NL8202785A - Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas. - Google Patents

Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas. Download PDF

Info

Publication number
NL8202785A
NL8202785A NL8202785A NL8202785A NL8202785A NL 8202785 A NL8202785 A NL 8202785A NL 8202785 A NL8202785 A NL 8202785A NL 8202785 A NL8202785 A NL 8202785A NL 8202785 A NL8202785 A NL 8202785A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rake
gearbox
frame beam
arm
coupled
Prior art date
Application number
NL8202785A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Zweegers & Zonen P J
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Zweegers & Zonen P J filed Critical Zweegers & Zonen P J
Priority to NL8202785A priority Critical patent/NL8202785A/nl
Priority to EP83200874A priority patent/EP0098635B1/de
Priority to DE8383200874T priority patent/DE3365287D1/de
Priority to AT83200874T priority patent/ATE21318T1/de
Priority to AU15933/83A priority patent/AU557382B2/en
Priority to US06/505,736 priority patent/US4566258A/en
Priority to IE1442/83A priority patent/IE54210B1/en
Priority to NZ204657A priority patent/NZ204657A/en
Priority to ZA834669A priority patent/ZA834669B/xx
Priority to HU832314A priority patent/HU190594B/hu
Priority to CA000431943A priority patent/CA1202492A/en
Priority to SU833621858A priority patent/SU1313330A3/ru
Publication of NL8202785A publication Critical patent/NL8202785A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D78/00Haymakers with tines moving with respect to the machine
    • A01D78/08Haymakers with tines moving with respect to the machine with tine-carrying rotary heads or wheels
    • A01D78/10Haymakers with tines moving with respect to the machine with tine-carrying rotary heads or wheels the tines rotating about a substantially vertical axis
    • A01D78/1028Pivotable rotor support arms

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Soil Working Implements (AREA)
  • Agricultural Machines (AREA)
  • Excavating Of Shafts Or Tunnels (AREA)
  • Processing Of Solid Wastes (AREA)

