NL8502059A - Aandrijfaggregaat voor een schip. - Google Patents

Aandrijfaggregaat voor een schip. Download PDF

Info

Publication number
NL8502059A
NL8502059A NL8502059A NL8502059A NL8502059A NL 8502059 A NL8502059 A NL 8502059A NL 8502059 A NL8502059 A NL 8502059A NL 8502059 A NL8502059 A NL 8502059A NL 8502059 A NL8502059 A NL 8502059A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
module
unit according
drive unit
ship
deck
Prior art date
Application number
NL8502059A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193658C (nl
NL193658B (nl
Original Assignee
Blohm Voss Ag
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Blohm Voss Ag filed Critical Blohm Voss Ag
Publication of NL8502059A publication Critical patent/NL8502059A/nl
Publication of NL193658B publication Critical patent/NL193658B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193658C publication Critical patent/NL193658C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63HMARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H21/00Use of propulsion power plant or units on vessels
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63HMARINE PROPULSION OR STEERING
    • B63H21/00Use of propulsion power plant or units on vessels
    • B63H21/30Mounting of propulsion plant or unit, e.g. for anti-vibration purposes
    • B63H21/305Mounting of propulsion plant or unit, e.g. for anti-vibration purposes with passive vibration damping

Description

•4 · VO 7300
Aandrijfaggregaat voor een schip
De uitvinding heeft betrekking op een aandrij faggregaat voor een schip met een motor en aandrijfmechanisme evenals een stationair op een scheepsromp geïnstalleerde asinstallatie voor het aandrijven 5 van de scheepsschroef.
Dergelijke aandrijfaggregaten worden in het algemeen op in het schip vooraf gereedgemaakte funderingen opgesteld en vervolgens met de vereiste voedingsleidingen verbonden. Een bezwaar bij de bekende ten opzichte van het schip stationaire opstelling van aandrij faggre-10 gaten is enerzijds de relatief dure montage en de lastige verwisselbaarheid van beschadigde machineonderdelen. Bovendien is bij de bekende aandrijf aggregaten de ruis- en vibratietoevoer naar de scheepsromp zeer aanzienlijk.
Er is reeds een aandrijfinrichting voor water- en luchtvoertui-15 gen bekend (Duits octrooischrift 319981), waarbij de aandrijfmotor is gelegerd in een elastisch opgehangen wieg, die naar alle richtingen vrij kan zwaaien opdat bewegingen van de motor van een willekeurig type niet naar de romp van het voertuig kunnen worden verder geleid. Een bezwaar van de bekende aandrijfinrichting'is echter, dat deze slechts bij een 20 nog niet gemonteerd dek kan worden ingebracht en bevestigd en dat de ophanging aan de veren enerzijds lastig kan worden bewerkstelligd en anderzijds tot een veel te onstabiele legering leidt, welke bij bepaalde frekwenties kan opslingeren.
Het doel van de uitvinding is derhalve een aandrijfaggregaat 25 voor een schip van het boven beschreven type te verschaffen, dat rationeel gemonteerd en ook gedemonteerd kan worden, waarbij de ruis- en trillingsoverdracht naar de scheepsromp zonder het gevaar van een opslingeren van motortrillingen is gereduceerd en kontrole-, reparatie-en vernieuwingswerkzaamheden op een zeer economische wijze kunnen wor-30 den uitgevoerd. Het aandrijfaggregaat dient bovendien op een ruimte besparende en kompakte wijze te zijn opgebouwd en een grote bedrijfszekerheid te bezitten ook in het geval van beschadiging (bijvoorbeeld bij het uitbreken van brand, onder oorlogsomstandigheden of bij het intreden van water.
35 Voor het oplossen van dit probleem is volgens de uitvinding tenminste de motor ondergebracht in een kastvormige module, die aan de 8502059 ’ ï * - 2 - * bovenzijde aan ten opzichte van het schip stationaire legers aan een scheepsdek is opgehangen, tussen de module en de stationair op de scheepsromp geïnstalleerde rotatieoverdrachtsinrichtingen een axiaal-radiaal-kompensatieorgaan aanwezig is en het scheepsdek boven de module 5 een, een grotere dwarsdoorsnede dan de module bezittende opening bezit, welke door een afneembaar deksel, bij voorkeur onder tussenschakeling van een ringvormige afdichting kan worden afgesloten.
Bij voorkeur is de konstruktie zodanig, dat ook het aandrijfmechanisme in de module is ondergebracht en het axiaal-radiaal-kompen-10 satieorgaan tussen het aandrijfmechanisme en de asinstallatie buiten de module aanwezig is. Meer in het bijzonder wordt het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan gevormd door twee op een axiale afstand opgestelde kruiskoppelingen en een zich daartussen bevindend axiaal-kompensatie-onderdeel.
15 Een verdere gunstige uitvoeringsvorm is daarin gekenmerkt, dat de asinstallatie achter het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan een aan de scheepsromp bevestigd, gecombineerd radiaal-axiaal-drukleger omvat, waarmede meer in het bijzonder ook een schroefverstelinrichting is gecombineerd.
20 De uitvinding dient derhalve daarin te worden gezien, dat een tenminste de meest belangrijke onderdelen van het aandrijfaggregaat bevattende, kompakte, meer in het bijzonder kubusvormige module als een vooraf vervaardigde eenheid in de scheepsromp kan worden ingebracht.
Alle voedingsleidingen kunnen dan via één of twee snijpunten op de 25 ingebrachte module worden aangesloten. Bovendien dient de module te zijn voorzien van een besturingseenheid, welke analoog of digitaal kan werken. De motor dient binnen de module te kunnen worden gestart, waarbij als starthulpmiddel gebruik kan worden gemaakt van aan de module toegevoerde druklucht. Op deze wijze is het mogelijk de motor ook bij een 30 zich buiten het schip bevindende module voor testdoeleinden te kunnen laten lopen.
In het geval, dat gebruik wordt gemaakt van een hydrostatisch aandrijfstelsel kan het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan ook worden verwezenlijkt door de hydropomp en de hydromotor verbindende slangen.
35 Een bijzonder voordeel van de konstruktie volgens de uitvinding bestaat daarin dat de motor en het aandrijfstelsel niet ten opzichte van de asinstallatie behoeven te worden gecentreerd. De bevestiging in het bovenste gebied van de module leidt tot een meer eenvoudige montage. Bovendien wordt hierdoor het zwaaigedrag van de module begunstigd.
8502059
* A
- 3 -
Door het zich tussen de module en de asinstallatie bevindende axiaal-radiaal-kompensatieorgaan wordt een goede rotatieverbinding tussen de bij voorkeur gedempt trillend opgehangen module en de stationair in de scheepsromp geïnstalleerde asinstallatie verkregen. De gedempt 5 elastische ophanging in het bovenste gebied kan op een bijzonder kom-pakte en stabiele wijze worden verwezenlijkt doordat bovenaan de module zijdelings uitstekende steunarmen aanwezig zijn, die via daaronder aangebrachte vertikale schokdempers op de stationair met het schip zijnde legers zijn bevestigd, waarbij de opening in het scheeps-10 dek zo breed is, dat ook de steunarmen deze opening kunnen passeren, terwijl in de lengterichting een aantal vertikale schokdempers op een afstand van elkaar aanwezig kan zijn.
