NL1002306C2 - Samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een groene band voor voertuigen. - Google Patents

Description

Samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een groene band voor voertuigen.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een groene band, dat wil zeggen een ongevulcaniseerde band, verder in de beschrijving groene band genoemd, voor voer-5 tuigen, zoals personenauto's.

Hoewel er tal van dergelijke samenstellen van inrichtingen bekend zijn, zoals bijvoorbeeld uit de Amerikaanse octrooischriften 5.213.651 en 5.399.225, is tot op heden geen enkel samenstel, ofwel combinatie, van bekende 10 inrichtingen die bij het bouwen van een groene band gebruikt worden, waarbij deze inrichtingen een bepaalde onderlinge relatie hebben, in staat tot het verschaffen van een samenstel dat een hoge productie van groene banden, een hoge flexibiliteit in te produceren bandtypes, 15 alsmede een hoge kwaliteit van de groene banden mogelijk maakt.

Het is juist een doel van de onderhavige uitvinding een voorbeeld van een samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een groene band te verschaffen die hiertoe 20 wel in staat is.

Volgens de uitvinding wordt er voorzien in een samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een ongevulcaniseerde of groene band voor voertuigen, waarbij het 10 02306.; 2 samenstel voorzien is van een eerste machinekast met twee, coaxiaal geplaatste, volgens een eerste horizontale hoofdrichting uitgaande gordelbouwassen, waarbij een eerste van de twee gordelbouwassen een gordelbouwtrommel 5 draagt en een tweede van de twee gordelbouwassen een loopvlakbouwtrommel draagt, waarbij de loopvlakbouwtrommel gezien in de richting van de eerste horizontale hoofdrichting op grotere afstand van de eerste machinekast geplaatst is dan de gordelbouwt rommel, en met een gordel-10 bouwaandrijving voor het afzonderlijk aandrijven van de twee gordelbouwassen, een tweede machinekast met een rond een tweede horizontale hoofdrichting roterende as, waarbij de tweede horizontale hoofdrichting evenwijdig is aan de eerste horizontale hoofdrichting en de tweede machinekast 15 gezien in de richting van de eerste horizontale hoofdrichting op grotere afstand van de eerste machinekast geplaatst is dan de loopvlakbouwtrommel, waarbij de roterende as van de tweede machinekast twee, op afstand van en evenwijdig aan elkaar geplaatste karkasassen draagt, 20 waarbij elke karkasas evenwijdig aan de eerste hoofdrichting is, waarbij een eerste van de twee karkasassen een eerste karkastrommel draagt en een tweede van de karkasassen een tweede karkastrommel draagt, en met een hoofdasaandrijving voor het doen roteren van de roterende as en 25 twee karkasasaandrijvingen voor het afzonderlijk aandrijven van de twee karkasassen, waarbij de eerste respectievelijk de tweede karkasas door de roterende as tot in lijn met de eerste hoofdrichting roteerbaar zijn, een trans-portrail met een transportrichting evenwijdig aan de 30 eerste horizontale hoofdrichting waarbij de transportrail in verticale richting gezien geplaatst is onder de gordel-bouwtrommel en de loopvlakbouwtrommel en zich uitstrekt tot, in verticale richting gezien, onder een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkastromme1, een 35 eerste overbrengring geplaatst op de transportrail en beweegbaar tussen de gordelbouwtrommel en de loopvlakbouwtrommel, een tweede overbrengring geplaatst op de trans- 10 02 306.

