NL2009716C2 - Buisrailwagen. - Google Patents
Buisrailwagen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2009716C2 NL2009716C2 NL2009716A NL2009716A NL2009716C2 NL 2009716 C2 NL2009716 C2 NL 2009716C2 NL 2009716 A NL2009716 A NL 2009716A NL 2009716 A NL2009716 A NL 2009716A NL 2009716 C2 NL2009716 C2 NL 2009716C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- pipe
- rail trolley
- wheels
- pipe rail
- rolling means
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G9/00—Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
- A01G9/14—Greenhouses
- A01G9/143—Equipment for handling produce in greenhouses
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G9/00—Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
- A01G9/24—Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
- A01G9/245—Conduits for heating by means of liquids, e.g. used as frame members or for soil heating
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02A—TECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
- Y02A40/00—Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
- Y02A40/10—Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
- Y02A40/25—Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Soil Sciences (AREA)
- Handcart (AREA)
- Guiding Agricultural Machines (AREA)
Description
Buisrailwagen
De onderhavige uitvinding betreft een buisrailwagen omvattende een onderstel met een lengterichting en een dwarsrichting, omvattende eerste buisrolmiddelen en in 5 lengterichting op afstand van die eerste buisrolmiddelen aangebrachte tweede buisrolmiddelen, waarbij die eerste en tweede buisrolmiddelen verplaatsing in lengterichting van de buisrailwagen over twee parallel gelegen, hoofdzakelijk horizontale verwarmingsbuizen in een kas toestaan, waarbij een van die eerste of tweede buisrolmiddelen aandrijfbaar is verbonden met een op het onderstel aanwezige 10 aandrijving.
In een kas zijn doorgaans verwarmingsbuizen aanwezig tussen de gewasrijen. Veelal bevinden zich tussen naburige gewasrijen doorgaans twee verwarmingsbuizen die zich in een horizontaal vlak parallel aan elkaar uitstrekken. Deze verwarmingsbuizen zijn nabij de einden van de gewasrijen ondersteund op een 15 betonpad of anderszins, welk betonpad zich dwars op de gewasrijen uitstrekt. Dit betonpad ligt enigszins verhoogd ten opzichte van de ondergrond ter plaatse van die gewasrijen. Doordat de verwarmingsbuizen met hun einden ondersteund zijn op het betonpad, bevinden deze zich dientengevolge ter plaatse van de gewassen op enige afstand van de ondergrond. Om een persoon tussen de gewasrijen te kunnen 20 transporteren wordt gebruik gemaakt van een buisrailwagen. Een dergelijke buisrailwagen is ontworpen om over de genoemde verwarmingsbuizen heen en weer te kunnen rijden en bezit een in hoogte verstelbaar platform waarop een persoon kan staan.
Een nadeel van de huidige buisrailwagens is echter dat wanneer de buisrailwagen 25 het eind van de verwarmingsbuizen nadert, de buisrailwagen handmatig over het betonpad zijwaarts naar een volgende set verwarmingsbuizen geduwd dient te worden, doorgaans door de persoon die de buisrailwagen bedient. Dit vergt veel tijd en vraagt een aanzienlijke inspanning van de persoon op de buisrailwagen. Daarnaast dient deze persoon van de buisrailwagen af te stappen om het voorgaande te bewerkstelligen.
30 Het is daarom een doel van de uitvinding te voorzien in een buisrailwagen die toestaat dat de buisrailwagen in relatief kortere tijd en met geringere inspanning naar een volgende set verwarmingsbuizen verplaatst kan worden. Een verder doel van de 2 uitvinding is te voorzien in een buisrailwagen, waarbij de genoemde persoon bij die verplaatsing niet van de buisrailwagen hoeft af te stappen.
Hiertoe heeft de buisrailwagen volgens de uitvinding het kenmerk, dat het onderstel is voorzien van twee of meer in lengterichting op afstand van elkaar 5 aangebrachte sets van telkens in dwarsrichting tegenover elkaar aangebrachte wielen waarvan de binnenzijvlakken zich tijdens gebruik op de verwarmingsbuizen in dwarsrichting op een afstand van elkaar bevinden die groter is dan de in dwarsrichting bezien grootste horizontale afstand tussen de buitenomtrekken van de twee verwarmingsbuizen aldaar en waarbij een onderste positie van de loopvlakken van die 10 wielen zich op een verticale afstand van een onderste loopvlak van nabijgelegen eerste dan wel tweede buisrolmiddelen bevindt, waarbij die verticale afstand ten minste gelijk is aan de diameter van de verwarmingsbuizen.
Doordat het onderstel is voorzien van de genoemde sets wielen kan de buisrailwagen relatief snel en met geringe inspanning van de verwarmingsbuizen op het 15 betonpad gereden worden, omdat die sets wielen bij het overgaan van de verwarmingsbuizen naar het betonpad aangrijpen op dit betonpad en ook daarna gebruikt kunnen worden om de buisrailwagen over het betonpad voort te bewegen, in het bijzonder om een volgend paar verwarmingsbuizen op te rijden.
Een uitvoeringsvorm betreft een buisrailwagen, waarbij een van die sets 20 tegenoverliggende wielen stuurbare zwenkwielen omvat. Dergelijke stuurbare zwenkwielen kunnen op het betonpad gebruikt worden om de buisrailwagen te sturen.
