NL8801600A - Samenklapbare omhulling. - Google Patents

Description

-1-

883040/Rey/MW

κ

Korte aanduiding: Samenklapbare omhulling.

De uitvinding heeft betrekking op een samenklapbare omhulling die op dezelfde wijze als een met goederen geladen pallet kan worden gehanteerd en gedragen. In het 5 bijzonder is de omhulling bestemd om door een pallet te worden gedragen, doordat de omhulling een onderfreem bevat dat hetzij deel uitmaakt van de constructie van een pallet of anders kan passen op de bovenkant van een conventionele pallet. De omhulling is in het bijzonder ontworpen om 10 een flexibele zak op te nemen die een vloeistof bevat, maar kan tevens zonder dergelijke zak worden gebruikt en andere materialen bevatten.

Vele voorstellen zijn reeds gedaan voor pallet-omhullingen of kooien. Veel van dergelijke voorstellen 15 zijn gecompliceerd, met ingewikkelde scharnierconstructies en sluitorganen waarmee de wanden van de omhulling bij elkaar worden gehouden. Het oogmerk van de uitvinding is het verschaffen van een eenvoudige samenklapbare omhulling die door een pallet kan worden gedragen, waarin de 20 vier wanden van de omhulling worden gevormd door afzonderlijke panelen die zonder scharnieren losneembaar met elkaar kunnen worden verbonden.

Volgens één oogmerk van de uitvinding wordt een samenklapbare omhulling verschaft met een rechtlijnige 25 vorm en bestemd om door een pallet te worden gedragen, welke omhulling twee zijwandelementen en twee eindwand-elementen bevat, waarbij elk wandelement een freem bevat en een aan het betreffende binnenoppervlak van het freem bevestigd stijf paneel, en spansluithaken om de wand-30 elementen losneembaar met elkaar te verbinden zodat als de omhulling is samengesteld de wandelementen bij de hoekpunten van de omhulling tegen elk eindwandelement aanstaan dat tussen de einden van de zijwandelementen wordt vastgehouden, waarbij elke sluithaak op het freem van één wandele-35 ment is gemonteerd en losneembaar grijpt in het freem < 8 8 0 1 6 0 0 % t -2- van een aangrenzend wandelement.

Volgens een ander oogmerk van de uitvinding, wordt een samenklapbare omhulling verschaft met een rechtlijnige vorm, die door een pallet moet worden gedragen, 5 welke omhulling een onderste plaat bevat, een rechthoekig onderfreem met hoekvormige dwarsdoorsnede waarin de onderplaat is opgenomen en wordt ondersteund teneinde te zijn omgeven door een omtrekswand die wordt gevormd door het onderfreem; twee zijwandelementen en twee eindwandelementen, 10 waarbij elk wandelement een freem bevat en een in het betreffende binnenoppervlak van het freem bevestigd stijf paneel, welke wandelementen indien samengesteld worden gedragen op de onderplaat en op hun plaats worden gehouden door en binnen deze omtrekswand; en spanslüithaken voor 15 het losneembaar met elkaar verbinden van de wandelementen zodat de wandelementen bij de hoekpunten van de omhulling aanstaan tegen elk eindwandelement dat wordt vastgehouden tussen de einden van de zijwandelementen, elke spansluithaak op het freem van één wandelement is gemonteerd en losneem-20 baar is aangebracht teneinde te grijpen in het freem van een aangrenzend wandelement; en klemmen op het onderfreem om te grijpen in de freemelementen van de zijwandelementen, teneinde de laatste in verbinding te houden met de onderplaat.

25 Door het gebruik van spansluithaken, die doelmatig op de freems van de eindwanden zijn gemonteerd en zich verbinden met de freems op de zijwanden, wordt een omhulling verkregen die gemakkelijk en eenvoudig wordt samengesteld en gedemonteerd, zonder de complexiteiten 30 die aanwezig zijn bij eerder voorgestelde pallet-omhullingen.

Een volgend voordeel van het gebruik van de spansluithaken om de wanden met elkaar te verbinden is dat de wanden stevig met elkaar kunnen worden verbonden zodat als de container wordt gebruikt om een vloeistof-35 bevattende zak op te nemen deze binnen de omhulling is ingesloten en niet door enige spleet die bij de hoekpunten van de omhulling aanwezig zouden kunnen zijn indien de wanden niet zo stevig tegen elkaar aan staan naar buiten kan treden. De panelen van de eindwandelementen kunnen .8801600 *» -3- op hun vertikaal lopende randen zijn voorzien van afdicht-elementen die zich verbinden met de panelen van de zijwand-elementen.

