NL9200420A - Schroevedraaiersysteem. - Google Patents

Schroevedraaiersysteem. Download PDF

Info

Publication number
NL9200420A
NL9200420A NL9200420A NL9200420A NL9200420A NL 9200420 A NL9200420 A NL 9200420A NL 9200420 A NL9200420 A NL 9200420A NL 9200420 A NL9200420 A NL 9200420A NL 9200420 A NL9200420 A NL 9200420A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
series
curved surfaces
ellipses
tightening
elliptically curved
Prior art date
Application number
NL9200420A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193608C (nl
NL193608B (nl
Original Assignee
Textron Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=25110834&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL9200420(A) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Textron Inc filed Critical Textron Inc
Publication of NL9200420A publication Critical patent/NL9200420A/nl
Publication of NL193608B publication Critical patent/NL193608B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193608C publication Critical patent/NL193608C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B23/00Details of, or accessories for, spanners, wrenches, screwdrivers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B15/00Screwdrivers
    • B25B15/001Screwdrivers characterised by material or shape of the tool bit
    • B25B15/004Screwdrivers characterised by material or shape of the tool bit characterised by cross-section
    • B25B15/005Screwdrivers characterised by material or shape of the tool bit characterised by cross-section with cross- or star-shaped cross-section
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B13/00Spanners; Wrenches
    • B25B13/02Spanners; Wrenches with rigid jaws
    • B25B13/06Spanners; Wrenches with rigid jaws of socket type
    • B25B13/065Spanners; Wrenches with rigid jaws of socket type characterised by the cross-section of the socket
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B23/00Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool
    • F16B23/0007Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool characterised by the shape of the recess or the protrusion engaging the tool
    • F16B23/003Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool characterised by the shape of the recess or the protrusion engaging the tool star-shaped or multi-lobular, e.g. Torx-type, twelve-point star
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D1/00Couplings for rigidly connecting two coaxial shafts or other movable machine elements
    • F16D1/06Couplings for rigidly connecting two coaxial shafts or other movable machine elements for attachment of a member on a shaft or on a shaft-end
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D3/00Yielding couplings, i.e. with means permitting movement between the connected parts during the drive
    • F16D3/16Universal joints in which flexibility is produced by means of pivots or sliding or rolling connecting parts
    • F16D3/20Universal joints in which flexibility is produced by means of pivots or sliding or rolling connecting parts one coupling part entering a sleeve of the other coupling part and connected thereto by sliding or rolling members
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D1/00Couplings for rigidly connecting two coaxial shafts or other movable machine elements
    • F16D1/10Quick-acting couplings in which the parts are connected by simply bringing them together axially
    • F16D2001/103Quick-acting couplings in which the parts are connected by simply bringing them together axially the torque is transmitted via splined connections
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10STECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10S411/00Expanded, threaded, driven, headed, tool-deformed, or locked-threaded fastener
    • Y10S411/919Screw having driving contacts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Portable Nailing Machines And Staplers (AREA)
  • Mechanical Operated Clutches (AREA)
  • Forging (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Insertion Pins And Rivets (AREA)
  • Compressors, Vaccum Pumps And Other Relevant Systems (AREA)
  • Gears, Cams (AREA)
  • Dry Shavers And Clippers (AREA)
  • Transmission Devices (AREA)
  • Printing Methods (AREA)
  • Golf Clubs (AREA)
  • Toys (AREA)
  • Adornments (AREA)

