NL7905656A - Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen. - Google Patents

Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen. Download PDF

Info

Publication number
NL7905656A
NL7905656A NL7905656A NL7905656A NL7905656A NL 7905656 A NL7905656 A NL 7905656A NL 7905656 A NL7905656 A NL 7905656A NL 7905656 A NL7905656 A NL 7905656A NL 7905656 A NL7905656 A NL 7905656A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
process according
hlb value
component
foamed
foam
Prior art date
Application number
NL7905656A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Ciba Geigy
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ciba Geigy filed Critical Ciba Geigy
Publication of NL7905656A publication Critical patent/NL7905656A/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06PDYEING OR PRINTING TEXTILES; DYEING LEATHER, FURS OR SOLID MACROMOLECULAR SUBSTANCES IN ANY FORM
    • D06P1/00General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed
    • D06P1/96Dyeing characterised by a short bath ratio
    • D06P1/965Foam dyeing
    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06LDRY-CLEANING, WASHING OR BLEACHING FIBRES, FILAMENTS, THREADS, YARNS, FABRICS, FEATHERS OR MADE-UP FIBROUS GOODS; BLEACHING LEATHER OR FURS
    • D06L4/00Bleaching fibres, filaments, threads, yarns, fabrics, feathers or made-up fibrous goods; Bleaching leather or furs
    • D06L4/60Optical bleaching or brightening
    • D06L4/664Preparations of optical brighteners; Optical brighteners in aerosol form; Physical treatment of optical brighteners
    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06MTREATMENT, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE IN CLASS D06, OF FIBRES, THREADS, YARNS, FABRICS, FEATHERS OR FIBROUS GOODS MADE FROM SUCH MATERIALS
    • D06M23/00Treatment of fibres, threads, yarns, fabrics or fibrous goods made from such materials, characterised by the process
    • D06M23/04Processes in which the treating agent is applied in the form of a foam

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Coloring (AREA)
  • Treatments For Attaching Organic Compounds To Fibrous Goods (AREA)
  • Chemical Or Physical Treatment Of Fibers (AREA)

