NL8303089A - Rol, in het bijzonder een pakkerrol, die in het bijzonder bestemd is om te worden gebruikt bij een grondbewerkingsmachine voorzien van aangedreven bewerkingsorganen. - Google Patents

Description

» * C. van der Lely N.V., Weverskade 10, Maasland.

"Rol, in het bijzonder een pakkerrol, die in het bijzonder bestemd is om te worden gebruikt bij een grondbewerking’sma-chine voorzien van aangedreven bewerkingsorganen,"

De uitvinding heeft betrekking op een rol, in het bijzonder een pakkerrol, die in het bijzonder bestemd is om te worden gebruikt bij een grondbewerkingsmachine voorzien van aangedreven bewerkingsorganen, welke rol een aantal op 5 afstand van elkaar gelegen tandkransen omvat.

3ij rollen van deze soort treft men gewoonlijk een oylindervormig deel aan dat aan de omtrek is voorzien van in kransen aangebrachte tanden, die door middel van lassen zijn bevestigd. De opbouw van de rol wordt hierdoor relatief duur, 10 terwijl in geval van beschadiging in veel gevallen de gehele rol moet worden vervangen.

Met de constructie volgens de uitvinding kunnen de in het voorgaande genoemde nadelen nu worden opgèheven doordat de tandkransen gemakkelijk losneembaar in een vaste 15 opstelling ten opzichte van elkaar zijn aangebracht.’Op deze wijze kan men met uniforme middelen een rol samenstellen, die snel en relatief goedkoop is te vervaardigen en bovendien in geval van beschadiging of slijtage gemakkelijk kan worden hersteld.

20 Aan de hand van een aantal in de tekening weerge geven uitvoeringsvoorbeelden, zal de uitvinding hieronder nader uitreen worden gezet.

Figuur 1 geeft in bovenaanzicht een achter een grondbewerkingsmachine aangebracht rol volgens de uitvinding 25 weer.

Figuur 2 geeft een zijaanzicht weer van de in fig.

1 afgebeelde grondbewerkingsmachine met rol volgens de uitvinding.

Figuur 3 geeft cp grotere schaal een aanzicht weer 30 in de langsrichting van een rol volgens de uitvinding. ·

Figuur 4 geeft een aanzicht weer volgens de lijn IV- IV in figuur 3.

\ Figuur 5 geeft een aanzicht weer volgens de lijn IV - IV in figuur 3 van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van n ~~ ^ 4 * - 2 - een rol volgens de uitvinding.

Figuur 6 geeft een aanzicht weer volgens de lijn IV - IV in fig. 3 van een derde uitvoeringsvoorbeeld van een rol volgens de uitvinding.

5 Figuur 7 geeft een aanzicht weer volgens de lijn IV - IV in fig. 3 van een vierde uitvoeringsvoorbeeld van een rol volgens de uitvinding, terwijl

Figuur 8 een aanzicht weergeeft volgens de lijn IV - IV in fig. 3 van een vijfde uitvoeringsvoorbeeld van 10 een rol volgens de uitvinding.

De in de figuur weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine, in het bijzonder een machine voor het bereiden van een zaaibed.

15 De machine omvat een zich dwars op de voortbewegings- richting A uitstrekkend kokervormig gesteldeel 1 waarin op onderling gelijke afstand van bijvoorkeur 25 cm. de opwaarts gerichte, bijvoorkeur althans nagenoeg vertikale assen 2 van bewerkingsorganen 3 zijn gelegen. Elk van de bewerkingsorga-20 nen heeft een zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekkende drager 4, die op het uit het gesteldeel stekende ondereinde van de as is bevestigd en aan de einden is voorzien van zich naar beneden uitstrekkende bewegingselementen 5 in de vorm van tanden. Aan de einden is het gestel-25 deel 1 afgesloten door middel van platen 6, die zich in opwaartse richting en althans nagenoeg evenwijdig aan een vertikaal vlak in de voortbewegingsrichting A uitstrekken. Nabij de voorzijde zijn de platen 5 elk voorzien van een tap 7 waarom een zich langs de binnenzijde van de platen 6 naar achteren 30 uitstrekkende arm 8 verzwenkbaar is, welke arm door middel van een schroefspindel 9 nabij de achterzijde van de plaat 6 in meerdere standen brengbaar en door middel van een gren-del-plaat 10 vastzetbaar is.