Description

Schroevedraaiersysteem
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een verbeterd aandraaisysteem, waarbij een eerste onderdeel een aandrijfkoppel uitoefent op een tweede onderdeel, zoals bijvoorbeeld de combinatie van een van schroefdraad voorzien be-vestigingsorgaan en een schroevedraaier.
Ontwerpers en ingenieurs hebben geëxperimenteerd met verschillende uitvoeringen van koppeloverbrengende aandraai-systemen. Deze aandraaisystemen kunnen worden benut in verschillende soorten toepassingen waarbij het gewenst is koppel over te brengen van één onderdeel naar een ander. Een bijzondere toepassing waarvoor de onderhavige uitvinding primair is ontwikkeld en waar de nu volgende beschrijving betrekking op heeft, is het aandrijven of aandraaien van van schroefdraad voorziene bevestigingsorganen, zoals schroeven en bouten.
De stand van de techniek kent vele uitvoeringsvormen of ontwerpen van aandraaisystemen, waarbij het ene onderdeel is voorzien van uitsparingen, terwijl het andere is uitgevoerd met een complementair gevormd uitsteeksel voor plaatsing in de uitsparing. In dit opzicht kan ofwel het van uitsparingen voorziene deel als of het van uitsteeksels voorziene deel tot het aandraaigereedschap behoren, en dienovereenkomstig kan het aan te draaien deel zijn uitgevoerd met ofwel een uitsparing of een complementair gevormd uitsteeksel. Bij wijze van voorbeeld wordt de aandacht gevestigd op het Amerikaanse octrooi-schrift 2.397.216 dat een groot aantal uitvoeringen of vormen van aandraaisystemen openbaart. Ook wordt de aandacht gevestigd op het Amerikaanse octrooischrift 3.584.667 dat een aan-draaisysteem illustreert, dat op grote schaal in de auto-, luchtvaart- en de apparatenindustrie is toegepast en dat op de markt is gebracht onder de merknaam TORX®. Bovendien zijn er uiteraard andere bekende zeskantschroefsystemen, alsmede kruisvormige aandraaisystemen, zoals het PHILLIPS® aandraai-systeem. Tenslotte zijn er systemen die gebruik maken van verschillende spievertandingen ongeveer in de lijn van het hiervoor beschreven TORX® aandraaisysteem. Representatieve voor- beelden van het spievertandingssysteem kunnen worden gevonden in de Amerikaanse octrooischriften 3.888.480; 2.803.092; 2.969.250 en 4.006.660.
De verschillende aandraaisystemen van de stand van de techniek zijn ontworpen met het oog op het hanteren van de krachten die worden opgewekt tijdens het aandraaien van het bevestigingsorgaan. In dit opzicht duidt een vectoranalyse van de opgewekte krachten aan dat een component van de uitgeoefende kracht radiaal buitenwaarts zal zijn gericht, terwijl een tweede component tangentiaal zal zijn gericht. Slechts de tan-gentiale component van de uitgeoefende kracht dient voor het verdraaien of aandrijven van het bevestigingsorgaan, dat wil zeggen wordt omgezet in aandrijfkoppel. In de techniek verwijzen ontwerpers vaak naar de term "aandrijfhoek", die is gedefinieerd door de hoek die wordt gevormd door een lijn die raakt aan het contactpunt tussen het bevestigingsorgaan en het aandraaigereedschap en een radiale lijn door het bevestigingsorgaan of het aandraaigereedschap zelf. In het algemeen kan worden gezegd dat hoe kleiner de "aandrijfhoek" is hoe efficiënter het aandraaisysteem is, doordat de "aandrijfhoek" de grootte van de uitgeoefende kracht bepaalt die tangentiaal is gericht en derhalve in aandrijfkoppel wordt omgezet. Voorts is ook gebleken dat bij een aandrijfhoek die een bepaalde waarde overschrijdt, zoals bijvoorbeeld 60°, het koppelverlies excessief is. Dit wil zeggen dat het grootste deel van de uitgeoefende kracht radiaal zal zijn gericht en slechts een kleine tangentiale component zal bestaan. Deze situatie dient te worden vermeden omdat een excessief grote radiale component het uitgeholde onderdeel van het aandraaisysteem ernstig kan beschadigen. De bekende systemen waarbij gebruik wordt gemaakt van een groot aantal spievertandingen met een relatief vierkante vorm zullen een kleine aandrijfhoek bereiken van nul of minder, dat wil zeggen een negatieve hoek of een hoek van 0°. Deze ontwerpen zijn echter zowel in gebruik als in produktie niet praktisch gebleken. Deze soorten aandraaisystemen zijn moeilijk en duur om te produceren en vereisen veelvuldig speciale machinale bewerkingen. Het meest belangrijk is dat de rechte hoeken leiden tot spanningsverhogingen die kunnen resulteren in een vermoeidheidsfout na langere gebruiksduur. Met betrekking tot de aandraaisystemen van het type met spiever-tandingen, waarbij gebruik wordt gemaakt van een aantal tegenovergesteld gekromde oppervlakken die gelijkmatig zijn ontplooid over de 360° omtrek van de onderdelen voor het vormen van een afwisselende reeks van nokken en groeven, kan worden opgemerkt dat deze aandraaisystemen sommige van de met de hiervoor genoemde systemen met vierkante spievertandingen verbonden problemen overwinnen, doch niet algemeen in staat zijn een kleine aandrijfhoek, dat wil zeggen van minder dan 5° te bereiken. Dit wil zeggen dat bij het aanbrengen van een uitermate hoog koppel een radiale krachtcomponent zal worden opgewekt die kan leiden tot het begeven van de holte of de neiging tot het afschuiven of uitvlakken van de nokvormen.
De problemen met de bekende ontwerpen van de spie-vertandingtypen werden in grote mate overwonnen met het TORX® aandraaisysteem, zoals is geopenbaard in het Amerikaanse oc— trooischrift 3.584.667. Dit aandraaisysteem benut een zesvoudig genokte vorm die is gebaseerd op passende bolvormige oppervlakken die zijn ontworpen voor het bereiken van aandrijf-hoeken in het gebied van 10°-20°. Alhoewel het TORX® aandraaisysteem een vooruitgang was in de techniek en in gebruik uitermate nuttig en bevredigend is gebleken, zijn er bepaalde aspecten van dit systeem die zouden kunnen verbeterd. Aangezien bijvoorbeeld de fabricagetoleranties variëren tengevolge van gereedschapsslijtage of tengevolge van andere variaties in de afmetingen van de vormgereedschappen voor de oppervlakken van bevestigingsorganen en schroevedraaiers, zal het punt van aanraking tussen het bevestigingsorgaan en de schroevedraaier binnenwaarts of buitenwaarts langs de gekromde oppervlakken i bewegen, waardoor de aandrijfhoek wordt gewijzigd.
Bovendien wordt wanneer het punt van aanraking radiaal buitenwaarts beweegt de sterkte van het sleutel- of aan-draaigereedschap opgeofferd. Xn het bijzonder is de sterkte van de nokken van het aandraaigereedschap direct gerelateerd ί aan de axiale dwarsdoorsnede van de nok in het punt van aanraking. Het zal worden begrepen dat bij dit bekende aandraaigereedschap volgens fig. 8, wanneer het punt van aanraking buitenwaarts beweegt het axiale dwarsdoorsnede gebied van de nok bij het punt van aanraking zal verminderen, hetgeen resulteert in een afname van de sleutelsterkte, namelijk het vermogen van het gereedschap om hoge koppelwaarden over te brengen zonder dat de nokken worden afgeschoven of kapotgaan. Zoals uit de volgende bespreking duidelijk zal worden, blijft bij het ontwerp van de onderhavige uitvinding het punt van aanraking relatief constant. Aldus zullen variaties of toleranties die worden ondervonden bij de vervaardiging van de onderdelen van het aandraaisysteem de sterkte van de sleutel niet materieel wijzigen of nadelig beïnvloeden.
• Ook bij extreem kleine afmetingen bezitten de nokken op het bevestigingsorgaan of het aandraaiorgaan de neiging onder werkomstandigheden te vervormen. Bovendien is het in het geval dat het bevestigingsorgaan is uitgevoerd met een inwendige uitsparing of holte, en het aandraaiorgaan het mannelijke deel van het aandraaisysteem is, niet altijd mogelijk een voldoende schroevedraaiersterkte voor een langdurige werking te bereiken.
De onderhavige uitvinding is een verbetering van de bekende systemen zoals hiervoor kort zijn besproken, en bouwt in het bijzonder voort op de vooruitgang in de techniek die is verschaft door het TORX® aandraaisysteem van het Amerikaanse octrooischrift 3.584.667. Meer specifiek verschaft de onderhavige uitvinding een aandraaisysteem voor een koppeloverbren-gingssysteem met twee onderdelen, waarbij zowel de aandrijvende als aangedreven oppervlakken worden gevormd door een eerste reeks elliptisch gekromde oppervlakken, terwijl een tweede reeks elliptisch gekromde oppervlakken deze afwisselt. Eén reeks elliptisch gekromde oppervlakken, ofwel de eerste ofwel de tweede reeks, is convex gekromd, terwijl de andere afwisselende reeks van oppervlakken concaaf is gekromd. De afwisselende concaaf en convex gekromde elliptische oppervlakken lopen gelijkmatig en tangentiaal in elkaar over voor het vormen van een reeks afwisselende groeven en nokken. Zowel de nokken als de groeven bezitten een elliptisch gekromde doorsnede. Bij voorkeur liggen de middelpunten van de elliptisch gekromde nokken en dienovereenkomstig de middelpunten van de elliptisch gekromde groeven op de toppen van regelmatige zeshoeken, alhoewel niet dezelfde zeshoek, tengevolge van de afwisselende aard van deze onderdelen.
Het dient te worden opgemerkt dat zoals is geopenbaard in de tekeningen, één van de onderdelen van het aan-draaisysteem inwendig van een uitsparing zal worden voorzien, terwijl de andere is uitgevoerd met een uitwendig orgaan van overeenkomstige passende vorm. Het zal worden begrepen dat tengevolge van fabricagetoleranties en de behoefte aan een kleine speling teneinde toe te staan dat het uitwendige of uitstekende deel passend in de uitsparing grijpt, de vorm van het uitwendig gevormde of mannelijke onderdeel enigszins afwijkt van dat van het inwendig gevormde of uitgeholde onderdeel. Terwijl het meer in het bijzonder de voorkeur verdient dat het uitgespaarde of inwendig gevormde onderdeel zal zijn voorzien van groeven en nokken die zijn begrensd door ellipsvormen van in hoofdzaak overeenstemmende afmetingen, is dit niet mogelijk met betrekking tot het uitwendige deel. Teneinde het voor het uitwendig gevormde deel mogelijk te maken dat dit in het uitgespaarde onderdeel kan worden opgenomen is het noodzakelijk dat de uitwendige nokken een enigszins kleinere afmeting bezitten dan de inwendige groeven van het uitgespaarde deel, en dienovereenkomstig dienen de uitwendige groeven een grotere afmeting te bezitten dan de inwendige nokken van het uitgespaarde deel. Dit is nodig vanwege het feit dat de uitwendige nokken worden opgenomen in de inwendige groeven en dienovereenkomstig dat de inwendige nokken worden opgenomen in de uitwendige groeven. Terwijl het aldus mogelijk is de elliptisch gevormde nokken en groeven op één van de onderdelen (namelijk de sok of het uitwendig gevormde deel) met relatief uniforme of dergelijk elliptische vorm te handhaven, is dit niet praktisch met betrekking tot beide onderdelen. Terwijl aldus de term "gelijksoortig gevormd" of het equivalent hierna zal worden gebruikt, dient te worden begrepen dat voor de fabricagetoleranties en variaties in acht moet worden genomen teneinde te waarborgen dat het uitwendig gevormde deel kan worden opgenomen in de bijbehorende uitsparing of holte, of dat een uitgehold gereedschap kan worden aangebracht over een uitwendig gevormde kop.
De elliptische vorm volgens de onderhavige uitvinding verschaft onverwachte verbeterde resultaten niet alleen bij het verkrijgen van een uitermate kleine aandrijfhoek, in de orde van + 2¾0 tot -2½0, doch het is gebleken dat tolerantie-variaties in de elliptische vorm volgens de onderhavige uitvinding geen grote variaties teweeg brengen in het punt van aanraking tussen het aandraaigereedschap en het bevestigings-orgaan. Aldus blijft het punt van aanraking niet alleen relatief constant zelfs wanneer tolerantievariaties worden ondervonden, doch ook zal de aandrijfhoek binnen een relatief klein gebied in de nabijheid van 0° blijven, zoals hiervoor is opgemerkt. Ook van belang is het feit dat de elliptische vorm de benutting van een uitwendig gevormd deel met een verhoogde sterkte in vergelijking met andere spievertandingssystemen van het hiervoor beschreven type mogelijk maakt. Tenslotte is bij de toepassing van een extreem kleine aandrijfhoek een kleinere ingrijpdiepte tussen de nokken en groeven van de bijbehorende inwendig en uitwendig gevormde onderdelen nodig, zodat grotere aandraaikrachten kunnen worden opgenomen met kleinere aan-draaikoppen en -gereedschappen, zoals duidelijker zal worden uit de volgende beschrijving. Ook wordt gemeend dat tengevolge van het hoge rendement van het systeem bij het omzetten van de uitgeoefende kracht in aandraaikoppel de penetratiediepte of de mate waarin de schroevedraaier axiaal in de uitsparing grijpt ten opzichte van de ontwerpen van de stand van de techniek is verkleind, waardoor kleinere onderdelen mogelijk zijn die minder metaal of ruw materiaal bij de algehele vervaardiging van de onderdelen van het aandraaisysteem vereisen.
Het is derhalve een primair doel van de onderhavige uitvinding een nieuw en verbeterd aandraaisysteem of koppel-eenheid te verschaffen, alsmede gereedschapsontwerpen voor het vervaardigen van dergelijke eenheden die kunnen worden geproduceerd met de huidige technologie zonder overmatige kosten, en welk aandraaisysteem uitermate efficiënt is bij het omzetten van uitgeoefende kracht in aandraaikoppel. Een verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een verbeterd aandraaisysteem voor een bevestigingsorgaan, dat toestaat dat het aan te draaien bevestigingsorgaan desgewenst met gereedschap volgens de stand van de techniek wordt aangedraaid.
De tekeningen illustreren een voorkeursuitvoering van de uitvinding, waarbij het van elliptische nokken voorziene aandraaisysteem wordt toegepast bij een combinatie van een bevestigingsorgaan en schroevedraaier. Deze tekeningen illustreren bovendien de algehele of basisgeometrie waarbij de elliptisch gekromde vorm wordt benut voor het tot stand brengen van een zesnokkige opstelling. Het is niet de bedoeling dat de uitvinding is beperkt tot de in de tekening weergegeven specifieke uitvoeringen/ aangezien het aandraaisysteem kan worden gebruikt in toepassingen anders dan bij bevestigingsor-ganen terwijl een nokvorm anders dan een zeshoekige nokvorm kan worden benut.
Fig. 1 is een perspectivisch aanzicht van een bevestigingsorgaan en aandraaigereedschap met een aandraaisysteem in overeenstemming met de onderhavige uitvinding.
Fig. 2 is een zijaanzicht van het bevestigingsorgaan en de schroevedraaier van fig. 1, waarbij het bevestigingsorgaan in doorsnede is weergegeven.
Fig. 3 is een doorsnede die de ingrijping van een schroevedraaier in een uitsparing van het bevestigingsorgaan illustreert, waarbij de aandrijvende en aangedreven oppervlakken op de bijbehorende onderdelen in overeenstemming met de onderhavige uitvinding zijn gevormd.
Fig. 4 is een schematische weergave die de vorm of geometrie van een de voorkeur verdienend ontwerp van de inwendige uitsparing en de afmetingen daarvan illustreert.
Fig. 5 is een ten behoeve van de duidelijkheid en bespreking op grotere schaal weergegeven gedeelte van de schematische weergave van fig. 4.
Fig. 6 is een met fig. 5 overeenkomende schematische weergave die de algehele geometrie of vorm van de ellips van de ellipsvorm van de nokken en groeven op het inwendig gevormde onderdeel of het bevestigingsorgaan van de uitvoering van de fig. 1 en 2 toont.