3 portrail en beweegbaar tussen de loopvlakbouwtrommel en een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkastrommel, een gordellaagaanvoerinrichting voor het toevoeren van gordellagen aan de gordelbouwtrommel, een, in 5 verticale richting gezien, onder de gordellaagaanvoerin-richting geplaatst nylondeklaagtoestel voor het toevoeren van in rubber omgeven nylonkoorden aan de gordelbouwtrom-mel, een loopvlakaanvoerinrichting voor het toevoeren van loopvlakken aan de loopvlakbouwtrommel, een op de eerste 10 overbrengring geplaatst wikkelapparaat voor het toevoeren van een nylon deklaag aan de gordel- of loopvlakbouwtrom-mel, een hielenhouder- en hielenpositioneertoestel beweegbaar geplaatst op de transportrail voor het toevoeren van hielen aan een in lijn met de eerste hoofdrichting gero-15 teerde karkastrommel, een karkasmateriaalaanvoerinrichting voor het, wanneer één van de karkastrommels in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerd is, toevoeren van karkascomponenten aan de andere karkastromme1, een onder de karkasmateriaalaanvoerinrichting geplaatste aanrolinrich-2 0 ting met tenminste één aandrukrol voor het aanrollen van een samenstelling van onder meer gordellaag en loopvlak tegen de op een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkastrommel aangebrachte karkascomponenten voor het vormen van een groene band, en een afneemtoestel voor 25 het af nemen van een groene band van de tweede overbrengring. Door deze specifieke onderlinge plaatsing van de het samenstel opbouwende inrichtingen is het mogelijk op zeer reproduceerbare wijze een groene band met hoge kwaliteit binnen 40 seconden te vervaardigen, waarbij tevens door 30 verschillende bandcomponenten te gebruiken, op het samenstel een verscheidenheid aan bandtypes kan worden vervaardigd.

Een verdere verkorting van de cyclustijd voor het bouwen van een groene band, dus een verdere productie-35 verhoging kan worden verkregen, wanneer de tweede overbrengring voorzien is van een aan alle zijden begrensde poort of van een aan één zijde open poort voor het radiaal 1002306.

4 doorlaten van de tenminste ene aandrukrol.

Enige uitvoeringsvormen van een samenstel volgens de uitvinding zullen nu bij wijze van voorbeeld aan de hand van de tekening beschreven worden. Hierin toont: 5 figuur 1 een doorsnede van een groene band voor een snelle luxe personenauto, figuur 2 een schematisch bovenaanzicht van een samenstel volgens de uitvinding, figuur 3 een vooraanzicht van het samenstel 10 volgens figuur 2, figuur 4 een overbrengring met een aan alle zijden begrensde poort, en figuur 5 een overbrenging met een aan één zijde open poort.

15 Aangezien de onderhavige uitvinding gericht is op de onderlinge positionering van bekende inrichtingen die bij het bouwen van een groene band gebruikt worden, en niet op een uitvinding die betrekking heeft op één van die inrichtingen zelf, zal in de hierna gegeven beschrijving 20 de functie en uitvoering van deze inrichtingen, teneinde de beschrijving niet onnodig complex en omvangrijk te maken, slechts summier beschreven worden, temeer daar een dergelijke summiere beschrijving voor een vakman op het gebied van het bouwen van een groene band voldoende infor-25 matie verschaft ten aanzien van die inrichtingen die bruikbaar zijn om een werkend samenstel volgens de uitvinding te kunnen realiseren.

Teneinde de in de hierna volgende beschrijving gebruikte termen te verduidelijken, zal aan de hand van 30 figuur l, die schematisch in doorsnede een groene band toont, de bandcomponenten die in een radiale band voor een snelle luxe auto aanwezig zijn, in het kort beschreven worden. De uitvinding is echter niet beperkt tot een dergelijk type groene band, daar op eenvoudige wijze 35 bandcomponenten weggelaten, vervangen of toegevoegd kunnen worden.

De groene, ongevulcaniseerde band volgens figuur 10 02306.

5 1 is voorzien van twee hieldraadbundels 1 met hielvulstro-ken die elk een hiel vormen, een luchtdichte voering 2, één of meer karkaslagen 3 waarvan de uiteinden om de hiel naar boven zijn omgevouwen, twee zijkanten van rubber 4, 5 twee weefselschaafstroken 5 onder de hielen of anders twee slijtvaste rubberstroken, een gordel 6 bevattende twee gordellagen met onderling gekruiste staalkoorden, een deklaag 7 bevattende in omtreksrichting lopende nylon koorden 8 die desgewenst als dubbele laag in de band 10 aanwezig is maar waarvan het begin en uiteinde onder een hoek van bijvoorbeeld 45° of 30° is gesneden, terwijl de kwetsbare gordelranden voorzien kunnen zijn van een eindloze gewikkelde in rubber omgeven nylon koorden 9 met als laatste component een loopvlak 10 waarvan de dun uitlopen-15 de randen eindigen op de eerder genoemde zijkanten 4 of in een andere voorkeursuitvoering eindigen onder de zijkanten 4 .

Deze twee laatste uitvoeringsvormen worden ook wel aangeduid als loopvlak over zijkant (L.O.Z.) of zij-20 kant over loopvlak (Z.O.L.). In figuur 1 is een Z.O.L.-bandtype getoond.

