NL8001383A - Meervoudige machine met vertikale assen voor het bewerken van landbouwgrond met rijen planten. - Google Patents

Description

t

Meervoudige machine met vertikale assen voor het bewerken van landbouwgrond met rijen planten.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een meervoudige machine voor het bewerken van landbouwgrond met rijen planten, waarbij het mogelijk is, de onderlinge afstand tussen de bewerkingseenheden, alsmede de breedte van de te bewerken strook 5 land te variëren, zodat met de machine elke soort bewerking kan worden uitgevoerd, onafhankelijk van de afmetingen van de rijen.

De werktuigen voor het bewerken van de grond, die zijn gemonteerd op telescopische assen, worden aangedreven door de aftakas van een trekker en het is mogelijk, het aantal omwentelin-10 gen per minuut van de werktuigen te veranderen door middel van verschillende tandwieloverbrengingen.

Een van de meest ernstige problemen bij het bewerken van landbouwgrond met rijen gewassen ligt in de moeilijkheid, gelijktijdig meerde/6stroken grond tussen de rijen planten zelf te 15 bewerken.

Er zijn landbouwmachines bekend, waarbij de werktuigen voor het bewerken van de grond, messen, schoffels en dergelijke, verschuifbaar zijn langs een horizontale as. Dergelijke landbouwmachines hebben echter aanzienlijke bezwaren, omdat het 20 verschuiven van de werktuigen veel tijd in beslag neemt; omdat de werktuigen draaien om horizontale assen, kunnen zij het onkruid niet effektief verwijderen en bovendien maken deze werktuigen de onderliggende grondlaag te hard, waardoor het draineren moeilijk wordt gemaakt. Er bestaan ook landbouwmachines met vertikale bewer-25 kingseenheden, zoals motorschoffels en dergelijke, maar met deze machines kan slechts een strook grond tegelijk worden bewerkt; omdat de werktuigen bovendien niet verstelbaar zijn, kunnen deze 800 1 3 93 ν'

X

- 2 - landbouwmachines niet worden toegepast voor het bewerken van stroken grond met verschillende breedten.

Om deze problemen op te lossen wordt volgens de uitvinding een meervoudige machine met vertikale assen voor het be-5 verken van landbouwgrond met rijen planten voorgesteld, waarbij het mogelijk is, zowel de breedte als de onderlinge afstand van de te bewerken stroken grond te variëren.

Deze landbouwmachine is voorzien van een of meer rotoren, die zijn voorzien van tanden, messen of dergelijke, die 10 zijn gemonteerd op horizontale steunen, die kunnen draaien om telescopisch verschuifbare assen, die vertikaal zijn opgesteld, welke bewerkingsassen ook in een schuine stand kunnen worden geplaatst, om de assen buiten bedrijf te stellen.

Deze bewerkingseenheden worden aangedreven door een 15 horizontale as, die op zijn beurt wordt aangedreven door de aftak-as van een trekker, waarbij een speciaal type overbrenging is toegepast , zodat het draagframe op een grotere afstand van de grond kan worden gehouden dan bij de bekende landbouwmachines van deze soort mogelijk is.

20 De uitvinding zal aan de hand van de tekening met een paar uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.

Figuur 1 is een vooraanzicht van de landbouwmachine of cultivator volgens de uitvinding;

figuur 2 is een doorsnede volgens de lijn II-II

25 in figuur 1;

Figuur 3 is een doorsnede volgens de lijn III-III in figuur 1 en toont een reduktiedrijfwerk, waarbij een extra tandwieloverbrenging is aangebracht; figuur H komt overeen met figuur 3 zonder de extra 30 tandwieloverbrenging; figuur 5 is een vertikale doorsnede van een draageenheid voor de werktuigen voor het bewerken van de grond; figuur 6 is een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm voor de verbinding van de machine met een trekker?

35 Figuur T is een doorsnede volgens de lijn VII-VII

800 1 3 83 κ - 3 - in figuur 6 en figuur 8 is een gedeeltelijk vertikale doorsnede van een bijzondere uitvoeringsvorm van de landbouwmachine volgens de uitvinding.