Fig. 7 is een met fig. 6 overeenkomend aanzicht dat de vorm van de elliptische uitvoering van de groeven en nokken op het uitwendig gevormde onderdeel namelijk de schroevedraaier van de fig. 1 en 2, weergeeft.
Fig. 8 is een met een fig. 2 overeenkomend aanzicht waarbij evenwel de wijze waarop een schroevedraaier volgens de stand van de techniek kan worden gebruikt voor een bevestigingsorgaan met een uitsparing die is vervaardigd in overeen- stemming met de onderhavige uitvinding.
Fig. 9 is een bovenaanzicht van gereedschap in de vorm van een stansstempel voor het vormen van de inwendig gevormde aandrijfoppervlakken van de onderhavige uitvinding, namelijk de uitsparing of inkassing van het bevestigingsorgaan van fig. 1.
Fig. 10 is een eindaanzicht van de stansstempel van fig. 9.
Fig. 11 is een doorsnede die illustreert op welke wijze de stansstempel van fig. 9 wordt gebruikt in samenwerking met ander gereedschap voor het vormen van de aandraaiuit-sparing van het bevestigingsorgaan.
Fig. 12 is een zijaanzicht van een bevestigingsorgaan met uitwendig gevormde aandrijfoppervlakken in overeenstemming met de uitvinding.
Fig. 13 is een eindaanzicht van het bevestigingsorgaan van fig. 12.
Fig. 14 is een zijaanzicht van een moer met uitwendig gevormde aandrijfoppervlakken in overeenstemming met de onderhavige uitvinding.
Fig. 15 is een eindaanzicht van de moer van fig. 14.
Fig. 16 is een aanzicht dat een bevestigingsorgaan met een uitwendige aandraaivorm in overeenstemming met de onderhavige uitvinding met doorgetrokken lijnen en een passend inwendig gevormde inbus in doorsnede toont.
Fig. 17 is een zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, dat gereedschap in de vorm van een extrusiestempel voor het vormen van de uitwendige vorm van de onderdelen van het aandraaisysteem van de onderhavige uitvinding illustreert.
Fig. 18 is een zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, dat een bevestigingsorgaan als een aangedreven eenheid toont, terwijl zich een koppelingseenheid tussen het bevestigingsorgaan en een aandraaigereedschap bevindt.
Fig. 19 is een met de fig. 6 en 7 overeenkomend aanzicht, doch waarin de geometrie van een inkassing is weergegeven die zou worden gebruikt bij een bevestigingsorgaan of dergelijke dat is uitgevoerd met een uitwendig gevormd aandraai-oppervlak dat is voorzien van elliptisch gekromde oppervlakken die zijn ontwikkeld vanuit gelijksoortige uniforme ellipsen.
Fig. 20 is een gedeeltelijk zijaanzicht van een aan-draaigereedschap van het kogeltype waarin gebruik wordt gemaakt van het elliptisch gekromde aandraaisysteem volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 21 is een eindaanzicht van de schroevedraaier van het kogeltype van fig. 20.
Fig. 22 is een met fig. 4 overeenkomend aanzicht dat een gewijzigde geometrie voor een nokaandraaisysteem illustreert, waarin de ellipsen gelijk zijn, doch waarbij hun middelpunten op cirkels met verschillende stralen liggen.
Een voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding is weergegeven in de fig. 1-7 en de uitvinding zal primair met betrekking daartoe worden beschreven. Alternatieve uitvoeringen zijn getoond in de fig. 9-20 waarin ook gebruik wordt gemaakt van het basisconcept van de onderhavige uitvinding. Na de nu volgende gedetailleerde bespreking van de voorkeursuitvoering zal een verdere bespreking worden gehouden met betrekking tot de weergegeven alternatieve of gewijzigde uitvoeringsvormen van de uitvinding, alsmede andere wijzigingen van de uitvinding die niet zijn weergegeven doch die duidelijk zullen worden of zullen worden gesuggereerd aan de deskundige op het betreffende gebied van de techniek zodra het algehele basisconcept van de uitvinding bekend is. Ook zal de uitvinding worden beschreven in samenhang met een aandrijfsysteem voor een bevestigingsorgaan. Het dient echter te worden opgemerkt dat de uitvinding kan worden toegepast in elke koppel-overbrengings- of momentkoppelingstoepassing, waarin een aandrijf eenheid wordt benut voor het overbrengen van koppel op een complementair gevormde aangedreven eenheid.
Met betrekking tot het bevestigingsorgaan en het aan-draaigereedschap zoals hierna zullen worden besproken, illustreren de tekeningen volgens de fig. 1-7 een bijzondere toepassing van de uitvinding, waarbij het bevestigingsorgaan is voorzien van een uitsparing of inbuskop met een inwendige vorm in overeenstemming met principes van de uitvinding, terwijl het complementair uitwendig gevormde onderdeel de vorm bezit van een aandraaigereedschap. De deskundigen zullen zich eenvoudig realiseren dat deze situatie kan worden omgekeerd doordat het bevestigingsorgaan gebruik zou kunnen maken van de uitwendige vorm volgens de uitvinding, terwijl het aandraaige-reedschap de vorm kan bezitten van een inbusvormig of dopvor-mig element met een complementaire inwendige vorm, zoals is weergegeven in de fig. 12-17.
De fig. 1 en 2 tonen een uitvoering van een bevesti-gingsorgaan en aandraaigereedschap in overeenstemming met de concepten van de onderhavige uitvinding. Het bevestigingsor-gaan is in zijn geheel met 20 aangeduid en omvat een langgerekte schacht 22 met een daarop gevormde schroefdraad 24. Een uiteinde van het bevestigingsorgaan 20 is uitgevoerd met een vergroot of kopgedeelte 26 met een. uitsparing of inkassing 28 daarin gevormd. Een aandraaigereedschap 30 is eveneens weergegeven, dat is voorzien van een eindgedeelte 32 dat is uitgevoerd in een vorm complementair met de inkassing 28, zodat het daarin kan grijpen zodanig dat het aandraaigereedschap aan-draaikrachten op het bevestigingsorgaan 20 kan uitoefenen. De uitsparing of inkassing 28 bezit een inwendige vorm die is begrensd door een reeks afwisselend elliptisch gekromde nokken 34 en elliptisch gekromde groeven 36. De nokken 34 zijn radiaal binnenwaarts gericht, terwijl de groeven 36 tegenovergesteld zijn gevormd voor het begrenzen van wat hierna wordt genoemd de inwendige vorm van het aandraaisysteem van de uitvinding. De groeven 36 en nokken 34 zijn gelijkelijk over de omtrek van de inkassingswand verdeeld en in de weergegeven uitvoering zijn zes reeksen van nokken 34 en groeven 36 verschaft.
Het aandraaigereedschap 30 bezit een complementaire, doch niet volledig identieke vorm, doordat de aandraaipunt of het eindgedeelte 32 uitwendig is gevormd voor het verschaffen van een reeks uitwendig of buitenwaarts gerichte elliptisch gekromde nokken 38 en tegengesteld gerichte elliptisch gekromde groeven 40. Zoals duidelijk zal worden uit de nu volgende bespreking met betrekking tot de fig. 3 en 7 dienen de groeven en nokken op de aandraaipunt 32 voor een losse passing te zijn gedimensioneerd teneinde mogelijk te maken dat het eindgedeelte 32 van het aandraaigereedschap gemakkelijk wordt opgenomen in de inkassing 28 en toch effectief moet zijn wanneer deze in aandrijvende ingrijping is. Teneinde aldus de gewenste aandrijvende ingrijping en diepte van de ingrijping tussen de passende nokken en groeven te verkrijgen, dient de vorm van de aandraaipunt enigszins te worden gewijzigd zodat de nokken 38 in een specifieke mate worden opgenomen in de groeven 36 van de inbusuitsparing en dienovereenkomstig de nokken 34 van de inbusuitsparing worden opgenomen in de groeven 40 van het aan-draaigereedschap, teneinde een gewenste ingrijpingsdiepte tussen de bijbehorende groeven en nokken te bereiken. Deze ingrijpingsdiepte is weergegeven bij 35 in fig. 3. Terwijl aldus de groeven en nokken op het aandraaigereedschap complementair zijn met de inwendige vorm van de inbuskop 28 zalwor-den begrepen dat zij om praktische redenen geen identieke vorm kunnen bezitten, noch kunnen de ellipsen die de vorm van de nokken 38 en groeven 40 begrenzen gelijk of uniform zijn.
Fig. 3 is een illustratie van het eindgedeelte 32 van het aandraaigereedschap dat in ingrijping is in de inkassing 28. Zoals te zien is, worden de nokken 38 op de schroevedraai-er opgenomen in de door de inwendige vorm van de inkassing 28 verschafte groeven 36. Op overeenkomstige wijze worden de nokken 34 op de inwendige vorm van de inkassing 28 opgenomen in de groeven 40 van het eindgedeelte van het aandraaigereedschap. De ingrijpingsdiepte van de betreffende nokken en groeven is aangeduid bij 35. In beide situaties is een mate van speling verschaft. Aldus zullen bij draaiing van het aandraaigereedschap 30 de nokken 38 hiervan aangrijpen op de groeven 34 van de inwendige vorm van de inkassing op de plaats 42, waardoor een aandraaikracht aan het bevestigingsorgaan 20 wordt verleend. De lijn 50 is een lijn die raakt aan de elliptische oppervlakken bij het punt van aanraking 42, zoals zo worden besproken.
Zoals hiervoor is opgemerkt is het met betrekking tot een aandraaisysteem voor een bevestigingsorgaan gewenst om een relatief kleine aandrijfhoek te verkrijgen. In dit opzicht is de aandrijfhoek in feite de maat voor het rendement van het aandraaisysteem. Indien de aandrijfhoek nul is of dicht bij nul ligt, zoals het geval is bij de onderhavige uitvinding, is het systeem uitermate efficiënt en wordt nagenoeg alle uitgeoefende kracht loodrecht op een lijn langs de straal van het onderdeel gericht en als zodanig wordt de gehele uitgeoefende kracht in aandraaikoppel omgezet. Indien daarentegen de aan- drijfhoek substantieel groter dan nul of negatief is, dan wordt slechts een gedeelte of een component van de uitgeoefende kracht loodrecht op een radiale lijn gericht en in aan-draaikoppel omgezet. Een extra gedeelte of component van de uitgeoefende kracht zal ofwel radiaal buitenwaarts bij een positieve aandrijfhoek of radiaal binnenwaarts bij een negatieve aandrijfhoek zijn gericht en heeft geen nut bij het aandraaien van het bevestigingsorgaan, en heeft in feite een nadelig effect. Zoals kan worden begrepen is het gewenst een eventuele radiale component minimaal te houden, zodat het hoofdgedeelte van de uitgeoefende kracht in aandraaikoppel wordt omgezet. Een excessief positieve aandrijfhoek is uitermate ongewenst, aangezien dit zal resulteren in een aanzienlijke radiaal buitenwaarts gerichte component die al te grote spanning op de inbuskop zal veroorzaken en tot spanningsbreuk of doorslippen tijdens het aandraaien kan leiden. Radiaal binnenwaarts gerichte krachten kunnen in een grotere mate worden getolereerd dan radiaal buitenwaarts gerichte krachten, doch voor het handhaven van een maximaal rendement is het gewenst de aandrijfhoek op nul of zo dicht mogelijk daarbij te houden bij fabricagetoleranties, zodat alle uitgeoefende kracht loodrecht op een radiale lijn is gericht en derhalve in aandraaikoppel wordt omgezet.
De term "aandrijfhoek" is in wezen een technische term en is normaal gedefinieerd als een hoek die wordt gevormd door het snijden van een radiale lijn en een lijn die raakt aan het punt van aanraking op de schroevedraaier. In dit opzicht wordt de aandacht gevestigd op fig. 8.
Het dient te worden opgemerkt dat met een aandrijf-hoek nul geen snijding plaatsvindt tussen de tangentiale lijn en de radiale lijn, aangezien deze lijnen evenwijdig zijn of gelijk lopen, hetgeen het geval is in fig. 3. Dit wil zeggen dat de lijn 50 die raakt aan het punt van aanraking bij 42 van het oppervlak van nokken 38 ook ligt op of samenvalt met een radiale lijn door het midden van de inkassing, zodat alle uitgeoefende kracht, zoals is aangeduid door de pijl 54, loodrecht op deze radiale lijn 50 is gericht en als zodanig geheel in aandraaikoppel wordt omgezet. Een beter begrip van het concept van de "aandrijfhoek" kan worden verkregen met betrekking tot een aandraai-inrichting, waarbij de aandrijf-hoek groter is dan nul, zoals is weergegeven in fig. 8.
In fig. 8 is een inrichting weergegeven, waarbij een bekende schroevedraaier 30’ wordt toegepast voor het bedienen van de inbuskop 28 die is uitgevoerd met elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 in overeenstemming met de onderhavige uitvinding. In dit opzicht is de met 30' aangeduide schroevedraaier gevormd in overeenstemming met het gebruikelijke bekende TORX® aandraaisysteem en dit omvat een aantal aandrijf-nokken 38' die in ingrijping zijn met de elliptische nokken 34 van de inwendige uitsparing op een plaats 421. Een aan het punt 421 rakende lijn 50' snijdt een radiale lijn 52 voor het vormen van een aandrijf hoek alfa^ De hoek alfax is de gebruikelijke aandrijfhoek en bedraagt ongeveer 10-20 graden bij de toepassing van schroevedraaier 30'. De aandrijfhoek kan ook worden gemeten met betrekking tot een vectoranalyse van de opgelegde kracht 54. In dit opzicht is de kracht 54 die is aangebracht op de nokken 34 van het bevestigingsorgaan op plaats 42' loodrecht op de tangentiale lijn 50’ geplaatst. De kracht 54 kan worden ontleed in zijn radiale component 58 en de component 60 die loodrecht op de radiale lijn 56 is gericht. De zuivere aandrijfhoek is derhalve de hoek alfa2 die is gevormd door de krachtvector 54 en de tangentiale vector 60. Deze hoek zal, althans ongeveer gelijk zijn aan hoek alfa^ Het zal ook worden opgemerkt dat een derde hoek, alfa3, wordt gevormd door de tangentiale lijn 50' en de radiale lijn 56 naar het punt van aanraking of raakpunt 42'. Deze hoek alfa3 is gelijk aan en komt overeen met alfa2 en als zodanig is de hoek alfa3 ook een maat voor de aandrijfhoek van het systeem. i Met betrekking tot fig. 3 wordt opgemerkt dat de ra diale lijn 50 raakt aan de elliptische oppervlakken die de inwendige nok 34 en aangrenzende groef 36 begrenzen, zoals duidelijk zal worden uit fig. 5. Aldus is te zien dat de kracht 54 loodrecht op de radiale lijn 50 wordt aangebracht en de i aandrijfhoek nul zal zijn. Het zal uit de voorgaande analyse verder duidelijk zijn dat, wanneer de lijn die raakt aan het punt van aanraking door het axiale midden van de component loopt, de aandrijfhoek nul zal zijn en de gehele uitgeoefende kracht in aandraaikoppel wordt omgezet. Er zijn zeer vele bekende ontwerpen die het mogelijk maken een aandrijfhoek van nul graden te bereiken. Deze ontwerpen betreffen echter spie-vertandingachtige uitvoeringen, waarbij de spievertandingen worden gevormd door relatief rechte of scherpe hoeken. Zoals hiervoor is besproken, is het gebruik van rechte.of scherpe hoeken ongewenst. De onderhavige uitvinding verschaft een verbetering ten opzichte van de stand van de techniek door het mogelijk te maken een aandrijfhoek nul te bereiken met een boogvormige uitvoering.
Zoals hierna meer volledig zal worden toegelicht, worden de verschillende nokken en groeven van de aandrijfoppervlakken die zijn geconstrueerd in overeenstemming met de onderhavige uitvinding verschaft of begrensd door een reeks elliptisch gekromde oppervlakken. In het bijzonder wordt gebruik gemaakt van een eerste reeks elliptisch gekromde oppervlakken en een daarmede afgewisselde tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken die tegengesteld daaraan zijn geplaatst, waarbij de elliptisch gekromde oppervlakken in hoofdzaak tangentiaal en gelijkmatig in elkaar overlopen. Als zodanig is één reeks van gekromde oppervlakken convex gekromd, terwijl de andere concaaf is gekromd, waardoor de afwisselende inwendige groeven 36 en nokken 34 en de uitwendige nokken 38 en groeven 40 worden gevormd, zoals in de tot nu toe besproken tekeningen is weergegeven. De geometrie of bijzonderheden van de elliptische vormen die de elliptisch gekromde oppervlakken verschaffen zullen thans meer gedetailleerd worden besproken in samenhang met de fig. 4-7.