Een groene band zoals weergegeven in figuur 1 wordt volgens de uitvinding met hoge snelheid en hoge kwaliteit gebouwd op een samenstel van inrichtingen zoals 25 schematisch in bovenaanzicht weergegeven in figuur 2 en in vooraanzicht in figuur 3. Het inventieve samenstel omvat een eerste machinekast 11, die twee coaxiaal geplaatste uitgaande gordelbouwassen 34 en 34' omvat. De gordelbouw-assen 34, 34' verlopen langs een eerste horizontale hoofd-30 richting 35. De eerste gordelbouwas 34 draagt een gordel-bouwtrommel 13 en de tweede gordelbouwas 34' draagt een loopvlakbouwtrommel 16. De loopvlakbouwtrommel 16 is, gezien in de richting van de eerste horizontale hoofdrichting 35, op grotere afstand van de eerste machinekast 11 35 geplaatst dan de gordelbouwtrommel 13. De eerste machinekast 11 bevat verder een gordelbouwaandrijving 36 en 36', bij voorkeur servogestuurd, voor het afzonderlijk van 10 02 3 06.

6 elkaar aandrijven van de twee gordelbouwassen 34, 34', en dus van de gordelbouwtrommel 13 en de loopvlakbouwtrommel 16 .

De trommels 13 en 16 zijn bij voorkeur geheel 5 identiek en bevatten op bekende wijze een inwendig mechanisme dat bijvoorbeeld 24 magneetsegmenten aan de buitenzijde van de trommel een kleinere diameter kan laten aannemen, voor het verwijderen van gordel of gordel- en loopvlakcomponenten, respectievelijk een grotere diameter 10 kan laten aannemen voor het aanbrengen van gordel en loopvlakcomponenten. Wanneer de gordel geen staalkoorden dient te bevatten, dan kunnen in plaats van bouwtrommels met magneten, bekende op lucht-onderdruk werkende bouwtrommels gebruikt worden. De bouwtrommels 13 en 16 kunnen 15 onafhankelijk van elkaar roteren en bediend worden, maar zijn verder stationair.

Het inventieve samenstel omvat tevens een gor-dellaagaanvoerinrichting 30 voor het toevoeren van op lengte gesneden gordellagen aan de gordelbouwtrommel 13. 20 Door deze gordellaagaanvoerinrichting 30, die bijvoorbeeld overeenkomstig NL-A-93.01717 kan zijn, wordt achtereenvolgens een eerste gordellaag en een tweede gordellaag, waarvan de koordrichting tegengesteld is aan de koordrich-ting van de eerste gordellaag, om de gordelbouwtrommel 13 25 gewikkeld. Voor groene banden voor personenauto's met beperkte snelheid volstaat de samenstelling van deze twee gordellagen om een gordel te vormen. Voor het maken van een gordel zoals weergegeven in figuur 1 bevat het samenstel volgens de onderhavige uitvinding een, in verticale 30 richting gezien, onder de gordellaagaanvoerinrichting 30 geplaatst, bekend nylon deklaagtoestel 31 voor het toevoeren van in rubber omgeven nylon koorden aan de gordelbouw-trommel 13. Het nylon deklaagtoestel 31 bevat een snij-installatie voor het op lengte en onder een gewenste hoek 35 van bijvoorbeeld 45° of 30° snijden van de nylon deklaag, die door één of twee rotaties van de gordelbouwt rommel 13 om de reeds op deze trommel gewikkelde gordellagen gewik- 1002306.

7 keld kan worden.

Verder bevat het inventieve samenstel een trans-portrail 18 met een transportrichting 37 die evenwijdig aan de eerste hoofdrichting 35 is. De transportrail 18 is, 5 in verticale richting gezien, onder de bouwtrommels 13 en 16 geplaatst. De transportrail 18 draagt een eerste, tot het samenstel behorende, overbrengring 14 van bekend type, die beweegbaar is tussen de gordelbouwtrommel 13 en de loopvlakbouwtrommel 16. De overbrengring 14 plaatst de op 10 de gordelbouwtrommel 13 aangebrachte gordel over naar de 1oopvlakbouwtromme1 16.

