NL8501227A - Bevestiger. - Google Patents

Bevestiger. Download PDF

Info

Publication number
NL8501227A
NL8501227A NL8501227A NL8501227A NL8501227A NL 8501227 A NL8501227 A NL 8501227A NL 8501227 A NL8501227 A NL 8501227A NL 8501227 A NL8501227 A NL 8501227A NL 8501227 A NL8501227 A NL 8501227A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
head
fastener
hole
cavity
fastener according
Prior art date
Application number
NL8501227A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192357B (nl
NL192357C (nl
Original Assignee
Toska Co Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Toska Co Ltd filed Critical Toska Co Ltd
Publication of NL8501227A publication Critical patent/NL8501227A/nl
Publication of NL192357B publication Critical patent/NL192357B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192357C publication Critical patent/NL192357C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F3/00Labels, tag tickets, or similar identification or indication means; Seals; Postage or like stamps
    • G09F3/08Fastening or securing by means not forming part of the material of the label itself
    • G09F3/12Fastening or securing by means not forming part of the material of the label itself by pins, staples, or the like
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F3/00Labels, tag tickets, or similar identification or indication means; Seals; Postage or like stamps
    • G09F3/02Forms or constructions
    • G09F3/03Forms or constructions of security seals
    • G09F3/0305Forms or constructions of security seals characterised by the type of seal used
    • G09F3/037Forms or constructions of security seals characterised by the type of seal used having tie-wrap sealing means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D63/00Flexible elongated elements, e.g. straps, for bundling or supporting articles
    • B65D63/10Non-metallic straps, tapes, or bands; Filamentary elements, e.g. strings, threads or wires; Joints between ends thereof
    • B65D63/1018Joints produced by application of integral securing members, e.g. buckles, wedges, tongue and slot, locking head and teeth or the like
    • B65D63/1027Joints produced by application of integral securing members, e.g. buckles, wedges, tongue and slot, locking head and teeth or the like the integral securing member being formed as a female and male locking member, e.g. locking head and locking teeth, or the like
    • B65D63/1063Joints produced by application of integral securing members, e.g. buckles, wedges, tongue and slot, locking head and teeth or the like the integral securing member being formed as a female and male locking member, e.g. locking head and locking teeth, or the like the female locking member being provided with at least one plastic barb
    • B65D63/1081Joints produced by application of integral securing members, e.g. buckles, wedges, tongue and slot, locking head and teeth or the like the integral securing member being formed as a female and male locking member, e.g. locking head and locking teeth, or the like the female locking member being provided with at least one plastic barb with barbs situated on opposite sides of, or concentrically in, the female locking member
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F3/00Labels, tag tickets, or similar identification or indication means; Seals; Postage or like stamps
    • G09F3/02Forms or constructions
    • G09F3/03Forms or constructions of security seals
    • G09F3/0305Forms or constructions of security seals characterised by the type of seal used
    • G09F3/0323Forms or constructions of security seals characterised by the type of seal used having clamp-like sealing means
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F3/00Labels, tag tickets, or similar identification or indication means; Seals; Postage or like stamps
    • G09F3/08Fastening or securing by means not forming part of the material of the label itself
    • G09F3/14Fastening or securing by means not forming part of the material of the label itself by strings, straps, chains, or wires
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D2563/00Flexible elongated elements, e.g. straps for bundling or supporting atricles
    • B65D2563/10Non-metallic straps, tapes or bands; Filamentary elements, e.g. strings, threads, wires; Joints between ends thereof
    • B65D2563/101Details of non-metallic straps, tapes or bands
    • B65D2563/103Details of non-metallic straps, tapes or bands details of the male locking member, e.g. locking teeth on the strap
    • B65D2563/105Details of non-metallic straps, tapes or bands details of the male locking member, e.g. locking teeth on the strap formed as spheres, cones, pyramids or the like

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Computer Security & Cryptography (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Insertion Pins And Rivets (AREA)
  • Package Frames And Binding Bands (AREA)
  • Labeling Devices (AREA)
  • Dowels (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)

