gedeeltelijk afgebeelde opstop-, 8301386 13 waterpas- en richtmachine 46 voor een spoor komt voor wat betreft alle belangrijke kenmerken met uitzondering van het opstopaggregaat en de daardoor bepaalde constructieve afmetingen, overeen met de reeds aan de hand van de fig. 1 en 2 beschreven 5 machine. Deze machine heeft een via twee op onderlinge afstand zich bevindende machineloopwerken 47 op een spoor 48 verrijdbaar onderstelraam 49. In de door een pijl 50 afgebeelde werkrichting van de machine 46 is voor het achterste machineloopwerk 47 een via trilorganen in, in hoofdzaak horizontale trilling te zetten 10 spoorstabilisatie-aggregaat 51 aangebracht, en een uit een werk-tuigdraagraam 52 met een in hoogte verstelbaar dubbel opstop-aggregaat 53 voor het tegelijkertijd onderstoppen van twee naburige dwarsliggers, en een spoorophef- en richtaggregaat 54 bestaande werkeenheid 55* Deze met een einde op het spoor ver-15 rijdbare en aan het andere einde op de machine 46 steunende werkeenheid 55 is via een draaibaar aan het onderstelraam 49 aangebracht, hydraulische lengteverstelaandrijving 56 en een daarmee via een leiding in verbinding staande stuurinrichting 57 verschuifbaar in lengterichting van de machine. Het door pijlen 20 58 afgebeelde, telkens over twee naburige dwarsliggerafstanden stapsgewijs vooruit trekken van de werkeenheid 55 na het beëindigen van het opstoppen, onder het gedeeltelijk tegelijkertijd omhoog bewegen van het dubbele opstopaggregaat 53 bij een doorlopende vooruitbeweging zonder stilstand van de machine 46 komt 25 in hoofdzaak overeen met de drie- tot viervoudige dwarsligger-afstand, zodat bij een sneller vooruitbewegen van de machine 46 een nog aanzienlijker produktiestijging kan worden bereikt. De stuurinrichting 57 kan worden beïnvloed door een aan het werk-tuigdraagraam 52 bevestigde inductieve overdrager 59» een aan 30 het onderstelraam 49 aangebrachte stangenveelhoek potentiometer 60 en een constructief met een tastorgaan 61 verenigde wegmeet-inrichting 62 voor het stapsgewijs vooruittrekken van de werkeenheid 55· Da na het vooruittrekken voorste stand van de werkeenheid 55 met in de ballast naar beneden bewogen opstop werk-35 tuigen van het dubbele opstopaggregaat 53 is schematisch afge- 8301386 - Ik beeld met onderbroken lijnen.
Het is duidelijk, dat veranderingen en verbeteringen kunnen worden aangebracht zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
8301386

Claims (9)