Allereerst wordt de aandacht gevestigd op de fig. 4-6, waarin schematisch de geometrie is weergegeven die wordt benut bij het definiëren van de elliptisch gekromde inwendig geplaatste oppervlakken van de uitsparing 28 voor het aan-draaisysteem in overeenstemming met de onderhavige uitvinding.
Fig. 4 is een schematische weergave van de gehele inwendige vorm van de uitsparing 28, terwijl fig. 5 een op grotere schaal weergegeven gedeelte van het bovenste segment daarvan toont, dat is vergroot ten behoeve van een bespreking en begrip. In fig. 5 zijn verschillende streep- of schaduwlijnen gebruikt die de toleranties alsmede de afwisselende elli ptische vormen voor de elliptische oppervlakken illustreren, zoals zal worden uitgelegd. Fig. 6 is een met fig. 5 overeenkomend aanzicht, waarbij de streep- of schaduwlijnen zijn verwijderd en slechts de de elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 vertegenwoordigende doorgetrokken lijnen zijn weergegeven.
Fig. 4 toont de geometrie van de uitsparing of het inbusgedeelte 28 van het aandraaisysteem voor het bevesti-gingsorgaan, die de afwisselende elliptisch gekromde nokken en groeven 34 respectievelijk 36 definiëren. Zoals te zien is is elke nok en groef in hoofdzaak gevormd van een elliptische vorm of ellips, terwijl het met doorgetrokken lijn weergegeven elliptisch gekromde oppervlakgedeelte gelijkmatig en tangenti-aal overgaat in het aangrenzende elliptische oppervlak van de nok of groef aan tegenovergestelde zijden daarvan. Derhalve zijn twee reeksen van afwisselende elliptische oppervlakken verschaft. De eerste reeks is gevormd door in hun geheel met 70 aangeduide ellipsen die worden gebruikt voor het tot stand brengen van de elliptisch gekromde nokken 34. De ellipsen van ' de tweede reeks worden elk in hun geheel met 72 aangeduid en verschaffen de elliptisch gekromde oppervlakken die de groeven 36 vormen.
Een ellips wordt algemeen gedefinieerd als een ovale of gesloten vlakke kromme die tot stand wordt gebracht door een punt op zodanige wijze te laten bewegen dat de som van zijn afstanden vanaf twee vaste punten of brandpunten constant is. Een elliptisch oppervlak of een oppervlak dat dicht bij een zuivere ellips komt kan ook worden gevormd door gebruikmaking van paren cirkelvormige bogen. Deze methode wordt vaak i gebruikt door werktuigkundigen en alhoewel de resulterende oppervlakken geen zuivere elliptische oppervlakken zijn, zijn zij voor alle praktische doeleinden bevredigend. Dienovereenkomstig zijn de hierin gebruikte termen elliptisch gekromde oppervlakken of een elliptische vorm niet alleen bedoeld voor ; het omvatten van zuivere ellipsen, doch ook oppervlakken die een elliptische vorm benaderen. Ellipsen als zodanig bestaan in het algemeen uit een middelpunt of centroïde en een hoofden bijas. Voor een beter begrip van de geometrie van de ellips wordt de aandacht gericht op fig. 6. Daar zijn de ellipsen 70 en 72 en de daardoor gevormde bijbehorende elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 weergegeven. Ook is een centraal hart-lijnpunt 74 geïllustreerd, dat overeenkomt met de hartlijn 74 van de uitsparing zoals is weergegeven in fig. 4. De middelpunten van de ellipsen 70 en 72 zijn met 76 respectievelijk 78 aangeduid. Elke ellips bezit een met 70' en 72* aangeduide bijas en een hoofdas 70" en 72". In de de voorkeur verdienende geïllustreerde uitvoering van de uitvinding is de inwendige uitsparing 28 uitgevoerd met de elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 die zijn gegenereerd vanuit ellipsen 70 en 72 die in essentie dezelfde of gelijkvormige vorm bezitten. Dat wil zeggen dat in de met doorgetrokken lijn weergegeven voorkeursuitvoering de bijassen 70' en 72' alsmede de hoofdassen 70" en 72" gelijk zijn. Deze relatie zal uiteraard niet van toepassing zijn op de alternatieve uitvoering die met streep-of schaduwlijnen is weergegeven. Bovendien vallen de middelpunten 76 en 78 van de betreffende ellipsen op de omtrek van dezelfde cirkel 79, fig. 4. Als zodanig zijn de stralen 80 en 82 gelijk, dat wil zeggen dat de afstand vanuit het centrale punt 74 naar het middelpunt van de ellips 70 gelijk is aan de afstand vanuit het centrale hartlijnpunt 74 naar het middelpunt van de ellips 72. De betreffende ellipsen 70 en 72 lopen tangentiaal in elkaar over in het punt 42 dat overeenkomt met het punt van aanraking.
Als zodanig zal het middelpunt 76 en 78 van de betreffende elliptische vormen 70 en 72 alsdus op de omtrek van een cirkel 79 vallen, waarvan de straal bestaat uit de afstand 80 en 82. Ook vallen, zoals is weergegeven in fig. 4, de middelpunten van de elliptische vorm 72 op de toppen van een regelmatige zeshoek, welke zeshoek in zijn geheel is aangeduid met 84. Dienovereenkomstig vallen de middelpunten 76 voor de reeks van elliptische oppervlakken 70 die de nokken 34 vormen ook op de toppen van een tweede regelmatige zeshoek 86. Voor illustratieve doeleinden is slechts een gedeelte van de zeshoek 86 met streep-stippellijnen weergegeven.
Thans wordt aandacht gevraagd voor fig. 5 die vergelijkbaar is met fig. 6 doch als aanvulling op de ellipsen 70 en 72 die elliptisch gekromde groeven 36 en nokken 34 vormen, ook een reeks met streeplijnen weergegeven afwisselende ellip- sen omvat. Zoals hiervoor is opgemerkt, hebben de oppervlakken 34 en 36 begrenzende ellipsen 70 en 72 dezelfde of een gelijkvormige vorm. Dat wil zeggen dat de hoofd- en bijassen gelijk zijn. Fig. 5 illustreert door middel van streep- of schaduwlijnen afwisselende stellen ellipsen die kunnen worden gegenereerd om de middelpunten 76 en 78 voor het verschaffen van de inwendige elliptisch gekromde nok- en groeivorm. De hoofd- en bijassen van de afwisselende aangrenzende ellipsen zijn niet gelijk, alhoewel de ellipsen om dezelfde middelpunten zijn gegenereerd. Dit wil zeggen dat, indien één van de elliptische vormen volgens de streeplijn in fig. 5 zou worden benut voor het genereren van de oppervlakken die de binnenwaarts gerichte nokken 34 en groeven 36 van de uitsparing 28 begrenzen, de groeven en nokken geen gelijke vorm of afmeting zouden bezitten.
In plaats van dat de binnenwaarts gerichte elliptisch gekromde nok 34 en groef 36 aldus wordt gevormd vanuit de ellipsen 70 en 72, kunnen zij worden gevormd vanuit afwisselende paren ellipsen, zoals 70a en 72a; 70b en 72b; 70c en 72c; of bijvoorbeeld 70d en 72d. In dit opzicht zijn de ellipsen 70a en 70c groter dan de de voorkeur verdienende elliptische vorm 70, terwijl de ellipsen 70b en 70d toenemend kleiner zijn. Ditzelfde geldt met betrekking tot de passende reeksen van ellipsen 72, doordat de ellipsen 72a en 72c enigszins kleiner zijn dan de voorkeursellips 72, terwijl de bijbehorende ellipsen 72b en 72d groter zijn. Gemeend wordt dat het belang van de verschillende elliptische vormen duidelijker zal worden uit de nu volgende verdere bespreking van fig. 5.
De streeplijnen van de afwisselende reeksen van ellipsen volgens fig. 5 zijn enigszins schematisch, doordat zal worden begrepen dat een oneindig aantal reeksen van ellipsen zal kunnen worden geproduceerd, afhankelijk van de toename tussen de verschillende ellipsen. De streeplijnen vertegenwoordigen ook de fabricagetoleranties die zouden kunnen worden ondervonden, alhoewel de toleranties zeker niet zo groot zouden zijn als de in de tekening weergegeven variatie, en zouden waarschijnlijk vallen binnen het kader van de ellipsen 70a en 70b; 72a en 72b.
Het kritische punt hier is het punt waar de betref fende ellips van een bepaald paar, zoals bijvoorbeeld 70a; 72a tangentiaal in elkaar overgaan. Het is te zien dat de met doorgetrokken lijnen weergegeven gedeelten van ellipsen 70 en 72 die de oppervlakken van de elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 vertegenwoordigen tangentiaal in elkaar overgaan in punt 42. Dienovereenkomstig zullen de afwisselende reeksen van ellipsen 70a en 72a en de daaruit gegenereerde hypothetische oppervlakken gelijkmatig en tangentiaal in elkaar overlopen in het punt 42a, terwijl ellipsen 70b en 72b in punt 42b in elkaar overgaan, en dienovereenkomstig zullen de reeksen van ellipsen 70c en 72c; 70d en 72d tangentiaal in elkaar overgaan in punten 42c respectievelijk 42d. Het dient te worden opgemerkt dat de raakpunten 42, 42a, 42b, 42c, 42d langs een boog 90 liggen, die het best in fig. 4 te herkennen is. Aldus is te zien dat wanneer toleranties of afmetingsvariaties bij het vervaardigen van de onderdelen van het aandraaisysteem worden ondervonden, het raakpunt of het punt van ingrijping op een aandraaigereedschap met de resulterende elliptisch gekromde oppervlakken in een radiale richting relatief constant zal blijven. Aldus zullen eventueel ondervonden fabricagetoleran-ties de resulterende aandrijfhoek van het aandraaisysteem niet materieel beïnvloeden. Dat wil zeggen dat gegeven de toleranties die kunnen worden ondervonden een lijn die raakt aan het punt van de tangentiale overgang (42, 42a, 42b) nog steeds in hoofdzaak radiaal gericht zou blijven of slechts enigszins van de radiale richting zal afwijken in de orde van tweeënhalve graad (2¾0) gegeven de maximaal ondervonden fabricagetoleran-ties. Het is hier ook van belang dat, aangezien het raakpunt dat het punt van ingrijping of het punt van aanraking op het aandraaigereedschap benadert, niet radiaal buitenwaarts beweegt, de sleutel- of gereedschapssterkte niet nadelig zal worden beïnvloed door fabricagetoleranties. In het bijzonder kan met betrekking daarmede worden opgemerkt, dat aangezien het punt van ingrijping 42, 42a, 42b enzovoort zich op dezelfde radiale plaats bevindt de oppervlakte van een axiale dwarsdoorsnede van de nokken 34 relatief constant blijft ongeacht de ondervonden toleranties of variaties.
Voor een beter begrip van dit concept wordt aandacht gevraagd voor fig. 6. waarin de afwisselende ellipsen 70b en 72b met stippellijnen gedeeltelijk zijn weergegeven. Deze ellipsen komen tangentiaal samen in punt 42b. Een lijn 94 raakt aan de ellipsen 70b en 72b in punt 42b, welke lijn 94 een radiale lijn 96 naar punt 42b snijdt voor het vormen van een aandrijfhoek alfa3, die enigszins groter is dan nul, in de orde van tweeëhalve graad (2½°). Aangezien aldus de ellipsen 70b eb 72b in feite de maximale fabricagetoleranties in één richting illustreren of definiëren, zal de aandrijfhoek alfa3 een maximale variatie vanuit de gewenste aandrijfhoek nul zijn. In ontwerpen volgens de stand van de techiek veroorzaken tolerantievariaties een dramatischer of ernstiger effect, doordat de variatie in aandrijfhoek in een grotere mate kan veranderen bij tolerantievariaties.
Dienovereenkomstig wordt duidelijk geacht dat welke fabricagetoleranties ook zouden kunnen worden ondervonden deze niet in enige grote mate een materiële wijziging teweegbrengen in de aandrijfhoek die wordt verkregen met het elliptisch gekromde aandraaisysteem volgens de onderhavige uitvinding. Zoals hierna zal worden besproken en zoals duidelijk zal worden uit de vergelijking van de fig. 3 en 8 maakt het onderhavige aandraaisysteem ook mogelijk dat de elliptisch gekromde nokken 38 op de schroevedraaier 30 met een grotere dwarsdoorsnede-oppervlakte wordt uitgevoerd dan die van de bekende schroevedraaier 30', zodat de nokken 38 sterker zijn dan de nokken 38'.
Teneinde de geometrie van de situatie volgens fig. 5 met betrekking tot de boog 90 volledig te begrijpen, wordt wederom aandacht gevraagd voor fig. 4 waarin de langs de genoemde boog gegenereerde volledige cirkel 90 is weergegeven. Het is te zien dat de straal van deze cirkel 90 ongeveer de helft bedraagt van de straal van de cirkel 79 waarop de middelpunten van de verschillende ellipsen 70 en 72 liggen. Ook dient te worden opgemerkt dat, aangezien de voorkeursuitvoering gebruik maakt van een zesnokkige vorm, de betreffende middelpunten worden verplaatst over een hoek van ongeveer 30°.
Bij de hiervoor besproken geometrie hebben de ellipsen 70 en 72 die worden gebruikt voor het genereren van de oppervlakken voor de nokken 34 en groeven 36 een gelijke of passende vorm. Het dient te worden gerealiseerd dat de aard van de ellipsen 70 en 72 in grote mate wordt bepaald door de verhouding van de bijas 70' (72') en de hoofdas 70" (72") van de ellips, aangezien deze verhouding in grote mate de diepte van de groeven 36 en dienovereenkomstig de mate van uitbreiding van de nokken 34 in de passende groeven 40 bij het aandraaien, dat wil zeggen de ingrijpingsdiepte 35, fig. 3, zal bepalen. Zoals is weergegeven in de fig. 4 en 6 is de verhouding tussen de bijas 70' en de hoofdas 70” ongeveer 0,500, terwijl de verhoudingen voor de ellipsen 70a; 70b; 70c; en 70d naar boven of beneden zullen variëren afhankelijk van de vorm daarvan, zoals kan worden begrepen uit fig. 5. De hiervoor genoemde verhouding is empirisch gekozen als een verhouding die niet alleen een kleine aandrijfhoek bewerkstelligt, doch als een verhouding die een compatibiliteit met de schroeve-draaier 30' van de stand van de techniek zoals is weergegeven in fig. 8 verschaft. In werkelijkheid is ook empirisch bepaald dat wanneer de verhouding tussen de bijas 70' en de hoofdas 70" 0,658 bedraagt een aandrijfhoek van nul zal worden bereikt in alle gebieden van fabricagetoleranties, terwijl het middelpunt van de cirkel 90 zal samenvallen met het middelpunt of de hartlijn 74. De verhouding van ongeveer 0,500 is gekozen als compromis, teneinde het bereiken van een extreem kleine aandrijfhoek, minder dan tweeënhalve graad, mogelijk te maken, doch ook een compatibiliteit met het bekende TORX® type schroevedraaier 30' van fig. 8 te verschaffen.
Thans wordt aandacht gevraagd voor de fig. 3 en 7 met betrekking tot de schroevedraaier 30. In dit opzicht zal uit de voorgaande bespreking in herinnering worden geroepen dat de elliptisch gekromde groeven en nokken 36 en 34 van de inwendig gevormde inrichting volgens de uitvinding zoals hiervoor is besproken met betrekking tot de fig. 3-6 werden geconstrueerd vanuit ellipsen 70 en 72 van althans ongeveer gelijke vorm.
Het zal ook na het beschouwen van fig. 3 worden begrepen dat het noodzakelijk is dat de uitwendig gevormde elliptisch gekromde nokken 38 op de schroevedraaier enigszins kleiner zijn dan de groeven 36 van de inwendig gevormde inbuskop 28. Dienovereenkomstig dienen de elliptisch gekromde groeven 40 op de schroevedraaier enigszins groter te zijn dan de nokken 34 van de inkassing. De geometrie voor de ellipsen die de uitwendige nokken 38 en bijbehorende groeven 40 genereren is weergegeven in fig. 7.
Het verdient de voorkeur dat de ellips die de uitwendige nok 38 genereert, wordt gegenereerd om ongeveer hetzelfde middelpunt 78 als die welke de inwendige groef 36 heeft gegenereerd. Dienovereenkomstig wordt de ellips die wordt gebruikt voor het genereren van de uitwendige groef 40 gegenereerd om ongeveer hetzelfde middelpunt 76 dat werd gebruikt voor het genereren van de inwendige nok 34. In de praktijk zullen de ellipsen volgens fig. 7 althans ongeveer overeenkomen met het paar ellipsen 72a en 70a van fig. 5. Het kan in dit opzicht worden begrepen dat de breedte van de uitwendige nok 38 die wordt bepaald door de hoofdas 72a" kleiner zal zijn dan de breedte van de groef 36 die wordt bepaald door de hoofdas 72". Anderzijds zal de de uitwendige groef 40 genererende hoofdas 70a" groter zijn dan de hoofdas 70" die de inwendige nok 34 genereert. Als zodanig wordt een voldoende mate van speling verschaft teneinde de ingrijping van de eindpunt 32 van de schroevendraaier in de inbuskop 28 toe te staan, terwijl wordt gewaarborgd dat bij een draaiing van de schroevedraaier teneinde de uitwendige nok 38 van de schroevendraaier in aangrij-ping te brengen met de inwendige nok 34 van de uitsparing, deze aangrijping althans ongeveer zal plaatsvinden in het punt 42 dat het punt is waar de bijbehorende elliptisch gekromde oppervlakken tangentiaal in elkaar overlopen.
