NL1010926C2 - Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes. - Google Patents

Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes. Download PDF

Info

Publication number
NL1010926C2
NL1010926C2 NL1010926A NL1010926A NL1010926C2 NL 1010926 C2 NL1010926 C2 NL 1010926C2 NL 1010926 A NL1010926 A NL 1010926A NL 1010926 A NL1010926 A NL 1010926A NL 1010926 C2 NL1010926 C2 NL 1010926C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
phase
starch
water
emulsion
oil
Prior art date
Application number
NL1010926A
Other languages
English (en)
Inventor
Herman Feil
Jeroen Johannes Gerardus Soest
Renee Josie Gide Van Schijndel
Frank Hubertus Maria Stappers
Kornelis Fester Gottlieb
Original Assignee
Inst Voor Agrotech Onderzoek
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1010926A priority Critical patent/NL1010926C2/nl
Application filed by Inst Voor Agrotech Onderzoek filed Critical Inst Voor Agrotech Onderzoek
Priority to ES99964778T priority patent/ES2200586T3/es
Priority to EP99964778A priority patent/EP1155041B1/en
Priority to US09/869,706 priority patent/US6755915B1/en
Priority to JP2000592325A priority patent/JP4977292B2/ja
Priority to CNB998153095A priority patent/CN1226307C/zh
Priority to AT99964778T priority patent/ATE242272T1/de
Priority to MXPA01006641 priority patent/MX226463B/es
Priority to BRPI9916691-7A priority patent/BR9916691B1/pt
Priority to CA002357032A priority patent/CA2357032C/en
Priority to KR20017008241A priority patent/KR100652533B1/ko
Priority to PCT/NL1999/000814 priority patent/WO2000040617A1/en
Priority to DE69908655T priority patent/DE69908655T2/de
Priority to AU30817/00A priority patent/AU765200B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1010926C2 publication Critical patent/NL1010926C2/nl
Priority to JP2012015009A priority patent/JP2012111955A/ja

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08BPOLYSACCHARIDES; DERIVATIVES THEREOF
    • C08B30/00Preparation of starch, degraded or non-chemically modified starch, amylose, or amylopectin
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08JWORKING-UP; GENERAL PROCESSES OF COMPOUNDING; AFTER-TREATMENT NOT COVERED BY SUBCLASSES C08B, C08C, C08F, C08G or C08H
    • C08J3/00Processes of treating or compounding macromolecular substances
    • C08J3/12Powdering or granulating
    • C08J3/16Powdering or granulating by coagulating dispersions
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08BPOLYSACCHARIDES; DERIVATIVES THEREOF
    • C08B31/00Preparation of derivatives of starch
    • C08B31/003Crosslinking of starch
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08BPOLYSACCHARIDES; DERIVATIVES THEREOF
    • C08B31/00Preparation of derivatives of starch
    • C08B31/003Crosslinking of starch
    • C08B31/006Crosslinking of derivatives of starch
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08JWORKING-UP; GENERAL PROCESSES OF COMPOUNDING; AFTER-TREATMENT NOT COVERED BY SUBCLASSES C08B, C08C, C08F, C08G or C08H
    • C08J2303/00Characterised by the use of starch, amylose or amylopectin or of their derivatives or degradation products
    • C08J2303/02Starch; Degradation products thereof, e.g. dextrin