Vanaf een voorraadrol 12 met een lintvormige eindloze strook van nylon koord in rubber kan via een op de eerste overbrengring 14 geplaatst, bekend wikkelappa-15 raat 15 een nylon deklaag worden toegevoerd aan de loopvlakbouwt rommel 16. Door het variëren van de spoed van het wikkelapparaat 15 kan elke gewenste verdeling gemaakt worden, met het voordeel dat er geen las of naad aanwezig is. Door de mogelijkheid om een nylon deklaag aan te 20 brengen door een smalle strook spiraalsgewijs naar behoefte te wikkelen op gordelbouwtrommel 13 of op loopvlakbouw-trommel 16, zou eventueel de brede deklaag (nummer 7 in figuur 1) kunnen worden weggelaten.

Een loopvlak wordt aan de loopvlakbouwtrommel 16 25 toegevoerd door een loopvlakaanvoerinrichting 32 en om de op de loopvlakbouwtrommel 16 aanwezige gordel gewikkeld. Het loopvlak kan afkomstig zijn van een voorraadhaspel 33 met eindloze loopvlakbaan, die zoals bekend schuin af gesneden wordt door middel van bijvoorbeeld een ultrasoon 30 werkend mes.

Hierna is het gordelloopvlakpakket compleet, en wordt dit pakket door een tweede overbrengring 19, die beweegbaar op de transportrail 18 is geplaatst, van de loopvlakbouwtrommel 16 genomen. De tweede overbrengring 19 35 met het gordelloopvlakpakket wordt naar een wachtpositie verplaatst en op de gordelbouwtrommel en de loopvlakbouwtrommel kan het volgende loopvlakgordelpakket samengesteld 10 02 50 6 8 worden.

Het samenstel volgens de uitvinding bevat verder een tweede machinekast 25 met een rond een tweede horizontale hoofdrichting 38 roterende as 39. De tweede horizon-5 tale hoofdrichting 38 is evenwijdig aan de eerste horizontale hoofdrichting 35. De tweede machinekast 25 is, in de richting van de eerste horizontale hoofdrichting 35 gezien, op grotere afstand van de eerste machinekast 11 geplaatst dan de ioopvlakbouwtrommel 16. De roterende as 10 39 draagt twee, op afstand van en evenwijdig aan elkaar geplaatste karkasassen 40 en 40', die elk evenwijdig aan de eerste horizontale hoofdrichting 35 zijn. De eerste karkasas 40 draagt een eerste bekende karkastrommel 23, en de tweede karkasas 40' een tweede identieke karkastrommel 15 22. De tweede machinekast 25 bevat verder een hoofdasaan drijving 41, bij voorkeur servogestuurd, voor het doen roteren van de roterende as 39 en twee karkasasaandrijvingen 47 en 47' voor het afzonderlijk aandrijven van de karkasassen, en dus van de karkastrommels. De tweede 20 machinekast 25 is zodanig opgesteld, dat de eerste respectievelijk tweede karkasas 40, 40' door de roterende hoofd-as 3 9 tot in lijn met de eerste hoofdrichting 35 roteerbaar zijn. De transportrail 18 strekt zich uit tot, in verticale richting gezien, onder een in lijn met de eerste 25 hoofdrichting geroteerde karkastrommel.

Vanaf een karkasmateriaalaanvoerinrichting 29 worden achtereenvolgens de karkascomponenten, luchtdichte voering met rubber zijkanten en de karkaslaag met koord-versterking, op lengte gesneden aangevoerd en om de eerste 30 karkastrommel 23 gewikkeld. Desgewenst kan een tweede karkaslaag op de eerste karkastrommel 23 aangebracht worden en eventueel weefsel- of rubberschaafstroken, zoals een en ander beschreven is in NL-A-92.00046.

Vervolgens roteren beide karkastrommels en komt 35 de eerste karkastrommel 23 in lijn met de eerste horizontale hoofdrichting 35 boven de transportrail 18 en komt de tweede, lege karkastrommel 22 op de plaats waar de eerste 10 02306.

9 karkastrommel 23 zich eerst bevond.

Van een hieldraadbundelaanvoerinrichting 27 worden hieldraadbundels met vulstrook overgebracht op een over de transportrail 18 beweegbare hielenhouder- en hie-5 lenpositioneertoestel 21, zoals dit bijvoorbeeld bekend is uit NL-A-88.03174. Dit toestel 21 wordt over de eerste karkastrommel 23 geschoven, waarop reeds de karkascomponenten zijn aangebracht, en de hieldraadbundels met vul-stroken worden op de eerste karkastrommel 23 geplaatst, 10 waarna door bediening van de karkastrommel 23 de hieldraadbundels met vulstroken worden vastgedrukt op de karkaslaag en een luchtdichte afsluiting gevormd wordt, zoals bijvoorbeeld beschreven is in NL-A-90.01645.