Een verdere uitvoeringsvorm betreft een buisrailwagen, waarbij die zwenkwielen in de langsrichting tussen de eerste en tweede buisrolmiddelen zijn aangebracht. Dit heeft als voordeel dat bij het oprijden op een volgend paar verwarmingsbuizen eerst de 25 buisrolmiddelen contact maken met die verwarmingsbuizen en daarna pas de zwenkwielen.
Een uitvoeringsvorm betreft een buisrailwagen, waarbij de eerste en/of tweede buisrolmiddelen in dwarsrichting aan hun buitenuiteinden zijn voorzien van een flenslichaam dat zich dwars op de rolas van die buisrolmiddelen uitstrekt om tijdens 30 gebruik op de verwarmingsbuizen verplaatsing van het onderstel in de dwarsrichting nagenoeg te voorkomen. Op deze wijze wordt voorkomen dat de buisrailmachine tijdens gebruik op de verwarmingsbuizen daar vanafkan vallen.
3
Op voordelige wijze kunnen de flenslichamen van die eerste en/of tweede buisrolmiddelen gevormd worden door niet-zwenkbare wielen van een van die sets tegenoverliggende wielen. Zo krijgen die niet-zwenkbare wielen een dubbelfunctie, namelijk het gebruik van die wielen om over het betonpad te kunnen rijden en het 5 gebruik van die wielen als flenslichamen om te voorkomen dat de buisrailmachine in dwarsrichting op de verwarmingsbuizen beweegt.
Bij voorkeur zijn die niet-zwenkbare wielen star verbonden met die betreffende eerste en/of tweede buisrolmiddelen en zijn die buisrolmiddelen aandrijfbaar verbonden met de aandrijving. Op deze wijze kan het aandrijven van de niet-zwenkbare wielen 10 tegelijk met de betreffende buisrolmiddelen plaatsvinden. De aandrijving is dan bij voorkeur nabij die betreffende buisrolmiddelen aangebracht.
Om een meer gelijkmatige afsteuning op de verwarmingsbuizen te verkrijgen, kunnen in de langsrichting tussen die eerste en tweede buisrolmiddelen verdere buisrolmiddelen, zoals een langwerpige rol, zijn aangebracht.
15 Een andere uitvoeringsvorm betreft een buisrailwagen, waarbij het onderstel aan de bovenzijde is voorzien van verticaal aangebrachte, uitschuifbare telescopische elementen waarop een platform met een platformbodem is aangebracht dat middels die telescopische elementen in hoogte verstelbaar is tussen een ingeschoven toestand en een uitgeschoven toestand. Door gebruik te maken van een dergelijke telescopisch 20 uitschuifbaar platform, wordt schade aan gewassen tijdens gebruik zoveel mogelijk voorkomen, omdat dergelijke telescopische elementen relatief smaller zijn dan het doorgaans gebruikelijke hydraulische scharenpakket.
Bij voorkeur is het platform aan zijn buitenomtrek voorzien van een veiligheidshek waarvan ten minste een hekdeel een toegang vormt tot de 25 platformbodem, waarbij dit hekdeel beweegbaar is tussen een open en gesloten toestand en een veermiddel omvat dat het hekdeel naar de gesloten toestand doet neigen. Doordat het hekdeel naar de gesloten toestand neigt te bewegen, wordt voorkomen dat de persoon op het platform tijdens gebruik van het platform af kan vallen en wordt de veiligheid van het platform zodoende verder verhoogd.
30 Op voordelige wijze kan het platform een bedieningspaneel omvatten voor het aansturen van de aandrijving, het afregelen van de hoogte van het platform en het afregelen van de stand van de stuurbare zwenkwielen. Bij voorkeur is dit 4 bedieningspaneel op een dusdanige hoogte op het platform geplaatst dat de persoon op het platform het bedieningspaneel moeiteloos kan bereiken.
Het aansturen van de aandrijving en het afregelen van de stand van de stuurbare zwenkwielen geschiedt tijdens gebruik bij voorkeur door het bedienen van een op het 5 bedieningspaneel aangebrachte joystick. Een dergelijke joystick verhoogt het bedieningsgemak aanzienlijk. De stand van de zwenkwielen kan eventueel ook afgeregeld worden met een op het bedieningspaneel aangebrachte ‘flipperbediening’.
De uitvinding zal aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld met behulp van figuren nader worden toegelicht, daarbij tonen: 10 Figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een buisrailwagen volgens de uitvinding;
Figuur 2a het uitvoeringsvoorbeeld van figuur 1 in perspectivisch onderaanzicht;
Figuur 2b een schematisch vooraanzicht van het uitvoeringsvoorbeeld van de figuren 1 en 2; 15 Figuur 3 het uitvoeringsvoorbeeld van figuur 1, waarbij het platform telescopisch uitgeschoven is; en
Figuur 4 een schematisch bovenaanzicht van een kasruimte, met daarin de buisrailwagen volgens de uitvinding.