Description

4 * M Kon/MSB Toska 2 Bevestiger
De uitvinding betreft een bevestiger voor het vast maken van artikelen-aanhangsels of labels voor het aanduiden van de prijs of de kwaliteit, sluitdoppen om te worden gebruikt bij instrumenten, vastbindartikelen zoals 5 bij slippers, sandalen en dergelijke en voor het sluiten van de opening van een zak.
Dergelijke bevestigers worden in het algemeen gemaakt van kunststof en zijn tot nog toe bekend bijvoorbeeld uit het Japanse octrooi No. 1.121.605 en het overeenkomstige 10 Amerikaanse octrooi No. 4.240.183.
Een conventionele bevestiger omvat in het algemeen een draadstuk 21, een mof 22 die aan het ene einde van het draadstuk 21 is bevestigd en een kop 23, die aan het andere einde van het draadstuk 21 is bevestigd, welke kop 23 gestoken 15 wordt tot in een doorlopend gat 25 van de mof 22 teneinde op de mof 22 aan te grijpen, zoals in fig. 1 en 2 is getoond.
Bij de boven beschreven bevestiger steken namelijk twee tongen 24 vanaf de achterrand van de kop 23 uit terwijl een ringvormige flens 26 in de vorm van een uitsteeksel ge-20 vormd is aan het binnenomtreksvlak van de mof 22. Zoals in fig. 3 is getoond, komen de geheel geopende tongen 24 in aanraking met het bovenvlak van de ringvormige flens 26 nadat zij door de ringvormige flens 26 heen zijn gestoken. Op deze wijze wordt het ontsnappen van de kop 23 uit de mof 22 voor-25 komen.
Ook wordt het verder naar binnen steken van de kop 23 voorkomen, nadat een stop 27 met het ondervlak van de ringvormige flens 26 in aanraking is gekomen.
Bij een dergelijke bevestiger volgens de bekende 30 stand van de techniek dienen evenwel de volgende vereisten (1) tot (3) te worden beantwoord: (1) De twee tongen 24 dienen noodzakelijkerwijze uit de kop 23 te steken.
(2) Deze tongen 24 worden gesloten wanneer zij door 35 een ringvormig gat 25A van de ringvormige flens 26 worden gestoken en worden daarna geopend. Derhalve dienen de tongen &5C1227 ï . . * - 2 - 24 bevestigd te worden aan de achterrand van de kop 23 met zodanige sterkte, dat zij enigszins kunnen uitzwenken.
(3) De tongen 24 moeten buitengewoon klein zijn teneinde de bevestiger in zijn geheel, in het bijzonder de 5 kop 23 daarvan, zo klein mogelijk te houden.
Derhalve moeten de volgende problemen worden overwonnen : (a) De kop 23 heeft een gecompliceerde constructie tengevolge van aanbrenging van tongen 24 aan de kop 23. Dien-10 overeenkomstig wordt eveneens de constructie van een spuit-gietvorm voor het vervaardigen van de bevestiger eveneens gecompliceerd en daarmee wordt de levensduur van de gietvorm verkort. Derhalve is de gietvorm bij de fabricage kostbaar, hetgeen de kosten van de bevestiger verhoogt.
15 (b) De tongen 24, die uit de kop 23 steken, zijn fragieler dan de andere delen van de bevestiger. Bij het sterk rekken aan het draadstuk nadat de kop 23 in aangrijping is gebracht met de ringvormige flens 26, kan de kop 23 van tijd tot tijd uit de mof 22 worden getrokken ongeacht de aan-20 wezigheid van de tongen 24.
Hieruit volgt, dat de afmetingen van de tongen groter gemaakt kunnen worden, teneinde te voorkomen dat de kop 23 uit de mof 22 wordt getrokken, nadat de kop 23 in aangrijping met de mof 22 is gebracht* Het zwenken van de 25 tongen 24 wordt evenwel weer moeilijker wanneer de afmetingen ervan toenemen, zodat het tot in de mof 22 brengen van de kop 23 dan moeilijker wordt.
Dit wil zeggen, dat de tongen 24 vanzelfsprekend groot worden, wanneer de aangrijping van de kop 23 op de flens 30 26 nog meer positief bewerkstelligd wordt door de tongen 24.
Als gevolg daarvan is het in het doorgaande gat 25 steken van de kop 23 niet zo gemakkelijk uit te voeren. Aan de andere kant is het gemakkelijk tot in het doorgaande gat 25 steken van de kop 23 er de oorzaak van dat de kop 23 gemakkelijk uit 35 de mof 22 kan worden getrokken, nadat de kop 23 in aangrijping met de mof 22 is gebracht.
(c) De kop 23 heeft een gecompliceerde constructie tengevolge van de aanwezigheid van de tongen 24. Dientengevol- 8501227 • * - 3 - ge kan er een slecht gietsel ontstaan, wanneer de bevestiger van kunststof wordt gegoten.
Teneinde het optreden van een inferieur spuit-gietstuk te voorkomen, dient er constant onderhoud te worden 5 gepleegd aan de gietvorm, terwijl de spuitgietvoorwaarden zuiver afgesteld moeten worden, zodat het moeilijk is om een verbetering ten aanzien van de productiviteit te verkrijgen.
(d) Daar de tongen 24 buiten de kop 23 uitstéken, wanneer een bedieningsman van de bevestiger een bevestiger XO uit een hoeveelheid van bevestigers neemt, karn. de zojuist afgenomen bevestiger gevangen worden door een van de daarover blijvende bevestigers, waardoor het uitnemen van een bevestiger uit een groep bevestigers storend kan zijn en de bewerking met bevestigers inefficient kan maken.