5 Bij de landbouwmachine volgens de uitvinding is het frame voorzien van een balk 1 (fig. 1), die door middel van een driepuntsophanging 2 (fig. 2) is bevestigd op een trekker. Een reduktiedrijfwerk 3, dat aan de balk is bevestigd, wordt aangedreven door de aftakas van een trekker en het reduktiedrijfwerk 10 brengt de aandrijvende beweging over op een as b met een zeshoekige dwarsdoorsnede, die evenwijdig is aan de balk 1, welke as de aandrijvende overbrenging op zijn beurt overbrengt op een reeks bewer-kingseenheden 5, die verschuifbaar zijn langs de balk 1 en die aan hun ondereinde zijn voorzien van een beverkingssamenstel 13’, dat 15 bestaat uit een of meer rotoren 32, die dienst doen als steunen voor de werktuigen.

Het reduktiedrijfwerk 3 voor het overbrengen van de aandrijvende beweging van de aftakas op de as b kan zijn voorzien van een extra tandwieloverbrenging zoals bij de uitvoerings-20 vorm volgens figuur 3, of zonder deze extra tandwieloverbrenging, zoals bij de uitvoeringsvorm volgens figuur H. Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur H wordt de aandrijvende beweging van de aftakas van een trekker overgebracht op een as 6, die de aandrijvende beweging door middel van de conische tandwielen 7 en 8 overbrengt 25 op de loodrecht op de as 6 staande as b.

Een van de hoofdkenmerken van de landbouwmachine volgens de uitvinding is de maatregel, dat het reduktiedrijfwerk is voorzien van tandwielen 7 en 8 van het hypoïde type, d.w.z. dat deze tandwielen zijn voorzien van tanden, die zodanig zijn gevormd, 30 dat de tandwielen met elkaar in ingrijping kunnen zijn, zelfs wanneer zij excentrisch staan.

Wanneer een verandering in de draaisnelheid van de werktuigen nodig is (fig. 3), wordt de aandrijvende beweging van de as 9, die is verbonden met de aftakas van de trekker, op een 35 tweede as 12 overgebracht door middel van een stel verwisselbare 80 0 1 3 83 'Λ - k - tandwielen 10 en 11, en van daaruit op de as H door middel van de hypoide tandwielen 7 en 8.

De bewerkingseenheden 5 (fig. 5) bestaan uit een telescopische steun of drager 13 voor een samenstel 13' van hori-5 zontale rotoren 32, waarop werktuigen zijn bevestigd.

De steun of drager 13 bestaat uit twee buisvormige onderdelen 30 en 31, die ten opzichte van elkaar verschuifbaar zijn en die met elkaar zijn verbonden door middel van een bladveer 15 (rechts in fig. 5) of door middel van een schroefveer 16 (links in 10 fig. 5)· Aan de onderzijde van het buisvormige onderdeel 31 is een flens 17 aangebracht.

Een huis 1k, dat de rotoren 32 draagt, die bij voorkeur in een rij zijn opgesteld, is gemonteerd tussen de flens 17» die aan de drager 13 is bevestigd, en een onderste losneembare 15 flens 18.

Op deze wijze is het mogelijk, het huis ik te verdraaien om de hartlijn van de drager 13 en opnieuw vast te klemmen, bijvoorbeeld met behulp van bouten.

Binnen de drager 13 en het huis 1U zijn organen 20 aangebracht voor het overbengen van de aandrijvende beweging van de as k op de rotoren 32. De aandrijvende beweging wordt van de as k met zeshoekige dwarsdoorsnede door middel van conische tandwielen 27 en 28 overgebracht op een as 19 met axiale glijspieën, waarop een bus 29 axiaal verschuifbaar is, zonder ten opzichte van 25 de as 19 te kunnen draaien. Deze bus 29, die met de as 19 door middel van lagers draaibaar is, is axiaal opgesloten door middel van de flenzen 17 en 18 en daarmee ten opzichte van het huis 1k.

Op de bus 29 is een tandwiel 20 gemonteerd, dat in ingrijping is met soortgelijke tandwielen 21 en 22, Da rotoren 32 voor de werk-30 tuigen zijn bevestigd op de assen van de tandwielen 21 en 22 en op de bus 29.

Door het samenstel 13’ te draaien om de as van de drager 13, is het mogelijk, de breedte van de te bewerken strook grond te variëren tussen de maat "a", die gelijk is aan de breedte 35 van een enkele rotor, en een maat "b", die overeenkomt met de 800 1 3 83 - 5 - % maximale lengte van het samenstel (zie fig. l).