Een gunstige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is zodanig uitgevoerd dat de legers als langwerpige platen zijn uitgevoerd en 15 zich zijdelings ook buiten de steunarmen uitstrekken en op onder het scheepsdek bevestigde langsspantaizijn aangebracht, waarbij bij voorkeur het deksel in één vlak met het scheepsdek ligt.
Om ook zijdelingse zwaaibewegingen van de module te dempen zijn bij een verdere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding zijdelings 20 in het onderste gebied van de module aan de scheepswand bevestigde zijondersteuningslegers aanwezig. Dit kan bijvoorbeeld worden verkregen doordat de zijondersteuningslegers bestaan uit een aan de scheepswand bevestigde legervoet en een tussen deze voet en de zijde van de module aanwezige zijschokdemper. Om in het onderste gebied van de module 25 elke latere montagewerkzaamheid te vermijden, is bij een uitvoeringsvorm waaraan meer in het bijzonder de voorkeur wordt gegeven, elke zijschokdemper aan de legervoet bevestigd en rust de schokdemper slechts tegen de module, en wel bij voorkeur tegen een tegenplaat.
Om ook in de lengterichting van het schip optredende zwaaibewe-30 gingen van de module te kunnen dempen, zijn bij een voorkeursuitvoeringsvorm in het bovenste gebied van de module aan de voorzijde en/of aan de achterzijde in de richting van de langsas van het schip werkzame axiale schokdempers tussen de module en een stationair met het schip zijnde steun aanwezig. Voor een eenvoudige montage zijn ook in dit ge-35 val de axiale schokdempers stationair op de scheepsromp aangebracht en rusten zij slechts tegen de module en wel bij voorkeur tegen hiervoor speciaal aanwezige tegenplaten.
Een uitvoeringsvorm van de module volgens de uitvinding waaraan meer in het bijzonder de· voorkeur wordt gegeven, is daarin geken- 8502 033 ·' - 4 - f i * merkt, dat de module als een kastvormig gestel is uitgevoerd, dat bij voorkeur uit staalprofielen is opgebouwd. Hierbij kunnen meer in het bijzonder standaardprofielen worden toegepast, waardoor het kastvormige gestel op een zeer economische wijze kan worden vervaardigd.
5 Bij voorkeur zijn aan de onderste langssteunen van het kastvor mige gestel de machinefunderingen aangebracht. De machinefunderingen kunnen meer in het bijzonder worden verkregen doordat de onderste langssteunen door opgelaste platen worden vervolmaakt tot kastvormige spanten, waarbij de kastvormige spanten bij voorkeur als oliereservoirs zijn 10 uitgevoerd. Op deze wijze kan binnen de module de verse-olie-oude-olie-respektievelijk droge-pompmethode worden uitgevoerd.
Het kastvormige gestel is volgens de uitvinding zodanig uitgevoerd, dat geen inbouwonderdeel de virtuele begrenzingsvlakken van de module passeert.
15 Bovendien dient het kastvormige gestel een stationair geïnstal leerde grondplaat van metaal of een metaal-sandwich-konstruktie te bezitten.
Verder is het van voordeel wanneer het kastvormige gestel volgens gladde oppervlakken met geluid- en thermisch dempend materiaal 20 is bekleed. Hierbij is het mogelijk, gebruik te maken van metaal-sand-wich elementen, welke waterdicht kunnen worden gemonte'erd. Dit maakt een zeker bedrijf zelfs bij overstroomde machineruimten mogelijk. Verder kan de sandwich bekleding worden toegepast met een geschikte kera-mieklaag voor brand- en splinterbeveiliging. In het geval van een vol-25 ledige bekleding van de module is een module ventilatiestelsel aanwezig. Koude lucht wordt via het verbrede toevoerluchtkanaal toegevoerd en wel via een afzonderlijke ventilator bij een druk van ongeveer 500 mm water. Warme lucht uit het inwendige van de module kan via een afvoerinrichting met terugslagklep via de uitlaatgaspijp worden afgevoerd.
30 Verder is het van voordeel wanneer bij een gesloten module de aandrijfas van het aandrijfstelsel respektievelijk de motor met een schotdoorvoering door de achterwand van het kastvormige gestel is gevoerd.
Bij kleine schepen, waarbij de hoogte van de machinekamer over-35 eenkomt met de afstand van twee dekken en welke schepen in het algemeen een waterverplaatsing van minder dan 500 ton bezitten, kunnen volgens de uitvinding naast de motor en het aandrijfstelsel ook alle hulpin-richtingen zoals uitlaatinstallatie, luchtaanzuigkanalen, koelers enzo- 8502059 - 5 - voorts in de module zijn ondergebracht. Behalve de motor en het aandrijf stelsel worden derhalve ook nog hulpinrichtingen, zoals warmteuit-wisselaars, zeewaterkoelers, zoetwaterkoelers en smeeroliekoelers en eventuele reservepompen en ventilatoren in de module geïnstalleerd. De 5 voedingsleidingen hiertoe worden centraal via een post met snelwerkende koppelingen en slangverbindingen of kompensatoren toegevoerd en aangesloten. De vereiste elektrische voeding wordt gewaarborgd via een tweede post, welke een onderdeel van het gebruikelijke bedieningspaneel is. De vloeistofpost ligt aan de langszijde midscheeps terwijl de 10 elektrische post met het besturingspaneel aan de kopzijde van de module wordt aangebracht.
De kleine schepen, waarvoor het modulestelsel volgens de uitvinding is ontworpen, vertonen speciale toepassingskriteria en wel de volgende: 15 een betrekkelijk grote gemiddelde kontinue belasting korte kontrole intervallen grote schokbelasting grote ruisvorming.
Bij dergelijke kleine schepen wordt de module in sterke mate in 20 ëên'vlak met het bovendek van boven opgehangen en zowel gas- als waterdicht daarin gepast. De in het dek voor het inbrengen van de module aanwezige openingen wordt vervolgens door een deksel dicht afgesloten. Bij zeer kleine schepen, waarbij een hoogte van het dek niet voldoende is voor het onderbrengen van de module, kan zodanig te werk worden ge-25 gaan, dat de plaatvormige legers ter hoogte van het dek zijn opgesteld en het deksel aam de bovenramd van een, de opening omgevende huls kan worden bevestigd.
De uitvinding is echter ook van toepassing bij grotere schepen, waarbij de machinekamer zich over een aantal dekken uitstrekt, bijvoor-30 beeld bij korvetten met een waterverplaatsing tot duizend ton. In dit geval wordt een aantal modulen boven elkaar opgesteld, waarbij elke afzonderlijke module aan ëën van de dekken is opgehangen en een deel van het aandrijfaggregaat bevat.
In de onderste module bevinden zich bij voorbeeld de motor en 35 het aandrijfstelsel,in de zich daarboven bevindende module de afvoergas-en toevoerluchtinrichtingen en de elektrsiche generator, in de bovenste module bijvoorbeeld de klimaatregelinrichtingen. Op deze wijze wordt een reeks van kleine, kompakte, boven elkaar opgestelde machinekamers 8502 05 9 * # ♦ - 6 - verschaft, welke zich als een pyramide naar beneden toe versmallen om het inbrengen resp. verwijderen van boven af doof het daarboven gelegen dek mogelijk te maken.