15 (e) Wanneer de bedieningsman een hoeveelheid van bevestigers behandelt, kan hij zijn vingers verwonden aan de uitstekende tongen 24. Dergelijke verwondingen treden vaak op, in het bijzonder indien de einden van de tongen scherp zijn.
20 Een eerste doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een bevestiger van het genoemde type, dat een kop heeft van een eenvoudige constructie doordat deze niet meer de bedoelde tongen heeft aan de kop, zoals dat het geval is bij een conventionele bevestiger.
25 Een tweede doel van de uitvinding is het verge makkelijken van de constructie van de gietvorm door de constructie van de kop van de bevestiger te vereenvoudigen en heeft het doel de levensduur van de gietvorm te verlengen.
Een derde doel van de onderhavige uitvinding is 30 cle produktiekosten van de gietvorm omlaag te brengen door het vereenvoudigen van de constructie van de gietvorm en daardoor tevens de kosten voor het produceren van de bevestiger te verlagen.
Een vierde doel van de uitvinding is de construc-35 tie van de gietvorm te vereenvoudigen en daarbij de tijd en zorg te reduceren welke voor het onderhoud van de gietvorm vereist zijn.
Een vijfde doel van de uitvinding is de construc- ?.· * -997 V » Hca m « - 4 - t » tie van de gietvorm zodanig te vereenvoudigen, dat beperkende voorwaarden voor het gieten van de bevestiger gewijzigd kunnen worden en de produktiviteit van de bevestiger kan worden verbeterd.
5 Een zesde doel van de uitvinding is het verschaffen van een bevestiger, die een kop van een vereenvoudige structuur heeft doordat hij niet langer is voorzien van tongen zoals die welke aan de kop van een conventionele bevestiger zijn aangebracht en die desalniettemin een zeer sterke 10 vergrendeling heeft zodanig dat de vergrendelende aangrijping tussen de kop en de mof, indien eenmaal gemaakt, niet meer losgemaakt kan worden tenzij de bevestiger wordt vernietigd.
Een zevende doel van de uitvinding is een bevestiger te verschaffen, .die geen tongen aan zijn kop heeft en die 15 niet langer de neiging heeft zich te verstrikken met andere bevestigers, zoals dit het geval is met tongen van een bevestiger met die van een andere bevestiger.
Een achtste doel van de uitvinding is het gevaar van verwonding van de vingers van een bedieningsman uit te 20 sluiten, zoals vaak optreedt wanneer tongen aan de kop van de bevestiger zijn aangebracht.
Teneinde de bovenstaande doeleinden volgens de onderhavige uitvinding te verwezenlijken, verschaft de uitvinding een bevestiger die een draadstuk omvat, een mof die bevestigd 25 is aan het ene einde van het draadstuk en een kop die bevestigd is aan het andere einde van het draadstuk. Bovendien is de bevestiger uit één stuk gegoten of spuitgegoten van kunststof. Verder is de mof gevormd met een doorgaand gat, waarin een ringvormige flens coaxiaal aanwezig is. De kop wordt tot 30 in het doorgaande gat gestoken, waarbij de kop een uitsteeksel omvat, dat uitsteekt in omtreksrichting ten opzichte van de as en een sleuf, die is gevormd langs de as van de kop bij het afsnijden van het uitsteeksel. Het uitsteeksel is in aangrijping met de ringvormige flens.
35 Figuur 1 is een bovenaanzicht van een conventionele bevestiger;
Figuur 2 is een vooraanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van een bevestiger zoals getoond in fig. 1; a s= ,1 l '/ ? 7 4 « - 5 -
Figuur 3 is een doorsnede van een deel van de bevestiger, dat de wijze toont, waarop een kop in aangrijping is met een mof;
Figuur 4 is een bovenaanzicht, dat een eerste 5* uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding toont;
Figuur 5 is een vooraanzicht in doorsnede dat de bevestiger van fig. 4 toont;
Figuur 6 is een zijaanzicht dat de bevestiger van fig. 4 toont; 10 Figuur 7 is een vooraanzicht in doorsnede dat een bevestiger volgens een tweede uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding toont;
Figuur 8 is een vooraanzicht in doorsnede van een bevestiger volgens een derde uitvoeringsvorm van de uit-15 vinding;
Figuur 9 is een vooraanzicht van een kop volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Figuur 10 is een zijaanzicht van de kop die in fig. 9 is getoond; 20 Figuur 11 is een vooraanzicht van een kop volgens een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Figuur 12 is een zijaanzicht van de kop die in fig. 11 is getoond;
Figuur 13 is een bovenaanzicht van een kop vol-25 gens een zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Figuur 14 is een vooraanzicht van de kop die in fig. 13 is getoond;