1. Verrijdbare opstop-, waterpas- en richtmachine voor een spoor, voorzien van een aan op onderlinge afstand zich bevindende loopwerken gelegerd onderstelraam en althans een op-5 stopaggregaat, dat aan een via een aandrijving in hoogte verstelbare werktuigdrager gelegerde, via bijstel- en trilaandrijvingen in paren ten opzichte van elkaar verstelbare en te trillen, in de ballast te steken opstopwerktuigen heeft, van een voor het opstopaggregaat aangebracht, met hef- en richtaandrijvingen 10 uitgerust spoorophef- en richtaggregaat, alsmede van althans een via eigen op het spoor verrijdbare wielstellen met de twee spoorstaven van het spoor in vorm aansluitende aangrijping te brengen en met betrekking tot de werkrichting achter het opstopaggregaat aan het onderstelraam aangebracht spoorstabilisatie-15 aggregaat, waarvan het werktuigraam via trilorganen in in hoofdzaak horizontale trillingen kan worden gezet en via met het onderstelraam verbonden cilinder- zuigeraandrijvingen kan worden belast met in hoofdzaak vertikale belastingkrachten, en van een inrichting voor het sturen van de werktuigen en althans een 20 waterpas- en eventueel richtreferentiestelsel, met het kenmerk, dat het opstop- en het spoorophef- richtaggregaat (13» 1^/53» 5*0 met de bijbehorende aandrijvingen als werkeenheid (15/55) zijn aangebracht aan een gemeenschappelijk eigen werktuigdraag-raam (16/52), dat met een einde via een als steun- en lei-orgaan 25 uitgevoerd en als vrije lei-as dienend enkelvoudig loopwerk (17) op het spoor kan steunen en met het andere einde voor het steunen draaibaar is verbonden met het onderstelraam (6/*f9), waarbij het spoorstabilisatie-aggregaat (36) is aangebracht tussen de werkeenheid en het volgende, in de werkrichting van de ma-30 chine achterste machineloopwerk (2/*f7) ·
2. Machine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het gemeenschappelijke werktuigdraagraam (16/52) van de werkeenheid (15/55) voor een stapsgewijze werkvoortbeweging in de lengterichting van de machine bij een doorlopende vooruitbeweging 35 zonder stilstand van het spoorstabilisatie-aggregaat (36/51) en •------ ^ 830 1 38 6 J’ w ·? 16 de machine, is verbonden met een draaibaar aan het onderstelraam aangebrachte, hydraulische lengteverstelaandrijving (21/56)·
3· Machine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het gemeenschappelijke werktuigdraagraam (16/52) van de werkeen-5 heid (15/55) is uitgevoerd als disselgestel, dat in het gebied van het nabij het opstopaggregaat (13/53) liggende einde, het bij voorkeur als flenswielenpaar uitgevoerde enkelvoudige loopwerk heeft, en in het bereik tussen het andere einde en het opstopaggregaat, een balkvormige lengtedrager (18) voor het in 10 lengterichting verschuifbaar legeren op de steunplaats aan het onderstelraam (6/*f9), waarbij het werktuigdraagraam via de hydraulische verstelaandrijving (21/56) naar alle zijden draaibaar is verbonden met het onderstelraam, k. Machine volgens conclusie 3» met het kenmerk, dat de 15 balkvormige lengtedrager (18) is uitgevoerd met een rechthoekige of dubbel T-vormige profieldoorsnede voor het verschuifbaar legeren van de werkeenheid (15) aan een aan het onderstelraam (6) aangebrachte, door rollen (20) e.d. gevormde geleiding.
5. Machine volgens een der voorgaande conclusies, met het 20 kenmerk, dat het eveneens als disselgestel uitgevoerde werktuig raam (27) van het met wielflens richtrollen (25) langs het spoor geleide spoorophef- en richtaggregaat (1*0 via de spoorophef-en richtaandrijvingen (29» 30) is verbonden met het werktuigdraagraam (16) van de werkeenheid (15)» en met het balkvormige 25 einde (28) draaibaar is aangebracht aan de lengtedrager 08) van het gemeenschappelijke werktuigdraagraam.
6. Machine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het spoorstabilisatie-aggregaat (36( in de werk-richting op afstand achter de werkeenheid (15) is aangebracht, 30 waarbij de verstelweg van de hydraulische verstelaandrijving (21) voor een enkelvoudig stapsgewijs vooruittrekken van de werkeenheid van opstopplaats naar opstopplaats bij een doorlopende vooruitbeweging zonder stilstand van de machine (1) met het onderstelraam en het spoorstabilisatie-aggregaat, althans 35 het tweevoudige bedraagt van de dwarsliggerafstand (fig. 1), 8301386 f*r 1?
7· Machine volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de zuigerbeweging van de als dubbelwerkende hydraulische cilinder-zuigerinrichting uitgevoerde verstelaandrijving (21) via een klepinrichting (42) e.d. synchroon en in tegengestelde richting 5 met betrekking tot de doorlopende vooruitbeweging van de machine respectievelijke het onderstelraam daarvan met het spoorstabilisatie-aggregaat (36) stuurbaar is·
8. Machine volgens een der voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat de van de opstop-, hef- en richtaggregaten voor-10 ziene werkeenheid (15) en het met betrekking tot de werkrichting achter deze werkeenheid voorziene spoorstabilisatie-aggregaat (36) zijn aangebracht tussen twee op onderlinge afstand zich bevindende machineloopwerken (2,3)·
9· Machine volgens een der voorgaande conclusies, met het 15 kenmerk, dat de trilaandrijvingen (23) van de opstopaggregaten (13) en de trilorganen (40) van het spoorstabilisatie-aggregaat (36) zijn uitgevoerd voor een in fase gelijke trilbeweging van de opstopwerktuigen (22) en het werktuigraam van het spoorstabi-• lisatie-aggregaat· 20 10· Machine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de cilinder- zuigeraandrijvingen (37) voor de ver-tikale belasting en respectievelijk of de trilorganen (40) van het spoorstabilisatie-aggregaat (36) regelbaar zijn via de stuurinrichting (9) en in het bijzonder aan de hand van een 25 waterpas referentiestelsel (10), dat ook behoort bij de werkeenheid, in het bijzonder het spoorophef- en respectievelijk of -richtaggregaat (14).
11· Machine in hoofdzaak zoals in de beschrijving beschreven en in de tekening weergegeven· 8301386
NL8301386A 1982-11-23 1983-04-20 Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine. NL192524C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
AT0426682A AT377296B (de) 1982-11-23 1982-11-23 Gleisnivellierstopfmaschine mit stopf- und stabilisationsaggregat
AT426682 1982-11-23