De uitvinding beoogt ook voor een gemakkelijk inbrengen en ver-5 wijderen van boven elkaar opgestelde modulen, dat de van onderen naar boven op elkaar volgende modulen een achtereenvolgens toenemende horizontale dwarsdoorsnede bezitten, een en ander zodanig dat de onderste modulen door de opneemruimten van de bovenste modulen heen kunnen worden ingebracht, resp. kunnen worden verwijderd.
10 Van bijzonder voordeel is het wanneer de motor en/of het aan drijf stelsel binnen de module elastisch zijn gelegerd. Ofschoon ten gevolge van de elastische ophanging van de module zelf een starre montage van motor en/of aandrijfstelsel in de module mogelijk is, wordt echter de voorkeur gegeven aan een elastische montage. Derhalve 15 is zonder extra kosten een dubbel elastische legering mogelijk. In principe kan echter de module ook star in de scheepsromp zijn bevestigd. Ook' de massaverdeling tussen de machines en de kastvormige gestellen inklusief de hulpinrichtingen kan volgens de uitvinding gunstig worden gekozen. De bekrachtigingsmassa kan bijvoorbeeld -10 t bedragen, de 20 massa van het kastvormige gestel met de hulpinrichtingen 5 - 7 t, zodat een verhouding van bekrachtigingsmassa tot stilstaande massa van ongeveer 2 - 1,5: 1 wordt verkregen. Het verdient bijzonder de voorkeur wanneer de verhouding van de massa van de motor tot de restmassa van de module 3 : 1 tot 1 : 1 en meer in het bijzonder 2 : 1 bedraagt.
25 Een verder essentieel kenmerk van de modulekonstruktie volgens de uitvinding bestaat in de scheiding van drukleger en aandrijfstelsel door het aanbrengen van het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan.
De konstruktie volgens de uitvinding maakt een eenvoudige en snelle montage en demontage van de aandrijfinrichting en het aandrijf-20 stelsel bij inschakelen en kontrolewerkzaamheden mogelijk. Dit brengt weer tijd- en kostenbesparingen met zich mede. Een motor- of aandrijf-stelselverwisseling in het geval van schade is binnen korte tijd mogelijk, aangezien langdurige centreerwerkzaamheden worden geëlimineerd.
In principe kan echter ook bij kleine schepen het drukleger in 35 het aandrijfstelsel aanwezig blijven en kan de module eenvoudig elastisch in het schip worden opgesteld. Hierbij wordt voor het opnemen van de axiale verschuiving aan de kopzijde van de module in de onderste plaat van het gestel eveneens een ondersteuning via silentblokken toe- 8.5 0 2 0 5 9 « i - 7 - gepast. Dit vereist echter een. centrering van de module in het schip voor de ascentrering. De in het normale geval toegepaste legering via schokelementen of dubbelelastische legering met een dienovereenkomstig meer soepele afstemming en hangende montage reduceert bij een konsekwen-5 te toepassing de schokbelastingen en maakt derhalve goedkopere konstruk-ties en in de eerste plaats het gebruik van goedkope afzonderlijke komponenten mogelijk aangezien de grootste schokbelastingen aan de buitenhuid en de bodem van het schip optreden. Ook wordt de uitstraling van ruis op een gunstige wijze beïnvloed.
10 De wijze van inbouwen van de module maakt de volledige vooraf- werking van de machinekamer mogelijk voordat de module in de scheepsromp wordt ingebracht. Ook de centrering van de asleiding wordt hierbij aanmerkelijk vereenvoudigd aangezien slechts nog een centrering ten opzichte van het drukleger nodig is.
15 De afmeting van de module kan bij inbouw van een motor, een aandrijfstelsel, een dempinrichting voor uitlaatgassen en een aanzuig-leiding bijvoorbeeld als volgt zijn: lengte 5,4 m, breedte 2,4 m, hoogte 3,6 m.
Wanneer de module zonder geluidsdempinrichting en zonder aan-20 zuigleidingen wordt uitgevoerd, dan kan de hoogte tot ongeveer 3 m worden gereduceerd.
Een bijzonder voordeel van het modulestelsel volgens de uitvinding bestaat daarin, dat de machinekamers buitengewoon klein kunnen worden uitgevoerd aangezien een groot gedeelte van de kontrole door 25 verwisseling in verloop van slechts weinige uren kan plaatsvinden.
Zelfs tussentijds inwerkingstellingen kunnen gemakkelijk worden uitgevoerd doordat een module uit het schip wordt verwijderd en of aan dek of op de kade worden geinspekteerd. Bij een boven elkaar gelegen opstelling van een aantal modulen kan door het verwijderen van de bovenste 30 module de daaronder gelegen module gemakkelijk toegankelijk worden gemaakt. De uitvinding verschaft derhalve voor de eerste maal een volledige uitwisselbaarheid van het aandrijfaggregaat.
De machinekamer kan inklusief alle buisleidingen buiten het schip volledig gereed gemaakt worden, waarbij zelfs verf- en markeer-35 werkzaamheden reeds buten het schip kunnen worden uitgevoerd.
De toepassing volgens de uitvinding van schokdempers in plaats van echte veren waarborgt een elastische legering zonder het gevaar van een opslingeren van trillingen doordat bovendien een dempingskomponent es C 2 0 5 5> 1 ♦ - 8 - aanwezig is.
De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont:
Fig. 1 een gedeeltelijk doorgesneden zijaanzicht van een aandrijfaggre-5 gaat volgens de uitvinding in modulekonstruktie;
Fig. 2 een gedeeltelijk doorgesneden achteraanzicht van het aandrijf-aggregaat volgens Fig. 1 over de lijn IX - II van Fig. 1?
Fig. 3 het detail III van Fig. 2 op vergrote schaal;
Fig. 4 het detail IV van Fig. 2 op vergrote schaal; 10 Fig. 5 een gedeeltelijk doorgesneden bovenaanzicht van het aggregaat volgens Fig. 1 en 2 over de lijnen IV-IV van Fig 1 resp. 2;
Fig. 6 een perspektivisch aanzicht van het onder verwijzing naar Fig.
1 tot 5 beschreven aandrijfaggregaat met de omgevende delen van de scheepsromp in uiteengenomen toestand.
15 Fig. 7 een gedeeltelijk doorgesneden zijaanzicht van het na montage in een scheepsromp gekompleteerde aandrijfaggregaat volgens de uitvinding;
Fig. 8 een perspektivisch aanzicht analoog aan dat volgens Fig. 6 van een verdere uitvoeringsvorm; 20 Fig. 9 een schematische doorsnede van een schip loodrecht op de lengteas daarvan met een over een aantal boven elkaar opgestelde modulen verdeeld aandrij faggregaat;
Fig. 10 een schematisch zijaanzicht van een voorkeursuitvoeringsvorm van een aandrijfaggregaat volgens de uitvinding in modulekonstruktie, 25 waarbij geluidsdempinrichting en luchtaanzuigkanalen in de module zijn ondergebracht;
Fig. 11 een schematisch gedeeltelijk zijaanzicht van een aandrijfaggregaat volgens de uitvinding in module konstruktie, waarbij echter in de module slechts de toevoerleidingen naar de geluidsdempinrichting en 30 naar de luchtaanzuigkanalen aanwezig zijn;
Fig. 12 een schematisch zijaanzicht van een module volgens de uitvinding met schuin opgestelde motor en aandrijfstelsel;
Fig. 13 een schematisch zijaanzicht van een motor en een aandrijfstelsel bevattende module volgens de uitvinding waarbij de motor elastisch in 35 de module is gelegerd; en
Fig. 14 eenschematisch zijaanzicht van een verdere gunstige uitvoeringsvorm van het aandrijfaggregaat volgens de uitvinding in modulekonstruk- 850 2 0 3 Ö « t - 9 - tie, waarbij op de, de motor en het aandrijfstelsel omvattende module een verdere inrichtingen en installaties bevattende houder is geplaatst.