Tussen schuin naar beneden en naar achteren gerich-35 te steunen 11 op de armen 8 is vrij draaibaar door middel van assen 12 en in legerhuizen ondergebrachte legers een rol 13 aangebracht. De rol 13 is uitgevoerd als pakkerrol waarbij ^ langs de omtrek op afstand van elkaar groepen tanden 14 zijn aangebracht.

« · - 3 -

De tanden 14 van elke groep maken deel uit van een bijvoorkeur uit gietijzer of gietstaal gevormde krans 15, die aan de binnenomtrek een centrale ring 16 omvat.

De respectieve ringen 16 van de kransen 15 zijn 5 voorzien van een hoekige profilering en zijn smaller dan de onderzijde van de tanden 14.

Zoals uit fig. 3 blijkt, omvatten de tanden 14 elk een deel dat ten opzichte van de draaiingsas van de rol 13 althans nagenoeg radiaal is gelegen en aan het vrije einde 10 overgaat in een S-vormig deel dat zich in hoofdzaak in tan-gentiale richting ten opzichte van de rotatieas van de rol uitstrekt. Hierbij verloopt het S-vormig deel naar zijn omtrek taps (zie fig. 4), een en ander zodanig dat een snijdend element wordt gevormd, dat tijdens het bedrijf gemakkelijk 15 in de grond dringt. De althans nagenoeg radiale zijde van een tand 14 is stomp en zorgt voor het door middel van de grond aandrijven van de rol.

Zoals uit fig. 4 blijkt is de rol 13 volgens de uitvinding opgebouwd uit 'een samenstel van tandkransen 15 20 en daartussen gelegen ringvormige delen 17, die met de hoekige ring 16 van de respectieve tandkransen samenwerken. Het geheel van tandkransen 15 en ringvormige delen 17 is geklemd tussen aan de einden van de rol aangebrachte ringvormige delen 18, die op dezelfde wijze als de ringvormige delen 17 25 met de geprofileerde ringen 16 samenwerken. Elk ringvormig deel 18 is door middel van steunen 19 bevestigd aan een cirkelvormige klemplaat 20, die op een as 21 is aangebracht. Tussen de klemplaat 20 en het binneneinde van elke as 21 zijn steun-delen 22 bevestigd. De respectieve klemplaten 20 worden op 30 hun plaats gehouden door drie trekstangen 23 die over omtreks-hoeken van + 120° zijn opgesteld en aan de einden zijn voorzien van schroefdraad waarop een moer 24 is gedraaid. Hierbij is het van schroefdraad voorziene einde van elke stang 23 en de daarop gedraaide moer 24 gelegen tussen de enigszins 35 naar binnen convergerende bevestigingssteunen 19, die bovendien aan de buitenzijde zijn afgeschuind, zodat de moer effec-bief is afgeschermd en toch goed toegankelijk blijft.

Aan de achterzijde van de rol 13 zijn tussen de \ \ respectieve tandkransen 15, waarvan de tanden zich althans Y 1 V -J Q 3 - 4 - * nagenoeg evenwijdig aan een vlak loodrecht op de draaiingsas van de rol uitstrekken, afstrijkers 25 aangebracht, die tot de zich tussen de tandkransen 15 bevindende ringvormige delen 17 reiken, een en ander zodanig dat de onderzijde van de af-5 strijker op een punt tegen de ringvormige delen 17 rust, waarbij een lijn door dit punt en de draaiingsas van de rol met de horizontaal een hoek van + 40° insluit. Elk van de afstrijkers 25 is aangebracht aan een draagarm 25, die aan de bovenzijde is bevestigd aan een zich dwars op de voortbewegings-10 richting van de machine uitstrekkende drager 27, die door middel van een draagconstructie 28 aan de steunen 11, welke de rol 13 dragen, is bevestigd. De einden van het gesteldeel zijn voorzien van aan armen aangebrachte verzwenkbare platen 29, die tijdens het bedrijf een stand innemen zoals in 15 fig. 1 is weergegeven, waarbij zij samenwerken met de buitenste bewerkingsorganen 3.