Figuur 15 is een zij aanzicht van de kop die in fig. 13 is getoond; 30 Figuur 16 is een zijaanzicht van een kop volgens een zevende uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Figuur 17 is een zijaanzicht van een kop volgens een achtste uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Figuur 18 is een bovenaanzicht in doorsnede, dat 35 de bevestiger toont in zijn aangrijpende toestand volgens de eerste uitvoeringsvorm;
Figuur 19 is een vooraanzicht in doorsnede van ? de bevestiger die in fig. 18 is getoond; A ί*» «i Λ * A -MV [ 8 a u 1 z i / | » i t ^ . * - 6 -
Figuur 20 is op grotere schaal een detail B van fig. 19; en
Figuur 21 en 22 zijn vooraanzichten in doorsneden die de bevestiger volgens de stand van de techniek in zijn 5 aangrijpende toestand tonen.
Voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zullen nu in de hierna volgende beschrijving aan de hand van tekeningen worden besproken.
Figuur 4 is een bovenaanzicht van een bevestiger 10 volgens de onderhavige uitvinding. Figuur 5 is een vooraanzicht in doorsnede van de bevestiger. Figuur 6 is een zijaanzicht van de bevestiger.
Volgens de onderhavige uitvinding omvat een bevestiger F een mof 1, een draadstuk 2 dat zich uitstrekt van 15 de zijde van de mof 1, en een kop 3, die gevormd is aan het einde van het draadstuk 2. De bevestiger F is uit één stuk gegoten uit kunstof zoals nylon of polypropyleen.
De mof 1 is gevormd met een doorgaand gat 4> waarin een ringvormige flens 5 is aangebracht, die coaxiaal 20 is met het doorgaande gat 4.
Alhoewel de positie van de flens 5 niet speciaal beperkingen op legt, is het bij voorkeur in het middendeel van het doorgaande gat 4 geplaatst.
De flens 5 heeft een horizontale middenlijn B, 25 die loodrecht staat op de as A van het doorgaande gat 4.
Zoals in fig. 5 is getoond, is de flens 5 radiaal buitenwaarts taps gemaakt teneinde ringvormige boven- en ondervlakken 5A en 5B te vormen, die convergeren vanaf de wandrand van een gat 4A, door de flens 5 in de richting naar de wand van de 30 mof zoals bij IA is aangegeven, teneinde de positieve ingrij-ping van de kop 3 op de mof 1 te vergemakkelijken, zoals hierna zal worden beschreven.
De kop 3 heeft een vooreinde 6 van een halfcirkelvormige configuratie. Een uitsteeksel 7 steekt achter-35 waarts van het vooreinde 6 langs de as C van de kop 3 en steekt uit in omtreksrichting ten opzichte van de as C. Verder strekt zich een aanslag 9 met een vergrote diameter van het uitsteeksel 7 uit. a s. n 4 v *) i ij)? V j (latt *
• V
- 7 -
Nu is het een belangrijk aspect van de onderhavige uitvinding, dat een deel van het uitsteeksel wordt afgesneden teneinde een holte 8 te vormen, die zich uitstrekt tussen het vooreinde 6 en de aanslag 9 en dat er geen uitsteeksel in 5 de holte 8 is gevormd.
In de holte 8 is namelijk kunststof afgesneden op zodanige wijze, dat een in hoofdzaak dunne wand 10 slechts daarin is gevormd. Zoals in fig. 6 is getoond, heeft de holte 8 een U-vormige doorsnede.
10 Daar de holte 8 in het uitsteeksel 7 is gevormd, neemt de diameter van het uitsteeksel 7 af als de kop 3 door het doorgaande gat 4A van de flens 5 steekt en komt dan op zijn oorspronkelijke diameter terug na door het gat te zijn gestoken.
15 De diameter van de aanslag 9 is groter dan die van het doorgaande gat 4A van de flens 5. Wanneer het uitsteeksel 7 het doorgaande gat 4A passeert, heeft de aanslag 9 de neiging de intrede van het doorgaande gat 4A te sluiten teneinde verder steken van de kop 3 te voorkomen.
20 Bovendien dient de aanslag 9 om de bevestiger F
vast te houden, nadat de kop 3 tot in het doorgaande gat 4 is gestoken.
Het draadstuk 2 is uitgerekt teneinde zijn sterkte te verbeteren en heeft een ongerekt deel 2A nabij de kop 3.
25 Bij de aanwezigheid van het ongerekte deel 2A
kunnen verschillende lengten van bevestigers geproduceerd worden door de mate van uitrekking van het draadstuk 2 te wijzigen. Verder geeft het draadstuk 2 een verend effekt teneinde afsnijden daarvan tijdens het rekproces te vermijden.
30 Een belangrijke uitrekking van het draadstuk wordt begonnen aan een deel, dat zich dichtbij de mof 1 bevindt.
Het ongerekte deel 2A is namelijk slechts aanwezig aan een deel nabij de mof 1. Op deze wijze kan het uiterlijk van de bevestiger esthetisch worden verbeterd en kan het afsnijden 35 van het draadstuk 2 tijdens het rekproces worden voorkomen.
In een poging het draadstuk 2 aan een deel nabij de mof 1 te rekken, zou de diameter van het draadstuk 2 nabij de mof 1 gereduceerd kunnen worden tot een minimum, terwijl de diameter van het draadstuk 2 in de nabijheid van de kop 3 3 3 -Λ. * 9 ? ƒ • » - 8 - zou kunnen toenemen, zodat het draadstuk 2 een tapse configuratie zou kunnen krijgen. Het draadstuk 2 zou ook in de nabijheid van de kop variërende diameters kunnen hebben. Zo doende treedt de maximum spanning op bij de kleinste diameter van 5 het draadstuk 2 nabij de mof 1, wanneer het draadstuk 2 gerekt wordt.