Volgens de Fig. 1 tot 7 bestaat de kubusvormige module 13 volgens de uitvinding uit een kastvormig gestel met een aantal even-5 wijdig aan elkaar verlopende onderste langssteunen 31, welke door bodemen afdekplaten 32* resp. 32’' zijn vervolmaakt tot als oliereservoirs te gebruiken kastvormige spanten 32. De onderste langssteunen 31 zijn aan de voorzijde en aan de achterzijde star met elkaar verbonden door dwarssteunen 9. In de vier hoeken bevinden zich vertikale steunen 10, 10 die boven aan de hoeken van een rechthoekig gestel zijn bevestigd, dat uit een zijdelingse afstand bezittende langssteunen 40 en deze aan de voor- en achterzijde verbindende dwarssteunen 40' bestaat. De langssteunen 31 vormen een fundering voor een motor 11 en een daarachter opgesteld aandrijfstelsel 12. In het bovenste gebied van de module 13 15 is bovendien nog een geluidsdempinrichting 38, waarvan de aansluitflens 38' uitkomt in het gebied van het achterste vlak van de module 13 en een luchtaanzuigkanaalinrichting 39, waarvan de aansluitflens 39' uitkomt in het gebied van het voorste vlak van de module 13, bevestigd.
De motor 11 en het aandrijfstelsel 12 zijn door een as 55 wat aandrij-20 ving betreft met elkaar verbonden.
De bovenste langssteunen 40 van het de module 13 vormende kastvormige gestel bezitten volgens de Fig. 1 tot 3 en 6 zijdelings uitstekende steunarmen 22 waaraan aan de onderzijde steeds twee ten opzichte van elkaar evenwijdig verlopende, naast'elkaar opgestelde vertikale 25 schokdempers 23 zijn bevestigd, die aan de onderzijde met een met de lengte daarvan overeenkomende afstand op een als een horizontale plaat uitgevoerde, stationair met het schip zijnd l^ger 14 worden ondersteund. · Elk leger 14 steekt via de schokdempers 23 zijdelings uit en is van-daaruit naar beneden aan een langsspant 24 bevestigd, welk volgens Fig.
30 3 en 6 aan de bovenzijde onder het scheepsdek 25 door middel van een rondom een iets groter dan de module 13 uitgevoerde dekopening 36 omgevende ringvormige plaat 42 is bevestigd. Op bepaalde afstanden in de lengterichting van het schip zijn aan de buitenzijde van de langs-spanten 24 en de legers 14 loodrecht op het leger 14 en de langsspant 35 24 versterkingsplaten 41 aanwezig, die volgens de Fig. 3, 6 het leger 14 en de langsspant 24 volgens een rechte hoek omgeven. Langs elke bovenste langssteun zijn vijf steunarmen 22 met steeds twee naast elkaar 3502059 J ¥ - 10 - gelegen schokdempers 23 gelijkmatig verdeeld opgesteld. Aan de steunar- men 22 hangt het totale gewicht van de module 13 en de daarin onderge- * brachte onderdelen.
Met de onderste langssteunen 31 werken volgens de Fig. 2,4 en 5 5 zijdelings in het gebied van de vier hoeken zijondersteuningslegers 26 samen, welke uit een aan de scheepsromp 15 bevestigde legervoet 27 en tussen deze voet en de onderste langssteunen 31 aangebrachte zij-schokdempers 28 bestaan. Op deze wijze worden zijdelingse zwaaibewegin-gen van de module 13 in het onderste gebied gedempt. De zijschokdempers 10 28 zijn star met de legervoeten 27 verbonden en bezitten aan de naar de module 13 gekeerde uiteinden daarvan evenwijdig aan de bijbehorende zijvlakken van de module 13 verlopende legerplaten 28', waarbij volgens Fig. 6 aan de -langssteunen 31 bevestigde, evenwijdig daaraan verlopende tegenplaten 28'' behoren. Bij ingebouwde module 13 liggen de platen 28', 15 28'1 dicht tegen elkaar.
Volgens Fig. 6 zijn ook tussen de bovenste dwarssteunen 40' respektievelijk de onderste dwarssteunen 9 en de stationair met het schip zijnde steunen 30, 30' axiale schokdempers 29 opgesteld om langs-schommelbewegingen van de module 13 te dempen.
20 ' De axiale schokdempers 29 zijn eveneens voorzien van afsluit- platen 29', die met tegenplaten 29'' bij de module 13 zodanig samenwerken, dat zij bij gemonteerde module 13 stevig tegen de tegenplaten 29' komen te rusten.
Boven de module 13 bevindt zich volgens de Fig. 2, 3 en 6 een 25 met de dwarsdoorsnede van de module 13 inklusief de steunarmen 22 overeenkomende opening 36 in het dek 25, door welke opening de gekompleteer-de module 13 inklusief de zich daarop bevindende aandrijfinrichtingen in de scheepsromp kan worden ingelaten totdat de vertikale schokdempers 23 op het leger 14 steunen, waar zij door middel van schroeven 43 30 (Fig 3) worden bevestigd. Vervolgens kan dan de opening 36 door een op een geschikte wijze gevormd deksel 37 onder tussenschakeling van een afdichting 44 (Fig. 3, 6) waterdicht worden afgesloten.
Volgens Fig. 6 is volgens de uitvinding in de binnenbodem 8 van de scheepsromp 15 een met de horizontale dwarsdoorsnede van de module 35 13 overeenkomende rechthoekige opening 7 aanwezig, waarin het door de steunen 9,31 gevormde onderste gestel van de module 13 grijpt en in de hoogte waarvan de zijschokdempers 28 aanwezig zijn.
In Fig. 6 zijn ook de spanten 6 en de langsbalken 5 van de 8502 0o 9 - 11 - scheepsromp 15 weergegeven.
Zijdelings aan de module 13 kunnen volgens Fig. 6 koelwaterslan-gen 4 worden aangebracht, die op daaraan aangepaste aansluitflenzen 4' in de binnenbodem 8 naast de rechthoekige opening 7 kunnenworden aange-5 sloten om aan de zich in de module 13 bevindende motor 11 koelwater toe te voeren, dat via leidingen 3 vanuit in de tekening niet weergegeven koelwatertoevoer- resp. afvoerplaatsen wordt toegevoerd resp. afgevoerd.
Volgens Fig. 7 bevindt zich achter de onder het scheepsdek 25 opgehangen kubusvormige module 13 de star in de scheepsromp 15 geinstal-10 leerde asinstallatie 16, welke een tussen het aandrijfstelsel 12 en het radiaal-axiaal-drukleger 21 (fig.6) aangebracht axiaal-radiaal-kompen-satieorgaan 17 omvat. Het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan 17 bestaat uit twee op een afstand van elkaar opgestelde kruiskoppelingen 18, 19 met een daartussen aanwezig axiaal-kompensatieonderdeel 20, dat bijvoor-15 beeld kan bestaan uit een boog-tandhulskoppeling.
Tussen het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan 17 en de aandrijfas 33 van het aandrijfstelsel 12 kan bovendien nog een elastische tussen-koppeling 45 aanwezig zijn.
x
Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens de figuren 1 tot 7 is de 20 module 13 aan alle zijden open uitgevoerd, waarbij het meer in het bijzonder aankomt op een goede afdichting van het deksel 37 aan het scheepsdek 25.
De totale asinstallatie 16 wordt voor het inbrengen van de module 13 in de scheepsromp geïnstalleerd. Na het inbrengen en bevestigen 25 van de module moet dan slechts nog de aandrijfas 33 van het aandrijfstelsel 12 met de asinstallatie 16 resp. via het axiaal-radiaal-kompensatie-orgaan 17 met het star aan de binnenbodem 8 gemonteerde radiaal-axiaal-drukleger 21 worden gekoppeld.