Description

- 1 - % % N.O. 27.872 CIBA-GEIGY A.G., te Bazel,Zwitserland.
Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen met schuim, gekenmerkt, doordat men een opgeschuimde, waterbevattende samenstelling die een opschuimingsgraad van 1 : 6 - 1 : 20 heeft en die ten minste 5 a) een eerste oppervlak-actief middel met een HLB-waarde van 0,1 - 10,0, in het bijzonder 0,5 - 10,0, in een hoofdgedeelte, b) een tweede oppervlak-actief middel met een HLB-waarde groter dan 8,5 in een kleiner gedeelte, waarbij de HLB-waarde ten minste 3*0 eenheden groter is dan die van de component a), 10 c) een kleurstof, een optisch bleekmiddel en/of een ander toevoegsel en d) eventueel andere hulpmiddelen bevat, op de vezelmaterialen brengt, de vezelmaterialen eventu- ! eel droogt en fixeert. 15
Als opschuimingscomponenten a) en b) gebruikt men bij ! voorkeur een eventueel geethoxyleerde vetalcdiol en een alkalime-taal- of ammoniumzout van een vetzuur, een alkylarylsulfonzuur, een alkylsulfonzuur of een glycolethersulfaat of een alkylester van zwavelzuur of een omzettingsprodukt van een vetzuur en een 20 alkanolamine of een geëthoxyleerde vetalcohol.
De werkwijze volgens de uitvinding is voor het opbrengen van zowel chemicaliën als kleurstoffen op als textiel te gebruiken substraten geschikt, zoals bijvoorbeeld kamlont,- garen, gladde weefsels, poolweefsels, tapijten, breisels of vliezen. De-; 25 * ! ze substraten omvatten alle gebruikelijke natuurlijke en synthe- ; tische vezelmaterialen zoals katoen, hennep, linnen, ramie, ge- i V H 7905656 Μ 2 regenereerde cellulose, celluloseacetaat (2,5- of triacetaat), polyesters, polyacrylonitrile, polyamide, wol, zijde, polypro-peen of mengsels van verschillende vezels zoals gemengde weefsels van polyester/cellulose of van polyester/wol. Cellulose-en/of polyesters bevattende vezelmaterialen verdienen de voor- ‘ 5 keur.
Voor de verfwerkwijze volgens de uitvinding, waaronder zowel het eigenlijke verven als het bedrukken zijn te verstaan, komen alle gebruikelijke groepen kleurstoffen in aanmerking, bijvoorbeeld dispersiekleurstoffen, reactieve kleurstoffen, zure 10 kleurstoffen, kuipkleurstoffen, basische kleurstoffen, pigment-of koppelingskleurstoffen alsmed.e overeenkomstige, in de praktijk gebruikelijke mengsels van dergelijke kleurstoffen. Voorbeelden van geschikte kleurstoffen zijn in Colour Index, derde druk 1971, deel k, beschreven. 15
Als toevoegsels (chemicaliën), die volgens de uitvinding kunnen worden gebruikt komen alle^voor een toepassing in de textielindustrie geschikte chemicaliën in aanmerking, zoals ver-edelingsmiddelen, beschermingsmiddelen, bindmiddelen, reinigingsmiddelen, appreteermiddelen alsmede optische bleekmiddelen, bij- 20 voorbeeld die van de styryl- of van de stilbeenreeks. Bijvoorbeeld komt de toepassing van antistatisch makende middelen, hy- drofoob makende middelen, brand beperkende middelen, kreukvrij makende middelen, de onderhoud vergemakkelijkende middelen, stijf makende middelen, vuil afstotende middelen of de verwijdering van 25 vuil bevorderende middelen in aanmerking.
De componenten a) en b) van de samenstellingen volgens de uitvinding zijn de eigenlijke schuimcomponenten. De componenten a) en b) worden bij voorkeur in een gewichtsverhouding a) : b) van 1,5 s 1 - 1000 : 1 gebruikt. Dat wil zeggen dat de compo- 30 nent a) in het algemeen het hoofddeel van de schuimcomponent uitmaakt .
De gewichtsverhouding van de componenten a) en b) ten opzichte van elkaar is bij voorkeur £ : 1 - 1000 : 1 of in het bijzonder 8:1- 400 : 1. 35
De component a) is bij voorkeur een oppervlak-actieve, 'T 79056 5· δ 's
Y
3 * eventueel geëthoxyleerde vetalcohol, waarvan de HLB-waarde doelmatig 0,1 - 10,0 is, in het bijzonder 0,5 - 10,0. Componenten a) met HLB-waarden, in het gebied van 0,1 - 7»0 zijn doelmatig gebleken. De vetalcohol kan verzadigd zijn en bevat bij voorkeur 12 - 22 koolstofatomen. Voorbeelden van dergelijke alcoholen zijn 5 lauryl-, nryristyl-, cetyl-, stearyl-, arachyl- of behenyl- of oleylalcohol. Bij voorkeur worden de geëthoxyleerde alcoholen gebruikt, waarbij een ethoxyleringsgraad van 0-4, in het bijzonder 1 - 4 de voorkeur verdient.
Als component a) gebruikt men bij voorkeur polyethy- 10 leenglycol-(2)-cetylether of -stearylether of cetylalcohol.
De HLB-waarde is een maat voor de "Hydrophilic-Lipophilic -Balance1’ in een molecuul. Zoals bekend is een molecuul van een oppervlak-actieve verbinding gedeeltelijk hydrofiel en gedeeltelijk lipofiel. Het evenwicht tussen deze beide delen beïnvloedt 15 de oppervlak-actieve eigenschappen van het molecuul maatgevend.