Afhankelijk van het gebruikte soort karkastrom-15 mei worden de karkaslagen en zijkanten op een verschillende manier om de hieldraadbundels met vulstrook omgeslagen. Bij een zogenaamde "dual bladder" karkastrommel geschiedt dit met behulp van vier balgen. In de in figuren 2 en 3 weergegeven uitvoeringsvorm worden, op zich bekende, 20 karkastrommels met slechts twee balgen gebruikt. Het omslaan gebeurt nu met behulp van een aan één zijde van de karkastrommels geplaatst omdruktoestel 17, met de inwendige vorm van een kan of klok, welk toestel 17 door middel van een centrale zuigers tang 42 die door de as van de 25 bouwtrommels 13 en 16 loopt en in de eerste machinekast 11 gedragen en aangedreven wordt, en een aan de andere zijde van de karkastrommels 23, 22 geplaatst omrol/omdruktoestel 24 respectievelijk 26. Deze toestellen 17, 24 respectievelijk 26 worden gebruikt om de beide opgeblazen rondstaande 30 balgen opzij te drukken zodat de karkascomponenten correct tegen het gevormde karkas en de hieldraadbundels worden aangedrukt.

Wanneer het karkas voltooid is, in dit geval voor een loopvlak-over-zijkant-constructie wordt de tweede 35 overbrengring 19 met gordelloopvlakpakket vanuit de wacht-positie tot over de eerste karkastrommel 23 bewogen en dient het gordelloopvlakpakket door een aanrolinrichting 1002306 10 28, die onder de karkasmateriaalaanvoerinrichting 29 is geplaatst en tenminste één aandrukrol bevat, tegen de karkascomponenten aangerold te worden voor het vormen van een groene band.

5 Dit aanrollen kan plaatsvinden nadat de tweede overbrengring 19 het gordelloopvlakpakket op de karkas-trommel heeft geplaatst en van de karkastrommel weg is .bewogen.

Teneinde de tijd voor het vervaardigen van een 10 groene band te verkorten wordt bij voorkeur echter een overbrengring 19 gebruikt die voorzien is van een aan alle zijden begrensde poort 44 voor het radiaal doorlaten van een aandrukrol 45 van de aanrolinrichting 28 (zie figuur 4). Hierdoor behoeft de tweede overbrengring 19 niet eerst 15 weg van de karkastrommel bewogen te worden voordat het aanrollen kan beginnen. Een dergelijke overbrengring is bekend uit EP-Bl-0.223.317.

Op alternatieve wijze kan een verkorting van de vervaardigingstijd van een groene band verkregen worden 2 0 door een overbrengring 19' te gebruiken die voorzien is van een aan één zijde open poort 46 voor het radiaal doorlaten van een aandrukrol van de aanrolinrichting (zie figuur 5) . Een dergelijke overbrengring is bekend uit NL-A- 93.00893.

25 De voltooide groene band wordt door de tweede overbrengring 19 van de eerste karkastrommel 22 genomen en tot nabij het afneemtoestel 20 getransporteerd dat de groene band van de tweede overbrengring 19 neemt. Hierna wordt de tweede overbrengring 19 naar de loopvlakbouwtrom- 3 0 mei 16 bewogen voor het af nemen van het volgende gordel loopvlakpakket en worden de karkastrommels verwisseld zodat de volgende groene band afgebouwd kan worden.

De totale tijd voor het bouwen van een groene band met een samenstel volgens de onderhavige uitvinding 35 kan minder dan 40 seconden bedragen, terwijl de gehele bediening van het samenstel door één persoon kan geschieden. De kwaliteit van de geproduceerde groene banden 1002306.

11 blijkt zeer goed te zijn. Bovendien is het samenstel in hoge mate flexibel zowel voor wat betreft de te produceren bandtypes alsmede de door de modulaire opbouw van het samenstel, uitwisselbaarheid van de afzonderlijke, het 5 samenstel opbouwende inrichtingen.