Description

Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het berei-5 den van zetmeeldeeltjes waarmee op eenvoudige wijze kleine zetmeeldeeltjes met een deeltjesgrootte van 50 nm tot enkele mm kunnen worden verkregen. Vooral kleine zetmeeldeeltjes met een deeltjesgrootte van 50 nm tot 100 μτη, zogenaamde nano- of microdeeltjes, zijn zeer gewenst voor een breed aantal toepassingen. Kleine zetmeeldeeltjes kunnen worden toegepast in de farmacie, cosmetica, voeding, verven, coa-10 tings, papier, inkten, en vele andere toepassingen.
Tot nu toe werden dergelijke kleine deeltjes bereid uitgaande van polymeren door middel van (meervoudige) emulsie verknoping oftewel oplosmiddel evaporatie, sproeidrogen, en andere (Jiugao, Y. et al., Starch 46 (1994) 252; Arshady, R., Pol. Eng. Sci., 29 (1989), 1747). Een aantal routes worden beschreven in de volgende 15 patenten: PCT/GB/01735, PCT/GB95/00686, PCT/GB93/01692, PCT/GB92/01421, EP 0213303 BI. In EP 0213303 BI wordt uitgegaan van twee niet mengbare waterige vloeistoffasen. In het geval van emulsie verknoping is veel mechanische energie nodig en is het zeer lastig de deeltjes af te scheiden en te zuiveren hetgeen leidt tot hoge productie kosten (bijv. in PCT/GB93/01692). Ook evaporatie en sproeidrogen 20 zijn dure technieken die het gebruik van grote hoeveelheden (veelal organische, vluchtige) oplosmiddelen vereisen. Er wordt steeds uitgegaan van een in water opgelost polymeer of zetmeel. In PCT/GB95/00686 wordt uitgegaan van een combinatie van een water-oplosbaar en een water onoplosbaar polymeer. Beiden zijn echter opgelost in twee verschillende oplosmiddelen.
25 De onderhavige uitvinding verschaft nu een werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes uitgaande van een twee-fasensysteem met zetmeel als een derde hoofdcomponent. De werkwijze omvat ten minste de volgende stappen: a) het bereiden van een eerste fase omvattende een dispersie van zetmeel in water; 30 b) het bereiden van een dispersie of emulsie van de eerste fase in een tweede vloeibare fase, met dien verstande dat de tweede fase geen water is; c) het verknopen van het in de eerste fase aanwezige zetmeel; 101 0£ 26.) 2 d) het afscheiden van de aldus ontstane zetmeeldeeltjes.
Onder zetmeel wordt volgens de onderhavige uitvinding natief zetmeel, granu-lair zetmeel, fracties en derivaten van zetmeel en agrarische grondstoffen die rijk zijn aan zetmeel (met minimaal 80% zetmeel w/w), zoals tarwebloem, verstaan. Het 5 zetmeel kan afkomstig zijn van allerlei natuurlijke bronnen zoals tarwe, maïs, amylo-maïs, wasmaïs, aardappel, quinoa, rijst, etc.
Bij voorkeur is het zetmeel granulair zetmeel dat natief of gemodificeerd kan zijn, bijvoorbeeld fysisch, chemisch of enzymatisch gemodificeerd. Het zetmeel hoeft niet koud oplosbaar in water te zijn. Eventueel kan het zetmeel ook geheel of gedeel-10 telijk verstijfseld of gesmolten zijn. Ook kan een mengsel van verschillende typen zetmeel worden gebruikt. Zo kan aan natief zetmeel gedeeltelijk oplosbaar, (voor-)verstijfseld of gemodificeerd zetmeel worden toegevoegd.
Ook gedeeltelijk of geheel gefractioneerd zetmeel, zoals aan amylose of juist aan amylopectine verrijkt zetmeel, komen in aanmerking. Als derivaten komen in 15 aanmerking gedeeltelijk of geheel gehydrolyseerd zetmeel, zoals maltodextrines, waarbij de hydrolyse onder invloed van hitte of zuur, basisch of enzymatisch kan zijn, geoxideerd zetmeel, (carboxy, dialdehyde, etc.), gecarboxyleerd, gechloreerd, gesulfateerd, gehydrofobiseerd (esters, zoals acetaat, succinaat, half-esters, fosfaat esters) en gefosfateerd zetmeel, zetmeelethers (hydroxyalkyl), e.d. Verder kunnen ook 20 zetmelen gebruikt worden met combinaties van de bovengenoemde modificaties, i.e. bi- of multifunctioneel zetmeel. De derivaten kunnen ook granulair zijn.
Als hulpstoffen kunnen andere koolhydraten of polymeren gebruikt worden. Deze hulpstoffen bedragen tot maximaal 15%, bij voorkeur 1-10% (w/w op basis van droge stof zetmeel). Onder deze hulpstoffen vallen met name andere koolhydraten 25 zoals alginaten, pectines en carboxymethylcellulose.
Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvinding is de tweede fase een hydrofobe fase. Deze tweede fase wordt zodanig in de eerste fase (zetmeel-in-water) gedispergeerd of geëmulgeerd dat een olie-in-water (O/W) emulsie ontstaat (stap b)i)). Deze O/W-emulsie wordt vervolgens geïnverteerd naar een water-in-olie (W/O) 30 emulsie (stap b)ii)). Dit proces wordt in deze aanvrage aangeduid als "fase-inversie". In de W/O-emulsie bestaat de waterfase uit de eerste fase van water-in-zetmeel. Het zetmeel kan hier granulair, gedeeltelijk verstijfseld of opgelost zijn. Na de fase-inver- ~€ i 3 sie stap worden de zetmeeldeeltjes verknoopt en vervolgens afgescheiden.
De verknopingsreactie kan reeds voor of tijdens de fase-inversie gestart worden. Deze methode kan met name worden toegepast wanneer de omstandigheden van de verknopingsreactie zodanig zijn dat de verknopingsreactie langzaam verloopt.
5 Volledige verknoping vindt in het algemeen na de fase-inversie plaats.
Het zetmeel hoeft aan het begin van de werkwijze nog niet volledig verstijf-seld te zijn. Volgens een voorkëürsuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt tijdens, voor of na de fase-inversie de gedeeltelijke of volledige verdere verstijfseling van het granulaire zetmeel teweeg gebracht. Het zetmeel kan tijdens de verknoping gedeelte-10 lijk granulair blijven. De verstijfseling kan geschieden door middel van de tempera-tuurverhoging of het toevoegen van zouten, zoals hydroxides, of een combinaties hiervan.
Het is voordelig indien in stap b) de verhouding hydrofobe faseiwater in de O/W emulsie in de ordegrootte ligt van 80:20 tot 20:80. Bij voorkeur ligt de verhou-15 ding hydrofobe fase:water in dë Ö/W emulsie tussen 60:40 tot 40:60 (v/v).
Als hydrofobe fase zijn alle niet met water mengbare vloeistoffen geschikt. Voorbeelden hiervan zijn koolwaterstoffen (alkanen, cycloalkanen), ethers, esters, halogeenkoolwaterstoffen, di- en triglycerides, vetten, wassen en oliën. Voorbeelden van oliën of vetten zijn palmolie, kemelolie, zonnebloemolie, en slaolie. Een aantal 20 apolaire vloeistoffen zijn octaan, dodecaan, tolueen, decaline, xyleen, hogere alcoholen zoals pentanol en octanol, of een mengsel hiervan. Bij voorkeur worden paraffine olie, hexaan, of cyclohexaan gebruikt. Bij voorkeur ligt de viscositeit van de hydrofobe fase dicht bij de viscositeit van de zetmeel-water fase. De mengbaarheid van de water-zetmeel fase met de hydrofobe fase dient bij voorkeur zo laag mogelijk te zijn. 25 Bij voorkeur wordt de O/W emulsie gestabiliseerd met behulp van een surfac tant. Fase-inversie, i.e. de inversie van O/W emulsie naar een W/O emulsie (stap b)ii)), kan plaatsvinden op verschillende manieren. 1) Indien een surfactant wordt gebruikt die temperatuurgevoelig is, kan de fase-inversie geïnduceerd worden door het verhogen van de temperatuur. 2) De O/W emulsie kan gedestabiliseerd worden 30 door het toevoegen van een andere surfactant. Deze surfactant stabiliseert een W/O emulsie. 3) Fase-inversie kan worden verkregen door het toevoegen van een hydrofobe vloeistof. 4) Fase-inversie kan ook verkregen worden met behulp van de additie 4 van zouten.
Als eerste kan genoemd worden de fase-inversie door middel van het verhogen van de temperatuur. Bij het verhogen van de temperatuur treedt een verschuiving van de surfactant moleculen op aan het O/W grensvlak in de richting van de oliefase.
5 Dit heeft tot gevolg dat de bescherming die de polaire kop geeft tegen coalescentie van de hydrofobe fase, ook afneemt. Bij een bepaalde temperatuur, die afhankelijk is van bijvoorbeeld de hydrofobe fase, type surfactant en type en concentratie zetmeel in de waterfase, is de bescherming zo ver afgenomen dat alle oliedruppeltjes coales-ceren en de emulsie omslaat oftewel inverteert van O/W naar W/O.
10 De fase-inversie temperatuur (PIT) is afhankelijk van het gekozen (water/zet- meel)/olie(hydrofobe fase)/surfactant systeem. Voor de betreffende surfactant geldt dat deze bij voorkeur een gelijke affiniteit voor water en de hydrofobe fase, bijv. een olie, moet hebben. Dit komt tot uiting in de HLB-waarde (hydrofiel-lypofiel-balans): Bij voorkeur worden surfactants gebruikt met een HLB-waarde van 8 tot 20, met 15 meer voorkeur van 10 tot 15. Hoe hoger de HLB-waarde, des te groter is de affiniteit van de surfactant voor de waterfase. Indien deze waarde te hoog wordt, is een veel grotere temperatuurverhoging (of toevoegen van surfactant of hydrofobe vloeistof of zout) noodzakelijk om fase-inversie mogelijk te maken of vindt zelfs in zijn geheel geen fase-inversie meer plaats.