De werking van de landbouwmachine volgens de uitvinding is als volgt: de rotoreenheden 13' worden om hun vertikale assen 5 gedraaid, totdat in vooraanzicht een breedte is bereikt, die overeenkomt met die van de te bewerken strook grond; de bewerkings-eenheden 5 worden langs de balk 1 verschoven en op de juiste plaats vastgezet, onafhankelijk van en na de eerste instelling yoor de breedte.

10 Nadat de werktuigen op een bepaald toerental zijn ingesteld door een juiste keuze van de tandwielen 10 en 11 (fig. 3) wordt de aftakas van de trekker gestart, zodat deze de aandrijvende beweging via het reduktiedrijfwerk 3 kan overbrengen op de as U, die op zijn beurt de bewerkingseenheden 5 aandrijft. Gedurende de 15 bewerking kunnen de rotoreenheden 13’ verschuiven langs de as van de drager 13 tegen de werking van de veren 15 of 16 in, zodat de werktuigen eventuele oneffenheden van de bodem kunnen volgen.

Omdat de maximale hoogte van de rijen planten, waarbij de machine nog kan worden toegepast, wordt bepaald door de 20 afstand van de bodem tot de as is het door toepassing van het reduktiedrijfwerk 3 met hypoïdtandwielen mogelijk, de afstand tussen de as 4 en de bodem te vergroten, terwijl de afstand tussen de bodem en de aftakas onveranderd blijft.

Voor het verplaatsen van de landbouwmachine buiten 25 bedrijf bestaat de mogelijkheid, de bewerkingseenheden 5 op te til-? len. Tot dit doel kan de gehele bewerkingseenheid 5 om de as Ij· worden gedraaid (fig. 2) en in de opgetilde stand worden vastgezet door een pen 23 te steken in een gat 2k, dat tot dit doel is aangebracht in de drager van de bewerkingseenheden.

30 Ook is een extra vermogensaftakking aangebracht, die correspondeert met het reduktiedrijfwerk 3 aan het tegenoverliggende einde van de as, die met de aftakas van de trekker is verbonden. Bij een bijzondere uitvoeringsvorm van de landbouwmachine volgens de uitvinding, die in figuur 6 is getekend, kan met die 35 extra vermogensaftakking op bekende wijze een hydraulische cylinder 8 0 0 1 3 83 - 6 - 25 of dergelijke worden verbonden, die de balk 1 langs zijn as kan verplaatsen. In dit geval is de balk 1 bevestigd op een steun 26, die verschuifbaar is langs twee assen 28 en 29, waarvan de as 28 is bevestigd op een U-vormig onderdeel 27, dat aan de trekker 5 is bevestigd en waarvan de as 29 is verbonden met de driepunts-ophanging 2. De hydraulische cylinder 25, gemonteerd tussen de driepuntsophanging 2 en de steun 26, kan dan de balk 1 verschuiven.

Bij een andere bijzondere uitvoeringsvorm van de landbouwmachine volgens de uitvinding, die in figuur 7 is getekend, 10 kan de hydraulische cylinder 25 een as 30 doen draaien, die door middel van niet-getekende hefbomen is verbonden met een paar stuurwielen.

Uit het bovenstaande blijkt, dat de landbouwmachine volgens de uitvinding de volgende belangrijke kenmerken bezit: 15 a) een aantal onafhankelijke bewerkingseenheden, die beweegbaar zijn langs een balk, die in dwarsrichting op de landbouwmachine is opgesteld; b) een enkele de aandrijvende beweging overbrengende as, die dienst doet voor alle bewerkingseenheden, welke is opgesteld op een vol- 20 doende grote afstand boven de bodem dank zij de toepassing van hypoidtandwielen, terwijl elke bewerkingseenheid draaibaar is om de genoemde sis, om de bewerkingseenheid te verplaatsen uit een in hoofdzaak vertikale werkstand in een schuine stand buiten bedrijf; c) elke bewerkingseenheid is voorzien van een of meer rotoren, 25 die al of niet op een lijn liggen, waarbij elke bewerkingseenheid draaibaar is om de genoemde vertikale bewerkingsas en in elke willekeurige draaistand vastzetbaar is, zodat de werkbreedte van elke bewerkingseenheid onafhankelijk van de andere bewerkingseenheden kan worden veranderd; 30 d) dank zij de gecombineerde verstelling van de werkbreedte en de draaiing ten opzichte van de vertikale as van elke bewerkingseenheid, is het mogelijk, de door de aan elkaar grenzende bewerkingseenheden bewerkte stroken grond elkaar gedeeltelijk te laten overlappen, waarbij een zaagtandvormige opstelling van de bewerkings- 35 eenheden kan worden bereikt; 800 1 3 83 .} 7 e) de telescopische dragers van de rotorsamenstellen; f) het aantal rotoren, zelfs in asymetrische opstelling, is willekeurig; g) de werktuigen bestaan uit bladen, messen, rechte of gekromde 5 tanden met elke willekeurige vorm, dwarsdoorsnede of grootte.

