BE1014161A3

BE1014161A3 - Deurslot voor motorvoertuigen.

Info

Publication number: BE1014161A3
Application number: BE9800072A
Authority: BE
Original assignee: Kiekert Ag
Priority date: 1997-02-08
Filing date: 1998-02-03
Publication date: 2003-06-03
Also published as: DE19704812B4; GB2321929B; DE19704812A1; GB9715174D0; DE29723463U1; GB2321929A

Abstract

Deurslot voor motorvoertuigen, meer speciaal voor motorvoertuigen met centrale vergrendelings- en antidiefstalinrichting, met een slotplaat (1); een sluitmechanisme (2); een slotmechanisme (3) met een binnenvergrendelingshendel en een buitenvergrendelingshendel (4), en met een in de nabijheid van de buitendeurgreep gesitueerd cilinderslot (5) met een cilinderslothuis (5a) en een in het cilinderslothuis (5a) draaibaar gelagerde sluitcilinder (5b) , waarbij het achterste uiteinde van het cilinderslothuis (5a) in de slotplaat (1) vastgemaakt is, en waarbij het buiten het cilinderslothuis (5a) uitstekende gedeelte van de sluitcilinder een draaibaar element (6) voor het bedienen van het slotmechanisme (3) vertoont, daardoor gekenmerkt dat het draaibaar element (6) als excentriek (6) is uitgevoerd, waarbij aan het excentriek (6) en aan de buitenvergrendelingshendel (4) een overbrengingshendel (7) met een vooropgestelde bewegingsspeling is aangesloten , zodat bij het bedienen van de sluitcilinder (5b) met een deursleutel dit de bediening van het slotmechanisme (2) via de buitenvergrendelingshendel (4) tot gevolg heeft.

Description

Deurslot voor motorvoertuigen.

Beschrijving : De uitvinding betreft een deurslot voor motorvoertuigen, meer speciaal voor motorvoertuigen met centrale vergrendelings-en anti-diefstalinrichting, met een slotplaat, een sluitmechanisme, een slotmechanisme met een binnenvergrendelingshendel en een buitenvergrendelingshendel, en met een in de nabijheid van de buitendeurgreep gesitueerd cilinderslot met een cilinderslothuis en een in het cilinderslothuis draaibaar gelagerde sluitcilinder, waarbij het achterste uiteinde van het cilinderslothuis in de slotplaat vastgemaakt is, en waarbij het buiten het cilinderslothuis uitstekende gedeelte van de sluitcilinder een draaibaar element voor het bedienen van het slotmechanisme vertoont.

Een voortdurend probleem met deursloten van motorvoertuigen bestaat erin dat zulk deurslot, zelfs wanneer een anti-diefstalinrichting is voorzien, relatief eenvoudig kan gemanipuleerd worden. Zulke anti-diefstalinrichting kan namelijk slechts verhinderen dat het vergrendelde deurslot van het motorvoertuig vanuit de binnenruimte van het motorvoertuig kan worden ontgrendeld. Daarentegen bestaat het gevaar dat het cilinderslot wordt uitgebroken

en dan de buitenvergrendelingshendel van het slotmechanisme van buitenaf vrij toegankelijk is en bijgevolg het slotmechanisme, en via het slotmechanisme ook het sluitmechanisme, kan worden bediend.

Uit de Europese octrooiaanvrage 0 558 211 is een deurslot voor motorvoertuigen van de in aanhef beschreven uitvoeringsvorm bekend. Evenwel wordt een slotmechanisme met een binnenvergrendelingshendel en een buitenvergrendelingshendel niet-in ieder geval niet expliciet - ter sprake gebracht. Naast een sluitmechanisme en een slotmechanisme is er een cilinderslot met een cilinderslothuis.

Bovendien is er een bedieningshendel voorzien die met een vergrendelingshendel samenwerkt. Het achterste uiteinde van het cilinderslothuis is in het slotmechanisme, respectievelijk aan een daar aanwezige slotplaat, bevestigd. Deze bevestiging wordt zodanig doorgevoerd dat, na het inzetten van het cilinderslothuis in het slotmechanisme, een vasthoudplaat in een gleuf wordt geschoven.