Description

T -- i -1- 22600/CV/tl
Korte Aanduiding: Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bewerken 5 van op de grond liggend gewas voorzien van een gestel en een tweetal van tanden voorziene harkorganen welke om zich schuin omhoog uitstrekkende * * draaiingsassen draaibaar zijn en aan te drijvenNia met een gestelbalk verbonden tandwielkasten,waarvan er althans een nabij een uiteinde van de gestelbalk is aangebracht en tevens althans een om een althans nage-10 noeg verticale staande zwenkas ten opzichte van het gestel verzwenk-baar is,terwijl tevens middelen ajn aangebracht om de draairichting van althans een van de aangedreven harkorgangn te kunnen omkeren,een en ander zodanig,dat de inrichting omstelbaar is tussen een eerste werkstand waarin beide harkorganengezien dwars op de beoogde voortbewegingsrich-15 ting tijdens bedrijf achter elkaar zijn gelegen en zodanig aan te drijven zijn,dat de tanden aan de naar elkaar toegekeerde zijden van de hark- de organen gerekend in/voortbewegingsrichting naar achteren bewegen,en een tweede werkstand,waarin de harkorganengezien in de voortbewegingsrichting schuin achter elkaar zijn gelegen en in dezelfde richting aan te drijven 20 zijn.
Een dergelijke "inrichting is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 7512195. Bij deze bekende inrichting zijn de beide tandwielkasten aan de uiteinden van de gestelbalk om zwenkassen verzwenkbaar aangebracht" en met behulp van koppelstangen verbonden met een eveneens 25 ten opzichte van de gestelbalk verzwenkbare trekarm. Voor het omstellen van de inrichting vanuit de ene werkstand in de andere werkstand wordt de gestelbalk ten opzichte van de trekarm verzwenkt en worden daarbij ook de tandwielkasten ten opzichte van de gestelbalk verzwenkt met behulp van de koppelstangen. Op zich voldoet deze inrichting goed,maar het 30 kan als een nadeel worden ondervonden,dat de inrichting een groot aantal ten opzichte van elkaar verzwenkbare delen omvat,hetgeen de bouw van de inrichting gecompliceerd maakt.
Met de uitvinding wordt beoogd een inrichting van bovengenoemde soort te verkrijgen,welke een eenvoudigere opbouw bezit.
35 Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat aan het uit einde van de zich tijdens normaal bedrijf schuin op de voortbewegings- 8202785 ' ί 1 i -2- 22600/CV/tl richting uitstrekkende gestelbalk,dat afgekeerd is van de aan deze gestelbalk vast bevestigde tandwielkast een uiteinde van een am verstelbaar is gekoppeld met behulp van een althans nagenoeg verticaal staande zwenkas,terwijl aan het van de zwenkas afgekeerde uiteinde van 5 de am de andere tandwielkast verzwenkbaar is gekoppeld met behulp van de eerstgenoemde althans nagenoeg verticaal staande zwenkas waamede een uiteinde van een koppelstang is gekoppeld,welke koppelstang voor het gelijktijdig vergrendelen van de am en de desbetreffende tandwielkast tegen verdraaiing om de zwenkassen in de beide werkstanden met zijn 10 andere uiteinde in verschillende standen kan worden gekoppeld met de gestelbalk.
Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan een inrichting met een eenvoudige opbouw worden verkregen,waarbij slechts de arm en de aan het vrije uiteinde van de arm gekoppelde tandwielkast 15 om een desbetreffende althans nagenoeg verticaal staande zwenkas behoeven te worden verzwenkt voor het omstellen van de inrichting vanuit de ene in de andere werkstand.
Volgens een verder kenmerk van de uitvinding is de arm en de door de arm gedragen tandielkast met behulp van de koppelstang althans in 20 tenminste twee standen vergrendelbaar waarin de harkwielen gezien in een richting dwars op de beoogde voortbewegingsrichting althans nagenoeg achter elkaar en op verschillende afstanden van elkaar zijn gelegen.
Door toepassing van deze maatregel is ie inrichting tevens in de werkstand waarin de beide harkwielen het gewas in een naar elkaar toegekeer-25 de richting verplaatsen te gebrüiken met verschillende afstanden tussen de draaiingsassen van de harkorganen,zodat de inrichting in deze genoemde werkstand met verschillende werkbreedtes en verschillende breedtes van de te vomen zwaden te gebruiken is.
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand 30 van een in bijgaande figuren schematisch weergegeven uitvoeringsvoor-beeld van een inrichting volgens de uitvinding.
Fig. 1 toont een bovenaanzicht op de inrichting volgens de uitvinding in een eerste werkstand.
Fig. 2 toont een zijaanzicht op de in fig.1 afgebeelde inrichting. 35 Fig. 3 toont een bovenaanzicht op de inrichting volgens de uit- vinding in een tweede werkstand.
82 0 2 7 8 5 έ £ 1 1 * -3- 22600/CV/tl
Fig. 4 toont een doorsnede over een tandwielkast welke wordt gebruikt bij de inrichting volgens de uitvinding.
Fig. 5 toont een deel van een doorsnede over fig.4 gezien volgens de lijn V - V in fig.4.
5 Fig. 6 toont een doorsnede over een uitvoeringsvoorbeeld van een tandbevestiging aan een harkorgaan.
Fig. 7 toont een aanzicht op fig.6,gezien in de richting volgens pijl VII· in fig. 6,waarbij ter wille van de overzichtelijkheid bepaalde in fig.6 afgeheelde onderdelen zijn weggelaten.