Figuur 7 toont een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding. Bij deze uitvoeringsvorm zijn de ringvormige oppervlakken 5A en 5B van de flens 5 gevormd aan de binnen-10 omtreksvlakken van de mof 1 met rechte hoeken ten opzichte van de as van het doorgaande gat 4.
Figuur 8 is een doorsnede van de mof 1 volgens een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding. Bij deze uitvoeringsvorm steekt het ringvormige uitsteeksel 5A vanuit de 15 ringvormige flens naar de centrale as van het doorgaande gat 4A toe uit. Ringvormige holten 5B zijn gevormd tussen het ringvormige uitsteeksel 5A en het moflichaam IA.
Door het aanbrengen van de configuratie van het uitsteeksel 7 bij de dwarsdoorsnede-configuratie van het 20 ringvormige uitsteeksel 5A, wordt een positieve aangrijping van de kop 3 op de mof 1 gerealiseerd.
Figuur 9 is een vooraanzicht van de kop 3 van de bevestiger volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 10 is een zijaanzicht van de kop 3. In deze 25 uitvoeringsvormen zijn axiale holten 8A en 8B gevormd aan beide zijden van de kop 3 welke holten zich uitstrekken vanaf het vooreinde van de kop 3 tot aan de aanslag 9. Een V-vormig versterkingsdeel 15 wordt axiaal gevormd aan een rand van de holten 8A en 8B.
30 Met andere woorden, de kop 3 is axiaal verdeeld door de holten, teneinde vooreinden 6A en 6B te vormen. Deze vooreinden 6A en 6B zijn onderling verbonden en versterkt door het versterkingsdeel 15 dat op zijn beurt de twee holten 8A en 8B begrenst.
35 Uitsteeksels 7A en 7B van eenzelfde lengte zijn in omtreksrichting en in coaxiale richting gevormd aan de vooreinden 6A en 6B.
Geen uitsteeksel is namelijk gevormd in de holten 8A en 8B.
850 1 227 ; t * * - 9 -
Wanneer de kop 3 verdeeld is door middel van het versterkingsdeel 15, is er een voordeel daarin gelegen, dat het insteken van de kop 3 tot in het doorgaande gat 4 van de mof 1 van het vierde uitvoeringsvoorbeeld veel gemakkelijker 5 is dan het‘insteken-bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld.
Wanneer de kop 3 geklemd is van alle zijden, neemt de diameter van de kop 3 onder invloed van het versterkingsdeel 15 af, en de kop 3 is dan teruggekeerd tot op zijn normale toestand, wanneer de kop 3 vrij is van klemmen.
10 Figuur 11 is een vooraanzicht van de kop 3 vol gens een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 12 is een zijaanzicht van de kop 3. In deze uitvoeringsvorm is een U-vormige holte 8C axiaal gevormd tussen het vooreinde van de kop 3 en de aanslag 9, waarbij de kunststof verwijderd 15 is vanaf één zijde tot de andere zijde daarvan. De vooreinden 6A en 6B zijn onderling verbonden via een dun deel 16.
Dit dunne deel 16 functioneert als het versterkende deel 15, dat toegepast is in het vierde uitvoeringsvoorbeeld (Figuur 9 en 10).
20 In het vijfde uitvoeringsvoorbeeld is de kop 3 namelijk gespleten door de diepe holte 8C in het gebied van het vooreinde van de kop 3 tot aan de aanslag 9. Bij deze opstelling neemt de diameter van de kop 3 gemakkelijk af, wanneer klemkracht op de kop van alle zijden daarop wordt 25 uitgeoefend, zodat het insteken van de kop 3 tot in het doorgaande gat 4A van de mof 1 gemakkelijk kan worden uitgevoerd.
Figuren 13, 14 en 15 tonen respektievelijk een zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding. De tegenover gestelde holten 8A en 8B zijn axiaal gevormd in het gebied vanaf 30 het half-cirkelvormige vooreinde 6 van de kop 3 tot aan de aanslag 9 teneinde de vooreinden 6A en 6B in de kop 3 te vormen. Het versterkingsdeel 15 dat een V-vormige doorsnede heeft, is gevormd aan een rand van de holten 8A en 8B langs de as van de kop 3.
35 Verder zijn de uitsteeksels 7A en 7B gevormd in de omtreksrichting ten opzichte van de as van de kop 3. Geen ! t enkel uitsteeksel is gevormd in de holten 8A en 8B. ’
In deze uitvoeringsvorm neemt de diameter van de j
3 - λ 5 9 $ 7 I
V .. Λ · i c j X r v - 10 - kop 3 ook gemakkelijk toe en neemt ook gemakkelijk af onder invloed van de holten 8A en 8B, zodat het insteken van de kop 3 tot in de mof 1 vergemakkelijkt wordt.
Figuur 16 en 17 tonen de respektievelijke gemodi-5 ficeerde vormen van het versterkingsstuk volgens een zevende en een achtste uitvoeringsvorm. In deze uitvoeringsvormen zijn de twee holten 8A en 8B gevormd in de kop 3 door middel van het versterkingsdeel 15, waardoor de kop 3 verdeeld is zoals bij 3m en 3n is getoond. In figuur 16 is het versterkingsdeel 10 15 schuin aangebracht tussen de twee vooreinden 3m en 3n.
Ook de vooreinden 3m en 3n zijn voorzien van de uitsteeksels 7A respektievelijk 7B.
Het versterkingsdeel 15 functioneert teneinde de diameter van de kop 3 te verminderen, wanneer de kop 3 15 van alle zijden geklemd is, en keert dan tot zijn normale toestand terug, wanneer de kop 3 niet meer zodanig geklemd wordt.