Teneinde de noodzakelijke verbinding te verschaf-5 fen met de onderplaat, zijn de panelen van zowel de zijwandelementen als de eindwandelementen bij voorkeur aan hun onderste randen voorzien van een afdichtelement. Deze afdichtelementen, kunnen evenals die op de vertikaal lopende randen van de eindwandelementen, bestaan uit U-vormige 10 elementen van veerkrachtig materiaal, dat wil zeggen een geschikte kunststof, die passen op de betreffende randdelen van de panelen.

De omhulling kan vervolgens een deksel bevatten die een freem bevat met een hieraan bevestigd stijf paneel, 15 welke deksel in zijn stand wordt gehouden door span-sluithaken die werken tussen de plaatselijke bovenste freem-elementen van de zijwandelementen en het freem van de deksel. Een eindfreemelement van de deksel kan een hoekvormige klem hebben, die grijpt in een bovenste freemelement 20 van één eindwandelement van de omhulling.

Als een dergelijke deksel zich in zijn door de span-sluithaken aan de zijwandelementen bevestigde stand staat, drukt deze naar beneden op de eindwandelementen om te verzekeren dat de laatste zich stevig ver-25 bindt met de onderplaat.

Deze en andere kenmerken van de uitvinding zullen nu bij wijze van voorbeeld worden beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekening, waarin:

Fig.1 een geëxplodeerd perspektief aanzicht 30 is van een uitvoeringsvorm van de omhulling volgens de uitvinding; fig.2 een perspektief onder aanzicht is van een deel van het onderfreem en palletconstructie van de omhulling van fig.1; 35 fig.3 een perspektief bovenaanzicht is van een deel van het dekselelement van de omhulling; fig.4 een dwarsdoorsnede is door de omhulling; fig.5 een vergroting is van een deel van ,£801600 -4- fig.4; fig.6 een geëxplodeerd perspektief aanzicht is van één van de span-sluithaken van de omhulling; fig.7 en 8 respektievelijk een gedeeltelijke 5 doorsnede en een aanzicht zijn van de span-sluithaak; fig.9 een geëxplodeerd perspektief aanzicht is van een deel van een andere uitvoeringsvorm van de omhulling volgens de uitvinding, en een pallet; fig.10 een doorsnede is door een deel van 10 de in fig.9 weergegeven uitvoeringsvorm.

Eerst verwijzende naar fig.1 van de tekening, waarin de weergegeven samenklapbare omhulling de hoofdonderdelen bevat van een onderfreemconstructie 10, een onderplaat 11, twee zijwandelementen 12, 13, twee eind-15 wandelementen 14, 15 en een dekselelement 16. De omhulling heeft in samengestelde toestand een rechtlijnige vorm, en zoals gezien in bovenaanzicht zijn de zijwanden 12, 13 langer dan de eindwanden 14, 15. Als voorbeeld kunnen de afmetingen van de container zoals gezien in bovenaan-20 zicht die van een standaardpallet zijn, met zijwanden van 1200 mm lengte en eindwanden van 1000 mm lengte.

Als wordt verwezen naar "zij-" en "eind-" wandelementen, is deze terminologie gebruikt voor het gemak met het oog op de afmetingen van de bijzondere uitvoeringsvorm van 25 de beschreven omhulling, maar is niet bedoeld om te impliceren dat de op de hierna beschreven wijze met elkaar verbonden wanden enige bijzondere dimensionele relatie zouden hebben.

De onderfreemconstructie 10 dient het twee-30 ledig doel van het verschaffen van een onderfreem, waarop de onderplaat en de wandelementen van de omhulling kunnen worden bevestigd, en het vormen van een pallet waarmee de omhulling op dezelfde wijze kan worden gehanteerd als conventionele houten pallets met ladingen hierop .