Alternatieve uitvoeringen van de uitvinding, alsmede gereedschap voor het fabriceren van de inwendig gevormde en uitwendig gevormde oppervlakken van het aandraaisysteem zijn weergegeven in de resterende figuren. In dit opzicht dient te worden opgemerkt dat de fig. 12-16 een gewijzigde vorm van de uitvinding weergeven, waarbij het bevestigingsorgaan is uitgevoerd met een uitwendig gevormd aandraaioppervlak. Het verdient de voorkeur, doch het is niet absoluut noodzakelijk het concept van uniforme ellipsen voor het genereren van de uitwendige groeven en nokken op het bevestigingsorgaan te benutten, zoals hierna meer volledig zal worden besproken. De inkassing die wordt benut voor het aandraaien van de uitwendig gevormde bevestigingsorganen van de fig. 12 en 14 zullen dan zijn voorzien van inwendige groeven en nokken die zijn gedimensioneerd voor een passende ingrijping, dat wil zeggen dat de inwendige nokken enigszins kleiner zullen zijn dan de uitwendige nokken, zodat zij kunnen worden opgenomen in de bijbehorende uitwendige groeven. De inwendige groeven zullen dienovereenkomstig enigszins groter zijn voor het opnemen van de uitwendige nokken.
Van de fig. 9-11 toont fig. 9 een stansstempel 100 die kan worden gebruikt voor het vervaardigen van de inwendige vorm van het aandraaisysteem van de onderhavige uitvinding. De stansstempel 100 bezit een bewerkend eindoppervlak 102 dat zal zijn gevormd zoals is weergegeven in fig. 10. In het bijzonder zal de stansstempel een reeks radiaal geplaatste, uitwendig gerichte nokken 104 bezitten die elliptisch zijn gekromd en die worden afgewisseld door een bijbehorende reeks van elliptisch gekromde groeven 106.
De wijze waarop de stansstempel wordt benut voor het vormen van de uitsparing 28 in de kop 26 van het bevestigings-orgaan 20 is weergegeven in fig. 11. Voordat de schroefdraad 20 op de schacht 22 wordt gevormd, wordt het bevestigingsor-gaan in een tweedelige spanklem 108; 110 geplaatst. De stansstempel 100 wordt opgenomen in het bovenste spanklemelement 108 en zal in de kop 26 van het bevestigingsorgaan grijpen en door koudvervormen deze uitsparing 28 tot stand brengen. Tijdens deze bewerking wordt ook de kop van het bevestigingsorgaan 26 tot zijn uiteindelijke vorm gebracht door de bijbehorende oppervlakken van de gereedschapselementen 108 en 110, zoals is geïllustreerd.
Fig. 12 illustreert de toepassing van de onderhavige uitvinding op een uitwendig gevormd aandraaisysteem voor een bevestigingsorgaan. Het bevestigingsorgaan is met 20 aangeduid en bezit een schacht 22 met een daarop gevormde schroefdraad 24. De in zijn geheel met 26 aangeduide kop van het bevestigingsorgaan heeft in plaats van een uitsparing 28 zoals is weergegeven in fig. 2 een uitwendig gevormd uitsteeksel 112, waarvan een eindaanzicht is weergegeven in fig. 13. De aandrijf oppervlakken op het uitsteeksel 112 zijn verschaft door een reeks radiaal geplaatste uitwendige elliptisch gekromde nokken 114 met afwisselende tegenovergesteld geplaatste ellip tisch gekromde groeven 116. Zoals eerder is vermeld worden bij de uitvoering volgens de fig. 12 en 13 en ook bij die van de fig. 14 en 15 de elliptisch gekromde nokken 114 en groeven 116 gegenereerd vanuit ellipsen die een althans ongeveer gelijke of overeenstemmende vorm bezitten. Tussen de nokken 114 bevinden zich tapse schouders 118 die in het algemeen in de groeven 116 zijn geplaatst. Deze schouders strekken zich uit vanaf de buitenste omtrek van het uitsteeksel 112 en steken in het algemeen axiaal bovenwaarts en radiaal binnenwaarts uit en dienen voor het versterken of ondersteunen van de nokken 114. De uitgestrektheid van de schouders 118 zou enigszins kleiner kunnen zijn dan de helft van de axiale afmeting van de nokken 114.
De fig. 14 en 15 tonen een in zijn geheel met 120 aangeduide moer met een uitwendige vorm in overeenstemming met de onderhavige uitvinding. In dit opzicht omvat de moer 120 een inwendige boring 122 die is uitgevoerd met een inwendige schroefdraad 124 op een wijze die in de techniek bekend is. De moer 120 omvat een konisch gevormde zoom 126 vanwaar een uitsteeksel 112 verloopt op gelijksoortige wijze zoals is besproken met betrekking tot de fig. 12 en 13. Het uitsteeksel 112 omvat een reeks afwisselende nokken en groeven 114 en 116 die elliptisch zijn gekromd in overeenstemming met de principes van de uitvinding zoals hiervoor is besproken, en zijn gevormd van ellipsen met althans ongeveer overeenstemmende dimensione-le eigenschappen.
Fig. 16 is een gedeeltelijk in doorsnede weergegeven aanzicht en illustreert het grijpen van een inkassing 130 over het uitwendige uitsteeksel 112 van de fig. 12 of 14. De inkassing 130 is uitgevoerd met een overeenkomstig inwendig gevormd oppervlak in overeenstemming met de principes van de onderhavige uitvinding. Dat wil zeggen dat het inwendige oppervlak van de inkassing 130 is begrensd door een afwisselende reeks van elliptisch gekromde nokken 132 en groeven 134 die zijn gevormd voor passende ingrijping met de elliptisch gevormde nokken 114 en groeven 116 op de uitwendige kop 112, die een althans ongeveer gelijke of overeenstemmende afmeting bezitten. Zoals eerder is vermeld zullen de nokken 132 en groeven 134 zodanig worden gevormd dat een passende ingrijping kan worden bereikt. Dat wil zeggen dat de inwendig gerichte elliptisch gekromde nok 132 enigszins kleiner zal zijn dan de uitwendige elliptisch gekromde groef 116 en dienovereenkomstig zal de inwendige groef 134 enigszins groter zijn dan de uitwendige nok 114. Terwijl aldus de groeven en nokken 114 en 116 op de uitwendige kop 112 zullen worden gevormd vanuit althans ongeveer gelijke elliptische vormen, zullen de nokken en groeven 132 en 134 op de inwendige oppervlak van de inkassing 130 worden gevormd vanuit ellipsen van afwijkende geometrie. Deze inrichting is weergegeven in fig. 19.
Onder verwijzing naar fig. 19 zijn de inwendige nok 132 en de aangrenzende inwendige groef 134 met doorgetrokken lijnen weergegeven. De ellipsen waarvan de elliptisch gekromde oppervlakken van de nok 132 en groef 134 zijn gevormd zijn weergegeven en met 72b en 70b aangeduid. In dit opzicht corresponderen de ellipsen 70b en 72b in hoofdzaak met de ellipsen zoals met streeplijnen in fig. 5 zijn aangeduid. In dit opzicht zal worden begrepen dat de hoofdas 72b" voor de ellips die de groef 134 genereert groter is dan de hoofdas 70b" voor de ellips die wordt gebruikt voor het genereren van de inwendig gerichte elliptisch gekromde nok 132. Zoals hiervoor is vermeld zijn deze afmetingen vereist voor het toestaan dat de inkassing 130 grijpt over het uitwendig gevormde uitsteeksel 112 dat is voorzien van nokken en groeven die van gelijke ellipsen zijn gevormd.
Fig. 17 illustreert een extrusiestempel, die met 140 is aangeduid en die kan worden gebruikt voor het vervaardigen van het uitwendige uitsteeksel 112 op het bevestigingsorgaan van fig. 12 of de moer van fig. 14. In dit opzicht zal de extrusiestempel 140 worden uitgevoerd met een inwendige vorm die is opgebouwd uit een reeks van afwisselende groeven en nokken die tegenovergesteld zijn gevormd in vergelijking met die op het uitsteeksel 112. Het inwendig oppervlak van de extrusiestempel 140 zal zijn voorzien van een reeks van radiaal geplaatste, inwendig uitstekende elliptisch gekromde nokken 142 en een afwisselende reeks van groeven 144 die worden gebruikt voor het vormen van de bijbehorende nokken en groeven 114 en 116 op het uitsteeksel 112. Om ervoor te zorgen dat de groeven en nokken 142 en 144 de gewenste vorm voor de nokken en groe ven 114 en 116 bewerkstelligen, zullen zij ook althans ongeveer van ellipsen van gelijke vorm moeten worden gegenereerd. Een deskundige op het betreffende gebied zal gemakkelijk inzien dat indien een extrusiestempel zoals de stempel 140 wordt gebruikt voor het vervaardigen van een aandraaigereedschap dat vergelijkbaar is met dat volgens fig. 2 en 3, de nokken en groeven 142 en 144 zouden moeten worden versteld teneinde de gewenste eindvorm voor de aandraaipunt 32 te bereiken. In dit geval zouden de nokken en groeven 142 en 144 niet worden gegenereerd vanuit gelijke ellipsen, doch zouden althans ongeveer worden gegenereerd vanuit elliptische vormen die in hoofdzaak overeenkomen met die volgens fig. 7.
In fig. 18 wordt een met het bevestigingsorgaan 20 van fig. 12 ongeveer overeenkomend bevestigingsorgaan aangedraaid door een aandraaigereedschap 30 door middel van een adapter 150. Het aandraaigereedschap 30' bezit een eindgedeel-te 32' met groeven en nokken daarop die bij voorkeur zijn gegenereerd van ongelijke ellipsen op een wijze die vergelijkbaar is met die welke is benut met betrekking tot het gereedschap 30 van fig. 2. De aandraaikop 112 is bij voorkeur uitgevoerd in overeenstemming met de voorgaande bespreking met betrekking tot fig. 12, waarbij de nokken en de groeven daarop zijn gegenereerd van gelijke ellipsen. De adapter 150 kan worden benut bij het overbrengen van koppel vanaf het aandraaigereedschap 30' naar het bevestigingsorgaan 20, zelfs als de punt 321 evenals de aandraaikop 112 op het bevestigingsorgaan 20 uitwendig is gevormd. De adapter bezit tegenovergestelde uitgeholde uiteinden 152 en 154. Elk uiteinde is inwendig gevormd op een wijze die vergelijkbaar is met de inkassing 130 teneinde inwendig gerichte groeven en nokken te vormen voor passende ingrijping met groeven en nokken op de uitwendige vorm van de schroevedraaier 32 of de aandraaikop 112 in een ander geval.
Thans wordt aandacht gevraagd voor fig. 20 en 21 die een alternatieve uitvoering van het aandraaigereedschap 30* tonen. Anders dan bij het aandraaigereedschap 30 waar elliptisch gekromde groeven 38 en nokken 40 in hoofdzaak evenwijdig aan de hartlijn van het aandraaigereedschap verlopen en relatief recht zijn, bezit het aandraaigereedschap 30' een op het bevestigingsorgaan aangrijpend eindgedeelte 32' dat een bolvorm bezit. Kogel- of bolvormige schroevedraaiers zijn bekend in de techniek en maken het aandraaien van een bevestigingsorgaan mogelijk zonder dat het nodig is dat de schroevedraaier en het bevestigingsorgaan axiaal in lijn liggen. De kogel- of bolvormige schroevedraaier 30' van de onderhavige uitvinding maakt gebruikt van een reeks elliptisch gekromde nokken 38' en groeven 40' die zijn aangebracht om het uitwendige van de aan-draaikop of het eindgedeelte 32'. De nokken en groeven 38' en 40' zijn geconstrueerd volgens in essentie dezelfde geometrie als de schroevedraaier 30, doordat de groeven 40' en nokken 38 zijn gevormd van ongelijke ellipsen op de wijze die is besproken met betrekking tot gereedschap 30 in fig. 3 en 7. Bovendien zijn de nokken 38' en groeven 40' boogvormig gekromd in de axiale richting teneinde overeen te stemmen met het bolvormige buitenste oppervlak van het eindgedeelte 32'.
Fig. 22 is een schematische weergave van een alternatieve of gewijzigde uitvoering van de uitvinding en is vergelijkbaar met fig. 4. De uitvoering van fig. 20 verschilt daarin dat de ellipsen 70 en 72 die de elliptisch gekromde nokken 34 en groeven 36 genereren gelijk zijn, doch de bijbehorende stralen 80 en 82 tot de middelpunten van de ellipsen zijn niet gelijk, en vallen als zodanig op cirkels 79' en 79". Het raakpunt 42 is bij deze uitvoering enigszins radiaal buitenwaarts langs de elliptische krommen 70 en 72 bewogen. Als zodanig zal een raaklijn 50" een aandrijfhoek alfa 4 vormen met een radiale lijn 56 naar het raakpunt 42. De aandrijfhoek alfa 4 bedraagt in de orde van vijftien graden plus of min vijf graden. Alhoewel de uitvoering van fig. 22 niet zo effectief is als de uitvoering volgens de fig. 1-7 wordt toch nog een aandrijfhoek bereikt die even efficiënt is als bij de stand van de techniek, doch thans wordt een verhoogde schroevedraaiersterkte verschaft tengevolge van de vergrote dwarsdoorsnede-oppervlak-te van de schroevedraaiernokken.
Het dient verder te worden opgemerkt dat een beweging van het punt van aanraking 42 langs de ellipsen 70, 72 de aandrijfhoek wezenlijk zal beïnvloeden. Dit feit dient voor het accentueren of benadrukken van het belang van de onderhavige uitvinding zoals geïllustreerd in fig. 5, waarbij tolerantie- variaties niet zullen resulteren in een wezenlijke wijziging in het punt van aanraking noch in de aandrijfhoek. Ook dient te worden opgemerkt dat alhoewel de uitvoering van fig. 22 gelijke ellipsen bezit, afwisselende ongelijke ellipsen, zoals in fig. 5 met schaduwlijnen is weergegeven, ook kunnen worden benut. Alhoewel bovendien de ellipsen 70 en 72 van alle uitvoeringen zijn weergegeven met de bijas 72' en 70' radiaal geplaatst, zou het ook mogelijk zijn één of beide reeksen van ellipsen met de hoofdas 72" of 70" radiaal ten opzichte van het middelpunt 74 te oriënteren. Het aandraaisysteem van de onderhavige uitvinding is algemeen en conceptueel beschreven met betrekking tot de uitvoering zoals is weergegeven in fig. 1-8. Bovendien is ook gereedschap weergegeven voor het vormen van de uitwendig en inwendig gevormde onderdelen van het systeem aan de hand van de fig. 9-11 en fig. 17. Tevens zijn gewijzigde uitvoeringen van de uitvinding volgens de fig. 12-16 geïllustreerd, waarbij het bevestigingsorgaan is uitgevoerd met een uitwendig gevormde aandraaikop die geschikt is om te worden aangedraaid met een inwendig gevormd inbusorgaan. Deskundigen op het betreffende gebied zullen zich realiseren dat het concept van de onderhavige uitvinding aan verschillende andere wijzigingen onderhevig is. In dit opzicht dient verder te worden opgemerkt dat de onderhavige uitvinding ook conceptueel is beschreven met betrekking tot een inrichting waarbij de ellipsen, die de verschillende elliptisch gekromde oppervlakken voor de groeven en nokken, ofwel uitwendig of inwendig gevormd, genereren, op een gemeenschappelijke cirkel liggen. Dat wil zeggen dat onder verwijzing naar fig. 4 de stralen van de middelpunten van de verschillende ellipsen 80 en 82 gelijk zijn. Het zal uit fig. 20 worden begrepen dat het concept van de onderhavige uitvinding ook kan worden aangepast aan een situatie waarbij de stralen 80 en 82 ongelijk zijn. Dit wil zeggen dat het middelpunt van één van de reeksen van ellipsen in een grotere mate radiaal buitenwaarts is geplaatst dan de middelpunten van de bijbehorende reeks van ellipsen. Terwijl de uitvinding verder is geïllustreerd aan de hand van een zes-nokkige inrichting zouden meer of minder nokken kunnen worden benut, die wel met een elliptisch gekromde vorm zijn uitgevoerd. Het dient te worden opgemerkt dat de deskundigen op dit betreffende gebied aan de hand van de onderhavige openbaring van de uitvinding verschillende wijzigingen en variaties kunnen bedenken die op dit inventieve concept zijn gebaseerd.