20 In principe kunnen allerlei surfactants of emulsifiers gebruikt worden, zoals vetzuurmonoglycerides zoals Dimodan, Acidan (gedistilleerd monoglyceride) en glycerolmonostearaat, citroen-, melk-, en azijnzuuresters van vetzuren (Cetodan, Lactodan, Panodan, Promodan), propyleenglycolesters van vetzuren (Triodan), sorbi-tan monolaureaat, sorbitan monopalmitaat, calcium stearaat, geethoxyleerde en gesuc-25 cinyleerde monoglycerides, glucose en sucrose esters; tevens vetzure alcoholen (ceta-nol, palmitol, stearyl alcohol), vrije vetzuren, lipiden, fosfolipiden, lecithine, glycoli-piden, glycolen. Voorbeelden van zeer geschikte surfactants zijn die met een polaire polyoxyethyleen-kop. Dergelijke surfactants worden met name op de markt gebracht onder de merknaam Tween. Bij voorkeur wordt Tween-85 (polyoxyethyleen (20) 30 sorbitan-trioleaat, HLB = 11 ± 1) gebruikt.
Zoals eerder gezegd: De temperatuur waarbij de fase-inversie plaatsvindt is afhankelijk van diverse factoren, zoals het type en in mindere mate de concentratie 1 0 1 OS 26'* 5 van de surfactant. De PIT kan bijvoorbeeld worden verlaagd door: * Verhoging van de concentratie zout in de emulsie; * Verlaging van de verhouding water-olie; * Toevoegen van een alcohol; 5 * Afhankelijk van het type surfactant, het verhogen of verlagen van de pH.
Bij voorkeur wordt het water/olie (hydrofobe fase)/surfactant systeem dusdanig gekozen dat een temperatuurverhoging van slechts 20 °C, bij voorkeur slechts 10 °C, voldoende is om de fase-inversie te bewerkstelligen. Bij voorkeur vindt fase-inversie tussen de 0-80 °C, bij voorkeur iets boven kamertemperatuur (± 25-40°C), 10 plaats.
Een tweede methode om de fase-inversie te laten plaatsvinden is het toevoegen van een tweede surfactant. Deze tweede surfactant verschilt van de surfactant waarmee de OAV emulsie gestabiliseerd is. Indien de O/W emulsie gestabiliseerd is met Tween-80 kan bijvoorbeeld Span-80 worden toegevoegd.
15 Voorts kan de omslag van O/W emulsie naar W/O emulsie worden verkregen door het toevoegen van een hydrofobe vloeistof of een zout aan de O/W emulsie. De verandering oftewel inversie vindt plaats door verandering van de volumefracties van de water en olie fasen, respectievelijk een verandering van de oppervlaktespanning aan het grensvlak. In feite kan het toevoegen van een hydrofobe vloeistof of zout aan 20 de O/W emulsie ook worden beschouwd als het verlagen van de fase-inversie temperatuur.
Een voordeel van het gebruik van deze methode (fase-inversie) is dat het ontstaan van de W/O emulsie een spontaan proces is zodat weinig mechanische energie nodig is voor het emulgeren van het systeem. Dit biedt voorts voordelen 25 wanneer het systeem wordt opgeschaald. Met name bij het gebruik van de PIT methode is de afscheiding van de deeltjes in veel gevallen eenvoudig. Dit kan door middel van temperatuur verlaging, waardoor de W/O emulsie gedestabiliseerd wordt. Scheiding kan ook bewerkstelligd worden door het toevoegen van apolaire oplosmiddelen, bij voorkeur een apolaire alcohol, bij voorkeur cyclohexanol of cyclo-octanol.
30 Een ander voordeel van dit systeem is, dat door het aanpassen van de proces omstandigheden, zoals door geschikte keuze van de componenten van het systeem, de gewenste deeltjesgrootte kan worden ingesteld.
6
Na de fase-inversie wordt het zetmeel dat is gedispergeerd of al dan niet, gedeeltelijk, opgelost, in de water fase, verknoopt. De verknopingsreactie kan gestart worden voor, tijdens of na de fase-inversie. Hierdoor ontstaan discrete zetmeeldeel-tjes. Deze kunnen vervolgens worden afgescheiden.
5 De verknoping kan geschieden door middel van een verknopingsmiddel dat bij voorkeur aan de zetmeel-water fase wordt toegevoegd. Dit kan voor de fase-inversie geschieden, tijdens of gelijk na de fase-inversie, hetgeen vnl. wordt bepaald door de reactiesnelheid. De verknoping kan, afhankelijk van het verknopingsmiddel, op gang gebracht worden door toevoeging van een katalysator, zoals een base, zuur of zout.
10 Verknoping vindt bij voorkeur plaats tussen 0-80 °C, bij voorkeur tussen 10- 60 °C. Het spreekt voor zich dat de verknoping plaats vindt bij een temperatuur die boven de fase-inversie-temperatuur ligt, bij voorkeur ten minste 10 °C, met meer voorkeur ten minste 20°C boven de fase-inversie-temperatuur.
Per mol anhydroglucose-eenheid past men bij voorkeur 5 tot 1000 mmol, bij 15 voorkeur 20-500 mmol, verknopingsmiddel toe.
Als verknopingsmiddel komen de meest gangbare bi- of multifunctionele reagentia in aanmerking. Voorbeelden van verknopingsmiddelen zijn de gangbare verknopingsmiddelen zoals epichloorhydrine, glyoxal, trinatrium trimetafosfaat, fosfo-rylchloride of een anhydride van een di- of polybasisch carbonzuur. Bijzondere voor-20 keur heeft echter het gebruik van een fosfaat als verknopingsmiddel, zoals trinatrium trimetafosfaat. In deze gevallen kan de katalysator een base zoals natriumhydroxide zijn.
Bij het gebruik van gemodificeerde zetmelen behoren een verscheidenheid aan andere verknopingsmiddelen tot de mogelijkheden. In geval van dialdehyd-zetmeel 25 kan het verknopingsmiddel bijvoorbeeld een diamine of diamide zijn, zoals ureum, tetramethyleendiamine of hexamethyleendiamine, waarbij een zuur als katalysator kan worden gebruikt.
In geval van bijvoorbeeld carboxymethylzetmeel of dicarboxyzetmeel, kan ook met een diamine of een diol worden verknoopt. Verknoping kan hier echter ook, en 30 met voordeel, worden bereikt door interne estervorming, welke kan worden gekatalyseerd door een multivalent metaalion zoals calcium, magnesium, aluminium, zink of ijzer, bij voorkeur calcium. Een andere mogelijke uitgangsstof is kationisch of amino- 1 0 1 09 26 ¾ 7 alkyl zetmeel, dat met een dicarbonzuur of een dialdehyde in situ kan worden verknoopt.
Enige andere verknopingsmiddelen zijn: functionele epoxides zoals diepoxybu-taan, diglycidylether en alkyleen bis-glycidyl ethers, dichoorhydrin, dibroomhydrin, 5 adipic anhydride, glutaraldehyde, aminozuren en borax.
Tijdens de verknopingsreactie is het in een aantal gevallen ook mogelijk tegelijkertijd een chemische modificatie van het zetmeel te laten plaatsvinden, bijvoorbeeld een carboxymethylering of cationiseringsreactie.
Volgens een tweede aspect van de onderhavige uitvinding bestaat de tweede 10 fase uit een non-solvent (niet-oplosmiddel) voor zetmeel dat over een breed concentratiegebied, goed (of volledig) mengbaar is met water. Bij een bepaalde verhouding tussen het non-solvent en water, is het systeem niet meer volledig mengbaar en treedt fase scheiding op, waarbij kleine druppeltjes van een zetmeel water fase zich in een continue non-solvent fase bevinden.
15 Volgens deze uitvoeringsvorm omvat de onderhavige uitvinding een werkwij ze voor het bereiden van zetmeeldeeltjes in een tweefasen-systeem, waarbij de tweede fase een met water mengbaar non-solvent voor zetmeel is, welke werkwijze omvat: a) het bereiden van een eerste fase omvattende een dispersie van zetmeel in water; 20 b) het toevoegen van de tweede fase aan de eerste fase, zodat fasenscheiding optreedt; c) het verknopen van het in de eerste fase aanwezige zetmeel; en d) het afscheiden van de aldus ontstane zetmeeldeeltjes.
Als non-solvent voor zetmeel kan iedere vloeistof die mengbaar met water is 25 en, waarin zetmeel niet oplost, gebruikt worden. Voorbeelden hiervan zijn aceton, methanol, ethanol en isopropanol.
Bij voorkeur wordt ethanol gebruikt. De hoeveelheid ethanol, tijdens reactie, ligt bij voorkeur tussen 20 en 75 %, bij voorkeur tussen 45 en 55%, ten opzichte van de hoeveelheid van de eerste zetmeel-in-water fase. Voorwaarde is het verkrijgen van 30 een fase gescheiden systeem. De hoeveelheid is afhankelijk van de andere componenten zoals het zetmeel.
Bij voorkeur wordt de bereiding uitgevoerd bij 0-80 °C, bij voorkeur 10 - | - .·· 8 60 °C.
De wijze van verknopen, bij deze methode, komt overeen met die welke hiervoor beschreven is. Per mol anhydroglucose-eenheid past men bij voorkeur 5 tot 1000 mmol, bij voorkeur 20-500 mmol, verknopingsmiddel toe.
5 Ook bij deze werkwijze geldt dat het zetmeel aan het begin van de werkwijze nog niet volledig verstijfseld hoeft te zijn. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt tijdens, voor of na het toevoegen van het non-solvent aan de eerste fase de gedeeltelijke of volledige verdere verstijfseling van het granulaire zetmeel teweeg gebracht. Het zetmeel kan tijdens de verknoping gedeeltelijk granulair 10 blijven.
De deeltjesgrootte van deze deeltjes ligt tussen 50 nm - 100 μτη. De deeltjesgrootte is ondermeer afhankelijk van zetmeel en verknoper type en concentratie, reactietijd en het type non-solvent. Ook deze werkwijze biedt het voordeel dat door het aanpassen van de procesomstandigheden, waaronder de verschillende componen-15 ten, de deeltjesgrootte kan worden ingesteld.
Na de verknoping kunnen op zeer eenvoudige wijze de deeltjes afgescheiden worden door middel van centrifugeren of affiltreren en drogen. Eventueel wordt wat extra non-solvent toegevoegd om het systeem te destabiliseren. De deeltjes kunnen in suspensie, na gedeeltelijk drogen, rechtstreeks in toepassingen gebruikt worden. De 20 deeltjes kunnen gedroogd worden aan de lucht, al dan niet na wassen met water, ethanol of aceton, etc., of met bestaande droogtechnieken, zoals walsdrogen, vriesdrogen of sproeidrogen.