10 De in fig.1 weergegeven inrichting omvat een gestelbalk 1,welke zich tijdens bedrijf schuin op de beoogde voortbewegingsrichting volgens pijl A uitstrekt. Tussen de uiteinden van de gestelbalk 1 is aan de ge-atelbalk 1 een zich eveneens schuin op de voortbewegingsrichting volgens pijl A uitstrekkende trekarm 2 vast bevestigd. Aan het vooreinde van 15 de trekarm 2 is met behulp van een verticaal staande scharnieras 3 een op zichzelf bekend aankoppelorgaan 4 scharnierend bevestigd. Met behulp van dit aankoppelorgaan 4 kan de inrichting aan een driepuntshefinrich-ting van een trekker worden gekoppeld. Aan het ene uiteinde van de gestelbalk 1 is een tandwielkast 5 vast bevestigd. Onder de tandwielkast 20 5 is een harkorgaan 6 aangebracht ,welk harkorgaan is voorzien van regelmatig over de omtrek van het harkorgaan verdeelde en zich vanaf de buitenomtrek van het harkorgaan naar buiten toe uitstrekkende tanden 7.
Aan de tandielkast is verder een zich naar beneden toe uitstrekkende arm 8 bevestigd waaraan een tweetal onder het harkorgaan 6 gelegen,de 25 inrichting ondersteunende loopwielen 9 zijn aangebracht.
Aan het van de tandwielkast 5 afgekeerde einde is met behulp van een tijdens normaal bedrijf althans nagenoeg verticaal staande zwenkas 10 een uiteinde van een arm 11 verzwenkbaar gekoppeld. Aan het van de zwenkas 10 afgekeerde uiteinde var de arm 11 is met behulp van een zich 30 evenwijdig aan de'se zwenkas 10 uitstrekkende zwenkas 12 een tandwielkast 13 verzwenkbaar gekoppeld. Via een in deze tandwielkast 13 gelegen tandwieloverbrenging is een onder de tandwielkast 13 gelegen harkorgaan 14 ,dat op soortgelijke wijze als het harkorgaan 6 is voorzien van verende tanden 15 aan te drijven.Zoals gebruikelijk is daarbij de opstelling 35 van de draaiingsassen van de harkorganen 6 en 14 zodanig,dat deze draai-ingsassen zich tijdens gebruik van de inrichting uitstrekken in zich al- 82 0 2 7 85 -4- 22600/CV/tl 4 thans nagenoeg evenwijdig aan de beoogde voortbewegingsrichting volgens pijl A uitstrekkende vlakken,een en ander zodanig,dat de vrije uiteinden van de tanden 7 en 15 zich bewegen in schuin naar voren TriaVVpp.
Ook onder het harkorgaan 14 zijn het gestel ondersteunende loop- 5 wielen 9 aangebracht met behulp van een afgeknikt uiteinde 12' van de as 12, Zoals verder in fig.1 is weergegeven is de arm 11 tegen verzwenking om de zwenkas 10 vastgezi met behulp van een koppelstang 16. Een uiteinde van deze koppelstang 16 is met behulp van een zich loodrecht op de as 12 uitstrekkende scharnierpen 17 scharnierend met het boven de arm 10 11 uitstekende uiteinde van de as 12 gekoppeld. Het van de as 12 afge- keerde uiteinde van de koppelstang 16 is voorzien van een gat,waarin het boveneinde van een aan de gestelbalk 1 bevestigde pen 18 is geschoven.
Het zal duidelijk zijn,dat op deze wijze met behulp van de koppelstang 16 gelijktijdig de arm 11 tegen verdraaiing om de zwenkas 10 en de tandwiel-15 kast 13 tegen verdraaiing om de zwenkas 12 is geborgd. Daarbij is de uitvoering zodanig,dat de lengteas van de koppelstang 16 een hoek van 45° insluit met de hartlijn van de pen 17.
Zoals in het bijzonder in fig.4 is weergegeven is in de tandwielkast 5 een as 19 gelegerd,waarvan het buiten de tandwielkast 5 uitstekende 20 vooreinde (fig.1) onder gebruikmaking van een tussenas op op zichzelf bekende wijze te koppelen is met de aftakas van een trekker of dergelijke.
Het in het inwendige van de tandwielkast 5 gelegen uiteinde van de as 19 is voorzien van een conisch tandwiel 20,dat in ingrijping is met een conisch tandwiel 21,dat is bevestigd op een in de tandwielkast 5 geleger-25 de en de as 19 loodrecht kruisende as 22. Een uiteinde van de as 22 steekt buiten de tandwielkast 5 uit,terwijl aan het andere uiteinde van de as 22 een conisch tandwiel 23 is bevestigd, waarvan de tanden in ingrijping zijn met de tanden van een in de tandwielkast 5 gelegerd conisch tandwiel 24,dat vast is bevestigd aan het onder de tandwielkast 5 opge-30 stelde harkorgaan 6.
De tanden van het conische tandwiel 23 zijn,zoals uit fig.4 blijkt,verder nog in ingrijping met de tanden van een conisch tandwiel 25, dat is bevestigd aan een eveneens in de tandwielkast 5 gelegerde as 26, die eveneens met een uiteinde buiten de tandwielkast 5 uitsteekt.
35 Daarbij is de as 26 met het door de as 25 ondersteunde conische tandwiel 23,zoals in het bijzonder uit fig.5 blijkt,zodanig opgesteld,dat dit 820 2 7 85 t' £ I * -5- 22600/CV/tl consiche tandwiel 25 vrij van het tandwiel 24 kan draaien. In de in fig.
1 weergegeven werkstand van de inrichting is het buiten de tandwielkast 5 uitstekende uiteinde van de as 26 met behulp van een telescopische tus-senas 27 gekoppeld met een buiten de tandwielkast 13 uitstekend uiteinde 5 van een in deze tandwielkast gelegerde as 28. Aan het in de tandwielkast 13 gelegen uiteinde van de as 28 is een met het conische tandwiel 25 overeenkomend ccnisch tandwiel bevestigd waarvan de tanden in ingrijping zijn met de tanden van een met het conische tandwiel 24 overeenkomend tandwiel,dat vast is bevestigd aan het harkorgaan 14.