De werking en de voordelen van de onderhavige uitvinding zullen nu worden beschreven aan de hand van het 20 eerste uitvoeringsvoorbeeld (fig. 4 tot 6).
(1) Volgens de uitvinding is de holte 8 in de kop 3 gevormd. Dat wil zeggen dat de kunststof gedeeltelijk verwijderd is in de holten 8 teneinde het dunne deel 10 te vormen. Op deze wijze wordt de diameter van de kop 3 verminderd, 25 wanneer de kop van alle zijden wordt geklemd, en keert de kop weer naar zijn normale toestand terug, wanneer de kop 3 vrij van klemming is.
Na het inbrengen van de kop 3 tot in het doorgaande gat 4A van de mof 1 neemt de diameter van de kop 3 namelijk 30 af teneinde het doorgaande gat 4A te passeren, waarna deze naar zijn normale toestand terugkeert nadat het doorgaande gat is gepasseerd.
Opgemerkt wordt, dat de kop 3 van elk van de beide zijden af tot in het doorgaande gat 4 gestoken kan wor-35 den, dat wil zeggen zowel van boven als van onderen.
Aldus neemt de diameter van de kop 3 volgens de onderhavige uitvinding af, en de gereduceerde diameter kan weer terugkeren tot de normale maat.
8:01227 ' t - 11 -
Aldus is de constructie van de kop 3 vereenvoudigd en zijn de tongen die bij de bevestiger volgens de stand van de techniek zijn toegepast, niet meer nodig aan deze kop 3.
5 (2) In overeenstemming met de vereenvoudiging van de constructie van de kop is de constructie van de gietvorm eveneens vereenvoudigd, waardoor de levensduur ervan is verlengd.
Daardoor wordt de fabrikage van de bevestiger *0 minder kostbaar hetgeen eveneens geldt voor de gietvorm.
(3) Verder zijn volgens de uitvinding de uitsteeksels 7 gevormd aan de kop 3 en de ringvormige flens is gevormd aan het binnenomtreksvlak van de mof 1. Bij deze opstelling worden de uitsteeksels 7 gevangen op de flens 5, nadat de 15 verminderde diameter van de kop 3 is teruggekeerd naar zijn oorspronkelijke diameter, waardoor de kop 3 tot in aangrijping met de mof 1 wordt gebracht.
Derhalve wordt de kop 3 stevig verbonden met de mof 1, nadat de uitsteeksels 7 aan de kop 3 in aangrijping 20 zijn gebracht met de flens 5. Deze verbinding kan niet worden verbroken, tenzij de bevestiger op zichzelf wordt gebroken (dikwijls doorgesneden).
Dit is als volgt te verklaren:
De flens 5 is, zoals namelijk is getoond in Fig.
25 18 en 19, in aanraking met het uitsteeksel 7 dat de vorm heeft van een boog, behalve ter plaatse van de holte 8 die geen uitsteeksel heeft. Fig. 20 is op grotere schaal een aanzicht van een deel B dat in kontakt verkeert (fig. 19) tussen de flens 5 en het uitsteeksel 7.
30 Zoals duidelijk is te zien in fig. 20, zijn de flens 5 en het uitsteeksel 7 met elkaar in aanraking volgens een vlak-op-vlak kontakt en bovendien in de vorm van een boog zoals hierboven is vermeld.
Trekkracht C in de richting van de pijl van fig.
35 19 wordt gelijkelijk verdeeld over het kontaktvlak in de vorm van een boog teneinde deze verbinding te ontlasten. Aldus wordt een gedeeltelijke aanlegging van een dergelijke kracht voorkomen.
r, « 1 .1 1Λ Ö “J
S3 ü i i. ί / - 12 -
Dienovereenkomstig kan, in het geval het uitsteeksel 7 dun is, het de trekkracht C weerstaan.
Anderszijds is de diameter van de kop van de bevestiger volgens de stand van de techniek op zich een vaste 5 maat en worden de tongen, die aan de kop zijn aangebracht, geopend en gesloten, tot op zekere hoogte.
Bij een dergelijke opstelling komen de kop 23 en de flens 26 slechts op twee plaatsen via de tongen 24 in kontakt met elkaar. Derhalve kan kracht gedeeltelijk 10 worden uitgeoefend op de twee tongen.
Dat wil zeggen dat, zoals in fig. 21 is getoond, de tongen 24 geschikt zijn om de omtrekswand van de mof 1 aan te drukken voor rekdoeleinden, wanneer een kracht D in de richting van de pijl op de tongen wordt uitgeoefend 15 in de zin om de verbinding van de kop en de mof 1 te verbreken. Als gevolg daarvan wordt de diameter van een doorlopend gat 25 van de flens 26 tijdelijk vergroot en tenslotte wordt de kop uit de mof getrokken, zoals in fig. 22 is getoond. Of worden de tongen van de kop 23 afgesneden.
20 (4) Volgens de onderhavige uitvinding neemt de diameter van de kop toe en af daar de holte in de kop is gevormd zoals hierboven is beschreven. Daardoor wordt het insteken van de kop tot in de mof gemakkelijk gemaakt, waarbij de verbinding-bewerking op efficiënte wijze is verbeterd.
25 (5) Volgens de uitvinding is geen tong aan de kop aangebracht, zoals bij de bevestigers volgens de stand van de techniek. Daardoor kan het in elkaar verward raken van de bevestiger voorkomen worden tijdens de behandeling van een veelvoud van bevestigers en wordt tevens het in de vingers 30 snijden tengevolge van de tongen vermeden, hetgeen eveneens de verwerking van de bevestigers op efficiënte wijze verbetert.
8501227