Een ander voordeel van deze methode van deeltjes bereiding is dat geen surfactants vereist zijn en geen zuur of zout om de deeltjes te kunnen afscheiden. 25 Hierdoor is hergebruik van de non-solvent ook mogelijk op eenvoudige wijze.
De zetmeeldeeltjes kunnen, onder andere, worden toegepast in papier, textiel, explosieven, schuimen, lijmen, hot melts, wasmiddelen, hydrogelen, meststoffen, voedingsmiddelen, geur- en smaakstoffen, farmaceutische en cosmetische producten, tissues, bodemverbeteraars, bestrijdingsmiddelen, coatings, verven, inkten, toners, 30 organische reacties, katalyse, keramiek, diagnostica. De te gebruiken hoeveelheden zijn voor de betreffende toepassing gebruikelijke hoeveelheden.
9
Voorbeeld 1 13 g Paselli SA2 (Avebe) werd gedispergeerd in 80 g water met 10 g NaCl. De dispersie werd toegevoegd aan 110 g paraffine olie met 7 g Tween-85. De O/W emulsie werd op 22 °C gebracht. Vervolgens werd 0.21 g NaOH en 1.2 ml Epi-5 chloorhydrine (ECH) in 2 ml water toegevoegd en het geheel werd verwarmd tot 50 °C. De fase-inversie temperatuur, PIT2 (na toevoegen loog en dus tijdens verknopen), van de emulsie was 25 °C. De reactietijd bedroeg enkele uren.
Om de scheiding te initiëren werd 0.52 ml 37% HC1 en 50 ml water toegevoegd. De temperatuur werd op 21 °C gebracht. Dit is de fase-inversie temperatuur 10 na neutraliseren emulsie (PIT3). De fase-inversie temperatuur voor toevoegen van zuur, PIT2, ligt gebruikelijk iets hoger dan PIT3. De deeltjes konden op eenvoudige en snelle wijze gecentrifugeerd of afgefiltreerd worden. Met behulp van licht microscopie werd een schatting van de deeltjes grootte gemaakt (< 600 nm). De deeltjes zijn sferisch.
15
Voorbeeld 2 60 g Paselli SA2 (Avebe) werd gedispergeerd in 400 g water met 45 g NaCl. De dispersie werd toegevoegd aan 500 g paraffine olie met 35 g Tween-85. De O/W emulsie werd op 20 °C gebracht. 0.21 g NaOH en 1.2 ml Epichloorhydrine (ECH) in 20 2 ml water werd toegevoegd en het geheel werd verwarmd tot 50 °C. De PIT2 van de W/O emulsie was 25 °C. De reactietijd bedroeg 16 h.
Om de scheiding te initiëren werd 5 g 37% HC1 in 200 ml water toegevoegd. De temperatuur werd op 20 °C gebracht. De deeltjes konden op eenvoudige en snelle wijze gecentrifugeerd of afgefiltreerd worden. Met behulp van licht microscopie werd 25 een schatting van de deeltjes grootte gemaakt (< 600 nm). De deeltjes zijn sferisch.
Voorbeeld 3 60 g Paselli SA2 (Avebe) werd gedispergeerd in 400 g water met 10 g NaCl. De dispersie werd toegevoegd aan 500 g paraffine olie met 35 g Tween-85. De O/W 30 emulsie werd op 20 °C gebracht. De fase-inversie temperatuur, PIT1, voor verknoping van deze emulsie bedraagt 25 °C. 0.95 g NaOH in 3 ml water en 30 g trinalri-um trimetafosfaat (TNTP) wérden toegevoegd en het geheel werd verwarmd tot 55 10 °C. De fase-inversie vond plaats bij 25 °C. De reactietijd bedroeg 3.5 h.
Om de scheiding te initiëren werd 2.4 g 37% HC1 in 200 ml water toegevoegd. De temperatuur werd verlaagd tot onder 25 °C (/.e. PIT3). De deeltjes werden gescheiden door middel van afwisselend te verhitten en te koelen, rond een tempera-5 tuur van 20 °C (fase-inversie temperatuur na neutraliseren, i.e. PIT3)). Met behulp van licht microscopie werd een schatting van de deeltjes grootte gemaakt (< 600 nm).
Voorbeeld 4 200 g Paselli SA2 (Avebe) werd gedispergeerd in 1 1 water met 70 g TNTP. 10 De dispersie werd toegevoegd aan 1000 ml paraffine olie met 40 g Tween-85. De O/W emulsie werd op 20 °C gebracht. De fase-inversie vond plaats bij 25 °C (PIT2; PIT1 is 24 °C). 2.5 g NaOH in 10 ml water werd toegevoegd en het geheel werd verwarmd tot 50 °C. De reactietijd bedroeg 16 h.
Om de scheiding te initiëren werd 6.25 g 37% HC1 in 500 ml water toege-15 voegd. De temperatuur werd verlaagd tot onder 22 °C (PIT3). De deeltjes werden gescheiden door afwisselend te verhitten en te koelen rond een temperatuur van 22 °C (fase-inversie temperatuur na neutraliseren, i.e. PIT3)). Met behulp van licht microscopie werd een schatting van de deeltjes grootte gemaakt (< 600 nm). De deeltjes zijn sferisch.
20
Voorbeeld 5 6 g Paselli SA2 werd gedispergeerd in 40 g water met 3 g NaCl. De dispersie werd toegevoegd aan 55 g paraffine olie met 3.5 g Tween-85. De O/W emulsie werd op 20 °C gebracht. 0.314 g NaOH in 2 ml water werd toegevoegd. Vervolgens werd 25 0.3 g GMAC (cationisch reagens) in 2 ml water toegevoegd met 1 ml ECH. Het geheel werd verwarmd tot 50 °C. De reactietijd bedroeg 6 h.
Om de scheiding te initiëren werd 0.79 g 37% HCI in 20 ml water toegevoegd. De temperatuur werd verlaagd tot onder 30 °C. De PIT3 bedroeg 30 °C. Met behulp van licht microscopie werd een schatting van de deeltjes grootte gemaakt. De 30 PIT3 kon worden verlaagd door toevoegen van NaCl.
1 0 ) OS 26-" 11
Voorbeeld 6
In een bekerglas met bovenroerder werd 12 g natief aardappel zetmeel (PN) in demiwater (600 ml) gedispergeerd. Aan de zetmeeldispersie werd loog toegevoegd (2 g in 25 ml demiwater) totdat een homogene dikke geleiachtige massa werd verkregen 5 zonder klonten. Vervolgens werd ethanol (EtOH, 450 ml) rustig in de zetmeel-water fase gebracht totdat er een (melkachtig, wit) twee-fasensysteem gevormd werd. Nadat een stabiele situatie was verkregen, werd er 4 g TNTP toegevoegd. De reactie werd uitgevoerd bij kamertemperatuur gedurende 24 h. Na reactie werd er ethanol (250 ml) bij gevoegd totdat er een bezinksel ontstond van water met de zetmeeldeeltjes en een 10 EtOH-water bovenlaag. De EtOH-water laag werd afgegoten. Eventueel kan eerst gecentrifugeerd worden (3 min bij 3000 rpm). Eventueel wordt de zetmeellaag nog een aantal malen gewassen met water totdat vrijwel alle EtOH is verdwenen. Uit lichtmicroscopie bleek dat het zetmeel gedeeltelijk verstijfseld was en rest granules bevatte.
15
Voorbeeld 7
In een bekerglas met bovenroerder werd 500 g natief aardappel zetmeel (PN) in demiwater (25 1) gedispergeerd. Aan de zetmeeldispersie werd loog toegevoegd (333 g), totdat een homogene dikke geleiachtige massa werd verkregen zonder klon-20 ten. Vervolgens werd ethanol (EtOH, 10.4 1) rustig in de zetmeel-water fase gebracht totdat er een (melkachtig, wit) twee-fasensysteem gevormd werd. Nadat een stabiele situatie was verkregen, werd er 366.7 g TNTP toegevoegd. De reactie werd uitgevoerd bij kamertemperatuur gedurende 24 h. De EtOH - water laag werd zoveel mogelijk afgegoten nadat de deeltjes een bezinksel hadden gevormd. De water -25 zetmeel laag werd gesproeidroogd met een Niro Mobile Minor Sproeidroger (stand 2 bij 150 °C). De deeltjes grootte bepaald met electron microscopie was circa 1-10 μηι.
Voorbeeld 8
In een bekerglas met bovenroerder werd 18 g natief was maïs zetmeel (WCN) 30 in demiwater (600 ml) gedispergeerd. Aan de zetmeeldispersie werd loog toegevoegd (6 g in 25 ml demiwater) totdat een homogene dikke geleiachtige massa werd verkregen zonder klonten. Vervolgens werd ethanol (EtOH, 250 ml) rustig in de zetmeel- 12 water fase gebracht totdat er een (melkachtig, wit) twee-fase systeem gevormd werd. Nadat een stabiele situatie was verkregen, werd er 4 g TNTP toegevoegd. De reactie werd uitgevoerd bij kamer temperatuur gedurende 24 h. Na reactie werd er ethanol (156 ml) bijgevoegd totdat er een bezinksel ontstond van water met de zetmeeldeel-5 tjes en een EtOH-water bovenlaag. Tijdens het toevoegen werd een ultrasoonbad gebruikt. De EtOH-water laag werd afgegoten. Eventueel kan gecentrifugeerd worden (3 min bij 3000 rpm). Eventueel wordt de zetmeellaag nog een aantal malen gewassen met water totdat vrijwel alle EtOH is verdwenen.
10 Voorbeeld 9
Op identieke wijze als voorbeeld 7, 8 en 9 werden deeltjes gemaakt van Floc-gel en Paselli SA2 zetmeel (Avebe). De hoeveelheden toegevoegd EtOH voor de scheiding (2de hoeveelheid) bedroegen echter 230 en 255 ml, respectievelijk.
15 Voorbeeld 10 100 g kationisch zetmeel (Avebe, DS = 0.044) werd gedispergeerd in ca. 300 ml water. Hieraan werd 20 g ECH toegevoegd en 150 mg H2S04. Vervolgens werd de zetmeelsuspensie gedurende 4 uur bij 70 °C gehouden om het ECH zuur te koppelen aan het zetmeel. Tegelijkertijd werd het zetmeel verstijfseld. Daarna werd de 20 zetmeeloplossing afgekoeld tot kamertemperatuur.
Vervolgens werd ca. 300 ml ethanol toegevoegd; bij deze verhouding wa-ter/ethanol trad fasenscheiding op wat te zien was aan het troebel worden van de oplossing en tevens met lichtmicroscopie. Zodra fasenscheiding optrad werd de pH omhoog gebracht door langzaam toevoegen van een oplossing van 1 g NaOH in een 25 50 ml van een 1:1 water/ethanol mengsel. Hierdoor werd de crosslinkreactie gestart.
Na 18 uur werd extra ethanol toegevoegd, waarna de gecrosslinkte zetmeeldeeltjes uit de ethanol verwijderd werden door centrifugeren. De deeltjes werden gewassen en ingedikt tot een suspensie van ca. 30% vaste stof.
1010 32ou