Voor het verwijderen van de module 13 behoeft slechts de koppe-30 ling met de asinstallatie 16 worden losgenomen, waarop na het verwijderen van het deksel 37, het losnemen van de voedingsleidingen en de verbindingsschroeven 43 (fig. 3) tussen de module 13 en het leger 14 de module 13 door middel van een hefwerktuig uit de scheepsromp kan worden getild. Bij de schokdempers 28, 29 behoeven geen manipulaties te 35 worden uitgevoerd. Eventueel kan het inbrengen door in figuur 4 aangegeven en in figuur 6 aangeduide schuine inloopgedeelten 28'", 29'" aan de bovenzijde resp. aan de onderzijde bij de platen 28' 28" resp. 29', 29" worden vergemakkelijkt.
8502 05 9 <# « - 12 -
In fig. 8 zijn voor overeenkomstige onderdelen dezelfde verwijzingen toegepast ais in de voorafgaande figuren.
In aanvulling aan de boven beschreven uitvoeringsvorm is echter de module 13 volledig door water- en bij voorkeur ook geluiddichte 5 bekledingsplaten 49 omgeven/ waaruit uitsluitend de verschillende aansluitingen zoals uitlaatpijpaansluitflens 38', koelwateraansluitbuis 4 en de aansluitflens 50 van het aandrijfstelsel 12 uittreden. Ten gevolge van de hermetische afsluiting van de module 13 wordt bereikt dat in het geval van het binnentreden van water in de machinekamer de motor 10 11 met de aangesloten aggregaten volledig tot werken in staat blijft hetgeen meer in het bijzonder bij eventueel aan een beschieting of een mijnexplosie blootgestelde oorlogsschepen van bijzonder belang is.
De asaansluitstomp 50 is volgens fig. 8 door een waterdichte schotdoor-voering 34 gevoerd.
15 Verder bevinden zich bij het utvoeringsvoorbeeld volgens fig.8 het zijdelings van de dekopening 36 opgestelde en als een langwerpige , plaat uitgevoerde leger 14 niet onder het dek 25 doch veeleer ter hoogte van het dek 25. Om nu voor het zich naar boven bevindende bovenste gestel van de module 13, dat uit de steunen 40, 40' bestaat, voldoende 20 plaats te verschaffen is de dekopening 36 omgeven door een kraag 51, waarvan de bovenrand 52 als steunvlak voor de ringvormige afdichting 44 en het deksel 37 is uitgevoerd. Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 8 wordt derhalve het deksel 37 op het vlak 52 van de kraag 51 door middel van in de boringen 52', 52'1 gevoerde bouten bevestigd. Deze 25 uitvoeringsvorm is meer in het bijzonder geschikt voor schepen, waarbij de hoogte tussen de binnenbodem 8 en het dek 25 niet geheel voldoende is voor het onderbrengen van de machine. Vanuit een oogpunt van stabili-. teit verdient het uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 8 zelfs de voorkeur omdat de door de module 13 op de scheepsromp 15 overgedragai krachten 30 direkt ter hoogte van het dek naar het schip worden overgedragen, zodat geen tussenorganen zoals bijvoorbeeld de langsspant 24 volgens fig.6 noodzakelijk zijn.
Volgens fig. 9 zijn bij een groter schip 3 modulen 13, 13', 13'' boven elkaar aan drie boven elkaar gelegen scheepsdekken 25, 25' resp.
35 2511 opgehangen. Opdat de onderste modulen 13, 13' na het verwijderen van de zich daarboven bevindende module 13' resp. 13'1 naar boven kunnen worden verwijderd, zijn de horizontale dwarsdoorsneden van de modulen 13, 13' resp.13’' evenals van de dekopeningen 36, 36', 36'' van beneden naar boven achtereenvolgens op een geschikte wijze groter gekozen.
8502 05 9 • c - 13 -
Terwijl in de onderste module 13 de motor 11 en het aandrijfstelsel 12 zijn ondergebracht/ kunnen in de centrale module 13' bijvoorbeeld de generator 46 evenals de toevoer- en afvoerluchtaggregaten 47 en in de bovenste module 13" bijvoorbeeld het klimaatregelaggregaat 48 zijn 5 ondergebracht. De totale konstruktie wordt weer door een afdichtend deksel 37 afgesloten.
Fig. 10 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van het aandrijfaggregaat volgens de uitvinding nogmaals in schematische weergave, waarbij overeenkomstige delen van dezelfde verwijzingen zijn voorzien als bij 10 de voorafgaande uitvoeringsvoorbeelden. Men ziet in fig. 10 bijzonder duidelijk, dat de totale module 13 inklusief de zich daarin bevindende aggregaten, zoals de motor 11, het aandrijfstelsel 12, de geluiddempin-richting 38 en het luchtaanzuigkanaal 39 via de vertikale schokdemper 23 elastisch aan de scheepsromp 15 zijn opgehangen. De schokdempers 23 15 dienen volgens de uitvinding een veerweg van 30 - 70 mm te hebben.
Fig. 11 toont schematisch een uitvoeringsvoorbeeld, waarbij uitsluitend de motor 11 en het aandrijfstelsel 12 binnen de module 13 horizontaal zijn opgesteld, terwijl de geluiddempinrichting en de lucht-aanzuigkanalen buiten de module 13 op een niet weergegeven wijze aan-20 wezig zijn, waarbij leidingen 38', 39' voor het aansluiten van deze aggregaten binnen de module 13 op de in fig. 11 aangegeven wijze aanwezig zijn.
Het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 12 dient om aan te geven, dat de motor 11 en het aandrijfstelsel 12 ook onder een hoek aten opzich-25 te van de lengteas van het schip zodanig schuin kunnen worden opgesteld, dat de scheepsas direkt via het radiaal-axiaal-drukleger 21 op het aandrijf stelsel 12 zonder richtingsverandering kan worden aangesloten.
Een uitvoeringsvorm waaraan meer in het bijzonder de voorkeur wordt gegeven toont fig. 13 aangezien hier een dubbel elastische lege-30 ring van de motor 11 aanwezig is, doordat deze via elastische elementen 53 aan de fundering van de module 13 is gelegerd, terwijl het aandrijf-stelsel 12 star met het onderste gestel van de module 13 is verbonden.
Voor het vermijden van de overdracht van trillingen door de verbindingsas 55 tussen de motor 11 en het aandrijfstelsel 12 zijn in de verbin-35 dingsas 55 elastische tussenonderdelen 54 opgenomen, die de vereiste koppels echter kunnen overdragen en ook bij de uitvoeringsvormen volgens de voorafgaande figuren aanwezig kunnen zijn.
Men verkrijgt een bijzonder goede demping van de trillingen 8502039 * t * -14 - wanneer de restmassa van de module 13 dat wil zeggen de massa daarvan met uitzondering van de massa van de motor 11 ongeveer 50% van de massa van de motor 11 vormt. Eventueel is in de fundering van de module 13 een geschikte extra massa bijvoorbeeld in de vorm van beton aanwezig 5 om deze optimale massaverhouding tussen de motor 11 en de restmassa van de module 13 te onderhouden.
Deze gunstige massaverhouding kan volgens fig. 14 worden verkregen door een op de module 13 geplaatste houder 55, zodat geen speciale dode massa's bij de module 13 aanwezig behoeven te zijn.
10 Bij voorkeur dient de houder 55, welke bijvoorbeeld een elec- trische generator of dergelijke aggregaten kan bevatten nog via gedempt elastische ondersteuningen 56 in het onderste gebied aan het scheepsdek 25 horizontaal elastisch worden ondersteund. Deze uitvoeringsvorm kan ook met voordeel worden toegepast, wanneer de elastische ondersteuning > 15 53 van de motor 11 aan de onderzijde van de module 13 niet aanwezig is. -
Om ook in het gebied van de opstelling van de houder 55 een voldoende afdichting ten opzichte van het inwendige van de scheepsromp te bewerkstelligen is de elastische ondersteuning 56 bij voorkeur als een rondgaande elastische afdichting uitgevoerd. De houder 55 bevindt 20 zich derhalve stationair op de module 13, doch elastisch en afdichtend ten opzichte van het dek 25 van de scheepsromp.
8502 05 9