10 De uitvoering is hierbij zodanig,dat indien tijdens bedrijf de inrichting in de richting volgens pijl A wordt voortbewogen en de hark-organen 6 en 14 worden aangedreven de beide harkorganen gezien in fig.1 in de richting volgens de wijzers van de klok,dat wil zeggen in de richting volgens pijl B resp. pijl C zullen draaien. Het zal duidelijk 15 zijn,dat hierbij het gezien in de voortbewegingsrichting voorop lopende harkorgaan 6 op de grond liggend gewas naar rechts tot voor hi hark-wiel 14 zal verplaatsen,terwijl het gerekerd in de voortbewegingsrichting schuin achter het harkorgaan 6 liggende harkorgaan 14 al het binnen het bereik van dit harkorgaan 14 komende gewas eveneens gezien in fig.1 20 naar rechts zal verplaatsen. Zoals daarbij schematisch is weergegeven in fig.1 kan de inrichting nog zijn voorzien van instelbare geleidingsorga-nen of zwadborden 29 met behulp waarvan het verplaatste gewas op de gewenste wijze op een zwad kan worden afgëlegd.
Na loskoppeling van de koppelstang 16 van de aan de gestelbalk 1 25 bevestigde pen 18 kan de arm 11 met het door deze arm ondersteunde harkorgaan 14 in de richting volgens pijl D vanuit de in fig.1 weergegeven stand worden verzwenkt naar de in fig.1 met gestippelde lijnen en in fig.3 met getrokken lijnen «eergegeven stand. Voor deze verzwenking wordt de tussenas 27 losgekoppeld van het buiten de tandwielkast 5 uit-30 stekende uiteinde van de as 26 en na de verzwenking gekoppeld met het buiten de tandwielkast 5 uitstekende uiteinde van de as 22. Om de arm 11 tegen verzwenking om de zwenkas 10 en de tandwielkast 13 tegen verzwenking om de zwenkas 12 te borgen behoeft het vrije uiteinde van de koppelstang 16 slechts weer over de pen 18 te worden geschoven hetgeen eenvoudig kan 35 worden bewerkstelligd door de koppelstang 16 vanuit de in fig.1 weergegeven stand over 180° te verzwenken om de pen 17. De opstelling is daarbij zoda-dat,zoals uit fig.3 duidelijk zal zijn,de door de vrije uiteinden van 8202785 ' ‘ * -6- 22600/CV/tl de tanden 7 resp. 15 beschreven banen van beide harkorganen 6 en 14 elkaar althans nagenoeg raken.Verder zal door het omzetten van de tussenas 27 het harkwiel 14 nu tijdens bedrijf worden aangedreven in een richting volgens pijl E,tegengesteld aan de richting waarin dit harkwiel draait 5 in de werkstand afgeheeld in fig.1. De ligging van de gestelbalk 1 en de vast daarmede verbonden trekarm 2 is in beide werkstanden althans nagenoeg niet gewijzigd ten opzichte van de beoogde voortbewegingsrichting. volgens pijl A en de lengteas van de gestelbalk 1 sluit daarbij een hoek van ongeveer 70° in met de beoogde voortbewegingsrichting.
10 In beide werkstanden ligt gezien in de voortbewegingsrichting de draaiingsas van het verstelbare harkwiel dichter bij de draaiingsas van het andere harkwiel dan het uiteinde van de gestelbalk 1 waarom het verstelbare harkwiel verzwenkbaar is,terwijl in beide werkstanden de lengteas van de gestelbalk 11 een heek van ongeveer 50° insluit met de leng-15 teas van de gestelbalk 1.
Het zal duidelijk zijn,dat in de in fig.3 weergegeven werkstand tijdens bedrijf de beide harkorganen het gewas in een naar elkaar toegekeerde richting verplaatsen en tussen de harkorganen door naar achteren bewegen om zo het gewas naar achteren af te voeren. Eventueel kan de 20 inrichting zoals ook schematisch in fig.3 is weergegeven zijn voorzien van zwadborden 29,welke het gewas op een zwad van de gewenste breedte afleggen.
Zoals verder nog in de fig.1 en 3 is weergegeven zijn aan de gestelbalk 1 behalve de zich omhoog uitstrekkende pen 18 nog meerdere zich 25 omhoog uitstrekkende pennen 30- 32 bevestigd zodanig,dat deze pennen 30-32 op verschillende afstanden van de lengteas van de gestelbalk 1 zijn gelegen. Het uiteinde van de koppelstang 16 kan naar keuze met een van deze pennen 30 - 32 worden gekoppeld zoals schematisch in gestippelde lijnen is weergegeven voor de arm 11 en het harkorgaan 14 in een stand 30 waarin het uiteinde van de koppelstang J.6 is gekoppeld met de pen 32 (iig*3). De ligging van de pennen 30 - 32 is daarbij zodanig gekozen,dat indien het uiteinde van de koppelstang 16 over een desbetreffende pen is geschoven ter vergrendeling van de arm 11 om de zwenkas 10 en de tandwielkast 13 om de zwenkas 12 de draaiingsas van het door de tandwielkast 12 35 ondersteunde harkorgaan 14 steeds zal zijn gelegen in een zich evenwijdig aan de voortbewegingsrichting volgens pijl A uitstrekkend vlak, terwijl de uiteinden van de tanden daarbij in een naar voren hellend vlak bewegen.
82 0 2 7 8 5 t > i -7- 22600/CV/tl
Het zal duidelijk zijn,dat hierbij de afstand tussen de met elkaar samenwerkende harkorganen 9 en 14 in de stand waarin zij ,gezien dwars op de beoogde voortbewegingsrichting volgens pijl A althans nagenoeg achter elkaar zijn gelegen en het gewas tussen elkaar door naar achteren 5 bewegen op eenvoudige wijze kan worden gevarieerd. Hierbij kan een inrichting worden verkregen met een grote werkbreedte en met behulp waarvan een verhoudingsgewijs breed zwad kan worden gevormd,welk zwad in het bijzonder geschikt is om te worden verwerkt met behulp van inrichtingen voor het vormen van zogenaamde wikkelbalen of om te worden opgeraapt met 10 behulp van laadwagens.
De verende tanden 15 worden bij voorkeur aan het verstelbare harkor-gaan 14 aangebracht onder toepassing van de in fig. 6 en 7 afgeheelde constructie.