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een 20 buisrailwagen 1 volgens de uitvinding. De buisrailwagen 1 omvat een onderstel 4 met daarop een platform 2 dat ten opzichte van het onderstel 4 kan bewegen, dat wil zeggen: zich van het onderstel 4 af dan wel naar het onderstel 4 toe kan verplaatsen. Op het platform, meer specifiek op de bodemplaat 8, kan een persoon plaats nemen om handelingen aan gewassen te verrichten, zoals het beoordelen van de teelt (het bekijken 25 van de gewassen), het uitvoeren van biologische bestrijding, het vullen van meetboxen, het vullen van zwavelpotten, et cetera. Figuur 1 toont voorts een tweetal parallelle verwarmingsbuizen 5, die ter plaatse van de gewasrijen doorgaans parallel aan de ondergrond in de kas zijn aangebracht, op enige afstand van die ondergrond aldaar. Deze verwarmingsbuizen 5 bevinden zich normaliter tussen de gewasrijen en strekken 30 zich in dezelfde richting als die rijen uit. Nabij het einde van de gewasrijen steunen de verwarmingsbuizen af op het betonpad dat zich dwars op de gewasrijen, langs de einden van de gewasrijen uitstrekt. Aldaar zijn de twee verwarmingsbuizen ook met 5 elkaar verbonden met behulp van een verder buisdeel. Het betonpad ligt doorgaans enigszins verhoogd ten opzichte van de ondergrond tussen de gewasrijen.
Het platform 2 is aan de bovenzijde voorzien van een bedieningspaneel 6, waarmee de persoon die op het platform plaatsneemt de buisrailwagen 1 kan bedienen.
5 Het bedieningspaneel 6 omvat ten minste een (niet getoonde) bediening, zoals een joystick, om de voorwaartse dan wel achterwaartse snelheid van de buisrailwagen 1 en de bewegingsrichting van de buisrailwagen 1 te kunnen regelen. Daarnaast is een bediening voorzien om de positie van het platform 2 ten opzichte van het onderstel 4, met name de hoogte, te kunnen instellen. Om de veiligheid van de persoon op het 10 platform 2 te waarborgen, omvat het platform 2 een veiligheidshekwerk 7. Bij voorkeur kan het platform 2 een hoogte van ca. 3 m ten opzichte van de ondergrond bereiken.
Aan de bovenzijde van het onderstel 4 is voorts een bak 3 aangebracht, waarin gereedschappen, gewasmonsters, groenafval, en dergelijke, tijdelijk opgenomen kunnen worden. De bak 3 is voorzien van een opstaande rand om te voorkomen dat 15 voomoemde voorwerpen uit de bak 3 kunnen vallen tijdens het bedrijven, met name het verrijden, van de buisrailwagen 1. Bij voorkeur heeft de bak 3 zodanige afmetingen dat een groentekrat hier passend in opgenomen kan worden. Daarnaast kan het veiligheidshekwerk 7 aan een buitenzijde, bijvoorbeeld op een positie boven de bak 3, worden voorzien van een uitklapbare haak die kan aangrijpen op een handvat van een 20 dergelijk groentekrat, zodat de groentekrat daaraan opgehangen kan worden. Dit maakt dat de groentekrat op die positie goed toegankelijk is voor de persoon op het platform 2.
Het onderstel 4 omvat drie wielensets 9, 10 en 11. De eerste wielenset 9 is geschikt om zowel over het betonpad de kas als over de verwarmingsbuizen 5 te rijden. 25 Dit zal aan de hand van figuur 2a nader toegelicht worden. Bijvoorkeur zijn de wielen van de eerste wielenset 9 nabij de hoekpunten van het onderstel 4 aangebracht om maximale stabiliteit aan de buisrailwagen 1 te verschaffen. Merk op dat alleen een wiel dat geschikt is om over betonpad te rijden zichtbaar is. Op afstand van de eerste wielenset 9 is een tweede wielenset 10 aangebracht, nabij de tegenoverliggende 30 hoekpunten van het onderstel 4. Deze wielenset 10 omvat een tweetal, zwenkbare stuurwielen waarmee de bewegingsrichting van de buisrailwagen 1, wanneer deze over het betonpad voortbeweegt, gewijzigd kan worden. Deze stuurwielen zijn daartoe communicatief verbonden met de betreffende bediening op het bedieningspaneel 6.
6
Nabij de tweede wielenset 10 is een derde set wielen 11 met niet-zwenkbare geleidingswielen aangebracht. Deze wielen kunnen, wanneer de buisrailwagen 1 zich op de verwarmingsbuizen 5 bevindt, met hun binnenzijvlakken contact met die verwarmingsbuizen maken om ongewenst draaien van de buisrailwagen 1 om zijn 5 verticale as te voorkomen. De onderlinge afstand tussen de binnenzijvlakken van deze geleidingswielen is daarom zodanig gekozen dat deze geleidingswielen tijdens het rijden over de verwarmingsbuizen nagenoeg raken aan de buitenzijwanden van de verwarmingsbuizen 5 of zich hier net naast bevinden. Daarnaast bevinden de loopvlakken van de geleidingswielen zich op enige verticale afstand van het betonpad 10 wanneer de buisrailwagen 1 hier overheen rijdt. Slechts ter plaatse van de overgang tussen de einden van de verwarmingsbuizen en het betonpad maken deze wielen met hun loopvlakken contact met een zijrand van het betonpad. Ten opzichte van de wielen van de eerste wielenset 9 of de stuurwielen van de tweede wielenset 10 hebben de geleidingswielen bij voorkeur een relatief geringe dikte, zoals 10-20% van de dikte van 15 de stuurwielen.