Claims (11)

1. Bevestiger omvattende een draadstuk, een mof die bevestigd is aan het ene einde van het draadstuk en een kop, die bevestigd is aan het andere einde van het draadstuk, welke drie elementen als ëên geheel gemaakt zijn van kunst- 5 stof, waarbij de kop een doorgaand gat heeft en een ringvormige flens coaxiaal met het doorgaande gat, welke kop insteek-baar is tot in het doorgaande gat en een uitsteeksel heeft dat gevormd is in omtreksrichting ten opzichte van de as, en een holte,, die is gevormd door verwijdering van het uitsteek- 10 sel en die is aangebracht langs de as van de kop, welk uitsteeksel in aangrijping kan worden gebracht met de flens.
2. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holte is gevormd vanaf êen zijde van de kop langs de as daarvan en een dun deel is aangebracht aan de bodem van de 15 holte.
3. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holte aan beide zijden van de kop langs de as daarvan is gevormd en een versterkingsdeel in de holte is aangebracht.
4. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, 20 dat de diameter van de kop bij een toegepaste klemkracht af- neemt en zijn gereduceerde diameter terugkeert naar een oorspronkelijke diameter na het wegnemen van de klemkracht.
5. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holte gevormd is achter een vooreinde van de kop.
6. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holte is gevormd vanaf een vooreinde van de kop.
7. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flens in de richting van de centrale as van het doorgaande gat uitsteekt en twee hellende oppervlakken respektie- 30 velijk gevormd zijn aan het boven-en het ondervlak van de flens.
8. Bevestiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flens ringvormige uitsteeksels omvat die aangebracht zijn coaxiaal met het doorgaande gat en die uitsteken vanaf 35 het boven- en het ondervlak van de flens in de richting naar de centrale as van het doorgaande gat. 2 ; -- * i i ' 4 » - 14 -
9. Bevestiger volgens conclusie 3, met het kenmerk/ dat het versterkingsdeel een V-vormige doorsnede heeft in een vlak, dat loodrecht staat op de as van de kop.
10. Bevestiger volgens conclusie 3, met het kenmerk, 5 dat het versterkingsdeel een boogvormige configuratie in doorsnede heeft in een vlak, dat loodrecht staat op de as van de kop.
11. Bevestiger volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het versterkingsdeel schuin staat ten opzichte van de 10 ene kop naar de andere kop die verdeeld zijn in de holte volgens een vlak, dat loodrecht staat op de as van de kop. 8501227
NL8501227A 1984-05-09 1985-04-29 Bevestigingselement. NL192357C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP9105984 1984-05-09
JP59091059A JPS60234829A (ja) 1984-05-09 1984-05-09 連結紐状物