Claims (19)

1. Fabricageprodukt van de beschreven klasse voorzien van een lichaam met een gedeelte daarop dat is gevormd door een eerste reeks gekromde oppervlakken en een tweede reeks gekromde oppervlakken die de eerste reeks gekromde oppervlakken afwisselt, waarbij de eerste en tweede reeks gekromde oppervlakken elkaar afwisselen en de aangrenzende oppervlakken van de eerste en tweede reeks in elkaar overgaan, met het kenmerk, dat elk gekromd oppervlak (34 of 36; 38 of 40) van de eerste en tweede reeks elliptisch is en is gegenereerd vanuit een centraal punt (76 of 78), terwijl alle elliptisch gekromde oppervlakken (34 of 38) van de eerste reeks zijn gegenereerd van ellipsen (70) van althans ongeveer dezelfde grootte, en alle elliptisch gekromde oppervlakken (36 of 40) van de tweede reeks zijn gegenereerd van ellipsen (72) van dezelfde grootte.
2. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ellipsen (70, 72) waarvan de eerste en tweede reeks elliptisch gekromde oppervlakken (34 of 38; 36 of 40) worden gegenereerd althans ongeveer dezelfde afmeting bezitten.
3. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ellipsen (70, 72) waarvan de eerste en tweede reeks elliptisch gekromde oppervlakken (34 of 36; 38 of 40) worden gegenereerd enigszins verschillende afmetingen bezitten.
4. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelpunten (76) van de eerste reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (34) en de middelpunten (78) van de tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (36) althans ongeveer liggen op de omtrek van een gemeenschappelijke cirkel (79) waarvan het middelpunt zich op de hartlijn (74) van het lichaam bevindt.
5. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelpunten (76) van de eerste reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (34) op een eerste cirkel liggen, terwijl de middelpunten (78) van de tweede reeks (36) op een ; tweede cirkel met een afwijkende straal (80 en 82) liggen (fig. 7).
6. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het ken- merk# dat de eerste en tweede reeks elliptisch gekromde oppervlakken (70 en 72) een inwendige inkassing (28) vormen, zodanig dat de eerste reeks van oppervlakken (70) binnenwaarts verlopende en elliptisch gekromde nokken (34) vormen terwijl de tweede reeks van oppervlakken (72) afwisselend binnenwaarts openende elliptisch gekromde groeven (36) vormt.
7. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste reeks van oppervlakken (70) buitenwaarts verlopende elliptisch gekromde nokken (38) vormt, terwijl de tweede reeks van oppervlakken (72) afwisselend buitenwaarts openende elliptisch gekromde groeven (40) vormt.
8. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het produkt bestaat uit een bevestigingsorgaan (20) met een aandraaikop (26) daarop, welke aandraaikop (26) een inkassing (28) bezit, welke het genoemde gedeelte verschaft dat is begrensd door genoemde eerste en tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (70 en 72).
9. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het genoemde produkt bestaat uit een bevestigingsorgaan (20) met een aandraaikop (26) daarop, welke aandraaikop (26) een uitwendige vorm (114; 116) bezit dat het gedeelte verschaft dat is begrensd door de genoemde eerste en tweede reeks elliptisch gekromde oppervlakken (fig. 12).
10. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het produkt bestaat uit een vormgereedschap (100 of 140) voor het vormen van bijbehorende reeksen van elliptisch gekromde oppervlakken op een onderdeel (fig. 9-11 en 17) .
11. Fabricageprodukt volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het vormgereedschap (100) een uitwendig gevormd oppervlak (102) bezit dat is verschaft door de eerste en tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (70 en 72) voor het vormen van een inwendig gevormd oppervlak op het onderdeel (20) (fig. 11).
12. Fabricageprodukt volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het vormgereedschap (140) is voorzien van een inwendig gevormd oppervlak dat is verschaft door de eerste en tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (142 en 144) voor het vormen van bijbehorende uitwendig gevormde oppervlak ken op het onderdeel (20) (fig. 17).
13. Fabricageprodukt volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het element bestaat uit een aandraaigereedschap (30 of 150) voor het aangrijpen op een overeenkomstig gevormd aan te draaien deel (fig. 2 en 18).
14. Fabricageprodukt volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het aandraaigereedschap (30) een uitwendige vorm bezit die is verschaft door de eerste en tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (38 en 40).
15. Fabricageprodukt volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het aandraaigereedschap (150) een inkassing bezit waarvan het binnenoppervlak is verschaft door de eerste en tweede reeks van elliptisch gekromde oppervlakken (152 en 154) .
16. Fabricageprodukt volgens een der conclusies 1- 15, met het kenmerk, dat de centrale punten (76) van de eerste reeks van elliptische gekromde oppervlakken (34 of 38) en de centrale punten (78) van de tweede reeks van de elliptisch gekromde oppervlakken althans ongeveer overeenkomen met toppen van regelmatige zeshoeken (84 en 86).
17. Fabricageprodukt volgens een der conclusies 1- 16, met het kenmerk, dat de ellipsen (70 en 72) waarvan de eerste en tweede elliptisch gekromde oppervlakken (34 of 38; 36 of 40) zijn gegenereerd, allemaal hun middelpunt op een gemeenschappelijke cirkel bezitten, waarbij de bijassen (701 en 72') althans ongeveer langs een radiale lijn (80; 82) zijn geplaatst, terwijl de hoofdassen (70", 72") althans ongeveer loodrecht staan op de radiale lijn (80; 82) waarlangs de bijassen (70' en 72') liggen.
18. Bevestigingsorgaan met een van schroefdraad voorziene schacht en een aandraaikop, welke aandraaikop is voorzien van daarop gevormde aandraai-oppervlakken, waarbij de oppervlakken bestaan uit een eerste reeks van gekromde oppervlakken en een tweede reeks van gekromde oppervlakken die die gekromde oppervlakken van de eerste reeks afwisselen, waarbij de gekromde oppervlakken van de eerste reeks convex zijn, terwijl de gekromde oppervlakken van de tweede reeks concaaf zijn, waarbij de aangrenzende gekromde oppervlakken van de eerste en tweede reeks in hoofdzaak tangentiaal in elkaar overlopen, met het kenmerk, dat elk van de eerste en tweede reeks (34 of 36) is gegenereerd van een ellips (70 of 72), waarbij elke ellips (70 of 72) is gegenereerd vanuit een middelpunt (76 of 78), waarbij de middelpunten (76) van de eerste reeks (70) althans ongeveer overeenkomen met de toppen van een regelmatige zeshoek (84), terwijl de middelpunten (78) van de tweede oppervlakken (36) ook althans ongeveer overeenkomen met de toppen van een regelmatige zeshoek (86), en alle convex elliptisch gekromde oppervlakken (34) van de eerste reeks zijn gegenereerd van ellipsen (70) van althans ongeveer dezelfde afmetingen, terwijl alle concaaf elliptisch gekromde oppervlakken (36) van de tweede reeks zijn gegenereerd van ellipsen (72) van gelijksoortige afmetingen.
19. Aandraaigereedschap voorzien van een lichaam met een aandraaigedeelte voor het in aandrijvende ingrijping aangrijpen van een bevestigingsorgaan of dergelijke, welk aandraaigedeelte is voorzien van een eerste reeks van gekromde oppervlakken en een tweede reeks van gekromde oppervlakken die daarop zijn gevormd, waarbij de tweede reeks van gekromde oppervlakken de gekromde oppervlakken van de eerste reeks afwisselt, welke eerste reeks van gekromde oppervlakken convex is, terwijl de tweede reeks van gekromde oppervlakken concaaf is, en de aangrenzende oppervlakken van de eerste en tweede reeks althans ongeveer tangentiaal in elkaar overlopen, met het kenmerk, dat de eerste en tweede reeks van oppervlakken (38 en 40) zijn gegenereerd van ellipsen (70 en 72), waarbij elk convex elliptisch gekromd oppervlak (38) van de eerste reeks (70) is gegenereerd vanuit een middelpunt (78) terwijl de middelpunten van de eerste reeks (38) van elliptisch gekromde oppervlakken althans ongeveer overstemmen met de toppen (78) van de regelmatige zeshoek (84), terwijl de elliptisch gekromde oppervlakken (70) van de tweede reeks (40) ook zijn gegenereerd vanuit middelpunten (76) die althans ongeveer overeenstemmen met de toppen van een regelmatige zeshoek (86), terwijl alle elliptisch gekromde oppervlakgedeelten van de eerste reeks (38) zijn gegenereerd van ellipsen (70) van althans ongeveer gelijksoortige vorm, terwijl alle elliptisch gekromde oppervlakken van de tweede reeks (40) zijn gegenereerd van ellipsen (72) van althans ongeveer gelijksoortige afmetingen.
NL9200420A 1991-10-16 1992-03-06 Samenstel van ineensteekbaar en te roteren aandrijfonderdeel en aan te drijven onderdeel, zoals een schroevendraaier en schroef, alsmede vervaardigingsgereedschap hiervoor. NL193608C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US07/777,644 US5207132A (en) 1991-10-16 1991-10-16 Elliptical lobed drive system
US77764491 1991-10-16