Claims (15)

1. Werkwijze voor het bereiden van zetmeeldeeltjes in een twee-fasensysteem, 5 welke werkwijze ten minste de volgende stappen omvat: a) het bereiden van een eerste fase omvattende een dispersie van zetmeel in water; b) het bereiden van een dispersie of emulsie van de eerste fase in een tweede vloeibare fase, met dien verstande dat de tweede fase geen water is; 10 c) het verknopen van het in de eerste fase aanwezige zetmeel; d) het afscheiden van de aldus ontstane zetmeeldeeltjes.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de tweede fase een hydrofobe fase is, welke werkwijze de volgende stappen omvat: 15 a) het bereiden van een eerste fase omvattende een dispersie van zetmeel in water; b) i) het dispergeren of emulgeren van de tweede fase in de eerste fase, zodanig dat een olie-in-water emulsie verkregen wordt; ii) het inverteren van de olie-in-water emulsie naar een water-in-olie emulsie; 20 c) het verknopen van het in de eerste fase aanwezige zetmeel; d) het afscheiden van de aldus ontstane zetmeeldeeltjes.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij voor, tijdens of na stap b)ii) het zetmeel geheel of gedeeltelijk verstijfseld wordt. 25 _____
4. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij in stap b) i) de verhouding hydrofobe fase/water 80/20 tot 20/80, bij voorkeur 60/40 tot 40/60 is.
5. Werkwijze volgens conclusie 2, 3 of 4, waarbij de olie-in-water emulsie een 30 surfactant bevat.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarbij de surfactant een HLB-waarde van 8 r tot 20, bij voorkeur van 10 tot 15 heeft.
7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, waarbij stap b) ii) het verhogen van de temperatuur van de olie-in-water emulsie totdat inversie optreedt, omvat. 5
8. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, waarbij stap b) ii) het toevoegen van een tweede surfactant aan de olie-in-water emulsie omvat, zodanig dat inversie naar een water-in-olie emulsie optreedt.
9. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, waarbij stap a) ii) het toevoegen van een hydrofobe vloeistof aan de olie-in-water emulsie omvat, zodanig dat inversie naar een water-in-olie emulsie optreedt.
10. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de tweede fase een met water meng-15 baar non-solvent voor zetmeel is, welke werkwijze omvat: a) het bereiden van een eerste fase omvattende een dispersie van zetmeel in water; b) het toevoegen van de tweede fase aan de eerste fase, zodat fasenscheiding optreedt; 20 c) het verknopen van het in de eerste fase aanwezige zetmeel; en d) het afscheiden van de aldus ontstane zetmeeldeeltjes.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij het met water mengbare non-solvent voor zetmeel ethanol of aceton is, bij voorkeur ethanol is. 25
12. Werkwijze volgens conclusie 10 of 11, waarbij het zetmeel voor, tijdens of na stap b) of c) geheel of gedeeltelijk verstijfseld wordt.
13. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het zetmeel 30 bestaat uit gedeeltelijk gemodificeerd zetmeel.
14. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het gehalte aan zetmeel in de eerste fase, 1-50 gew. %, bij voorkeur 5 tot 25 gew. % is.
15. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het verknopen wordt uitgevoerd met behulp van een verknopingsmiddel, dat bij voorkeur trinatrium-5 trimetafosfaat of epichloorhydrine is. SAMENWERKINGSVERDRAG (PCT) RAPPORT BETREFFENDE NIEUWHEIDSONDERZOEK VAN INTERNATIONAAL TYPE IOENTIFIKATIE VAN OE NATIONALE AANVRAGE Kenmerk van αβ aanvrager ol van de gemachtigde NO 42044_ Nederlandse aanvrage nr. Indieningjdatum 1010S26 30 december 1998 Ingeroepen voorrangsdatum Aanvrager (Naam) INSTITUUT VOOR AGROTECHNOLOGISCH ONDERZOEK (ATO-DLO) Datum van het verzoek voor een onderzoek van internationaal type Door de Instantie voor Internationaal Onderzoek (ISA) aan het verzoek voor een onderzoek van internationaal type toegekend nr. SN 32510 NL I. CLASSIFICATIE VAN HET ONDERV^RPfbij toepassing van verschillende classificaties,alle classificatiesymbolen opgeven) Volgens de Internationale classificatie (IPC) Int.Cl.6: C 08 B 31/00, C 08 J 3/16 II. ONDERZOCHTE GEBIEDEN VAN DE TECHNIEK Onderzochte minimum documentatie Classificatiesysteem Classificatiesymbolen Int.Cl.6: C 08 B, C 08 J Onderzochte andere documentatie dan de minimum documentatie voor zover dergelijke documenten in de onderzochte gebieden zijn opgenomeri lil. | | GEEN ONDERZOEK MOGELIJK VÖÖR BEPAALDE CONCLUSIES (opmerkingen op aanvullingsblad) IV- [ 1 GEBREK AAN EENHEID VAN UITVINDING (opmerkingen op aanvullingsblad) ._^orm PCT/ISA/ÏOU,) 07.1979 t . / - ï
NL1010926A 1998-12-30 1998-12-30 Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes. NL1010926C2 (nl)