Claims (31)

1. Aandrijfaggregaat voor een schip met een motor en een aandrijf- stelsel evenals een op de scheepsromp stationair geïnstalleerde asinstallatie voor het aandrijven van de scheepsschroef met het kenmerk dat tenminste de motor (11) in een kastvormige module (13) is onderge-5 bracht, welke aan de bovenzijde aan met het schip stationaire legers (14) aan een scheepsdek (25, 25’, 251 *) is opgehangen, tussen de module (13) en de stationair op de scheepsromp (15) geïnstalleerde rotatieoverdrachtsinrichtingen (16), een radiaal-axiaal-kompensatieor-gaan (17) is aangebracht, en het scheepsdek (25) boven de module (13) 10 een, een grotere dwarsdoorsnede dan de module (13) bezittende opening (36) die door een afneembaar deksel (37) bij voorkeur onder tussenschakeling van een ringvormige afdichting (44) kan worden afgesloten. n»
2. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ook het aandrijfstelsel (12) in de module (13) is ondergebracht en het 15 axiaal-radiaal-kompensatieorgaan (17) tussen het aandrijfstelsel (12) en de asinstallatie (16) buiten de module (13) aanwezig is.
3. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat het axiaal-radiaal-kompensatieorgaan wordt gevormd door twee op een axiale afstand opgestelde kruiskoppelingen (18,19) en een zich daartus- 20 sen bevindend axiaal-kompensatieonderdeel (20).
4. Aandrijfaggregaat volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de asinstallatie (16) achter het axiaal-radiaal-kompensa-tieorgaan (17) een aan de scheepsromp (15) bevestigd, gekombineerd radiaal-axiaal-drukleger (21) omvat, waarmede meer in het bijzonder 25 ook een schroefverstelinrichting is gekombineerd.
5. Aandrijfaggregaat volgens een der voorgaande conclusies met het 8502059 -16- kenmerk, dat aan de bovenzijde aan de module (13) zijdelings uitstekende steunarmen (22) aanwezig zijn, die via daaronder aangebrachte verti-kale schokdempers (23) op de stationair met het schip zijnde legers (14) zijn bevestigd, waarbij de opening (36) in het scheepsdek (25) zo 5 breed is, dat ook de steunarmen (22) deze opening kunnen passeren.
6. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 5 met het kenmerk, dat in de lengterichting een aantal vertikale schokdempers (23) op een afstand van elkaar aanwezig is.
7. Aandrij faggregaat volgens conclusie 5 of 6 met het kenmerk dat 10 de legers (14) als langwerpige platen zijn uitgevoerd en zich zijdelings buiten de steunarmen (22) uitstrekken en aan onder het scheepsdek (25) bevestigde langsspanten (24) zijn aangebracht, waarbij het deksel (37) bij voorkeur in één vlak ligt met het scheepsdek (25).
8. Aandrijfaggregaat volgens één der voorgaande conclusies met het 15 kenmerk, dat zijdelings in het onderste gebied van de module (13) aan de scheepsromp (15) bevestigde zijondersteuningslegers (26) aanwezig zijn.
9. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 8 met het kenmerk, dat de zijondersteuningslegers (26)'uit een aan de scheepsromp (15) bevestigde 20 legervoet 27en esi tussen deze legervoet en de zijde van de module (13) aanwezige zij schokdemper (28) bestaan.
10. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 9 met het kenmerk, dat elke zijschokdemper (28) aan de legervoet (27) is bevestigd en uitsluitend tegen de module (13) rust en wel bij voorkeur tegen een tegenplaat 25 (28").
11. Aandrijfaggregaat volgens één der conclusies 5 tot 10 met het kenmerk, dat in het bovenste en/of onderste gebied van de module (13) aan de voorzijde en/of achterzijde in een richting van de lengteas van 8502 059 ►' c -17- het schip werkende axiale schokdempers (29) tussen de module (13) en een stationair met het schip zijnde steun (30) aanwezig zijn.
12. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 11 met het kenmerk, dat de axiale schokdempers (29) stationair op de scheepsromp zijn aangebracht 5 en uitsluitend tegen de module rusten, en wel bij voorkeur tegen hiervoor speciaal aanwezige tegenplaten (291').
13. Aandrijf aggregaat volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de module (13) als een kastvormig gestel is uitgevoerd.
14. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 13 met het kenmerk, dat aan 10 de onderste langssteunen (31) van het kastvormige gestel de machine- funderingen zijn aangebracht.
15. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 4 met het kenmerk, dat de onderste langssteunen (31) door opgelaste platen tot kastvormige spanten (32) zijn vervolmaakt.
16. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 15 met het kenmerk, dat de .kastvormige spanten (32) als oliereservoirs zijn uitgevoerd.
17. Aandrijf aggregaat volgens de conclusies 13 tot 16 met het ken merk, dat het kastvormige gestël een stationair geïnstalleerde bodem uit metaal of een metaal-sandwich-konstruktie bezit.
18. Aandrijfaggregaat volgens één der conclusies 13 tot 17 met het kenmerk dat het kastvormige gestel volgens platte vlakken met geluids-keepje en thermisch dempend materiaal is bekleed.
19. Aandrijfaggregaat volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de module (13) waterdicht is bekleed en de aandrijfas 25 (33) van het aandrijfstelsel (12) respektievelijk van de motor (11) met schotdoorvoering (34) door de achterwand (35) van het kastvormige gestel is gevoerd.
20. Aandrijfaggregaat volgens één der conclusies 5, 6 en 8-19 met 8502 05 ? -18- het kenmerk, dat de plaatvormige legers (42) ter hoogte van het dek zijn opgesteld en het deksel (37) aan de bovenste rand (52) van een, de opening (36) omgevende kraag (51) kan worden bevestigd.
21. Aandrijfaggregaat volgens één der voorgaande conclusies voor 5 kleine schepen, waarbij de hoogte van de machinekamer overeenkomt met de afstand tussen twee dekken met het kenmerk, dat behalve de motor (11) en het aandrijfstelsel (12) ook alle hulpinrichtingen, zoals uitlaatinstallatie, luchtaanzuigkanalen, koelers, enz. in de module (13) zijn ondergebracht.
22. Aandrijfaggregaat volgens één der conclusies 1 tot 20 voor grote schepen waarbij de machinekamer zich over een aantal dekken uitstrekt met het kenmerk, dat een aantal modulen (13, 13', 13'') boven elkaar is opgesteld, waarbij elke afzonderlijke module onder een dek (25, 25'·, 25") is opgehangen en een deel van het aandrijfaggregaat 15 bevat.
23. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 22 met het kenmerk dat de van onder naar boven op elkaar volgende modulen (13, 13', 13") een achtereenvolgens toenemende horizontale dwarsdoorsnede bezitten, een en ander zodanig dat de onderste modulen (13, 13') door de opneemruim- 20 ten van de bovenste modulen (13', 13") heen kunnen worden ingebracht respektievelijk kunnen worden verwijderd (fig.7).
24. Aandrijfaggregaat volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de motor (11) binnen de module (13) elastisch is gelegerd.
25. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 24 met het kenmerk, dat de verhouding van de massa van de motor (11) en eventueel het aandrijf-stelsel (12) ten opzichte van de restmassa van de module (13) 3 : 1 tot 1 : 1 en meer in het bijzonder ongeveer 2 : 1 bedraagt. 8502059 -19-
26. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 24 of 25 met het kenmerk dat de motor (11) met het aandrijfstelsel (12) door een elastisch tussen onderdeel (54) bezittende as (55) is verbonden.
27. Aandrijfaggregaat volgens ëên der conclusies 24 tot 26 met het 5 kenmerk, dat de restmassa van de module (13) door een in het onderste gebied daarvan bevestigde ballastmassa bijvoorbeeld ingegoten beton, tot een vooraf bepaalde waarde is vergroot.
28. Aandrijfaggregaat volgens één der conclusies 24 tot 27 met het kenmerk,dat op de module (13) een houder (27) met daarin ondergebrachte 10 inrichtingen, installaties en dergelijke is aangebracht.
29. Aandrijfaggregaat volgens conclusie 28 met het kenmerk dat de houder in het onderste gebied ten opzichte van het scheepsdek (25) door een rondgaande elastische afdichting (56) is afgedicht en veerkrachtig wordt ondersteund.
30. Aandrij faggregaat volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de motor (11) en het aandrijfstelsel (12) evenals de module (13) zelf horizontaal zijn opgesteld en door het axiaal-radiaal-kömpensatieorgaan (17) de aanpassing aan de helling van de asinstallatie wordt verkregen.
31. Aandrijfaggregaat vólgens één der conclusies 1 tot 29 met het * kenmerk dat de module (13) in het schip horizontaal is opgesteld en de motor (11) en het aandrijfstelsel (12) schuin naar achteren hellend aan het onderste gestel van de module (13) zijn bevestigd (fig. 12).
NL8502059A 1984-07-17 1985-07-17 Aandrijfinstallatie voor een schip. NL193658C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3426333 1984-07-17
DE3426333A DE3426333A1 (de) 1984-07-17 1984-07-17 Antriebsaggregat fuer schiffe