35 Zodoende bevat de onderfreemconstructie een onderfreem dat is vervaardigd uit twee zijbalken 17, 18 en twee eindbal-ken 19, 20 van-metaal met hoekvormige dwarsdoorsnede, dat wil zeggen staal dat in een rechthoekig freem is samengelast. Op de hoekpunten van dit freem, lopen korte buis- .8801600 -5- delen 21 met rechthoekige dwarsdoorsnede naar beneden en de onderste einden hiervan zijn bevestigd door metalen zij- en eindstroken 22. De stroken 22 zijn verbonden door een centrale dwarslopende strook 23. Twee dwarslopende 5 stroken 24 strekken zich uit tussen de zijfreemelementen 17, 18 met hoekvormige dwarsdoorsnede, terwijl een over de gehele lengte lopende longitudinale strook 25 zich uitstrekt tussen de eindfreemelementen 19, 20. Korte longitudinale strippen 25a zijn bevestigd tussen de eind-10 freemelementen 19, 20 en de dwarsstroken 24. De onderplaat wordt zodoende ondersteund teneinde het gewicht van een door de omhulling gedragen belasting te kunnen weerstaan. De gehele onderfreemconstructie wordt gecompleteerd door korte vertikaal lopende vierkante buisdelen 15 26, die de constructie verbindt en versterkt zodat deze kan worden gehanteerd zonder enige schade te leiden.

Teneinde zoals hierna beschreven het opstapelen te vergemakkelijken, is elk van de vierkante buisdelen 21 op de hoekpunten van de onderfreemconstructie aan zijn 20 onderkant voorzien van een sluitplaat 27 met een kegelvormige inham 28. Voor het bevestigen van de zijwandele-menten 12, 13, heeft zoals hierna beschreven het zijelement 17 met hoekvormige doorsnede van het onderfreem twee hieraan vastgelaste op een afstand van elkaar gelegen klemmen 25 29 met hoekvormige doorsnede, en het zijelement 18 met hoekvormige doorsnede is op soortgelijke wijze voorzien van twee klemmen 30 die tegenover de klemmen 29 zijn gelegen.

De onderplaat 11 bestaat uit een plaatvormig 30 materiaal zoals multiplex, van voldoende dikte om het gewicht van het in de omhulling gedragen goederen te weerstaan. Zijn afmetingen zijn zodanig dat deze plaat kan passen binnen het rechthoekige onderfreem van delen 17, 18, 19, 20 met hoekvormige doorsnede. De dwarslopende 35 strip 25 draagt het midden van de onderplaat. De onderplaat 11 draagt een oppervlaktebekleding, bijvoorbeeld van een met glasvezel versterkt kunststofmateriaal, dat bestendig is tegen de in de omhulling gedragen goederen en indien nodig kan worden gereinigd.

»«8 01¢0 0 Μ -6-

De wandelementen 12, 13, 14, 15 hebben alle in hoofdzaak dezelfde constructie, met geringe verschillen. Zodoende bevat het zijwandelement 12 een rechthoekig omtreksfreem van vertikale delen 32 en horizontale 5 delen 33, en twee extra vertikale versterkingsdelen 34 die op een afstand van elkaar tussen de vertikale einddelen 32 liggen. Al deze delen bestaan uit samengelaste buisstuk-ken met vierkante dwarsdoorsnede. Aan de zijde van het freem van het zijwandelement dat tijdens het gebruik binnen 10 de omhulling ligt, is door geschikte bevestigingselementen een stijf paneel 351 bevestigd dat evenals de onderplaat 11 kan bestaan uit multiplex met een geschikte oppervlakte-bekleding. De delen 32 van het zijwandelement zijn voorzien van lippen 31 die zijn aangebracht om de eindwandele-15 menten nabij de bovenkant hiervan te overlappen, teneinde de naar buiten toe gerichte verplaatsing van de laatste te voorkomen.

Het zijwandelement 13 is identiek aan het zijwandelement 12. Het eindwandelement 15 heeft zodoende 20 dezelfde constructie maar andere afmetingen, omvattende een omtreksfreem met vertikale delen 35 en horizontale delen 36, extra vertikale versterkingsdelen 37, en een stijf paneel 38. De onderste gedeelten van de extra vertikale delen 37 zijn uitgevoerd met glijbanen voor een 25 vertikaal schuifluik 39 dat een opening en hulpstuk 40 in het paneel 38 bedekt, dat hierna met verwijzing naar fig.11 meer in detail zal worden beschreven. Het eindwandelement 14 is hetzelfde als het eindwandelement 15, maar zonder het luik en hulpstukken 39, 40.