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8301386A true NL8301386A (nl) 1984-06-18
NL192524B NL192524B (nl) 1997-05-01
NL192524C NL192524C (nl) 1997-09-02

Family

ID=3561787

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301386A NL192524C (nl) 1982-11-23 1983-04-20 Verrijdbare spoorbaanbewerkingsmachine.

Country Status (23)

Country Link
JP (1) JPS5996302A (nl)
AT (1) AT377296B (nl)
AU (1) AU556429B2 (nl)
BE (1) BE896696A (nl)
BR (1) BR8302893A (nl)
CH (1) CH661758A5 (nl)
CS (1) CS236875B2 (nl)
DD (1) DD209864A5 (nl)
DE (1) DE3313114A1 (nl)
DK (1) DK153027C (nl)
ES (1) ES8404448A1 (nl)
FI (1) FI79581C (nl)
FR (1) FR2541332B1 (nl)
GB (1) GB2130626B (nl)
HU (1) HU186321B (nl)
IN (1) IN158215B (nl)
IT (1) IT1163265B (nl)
NL (1) NL192524C (nl)
NO (1) NO157068C (nl)
PL (1) PL140496B1 (nl)
SE (1) SE451471B (nl)
SU (1) SU1409135A3 (nl)
ZA (1) ZA832618B (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT380281B (de) * 1983-10-05 1986-05-12 Plasser Bahnbaumasch Franz Fahrbare gleisstopf-nivellier- und richtmaschine
AT383838B (de) * 1984-06-01 1987-08-25 Plasser Bahnbaumasch Franz Kontinuierlich verfahrbare gleisstopf-nivellier- und richtmaschine
IN166365B (nl) * 1985-03-25 1990-04-21 Plasser Bahnbaumasch Franz
AT5705U3 (de) * 2002-07-04 2003-06-25 Plasser Bahnbaumasch Franz Stopfmaschine mit einem maschinen- und einem aggregatrahmen
AT509461B1 (de) * 2010-09-27 2011-09-15 Plasser Bahnbaumasch Franz Stopfmaschine
RU2468136C1 (ru) * 2011-03-30 2012-11-27 Максим Николаевич Балезин Способ подбивки шпал железнодорожного пути и машина для его осуществления
AT513973B1 (de) * 2013-02-22 2014-09-15 System7 Railsupport Gmbh Stopfaggregat für eine Gleisstopfmaschine
CN103422404B (zh) * 2013-08-15 2015-05-13 中铁四局集团有限公司 一种起拨道机上下道装置
RU2547108C1 (ru) * 2013-12-11 2015-04-10 Анатолий Николаевич Шилкин Способ корректировки положения рельсового пути
AT521798B1 (de) * 2018-10-24 2021-04-15 Plasser & Theurer Export Von Bahnbaumaschinen Gmbh Verfahren und Vorrichtung zum Verdichten eines Schotterbettes

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT314581B (de) * 1969-07-24 1974-04-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Bettungsverdichtmaschine
AT359111B (de) * 1977-10-04 1980-10-27 Plasser Bahnbaumasch Franz Maschinenanordnung zum bearbeiten des gleises, insbesondere mit einer schotterbett- -reinigungsmaschine
AT373646B (de) * 1980-05-29 1984-02-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Gleisbaumaschine mit werkzeugtraeger fuer hebeund richtwerkzeuge
AT371170B (de) * 1981-01-16 1983-06-10 Plasser Bahnbaumasch Franz Gleisverfahrbare maschine zum verdichten, insbesondere gleisnivellierstopfmaschine, mit stabilisitationsaggregat