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8502059A true NL8502059A (nl) 1986-02-17
NL193658B NL193658B (nl) 2000-02-01
NL193658C NL193658C (nl) 2000-06-06

Family

ID=6240872

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8502059A NL193658C (nl) 1984-07-17 1985-07-17 Aandrijfinstallatie voor een schip.

Country Status (16)

Country Link
US (1) US4678439A (nl)
KR (1) KR930010158B1 (nl)
AU (1) AU580314B2 (nl)
DE (1) DE3426333A1 (nl)
DK (1) DK162205C (nl)
ES (1) ES8703120A1 (nl)
FR (1) FR2567959B1 (nl)
GB (1) GB2161773B (nl)
GR (1) GR851750B (nl)
IL (1) IL75819A (nl)
IT (1) IT1185261B (nl)
NL (1) NL193658C (nl)
NO (1) NO161360C (nl)
SE (1) SE462155B (nl)
SG (1) SG75088G (nl)
TR (1) TR25291A (nl)

Families Citing this family (48)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3426333A1 (de) * 1984-07-17 1986-01-30 Blohm + Voss Ag, 2000 Hamburg Antriebsaggregat fuer schiffe
DE3442044A1 (de) * 1984-11-16 1986-05-28 Wolfgang 2000 Hamburg Mangelsdorf Katamaran-luftkissenwasserfahrzeug
DE3930514A1 (de) * 1989-09-13 1991-03-21 Renk Tacke Gmbh Schiffsantriebsanlage
US5259332A (en) * 1990-08-06 1993-11-09 Ishikawajima-Harima Jukogyo Kabushiki Kaisha Method for forming modules and method for arrangement thereof
US5226583A (en) * 1990-08-21 1993-07-13 Ishikawajima-Harima Jukogyo Kabushiki Kaisha Module frame work for larger structure, method and device for assembling module frame work and coupler for module frame work
US5170736A (en) * 1990-10-30 1992-12-15 Ishikawajima-Harima Jukogyo Kabushiki Kaisha Method for installing outfitting component onto module frame
US5074814A (en) * 1991-04-01 1991-12-24 Hogg Alan J Self-contained outboard twin propeller adaptor
DE9107054U1 (nl) * 1991-06-07 1991-08-08 Ort, Alfred, Dipl.-Ing., 5400 Koblenz, De
DE4139542C2 (de) * 1991-11-30 1999-12-30 Thyssen Nordseewerke Gmbh Schiff, insbesondere Handelsschiff
IT1261908B (it) * 1993-10-13 1996-06-03 Intermarine Spa Struttura di scafo di materiale non metallico.
CH688289A5 (de) * 1994-06-17 1997-07-15 Maag Getriebe Ag Getriebeanlage.
US5478264A (en) * 1994-11-17 1995-12-26 Detroit Diesel Corporation Marine engine mounting system
GB9627093D0 (en) * 1996-12-31 1997-02-19 Gkn Drive Line Limited Power train, drive transmission, and method of conversion thereof
US6142090A (en) * 1998-10-07 2000-11-07 Electric Boat Corporation Power converter arrangement for integration into a ship structure
DE29823737U1 (de) * 1998-12-23 1999-09-30 Siemens Ag Halbeintauchbarer Schwergutfrachter
US6790109B1 (en) 1999-05-11 2004-09-14 Siemens Aktiengesellschaft Electric rudder propeller of lower installation height
CN1122616C (zh) * 1999-05-11 2003-10-01 西门子公司 具有低安装高度的电动船用螺旋桨
ATE253491T1 (de) 1999-06-24 2003-11-15 Siemens Ag Schiff der handelsmarine mit einem zur aufnahme von gütern und/oder personen bestimmten schiffsrumpf
EP1187760B1 (de) 1999-06-24 2004-04-14 Siemens Aktiengesellschaft Antriebs- und fahrsystem für schiffe
DE19932873A1 (de) * 1999-07-16 2001-01-18 Flender A F & Co Schiffsantrieb mit Zweimotoren-Sammelgetriebe
DE50004907D1 (de) * 1999-07-16 2004-02-05 Friedr Flender Gmbh A Schiffsantrieb mit Zweimotoren-Sammelgetriebe
DE19954691A1 (de) * 1999-11-13 2001-05-31 Flender A F & Co Schiffsantrieb mit einem Einmotoren-Getriebe
DE10102740A1 (de) * 2001-01-22 2002-08-01 Siemens Ag Antriebe für Schiffe
KR20030073973A (ko) * 2002-03-14 2003-09-19 대우조선해양 주식회사 엘앤지 운반선의 기관실 진동 방지 구조
DE20214297U1 (de) * 2002-09-14 2004-02-12 Siemens Ag Marine-/Navy-Schiffstypen übergreifendes System
DE10305777A1 (de) * 2003-02-12 2004-08-26 Howaldtswerke-Deutsche Werft Ag Unterseeboot
ATE474767T1 (de) * 2004-04-29 2010-08-15 Siemens Ag Schiff mit einem antrieb durch innenbordmotoren und waterjets
US7997220B1 (en) * 2004-05-28 2011-08-16 Robert Wayne Beal Marine vessel module
US7237499B2 (en) * 2004-09-15 2007-07-03 Austal Ships Pty Ltd Support structure
US7413492B2 (en) * 2006-04-10 2008-08-19 Ab Volvo Watercraft with engine housing
US7533622B1 (en) * 2007-10-09 2009-05-19 Brunswick Corporation Pontoon boat with pod container assembled from above deck surface
US7841284B2 (en) * 2008-02-20 2010-11-30 Trailer Bridge, Inc. Marine vessel and system for operating a marine vessel
SE535052C2 (sv) * 2009-01-20 2012-03-27 Gva Consultants Ab Havsvattensystem och flytande fartyg innefattande ett sådant system
DE102009000996A1 (de) * 2009-02-18 2010-08-19 Zf Friedrichshafen Ag Antriebsanordnung für eine Innenbord-Außenbord-Antriebsmaschine eines Wasserfahrzeugs
DE102010020386A1 (de) * 2010-05-12 2011-11-17 Howaldtswerke-Deutsche Werft Gmbh Lagerungselement zur Lagerung eines dynamisch aktiven Aggregats in einem Unterseeboot
RU2483971C2 (ru) * 2010-09-15 2013-06-10 Российская Федерация, от имени которой выступает Министерство промышленности и торговли Российской Федерации (Минпромторг России) Устройство вибрационной и шумовой защиты судового энергетического оборудования
DE102010040907A1 (de) 2010-09-16 2012-03-22 Aloys Wobben Elektromotor-Austausch
DE102010040904A1 (de) * 2010-09-16 2012-03-22 Aloys Wobben Schiff, Energieversorgungssystem für selbiges sowie Verfahren zu dessen Steuerung
KR101336315B1 (ko) 2011-12-27 2013-12-02 대우조선해양 주식회사 부유식 해상 발전소의 발전설비 지지구조
KR101334333B1 (ko) * 2012-01-20 2013-11-28 삼성중공업 주식회사 선박
JP6061020B2 (ja) * 2013-02-12 2017-01-18 村田機械株式会社 保管棚
US20140261128A1 (en) * 2013-03-15 2014-09-18 Waller Marine, Inc. Barge Mounted Floating Power Plant
CN103350738B (zh) * 2013-07-11 2015-11-18 中国船舶重工集团公司第七○二研究所 一种具有高阻抗的剪切安装基座
CN103352957B (zh) * 2013-07-11 2015-04-15 中国船舶重工集团公司第七○二研究所 立式板架隔振基座
JP6497663B2 (ja) * 2015-10-22 2019-04-10 三菱重工業株式会社 船舶
KR101896784B1 (ko) * 2016-10-17 2018-09-10 (주)한국해사기술 잠수함의 이중탄성마운트용 플랫폼 구조
RU2730694C1 (ru) * 2019-11-06 2020-08-25 федеральное государственное бюджетное образовательное учреждение высшего образования "Санкт-Петербургский государственный морской технический университет" (СПбГМТУ) Способ определения коэффициента эффективности вибрационной защиты виброизолирующих муфт судовых дизель-генераторов
IT202000016102A1 (it) * 2020-07-03 2022-01-03 Fincantieri Spa Nave con sistema di riduzione delle vibrazioni provenienti dal cofano e metodo per realizzare tale nave