Figuur 2a toont het uitvoeringsvoorbeeld van de buisrailwagen 1 van figuur 1 in perspectivisch onderaanzicht. De richting in de lengterichting van de buisrailwagen 1 is aangeduid met X, de richting dwars daarop Y, waarbij beide richtingen tijdens gebruik van de buisrailwagen 1 in essentie een horizontaal vlak opspannen. Het onderstel 4 20 heeft een lengte L van bijvoorbeeld 1,5 - 2 m en een breedte B van 0, 5 - 1 m. Het onderstel 4 omvat een verscheidenheid aan dwarsstangen om diverse onderdelen van de buisrailwagen 1 te kunnen accommoderen, zoals accu’s 27 (zoals getoond) en een tweetal aandrijvingen 19a, 19b. De accu’s 27 zijn bij voorkeur verbonden met een acculader die op het onderstel 4 is aangebracht.
25 De eerste wielenset 9 omvat een tweetal wielen 12a, 12b die aan tegenoverliggende langszij den van het onderstel 4, nabij de omtreksrand 28, zijn aangebracht. Aan de binnenzijde van deze wielen 12a, 12b zijn respectievelijk wielen 13a, 13b aangebracht, die een geringere diameter hebben dan de wielen 12a, 12b, bijvoorbeeld de helft van de diameter van de wielen 12a, 12b.
30 Elk wiel 13a, 13b is bijvoorkeur star verbonden met respectievelijk de wielen 12a, 12b. De wielen 13a, 13b steunen tijdens het rijden over de verwarmingsbuizen 5 aandrijfbaar af op de verwarmingsbuizen 5, dat wil zeggen dat de buisrailwagen 1 zich via die wielen 13a, 13b zich als het ware kan ‘afzetten’ tegen de verwarmingsbuizen.
7
Bijvoorkeur is het materiaal van het loopvlak van elk van de wielen 13a, 13b ook zodanig gekozen dat er voldoende grip beschikbaar is. Een voorkeursmateriaal is bijvoorbeeld rubber of een materiaal dat een rubbermengsel omvat.
De wielen 12a, 13a enerzijds en de wielen 12b, 13b anderzijds zijn verbonden 5 door een gemeenschappelijke (aandrijfjas 14. Deze aandrijfas 14 is nabij de positie van de wielen 13a, 13b voorzien van tandwielen 20. De tandwielen 20 zijn elk aandrijfbaar verbonden, bijvoorbeeld middels een ketting, met een aandrijving 19a, 19b, zoals een elektromotor.
De tweede set wielen 10 omvat zoals genoemd zwenkbare wielen 15, 16, die 10 tijdens gebruik rond een verticale as kunnen draaien. Nabij de tweede wielenset 10 en tevens tussen die tweede wielenset 10 en de eerste wielenset 9 is een afsteunrol 22 aangebracht, waarop de buisrailwagen 1 afsteunt wanneer deze zich op de verwarmingsbuizen 5 bevindt. Bij voorkeur zijn de zwenkbare wielen 15, 16 voorzien van een tuimelas of schommelstuk dat zich in de dwarsrichting uitstrekt om tijdens het 15 rijden over de betonvloer oneffenheden te verwerken. Dit schommelstuk is zo aangebracht dat de wielenset 10 met zwenkbare wielen 15, 16 rond een langas kan kantelen om zo dergelijke oneffenheden op te vangen. Daarnaast wordt zo bereikt dat de aangedreven wielenset 9 zoveel mogelijk grip op de ondergrond blijft houden.
De derde set wielen 11 met de geleidingswielen 17, 18 omvat daarnaast voorts 20 een massieve as 29 die de geleidingswielen 17, 18 star met elkaar verbindt. De buisrailwagen 1 steunt eveneens bij het rijden over de verwarmingsbuizen 5 af op die massieve as 29.
Tevens is de buisrailwagen 1 bij voorkeur voorzien van een scheefstandsensor die verbonden is met een signaalinrichting die een signaal, zoals een piepsignaal, afgeeft 25 als de scheefstandsensor een ongewenste oriëntatie van het onderstel 4 signaleert.
Bij de overgang van de verwarmingsbuizen 5 naar het betonpad wordt de buisrailwagen 1 zoals getoond in figuur 2 naar rechts bewogen. Daarbij raken de geleidingswielen 17, 18 van de derde set wielen 11 als eerste de zijrand van het betonpad, waardoor de buisrailwagen 1 aldaar omhoog wordt gekanteld en de 30 afsteunrol 22 en de massieve as 29 hun contact met de verwarmingsbuizen 5 verliezen. Bij een verder bewegen van de buisrailwagen 1 naar rechts raken vervolgens zwenkwielen 15, 16 van de tweede set wielen 10 de zijrand van het betonpad, waarna de buisrailwagen 1 kort daarna met de tweede set wielen 10 volledig op het betonpad 8 zal afsteunen. Bij een weer verder bewegen van de buisrailwagen 1 naar rechts zullen uiteindelijk ook de wielen 12a, 12b van de eerste wielenset de zijrand raken, waardoor het contact van de wielen 13 a, 13b met de verwarmingsbuizen 5 opgeheven zal worden en de buisrailwagen 1 kort daarna ook met de eerste set wielen 9 op het betonpad 5 afsteunt. In deze toestand steunt de buisrailwagen 1 dan volledig en stabiel af op het betonpad middels de wielen 12a, 12b van de eerste set wielen 9 en de zwenkwielen 15, 16 van de tweede set wielen 10.