Also Published As

Publication number Publication date
ATA426682A (de) 1984-07-15
FR2541332A1 (fr) 1984-08-24
DE3313114A1 (de) 1984-03-29
GB8311415D0 (en) 1983-06-02
JPS5996302A (ja) 1984-06-02
GB2130626B (en) 1986-03-19
ES522169A0 (es) 1984-04-16
AU1407983A (en) 1984-05-31
GB2130626A (en) 1984-06-06
NO157068C (no) 1988-01-13
CH661758A5 (de) 1987-08-14
DK191583A (da) 1984-05-24
PL140496B1 (en) 1987-04-30
DD209864A5 (de) 1984-05-23
NO831403L (no) 1984-05-24
DK153027C (da) 1988-10-17
SU1409135A3 (ru) 1988-07-07
IN158215B (nl) 1986-09-27
NL192524C (nl) 1997-09-02
DK153027B (da) 1988-06-06
SE8302558D0 (sv) 1983-05-05
DE3313114C2 (nl) 1989-03-09
HU186321B (en) 1985-07-29
BR8302893A (pt) 1984-11-06
NL192524B (nl) 1997-05-01
ES8404448A1 (es) 1984-04-16
JPH0366442B2 (nl) 1991-10-17
PL241898A1 (en) 1984-06-18
AU556429B2 (en) 1986-11-06
ZA832618B (en) 1983-12-28
FR2541332B1 (fr) 1985-10-18
BE896696A (fr) 1983-09-01
FI831343A0 (fi) 1983-04-20
SE451471B (sv) 1987-10-12
DK191583D0 (da) 1983-04-28
FI79581B (fi) 1989-09-29
IT1163265B (it) 1987-04-08
SE8302558L (sv) 1984-05-24
IT8320854A0 (it) 1983-04-29
CS236875B2 (en) 1985-05-15
AT377296B (de) 1985-02-25
FI831343L (fi) 1984-05-24
NO157068B (no) 1987-10-05
FI79581C (fi) 1990-01-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192525C (nl) Verrijdbare spoorbaanonderstopmachine.
NL192120C (nl) Werktuig voor een verrijdbare spoorbaanbouwmachine.
US4064807A (en) Mobile apparatus for non-stop track leveling and ballast tamping
US4928599A (en) Continuously advancing track leveling, lining and tamping machine
NL8301386A (nl) Opstopmachine voor het waterpassen van een spoor, voorzien van een opstop- en stabilisatie-aggregaat.
RU2048630C1 (ru) Способ уплотнения щебня железнодорожного пути и шпалоподбивочная машина для его осуществления
CS216692B2 (en) Gravel compactor for repairs of the rail position
US4643101A (en) Mobile track leveling, lining and tamping machine
US4248154A (en) Mobile track tamping machine with lifting and lining equipment
JP2574415B2 (ja) 連続的に走行可能な軌道工事機
CA1294491C (en) Mobile track switch working machine
DE2718859C2 (nl)
JPH0551905A (ja) 軌条保守機械
CS273312B2 (en) Truck machine for rails' packing, levelling and straightening
SE446546B (sv) Sparnivelleringsstoppningsmaskin med stabiliseringsaggregat
US4625651A (en) Mobile track switch leveling, lining and tamping machine
CZ279245B6 (cs) Stroj ke stranovému posouvání koleje
NL9000041A (nl) Spoorbaanonderstopmachine met spoorbaanhef- en richtaggregaat.
EP2229480B1 (en) Machine for paving concrete paths
AT378387B (de) Fahrbare gleisstopf-nivellier- und richtmaschine
NL194646C (nl) Rijdende spoorbaanonderstopmachine met dwars en in de hoogte verstelbare stopaggregaten.
CA1229017A (en) Mobile track leveling, lining and tamping machine
US4192237A (en) Mobile track surfacing machine
CZ278689B6 (en) Process of continuous laying cleaned gravel and track panel, and apparatus for making the same

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20011101