Zoals in fig.6 is weergegeven zijn hierbij voor de ondersteuning 15 van de verende tanden 15 aan een rondlopende velg 33 van het harkorgaan 14 op regelmatige afstand van elkaar in doorsnede U-vormige,zich vanaf de velg 33 radiaal naar binnen toe uititrekkende steunen 34 bevestigd.
In de benen van deze steunen zijn de draaiingsas van het harkwiel loodrecht kruisende pennen 35 gelegerd. Om ieder van de pennen 35 is een 20 bus 36 verzwenkbaar.Aan het boveneinde van de drager is een naaf 37 aangebracht waarin een gedeelte 38 van een de pen 35 loodrecht kruisende bout 39 is gelegen. De lengte van dit deel 38 is een weinig groter dan de lengte van de naaf 37,zodat de borst 40 gevormd bij de overgang tussen het gedeelte 38 en het dunner dan dit gedeelte 38 uitgevoerde van schroef-25 draad voorziene gedeelte 41 van de bout buiten de naaf 37 is gelegen.
Tegen de borst 40 rust een op het van schroefdraad voorziene gedeelte 41 van de bout 39 geschroefde plaat^'Aan de plaat 42 zijn de windingen 43 van de tanden 15 vastgezet met behulp van een opsluitplaat 44,welk eveneens op het van schroefdraad voorziene gedèelte 41 van de bout is 30 geschoven en daarop wordt vastgehouden met behulp van een op de bout gedraaide moer 44'. Omgebogen uiteinden 45 van de opsluitplaat zijn gelegen in hiertoe in de plaat 42 aangebrachte uitsparingen 46.
Zoals verder uit de figuren blijkt rust het ondereinde van de steunplaat 42 tegen een plaat 47,welke met behulp van een stift 48 is vast-35 gezet aan de steun 36. .Een ondereinde van de plaat 47 is gelegen in een in het de beide benen van de beugel 34 verbindende tussenstuk gelegen 8202785 , ^ I .
-8- 22600/CV/tl uitsparing 49,welke aan zijn naar de velg 33 toegekeerde uiteinde wordt begrensd door een omhoog gebogen lip 50.
De bus 36 is verder over een gedeelte van zijn omtrek omgeven door een spiraalveer 51,waarvan een einde 52 is gehaakt om een been van 5 de U-vormige steun 34 ten einde een verdraaiing van de spiraalveer 51 om de pen 35 tegen te gaan. Het andere uiteinde 53 van de spiraalveer strekt zich ongeveer radiaal ten opzichte van de buitenomtrek van de °m de pen 35 aangebrachte bus 36 uit,waarbij dit uiteinde 53 wordt omgeven door een huls 54. De huls 54 strekt zich uit in een in de plaat 47 10 aangebrachte van onderen open uitsparing en een eveneens van onderen open uitsparing 55,welke is aangebracht in een tegen het boveneinde van de plaat 47 aanliggende ondereinde van de plaat 42. Het zal duidelijk zijn,dat zo de plaat 42 tegen verdraaiing om de bout39 is geborgd door het zich door de uitsparing 55 uitstrekkende gedeelte van het uiteinde 15 53 van de veer,dat is omgeven door de huls 54.
Opgemerkt wordt,dat in de fig.6 en 7 de tanden en de deze tanden ondersteunende delen zijn weergegeven in de bedrijfsstand,waarin de tanden onder invloed van de op de tanden en de deze tanden ondersteunende delen inwerkende centrifugaalkracht,gezien in fig.6 tegen de 20 wijzers van de klok in zijn verzwenkt om de as 35 tot in de stand, waarin een verdere verzwenking wordt verhinderd door de plaat 47 waarvan het ondereinde in aanraking is gekomen met een als aanslag dienst doende begrenzingsrand van de uitsparing 49. Zoals uit fig.6 blijkt is de opstelling daarbij zodanig.,dat de tandenlc nog vrij blijven van de 25 velg 33,zodat geen ongewenste sliitage van de tandenl5zal optreden ten gevolge van contact tussen de tanden 15 en de velg 33. bij stilstaand harkorgaan zullen de tanden onder invloed van de veerkracht van de spiraalveer 51 gezien in fig.6 vanuit de in fig.6 weergegeven stand in de richting van de wijzers van de klok zijn verzwenkt om de pen 35 30 tot in de stand waarin het ondereinde van de plaat 47 is aankomen te liggen tegen de als aanslag werkende omhoog gebogen lip 50.
In deze stand is ook het door de huls 54 omgeven uiteinde van de spiraalveer goed toegankelijk en de spanning van de spiraalveer niet te groot om een gemakkelijk naar beneden verzwenken van dit uiteinde van de 35 veer met handkracht tegen te gaan.
O " 72 0 2 7 8 5 -9- 22600/CV/tl
Door nu dit uiteinde naar beneden te zwenken door het uitoefenen van een naar beneden in de richting volgens pijl F gerichte kracht zal men het in de uitsparing 55 gelegen door de huls 54 omgeven uiteinde van de veer uit de uitsparing 55 kunnen verwijderen .waarna de plaat 42 5 met de daarmede verbonden tanden over 180° kan worden verdraaid om de hartlijn van de bout 39. Indien men vervolgens het door de huls 54 omgeven uiteinde 53 van de veer loslaat zal dit uiteinde snappen in een met de uitsparing 55 overeenkomende uitsparing 56,welke is aangebracht in het tegenover de uitsparing 55 gelegen uiteinde van de steunplaat 42, X0 zodat de steunplaat 42 met de daardoor ondersteunde tanden 7 weer tegen verdraaiing om de bout 39 is geborgd.
Door boven omschreven eenvoudige omstelling van de tanden is het mogelijk om in beide beschreven werkstanden van de inrichting de tanden steeds zodanig op te stellen,dat zij zich vanaf hun bevestiging aan 15 het harkorgaan gerekend in de draairichting schuin naar achteren uitstrekken, zoals duidelijk zal zijn uit de fig.1 en 3.
o-— 8202785