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9200420A true NL9200420A (nl) 1993-05-17
NL193608B NL193608B (nl) 1999-12-01
NL193608C NL193608C (nl) 2000-04-04

Family

ID=25110834

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9200420A NL193608C (nl) 1991-10-16 1992-03-06 Samenstel van ineensteekbaar en te roteren aandrijfonderdeel en aan te drijven onderdeel, zoals een schroevendraaier en schroef, alsmede vervaardigingsgereedschap hiervoor.

Country Status (27)

Country Link
US (2) US5207132A (nl)
JP (1) JP2810940B2 (nl)
KR (1) KR100232069B1 (nl)
CN (1) CN1048080C (nl)
AT (1) AT403131B (nl)
AU (1) AU650948B2 (nl)
BE (1) BE1005356A3 (nl)
BR (1) BR9200762A (nl)
CA (1) CA2061531C (nl)
CH (1) CH688579A5 (nl)
DE (2) DE4206222C2 (nl)
DK (1) DK172683B1 (nl)
ES (1) ES2051212B1 (nl)
FR (1) FR2682727B1 (nl)
GB (1) GB2260587B (nl)
HK (1) HK1006192A1 (nl)
HU (1) HU215819B (nl)
IE (1) IE922614A1 (nl)
IL (1) IL101011A (nl)
IT (1) IT1258381B (nl)
MX (1) MX9205927A (nl)
MY (1) MY108398A (nl)
NL (1) NL193608C (nl)
NO (1) NO179955C (nl)
SE (1) SE507755C2 (nl)
TR (1) TR26376A (nl)
TW (1) TW204394B (nl)

Families Citing this family (148)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6755095B2 (en) * 2001-11-23 2004-06-29 Shimano, Inc. Bicycle crank assembly and assembly tools
DE4124472A1 (de) * 1991-07-24 1993-01-28 Wuerth Adolf Gmbh & Co Kg Schraube
US5378101A (en) * 1992-12-22 1995-01-03 Textron Inc. Tamper-proof drive system based upon multi-lobular configuration
DE9311204U1 (de) * 1993-07-27 1993-09-09 Ego Elektro Blanc & Fischer Anschlußstück für den elektrischen Anschluß einer Kochplatte
US5443564A (en) * 1994-04-14 1995-08-22 Reaves; Donald G. Tie rod loosening tool for use with a tie rod assembly
FR2730530B1 (fr) 1995-02-14 1997-04-30 Facom Accouplement separable, et outil correspondant
DE19507860C2 (de) * 1995-03-08 1998-07-23 Bosch Gmbh Robert Riemenscheibe, insbesondere Freilauf-Riemenscheibe
IL113698A (en) * 1995-05-11 1998-12-06 Iscar Ltd Cutting tool assembly
US5590574A (en) * 1995-09-05 1997-01-07 Lide; Thomas E. Driver with automatic fastener feed
JP2898101B2 (ja) * 1995-10-27 1999-05-31 俊次 山本 トルク伝達部材
US5632685A (en) * 1995-12-04 1997-05-27 Dana Corporation End fitting for drive shaft assembly and method of manufacturing same
US5690459A (en) * 1996-05-29 1997-11-25 Textron Inc. Plate and riveted stud assembly
US5794715A (en) * 1996-07-08 1998-08-18 Linvatec Corporation Rotary tool head
US6189421B1 (en) * 1996-11-20 2001-02-20 Waxman Consumer Products Group, Inc. Slip nut wrench
US5873290A (en) * 1997-06-06 1999-02-23 Hand Tool Design Corporation Hex head wrench
US5957645A (en) * 1997-10-31 1999-09-28 Phillips Screw Company Spiral drive system for threaded fasteners
JP4307583B2 (ja) * 1997-12-10 2009-08-05 勝行 戸津 ねじ及びドライバービットまたはレンチとの組合せ
SE9704748L (sv) * 1997-12-19 1999-06-20 Sandvik Ab Verktyg för överföring av vridmoment till fästelement som muttrar och bultar
SE513111C2 (sv) * 1998-11-11 2000-07-10 Nobel Biocare Ab Gängförsett implantat och anordning och metod vid ett sådant implantat
US6199455B1 (en) 1999-03-08 2001-03-13 Jjct Enterprises, Inc. Driver, fastener and forming tool
US6237450B1 (en) * 1999-04-28 2001-05-29 Fairchild Holding Corp. Fastener system with spline recess and driving tool
US6158310A (en) * 1999-05-24 2000-12-12 Textron Inc. Drive system having a strengthened drive system member for resisting torsional stresses
NO994934L (no) 1999-10-08 2001-04-09 Jone Edland Skruehode og verktøy
JP4514271B2 (ja) * 2000-02-23 2010-07-28 タカタ株式会社 シートベルトリトラクタ
AR021590A3 (es) * 2000-04-28 2002-07-31 At Ing S R L Un perno de seguridad para ser accionado por una llave y llave de accionamiento
US6269717B1 (en) 2000-05-08 2001-08-07 Robert A. Bollinger Multi-sized tool adapter
DE10046562C2 (de) * 2000-09-19 2002-11-14 Eska Saechsische Schraubenwerk Verfahren zur Herstellung einer Außensechsrundschraube und damit hergestellte Außensechsrundschraube
US6626067B1 (en) * 2000-09-27 2003-09-30 Snap-On Technologies, Inc. Retention socket geometry variations
DE10048918C1 (de) * 2000-10-04 2002-02-21 Kellermann Fa Rudolf Verbindungselement mit einem Kopf und einem zumindest teilweise mit einem Gewinde versehenen Schaft
DE10061559A1 (de) 2000-12-07 2002-06-13 C & E Fein Gmbh & Co Kg Aufnahme zur Befestigung eines Werkzeuges an einer Antriebswelle und Adapter hierzu
DE50103741D1 (de) * 2001-01-19 2004-10-28 Visteon Global Tech Inc Welle-Nabe-Verbindung
US6508098B2 (en) * 2001-06-04 2003-01-21 Water Gremlin Company Fishing sinker and method of making
US20020184976A1 (en) * 2001-06-06 2002-12-12 Aoyama Seisakusho Co., Ltd. Threaded fastener and threaded fastener clamping tool
US20030000351A1 (en) * 2001-06-28 2003-01-02 Ortho Development Corporation Interference fit screw driver
JP5027967B2 (ja) * 2001-08-08 2012-09-19 株式会社アドバンス 歯科用インプラント
US6832882B2 (en) 2001-10-05 2004-12-21 Illinois Tool Works Inc. Fastener
DE20117159U1 (de) * 2001-10-16 2002-02-14 C & E Fein Gmbh & Co Kg Werkzeugmaschine mit Befestigungsflansch
US6685412B2 (en) 2001-10-19 2004-02-03 Cross Medical Products, Inc. Multi-lobe torque driving recess and tool in particular for an orthopedic implant screw
US7856903B2 (en) 2001-11-23 2010-12-28 Shimano, Inc. Bicycle crank axle with a radial projection
US6619161B1 (en) 2002-02-28 2003-09-16 Spiralock Corporation Anti-tamper nut
GB2390408B (en) * 2002-07-04 2005-11-23 Eric Walker Screw and driver therefor
US6729208B1 (en) 2002-10-29 2004-05-04 Aj Manufacturing Co., Inc. Tool for removing fasteners
US7434426B2 (en) * 2003-05-16 2008-10-14 Stanton Concepts Inc. Multiple function lock
US7424812B2 (en) * 2003-05-16 2008-09-16 Stanton Concepts Inc. Multiple function lock
SE526887C2 (sv) * 2003-10-01 2005-11-15 Nobel Biocare Ab Anordning vid implantat med invändig fattning för vridverktyg
WO2005042881A2 (en) * 2003-10-20 2005-05-12 Stanton Concepts, Inc. Multiple function lock
US6945142B1 (en) * 2003-10-23 2005-09-20 Yu Tang Chen Socket
DE102004009788A1 (de) * 2004-02-28 2005-09-29 Daimlerchrysler Ag Befestigungssystem zur Befestigung von Rädern an Radträgern
US20050227772A1 (en) * 2004-04-13 2005-10-13 Edward Kletecka Powdered metal multi-lobular tooling and method of fabrication
US7293949B2 (en) * 2004-04-15 2007-11-13 Phillips Screw Company Spiral drive fastener with friction engageable surface
US7121172B1 (en) 2004-05-24 2006-10-17 Joseph Daniels Dual-headed ratcheting basin wrench
US7249949B2 (en) * 2004-06-29 2007-07-31 Lifecore Biomedical, Inc. Internal connection dental implant
US7694542B2 (en) * 2004-07-22 2010-04-13 Stanton Concepts Inc. Tool operated combination lock
US7712342B2 (en) * 2004-07-22 2010-05-11 Stanton Concepts Inc. Tool operated combination lock
DE102004040087B4 (de) * 2004-08-19 2006-11-30 Roto Frank Ag Adapter sowie Verbindungselement für ein Beschlaggetriebe sowie Beschlaggetriebe für ein Fenster, eine Tür oder dergleichen
US7255522B2 (en) * 2004-10-07 2007-08-14 Phillips Screw Company Spiral drive fastener with engagement ramp
TWI278379B (en) * 2005-04-06 2007-04-11 Kwantex Res Inc Screw, punch, and screw driver's head
ES2307352B1 (es) * 2005-04-12 2009-09-18 Bti, I+D, S.L. Implante dental y piezas destinadas a ser conectadas a un implante dental, y la conexion interna entre el implante dental y cada pieza.
US7225710B2 (en) * 2005-05-27 2007-06-05 Synthes Gmbh Combination driver and combination fastener
US7188554B2 (en) * 2005-06-09 2007-03-13 Atlas Spine, Inc. Medical fastener and tool
US20070037121A1 (en) * 2005-08-10 2007-02-15 Carter Robert D Carry and drive device and method for dental implant and/or components thereof
DE102006007476A1 (de) * 2006-02-17 2007-08-23 Coperion Waeschle Gmbh & Co. Kg Zellenrad-Schleuse mit Drehmoment-Steck-Kupplung und Drehmoment-Steck-Kupplung
US8739660B2 (en) * 2006-04-24 2014-06-03 Ttapdrive As Screw head and tool for use therewith
GB2437537A (en) * 2006-04-24 2007-10-31 Jone Edland Screw head with hexalobular recess and corresponding tool
US20080054710A1 (en) * 2006-08-31 2008-03-06 Dt Swiss Inc. Spoke nipple
US8231635B2 (en) * 2007-01-18 2012-07-31 Stryker Spine Polyaxial screwdriver for a pedicle screw system
DE102007009092A1 (de) * 2007-02-24 2008-08-28 Schaeffler Kg Leitradmodul für einen Drehmomentwandler
SG147344A1 (en) * 2007-05-02 2008-11-28 Unisteel Technology Ltd Screw head recess drive and corresponding driver tool and recess punch
US8347761B2 (en) * 2007-05-21 2013-01-08 Acument Intellectual Properties, Llc Drive socket design for hold and drive fastener
US20090003967A1 (en) * 2007-06-29 2009-01-01 Acument Intellectual Properties, Llc Lobular drive system with interference fit and method and apparatus for fabricating same
TW200930903A (en) * 2008-01-08 2009-07-16 Kwantex Res Inc High torsion transmission screw
US20090220321A1 (en) * 2008-02-28 2009-09-03 Sakamura Machine Co., Ltd. Fastening metal fitting
TWI385312B (zh) * 2008-04-21 2013-02-11 Infastech Ip Pte Ltd 驅動系統
US8617225B2 (en) * 2008-12-24 2013-12-31 DePuy Synthes Products, LLC Spline drive for threaded post-type bone anchors
US8545125B2 (en) * 2009-06-01 2013-10-01 Baker Hughes Incorporated Non-parallel splined hub and shaft connection
US8545156B2 (en) 2009-06-24 2013-10-01 Osg System Products Co., Ltd. Screw tightening structure, screw and screw tightening tool
US20110079119A1 (en) * 2009-10-01 2011-04-07 Yu-Jyun Lee Screwdriver
JP5421087B2 (ja) * 2009-12-10 2014-02-19 大同工業株式会社 パンチユニット
DE202010000168U1 (de) 2010-02-11 2011-09-07 Kirchhoff Witte Gmbh Befestigungselement sowie Werkzeug zum Übertragen eines Drehmomentes auf ein solches Befestigungselement
GB2491466A (en) 2010-03-15 2012-12-05 Atomic22 Ltd Security fastener
DE102010029692B4 (de) 2010-06-04 2016-07-21 Swg Schraubenwerk Gaisbach Gmbh & Co Kg Drehantriebsausbildung
US10022844B2 (en) 2010-07-07 2018-07-17 Infastech Intellectual Properties Pte. Ltd. Torque transmission driver
AU2016100924B4 (en) * 2010-10-18 2017-02-16 Apple Inc. Portable computer with touch pad
DE102010064085A1 (de) * 2010-12-23 2012-06-28 Robert Bosch Gmbh Getriebe-Antriebseinheit, Funktionselement sowie eine aus einer Getriebe-Antriebseinheit und einem Funktionselement bestehende Anordnung
DE202011001423U1 (de) * 2011-01-13 2011-05-05 Ruia Global Fasteners Ag Kraftangriff
ES2943248T3 (es) 2011-04-01 2023-06-12 Intel Corp Formato de instrucción compatible con vectores y ejecución del mismo
DE102011007213A1 (de) 2011-04-12 2012-10-18 BSH Bosch und Siemens Hausgeräte GmbH Staubabscheideeinheit mit einer Zwischenkupplung
US10968939B2 (en) 2011-08-25 2021-04-06 Infastech Intellectual Properties Pte. Ltd. Tapered lobular driver and fastener
BR112014004432B1 (pt) 2011-08-25 2021-11-30 Infastech Intellectual Properties Pte. Ltd Acionador de transmissão de torque, sistema de prendedor, e, seleção de uma pluralidade de prendedores
CN104011408B (zh) * 2011-08-25 2016-08-31 英法斯泰克知识产权私人有限公司 负驱动角
CN104011670B (zh) 2011-12-22 2016-12-28 英特尔公司 用于基于向量写掩码的内容而在通用寄存器中存储两个标量常数之一的指令
EP2607722B1 (de) * 2011-12-22 2014-02-26 Straumann Holding AG Verbindungsschraube für ein Dentalimplantat
US9592592B2 (en) * 2011-12-23 2017-03-14 David C. Prunean Anchor driver
US9703558B2 (en) 2011-12-23 2017-07-11 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for setting an output mask in a destination writemask register from a source write mask register using an input writemask and immediate
US10537982B2 (en) 2011-12-23 2020-01-21 David C. Prunean Anchor driver
CN104040489B (zh) 2011-12-23 2016-11-23 英特尔公司 多寄存器收集指令
US9354881B2 (en) 2011-12-27 2016-05-31 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for generating a dependency vector based on two source writemask registers
CA2861460C (en) * 2012-01-24 2020-06-09 DePuy Synthes Products, LLC Compression screw system
AU2013245301B2 (en) * 2012-04-03 2016-01-28 Illinois Tool Works Inc. Fastener with multilobular tool engaging portion
JP5137045B1 (ja) * 2012-04-10 2013-02-06 株式会社ユニオン精密 連結部材及び連結構造
EP2704278A1 (de) 2012-08-28 2014-03-05 GIRA GIERSIEPEN GmbH & Co. KG Elektrisches Installationsgerät
US9323531B2 (en) 2013-03-15 2016-04-26 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for determining a trailing least significant masking bit of a writemask register
US9207942B2 (en) 2013-03-15 2015-12-08 Intel Corporation Systems, apparatuses,and methods for zeroing of bits in a data element
US9207941B2 (en) 2013-03-15 2015-12-08 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for reducing the number of short integer multiplications
US9422965B2 (en) * 2013-05-10 2016-08-23 Bryce Fastener, Inc. Methods and apparatus for asymmetrical fastening system
US20150266169A1 (en) * 2013-05-10 2015-09-24 Bryce Fastener, Inc Methods and apparatus for asymmetrical fastening system
DE102013105812A1 (de) * 2013-06-05 2014-12-11 Ejot Gmbh & Co. Kg Schraubenantrieb
US8992151B2 (en) 2013-06-06 2015-03-31 Parker Fasteners, LLC Tamper-resistant fastener
WO2015054147A1 (en) * 2013-10-10 2015-04-16 Acument Intellectual Properties, Llc Punch pins, associated sockets, and methods of forming sockets using punch pins
DE102013113401A1 (de) 2013-12-03 2015-06-03 Adolf Würth GmbH & Co. KG Schraube und Antriebselement mit Fase
DE102013021238A1 (de) 2013-12-14 2015-06-18 Daimler Ag Schraubelement mit einem Werkzeugangriff
US20150186137A1 (en) 2013-12-27 2015-07-02 Tal Uliel Systems, apparatuses, and methods for vector bit test
US20150186136A1 (en) 2013-12-27 2015-07-02 Tal Uliel Systems, apparatuses, and methods for expand and compress
US9680239B2 (en) 2014-04-23 2017-06-13 Ramco Specialties, Inc. Grounding stud and electrical connections
CN104214170B (zh) * 2014-08-13 2016-04-20 浙江大学 一种重载机构的高抗扭连接结构
USD752174S1 (en) * 2014-09-24 2016-03-22 Crosman Corporation Wadcutter airgun pellet
SG11201704146PA (en) * 2014-12-17 2017-07-28 Res Eng & Mfg Recessed head fastener and driver combination
US10697499B2 (en) 2015-03-19 2020-06-30 Acument Intellectual Properties, Llc Drive system with full surface drive contact
CN106065893A (zh) * 2015-04-21 2016-11-02 (株)星宇Hitech 铆接式螺旋钻具
AU2016308839B2 (en) 2015-08-18 2021-07-01 Infastech Intellectual Properties Pte. Ltd. Tapered lobular driver and fastener
TWM519686U (zh) * 2015-11-12 2016-04-01 hong-yi Xu 螺絲
US11458071B2 (en) 2017-05-11 2022-10-04 Scalpal Llc Torque enhancer device for grasping and tooling, and assemblies and uses thereof
DE102016201822A1 (de) 2016-02-08 2017-08-10 Schaeffler Technologies AG & Co. KG Wellgetriebe
ES2635650B2 (es) * 2016-04-04 2019-05-23 Vogul S L U Tornillo y herramienta de accionamiento para implantología dental.
NL2016681B1 (en) * 2016-04-26 2017-11-07 Just Ride B V Bicycle wheel having a spoke nipple, spoke nipple.
US10248422B2 (en) 2016-07-02 2019-04-02 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for snooping persistent memory store addresses
US10089110B2 (en) 2016-07-02 2018-10-02 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for cumulative product
US10296342B2 (en) 2016-07-02 2019-05-21 Intel Corporation Systems, apparatuses, and methods for cumulative summation
AU2017326354B2 (en) * 2016-09-15 2023-10-12 Acument Intellectual Properties, Llc Drive system with full surface drive contact
USD818355S1 (en) * 2016-12-21 2018-05-22 Shamrock International Fastener Llc Head for screw or bolt
JP6606807B2 (ja) * 2017-03-08 2019-11-20 Smc株式会社 軸連結構造及び流体圧装置
US10377020B2 (en) * 2017-03-15 2019-08-13 International Business Machines Corporation Fastener head adapter
CA174523S (en) * 2017-05-03 2018-04-20 Panthera Dental Inc Dental screwdriver
US11969864B2 (en) 2017-05-11 2024-04-30 Scalpal Llc Multi-tier torque enhancer driver and/or receiver and method of using same
US10493519B2 (en) * 2017-06-13 2019-12-03 Phillips Fastener, Llc Molds and punches for making fasteners and tools
AT520250B1 (de) * 2017-08-14 2019-11-15 Surgebright Gmbh Knochenschraube
US11554470B2 (en) 2017-12-13 2023-01-17 Apex Brands, Inc. Extractor socket with bidirectional driving capability and corresponding extraction set with intermediate sizes
US11116559B2 (en) * 2018-02-19 2021-09-14 Warsaw Orthopedic, Inc. Surgical instrument and method
US11026736B2 (en) * 2018-02-19 2021-06-08 Warsaw Orthopedic, Inc. Surgical instrument and method
USD860774S1 (en) * 2018-04-01 2019-09-24 Mathew Epstein Male and female threaded insert plug
DE102018211389A1 (de) 2018-07-10 2020-01-16 Robert Bosch Gmbh Verfahren zur Herstellung eines Außenantriebs eines Verbindungselements
WO2020154522A1 (en) 2019-01-24 2020-07-30 Acument Intellectual Properties, Llc Enhanced stick fit bit design
US11926021B2 (en) 2019-02-26 2024-03-12 Ttapdrive As Drive system configured to provide frictional fit engagement
USD910168S1 (en) 2019-05-14 2021-02-09 Johnson & Johnson Surgical Vision, Inc. High torque surgical needle hub
US11426225B2 (en) * 2019-12-03 2022-08-30 DePuy Synthes Products, Inc. Screw extraction shaft
USD889224S1 (en) * 2019-12-20 2020-07-07 Grip Holdings Llc Equal torque hex bit
US11975825B2 (en) * 2020-11-23 2024-05-07 Textron Innovations Inc. Spline with expendable spherical alignment head
TWI782770B (zh) * 2021-10-28 2022-11-01 寬仕工業股份有限公司 緊固件、起子頭及成型沖具