Priority Applications (15)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010926A NL1010926C2 (nl) 1998-12-30 1998-12-30 Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes.
BRPI9916691-7A BR9916691B1 (pt) 1998-12-30 1999-12-29 processo para preparação de partìculas de amido em um sistema de duas fases.
US09/869,706 US6755915B1 (en) 1998-12-30 1999-12-29 Method for the preparation of starch particles
JP2000592325A JP4977292B2 (ja) 1998-12-30 1999-12-29 澱粉粒子の製造方法
CNB998153095A CN1226307C (zh) 1998-12-30 1999-12-29 淀粉颗粒的制备方法
AT99964778T ATE242272T1 (de) 1998-12-30 1999-12-29 Verfahren zur herstellung von stärketeilchen
ES99964778T ES2200586T3 (es) 1998-12-30 1999-12-29 Metodo para la preparacion de particulas de almidon.
EP99964778A EP1155041B1 (en) 1998-12-30 1999-12-29 Method for the preparation of starch particles
CA002357032A CA2357032C (en) 1998-12-30 1999-12-29 Method for the preparation of starch particles
KR20017008241A KR100652533B1 (ko) 1998-12-30 1999-12-29 전분 입자의 제조 방법
PCT/NL1999/000814 WO2000040617A1 (en) 1998-12-30 1999-12-29 Method for the preparation of starch particles
DE69908655T DE69908655T2 (de) 1998-12-30 1999-12-29 Verfahren zur herstellung von stärketeilchen
AU30817/00A AU765200B2 (en) 1998-12-30 1999-12-29 Method for the preparation of starch particles
MXPA01006641 MX226463B (es) 1998-12-30 1999-12-29 Metodo para la preparacion de particulas de almidon.
JP2012015009A JP2012111955A (ja) 1998-12-30 2012-01-27 澱粉粒子の製造方法

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010926 1998-12-30
NL1010926A NL1010926C2 (nl) 1998-12-30 1998-12-30 Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1010926C2 true NL1010926C2 (nl) 2000-07-03

Family

ID=19768395

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1010926A NL1010926C2 (nl) 1998-12-30 1998-12-30 Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes.