Voor het bevestigen van het cilinderslothuis aan het koetswerk is een overeenstemmende vasthoudplaat voorzien die in een gleuf wordt geschoven. Zulke manier van werken is uitermate duur, vooral omdat de betreffende gleuf en de bijhorende vasthoudplaat ten opzichte van elkaar juist moeten worden gepositioneerd. Bovendien is het onvoorwaardelijk noodzakelijk om de hiervoor beschreven onderdelen qua afmetingen aan elkaar aan te passen.

Overigens kan door de bekende wijze van vastmaken van het cilinderslothuis door middel van de in de twee gleuven in te voeren vasthoudplaten een manipulatie door verdraaiing niet volledig worden uitgesloten. Bovendien dienen de reeds vermelde moeilijkheden tijdens de montage te worden overwonnen.

Het bekende deurslot voor motorvoertuigen vertoont eveneens een verdraaibaar element voor het bedienen van

het slotmechanisme. Dit verdraaibaar element is aan het uiteinde van de aan het cilinderhuis roterende cilinder gesitueerd. Het zorgt voor een verdraaien van de bedieningshendel.

Uit het Britse Dokument 1 573 136 is een deurslot voor motorvoertuigen bekend waarvan het achterste uiteinde in ieder geval niet vastgemaakt is.

De uitvinding heeft tot opdracht een deurslot voor motorvoertuigen van de in aanhef beschreven uitvoeringsvorm te verschaffen dat een uitbreken van het cilinderslot verhindert en gelijktijdig qua inbouwtechniek vereenvoudigd is.

Als oplossing van deze opdracht stelt de uitvinding bij een deurslot voor motorvoertuigen van dit type voor om het draaibaar element als een excentriek uit te voeren, waarbij een overbrengingshendel met een vooropgestelde bewegingsspeling aan het excentriek en aan de buitenvergrendelingshendel is aangesloten, zodat bij het bedienen van de sluitcilinder met een deursleutel dit de bediening van het slotmechanisme via de buitenvergrendelingshendel tot gevolg heeft, en om het achterste uiteinde van het cilinderslothuis door middel van een inklikverbinding in de slotplaat vast te maken.

- Deze maatregelen van de uitvinding hebben tot gevolg dat het cilinderslot, respectievelijk cilinderslothuis, niet alleen aan het koetswerk in de nabijheid van de buitendeurgreep wordt verankerd, maar dat een bijkomende tweede verankeringsplaats voor het cilinderslot, respectievelijk cilinderslothuis, wordt verwezenlijkt, namelijk in de slotplaat zelf. Daardoor wordt de bevestigingsmogelijkheid voor het cilinderslot als het ware verdubbeld, in ieder geval aanzienlijk vergroot, zodanig dat een uitbreken van het cilinderslot door

middel van een gebruikelijke manipulatie praktisch uitgesloten is, integendeel dure en zware werktuigen vergt. Daardoor wordt ook inzoverre een anti-diefstalbeveiliging verwezenlijkt, die door een eenvoudige en niettemin functionele bouwwijze gekenmerkt is.

Daar de anders gebruikelijke aanwending van een buitenvergrendelingsstang komt te vervallen, wordt de inbouw van het deurslot voor motorvoertuigen in het geheel aanzienlijk vergemakkelijkt.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de inklikverbinding als clipsverbinding uitgevoerd. De slotplaat zelf kan voor het inklikken van het cilinderslothuis een verlenging met een overeenstemmende inklikuitsparing vertonen.

Hierna wordt de uitvinding nader verduidelijkt aan de hand van een slechts een uitvoeringsvoorbeeld tonende tekening ; hierbij toont : fig. 1 gedeeltelijk en in een schematisch zicht, een deurslot voor motorvoertuigen, met sluitme- chanisme en slotmechanisme, evenals de buitenvergrendelingshendel hiervan, fig. 2 de slotplaat voor het voorwerp volgens fig.