Claims (12)

1. Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas voorzien van een gestel en een tweetal van tanden voorziene harkorganen, welke om zich omhoog uitstrekkende draaiingsassen draaibaar zijn en aan te drijven zijn via met een gestelbalk verbonden tandwielkasten 5 waarvan er althans een nabij een uiteinde van de gestelbalk is aangebracht en tevens althans een om een althans nagenoeg verticaal staande zwenkas ten opzichte van het gestel verzwenkbaar is,terwijl tevens middelen zijn aangebracht om de draairichting van althans een van de aangedreven harkorganen te kunnen omkeren,een en ander zodanig,dat de 10 inrichting omstelbaar is tussen een eerste werkstand waarin beide harkorganen gezien dwars op de beoogde voortbewegingsrichting tijdens bedrijf achter elkaar zijn gelegen en zodanig aan te drijven zijn,dat de tanden aan de naar elkaar toegekeerde zijden van de harkorganen gerekend in de voortbewegingsrichting naar achteren bewegen en een tweede werk-15 stad, waarin de harkorganen gezien in de voortbewegingsrichting schuin achter elkaar zijn gelegen en in dezelfde richting aan te drijven zijn, met het kenmerk,dat aan het uiteinde van de zich tijdens normaal bedrijf schuin op de voortbewegingsrichting uitstrekkende gestelbalk ,dat afgekeerd ie van de aan deze gestelbalk vast bevestigde tandwielkast een uit-20 einde van een arm verstelbaar is gekoppeld met behulp van een althans nagenoeg verticaal staande zwenkas,terwijl aan het van de zwenkas afgekeerde uiteinde van de arm de andere tandwielkast verzwenkbaar is gekoppeld met behulp van de eerstgenoemde althans nagenoeg J'sfaande zwenkas waarmede een uiteinde van een koppelstang is gekoppeld,welke koppelstang 25 voor het gelijktijdig vergrendelen van de arm en de desbetreffende tandwielkast tegen verdraaiing om de zwenkas in de beide werkstanden met zijn andere uiteinde in verschillende standen kn worden gekoppeld met de gestelbalk.
2. Inrichting volgens conclusie l,met het kenmerk,dat de arm en de 30 door de arm gedragen tandwielkast met behulp van de koppelstang althans vergrendelbaar is in tenminste twee standen waarin de harkwielen gezien in een richting dwaïjs op de beoogde voortbewegingsrichting althans nagenoeg achter elkaar én op verschillende afstanden van elkaar zijn gelegen.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk,dat de koppel- —, 35 stang met behulp van een horizontale scharnieras met een boven de arm ^^^^^^uitstekend uiteinde van de zwenkas is gekoppeld. 8202785 * A if * -11- 22600/CV/tl
4. Inrichting volgens conclusie 3,met het kenmerk,dat de scharnieras een hoek van ongeveer 45° insluit met de lengteas van de koppelstang.
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat het van de vast aan de gestelbalk bevestigde tandwielkast afgekeerde 5 uiteinde van de gestelbalk gezien in de voortbewegingsrichting van de inrichting tijdens bedrijf in twee verschillende werkstanden op grotere afstand is gelegen van de vast aan de gestelbalk bevestigde tandwielkast dan de tandwielkast van het verstelbare harkorgaan.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, 10 dat de hartlijn van de gestelbalk in de verschillende werkstanden een hoek van ongeveer 70° met de beoogde voortbewegingsrichting tijdens normaal bedrijf insluit.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de arm in een tweetal werkstanden althans nagenoeg een hoek van 15 althans nagenoeg 50° insluit met de lengteas van de gestelbalk.
8. Inrichting in het bijzonder volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk,dat de tanden van het verstelbare harkorgaan tussen een tweetal werkstanden instelbaar zijn door verzwenking over 180° om een de draaiingsas van het harkorgaan althans nagenoeg loodrecht snijdende 20 of kruisende draaiingsas.
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de tanden zijn bevestigd aan dragers welke ten opzichte van het harkwiel onder invloed van centri-fugaalktachten draaibaar zijn om zwenkassen tegen de werking van de zwenkassen omgevendé spiraalveren,met het kenmerk,dat de tanden worden 25 ondersteund door ten opzichte van de dragers om de draaiingsassen draaibare steunen,welke zijn voorzien van uitsparingen voor het opnemen van zich ongeveer radiaal ten opzichte van de zwenkassen uitstrekkende uiteinden van de spiraalveren.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de de tanden 30 dragende dragers samenwerken met vast aan het harkorgaan bevestigde aanslagen voor het begrenzen van de verzwenkbewegingen van de dragers.
11, Indichting volgens conclusie 10, met het kenmerk,dat een drager is voorzien van een uitstekend deel,dat zich uitstrekt door een aan het harkorgaan bevestigd draagdeel voor de zwenkas. >202785 -12- 22600/CV/tl
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de vast aan de gestelbalk bevestigde tandwielkast is vootaen van een met behulp van een tussenas met de aftakas van een trechter of dergelijke te koppelen ingaande as,welke via een tandwieloverbrenging is gekoppeld 5 met een hulpas, welke aan een uiteinde buiten de tandwielkast uitsteekt en aan zijn andere uiteinde is voorzien van een conisch tandwiel,dat in ingrijping is met een daaronder gelegen aan het desbetreffende harkor-gaan bevestigd conisch tandwiel en met een daarnaast gelegen conisch tandwiel,dat aan een verdere met een uiteinde buiten de tandwielkast 10 uitstekende hulpas is bevestigd en dat zodanig boven het aan het harkor-gaan bevestigde tandwiel is opgesteld dat het vrij van dit laatstgenoemde tandwiel draait,terwijl naar keuze een van de buiten de tandwielkast uitstekende uiteinde van de hulpassen met behulp van een tussenas is te koppelen met een uiteinde van een as,welke is gelegerd in de tandwiel-15 kast,welke is bevestigd aan het uiteinde van de arm. • Qf0*^ 8202785
NL8202785A 1982-07-09 1982-07-09 Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas. NL8202785A (nl)