Family Cites Families (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE319981C (de) * 1916-10-24 1920-04-08 Gyro Ab Vorgelege zur Kraftuebertragung
US1239186A (en) * 1917-02-12 1917-09-04 Wiley Jones Speeder mechanism for motor-boats.
DE390981C (de) * 1921-10-27 1924-02-26 Auguste Louis Rene Bernard Antriebsvorrichtung fuer Wasser- und Luftfahrzeuge
US1824887A (en) * 1930-09-23 1931-09-29 James W Harvey Motor boat installation
US2059220A (en) * 1935-01-23 1936-11-03 Gray Marine Motor Co Mounting for marine engines
GB501130A (en) * 1937-06-11 1939-02-13 W H Allen Sons & Company Ltd Improvements in mountings for engines and other power units
US2595863A (en) * 1949-07-07 1952-05-06 Chrysler Corp Mounting for driving units on motorboats
US3170435A (en) * 1962-05-01 1965-02-23 Outboard Marine Corp Engine soundproofing
GB1032427A (en) * 1963-07-10 1966-06-08 Altair Engineering & Marine Lt Improvements in boat's propeller shafts and stern tubes
FR1509925A (fr) * 1966-03-16 1968-01-19 Manuf Forezienne De Const Meca Transmission démontable par joints de cardan pour toutes applications, en particulier pour véhicules automobiles
US3501929A (en) * 1967-11-01 1970-03-24 Outboard Marine Corp Torsional shock absorber
DE6937931U (de) * 1969-09-25 1970-04-23 Hans Boost Trier Schiffswerft Motorisch getriebenes wasserfahrzeug mit einem oder mehreren ruderpropellern
DE2310912C3 (de) * 1972-03-10 1978-03-16 Eriksson, Folke Assar Vorrichtung in einem Motorboot zur Lärmdämpfung
DE2230928A1 (de) * 1972-06-20 1974-01-17 Mannesmann Meer Ag Gelenkige wellenkupplung zur uebertragung einer axialkraft und eines drehmomentes
SE393347B (sv) * 1972-12-13 1977-05-09 E Samuelsson Anordning for mojliggorande av en ljudreduktion fran en i ett batskrov fast monterad motor
DE2325453A1 (de) * 1973-05-17 1974-12-05 Mannesmann Meer Ag Ausgleichskupplung zur uebertragung hoher drehmomente, insbesondere fuer schiffsantriebsanlagen
NL7500087A (nl) * 1974-02-01 1975-08-05 Mannesmann Ag Aandrijfopstelling voor schepen.
GB1518281A (en) * 1974-10-03 1978-07-19 Silentbloc Flexible mountings
US3943586A (en) * 1974-12-23 1976-03-16 Palmer John D Dory
FR2383069A1 (fr) * 1977-03-08 1978-10-06 Iti Ltd Table de fixation d'un propulseur a un iceberg
DE2724783A1 (de) * 1977-05-27 1978-12-07 Mannesmann Ag Schiffsgetriebe
NL173727C (nl) * 1977-09-19 1984-03-01 Schottel Nederland Bv Stuurschroefconstructie met ophaalbare schroef.
DE2758555C2 (de) * 1977-12-23 1980-01-03 Mannesmann Ag, 4000 Duesseldorf Zweistufiges Schaltgetriebe für den Antrieb eines Generators von einer Schiffsantriebsanlage
US4188833A (en) * 1977-12-28 1980-02-19 Zahnradfabrik Friedrichshafen Ag Ship transmission
DE2830730C3 (de) * 1978-07-13 1981-10-01 Mtu Motoren- Und Turbinen-Union Friedrichshafen Gmbh, 7990 Friedrichshafen Schiffsantriebsanlage
DE2900254A1 (de) * 1979-01-04 1980-07-17 Schottel Werft Antriebseinrichtung fuer schiffe oder dergleichen mit einem hauptpropeller und einer hilfseinrichtung
JPS55140697A (en) * 1979-04-18 1980-11-04 Kamizaki Kokyu Koki Seisakusho Kk Propelling device for ship
DE2927386B1 (de) * 1979-07-04 1981-01-29 Mannesmann Ag Schiffsgetriebe mit einer Nebenabtriebswelle
CH648102A5 (de) * 1980-05-23 1985-02-28 Maag Zahnraeder & Maschinen Ag Abzweiggetriebe fuer einen schiffsantrieb.
DE3426333A1 (de) * 1984-07-17 1986-01-30 Blohm + Voss Ag, 2000 Hamburg Antriebsaggregat fuer schiffe

Also Published As

Publication number Publication date
ES545109A0 (es) 1987-02-16
IL75819A (en) 1990-09-17
SE462155B (sv) 1990-05-14
GB2161773B (en) 1988-03-02
AU580314B2 (en) 1989-01-12
US4678439A (en) 1987-07-07
NL193658C (nl) 2000-06-06
DK307185D0 (da) 1985-07-04
IT1185261B (it) 1987-11-04
IL75819A0 (en) 1985-11-29
NO852823L (no) 1986-01-20
DK162205B (da) 1991-09-30
ES8703120A1 (es) 1987-02-16
GB2161773A (en) 1986-01-22
DK307185A (da) 1986-01-18
GB8517652D0 (en) 1985-08-21
GR851750B (nl) 1985-11-26
KR860000992A (ko) 1986-02-22
SG75088G (en) 1989-07-07
SE8503483D0 (sv) 1985-07-15
FR2567959B1 (fr) 1991-04-05
NL193658B (nl) 2000-02-01
SE8503483L (sv) 1986-01-18
TR25291A (tr) 1992-12-11
FR2567959A1 (fr) 1986-01-24
KR930010158B1 (ko) 1993-10-15
IT8521582A0 (it) 1985-07-16
DE3426333C2 (nl) 1990-07-26
DE3426333A1 (de) 1986-01-30
NO161360C (no) 1989-08-09
AU4503785A (en) 1986-01-23
DK162205C (da) 1992-03-16
NO161360B (no) 1989-05-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8502059A (nl) Aandrijfaggregaat voor een schip.
US7198473B2 (en) Integrated air compressor
EP0774061B1 (en) A two-stroke internal combustion engine of the crosshead type
US4174482A (en) Foundation frame for an internal combustion engine and electrical generator set
EP0065413B1 (en) Skid for rotating machinery
CA2260432C (en) System-adapted elastic mounting for a diesel generator
US11927028B2 (en) Power plant construction
AU2003216941B2 (en) System and method in water-craft or other structure
US4747360A (en) Condenser integrated turbine support
JP4443268B2 (ja) 大型客船内のキャビン・デッキ配置および配置方法
CA2183604C (en) Device for transporting exhaust gases and exhaust air on ships
US3977385A (en) Internal combustion engines with straight line reinforcing members between cylinder heads and main bearings
NO151679B (no) Fundament for generatoraggregat
US7237499B2 (en) Support structure
WO1985001987A1 (en) Transportable power unit
CN1330859C (zh) 冷冻集装箱发电机用发动机的构造及发电机用发动机单元
US4583761A (en) Frames for scoop loaders, fork lifts and the like
KR100613637B1 (ko) 크로스헤드형 대형 2 행정 엔진
FI78431B (fi) Vaeggkonstruktion foer boningsutrymme och motsvarande pao fartyg eller offshorekonstruktioner.
RU2261365C2 (ru) Устройство опорного узла для пирамидального ветряного двигателя
SU1384741A1 (ru) Демпфирующа подвеска ударника
US3441326A (en) Thrust bearing foundation and mounting
US136393A (en) Improvement in the construction of ships
JPH01182195A (ja) 船舶機関室内艤装品支持構造
SU1615422A1 (ru) Тоннельный блок двигател внутреннего сгорани

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: BLOHM + VOSS GMBH

DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: BLOHM + VOSS HOLDING AG

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20040201