Figuur 2b toont een schematisch vooraanzicht van het uitvoeringsvoorbeeld van de buisrailwagen 1 van de figuren 1 en 2. De verticale afstand Hl tussen het loopvlak 10 van de massieve as 29 of de wielen 13 a, 13b en een onderste positie op het loopvlak van de wielen 12a, 12b, 15, 16 bedraagt ten minste de diameter D van de verwarmingsbuizen 5 zodat laatstgenoemde wielen bij het overgaan van de verwarmingsbuizen 5 naar het betonpad aangrijpen op dit betonpad. Daarnaast bevinden de binnenzijvlakken van de wielen 12a, 12b, 15, 16 zich ten minste op een 15 afstand D2 van elkaar, waarbij D2 de maximale horizontale afstand is in de dwarsrichting Y tussen de buitenomtrekken van de verwarmingsbuizen 5. Zo wordt bereikt dat bij het rijden op de verwarmingsbuizen 5 de wielen zich altijd aan de buitenzijde van de verwarmingsbuizen bevinden 5. Als deze wielen zich aan de binnenzijde van de verwarmingsbuizen 5 zouden bevinden, zou het zeer moeilijk 20 worden om over de het buisdeel dat de einddelen van de verwarmingsbuizen 5 met elkaar verbindt, heen te rijden. Mocht een dergelijk einddeel ontbreken, dan is het ook mogelijk de wielen zo op het onderstel 4 aan te brengen dat deze zich bij het rijden op de verwarmingsbuizen 5 aan de binnenzijde van de verwarmingsbuizen 5 bevinden. De genoemde minimale afstand Hl dient echter gehandhaafd te worden.
25 Figuur 3 toont het uitvoeringsvoorbeeld van figuur 1, waarbij het platform 2 telescopisch is uitgeschoven door bediening van het betreffende bedieningselement op het bedieningspaneel 6. Te zien is dat het platform 2 met het onderstel 4 is verbonden middels een aantal verticaal aangebrachte telescopische elementen 23, 24, 25, 26. Een dergelijke constructie wordt ook wel aangeduid met de term ‘hefmast’. Ten opzichte 30 van een conventioneel hydraulisch schaarpakket heeft een dergelijke hefmast als voordeel dat er minder schade aan gewassen ontstaat, doordat een dergelijke hefmast een aanzienlijk geringere omvang heeft, met name doordat deze aanzienlijk smaller is.
9
Figuur 4 toont een schematisch bovenaanzicht van een kasruimte, met daarin de buisrailwagen 1 volgens de uitvinding. De buisrailwagen 1 is op de linker set verwarmingsbuizen 5 gepositioneerd tussen twee gewasrijen 31. Middels pijlen is geïllustreerd dat de buisrailwagen 1 volgens de uitvinding van het einddeel 32 van deze 5 linker set verwarmingsbuizen 5 (onderaan in figuur 4) afkan rijden en vervolgens over het betonpad 30 de naastgelegen set verwarmingsbuizen 5 op kan rijden. Doordat de buisrailwagen 1 niet handmatig naar die volgende set verwarmingsbuizen verplaatst hoeft te worden, kan een aanzienlijke tijdswinst gerealiseerd worden.
Het moge duidelijk zijn dat de bovenstaande beschrijving is bedoeld om de 10 werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die zich bevinden binnen de uitvindingsgedachte en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.
15 10
Lijst met verwijzingstekens 1. Buisrailwagen 2. Uitschuifbaar platform 5 3. Bak 4. Onderstel 5. Verwarmingsbuis 6. Bedieningspaneel 7. Hekwerk 10 8. Platformbodemplaat 9. Eerste set wielen 10. Tweede set wielen 11. Derde set wielen 12. Buitenste wiel (van le set wielen, voor op betonpad) 15 13. Binnenste wiel (van le set wielen, voor op verwarmingsbuis) 14. As 15. Wiel (van 2e set wielen) 16. Wiel (van 2e set wielen) 17. Geleidingswiel (van 3e set wielen) 20 18. Geleidingswiel (van 3e set wielen) 19a, 19b. Aandrijving 20. Tandwiel 21. Tandwiel 22. Gelei dingsrol 25 23. le telescopisch element 24. 2e telescopisch element 25. 3e telescopisch element 26. 4e telescopisch element 27. Accu 30 28. Omtreksrand onderstel 29. As (van 3e set wielen) 30. Betonpad 31. Gewasrij 32. Einddeel verwarmingsbuizen
Claims (10)