Priority Applications (12)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8202785A NL8202785A (nl) 1982-07-09 1982-07-09 Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas.
EP83200874A EP0098635B1 (de) 1982-07-09 1983-06-15 Vorrichtung zum Bearbeiten am Boden liegenden Ernteguts
DE8383200874T DE3365287D1 (en) 1982-07-09 1983-06-15 Implement for the treatment of crops resting on the ground
AT83200874T ATE21318T1 (de) 1982-07-09 1983-06-15 Vorrichtung zum bearbeiten am boden liegenden ernteguts.
AU15933/83A AU557382B2 (en) 1982-07-09 1983-06-20 Device for working crop lying on the ground
US06/505,736 US4566258A (en) 1982-07-09 1983-06-20 Device for working crop lying on the ground
IE1442/83A IE54210B1 (en) 1982-07-09 1983-06-20 Device for working crop lying on the ground
NZ204657A NZ204657A (en) 1982-07-09 1983-06-21 Swathe former:gearbox drive for opposite raking directions
ZA834669A ZA834669B (en) 1982-07-09 1983-06-27 Device for working crop lying on the ground
HU832314A HU190594B (en) 1982-07-09 1983-06-27 Device for treating land produce being on soil
CA000431943A CA1202492A (en) 1982-07-09 1983-07-06 Device for working crop lying on the ground
SU833621858A SU1313330A3 (ru) 1982-07-09 1983-07-08 Грабли-ворошилка