Family Cites Families (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2083092A (en) * 1936-01-20 1937-06-08 Joseph R Richer Screw
US2397216A (en) * 1944-06-16 1946-03-26 Domnic V Stellin Socket head screw
US2803092A (en) * 1955-05-04 1957-08-20 Eagle Picher Co Adjustable water-cooled door for smelters
US2862746A (en) * 1956-07-20 1958-12-02 Deliso John Socket and rod coupling
US2969250A (en) * 1959-01-05 1961-01-24 Standard Pressed Steel Co Socket drive
FR1378313A (fr) * 1963-10-10 1964-11-13 Alvéoles et clés lobés pour la manoeuvre notamment de vis, vannes ou verrous
NL6710350A (nl) * 1966-09-19 1968-03-20
US3584667A (en) * 1966-09-19 1971-06-15 Textron Inc Coupling arrangement and tools for same
NO123618B (nl) * 1966-11-30 1971-12-20 Norsk Hydro Elektrisk
GB1188163A (en) * 1967-04-19 1970-04-15 Jujiro Okada An Elliptically-Headed Screw
US3888480A (en) * 1971-02-09 1975-06-10 Ottaviano Clerici Bagozzi Apparatus for loading a magnetic tape into a cassette
US3874258A (en) * 1973-05-21 1975-04-01 Stallion Enterprises Inc Keyed attachment device for vehicle wheels
US4006660A (en) * 1973-09-08 1977-02-08 Yamamoto Byora Co., Ltd. Fastener element
US3885480A (en) * 1973-12-07 1975-05-27 Res Eng & Mfg Torque-transmitting arrangement for fasteners and the like
US4246811A (en) * 1979-09-24 1981-01-27 Bondhus Corporation Ball head polygonal wrench
US4276785A (en) * 1979-11-16 1981-07-07 Rouverol William S Low-noise gearing
US4338835A (en) * 1980-01-24 1982-07-13 Leon Simons Recessed head fastener and driver therefor
DE3206494A1 (de) * 1982-02-24 1983-09-08 Rappold, Manfred, Dr., 7117 Bretzfeld Kopf- und schluesselausbildung fuer eine schraube
JPS5976640A (ja) * 1982-10-23 1984-05-01 Masaru Nonoyama 除肉ヘツドをもつアプセツトボルトの加工方法
SU1249212A1 (ru) * 1985-01-02 1986-08-07 Всесоюзный научно-исследовательский и проектный институт тугоплавких металлов и твердых сплавов Головка винта с замкнутым шлицем
DE8524285U1 (de) * 1985-08-24 1985-10-03 Taubert, Hubert, Dipl.-Ing., 5450 Neuwied Gelenkverbindung zwischen zwei Wellen
GB2199633A (en) * 1987-01-10 1988-07-13 William Muckle Toothed gears and sprockets
US4970922A (en) * 1989-03-23 1990-11-20 Snap-On Tools Corporation Torque driving tool and retainer for driven member
JP2859889B2 (ja) * 1989-05-15 1999-02-24 株式会社リケン スペーサエキスパンダの合口部ジョイント嵌入方法及び装置
JPH03163207A (ja) * 1989-11-22 1991-07-15 O S G Hanbai Kk ねじ
US5137407A (en) * 1989-11-22 1992-08-11 Osg Corporation Head drive for threaded fastener

Also Published As

Publication number Publication date
SE507755C2 (sv) 1998-07-13
MY108398A (en) 1996-09-30
CN1048080C (zh) 2000-01-05
NO924008L (no) 1993-04-19
DK29392D0 (da) 1992-03-04
AU650948B2 (en) 1994-07-07
JP2810940B2 (ja) 1998-10-15
AT403131B (de) 1997-11-25
US5207132A (en) 1993-05-04
ES2051212A2 (es) 1994-06-01
KR100232069B1 (ko) 1999-12-01
CH688579A5 (fr) 1997-11-28
NO179955C (no) 1997-01-15
ES2051212B1 (es) 1996-12-16
SE9200675D0 (sv) 1992-03-05
CA2061531A1 (en) 1993-04-17
AU1098092A (en) 1993-04-29
US5279190A (en) 1994-01-18
JPH05118313A (ja) 1993-05-14
DK172683B1 (da) 1999-05-25
ITRM920154A1 (it) 1993-09-05
MX9205927A (es) 1993-06-01
FR2682727B1 (fr) 1994-06-03
IE922614A1 (en) 1993-04-21
ATA203492A (de) 1997-04-15
DE4206222A1 (de) 1993-04-29
CA2061531C (en) 1995-01-17
DE4206222C2 (de) 1999-08-26
CN1071494A (zh) 1993-04-28
IT1258381B (it) 1996-02-26
HUT62507A (en) 1993-05-28
NO924008D0 (no) 1992-10-15
KR930007589A (ko) 1993-05-20
IL101011A (en) 1995-07-31
GB2260587B (en) 1995-03-08
BE1005356A3 (fr) 1993-07-06
DE4244989C2 (de) 2001-06-28
SE9200675L (sv) 1993-04-17
IL101011A0 (en) 1992-11-15
GB9202879D0 (en) 1992-03-25
GB2260587A (en) 1993-04-21
NO179955B (no) 1996-10-07
NL193608C (nl) 2000-04-04
ITRM920154A0 (it) 1992-03-05
DK29392A (da) 1993-04-17
HU9202943D0 (en) 1992-12-28
FR2682727A1 (fr) 1993-04-23
ES2051212R (nl) 1996-06-01
TR26376A (tr) 1995-03-15
HK1006192A1 (en) 1999-02-12
NL193608B (nl) 1999-12-01
BR9200762A (pt) 1993-04-27
TW204394B (nl) 1993-04-21
HU215819B (hu) 1999-02-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9200420A (nl) Schroevedraaiersysteem.
JP5536163B2 (ja) ネジ山付留め具のための渦巻型駆動システム
US6698315B1 (en) High torque wrenching system
US5435680A (en) Screw drive construction
TWI621784B (zh) 具有穩定嚙合及緊配之扣件系統及其建構方法
KR101998551B1 (ko) 테이퍼진 로브형 드라이버 및 패스너
US5012706A (en) Socket wrench opening
US4459074A (en) Socket drive
EP2753835B1 (en) Negative drive angle
JPH0752054A (ja) 被駆動部材を締付けゆるめる工具
US5873290A (en) Hex head wrench
JPH06509859A (ja) ねじ山付き固定部材、特にねじとねじ締め工具
US11219985B2 (en) Wrench for maximizing torque
US9302375B2 (en) Driving feature
CA2134403A1 (en) Tiltable ball-type driver
EP1371453B1 (en) Asymmetric wrench and fastener system
US5992271A (en) Engineers wrench
JPH06264913A (ja) 雌ねじの変形を利用した締結装置
JP2023522051A (ja) 駆動要素
US20200230786A1 (en) Socket wrench opening
KR20160142767A (ko) 비대칭 체결 시스템을 위한 방법들 및 장치
UA62814A (en) Screw for non-split threaded joint

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
SNR Assignments of patents or rights arising from examined patent applications

Owner name: ACUMENT INTELLECTUAL PROPERTIES LLC

Effective date: 20070322

V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20120306