1. Buisrailwagen (1) omvattende een onderstel (4) met een lengterichting (X) en een dwarsrichting (Y), omvattende eerste buisrolmiddelen (13a, 13b) en in lengterichting 5 (X) op afstand van die eerste buisrolmiddelen (13a, 13b) aangebrachte tweede buisrolmiddelen (29), waarbij die eerste (13a, 13b) en tweede buisrolmiddelen (29) verplaatsing in lengterichting (X) van de buisrailwagen (1) over twee parallel gelegen, hoofdzakelijk horizontale verwarmingsbuizen (5) in een kas toestaan, waarbij een van die eerste (13a, 13b) of tweede buisrolmiddelen (29) aandrijfbaar is verbonden met een 10 op het onderstel (4) aanwezige aandrijving (19a, 19b), waarbij dat het onderstel (4) is voorzien van twee of meer in lengterichting (X) op afstand van elkaar aangebrachte sets (9, 10) van telkens in dwarsrichting (Y) tegenover elkaar aangebrachte wielen (12a, 12b, 15, 16) waarvan de binnenzij vlakken zich tijdens gebruik op de verwarmingsbuizen (5) in dwarsrichting (Y) op een afstand (D2) van elkaar bevinden 15 die groter is dan de in dwarsrichting (Y) bezien grootste horizontale afstand (Dl) tussen de buitenomtrekken van de twee verwarmingsbuizen (5) aldaar en waarbij een onderste positie van de loopvlakken van die wielen (12a, 12b, 15, 16) zich op een verticale afstand (Hl) van een onderste loopvlak van nabijgelegen eerste dan wel tweede buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) bevindt, waarbij die verticale afstand (Hl) ten minste 20 gelijk is aan de diameter (D) van de verwarmingsbuizen (5), met het kenmerk dat op het onderstel (4) een platform (2) is aangebracht dat ten opzichte van het onderstel (4) kan bewegen, waarbij het platform (2) aan een bovenzijde is voorzien van een bedieningspaneel (6) waarmee een persoon die op het platform plaatsneemt de buisrailwagen (1) kan bedienen, waarbij een van die sets tegenoverliggende wielen 25 (9, 10) stuurbare zwenkwielen (15, 16) omvat, waarmee de bewegingsrichting van de buisrailwagen (1), wanneer deze over een betonpad voortbeweegt, gewijzigd kan worden, waartoe die stuurbare zwenkwielen (15, 16) communicatief zijn verbonden met een betreffende bediening op het bedieningspaneel (6).
2. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 1, waarbij die zwenkwielen (15, 16) in de langsrichting (X) tussen de eerste en tweede buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) zijn aangebracht.
3. Buisrailwagen (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de eerste en/of tweede buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) in dwarsrichting (Y) aan hun buitenuiteinden zijn voorzien van een flenslichaam (12a, 12b, 17, 18) dat zich dwars op de rolas van die buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) uitstrekt om tijdens gebruik op de 5 verwarmingsbuizen (5) verplaatsing van het onderstel (4) in de dwarsrichting (Y) nagenoeg te voorkomen.
4. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 3, waarbij de flenslichamen (12a, 12b, 17, 18) van die eerste en/of tweede buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) gevormd worden door 10 niet-zwenkbare wielen (12a, 12b) van een van die sets tegenoverliggende wielen (9, 10).
5. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 4, waarbij die niet-zwenkbare wielen (12a, 12b) star verbonden zijn met die betreffende eerste en/of tweede buisrolmiddelen (13a, 15 13b, 29) en die buisrolmiddelen (13a, 13b) aandrijfbaar zijn verbonden met de aandrijving (19a, 19b).
6. Buisrailwagen (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij in de langsrichting (X) tussen die eerste en tweede buisrolmiddelen (13a, 13b, 29) verdere 20 buisrolmiddelen (22) zijn aangebracht.
7. Buisrailwagen (1) volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het onderstel (4) aan de bovenzijde is voorzien van verticaal aangebrachte, uitschuifbare telescopische elementen (23, 24, 25, 26) waarop een platform (2) met een 25 platformbodem (8) is aangebracht dat middels die telescopische elementen in hoogte verstelbaar is tussen een ingeschoven toestand en een uitgeschoven toestand.
8. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 7, waarbij het platform (2) aan zijn buitenomtrek is voorzien van een veiligheidshek (7) waarvan ten minste een hekdeel 30 een toegang vormt tot de platformbodem (8), waarbij dit hekdeel beweegbaar is tussen een open en gesloten toestand en een veermiddel omvat dat het hekdeel naar de gesloten toestand doet neigen.
9. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 7 of 8, waarbij het platform (2) een bedieningspaneel (6) omvat voor het aansturen van de aandrijving (19a, 19b), het afregelen van de hoogte van het platform (2) en het afregelen van de stand van de stuurbare zwenkwielen (15, 16). 5
10. Buisrailwagen (1) volgens conclusie 9, waarbij het aansturen van de aandrijving (19a, 19b) en het afregelen van de stand van de stuurbare zwenkwielen (15, 16) tijdens gebruik geschiedt door het bedienen van een op het bedieningspaneel (6) aangebrachte joystick.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009716A NL2009716C2 (nl) | 2012-10-29 | 2012-10-29 | Buisrailwagen. |
BE20130723A BE1022010B1 (nl) | 2012-10-29 | 2013-10-28 | Buisrailwagen |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009716 | 2012-10-29 | ||
NL2009716A NL2009716C2 (nl) | 2012-10-29 | 2012-10-29 | Buisrailwagen. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2009716C2 true NL2009716C2 (nl) | 2014-05-01 |
Family
ID=47222255
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2009716A NL2009716C2 (nl) | 2012-10-29 | 2012-10-29 | Buisrailwagen. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1022010B1 (nl) |
NL (1) | NL2009716C2 (nl) |
Cited By (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE1024142B1 (nl) * | 2016-06-21 | 2017-11-20 | B&A Automation Bvba | Buisrailwagen |
EP3682728A1 (en) * | 2019-01-21 | 2020-07-22 | B&A Automation BVBA | Drive for a tube-rail cart and combination of such a drive and a tube-rail cart |
WO2021123292A1 (en) | 2019-12-20 | 2021-06-24 | Berg Product B.V. | Two-way horticulture trolley with a coarse primary detection and a fine secondary detection of head end parts of tracks. |
WO2021123296A1 (en) | 2019-12-20 | 2021-06-24 | Berg Product B.V. | Two-way horticulture trolley with individually turnable floor-wheels |
NL2027978B1 (en) * | 2021-04-15 | 2022-10-28 | Berg Product Systems B V | Horticulture trolley with slide bodies underneath a first and/or second head end of its frame. |
FR3123177A1 (fr) * | 2021-05-28 | 2022-12-02 | Isalt | Système d’outillage pour le travail au sein d’une serre, dans les rangs de culture et/ou les inter-rangs |
WO2023191614A1 (en) * | 2022-03-31 | 2023-10-05 | Lenzeel Holding B.V. | An assembly and a greenhouse comprising the assembly |
NL2033949B1 (en) * | 2023-01-11 | 2024-07-18 | Metazet Formflex Holding B V | Cylindrical tubular element comprising a frusto-conically shaped press fit connection |
WO2024151158A1 (en) * | 2023-01-11 | 2024-07-18 | Metazet Formflex Holding B.V. | Cylindrical tubular element comprising a frusto-conically shaped press fit connection |
Citations (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL9300315A (nl) * | 1993-02-19 | 1994-09-16 | Intransit B V | Plukwagen met carrousel. |
NL9401186A (nl) * | 1994-07-19 | 1996-03-01 | Food Processing Systems | Werkwijze en samenstel voor het transport van gewasprodukten vanuit een plukstraat van een warenhuis naar een losplaats. |
NL1005887C1 (nl) * | 1997-04-24 | 1997-07-25 | Metazet B V | Werkwijze voor het oogsten en afvoeren van tuinbouwproducten, alsmede daartoe te gebruiken oogstwagen, oogstrek en draaiconstructie. |
NL1007674C2 (nl) * | 1997-12-02 | 1999-06-03 | Cooeperatie Kringkoop B A | Inrichting voor het verzamelen van geoogste biologische producten. |
NL1009628C2 (nl) * | 1998-07-13 | 2000-01-17 | Alcoa Nederland Bv | Oogstsysteem voor een kas. |
NL1014556C2 (nl) * | 2000-03-03 | 2001-09-10 | Koat B V | Systeem voor de glastuinbouw voor het in hoogte verheffen van een persoon in een kas. |
NL1016505C2 (nl) * | 2000-10-30 | 2002-05-02 | Berg Produkt De Lier B V | In een warenhuis of dergelijke te gebruiken wagen. |
WO2002098207A1 (en) * | 2001-06-07 | 2002-12-12 | Freek Steenks Service V.O.F. | Equipment for a glasshouse, harvesting vehicle for use with such an equipment, and stabilizing element for such a vehicle |
NL1019557C2 (nl) * | 2001-12-13 | 2003-06-17 | Ali Sinan Polat | Voertuig voor het oogsten van gewas. |
NL1023747C2 (nl) * | 2003-06-25 | 2005-01-03 | Berg Produkt De Lier B V | Werkwagen geschikt voor gebruik in warenhuizen. |
NL1032031C2 (nl) * | 2006-06-20 | 2007-12-21 | Berg Product B V | Tuinbouwwagen en tuinbouwvervoerssysteem omvattende een dergelijke tuinbouwwagen. |
-
2012
- 2012-10-29 NL NL2009716A patent/NL2009716C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2013
- 2013-10-28 BE BE20130723A patent/BE1022010B1/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL9300315A (nl) * | 1993-02-19 | 1994-09-16 | Intransit B V | Plukwagen met carrousel. |
NL9401186A (nl) * | 1994-07-19 | 1996-03-01 | Food Processing Systems | Werkwijze en samenstel voor het transport van gewasprodukten vanuit een plukstraat van een warenhuis naar een losplaats. |
NL1005887C1 (nl) * | 1997-04-24 | 1997-07-25 | Metazet B V | Werkwijze voor het oogsten en afvoeren van tuinbouwproducten, alsmede daartoe te gebruiken oogstwagen, oogstrek en draaiconstructie. |