1, met cilinderslot en slechts met de buitenvergrendelingshendel voor het slotmechanisme, en fig. 3 een zicht in de richting van pijl A op het voorwerp volgens fig. 2 met afgenomen achter- ste plaat.

In de figuren is een deurslot voor motorvoertuigen weergegeven, met name met een slotplaat 1, een slechts

aangeduid sluitmechanisme 2 en slotmechanisme 3, waarvan hun buitenvergrendelingshendel 4 te herkennen is.

Bovendien is een cilinderslot 5 in de nabijheid van de niet weergegeven deurgreep aangebracht, dat, enerzijds, een cilinderslothuis 5a en, anderzijds, een in het cilinderslothuis 5a draaibaar gelagerde sluitcilinder 5b vertoont. Het achterste uiteinde van het cilinderslothuis 5a is in de slotplaat 1 vastgemaakt. Het voorste uiteinde van het cilinderslothuis 5a is in de nabijheid van de deurgreep, bijvoorbeeld in het koetswerk, verankerd. Dit is evenwel niet getekend. De uit het cilinderslothuis 5a uitstekende sluitcilinder, respectievelijk het uitstekende gedeelte van de sluitcilinder, vertoont een excentriek 6.

Aan het excentriek 6, enerzijds, en aan de buitenvergrendelingshendel 4 van het slotmechanisme 3, anderzijds, is een overbrengingshendel 7 met vooropgestelde bewegingsspeling aangesloten, respectievelijk vastgekoppeld, zodat bij de bediening van de sluitcilinder 5b met een deursleutel de bediening van het slotmechanisme 2 via de buitenvergrendelingshendel 4 kan plaatsvinden. De slotplaat 1 vertoont, voor het inzetten van het cilinderslothuis 5a, een verlenging 8 met een overeenstemmende inklikuitsparing. Als gevolg hiervan wordt een dubbele bevestiging voor het cilinderslot 5 en daarmee een verhoogde beveiliging tegen onbevoegd uitbreken verkregen.

Claims

EMI6.1

Conclusies 1. voor motorvoertuigen, meer speciaal voor motorvoertuigen met centrale vergrendelings-en anti- diefstalinrichting, met - een slotplaat (1), - een sluitmechanisme (2), - een slotmechanisme (3) met een binnenvergrendelings- hendel en een buitenvergrendelingshendel (4), en met - een in de nabijheid van de buitendeurgreep gesitueerd cilinderslot (5) met een cilinderslothuis (5a) en een in het cilinderslothuis (5a) draaibaar gelagerde sluitcilinder (5b), waarbij - het achterste uiteinde van het cilinderslothuis (5a) in de slotplaat (1) vastgemaakt is, en waarbij - het buiten het cilinderslothuis (5a) uitstekende ge- deelte van de sluitcilinder een draaibaar element (6) voor het bedienen van het slotmechanisme (3) vertoont, daardoor gekenmerkt dat - het draaibaar element (6) als excentriek (6) is uitge- voerd, waarbij - aan het excentriek (6)

en aan de buitenvergrendelings- hendel (4) een overbrengingshendel (7) met een voorop- gestelde bewegingsspeling is aangesloten, zodat bij het bedienen van de sluitcilinder (5b) met een deursleutel dit de bediening van het slotmechanisme (2) via de <Desc/Clms Page number 7> buitenvergrendelingshendel (4) tot gevolg heeft, en dat - het achterste uiteinde van het cilinderslothuis (5a) door middel van een inklikverbinding in de slotplaat (1) is vastgemaakt.
2.-Deurslot voor motorvoertuigen volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de inklikverbinding als clipsverbinding is uitgevoerd.
3.-Deurslot voor motorvoertuigen volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de slotplaat (1) voor het inklikken van het cilinderslothuis (5a) een verlenging (8) met een overeenstemmende inklikuitsparing vertoont.