In figuur 1 is de linker rotor opzettelijk smaller getekend dan de andere rotoren, om de nadruk te leggen op het feit, dat de afmetingen van de werktuigen, alsmede de vorm of het materiaal daarvan, kunnen variëren. Binnen de omvang van de bijgaande 10 conclusies kunnen in de bovenbeschreven uitvoeringsvormen van de landbouwmachine volgens de uitvinding talrijke veranderingen worden aangebracht.

15 Samenvatting

Een meervoudige machine met vertikale assen voor het bewerken van landbouwgrond voor rijen planten, welke machine is voorzien van een frame, dat bestaat uit een horizontale balk, 20 waarop een reduktiedrijfwerk met hypoïdtandwielen is bevestigd voor het overbrengen van de aandrijvende beweging door middel van een as evenwijdig aan de balk en welke machine is voorzien van meerdere bewerkingseenheden, waarbij elke bewerkingseenheid verschuifbaar is langs de balk en is voorzien van een telescopische 25 drager voor een rotorsamenstel, dat draaibaar is en kan worden vastgeklemd in elke willekeurige stand ten opzichte van de as van de telescopische drager.

800 1 3 83

Claims (9)

1. Meervoudige landbouwmachine voor het bewerken van landbouwgrond voor rijen planten, welke machine is voorzien van in hoofdzaak vertikale bewerkingsassen en in wezen bestaat 5 uit een frame, dat meerdere bewerkingseenhèden ondersteunt, die aandrijfbaar zijn door een horizontale as en die bestaan uit rotoren, met het kenmerk, datjde aandrijvende beweging wordt overge-bracht van de aftakas van een trekker op de genoemde horizontale as, dat de bewerkingseenheden verschuifbaar zijn langs het steun-10 frame, dat de bovengenoemde rotoren zijn gemonteerd op een telescopische drager, en dat het rotorsamenstel draaibaar is om de as van de genoemde drager en ten opzichte van de drager vastzetbaar is.

2. Landbouwmachine volgens conclusie 1, met het J5 kenmerk, dat een eenheid, die de aandrijvende beweging van de af- takas overbrengt op de horizontale as, bestaat uit hypoïdtandwielen en uit een extra vermogenaftakking.

3. Landbouwmachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de genoemde eenheid is voorzien van een reeks 20 verwisselbare tandwielen, die zijn gemonteerd op twee assen, waarvan de ene as is verbonden met de aftakas van een trekker en de andere as is verbonden met de hypoïdtandwielen.

4. Landbouwmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, datjhet rotorsamenstel is ondersteund door een paar buis- 25 vormige onderdelen, waarvan het ene onderdeel tegen veerkracht in ten opzichte van het andere onderdeel verschuifbaar is en welke onderdelen aan hun ondereinde zijn voorzien van middelen voor het vastklemmen van het rotorsamenstel in elke willekeurige hoekstand.

5. Landbouwmachine volgens conclusie 4, met het 30 kenmerk, dat de klemorganen bestaan uit een paar flenzen, tussen welke flenzen een huis vastzetbaar is,vaarin de rotoren zijn geplaatst.

6. Landbouwmachine volgens conclusie 1 en 4, met het kenmerk, dat op een bus, die axiaal verschuifbaar is op een van glijspieën voorziene as binnen de drager van de rotoren 35 een tandwiel is bevestigd, dat in ingrijping is met soortgelijke 800 1 3 83 tandwielen, die elk zijn bevestigd op een rotor, waarbij een van de rotoren is bevestigd op de bus zelf.

7. Landbouwmachine volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de rotoren van elk samenstel op een lijn liggen.

8. Landbouwmachine volgens conclusie 1, inet het kenmerk, dat elke bewerkingseeriheid draaibaar is om de horizontale as voor het overbrengen van de aandrijvende beweging.

9. Landbouwmachine, in hoofdzaak 2oals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 80 0 1 3 83