30 Het dekselelement 16 heeft meer in hoofdzaak dezelfde constructie als de zij- en eindwandelementen van de omhulling. Zoals duidelijker blijkt uit fig.3, heeft het een omtreksfreem met zijelementen 31, eindelementen waarvan er één bij 42 is weergegeven in fig.3, en dwars-35 gerichte klemorganen waarvan er één is weergeven met 43, welke elementen alle bestaan uit aan elkaar gelaste buis-delen met vierkante doorsnede. Op het oppervlak van deze elementen dat tijdens het gebruik binnen de omhulling ligt, is een paneel 44 bevestigd. Aan elk hoekpunt van .88019 0 0 -7- het dekselelement, zijn de zij- en eindelementen 41, 42 van het freem verbonden door resp. korte schuine klemele-menten 45, en op het bovenoppervlak van het freem is een stapelplaat 46 gelast met een conisch gedeelte 47 dat 5 kan grijpen in een conische inham 28 die onder elk hoekpunt van de onderfreemconstructie 10 is aangebracht. Indien samengesteld kunnen de omhullingen zodoende op elkaar worden gestapeld. De zijelementen 41 van het freem van de deksel zijn voorzien van relatief korte naar beneden 10 toe lopende geleidingselementen 48. Eén eindelement 42 van het freem van het dekselelement kan zijn voorzien van een naar beneden toelopende hoekvormige klem 49.

De panelen van de wandelementen en het dekselelement zijn bevestigd aan de freems hiervan door zelf-15 tappende schroeven of andere geschikte bevestigingsorganen, die verzonken koppen hebben teneinde te voorkomen dat een vloeistof-bevattende zak in de omhulling wordt beschadigd.

De omhulling wordt in de samengestelde toe-20 stand bijeen gehouden door spansluithaken. Het eind- wandelement 15 is voorzien van vier van dergelijke sluithaken 50, die zich kunnen verbinden met de zijwandelementen 12, 13. Elk zijwandelement is voorzien van een enkel spansluithaak 51, die zich kan verbinden met het 25 dekselelement 16. De constructie en de werking van de spansluithaken zal nu in het bijzonder worden beschreven met verwijzing naar de fig. 6-8 van de tekening.

De in de fig.6 tot 8 weergegeven spansluithaak is die welke is aangebracht op het eindwandelement 30 15, en zich kan verbinden met het zijwandelement 13. In deze figuren is het vertikale freemelement 35 en het paneel 38 van het eindwandelement, en een vertikaal freemelement 52 en het paneel 53 van het zijwandelement 13 zichtbaar. Het spansluithaak is aan een aan het 35 freemelement 35 gelaste plaat 54 bevestigd, en omvat een lichaam 55 met een in het algemeen ü-vormige doorsnede waaraan door klinknagels 56 een bedieningselement 57 scharnierend is bevestigd met een aangrijpdeel 58. Aan het bedieningselement 57 is op een van de klinknagels 56 afgelegen plaats .8801600 <* -8- een sluithaak draaibaar bevestigd in de vorm van een staaf 59 met een van schroefdraad voorzien einddeel waarop een draaitap of dwarspen 60 is aangebracht. Het bedienings-element 57 draagt een veerhouder 61 die zich kan verbinden 5 met de staaf 59 teneinde deze in een niet-werkzame stand terug te houden tegen het bedieningselement 57, zoals weergegeven in fig.6. Er is tevens een veerpal 62 die zich kan verbinden met het lichaam 55 van het verbindings-orgaan teneinde het bedieningsorgaan in de weergegeven 10 stand te helpen houden, alhoewel moet worden opgemerkt dat de betreffende scharnieren van het verbindingselement en het bedieningselement zodanig zijn geplaatst dat het verbindingsorgaan onder spanning staat en zodoende geen neiging heeft te openen.

15 Het freemelement 35 is in het verlengde van het verbindingsorgaan voorzien van een uitgefreesde holte waarin een inzetstuk 63 is opgenomen met een hoge-hoed-vormige doorsnede. Het paneel 53 van het zijwandelement heeft een langwerpige holte 64. Het freemelement 52 van 20 het zijwandelement is uitgefreesd om een opening 65 te verschaffen, waarin een plaatmetalen inzetstuk 66 is gelast, dat een haak vormt.