Country Status (14)

Country Link
US (1) US6755915B1 (nl)
EP (1) EP1155041B1 (nl)
JP (2) JP4977292B2 (nl)
KR (1) KR100652533B1 (nl)
CN (1) CN1226307C (nl)
AT (1) ATE242272T1 (nl)
AU (1) AU765200B2 (nl)
BR (1) BR9916691B1 (nl)
CA (1) CA2357032C (nl)
DE (1) DE69908655T2 (nl)
ES (1) ES2200586T3 (nl)
MX (1) MX226463B (nl)
NL (1) NL1010926C2 (nl)
WO (1) WO2000040617A1 (nl)

Families Citing this family (43)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB0027876D0 (en) * 2000-11-15 2000-12-27 Ucb Sa Coated films and coating compositions
DE60120642T2 (de) * 2001-05-02 2007-06-06 Ecosynthetix Inc., Lansing Verfahren zur Herstellung einer Wellpappe und die hergestellte Wellpappe
EP1383847B1 (en) 2001-05-02 2006-07-12 Ecosynthetix Inc. Environmentally friendly biopolymer adhesives and applications based thereon
US7067460B2 (en) * 2002-11-14 2006-06-27 Baker Hughes Incorporated Organofunctional compounds for shale stabilization of the aqueous dispersed phase of non-aqueous based invert emulsion drilling system fluids
US7947766B2 (en) * 2003-06-06 2011-05-24 The Procter & Gamble Company Crosslinking systems for hydroxyl polymers
EP1645568A4 (en) * 2003-07-11 2007-06-27 Asahi Kasei Chemicals Corp FUNCTIONAL AMYLACEE POWDER
US6977116B2 (en) * 2004-04-29 2005-12-20 The Procter & Gamble Company Polymeric structures and method for making same
US6955850B1 (en) * 2004-04-29 2005-10-18 The Procter & Gamble Company Polymeric structures and method for making same
US20070225727A1 (en) * 2004-05-31 2007-09-27 Keiichi Matsuhisa Transparent Tissue-Visualizng Preparation
US8753705B2 (en) * 2005-06-07 2014-06-17 Mgpi Processing, Inc. Mineral-bound starch compositions and methods of making the same
US7931778B2 (en) * 2005-11-04 2011-04-26 Cargill, Incorporated Lecithin-starches compositions, preparation thereof and paper products having oil and grease resistance, and/or release properties
PL2034850T3 (pl) * 2006-06-06 2017-09-29 Dsm Ip Assets B.V. Nowy czynnik starterowy do wytwarzania sera
US20100062073A1 (en) * 2006-11-29 2010-03-11 Ronald Arthur Beyerinck Pharmaceutical compositions comprising nanoparticles comprising enteric polymers casein
US8309129B2 (en) * 2007-05-03 2012-11-13 Bend Research, Inc. Nanoparticles comprising a drug, ethylcellulose, and a bile salt
WO2008135855A2 (en) 2007-05-03 2008-11-13 Pfizer Products Inc. Nanoparticles comprising a cholesteryl ester transfer protein inhibitor and a nonionizable polymer
EP1992364A1 (en) * 2007-05-16 2008-11-19 Biosuma S.r.l. Carboxylated polysaccharides phosphated or bisphosphonated derivatives, optionally cross-linked, and their preparation and biomedical uses
WO2008149230A2 (en) 2007-06-04 2008-12-11 Pfizer Products Inc. Nanoparticles comprising drug, a non-ionizable cellulosic polymer and tocopheryl polyethylene glycol succinate
US8974827B2 (en) * 2007-06-04 2015-03-10 Bend Research, Inc. Nanoparticles comprising a non-ionizable cellulosic polymer and an amphiphilic non-ionizable block copolymer
US8283813B2 (en) 2007-06-27 2012-10-09 Brooks Automation, Inc. Robot drive with magnetic spindle bearings
JP2009028289A (ja) * 2007-07-27 2009-02-12 Goodman Co Ltd ステント及びその製造方法
US9233078B2 (en) * 2007-12-06 2016-01-12 Bend Research, Inc. Nanoparticles comprising a non-ionizable polymer and an Amine-functionalized methacrylate copolymer
US9724362B2 (en) 2007-12-06 2017-08-08 Bend Research, Inc. Pharmaceutical compositions comprising nanoparticles and a resuspending material
US20090173775A1 (en) * 2008-01-04 2009-07-09 Dixie Consumer Products Llc Disposable pressware prepared from paperboard sized with nano starch
EP2246366A1 (en) 2009-03-24 2010-11-03 Mondi Limited South Africa Process and device for preparing starch microgel particles for the paper industry
EP2246472A1 (en) 2009-03-24 2010-11-03 Mondi Limited South Africa Process for preparing polysaccharide gel particles and pulp furnish for use in paper making
US9068062B2 (en) 2009-12-10 2015-06-30 Dow Global Technologies Llc Process for preparing stable starch dispersions
US20110212145A1 (en) * 2010-03-01 2011-09-01 Honeywell International Inc. Hair fixatives comprising cross linked starches
US20120141551A1 (en) 2010-12-02 2012-06-07 Ecosynthetix Ltd. Aptamer bioconjugate drug delivery device
US20150125498A1 (en) * 2010-12-15 2015-05-07 Speximo Ab New particle stabilized emulsions and foams
US20120309246A1 (en) * 2011-06-03 2012-12-06 Alexander Tseitlin Curable biopolymer nanoparticle latex binder for mineral, natural organic, or synthetic fiber products and non-woven mats
CN102949971B (zh) * 2012-10-30 2014-09-10 中科院广州化学有限公司 一种淀粉基二氧化硅复合微球及其制备方法和应用
US8821689B1 (en) 2013-01-25 2014-09-02 Penford Products Co. Starch-biogum compositions
US9616696B2 (en) 2013-10-23 2017-04-11 Ecosynthetix Inc. Coating for paper adapted for inkjet printing
JP2016539235A (ja) 2013-12-05 2016-12-15 エコシンセティックス リミテッド ホルムアルデヒド非含有バインダーおよび多成分ナノ粒子
WO2015144983A1 (en) * 2014-03-28 2015-10-01 Teknologian Tutkimuskeskus Vtt Oy Starch nanoparticles and process for the manufacture thereof
WO2015187631A1 (en) 2014-06-02 2015-12-10 Tethis, Inc. Modified biopolymers and methods of producing and using the same
CN104761680B (zh) * 2015-03-19 2017-12-08 东北师范大学 一种具有重金属捕集作用的纳米淀粉基絮凝剂的制备方法
BR112018007986A2 (pt) 2015-10-21 2020-02-18 Poznan Univ Of Medical Sciences detecção e tratamento de cáries e microcavidades com nanopartículas
US10689566B2 (en) 2015-11-23 2020-06-23 Anavo Technologies, Llc Coated particles and methods of making and using the same
KR20200118109A (ko) * 2018-02-02 2020-10-14 스펙시모 에이비 비-용해된 전분 기제 입자의 용도
US11666515B2 (en) 2018-03-28 2023-06-06 Greenmark Biomedical Inc. Phosphate crosslinked starch nanoparticle and dental treatments
US20220370372A1 (en) * 2019-09-27 2022-11-24 Greenmark Biomedical Inc. Bisphosphonate loaded starch nanoparticle
CN113896910B (zh) * 2021-09-15 2022-06-24 广州光驭超材料有限公司 一种纳米淀粉基微凝胶微球及其制备方法和应用