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8501227A true NL8501227A (nl) 1985-12-02
NL192357B NL192357B (nl) 1997-02-03
NL192357C NL192357C (nl) 1997-06-04

Family

ID=14015925

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8501227A NL192357C (nl) 1984-05-09 1985-04-29 Bevestigingselement.

Country Status (9)

Country Link
JP (1) JPS60234829A (nl)
KR (1) KR920009603B1 (nl)
AU (1) AU570318B2 (nl)
CA (1) CA1264011A (nl)
DE (1) DE3516174C2 (nl)
FR (1) FR2564223B1 (nl)
GB (1) GB2158868B (nl)
IT (1) IT1184546B (nl)
NL (1) NL192357C (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP2613062B2 (ja) * 1987-09-11 1997-05-21 株式会社トスカ 連結型結束具
FR2638881B1 (fr) * 1988-11-04 1993-01-22 Regicad Dispositif publicitaire pour chariot d'achat
JPH0924966A (ja) * 1995-07-10 1997-01-28 S K Koki:Kk 紐形結束部材
CA2357645A1 (en) 2000-09-25 2002-03-25 Steve I. Szabo Cable cincture fastening device
GB0028855D0 (en) * 2000-11-27 2001-01-10 Morrish Peter G A Catch
DE20313078U1 (de) * 2003-08-23 2004-12-30 Wincor Nixdorf International Gmbh Verschluss für ein Aufbewahrungsbehältnis
ES2871542T3 (es) 2016-12-29 2021-10-29 Avery Dennison Corp Método para generar un fijador y asegurar al menos un producto a al menos un embalaje

Family Cites Families (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB956972A (en) * 1960-09-19 1964-04-29 Ass Elect Ind Improvements in and relating to means for fixing longitudinally shafts, spindles and other parts
GB959039A (en) * 1961-02-08 1964-05-27 Itw Ltd Improvements in fasteners
US3169439A (en) * 1961-12-28 1965-02-16 Illinois Tool Works Plastic fastener having web-like reinforcing means
GB937220A (en) * 1962-12-04 1963-09-18 George Alfred Hingley Attachment pins
US3680194A (en) * 1970-09-21 1972-08-01 Precision Dynamics Corp Method and apparatus for assembling fastener components in strip-like material
US3718355A (en) * 1971-08-27 1973-02-27 R Canter Seal
ZA74177B (en) * 1973-01-11 1975-07-30 Dennison Mfg Co Attachment and mounting construction
IT1075006B (it) * 1976-06-25 1985-04-22 Lozio Battista & Figli Laccio di garanzia
NL7812641A (nl) * 1978-02-17 1979-08-21 Toska Co Ltd En Japan Bano K C Bevestigingsorgaan.
JPS55139512A (en) * 1979-04-13 1980-10-31 Satoogoosee Kk Connector
JPS6021504B2 (ja) * 1979-07-20 1985-05-28 株式会社リコー デ−タ読み取り装置
CA1216141A (en) * 1981-06-26 1987-01-06 Masami Kato Fasteners
JPS60501649A (ja) * 1983-06-24 1985-10-03 デニソン マニユフアクチユアリング カムパニ− 止め具
JPH07103963B2 (ja) * 1987-11-05 1995-11-08 松下電器産業株式会社 燃焼装置

Also Published As

Publication number Publication date
IT1184546B (it) 1987-10-28
GB2158868B (en) 1988-04-13
DE3516174C2 (de) 1997-07-10
DE3516174A1 (de) 1985-11-14
FR2564223B1 (fr) 1988-04-29
GB8509988D0 (en) 1985-05-30
KR920009603B1 (ko) 1992-10-21
AU570318B2 (en) 1988-03-10
AU4147585A (en) 1985-11-14
CA1264011A (en) 1989-12-27
NL192357B (nl) 1997-02-03
FR2564223A1 (fr) 1985-11-15
GB2158868A (en) 1985-11-20
KR850008235A (ko) 1985-12-13
NL192357C (nl) 1997-06-04
IT8520584A0 (it) 1985-05-06
JPH0360745B2 (nl) 1991-09-17
JPS60234829A (ja) 1985-11-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4854014A (en) Fastener
CH628453A5 (fr) Dispositif de fixation pour lier ensemble deux objets et ensemble constitue de plusieurs dispositifs.
DE10165108B3 (de) Clipvorrichtung für physiologisches Gewebe
NL8501227A (nl) Bevestiger.
US6044524A (en) Removal of injection-molded cable tie from mold
US4856665A (en) Tamper evident closure with hook-like locking tabs
EP0475854A1 (fr) Récipient et capsule à vis avec bande du garantie
JPH09107850A (ja) 釣竿用導糸環
JP2005001677A (ja) ボトル開口部のネジ構造
GB2103274A (en) Fastener
GB2187706A (en) Theft-deterring label-holders
US5615455A (en) Cable tie having enhanced abutment wall in locking head
IT1305535B1 (it) Ago perfezionato per collegare un sacchetto filtro,contenente unprodotto da infusione,ed una etichetta di presa con un filo
JP3547324B2 (ja) 封緘具の製造方法
US6190599B1 (en) Removal of injection-molded tie from mold by moving core disposed outside of abutment wall of tie
US5716579A (en) Removal of injection-molded tie from mold by utilizing staggered parting line
US5690883A (en) Removal of injection-molded tie from mold by utilizing bulges at opposite ends of abutment wall of tie
JP3131882B2 (ja) トンネルゲートを有する成形品の射出成形方法および装置
US5498090A (en) Apparatus for combining perforated papers into stacks
EP0783952B1 (en) Removal of injection-molded tie from mold by moving core disposed outside of abutment wall of tie
WO1982002729A1 (en) Needle device
JP2003081324A (ja) 止め具及びこれを用いた結束部材
KR100436585B1 (ko) 사출 성형기용 나사부 분리형 타이바
CA2193301C (en) Removal of injection-molded tie from mold by utilizing staggered parting line
JPH0411730Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20001101