De werking van het verbindingsorgaan 50 zal duidelijk zijn uit de tekening. Als de omhulling is ont-25 manteld en niet in gebruik is, houden de veer 61 en de pal 62 het bedieningselement 57 en de staaf 59 in de in fig.6 weergegeven standen, zodat zij niet los bewegen teneinde een gevaar te veroorzaken of te worden beschadigd. Als de omhulling moet worden ontmanteld, worden het bedie-30 ningselement en de staaf vanuit hun ruststand gedraaid zodat het tapeind 60 de opening 56 kan binnenkomen en achter het inzetstuk 66 kan grijpen. Het terugbrengen van het bedieningselement naar de in de fig.7 en 8 weergegeven stand zal vervolgens het freemelement 52 naar 35 het freemelement 35 trekken, zodat de rand van het paneel 53 tussen deze freemelementen is ingeklemd. Het bedieningselement loopt over het middelpunt teneinde deze stand vast te houden en de pal 62 draagt bij in het voorkomen van het onbedoeld losmaken van het verbindings- . a δ o 1 p o o -9- orgaan. Mogelijke variaties in de dikte van het paneel 53 worden gecompenseerd door het instellen van het tapeind 60 langs het van schroefdraad voorziene gedeelte van de staaf 59.

5 In de fig.6 en 7 is tevens een belangrijk kenmerk zichtbaar, dat is aangebracht langs de onderste horizontale randen van de panelen van alle wandelementen en de vertikale randen van de panelen van de eindwand-elementen van de omhulling. De rand van het paneel 38 10 heeft een gedeelte 68 met een enigszins kleinere dikte waarop een in het algemeen U-vormig kunststofafdichtelement 69 is aangebracht. Dit is zodanig gedimensioneerd dat zoals weergegeven in de doorsnede van fig.7, het bedienen van het bedieningsorgaan er de oorzaak van is dat 15 het afdichtelement 69 van het paneel 38 in een stevig kontakt met het paneel 63 wordt getrokken. Zodoende wordt een verbinding verschaft tussen de zij- en eindwand-elementen die doelmatig is tegen elk uitstromen van materiaal vanaf de binnenkant van de omhulling. Dit is van 20 belang als de omhulling een flexibele zak bevat die is gevuld met een vloeistof, zoals hierna beschreven.

In de gerede en samengestelde omhulling, houdt het op de eindwandelementen hiervan aangebrachte spansluithaak 50 de zijwandelementen tegen de eindwandelemen-25 ten. De op de zijwandelementen aangebrachte spansluithaken 51, die zich op dezelfde wijze als hierboven beschreven voor de spansluithaak 50 verbinden met het dekselelement, houden het dekselelement tegen de wandelementen, De zijwandelementen worden tegen de onderfreemconstructie 30 10 gehouden door de klemmen 29, 30.

Als de omhulling uit zijn onderdelen moet worden samengesteld, zal de onderplaat 11 eerst in het rechthoekige onderfreem van elementen 17, 18, 19, 20 met hoekvormige doorsnede worden geplaatst. De twee zijwand-35 elementen 12, 13 zullen vervolgens vertikaal op de onderplaat worden geplaatst, op een geringe afstand naar binnen vanaf de delen 17, 18 met hoekvormige doorsnede teneinde vrij van de klemmen 29, 30 te zijn. De twee zijwandelementen zullen dan van elkaar af worden verplaatst zodat • 880 1 60 0 % -10- het onderste horizontale freemelement 33 van het zijwand-element 12 grijpt onder de klemmen 29, en het overeenkomstige freemelement van het tegenover liggende zijwand-element 13 grijpt onder de klemmen 30. Deze verbinding 5 is duidelijk weergegeven in fig.4. Zoals blijkt uit de vergroting van fig.5, staat het afdichtelement 352 dat zich uitstrekt langs de onderste rand van het paneel 351 van het zijwandelement 12 in verbinding met de onderplaat 11.

10 De eindwandelementen kunnen dan worden ge plaatst tussen de zijwandelementen, en hun spansluithaken worden verbonden met de zijwandelementen voor het vormen van een stijf samenstel van wandelementen, onderplaat, en onderfreem. Opgemerkt wordt dat daar de 15 einddelen 19, 20 van het onderfreem met hoekvormige doorsnede niet zijn voorzien van klemmen, de eindwandelementen eenvoudig vertikaal naar beneden kunnen worden geschoven in hun vereiste standen. Voordat de spansluithaken zodoende worden vastgezet voorkomen de lippen 31 dat de 20 eindwandelementen naar buiten toe bewegen; in de gerede omhulling verzekeren de lippen dat de spansluithaken niet worden onderworpen aan ongewenste spanningen.

Het samenstellen van de omhulling wordt gecompleteerd door het dekselelement 16 hierop aan te brengen.