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8202785 1982-07-09
NL8202785A NL8202785A (nl) 1982-07-09 1982-07-09 Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8202785A true NL8202785A (nl) 1984-02-01

Family

ID=19840006

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8202785A NL8202785A (nl) 1982-07-09 1982-07-09 Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4566258A (nl)
EP (1) EP0098635B1 (nl)
AT (1) ATE21318T1 (nl)
AU (1) AU557382B2 (nl)
CA (1) CA1202492A (nl)
DE (1) DE3365287D1 (nl)
HU (1) HU190594B (nl)
IE (1) IE54210B1 (nl)
NL (1) NL8202785A (nl)
NZ (1) NZ204657A (nl)
SU (1) SU1313330A3 (nl)
ZA (1) ZA834669B (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4685282A (en) * 1985-07-29 1987-08-11 Allen David R Hay rake assembly
CA2079349C (en) * 1991-12-30 1997-12-09 Mark H. Buddendeck Document handler platen transport
CA2530674C (en) 2005-02-23 2010-11-23 Bridgeview Mfg. Inc. V-rake
EA011870B1 (ru) * 2007-04-20 2009-06-30 Валерий Иванович Шаплыко Грабельный аппарат (варианты)

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1367040A (fr) * 1962-07-02 1964-07-17 Fahr Ag Maschf Faneuse à rotors à dents
DE2220114A1 (de) * 1972-04-25 1973-10-31 Jacques Roby Dr Schlittler Heuwerbungsmaschine
NL7209663A (nl) * 1972-07-13 1974-01-15
DE2410453A1 (de) * 1974-03-05 1975-09-11 Schlittler Jacques Roby Dr Heuwerbungsmaschine
DE2432827C2 (de) * 1974-07-09 1984-09-06 Alfons 2841 Harpendorf Sprehe Heuwerbungsmaschine
NL158995C (nl) * 1975-02-04 1982-04-16 Zweegers P Landbouwwerktuig, voorzien van aandrijfbare harkwielen.
NL7512195A (nl) * 1975-10-17 1977-04-19 Zweegers P Hooibewerkingsmachine.
DE2622486A1 (de) * 1976-05-20 1977-12-08 Stoll Maschf Gmbh Wilhelm Heuwerbungsmaschine
NL7606199A (nl) * 1976-06-09 1977-12-13 British Lely Hooibouwmachine.
FR2411553A1 (fr) * 1977-12-16 1979-07-13 Kuhn Sa Machine de fenaison perfectionnee
DE2838912A1 (de) * 1978-09-07 1980-03-20 Kloeckner Humboldt Deutz Ag Heuwerbungsmaschine
DE2844235A1 (de) * 1978-10-11 1980-04-24 Kloeckner Humboldt Deutz Ag Heuwerbungsmaschine
DE2919241A1 (de) * 1979-05-12 1980-11-13 Fella Werke Gmbh Heuwerbungsmaschine

Also Published As

Publication number Publication date
US4566258A (en) 1986-01-28
HUT35912A (en) 1985-08-28
AU557382B2 (en) 1986-12-18
IE54210B1 (en) 1989-07-19
ATE21318T1 (de) 1986-08-15
ZA834669B (en) 1984-03-28
HU190594B (en) 1986-09-29
EP0098635A3 (en) 1984-08-22
NZ204657A (en) 1986-03-14
DE3365287D1 (en) 1986-09-18
SU1313330A3 (ru) 1987-05-23
IE831442L (en) 1984-01-09
CA1202492A (en) 1986-04-01
EP0098635B1 (de) 1986-08-13
EP0098635A2 (de) 1984-01-18
AU1593383A (en) 1984-01-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8104871A (nl) Hooibouwmachine.
NL8203065A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8202785A (nl) Inrichting voor het bewerken van op de grond liggend gewas.
US3559389A (en) Device for working crop lying on the ground
US2652673A (en) Stone gatherer
NL8400715A (nl) Landbouwmachine.
US2933206A (en) Tobacco harvester
DE2002746B2 (de) Heuwerbungsmaschine
NL8601048A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL7907081A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8800409A (nl) Inrichting voor het verplaatsen van gewas.
NL7809814A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL1009789C2 (nl) Inrichting voor het verplaatsen van op de grond liggend gewas.
FR2474812A1 (fr) Faneuse presentant des caracteristiques anti-bourrage
US2994180A (en) Rotary wheel raking device
NL8501837A (nl) Maaiinrichting.
NL9002535A (nl) Maaiinrichting met kettingtransmissie.
NL8602430A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8602465A (nl) Maaimachine.
NL8602125A (nl) Landbouwmachine voor het bewerken van gewas.
NL1009224C2 (nl) Inrichting voor het zijwaarts verplaatsen van op de grond liggend gewas.
NL7908396A (nl) Hooimachine.
NL8701582A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL7909060A (nl) Grondbewerkingsmachine.
NL8402926A (nl) Maaimachine.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed