NL2020107B1 - Inrichting voor opslag van artikelen - Google Patents

Inrichting voor opslag van artikelen Download PDF

Info

Publication number
NL2020107B1
NL2020107B1 NL2020107A NL2020107A NL2020107B1 NL 2020107 B1 NL2020107 B1 NL 2020107B1 NL 2020107 A NL2020107 A NL 2020107A NL 2020107 A NL2020107 A NL 2020107A NL 2020107 B1 NL2020107 B1 NL 2020107B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
holder
supply
container
displacer
storage
Prior art date
Application number
NL2020107A
Other languages
English (en)
Inventor
Victor De Vries Hugo
Original Assignee
I Collector Holding Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by I Collector Holding Bv filed Critical I Collector Holding Bv
Priority to NL2020107A priority Critical patent/NL2020107B1/nl
Priority to PCT/NL2018/050850 priority patent/WO2019125147A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2020107B1 publication Critical patent/NL2020107B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G1/00Storing articles, individually or in orderly arrangement, in warehouses or magazines
    • B65G1/02Storage devices
    • B65G1/04Storage devices mechanical
    • B65G1/137Storage devices mechanical with arrangements or automatic control means for selecting which articles are to be removed
    • B65G1/1373Storage devices mechanical with arrangements or automatic control means for selecting which articles are to be removed for fulfilling orders in warehouses
    • B65G1/1378Storage devices mechanical with arrangements or automatic control means for selecting which articles are to be removed for fulfilling orders in warehouses the orders being assembled on fixed commissioning areas remote from the storage areas

Abstract

Inrichting voor het in tijdelijke opslag in houders houden van artikelen, omvattend -tenminste één gestel met een aantal reeksen onderling parallelle, in een kolomopstelling geplaatste opslagvakken voor de houders, welke opslagvakken zich vanaf een eerste gestelzijde van het gestel uitstrekken, -tenminste één langs de eerste gestelzijde verplaatsbare, voor het opnemen van tenminste een houder ingerichte houderverplaatser, -eerste verplaatsingsmiddelen voor het verticaal langs enlof horizontaal langs de eerste gestelzijde verplaatsen van de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak toe en van een gekozen opslagvak vandaan, -waarbij de inrichting voorzien is van tweede verplaatsingsmiddelen voor het horizontaal verplaatsen van een of meer houders vanaf de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak en het verplaatsen van een of meer houders vanaf het opslagvak naar de houderverplaatser, voorts omvattend tenminste een toevoerhouder voor een aantal artikelen, welke toevoerhouder toegevoegd is aan de houderverplaatser en aangebracht is voor verplaatsing als een eenheid samen met de houderverplaatser langs de eerste gestelzijde, waarbij de toevoerhouder voorzien is van afgeefmiddelen voor het afgeven van een door de toevoerhouder gehouden artikel aan een althans deels door de houderverplaatser opgenomen houder.

Description

NL 2020107
Inrichting voor opslag van artikelen
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting en werkwijze voor het tijdelijk in opslag houden van artikelen in de uitvoering van orders. De uitvinding heeft in het bijzonder betrekking op een dergelijke inrichting en werkwijze voor het plaatsen van artikelen in houders, in het bijzonder voor het zogenoemd consolideren van orders.
Voorbeelden van dergelijke inrichtingen en werkwijzen zijn onderwerp van bijvoorbeeld de internationale octrooiaanvragen WO 2010/090512, WO 2012/018255, WO 2012/134269 en WO 2016/122309.
Het is uit WO 2010/090512 en WO 2012/134269 bekend om artikelen op te laten nemen in houders die gelegen zijn in opslagvakken van de opslaginrichting. Dit kan worden gedaan in speciaal voor de artikelontvangst aangewezen opslagvakken. Aan de einden van de opslagvakken zijn op en neer verplaatsbare platforms aanwezig, waarmee de gevulde houders naar een daarvoor gereserveerd opslagvak kunnen worden gebracht.
Voorts zijn bekend opslagsystemen waarbij houders in stellingen aan weerszijden van een gang zijn ondergebracht, waarbij de verplaatsing van houders plaatsvindt met behulp van een zogenoemde miniload (zie bijvoorbeeld WO 2017/102315) of met behulp van een zogenoemd shuttle systeem (zie bijvoorbeeld US 2009/0028675, WO 2017/102315 en US 2016/0130085).
Bij het samenstellen van verschillende orders welke kunnen bestaan uit meerdere, verschillende artikelen en ook onderling verschillen, is het gebruikelijk om de betreffende houders voor dat proces op te slaan in opslagvakken in stellingen en gereed te houden voor vulling met artikelen en daaropvolgende verzending. Wanneer een houder gevuld moet/kan worden met een artikel wordt die houder opgehaald uit de stelling en overgebracht naar een laadstation, picking station. Dat kan gedaan worden met voornoemde platforms, miniload, shuttle. In het picking station wordt door een medewerker of robot het artikel in de houder geplaatst, waarna de houder weer wordt teruggevoerd naar de stelling en daarin wordt geplaatst. Dit brengt een aanzienlijk hoge logistieke belasting met zich mee, welke gevolgen heeft voor de capaciteit en de kosten van order verwerking.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Een doel van de uitvinding is een opslaginrichting en werkwijze te verschaffen waarmee artikelen kunnen worden geplaatst in houders van die opslaginrichting, in het bijzonder in de consolidatie van orders.
Een doel van de uitvinding is een efficiënte opslaginrichting en werkwijze te verschaffen waarmee artikelen kunnen worden geplaatst in houders van die opslaginrichting, in het bijzonder in de consolidatie van orders.
Een doel van de uitvinding is een compacte opslaginrichting te verschaffen waarmee artikelen kunnen worden geplaatst in houders van die opslaginrichting, in het bijzonder in de consolidatie van orders.
Een doel van de uitvinding is een voordelige werkwijze te verschaffen waarmee artikelen kunnen worden geplaatst in houders van een opslaginrichting, in het bijzonder in de consolidatie van orders.
Vanuit één aspect voorziet de uitvinding in een inrichting voor het in tijdelijke opslag in houders houden van artikelen, omvattend -tenminste één gestel met een aantal onderling parallelle, in een horizontale rij-en/of verticale kolomopstelling geplaatste opslagvakken voor de houders, welke opslagvakken zich vanaf een eerste gestelzijde van het gestel uitstrekken, -tenminste één langs de eerste gestelzijde verplaatsbare, voor het opnemen van tenminste één houder ingerichte houderverplaatser, -eerste verplaatsingsmiddelen voor het verticaal langs en/of horizontaal langs de eerste gestelzijde verplaatsen van de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak toe en van een gekozen opslagvak vandaan, -waarbij de inrichting voorzien is van tweede verplaatsingsmiddelen voor het horizontaal verplaatsen van één of meer houders vanaf de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak en het verplaatsen van één of meer houders vanaf het opslagvak naar de houderverplaatser. Een dergelijke inrichting is bekend van de in de inleiding genoemde publicaties.
De inrichting volgens de uitvinding omvat voorts tenminste één toevoerhouder voor een aantal artikelen, welke toevoerhouder toegevoegd is aan de houderverplaatser en aangebracht is voor verplaatsing als een (toevoer)eenheid samen met de houderverplaatser langs de eerste gestelzijde, waarbij de toevoerhouder voorzien is van afgeefmiddelen voor het afgeven van een door de toevoerhouder gehouden artikel aan een althans deels door de houderverplaatser opgenomen houder.
Met de inrichting volgens de uitvinding kunnen de artikelen tot bij de betreffende artikelhouders worden gebracht, en kunnen de verplaatsingen van artikelhouders van de opslaginrichting in aantal en afstand sterk beperkt blijven. Het kunnen de kleinere en minder zware artikelen zijn, die verplaatst worden naar de houders, waardoor met eenzelfde ruimtebeslag en met eenzelfde gewicht meer handelingen tegelijk mogelijk zijn. De artikelen op de toevoerhouder volgen de houderverplaatser en komen daarmee steeds op de gewenste locatie, alwaar de betreffende houder vanuit een opslagvak op de houderverplaatser wordt genomen, om later weer vanaf de houderverplaatser in dat opslagvak of een ander opslagvak te worden gevoerd. Het artikel kan worden afgegeven aan de houder tijdens die transitie of tijdens het verblijf van de houder op de houderverplaatser.
De tweede verplaatsingsmiddelen kunnen aangebracht zijn op de houderverplaatser of in het gestel.
In een verdere ontwikkeling is de toevoerhouder aangebracht boven de betreffende houderverplaatser, waardoor het afgeefproces bevorderd kan worden en de afgeefinrichting eenvoudig kan zijn. Dit kan recht boven of schuin boven de houderverplaatser zijn.
In een compacte uitvoering zijn de toevoerhouder en de betreffende houderverplaatser ondersteund in een betreffend, door de eerste verplaatsingsmiddelen verticaal langs en/of horizontaal langs de eerste gestelzijde verplaatsbaar hulpgestel.
De toevoerhouder kan op verschillende wijzen zijn uitgevoerd. Zo kan deze een band omvatten voor ondersteuning van de artikelen, voor welke band dan derde verplaatsingsmiddelen zijn voorzien voor aandrijving van de band om een artikel van een bandeind te laten vallen, in een houder. Alternatief kan de toevoerhouder artikelsteunen hebben die functioneren als een schietplaat, aangedreven door derde verplaatsingsmiddelen. Een andere uitvoering maakt gebruik van een een artikel ondersteunende klep die door derde verplaatsingsmiddelen neergeklapt en/of weer terug bewogen kan worden. Verdere alternatieven die binnen de uitvinding liggen zullen de deskundige bekend zijn of bekend worden. De band, plaat, klep en dergelijke en de derde verplaatsingsmiddelen daarvoor functioneren dan als afgeefmiddelen.
De toevoerhouder kan zijn ingericht voor het houden van meerdere artikelen. Dat aantal kan afhankelijk zijn van de beoogde inzet en omvang van de opslaginrichting. Bij wijze van voorbeeld: het aantal kan kleiner dan vijf zijn, maar het aantal kan ook honderd zijn. Het ontwerp van de toevoerhouder zal daarop afgestemd zijn: in het eerste geval bijvoorbeeld voornoemde band, in het tweede geval een magazijn van waaruit telkens een artikel kan worden afgegeven aan een houder.
De houderverplaatser kan zijn ingericht voor opname van een aantal (meerdere) houders, bij voorkeur een aantal dat overeenkomt met de capaciteit van een opslagvak. Hierdoor kan het mogelijk zijn om een aantal artikelen tegelijk af te geven aan een overeenkomstig aantal houders.
In een uitvoering omvat de opslaginrichting een besturingseenheid voor de diverse verplaatsingsmiddelen, welke ingericht is voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen in afstemming op de tweede verplaatsingsmiddelen.
De besturingseenheid kan zijn ingericht voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen wanneer van de betreffende houderverplaatser een voor de opname van het artikel geselecteerde houder wordt verplaatst voor overdracht aan een opslagvlak. Het is alternatief of daarbij ook mogelijk dat de besturingseenheid is ingericht voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen wanneer een voor het opnemen van het artikel geselecteerde houder wordt verplaatst van een opslagvlak naar de houderverplaatser waaraan de betreffende toevoerhouder is toegevoegd. Voorts kan het mogelijk zijn dat het artikel door de derde verplaatsingsmiddelen wordt afgegeven aan een houder tijdens de verplaatsing van de houderverplaatser met toevoerhouder langs de gestelzijde.
Voor het overbrengen van de artikelen naar de toevoerhouders kan de opslaginrichting omvatten een artikeltoevoer voor de toevoerhouders, welke artikeltoevoer bij voorkeur ingericht is voor het overgeven van meerdere artikelen tegelijk aan de toevoerhouder. Daarbij kan de opslaginrichting voorts omvatten een aanvoerbaan voor artikelen, waarbij de artikeltoevoer opgesteld is voor overdracht van artikelen van de aanvoerbaan naar een gewenste toevoerhouder. De aanvoerbaan kan zich bij de artikeltoevoer uitstrekken in een richting parallel aan de opslagvakken.
Wanneer houders de voor de order gewenste inhoud hebben, met meerdere verschillende artikelen, kunnen zij uit opslag worden gehaald voor verzending. De opslaginrichting volgens de uitvinding kan hiertoe een naar een uitneemstation voerende uitvoerbaan omvatten, alsmede een overbrenginrichting met vierde verplaatsingsmiddelen voor het overbrengen van van een houderverplaatser ontvangen houders naar de uitvoerbaan. In een efficiënte opstelling is de overbrenginrichting aan een zijde van het gestel gelegen die dwars staat op de eerste gestelzijde. Na het in het uitneemstation uit de houder(s) halen van de artikelen worden de lege houder(s) weer naar de overbrenginrichting gevoerd over een invoerbaan, om op de overbrenginrichting weer overgebracht te worden naar een houderverplaatser. De uitvoerbaan kan met de invoerbaan een open lus vormen. Alternatief of daarbij kan de uitvoerbaan ook in tegengestelde richting werken, als invoerbaan.
De overbrenginrichting is bij voorkeur opgesteld bij de artikeltoevoer, zodat het uitvoeren/invoeren van houders gecombineerd kan worden met het toevoeren van artikelen aan de toevoerhouder(s). De uitvoerbaan kan een begintraject en/of de invoerbaan kan een eindtraject hebben dat zich parallel aan genoemde aanvoerbaan uitstrekt, bij voorkeur op een niveau lager dan de artikeltoevoer.
De opslaginrichting kan zijn uitgevoerd met twee gestellen opgesteld aan weerszijden van een gang waarin de houderverplaatser met toevoerhouder verplaatsbaar is, langs de dan naar elkaar toe gekeerde eerste gestelzijden van de beide gestellen, analoog aan een miniload of shuttle. In dat geval kan de houderverplaatser met toevoerhouder ingericht zijn voor werkzaam verband met beide de gang begrenzende gestelzijden.
De opslaginrichting kan alternatief uitgevoerd zijn overeenkomstig het concept beschreven in hiervoor genoemde WO 2010/090512 en WO 2012/134269, in welk geval de opslagvakken zich uitstrekken van de eerste gestelzijde naar een tegengestelde tweede gestelzijde, -waarbij aan de eerste gestelzijde en de tweede gestelzijde respectievelijk tenminste één eerste en tenminste één tweede houderverplaatser zijn aangebracht, -waarbij de eerste verplaatsingsmiddelen ingericht zijn voor het verticaal langs en/of horizontaal langs de beide gestelzijdes verplaatsen van de eerste en tweede houderverplaatsers van een positie waarin beide in lijn zijn met één van de opslagvakken naar een positie waarin beide in lijn zijn met een ander van de opslagvakken, -waarbij de tweede verplaatsingsmiddelen ingericht zijn voor het horizontaal verplaatsen van één of meer houders vanaf de houderverplaatser aan de ene gestelzijde naar de houdersteunen van een gekozen opslagvak onder het over het gekozen opslagvak verplaatsen van de daarop gesteunde reeks houders en het verplaatsen van één of meer houders vanaf het opslagvak naar de houderverplaatser aan de andere gestelzijde, waarbij aan althans één van de beide houderverplaatsers een genoemde toevoerhouder is toegevoegd.
In een voorkeursuitvoering hiervan zijn aan beide houderverplaatsers een genoemde toevoerhouder toegevoegd.
In deze uitvoering met aan twee gestelzijden houderverplaatsers kan het voordelig zijn indien de houderverplaatsers zijn ingericht voor opname van een aantal houders dat de helft is van het aantal houders dat in een opslagvak opgenomen kan worden. Alternatief kunnen de houderverplaatsers zijn ingericht voor opname van een aantal houders dat gelijk is aan het aantal houders dat in een opslagvak opgenomen kan worden. Hierbij kan een reeks houders in een opslagvak telkens intact gehouden worden, in de verplaatsing van het ene opslagvak naar een ander opslagvak en de overdrachten. Dat kan voordelig zijn met het oog op het groeperen en uitvoeren van houders met bijvoorbeeld eenzelfde bestemming.
In een uitvoering omvat de opslaginrichting een aantal naast elkaar gelegen reeksen onderling parallelle langwerpige, in een kolomopstelling geplaatste opslagvakken.
Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het tijdelijk in een opslaginrichting houden van artikelen in houders, -welke opslaginrichting omvat -een gestel met een aantal onderling parallelle, in een horizontale rij- en/of verticale kolomopstelling geplaatste opslagvakken voor de houders, welke opslagvakken zich vanaf een eerste gestelzijde van het gestel uitstrekken, -tenminste één langs de eerste gestelzijde verplaatsbare, voor het opnemen van tenminste één houder ingerichte houderverplaatser, -waarbij aan althans één houderverplaatser een toevoerhouder is toegevoegd voor tijdelijke opname van artikelen, welke toevoerhouder samen met de betreffende houderverplaatser een verplaatsbare toevoerunit vormt, -waarbij de houders (ID) worden geregistreerd in een programmeerbare besturingseenheid voor de opslaginrichting en door de besturingseenheid de plaats van de houders in de opslaginrichting wordt gevolgd, -waarbij een aantal artikelen aangeboden wordt voor opslag in de houders, -waarbij in de besturingseenheid elk voor opslag aangeboden artikel wordt toegewezen aan een geselecteerde houder, -waarbij in de besturingseenheid voor elk in de toevoerhouder opgenomen artikel de locatie van de voor dat artikel geselecteerde houder wordt bepaald, -waarbij in de besturingseenheid een volgorde van verplaatsingen voor de toevoerunit voor het toevoeren van en het afgeven van de artikelen aan de geselecteerde houders wordt berekend, -waarbij de houderverplaatser samen met toevoerhouder in de berekende volgorde van verplaatsingen wordt verplaatst naar opslagvakken waarin zich de geselecteerde houders bevinden, -waarbij telkens het voor een geselecteerde houder bestemde artikel op de toevoerhouder en die geselecteerde houder bij elkaar worden gebracht en het artikel wordt afgegeven aan die houder.
De plaats van de houders in de opslagvakken kan hierbij willekeurig zijn, doch bekend zijn in het besturingssysteem.
Het voor een geselecteerde houder bestemde artikel van de toevoerhouder kan worden afgegeven aan die houder wanneer de geselecteerde houder althans deels is opgenomen op de houderverplaatser waaraan de toevoerhouder is toegevoegd.
Dat kan bijvoorbeeld tijdens de overgang van die houder van het opslagvak naar de houderverplaatser of andersom. De afgifte van een artikel van de toevoerhouder aan een houder kan ook geschieden tijdens de verplaatsing van de houderverplaatser, zoals tussen verschillende opslagvakken, tussen een opslagvak en een houderinvoer/uitvoer, en tussen een opslagvak en een artikelaanvoer.
De toevoerhouder kan bijvoorbeeld de artikelen steunen op schietplaten, waarbij door het wegtrekken van een schietplaat een daarop liggend artikel naar beneden valt in de geselecteerde houder die op een eerder moment daaronder is gemanoeuvreerd met behulp van de reeds besproken middelen/processen. Andere uitvoeringen voor toevoerhouders zijn mogelijk, zoals hierboven reeds is opgemerkt.
De werkwijze volgens de uitvinding is met voordeel toepasbaar in voornoemde opslaginrichting met een gestel met zich tussen eerste en tweede gestelzijden uitstrekkende opslagvakken en aan beide gestelzijden aanwezige houderverplaatsers, welke verplaatsbaar zijn van een positie waarbij beide in lijn zijn met een opslagvak naar een positie waarin beide in lijn zijn met een ander van de opslagvakken voor overdracht van houders naar en van de houderverplaatsers, -waarbij het afgeven van één of meer houders van een houderverplaatser aan een opslagvak gecombineerd wordt met het van dat opslagvak afgeven van eenzelfde aantal houders aan de tegengestelde houderverplaatser onder overeenkomstige verplaatsing van de in het opslagvak aanwezige tussen beide houders gelegen reeks houders.
Ook in deze werkwijze kan gebruik worden gemaakt van een opslaginrichting waarbij aan elke houderverplaatser een toevoerhouder is toegevoegd.
In een uitvoering worden artikelen vanuit een hoofdopslag aangevoerd en in de toevoerhouder geplaatst, waarbij na het afgeven van alle in de toevoerhouder opgenomen artikelen de toevoerhouder weer wordt gevuld met uit de hoofdopslag aangevoerde artikelen. Het vullen van meerdere toevoerhouders kan tegelijk plaatsvinden.
In een uitvoering worden vanuit een hoofdopslag batches van gelijke artikelen aangevoerd, welke in de opslaginrichting volgens de uitvinding over geselecteerde houders worden verdeeld. De ene batch van het ene soort artikel kan daarbij gevolgd worden door een andere batch van een ander soort artikel. Het verdeelproces kan hierbij met een beperkte totale verplaatsingsafstand worden uitgevoerd.
In een uitvoering van de werkwijze volgens de uitvinding worden houders in aparte processtappen voorzien van een aantal, van elkaar verschillende artikelen. Daarbij kan elke houder bij registratie toegewezen worden aan een bepaalde bestemming.
Met behulp van de houderverplaatsers kunnen één of meer houders waarin alle gewenste artikelen zijn opgenomen uit het betreffende opslagvak/de betreffende opslagvakken worden gehaald en aan een uitvoer worden afgegeven. Bij de afgifte van de uit te voeren houders vanaf een houderverplaatser kunnen de af te geven houders worden vervangen door vervangende houders, zodat het aantal houders in de opslaginrichting constant kan blijven.
De in deze beschrijving en conclusies van de aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:
Figuur 1 een schematisch overzicht, van bovenaf, van een opstelling met een paar voorbeelduitvoeringen van een opslaginrichting volgens de uitvinding;
Figuur 2 een isometrisch aanzicht op een gedeelte van de opstelling van figuur 1;
Figuren 3A-F een voorbeeld van een programma voor het plaatsen van artikelen in een opslaginrichting volgens de uitvinding;
Figuur 4 een voorbeeld van een andere opzet van een opslaginrichting volgens de uitvinding; en
Figuur 5 een alternatieve uitvoering van een toevoerhouder voor een inrichting volgens de uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
In figuur 1 is met 100 een voorraadinrichting van artikelen aangegeven, van waaruit de in opslaginrichtingen 1 en T op te nemen artikelen op dragers 13 op transporteur 20, in de richting D, aangevoerd kunnen worden De voorraadinrichting 100 kan een voorraad vormen waarin meerdere verschillen artikelen zijn opgeslagen. Er kunnen ook meerdere voorraadinrichtingen 100 zijn, waarvan er telkens één of meer zijn toegewezen aan een bepaald artikel.
In de tekening zijn bij wijze van voorbeeld twee opslaginrichtingen 1,1’ afgebeeld, welke in capaciteit verschillen. De inrichtingen 1 en T zijn in opzet gelijk. Onder verwijzing naar figuur 2 omvat de inrichting 1 een gestel 2 dat een aantal etages 3 heeft waarin opslagvakken 4 aanwezig zijn. De opslagvakken 4, die hier dus zowel in horizontale rijopstellingen als in verticale kolomopstellingen zijn aangebracht, zijn voorzien van steunen, zoals profielen, voor bakvormige houders 10. In dit voorbeeld bevat elk opslagvak 4 drie houders 10. De houders 10 zijn verschuifbaar over de steunen in de richtingen C.
Aan eerste en tweede zijden van het gestel 2 zijn steunframes 6a,6b op en neer verplaatsbaar, door een (niet weergegeven) aandrijving. Op de steunframes 6a,b zijn gecombineerde eerste en tweede toevoereenheden of toevoerunits 5a,5b ondersteund, en wel daarlangs heen en weer in horizontale richting verschuifbaar in de richtingen B, door een (niet weergegeven) aandrijving. Beide genoemde aandrijvingen vormen eerste verplaatsingsmiddelen voor de toevoerunits 5a,5b.
De toevoerunits 5a,5b omvatten elk een hulpgestel 9a,9b waarin telkens is ondersteund een houderverplaatser of platform 7a,7b, waarop houders 10 opgenomen kunnen zijn, in dit voorbeeld telkens drie, zijnde hetzelfde aantal als opgenomen kan zijn in een opslagvak. Elk platform 7a,7b omvat een transporteur waarop de houders 10 ondersteund kunnen worden. Voor de transporteur, zoals een band of een stel snaren, is in de betreffende toevoerunit 5a,5b een aandrijving, niet weergegeven, voorzien, welke tweede verplaatsingsmiddelen vormt voor het in de richtingen C verplaatsen van houders 10 op het platform 7a,7b. Andere uitvoeringen zijn mogelijk, zoals een vaste ondersteuning voor de houders en een aangedreven schuif voor het over de vaste ondersteuning verschuiven van de houders.
Op elk hulpgestel 9a,9b is voorts, boven platform 7a,7b, ondersteund een toevoerhouder 8a,8b. Elke toevoerhouder 8a,8b vormt een steun voor meerdere artikelen die opgenomen moeten worden in specifieke houders in de inrichting 1. Elke toevoerhouder 8a,8b omvat een transporteur waarop de artikelen ondersteund kunnen worden.. Ook voor deze transporteur, zoals een band of een stel snaren, is voor het vormen van afgeefmiddelen in de betreffende toevoerunit 5a,5b een aandrijving, niet weergegeven, voorzien, welke derde verplaatsingsmiddelen vormt voor het in de richtingen J verplaatsen van artikelen om deze af te geven aan een houder.
In de figuren 1 en 2 is voorts te zien dat de steunframes 6a,6b tot voorbij de eerste en tweede gestelzijden van gestel 2 reiken, zodat de platforms 7a,7b, in lijn kunnen komen met een aan de aan de kant van de invoer gelegen dwarszijde (voorzijde) van het gestel 2 aanwezige overbrenginrichting 12, welke bijvoorbeeld uitgevoerd is als een baan met aangedreven rollen. Deze is door een niet weergegeven aandrijving, welke vierde verplaatsingsmiddelen vormt, heen en weer verplaatsbaar in de richtingen E, tussen voornoemde stand in lijn met de platforms 7a,7b (figuur 1, bovenste helft, inrichting T) en een dichter bij de aanvoerbaan 20 gelegen uitvoerstand (figuur 1, onderste helft, inrichting 1). In die uitvoerstand ligt de overbrenginrichting 12 in lijn met begintraject 11a van een uitvoerbaan 11 a,c, en eindtraject 11 b van een invoerbaan 11 b,d, welke aansluiten op een uitneemtraject 11e. In de uitvoerstand van de overbrenginrichting 12 kunnen uit de inrichting 1 met platforms 7a,7b opgehaalde houders 10 in de richtingen G worden overgedragen aan de uitvoerbaan 11a,c.
In de figuren 1 en 2 is voorts te zien dat dwars op en zich vanaf de aanvoerbaan 20 voor iedere inrichting 1,1’ een overzetter 19a, 19b aangebracht is. Deze overzetters 19a, 19b dienen om artikelen vanaf de op de aanvoerbaan 20 aangevoerde dragers 13 over te brengen naar de toevoerhouders 8a,8b. De overzetters 19a, 19b reiken met afstand boven over de begintrajecten 11a,b van de uitvoerbaan 11, zodat de daarop te verplaatsen houders niet in conflict komen met de overzetters 19a, 19b. De overzetters 19a, 19b omvatten hier glijgoten, en voorts niet weergegeven stoters voor het van de dragers 13 dwars duwen van de gewenste artikelen. Zo kunnen meerdere artikelen tegelijk en parallel aan elkaar worden afgegeven aan de toevoerhouders. In de overzetters 19a, 19b kunnen de artikelen paraat gehouden worden nadat zij zijn overgenomen van de dragers 13.
De eerste, tweede, derde en vierde verplaatsingsmiddelen en overzetters en aandrijvingen voor de aanvoerbaan en uitvoerbaan worden aangestuurd door middel van een programmeerbare besturingseenheid. De besturingseenheid is ingericht om steeds de locatie van de houders te volgen, te volgen wat de inhoud is van de houders, bekend te zijn met wat de gewenste inhoud is van de houders, of die gewenste inhoud is bereikt, of en wanneer houders naar de uitvoer moeten worden gebracht, te berekenen wat een voordelige procesvolgorde is voor het toevoeren van de artikelen naar en het afgeven daarvan aan geselecteerde houders, et cetera.
Aan de hand van de figuren 3A-F zal nu een voorbeeld van een invoerproces beschreven worden.
In figuur 3A is het begin van een toevoerproces getoond. De toevoerunits 5a,5b zijn nog bij de overzetters 19a, 19b gelegen en hebben op de toevoerhouders 8a,8b de artikelen P1-P6 ontvangen van de overzetters 19a, 19b. Op het platform 7a zijn drie houders 10a,b,c gelegen. De artikelen P1-P6 zijn elk toegewezen aan een bepaalde houder 10 in de inrichting 1, inbegrepen de houders 10a,b,c en drie niet weergegeven houders die zich op de voornoemde uitvoerbaan/invoerbaan 11 of op de overbrenginrichting 12 bevinden. In het geval van een inrichting 1 van figuren 1 en 2, met 16 etages, 4 opslagvakken per verdieping, 3 bakken per opslagvak, 3 bakken als verdringer en 3 bakken in een proces van uitvoer/invoer, bevat de inrichtring dus 198 bakken of houders. De houders kunnen al voorzien zijn van andere artikelen. De houders 10 kunnen op willekeurige plaatsen in de inrichting 1 gelegen zijn, de locatie zal steeds bekend zijn in de besturingseenheid.
In het voorbeeld is artikel P1 bestemd voor houder 10f, artikel P4 voor houder 10h en artikel P2 voor houder 10j. De artikelen P1-P6 zullen in dit voorbeeld kunnen worden afgegeven aan de geselecteerd houders in de volgorde P1,P4,P2,P5,P3,P6.
De beide toevoerunits 5a,5b worden in richting A1 omhoog, en eventueel in richting B1 in horizontale richting gevoerd naar het opslagvak 4 waarin houder 10f zich bevindt. Aldaar aangekomen worden, zie figuur 3B, door aandrijving van de banden van platforms 7a en 7b in de richting C1, de houders 10a,b,c in het opslagvak gedwongen en worden daardoor de houders 10d,e,f uit het opslagvak gedwongen en opgenomen op platform 7b. Daardoor is houder 10f in de toevoerunit 5b gekomen waarin het gewenste artikel P1 zich ook bevindt.
Het is een mogelijkheid om het artikel P1 door bediening van de band van toevoerhouder 8b in de richting J2 aan de houder 10f af te laten geven wanneer deze overgaat van het opslagvak naar platform 7b. Dan moeten de aandrijvingen van de banden van platform 7b en toevoerhouder 8b in tegengestelde zin worden aangedreven. In dit voorbeeld wordt het artikel P1 op een later moment, door de band waarop het artikel steunt, afgegeven, zie figuur 3C, nadat de beide toevoerunits 5a,5b neerwaarts, richting A2, en eventueel in een richting B1 of B2, tot bij het opslagvak van houder 10h zijn gekomen. Dan worden de banden van toevoerhouder 8b en platform 7b synchroon aangedreven in richtingen J2 en C2, alsook de band van platform 7a, zodat het artikel P1 van de band valt, richting K, in de houder 10f die op het punt staat over te gaan in het opslagvak. De houders 10d,e,f duwen de houders 10g,h, i op het platform 7a, zie figuur 3D.
In de volgende stap worden de toevoerunits 5a,5b weer omhoog, richting A1, en eventueel in een richting B, gevoerd naar het opslagvak 4 waarin houder 10j zich bevindt. Dan worden eerst de banden van platforms 7a en 7b aangedreven in de richting C1, en gaan de houders 10g,h,i de houders 10j,k,l van het opslagvak af duwen naar platform 7b. Kort daarna wordt de band van toevoerhouder 8a gestart, richting J1, zodat het artikel P4 in de richting L in de houder 10h terecht komt, figuur 3E. Uiteindelijk zijn de houders 1Og,h,i opgenomen in het opslagvak en zijn de houders 10j,k,I opgenomen op platform 7b, zie figuur 3F.
Houder 10j bevindt zich dan in de toevoerunit 5b waarin zich ook het voor die houder bestemde artikel P2 bevindt, zodat in een volgende stap, bij het opslagvak waar zich de houder 10 voor artikel P5 bevindt, dat artikel op reeds besproken wijze afgegeven kan worden aan houder 10j.
Het toevoerproces gaat zo door totdat alle artikelen P1-P6 zijn afgegeven. De toevoerunits worden dan weer teruggevoerd naar de overzetters 19a, 19b voor opname van een volgend aantal artikelen (dat reeds aldaar paraat kan staan), waarna het proces herhaald wordt, met de voor die artikelen geselecteerde houders.
De houders 10 in de inrichting 1 kunnen aldus gevuld worden met verschillende artikelen, afgestemd op een bestemming of klant. Wanneer het gewenst is om de artikelen in die houders te verzenden kunnen de platforms 7a,b van de toevoerunits 5a,5b daarvoor worden ingezet. De betreffende houders 10, waarvan de locatie bekend is in de besturingseenheid, worden dan opgehaald door uitvoering van een daarop afgestemd, in de besturingseenheid berekende stappenreeks, waarbij eventueel houders van verschillende opslagvakken worden opgehaald. Uiteindelijk worden de platforms 7a,b in lijn gebracht met de overbrenginrichting 12 en kunnen door bediening van de banden van de platforms 7a, b de opgehaalde houders 10 worden overgedragen aan de overbrenginrichting 12. Op de overbrenginrichting 12 kunnen andere houders 10 geplaatst zijn, om de plaats in te nemen van de uit te voeren houders 10, zodat de toevoerunits direct weer kunnen worden ingezet in het toevoerproces van volgende artikelen.
De overbrenginrichting 12 wordt in richting E naar een positie in lijn met de begintrajecten 11a,11 b van uitvoerbaan 11 gevoerd (figuur 1, beneden), waarna de houders in een richting G overgegeven worden aan één van de begintrajecten 11a,b. Deze houders worden door/over de uitvoerbaan 11 in de richting H getransporteerd naar uitvoertraject 11e, alwaar de artikelen uit de houders genomen kunnen worden en geplaatst kunnen worden in verzendkratten of iets dergelijks. De lege houders kunnen daarna weer over de uitvoerbaan 11 teruggevoerd worden naar begintraject 11a of 11b, afhankelijk van wat het beste uitkomt voor het verdere toevoerproces. De lege houders nemen de plaats in van de volgende houders die geleegd gaan worden.
In figuur 4 is een andere opstelling weergegeven, waarin de opslaginrichting 1 twee aan weerszijden van een gang opgestelde gestellen 2 omvat. In de gang is in de richtingen M verplaatsbaar een miniload 50, welke een kolom 6 heeft waarlangs een toevoerunit 5 in richting N op en neer verplaatsbaar is. De miniload is voorzien van een aandrijving voor de voortbeweging daarvan en van aandrijvingen voor de toevoerunit. Deze aandrijvingen worden aangestuurd door de besturingseenheid van de opslaginrichting. De toevoerunit 5 omvat een houderverplaatser/platform 7 en een artikel-toevoerder 8. De houderverplaatser 7 biedt hier plaats aan twee houders 10, overeenkomstig het aantal houders 10 dat in een opslagvak 4 opgenomen kan zijn. De toevoerder 8 is dubbel uitgevoerd, om elke houder 10 op het platform 7 te kunnen bedienen, en biedt plaats aan meerdere artikelen.
Het platform 7 is voorzien van een aandrijving voor het daarop verplaatsen van houders of bakken 10 in de richtingen O. De toevoerder 8 is eveneens voorzien van een aandrijving, voor verplaatsing van artikelen voor afgifte aan een houder op het platform 7.
In gebruik worden artikelen aangevoerd over band 20, en op de hiervoor besproken wijze via overzetters 19 overgedragen aan de toevoerder 8. De bakken 10 zijn wel in de figuur op het platform 7 getekend, maar zijn dan nog afwezig. Wanneer de toevoerder 8 geheel gevuld is met artikelen wordt de miniload 50 door de gang heen verplaatst naar het opslagvak waar een bak 10 zich bevindt waaraan een artikel moet worden afgegeven. Dat kunnen ook twee bakken 10 zijn. Bij het opslagvak wordt met behulp van een op het gestel 2 of op het platform 7 voorziene aandrijving de geselecteerde bak 10 van het opslagvak op het platform 7 gebracht, in lijn met het betreffende artikel op de toevoerder 8. De toevoerder 8 wordt dan geactiveerd om het artikel te laten vallen in de bak 10. Dit kan gedaan worden bij dat opslagvak of tijdens een verplaatsing van de toevoerunit naar een ander opslagvak, waaraan deze bak 10 dan kan worden afgegeven. Dit proces wordt in een berekende volgorde herhaald totdat alle op de toevoerder 8 opgenomen artikelen afgegeven zijn aan de daarvoor geselecteerde bakken 10. De miniload 50 wordt dan weer terug gebracht naar de overzetters 19 voor ontvangst van een volgend aantal artikelen. In die stap kunnen uit een opslagvak bakken 10 worden meegenomen die gereed zijn voor uitvoer. Tijdens het opnemen van artikelen op de toevoerder 8 kunnen de uit te voeren bakken 10 worden overgezet naar uitvoerbaantraject 11b, waarbij het platform 7 in lijn ligt met uitvoerbaantraject 11b. Anders dan in het voorbeeld van de figuren 1-3 met platforms aan beide einden van de opslagvakken is het hier niet strikt nodig om het aantal bakken constant te houden.
Zowel in het voorbeeld van figuren 1-3 als in het voorbeeld van figuur 4 kan een verdeelproces uitgevoerd worden waarin batches van onderling gelijke artikelen behandeld worden.
Een voorbeeld daarvan is weergegeven in figuur 5, waarin voor de opstelling van figuur 4 de toevoerunit 5 voorzien is van een dubbele toevoerder 8 in de vorm van verticale magazijnen voor artikelen P. Door bediening van een horizontaal heen en weer beweegbare bodemklep kan telkens het onderste artikel worden afgegeven aan de daarvoor geselecteerde bak 10. De aandrijving van de klep vormt dan derde verplaatsingsmiddelen en met de klep artikel-afgeefmiddelen. Het is vooral voor grote aantalen gelijke artikelen mogelijk om de toevoerder, in de vorm van gevuld magazijn, paraat te hebben en deze een lege toevoerder op de toevoerunit te laten vervangen. Die omwisseling kan worden uitgevoerd wanneer bakken worden uitgevoerd.
Opgemerkt wordt dat de toevoerhouders ook anders kunnen zijn uitgevoerd dan getoond. Ook kan de capaciteit anders zijn, in het bijzonder (veel) groter. Indien bijvoorbeeld regelmatig een groot aantal van dezelfde artikelen in de houders in de opslaginrichting geplaatst moet worden, dan kunnen de toevoerhouders uitgevoerd zijn met een groot aantal plaatsen voor die artikelen.
Zo’n toevoerhouder kan zich voornamelijk in verticale richting uitstrekken, om het ruimtebeslag in horizontale zin beperkt te houden. Een voorbeeld is een verticale stapel artikelen, waarbij de artikelen elk op een eigen steun gehouden worden, waarbij de steun voor het onderste artikel kan worden weg bewogen om dat artikel vrij te geven aan een zich daaronder bevindende houder, zoals in figuur 5. Dit kan bijvoorbeeld ook met een soort van paternoster, waarin een reeks artikelen gehouden wordt op respectieve steunen, die aangebracht zijn op twee aan weerszijden van de artikelen gelegen, in een verticaal vlak omlopend aangedreven banden. Aan het ondereind van de banden wijken de beide steunen van een artikel uit elkaar, waardoor het artikel op beheerste wijze in neerwaartse richting kan worden afgegeven aan de geselecteerde houder. Dit kan voordelig zijn bij artikelen die bij afgifte in vorm kunnen veranderen, zoals textielproducten. Hiermee kan het ontstaan van ongewenste plooien in de textielproducten, zoals broeken, worden tegengegaan.
Opgemerkt wordt dat de capaciteit van de platforms anders dan gelijk aan die van de opslagvakken kan zijn. Zo is het bijvoorbeeld in de opstelling van het soort van de figuren 1-3 mogelijk dat de beide platforms elk een capaciteit hebben die de helft is van die van het opslagvak. In dat geval kan bij het opnemen van artikelen in de toevoerhouders een keuze gemaakt worden welke toevoerhouder het betreffende artikel moet opnemen: dit kan de toevoerhouder zijn die werkzaam is aan de gestelzijde waar de voor dat artikel geselecteerde houder het dichts bij ligt.
De uitvinding(en) is/zijn geenszins beperkt tot de in de tekeningen en beschrijving getoonde en beschreven uitvoeringen. De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties duidelijk zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding. Variaties zijn mogelijk van de in de tekeningen getoonde en in de beschrijving beschreven onderdelen. Zij kunnen apart worden toegepast in andere uitvoeringen van de uitvinding(en). Onderdelen van verschillende gegeven voorbeelden kunnen met elkaar gecombineerd worden.

Claims (39)

1. Inrichting voor het in tijdelijke opslag in houders houden van artikelen, omvattend -tenminste één gestel met een aantal onderling parallelle, in een horizontale rij-en/of verticale kolomopstelling geplaatste opslagvakken voor de houders, welke opslagvakken zich vanaf een eerste gestelzijde van het gestel uitstrekken, -tenminste één langs de eerste gestelzijde verplaatsbare, voor het opnemen van tenminste één houder ingerichte houderverplaatser, -eerste verplaatsingsmiddelen voor het verticaal langs en/of horizontaal langs de eerste gestelzijde verplaatsen van de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak toe en van een gekozen opslagvak vandaan, -waarbij de inrichting voorzien is van tweede verplaatsingsmiddelen voor het horizontaal verplaatsen van één of meer houders vanaf de houderverplaatser naar een gekozen opslagvak en het verplaatsen van één of meer houders vanaf het opslagvak naar de houderverplaatser, voorts omvattend tenminste één toevoerhouder voor een aantal artikelen, welke toevoerhouder toegevoegd is aan de houderverplaatser en aangebracht is voor verplaatsing als een eenheid samen met de houderverplaatser langs de eerste gestelzijde, waarbij de toevoerhouder voorzien is van afgeefmiddelen voor het afgeven van een door de toevoerhouder gehouden artikel aan een althans deels door de houderverplaatser opgenomen houder.
2 Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de toevoerhouder aangebracht is boven de betreffende houderverplaatser.
3 Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de toevoerhouder en de betreffende houderverplaatser ondersteund zijn in een betreffend, door de eerste verplaatsingsmiddelen verticaal langs en/of horizontaal langs de eerste gestelzijde verplaatsbaar hulpgestel.
4. Inrichting volgens conclusie 1,2 of 3, waarbij de toevoerhouder derde verplaatsingsmiddelen omvat voor het verplaatsen van een artikel naar een positie voor afgifte, bij voorkeur ook voor het dan afgeven van het artikel.
5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de toevoerhouder ingericht is voor het houden van meerdere artikelen, bijvoorbeeld in de vorm van een magazijn, en/of ingericht is voor het houden van meerdere artikelen in van elkaar gescheiden toestand.
6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de houderverplaatser ingericht is voor opname van een aantal houders, bij voorkeur een aantal dat overeenkomt met de capaciteit van een opslagvak.
7. Inrichting volgens conclusie 4 en volgens conclusie 6, omvattend een besturingseenheid voor de genoemde verplaatsingsmiddelen, welke ingericht is voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen in afstemming op de tweede verplaatsingsmiddelen.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de besturingseenheid is ingericht voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen wanneer van de betreffende houderverplaatser een voor opname van het artikel geselecteerde houder wordt verplaatst voor overdracht aan een opslagvlak en/of waarbij de besturingseenheid is ingericht voor bediening van de derde verplaatsingsmiddelen wanneer een voor het opnemen van het artikel geselecteerde houder wordt verplaatst van een opslagvlak naar de houderverplaatser waaraan de betreffende toevoerhouder is toegevoegd.
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, omvattend een aantal naast elkaar gelegen reeksen, onderling parallelle langwerpige, in kolomopstelling geplaatste opslagvakken.
10. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, omvattend een artikeltoevoer voor de toevoerhouder, welke artikeltoevoer bij voorkeur ingericht is voor het overgeven van meerdere artikelen tegelijk aan de toevoerhouder.
11. Inrichting volgens conclusie 10, omvattend een aanvoerbaan voor artikelen, waarbij de artikeltoevoer opgesteld is voor overdracht van artikelen van de aanvoerbaan naar een gewenste toevoerhouder.
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij de aanvoerbaan zich bij de artikeltoevoer uitstrekt in een richting parallel aan de opslagvakken.
13. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, omvattend een uitvoerbaan voor houders met artikelen, naar een uitnamestation, voorts voorzien van een overbrenginrichting met vierde verplaatsingsmiddelen voor het overbrengen van van een houderverplaatser ontvangen houders naar de uitvoerbaan en, bij voorkeur, een invoerbaan voor lege houders, van het uitnamestation naar de overbrenginrichting voor het overbrengen van lege houders naar een houderverplaatser.
14. Inrichting volgens conclusie 13, waarbij de overbrenginrichting bij de artikeltoevoer is opgesteld en/of aan een zijde van het gestel is gelegen die dwars staat op de eerste gestelzijde.
15. Inrichting volgens conclusies 12 en 14, waarbij de uitvoerbaan een begintraject heeft dat zich parallel aan de aanvoerbaan uitstrekt, bij voorkeur op een niveau lager dan de artikeltoevoer en/of waarbij de invoerbaan een eindtraject heeft dat zich parallel aan de aanvoerbaan uitstrekt, bij voorkeur op een niveau lager dan de artikeltoevoer.
16. Inrichting volgens conclusie 15, waarbij de overbrenginrichting een houdersteun omvat welke verplaatsbaar is tussen een positie in lijn met de houderverplaatser en een positie in lijn met het begintraject van de uitvoerbaan en/of het eindtraject van de invoerbaan.
17. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, omvattend twee gestellen die zijn opgesteld aan weerszijden van een gang waarin de houderverplaatser met toevoerhouder verplaatsbaar is langs de naar elkaar toe gekeerde eerste gestelzijden van de gestellen, waarbij, bij voorkeur, de houderverplaatser met toevoerhouder ingericht is voor werkzaam verband met beide de gang begrenzende gestelzijden.
18. Inrichting volgens één der conclusies 1 -16, waarbij de opslagvakken zich uitstrekken van de eerste gestelzijde naar een tegengestelde tweede gestelzijde, -waarbij aan de eerste gestelzijde en de tweede gestelzijde respectievelijk tenminste één eerste en tenminste één tweede houderverplaatser zijn aangebracht, -waarbij de eerste verplaatsingsmiddelen ingericht zijn voor het verticaal langs en/of horizontaal langs de beide gestelzijdes verplaatsen van de eerste en tweede houderverplaatsers van een positie waarin beide in lijn zijn met één van de opslagvakken naar een positie waarin beide in lijn zijn met een ander van de opslagvakken, -waarbij de tweede verplaatsingsmiddelen ingericht zijn voor het horizontaal verplaatsen van één of meer houders vanaf de houderverplaatser aan de ene gestelzijde naar de houdersteunen van een gekozen opslagvak onder het over het gekozen opslagvak verplaatsen van de daarop gesteunde reeks houders en het verplaatsen van één of meer houders vanaf het opslagvak naar de houderverplaatser aan de andere gestelzijde, waarbij aan althans één van de beide houderverplaatsers een genoemde toevoerhouder is toegevoegd.
19. Inrichting volgens conclusie 18, waarbij aan elk van de beide houderverplaatsers een genoemde toevoerhouder toegevoegd is.
20. Inrichting volgens conclusie 19, waarbij de houderverplaatsers zijn ingericht voor opname van een aantal houders dat de helft is van het aantal genoemde houders dat in een opslagvak opgenomen kan worden.
21. Inrichting volgens conclusie 19, waarbij de houderverplaatsers zijn ingericht voor opname van een aantal houders dat gelijk is aan het aantal genoemde houders dat in een opslagvak opgenomen kan worden.
22. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het gestel omvat een aantal naast elkaar gelegen reeksen onderling parallelle langwerpige, in kolomopstelling geplaatste opslagvakken.
23. Werkwijze voor het tijdelijk in een opslaginrichting houden van artikelen in houders, -welke opslaginrichting omvat -een gestel met een aantal onderling parallelle, in een horizontale rij- en/of verticale kolomopstelling geplaatste opslagvakken voor de houders, welke opslagvakken zich vanaf een eerste gestelzijde van het gestel uitstrekken, -tenminste één langs de eerste gestelzijde verplaatsbare, voor het opnemen van tenminste één houder ingerichte houderverplaatser, -waarbij aan althans één houderverplaatser een toevoerhouder is toegevoegd voor tijdelijke opname van artikelen, welke toevoerhouder samen met de betreffende houderverplaatser een verplaatsbare toevoerunit vormt, -waarbij de houders worden geregistreerd in een programmeerbare besturingseenheid voor de opslaginrichting en door de besturingseenheid de plaats van de houders in de opslaginrichting wordt gevolgd, -waarbij een aantal artikelen aangeboden wordt voor opslag in de houders, -waarbij in de besturingseenheid elk voor opslag aangeboden artikel wordt toegewezen aan een geselecteerde houder, -waarbij in de besturingseenheid voor elk in de toevoerhouder opgenomen artikel de locatie van de voor dat artikel geselecteerde houder wordt bepaald, -waarbij in de besturingseenheid een volgorde van verplaatsingen voor de toevoerunit voor het toevoeren van en het afgeven van de artikelen aan de geselecteerde houders wordt berekend, -waarbij de houderverplaatser samen met toevoerhouder in de berekende volgorde van verplaatsingen wordt verplaatst naar opslagvakken waarin zich de geselecteerde houders bevinden, -waarbij telkens het voor een geselecteerde houder bestemde artikel op de toevoerhouder en die geselecteerde houder bij elkaar worden gebracht en het artikel wordt afgegeven aan die houder.
24. Werkwijze volgens conclusie 23, waarbij het voor een geselecteerde houder bestemde artikel van de toevoerhouder wordt afgegeven aan die houder wanneer de geselecteerde houder althans deels is opgenomen op de houderverplaatser waaraan de toevoerhouder is toegevoegd.
. 25. Werkwijze volgens conclusie 23, waarbij het voor een geselecteerde houder bestemde artikel van de toevoerhouder wordt afgegeven aan die houder tijdens de overgang van die houder van het opslagvak naar de houderverplaatser.
26. Werkwijze volgens conclusie 23, waarbij het voor een geselecteerde houder bestemde artikel van de toevoerhouder wordt afgegeven aan die houder tijdens de overgang van die houder van de houderverplaatser naar een opslagvak.
27. Werkwijze volgens één der conclusies 23-26, waarbij het voor een geselecteerde houder bestemde artikel van de toevoerhouder wordt afgegeven aan die houder tijdens de verplaatsing van de houderverplaatser langs de betreffende gestelzijde.
28. Werkwijze volgens één der conclusies 23-27, waarbij gebruik wordt gemaakt van een opslaginrichting met een gestel met zich tussen eerste en tweede gestelzijden uitstrekkende opslagvakken en aan beide gestelzijden aanwezige houderverplaatsers, welke verplaatsbaar zijn van een positie waarbij beide in lijn zijn met een opslagvak naar een positie waarin beide in lijn zijn met een ander van de opslagvakken voor overdracht van houders naar en van de houderverplaatsers, -waarbij het afgeven van één of meer houders van een houderverplaatser aan een opslagvak gecombineerd wordt met het van dat opslagvak afgeven van eenzelfde aantal houders aan de tegengestelde houderverplaatser onder overeenkomstige verplaatsing van de in het opslagvak aanwezige tussen beide houders gelegen reeks houders.
29. Werkwijze volgens conclusie 28, waarbij gebruik wordt gemaakt van een opslaginrichting waarbij aan elke houderverplaatser een toevoerhouder is toegevoegd, zoals volgens conclusie 18.
30. Werkwijze volgens één der conclusies 23-27, waarbij gebruik wordt gemaakt van een opslaginrichting met twee gestellen die zijn opgesteld aan weerszijden van een gang, in het bijzonder van een opslaginrichting volgens conclusie 17, waarbij de houderverplaatser met toevoerhouder door de gang verplaatst wordt langs de naar elkaar toe gekeerde eerste gestelzijden van de gestellen naar het opslagvak met de geselecteerde houder in de betreffende gestelzijde.
31. Werkwijze volgens één der conclusies 23-30, waarbij artikelen vanuit een hoofdopslag aangevoerd en in de toevoerhouder geplaatst worden, waarbij na het afgeven van alle in de toevoerhouder opgenomen artikelen de toevoerhouder weer wordt gevuld met uit de hoofdopslag aangevoerde artikelen.
32. Werkwijze volgens conclusie 31, waarbij vanuit een hoofdopslag batches van gelijke artikelen aangevoerd worden, welke in de opslaginrichting volgens de uitvinding over geselecteerde houders worden verdeeld.
33. Werkwijze volgens conclusie 31 of 32, wanneer afhankelijk van conclusie 29, waarbij het vullen van beide toevoerhouders tegelijk plaatsvindt.
34. Werkwijze volgens één der conclusies 23-33, waarbij houders in aparte processtappen voorzien worden van een aantal van elkaar verschillende artikelen.
35. Werkwijze volgens één der conclusies 23-34, waarbij elke houder bij registratie toegewezen wordt aan een bepaalde bestemming.
36. Werkwijze volgens één der conclusies 23-35, waarbij met behulp van de houderverplaatsers één of meer houders waarin alle gewenste artikelen zijn opgenomen uit het betreffende opslagvak/de betreffende opslagvakken worden gehaald en aan een uitvoer worden afgegeven.
37. Werkwijze volgens conclusie 36, waarbij bij de afgifte van de uit te voeren houders vanaf een houderverplaatser de af te geven houders worden vervangen door vervangende houders.
38. Opslaginrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
39. Werkwijze omvattend een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende stappen.
NL2020107A 2017-12-18 2017-12-18 Inrichting voor opslag van artikelen NL2020107B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020107A NL2020107B1 (nl) 2017-12-18 2017-12-18 Inrichting voor opslag van artikelen
PCT/NL2018/050850 WO2019125147A1 (en) 2017-12-18 2018-12-18 Device for storage of articles