10 0 2 3 o f ,

Claims (3)

1. Samenstel van inrichtingen voor het bouwen van een, ongevulcaniseerde of groene band voor voertuigen, waarbij het samenstel voorzien is van: een eerste machinekast met twee, coaxiaal ge-5 plaatste, volgens een eerste horizontale hoofdrichting uitgaande gordelbouwassen, waarbij een eerste van de twee gordelbouwassen een gordelbouwtrommel draagt en een tweede van de twee gordelbouwassen een loopvlakbouwtrommel draagt, waarbij de loopvlakbouwtrommel gezien in de rich-10 ting van de eerste horizontale hoofdrichting op grotere afstand van de eerste machinekast geplaatst is dan de gordelbouwtrommel, en met een gordelbouwaandrijving voor het afzonderlijk aandrijven van de twee gordelbouwassen, een tweede machinekast met een rond een tweede 15 horizontale hoofdrichting roterende as, waarbij de tweede horizontale hoofdrichting evenwijdig is aan de eerste horizontale hoofdrichting en de tweede machinekast gezien in de richting van de eerste horizontale hoofdrichting op grotere afstand van de eerste machinekast geplaatst is dan 20 de loopvlakbouwtrommel, waarbij de roterende as van de tweede machinekast twee, op afstand van en evenwijdig aan elkaar geplaatste karkasassen draagt, waarbij elke karkasas evenwijdig aan de eerste hoofdrichting is, waarbij een eerste van de twee karkasassen een eerste karkastrommel 25 draagt en een tweede van de karkasassen een tweede karkastrommel draagt, en met een hoofdasaandrijving voor het doen roteren van de roterende as en twee karkasasaandrijvingen voor het afzonderlijk aandrijven van de twee karkasassen, waarbij de eerste respectievelijk de tweede karka-3 0 sas door de roterende as tot in lijn met de eerste hoofdrichting roteerbaar zijn, 10 02306. een transportrail met een transportrichting evenwijdig aan de eerste horizontale hoofdrichting waarbij de transportrail in verticale richting gezien geplaatst is onder de gordelbouwtrommel en de loopvlakbouwtrommel en 5 zich uitstrekt tot, in verticale richting gezien, onder een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkas-trommel, een eerste overbrengring geplaatst op de transportrail en beweegbaar tussen de gordelbouwtrommel en de 10 1oopvlakbouwt romme1, een tweede overbrengring geplaatst op de transportrail en beweegbaar tussen de loopvlakbouwtrommel en een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkastrommel, 15 een gordellaagaanvoerinrichting voor het toevoe ren van gordellagen aan de gordelbouwtrommel, een, in verticale richting gezien, onder de gordellaagaanvoerinrichting geplaatst nylondeklaagtoestel voor het toevoeren van in rubber omgeven nylonkoorden aan 20 de gordelbouwtrommel, een loopvlakaanvoerinrichting voor het toevoeren van loopvlakken aan de 1oopvlakbouwtromme1, een op de eerste overbrengring geplaatst wikkel-apparaat voor het toevoeren van een nylon deklaag aan de 25 gordel of loopvlakbouwtrommel, een hielenhouder- en hielenpositioneertoestel beweegbaar geplaatst op de transportrail voor het toevoeren van hielen aan een in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerde karkastrommel, 30 een karkasmateriaalaanvoerinrichting voor het, wanneer één van de karkastrommels in lijn met de eerste hoofdrichting geroteerd is, toevoeren van karkascomponenten aan de andere karkastrommel, een onder de karkasmateriaalaanvoerinrichting 35 geplaatste aanrolinrichting met tenminste één aandrukrol voor het aanrollen van een samenstelling van onder meer gordellaag en loopvlak tegen de op een in lijn met de 10 02 30 6. eerste hoofdrichting geroteerde karkastrommel aangebrachte karkascomponenten voor het vormen van een groene band, en een afneemtoestel voor het afnemen van een groene band van de tweede overbrengring.

2. Samenstel volgens conclusie 1, waarbij de tweede overbrengring voorzien is van een aan alle zijden begrensde poort voor het radiaal doorlaten van de tenminste ene aandrukrol.

3. Samenstel volgens conclusie 1, waarbij de 10 tweede overbrengring voorzien is van een aan één zijde open poort voor het radiaal doorlaten van de tenminste ene aandrukrol. -o-o-o-o-o-o-o-o- 10 02306,