25 De geleidingselementen 48 op het dekselelement verbinden zich met de bovenste horizontale freemelementen van de wandelementen, om te verzekeren dat de deksel in de juiste stand is bevestigd. Het eventueel aanbrengen van één klem 49 aan één einde van het dekselelement vereist dat de 30 deksel wordt bevestigd door dit op de bovenkant van de samengevoegde wandelementen te plaatsen maar longitudinaal enigszins verplaatst, en vervolgens het in horizontale richting over de vereiste korte afstand te verschuiven om de klem 49 onder het bovenste horizontale freemelement 35 te doen grijpen van het betreffende eindwandelement. Indien de klem 49 niet aanwezig is, kan de deksel eenvoudig op de bovenkant van de samengevoegde wandelementen worden geplaatst. Hierna kunnen de spansluithaken zoals 51 worden verbonden met het dekselelement teneinde de laatste . 8 8 0 1 6 0 0 * -11- stevig omlaag vast te houden op de wandelementen, en opgemerkt wordt dat het dekselelement indien zo bevestigd naar beneden drukt op de eindwandelementen om te verzekeren dat de laatste stevig omlaag worden gehouden op de onder-5 plaat van de omhulling en hierop afdichten.

De uitvinding verschaft zodoende een samenklapbare omhulling die, indien samengesteld zoals hierboven beschreven stijf is en doordat het een uit één geheel bestaande onderkant heeft van het pallettype op dezelfde wijze kan 10 worden gedragen en gehanteerd als een geladen pallet.

Verwijzende nu naar de fig.9 en 10, die tonen hoe het principe van de uitvinding kan worden toegepast bij een omhulsel dat in plaats van een integrale palletbodem te bevatten kan worden gedragen op een conventionele houten 15 pallet. Fig. 9 toont een houten pallet 80 en een onderfreem 81 dat hierop past. Het onderfreem omvat zijelementen 82, 83 en eindelementen 84, 85 met hoekvormige doorsnede die bij de hoekpunten van het freem aan elkaar zijn gelast, en zijn versterkt door een longitudinale strook 86 en 20 dwarsstroken 87. Grenzend aan zijn hoekpunten is het onderfreem voorzien van naar beneden toelopende geleidingselemen-ten 88, die passen over de randen van het pallet zodat het onderfreem indien het op het pallet rust hierop is gepositioneerd. Het onderfreem is uitgevoerd om een onder-25 plaat en zij- en eindwandelementen op te nemen op dezelfde wijze als de uitvoeringsvorm van de fig.1 tot 8, behalve dat in de uitvoeringsvorm van fig.9 de elementen 84, 85 van het onderfreem bovendien zijn voorzien van klemmen 89. Dit vereist dat de eindwandelementen worden bevestigd 30 door deze op de onderplaat te positioneren tussen de zijwand-elementen maar op een afstand naar binnen vanaf de elementen 84, 85, en vervolgens de eindwandelementen van elkaar af te verplaatsen teneinde hun freems onder de klemmen vast te zetten.

35 In de doorsnede van fig.10 is freemelement 83, geleidingselement 88 dat hiervan af naar beneden loopt en zich verbindt met het pallet 80, en een klem 90 weergegeven waaronder een freemelement 91 van een zijwand-element van de omhulling is bevestigd waarvan het paneel . 8 8 0 1 e o o -12- gedeeltelijk is weergegeven bij 92. De onderplaat 93 past binnen het onderfreem tussen de klem 90 en het horizontaal gelegen gedeelte van het freemelement 83. Afdichtelement 94 op de onderste rand van het paneel 92 is weergegeven 5 in verbinding met de onderplaat 93.

Een omhulling volgens de uitvinding kan in het bijzonder met voordeel worden gebruikt voor het dragen van een flexibele zak van kunststofmateriaal voor het opnemen van een vloeistof. Een dergelijke flexibele zak 10 moet worden voorzien van een sluiting waardoor deze kan worden gevuld en geleegd, en een constructie hiervan is weergegeven in fig.11. Deze constructie omvat een element 100 dat een gietstuk is van een geschikt kunststofmateriaal, omvattende een flens 101 om met lassen aan de flexibele 15 zak te bevestigen. Vanaf de flens 101 loopt er een hals 102 waarvan het uitwendige oppervlak in dwarsdoorsnede ongeveer vierkant is gevolgd door een andere flens 103 en een mof 104 die een inschroefsluitelement opneemt.

De mof kan zijn uitgevoerd om te worden verbonden met 20 een leiding of andere inrichting voor het afvoeren van de vloeistof.