Binnen het gesteldeel 1 is elke as 2 van een bewer-kingsorgaan 3 voorzien van een tandwiel 30 met rechte vertan-ding, een en ander zodanig dat de tandwielen van naast elkaar 20 gelegen bewerkingsorganen met elkaar in aandrijvende verbinding staan. Nabij het midden is de as van een bewerkingsor-gaan 3 naar boven verlengd en reikt met deze verlenging in een tandwielkast 31, waarin de verlenging via een aan de achterzijde van de tandwielkast 31 aangebrachte toerenvariator 25 32 in aandrijvende verbinding staat met een zich in de voort- bewegingsrichting A uitstrekkende as 33, die aan de voorzijde buiten de tandwielkast 31 uitsteekt. Het aan de voorzijde buiten de tandwielkast uitstekende einde van de as 33 kan door middel van een tussenas 34 met de aftakas van een trekker 30 worden gekoppeld. Nabij het midden is het gesteldeel 1 aan de voorzijde voorzien van een bok 35 voor aankoppeling aan de driepuntshefinrichting van een trekker.

De in het voorgaande beschreven machine werkt als volgt.

35 Tijdens het bedrijf is de machine door middel van de bok 35 met de driepuntshefinrichting van de trekker gekoppeld en worden vanaf de aftakas via de tussenas 34 en de in het voorgaande beschreven overbrenging de bewerkingsorga-nen 3 zodanig aangedreven dat twee naast elkaar gelegen be- \JL r. 7 Λ· " - 3 9 ; « - 5 - werkingsorganen in tegengestelde zin roteren en zij met hun bewerkingselementen 5 tenminste aan elkaar grenzende stroken grond bewerken.

Met behulp van de als pakkerwals uitgevoerde rol 5 13 kan de werkdiepte van de bewerkingsorganen worden inge-steld. De bij de machine toegepaste pakkerrol 13 volgens de uitvinding laat zich op simpele wijze samenstellen uit uniform gegoten tandkransen 15. en uniform uitgevoerde ringvormige delen 17 en 18, waarbij het geheel door middel van klem-10 middelen gevormd door de klemplaten 20, de ringvormige delen 18 en de zich in de langsrichting van de draaiingsas van de rol uitstrekkende stangen 23 in een samenhangend verband wordt gehouden.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld dat in het voorgaande 15 werd beschreven kan de ring 16 aan de binnenomtrek van een tandkrans 15 ook zijn vervangen door een dubbele voet 36, met behulp waarvan een aansluiting op de respectieve ringvormige delen 17 en 18 is gecreëerd. De randen van de ringvor-* mige delen 17 en 18 kunnen zijn voorzien van een profilering 20 die een verdraaien ten opzichte van elkaar tegengaat. Hierdoor wordt het ook mogelijk om de opvolgende tandkransen 15 dan zo ten opzichte van elkaar op te stellen, dat in de langsrichting op de rol 13 gezien, een schroeflijnvormig verloop wordt verkregen.

25 In fig. 6 is een uitvoeringsvoorbeeld van een rol 37 volgens de uitvinding weergegeven, waarbij de respectieve tandkransen 38 aan de binnenzijde zijn voorzien van een ringvormig deel 39 dat aan één zijde een rand omvat met een hoekige profilering en aan de andere zijde normaal hoekig ver-30 loopt, een en ander zodanig dat naast elkaar gelegen ringvormige delen 39 op een wijze als in fig. 6 weergegeven in elkaar kunnen passen en door middel van klemmiddelen in dit verband kunnen worden gehouden. De klemmiddelen omvatten aan de einden van de rol 37 op de assen 21 aangebrachte cirkel-35 vormige platen 40, die zijn voorzien van een naar buiten verlopend ringvormig deel 41, dat aan de van de schijf afgekeerde zijde is voorzien van een omkraling die kan samenwerken met de van een hoekige profilering voorziene zijde van een ^ ringvormig deel 39 van een tandkrans 38. Ook hier wordt een \:-33 _ • » - 6 - klemplaat 40 door middel van de tot de klemmiddelen behorende stangen 23 op zijn plaats gehouden. Aan het in de tekening van fig. 6 weergegeven andere einde van de rol is een ringvormig deel 39A van een tandkrans 38 aan beide zijden voorzien 5 van een identieke profilering.