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020107A NL2020107B1 (nl) 2017-12-18 2017-12-18 Inrichting voor opslag van artikelen

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2020107B1 true NL2020107B1 (nl) 2019-06-25

Family

ID=61257070

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2020107A NL2020107B1 (nl) 2017-12-18 2017-12-18 Inrichting voor opslag van artikelen

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2020107B1 (nl)
WO (1) WO2019125147A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111439519B (zh) * 2020-03-31 2022-03-04 苏州艾隆科技股份有限公司 药品库的取药方法及装置、终端及存储介质
FR3131232A1 (fr) * 2021-12-23 2023-06-30 Fives Xcella Systeme automatise de tri vertical d'articles

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4569435A (en) * 1983-08-15 1986-02-11 House Of Lloyd, Inc. Power-driven conveyor
US4678390A (en) * 1986-03-26 1987-07-07 Societe Anonyme Redoute Catalogue Automated self-powered material handling truck
WO2012134269A1 (en) * 2011-03-30 2012-10-04 I-Collector Holding B.V. Storage and/or order collection system
WO2017081281A1 (en) * 2015-11-11 2017-05-18 Ocado Innovation Limited Picking systems and methods

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH07137805A (ja) * 1993-11-11 1995-05-30 Daifuku Co Ltd 入出庫用搬送装置
JP2985621B2 (ja) * 1993-11-11 1999-12-06 株式会社ダイフク 入出庫用搬送装置
JP5278724B2 (ja) 2007-07-26 2013-09-04 株式会社ダイフク 物品収納設備
NL1036512C2 (nl) 2009-02-04 2010-08-12 Ferdar Automation Technology Nederland B V Opslag- en orderverzamelsysteem.
NL1038148C2 (nl) 2010-08-03 2012-02-13 Ferdar Automation Technology Nederland B V Opslag- en orderverzamelsysteem.
EP2826729A1 (en) 2013-07-17 2015-01-21 Dematic Accounting Services GmbH Method of order fulfilling and replenishment of storage units
DE102014109863A1 (de) * 2014-07-14 2016-01-14 Walter Winkler Kommissionieranlage zur sequenziellen Kommissionierung
WO2016122309A1 (en) 2015-01-30 2016-08-04 I-Collector Holding B.V. Apparatus and method for managing the storage of articles
EP3182348A1 (en) 2015-12-17 2017-06-21 Dematic Systems GmbH Method of order fulfilling by making storage units available from a storage facility in a desired sequence at a picking station

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4569435A (en) * 1983-08-15 1986-02-11 House Of Lloyd, Inc. Power-driven conveyor
US4678390A (en) * 1986-03-26 1987-07-07 Societe Anonyme Redoute Catalogue Automated self-powered material handling truck
WO2012134269A1 (en) * 2011-03-30 2012-10-04 I-Collector Holding B.V. Storage and/or order collection system
WO2017081281A1 (en) * 2015-11-11 2017-05-18 Ocado Innovation Limited Picking systems and methods

Also Published As

Publication number Publication date
WO2019125147A1 (en) 2019-06-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN108146948B (zh) 用于存入和取出物体的方法以及用于执行该方法的仓储系统
JP6764004B2 (ja) 注文調達及び保管ユニットの補充の方法
NL1037378C2 (nl) Werkwijze voor het verzamelen van een aantal verschillende, tot een opdracht behorende, producten, stellingsbedienapparaat voor toepassing in een dergelijke werkwijze en systeem voor het verzamelen van verschillende producten op een verzamelpallet.
US5672039A (en) Order consolidation indexing system
CA2435115C (en) Method and apparatus for container storage and container retrieval
US7047710B2 (en) Apparatus for depositing a packing unit at a desired position on a load carrier
KR101881628B1 (ko) 지지대 상의 층상 적층을 위한 장치
NL1038148C2 (nl) Opslag- en orderverzamelsysteem.
NL1036512C2 (nl) Opslag- en orderverzamelsysteem.
US20110106295A1 (en) Warehouse system and method for operating the same
AU2002228510A1 (en) Method and apparatus for container storage and container retrieval
NL2020107B1 (nl) Inrichting voor opslag van artikelen
JP4732796B2 (ja) 仕分け装置
JP2557781B2 (ja) 物品の集荷方法及び装置
JP6421875B2 (ja) 集品システム及び集品方法
CN112292336B (zh) 订单履行的系统和方法
NL1036522C2 (nl) Systeem en werkwijze voor het verzamelen van verschillende producten op een verzamelpallet.
JP6973357B2 (ja) ピッキングシステム
JP2841266B2 (ja) 物品の取扱い装置
JP2878541B2 (ja) 集荷方法及び装置
JP2553444B2 (ja) 物品の取扱い装置
JP2684503B2 (ja) 物品の荷受方法及び装置
JP2521225B2 (ja) コンベヤ装置
CH719181A1 (de) Station zum Beladungsmanagement von Transporteinheiten eines Fördersystems.
JP2852904B2 (ja) 物品取出方法及び装置