Het paneel 38 van het eindwandelement van de omhulling is voorzien van een sleutelgatvormige opening 105 met zodanige afmetingen dat de flens 103 door het 25 gedeeltelijk cirkelvormige gedeelte van de opening kan passeren, waarna het element 100 naar beneden kan worden verplaatst zodat de hals 102 met vierkante dwarsdoorsnede in het rechthoekige gedeelte van de opening 105 ligt.

Teneinde het element 100 in deze stand vast te houden, 30 wordt een borgelement 106 gebruikt. Dit is een gietstuk van kunststofmateriaal en in de gebruiksstand en zoals weergegeven in fig.4 met een omgekeerde U-vorm, omvattende een lichaam en twee naar beneden toe lopende benen 107 die tussen zich in een in het algemeen vierkant gebied 35 bepalen van dezelfde afmetingen als de vierkante buitenomtrek van de hals 102. Een segmentvormig uitsteeksel 108 steekt vanaf het lichaam van het element naar voren boven de benen 107. Bij het gebruik nadat het element 100 zoals hierboven beschreven in de opening 105 is geplaatst, kan 18801500 * -13- het vasthoudelement 106 worden bevestigd, aan de binnenkant van de omhulling, door dit naar beneden te verplaatsen zodat de benen 107 hiervan aan weerszijden van de hals 102 liggen, tussen de flens 101 en het inwendige oppervlak 5 van het paneel 38. Het segmentvormige uitsteeksel 108 komt het gedeeltelijk cirkelvormige deel van de sleutelgatvormige opening 105 binnen, boven de hals 102. Een dergelijke bevestiging is mogelijk vanwege de buigzaamheid van het kunststofmateriaal waarvan het bevestigingselement 106 10 is vervaardigd. Indien gemonteerd, wordt het element 100 stevig in het onderste deel van de opening 105 vastgehouden.

Het schuifluik 39 bedekt deze delen, voor het beschermen hiervan tegen mogelijke beschadiging.

Als de omhulling wordt gebruikt voor het dragen 15 van een vloeistofbevattende buigzame zak, is de afdichting,die wordt verkregen tussen de wandelementen, onderplaat, en dekselelement van de omhulling door middel van de hierboven beschreven methode van het met elkaar verbinden met deze elementen, en het aanbrengen van afdicht-20 elementen, langs de randen van de panelen hiervan, doelmatig tegen de mogelijkheid dat er enige smalle spleten aanwezig zijn waardoor de vloeistofbevattende zak naar buiten zou kunnen komen teneinde te worden beschadigd en dientengevolge te lekken.

25 Teneinde de omhulling bruikbaar te maken om verschillende soorten flexibele zakken te bevatten, in het bijzonder één met verschillende soorten en/of afmetingen van de sluiting, kan het paneel van het eindwandelement 15 een vervangbaar gedeelte bevatten met een sleutelgat-30 vormige opening 105. Als een ander type zak moet worden gebruikt, kan het gedeelte van het paneel dat de sleutelgatvormige opening bevat worden vervangen door een gedeelte dat is voorzien van een opening met een andere afmeting of vorm.

35 78801600

Claims (18)

1. Samenklapbaar omhulling met een rechtlijnige vorm en geschikt om door een pallet te worden gedragen, 5 welke omhulling twee zijwandelementen bevat en twee eind-wandelementen, waarbij elk wandelement een freem bevat en een ter plaatse in het binnenoppervlak van het freem bevestigd stijf paneel, ge kenmerkt door spansluithaken (50) voor het losneembaar met elkaar verbinden van 10 de wandelementen zodat indien de omhulling is samengesteld de wandelementen bij de hoekpunten van de omhulling tegen elkaar staan waarbij elk eindwandelement (14, 15) tussen de einden van de zijwandelementen (12, 13) wordt vastgehouden en elke spansluithaak (50) op het freem van 15 één wandelement is gemonteerd en losneembaar grijpt in het freem van een aangrenzend wandelement.