In fig. 7 is een uitvoeringsvoorbeeld weergegeven van een rol 41A volgens de uitvinding, waarbij tandkransen 42 aan de binnenzijde aan één zijde zijn voorzien van een ringvormig deel 43 en aan de andere zijde van een hoekige 10 uitsparing, zodat zij op de wijze als in fig. 7 weergegeven, samenvoegbaar zijn en door middel van klemmiddelen, die hier de staven 23 en de cirkelvormige klemplaten 44 omvatten, in hun verband worden gehouden. Bij dit uitvoeringsvoorbeeld heeft de rol 41A een doorlopende as 45 en is één klemplaat 15 44 door middel van een borgpen 46 op de aseinden aangebracht.

Elk van de klemplaten 44 draagt een tandkrans 42, die op dezelfde wijze als de andere tandkransen aan één zijde is voorzien van een hoekige uitsparing voor het opnemen van het ringvormig deel 43 van een naastgelegen tandkrans en aan de ande-20 re zijde van een ringvormig deel 46, dat een geringere breedte heeft. Aan de zijde waar een klemplaat 44 niet op de as 45 is vastgezet, is tussen de laatste tandkrans 42 en de betreffende klemplaat een ringvormig deel 47 aangebracht, een en ander zodanig dat de afstand tussen de tandkrans 42 op de 25 klemplaat 44 en de laatste losse tandkrans 42 gelijk is aan de onderlinge afstand tussen de overige tandkransen 42.

In fig. 8 is een uitvoeringsvoorbeeld weergegeven van een rol 48 volgens de uitvinding waarbij de rol een centrale as 49 omvat, die bij dit uitvoeringsvoorbeeld een ronde 30 dwarsdoorsnede heeft. De rol 48 omvat een aantal tandkransen 50, die door middel van schijfvormige delen 51 op de as 49 zijn geschoven en daarbij door middel van ringvormige delen 52, welke nabij het midden met de schijfvormige delen zijn verbonden, tegen elkaar rusten. De tanden 14 van de tand-35 kransen strekken zich in het verlengde van de schijfvormige delen 51 uit. Bij dit uitvoeringsvoorbeeld wordt de klemming verkregen door op de as 49 aan de einden van de rol aange-brachte cirkelvormige klemplaten 53 die- aan de omtrek zijn voorzien van een hoekige uitsparing, die met een ringvormig

X” 0 ·- n Q

•^·' - V v v v - 7 - · deel 52 kan samenwerken. De.fixatie van de klemplaten 53 vindt plaats door middel van moeren 54, die op van schroefdraad voorziene delen van de as 49 zijn gedraaid en waarbij tussen een moer en de klemplaat een opsluitring 55 is gele-5 een.

Met behulp van de in het voorgaande beschreven constructie kan van eenvoudig uitgevoerde, gemakkelijk te vervaardigen onderdelen een pakkerrol worden samengesteld, waarbij lassen niet noodzakelijk is. De rol kan eveneens gemak-10 kelijk worden gedemonteerd voor het vervangen van beschadigde of versleten onderdelen. Tevens kan men bij toepassing van de in het voorgaande beschreven constructies de lengte van de rol gemakkelijk aanpassen aan de vereiste werkbreedte van de machine, die bijvoorbeeld ook een grondfrees of een 15 schudeg kan zijn.

De uitvinding is niet beperkt tot het bovenstaande, doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.