NL1007674C2 (nl) * | 1997-12-02 | 1999-06-03 | Cooeperatie Kringkoop B A | Inrichting voor het verzamelen van geoogste biologische producten. |
NL1009628C2 (nl) * | 1998-07-13 | 2000-01-17 | Alcoa Nederland Bv | Oogstsysteem voor een kas. |
NL1014556C2 (nl) * | 2000-03-03 | 2001-09-10 | Koat B V | Systeem voor de glastuinbouw voor het in hoogte verheffen van een persoon in een kas. |
NL1016505C2 (nl) * | 2000-10-30 | 2002-05-02 | Berg Produkt De Lier B V | In een warenhuis of dergelijke te gebruiken wagen. |
WO2002098207A1 (en) * | 2001-06-07 | 2002-12-12 | Freek Steenks Service V.O.F. | Equipment for a glasshouse, harvesting vehicle for use with such an equipment, and stabilizing element for such a vehicle |
NL1019557C2 (nl) * | 2001-12-13 | 2003-06-17 | Ali Sinan Polat | Voertuig voor het oogsten van gewas. |
NL1023747C2 (nl) * | 2003-06-25 | 2005-01-03 | Berg Produkt De Lier B V | Werkwagen geschikt voor gebruik in warenhuizen. |
NL1032031C2 (nl) * | 2006-06-20 | 2007-12-21 | Berg Product B V | Tuinbouwwagen en tuinbouwvervoerssysteem omvattende een dergelijke tuinbouwwagen. |
Cited By (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE1024142B1 (nl) * | 2016-06-21 | 2017-11-20 | B&A Automation Bvba | Buisrailwagen |
EP3259982A1 (en) * | 2016-06-21 | 2017-12-27 | B&A Automation BVBA | Tube rail cart |
EP3682728A1 (en) * | 2019-01-21 | 2020-07-22 | B&A Automation BVBA | Drive for a tube-rail cart and combination of such a drive and a tube-rail cart |
BE1026985B1 (nl) * | 2019-01-21 | 2020-08-24 | B&A Automation Bvba | Aandrijving voor een buisrailwagen en combinatie van zulke aandrijving en een buisrailwagen |
WO2021123292A1 (en) | 2019-12-20 | 2021-06-24 | Berg Product B.V. | Two-way horticulture trolley with a coarse primary detection and a fine secondary detection of head end parts of tracks. |
WO2021123296A1 (en) | 2019-12-20 | 2021-06-24 | Berg Product B.V. | Two-way horticulture trolley with individually turnable floor-wheels |
NL2024541B1 (en) | 2019-12-20 | 2021-09-02 | Berg Product B V | Two-way horticulture trolley with a coarse primary detection and a fine secondary detection of head end parts of tracks. |
NL2024540B1 (en) | 2019-12-20 | 2021-09-02 | Berg Product B V | Two-way horticulture trolley with individually turnable floor-wheels. |
NL2027978B1 (en) * | 2021-04-15 | 2022-10-28 | Berg Product Systems B V | Horticulture trolley with slide bodies underneath a first and/or second head end of its frame. |
FR3123177A1 (fr) * | 2021-05-28 | 2022-12-02 | Isalt | Système d’outillage pour le travail au sein d’une serre, dans les rangs de culture et/ou les inter-rangs |
WO2023191614A1 (en) * | 2022-03-31 | 2023-10-05 | Lenzeel Holding B.V. | An assembly and a greenhouse comprising the assembly |
NL2031465B1 (en) * | 2022-03-31 | 2023-10-24 | Lenzeel Holding B V | An assembly and a greenhouse comprising the assembly |
NL2033949B1 (en) * | 2023-01-11 | 2024-07-18 | Metazet Formflex Holding B V | Cylindrical tubular element comprising a frusto-conically shaped press fit connection |
WO2024151158A1 (en) * | 2023-01-11 | 2024-07-18 | Metazet Formflex Holding B.V. | Cylindrical tubular element comprising a frusto-conically shaped press fit connection |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE1022010B1 (nl) | 2016-02-04 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2009716C2 (nl) | Buisrailwagen. | |
US20030205873A1 (en) | Nestable cart | |
US10040674B2 (en) | Cart with height adjustable platform and methods of using the same | |
US9327952B1 (en) | Cart for moving items | |
US20120248046A1 (en) | Awevator | |
US20170129753A1 (en) | Order picker materials handling vehicle with improved downward visibility when driving elevated | |
US9327954B2 (en) | Lifting system for display cases | |
US6203029B1 (en) | Nestable flat bed cart | |
EP2826693A2 (de) | Transportwagen | |
FR3049558A1 (fr) | Chariot de manutention de charges, notamment pour la preparation de commande | |
US2980269A (en) | Elevating and handling means for self-loading vehicle | |
FR2508885A1 (fr) | Procede permettant de retourner une unite de chargement autour d'un axe sensiblement vertical et appareil pour sa mise en oeuvre | |
US5495951A (en) | Mobile music stand cart and method | |
NL2027243B1 (nl) | Zelfrijdend voertuig | |
WO2013001906A1 (ja) | フォークリフトと、このフォークリフトを用いた自動倉庫、及びフォークリフトによる荷役方法 | |
BE1020660A3 (nl) | Buisrailwagen. | |
US3201139A (en) | Merchandise cart having ground engageable anti-theft means | |
GB2274440A (en) | A moveable,load supporting apparatus | |
NL1020012C2 (nl) | Duwinrichting voor potplanten. | |
JP3149739U (ja) | 箱昇降運搬車 | |
EP1156979B1 (de) | Regalfahrzeug | |
EP0151624B1 (de) | Förderfahrzeug | |
DE3247960A1 (de) | Foerderfahrzeug | |
CN210491720U (zh) | 一种用于烟叶采收的同轨迹运输托盘车 | |
US20220371636A1 (en) | Product Transport and Storage Apparatus and Method of Use to Eliminate Product Delivery Packaging |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20171101 |