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1443359A1 (de) * 1961-10-25 1968-11-14 Pharmacia Ab Verfahren zur Herstellung von hochmolekularen hydrophilen Vernetzungsprodukten in Form von Gelkoernern
NL7402700A (nl) * 1973-03-01 1974-09-03
EP0900807A1 (en) * 1997-09-05 1999-03-10 Instituut Voor Agrotechnologisch Onderzoek (Ato-Dlo) Absorbing material based on starch having improved absorbent properties and process for the preparation thereof

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5174051A (ja) * 1974-12-25 1976-06-26 Nippon Parupu Kogyo Kk Koryo
DE2634539C2 (de) * 1976-07-31 1983-08-25 Hoechst Ag, 6230 Frankfurt Verfahren zur Herstellung von saugfähigen, modifizierten Stärkeethern und deren Verwendung
JPS6011961B2 (ja) * 1982-03-31 1985-03-29 工業技術院長 ポリシクロデキストリンビ−ズの製法
GB8530271D0 (en) * 1985-12-09 1986-01-22 Shell Int Research Preparation of polysaccharide in oil dispersion
US4716186A (en) * 1986-04-09 1987-12-29 A. E. Staley Manufacturing Company Starch derivatives and methods of making using same
US5409726A (en) * 1990-02-20 1995-04-25 A. E. Staley Manufacturing Co. Method of preparing reduced fat foods
US5342932A (en) * 1992-01-21 1994-08-30 Kraft General Foods, Inc. Process for preparing non-hydroxypropylated, deflavored, crosslinked, pregelatinized, starch and product
NL1006444C2 (nl) * 1997-07-01 1999-01-05 Inst Voor Agrotech Onderzoek Inkapseling van werkzame stoffen.
US6413505B1 (en) * 1998-04-09 2002-07-02 Nationa L Starch And Chemical Investment Holding Corporation Nonionically derivatized starches and their use in non-aerosol, low VOC hair cosmetic compositions
FR2780901B1 (fr) * 1998-07-09 2000-09-29 Coletica Particules, en particulier micro- ou nanoparticules de monosaccharides et oligosaccharides reticules, leurs procedes de preparation et compositions cosmetiques, pharmaceutiques ou alimentaires en contenant

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1443359A1 (de) * 1961-10-25 1968-11-14 Pharmacia Ab Verfahren zur Herstellung von hochmolekularen hydrophilen Vernetzungsprodukten in Form von Gelkoernern
NL7402700A (nl) * 1973-03-01 1974-09-03
EP0900807A1 (en) * 1997-09-05 1999-03-10 Instituut Voor Agrotechnologisch Onderzoek (Ato-Dlo) Absorbing material based on starch having improved absorbent properties and process for the preparation thereof

Also Published As

Publication number Publication date
BR9916691A (pt) 2002-03-19
CA2357032C (en) 2009-02-17
CN1335857A (zh) 2002-02-13
US6755915B1 (en) 2004-06-29
EP1155041A1 (en) 2001-11-21
CN1226307C (zh) 2005-11-09
DE69908655D1 (de) 2003-07-10
WO2000040617A1 (en) 2000-07-13
DE69908655T2 (de) 2004-07-01
KR100652533B1 (ko) 2006-12-01
JP4977292B2 (ja) 2012-07-18
BR9916691B1 (pt) 2010-11-30
MX226463B (es) 2005-02-25
KR20010108052A (ko) 2001-12-07
AU3081700A (en) 2000-07-24
JP2002543220A (ja) 2002-12-17
ATE242272T1 (de) 2003-06-15
ES2200586T3 (es) 2004-03-01
AU765200B2 (en) 2003-09-11
CA2357032A1 (en) 2000-07-13
JP2012111955A (ja) 2012-06-14
MXPA01006641A (es) 2004-04-21
EP1155041B1 (en) 2003-06-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1010926C2 (nl) Werkwijze voor de bereiding van zetmeeldeeltjes.
Altuna et al. Synthesis and characterization of octenyl succinic anhydride modified starches for food applications. A review of recent literature
Wang et al. Research advances in chemical modifications of starch for hydrophobicity and its applications: A review
EP1838739B1 (en) Chemical composition and process
US20100155338A1 (en) Method for the cationisation of legume starches, cationic starches thus obtained applications thereof
CN101087811B (zh) 含水淤浆、其制备方法和用途以及生产纸张的方法
US6340527B1 (en) Encapsulation of active ingredients
WO2000069916A1 (en) Biopolymer nanoparticles
JP2002534566A (ja) 疎水性デンプン誘導体
US20060131362A1 (en) Chemical composition and process
WO2021255292A1 (en) Improved microcapsules and method for the production and use thereof
Shulepov et al. One-pot synthesis of cross-linked sub-micron microgels from pure cellulose via the Ugi reaction and their application as emulsifiers
Costa et al. Cellulose as a natural emulsifier: from nanocelluloses to macromolecules
WO1999012976A1 (en) Absorbing material based on starch having improved absorbent properties and process for the preparation thereof
CN1860160B (zh) 纸张和纸板的多孔填料或涂覆颜料及其制备方法
VAN SOEST et al. Starch-Based Microparticles: a Preliminary Study of the Structure and Properties
CN113382801A (zh) 基于二元醇纤维素的球形胶囊
BACQUET et al. 3 Synthetic latex binders for
PL227777B1 (pl) Biodegradowalne hydrofilowe mikrocząstki na bazie pochodnych skrobi i sposób otrzymywania biodegradowalnych hydrofilowych mikrocząstek na bazie pochodnych skrobi

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: ECOSYNTHETIX INC.

VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040701