-Conclusies- s ö ; .3:3 9

Claims (20)

1. 2. Rol volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tandkransen met behulp van gemeenschappelijke klemmiddelen 10 ten opzichte van elkaar zijn gefixeerd.
2. 3. Rol volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de tandkransen zodanig zijn uitgevoerd dat door een klem-middel een gefixeerd verband is verkregen.
3. 4. Rol volgens een der voorgaande conclusies, met 15 het kenmerk, dat de tandkransen aan de binnenomtrek zijn voorzien van een geprofileerde ring voor samenwerking met tussen de tandkransen gelegen ringvormige.delen.
4. 5. Rol volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de tandkransen aan hun binnenomtrek zijn voorzien van een 20 zich naar beide zijden uitstrekkende voet, een en ander zodanig dat de voet een aanvullende ondersteuning vormt voor de tussen de tandkransen gelegen ringvormige delen.
5. 6. Rol volgens een der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de tandkransen aan de binnenomtrek elk zijn 25 voorzien van een ringvormig deel, dat aan één zijde is voorzien van een profielrand voor het opnemen van de ongeprofileerde rand van de andere zijde van het ringvormig deel van de naastgelegen tandkrans.
6. 7. Rol volgens een der conclusies 1-3, met het 30 kenmerk, dat de tandkransen aan de binnenzijde zijn voorzien van een zich naar één zijde uitstrekkend ringvormig deel en aan de andere zijde van een uitsparing voor het opnemen van de rand van het ringvormig deel van de naastgelegen tandkrans.
7. 8. Rol volgens een der conclusies 2-7, met het 35 kenmerk, dat de klemmiddelen ten minste één zich in de langs-richting van de rol uitstrekkende stang omvatten, die met ( j aan de einden van de rol aanwezige klemplaten kan samenwerken 3%^ 33 1 - 9 - voor hst fixeren van de respectieve tandkransen.
8. 9. Rol volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat een klemplaat is voorzien van een ringvormig deel dat aan de van de klemplaat afgekeerde zijde is voorzien van een 5 profilering voor het samenwerken met een zijde van een ringvormig deel van een tandkrans.
9. 10. Rol volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat een klemplaat is voorzien van een tandkrans waarbij aan de basis van de tandkrans een klemplaat aan één zijde een ring- 10 vormig deel en aan de andere zijde een uitsparing omvat voor het opnemen van een ringvormig deel van een naastgelegen tandkrans.
10. 11. Rol volgens een der conclusies 8-10, met het kenmerk, dat de klemplaten zijn aangebracht op astappen waar- 15 mee de rol draaibaar is ondersteund.
11. 12. Rol volgens een der conclusies 8-10, met het kenmerk, dat de rol een doorlopende as heeft, waarover de klemplaten zijn geschoven.
12. 13. Rol volgens een der conclusies 8-12, met het 20 kenmerk, dat drie stangen over omtrekshoeken van + 120° zijn aangebracht.
13. 14. Rol volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat op een doorlopende as schijfvormige delen van een tandkrans zijn aangebracht, welke delen aan de omtrek 25 zijn voorzien van een ringvormig deel in het midden waarvan de tanden van een tandkrans zijn gelegen.
14. 15. Rol volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat aan de einden van de rol klemplaten aanwezig zijn, die aan de omtrek zijn voorzien van een uitsparing voor samenwerking 30 met een ringvormig deel van een tandkrans.
15. 15. Rol volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de klemplaten op de centrale as zijn vastgezet.
16. 17. Rol volgens een der conclusies 14 - 15, met het kenmerk, dat de centrale as een cirkelronde dwarsdoorsnede 35 heeft.
17. 18. Rol volgens een der conclusies 14 - 15, met het kenmerk, dat de centrale as een hoekige dwarsdoorsnede heeft.
18. 19· Hol volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het profiel van de centrale as om de langshartlijn van de .•.’Sr* -Λ >«· - <%, J\ :-¾ -·;»· * · - 10 - as schroeflijnvormig verloopt.
19. 20. Rol volgens een.der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze is aangebracht achter een aantal bewer-kingsorganen, die in een zich dwars op de voortbewegingsrich- 5 ting uitstrekkende rij zijn opgesteld en om opwaarts gerichte assen aandrijfbaar zijn.
20. 21. Rol zoals beschreven in het voorgaande en weergegeven in de figuren. -o-o-o-o-o- i • * s \ ?:Γ :· π 9