2. Samenklapbare omhulling met rechtlijnige vorm bestemd om door een pallet te worden gedragen, welke omhulling een onderplaat,een rechthoekige onderfreem met hoek- 20 vormige dwarsdoorsnede waarin de onderplaat is opgenomen en ondersteund teneinde te worden omgeven door een door het onderfreem gevormde omtrekswand, twee zijwandelementen en twee eindwandelementen omvat,waarbij elk wandelement een freem bevat en een ter plaatse in het binnenoppervlak 25 van het freem bevestigd stijf paneel, welke wandelementen indien samengevoegd op de onderplaat worden ondersteund en zijn gepositioneerd binnen de genoemde omtrekswand, en spansluithaken (50) voor het losneembaar met elkaar verbinden van de wandelementen zodat de wandelementen 30 op de hoekpunten van de omhulling tegen elkaar aan staan waarbij elk eindwandelement (14, 15) tussen de einden van de zijwandelementen (12, 13) wordt vastgehouden, elke spansluithaak (50) is gemonteerd op het freem van één wandelement en losneembaar is aangebracht om te grij-35 pen in het freem van een aangrenzend wandelement, en klemmen (29, 30) op het onderfreem om zich te verbinden met freemelementen (33) van de zijwandelementen (12, 13) teneinde de laatste in verbinding te houden met de onderplaat (11). - 88 0 1 600 -15-

3. Omhulling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de 2ijwandelementen (12, 13) uitstekende delen (31) hebben die de freems van de eindwand-elementen (14, 15) overlappen op van het onderfreem af 5 gelegen plaatsen teneinde een naar buiten toe gerichte verplaatsing van de eindwandelementen tegen te gaan.

4. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dwars-pennen (60) van elke spansluithaak (50) wordt opgenomen 10 in een holte (65) in het freemelement van het aangrenzende wandelement en in verbinding staat met aan de inham grenzende aanslagen (66).

5. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat indien 15 de omhulling is samengesteld, de eindwandelementen en zijwandelementen in hoofdzaak tegen elkaar staan met in hoofdzaak vlakke oppervlakken.

6. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies, gekenmerkt door een deksel (16) 20 die een freem (41-43) bevat met een hieraan bevestigd stijf paneel (44), en welke deksel in zijn stand wordt gehouden door spansluithaken (51) die werken tussen plaatselijke bovenste freemelementen (33) van het zijwandelement en het dekselfreem (41).

7. Omhulling volgens conclusie 6,met het kenmerk, dat de zijden van de deksel geleidingen (48) hebben die zich verbinden met de freems van tegenover liggende wanden van de omhulling.

8. Omhulling volgens conclusie 6 of 7, m e t 30 het kenmerk, dat een eindfreemelement (42) van de deksel een hoekvormige klem (49) heeft die grijpt in het plaatselijke bovenste freemelement van een eindwand-element van de omhulling.

9. Omhulling volgens één van de voorafgaande 35 conclusies, met het kenmerk, dat de panelen (38) van de eindwandelementen aan hun vertikaal lopende randen zijn voorzien van afdichtelementen (69) die een afdichtende verbinding maken met de panelen (351, 53) van de zijwandelementen. . 88MfO 0 -Ιδιο. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies,m et het kenmerk, dat de panelen van de wandelementen aan hun onderste randen zijn voorzien van afdichtelementen (352) die een afdichtende verbinding 5 maken met de onderplaat (11).

11. Omhulling volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de afdichtelementen (69, 352) U-vormige delen hebben van veerkrachtig materiaal, die passen op de betreffende randdelen van de panelen.

12. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies, bestemd voor het dragen van een buigzame zak voor het opnemen van een vloeistof, met het kenmerk, dat het paneel (38) van één van de wandelementen een opening (105) heeft voor het opnemen van 15 een sluiting (100) voor de zak.

13. Omhulling volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de opening (105) een sleutelgatvormige configuratie heeft, en een gedeelte omvat waardoo de sluiting kan worden gevoerd, en een gedeelte waarin 20 deze sluiting kan worden vastgezet.

14. Combinatie van een omhulling volgens conclusie 13 en de flexibele zak, waarbij de zak met zijn sluiting in het genoemde gedeelte van de opening is opgenomen.

15. Combinatie volgens conclusie 14, g e k e n-25 merkt door een vasthoudelement (106) dat het eerste gedeelte van de genoemde opening in beslag neemt.

16. Omhulling volgens conclusie 12 of 13 of de combinatie van conclusie 14 of 15, gekenmerkt door een verplaatsbare schuif (39) teneinde de genoemde 30 opening en sluiting te bedekken.

17. Omhulling volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het genoemde onderfreem (17-20) deel uitmaakt van een pallet.

18. Omhulling volgens één van de conclusies 1 35 tot 16,met het kenmerk, dat het genoemde onderfreem (82-85) bestemd is om op de bovenkant van een pallet (80) te passen, en met de pallet te verbinden posi-tioneerorganen (88) heeft.

19. Combinatie van een omhulling volgens conclusie 1880)500 » * -17- 18 en een pallet. T & S O 16 ö O