Er kan een getal worden aangegeven dat ongeveer de mate van de hydrpfiliteit en de lipofiliteit (de HLB-waarde) definieert; hoofdzakelijk hydrofiele moleculen hebben grotere getallen en hoofdzakelijk lipofiele moleculen kleinere getallen. De HLB-waar- 20 den kunnen experimenteel worden bepaald (W.C. Griffin, JSCC 5, 249, 1954) of worden berekend (J.T. Davis, Tenside Detergents 11, 1974, nr. 3, bladz. 133). In bet onderhavige geval dient ervan te worden uitgegaan dat alle gebruikte HLB-waarden benaderde waarden van experimentele op. berekende bepalingen zijn en met ver- 25 anderingen in de samenstelling van een bepaald oppervlak-actief middel gemakkelijk kunnen variëren.
De component b) heeft in het algemeen een HLB-waarde groter dan 8,5 en met ten minste 3*0 eenheden groter dan de HLB-waarde van de component a). In het bijzonder componenten b) met 30 een HLB-waarde van 12 - 40 zijn doelmatig gebleken. Indien de component b) een alkalimetaal- of ammoniumzout is^is dit' zout bijvoorbeeld een lithium-, natrium-, kalium-, ammonium-, mono-alkanolamine-, diethanolamine-, triëthanolamine- of isopropanol-aminezout. Alkalimetaalzouten zoals natriumzouten verdienen ech- 35 ter de voorkeur.
V 7905655 4 λ *
De zouten van vetzuren zijn bij voorkeur van vetzuren met 10-24 koolstofatomen afgeleid, zoals van caprine-, laurine-, myristine-, palmitine-, stearine-, arachine-, beh-en-, lignoce-rine-, oleine-, lincl·, linoleen-, arachidonzuur of kokosvetzuur.
De alkylarylsulfonzuren zijn in het algemeen monosulfonzuren van 5 door één of meer alkylgroepen met 4 - 18 koolstofatomen gesubstitueerd naftaleen of vooral van benzeen. In het bijzonder alkylfe-nylsulfonzuren met 8-12 koolstofatomen in de alkylgroep verdienen de voorkeur. Alkylsulfonzuren en alkylsulfaten bevatten in het algemeen 10 - 24 koolstofatomen in dë alkylgroep, zoals bij- 10 voorbeeld natrium-lauryl- of natrium-stearylsulfonaat of vooral -sulfaat. De glycolethersulfaten zijn in het algemeen alkanolen of alkylfenolen met 4-12 koolstofatomen in de alkylgroep, waaraan 1-10 mol epoxyethaan zijn geaddeerd en/met zwavelzuur zijn veresterd, zoals bijvoorbeeld ammonium- of natrium-nonylfenolpen- 15 taglycolethersulfaat. Voorts komen ook geëthoxyleerde vetalcoho-len met bijvoorbeeld een ethoxyleringsgraad van 5 - 100, in het bijzonder 8 - 30, en een vetrest zoals voor de component a) is aangegeven, in aanmerking.
De vetzuur/alkanolamine-omzettingsprodukten zijn pro- 20 dukten verkregen uit vetzuren met 10 - 24 koolstofatomen, zoals reeds is aangegeven, en alkanölaminen met 2-6 koolstofatomen, zoals ethanolamine, diethanolamine, isopropanolamine of di-iso-propanolamine.
Voorbeelden van dergelijke omzettingsprodukten zijn 25 het kokosvetzuurdiëthanolamide alsmede het laurinezuur- of stea-rinezuur-diëthanolamide. Naast het natriumlaurylsulfaat verdienen deze omzettingsprodukten in het bijzonder de voorkeur.
Afhankelijk van het gewenste effekt kunnen de volgens de uitvinding te gebruiken schuimen nog andere toevoegsels bevat- 30 ten, zoals zuren, basen, katalysatorén, ureum, oxydatiemiddelen, oplosmiddelen (bijvoorbeeld diëthyleenglycolmonobutylethër of 2-butoxyethanol) of emulgeermiddelen.
Het toevoegen van een verdikkingsmiddel is niet vereist, daar de schuimen ook zonder verdikkingsmiddel stabiel zijn, 35 dat wil zeggen dat zij half -waardetijden van meer dan 60 minuten \ Q7905656 - * r 5 hebben·
De volgens de uitvinding op te brengen samenstellingen bevatten de opschuimingscomponenten a) en b) in het algemeen in een concentratie van 1 - 100 g/1, in het bijzonder 10 - 50 g/1.
De bereiding van de schuimen wordt doelmatig zodanig 5 uitgevoerd dat men de opschuimingscomponenten a) -en b) eerst met elkaar mengt en oplost, zodat men oplossingen in water verkrijgt die 2 - 60 gew.# opschuimingscomponenten bevatten· Voorts is het ook mogelijk de componenten zonder toevoeging van water, echter bij aanwezigheid van een organisch oplosmiddel met elkaar te smel- 10 ten·
De bereiding van de schuimen wordt bij voorkeur mechanisch door middel van snel roterende roerders, mixers of speciale schuimpompen uitgevoerd, waarbij met de laatstgenoemde inrichtingen de schuimen ook continu kunnen worden bereid. Het is doelmatig 15 gebleken de afzonderlijke componenten vooraf op te lossen of vooraf te dispergeren, voordat zij in de opschuimingsinrichtingen worden gebracht· Indien gewenst kunnen de schuimen ook met behulp van gebruikelijke drijfmiddelen worden bereid.
Volgens de uitvinding zijn opschuimingsgraden, dat wil 20 zeggen volumeverhoudingen van de niet opgeschuimde tot de opgeschuimde samenstelling, van 1 : 6 tot 1 : 20 geschikt gebleken, bij voorkeur 1 : 8 tot 1 : 15·
De volgens de uitvinding te gebruiken schuimen munten uit doordat zij dik, dicht en stabiel zijn, dat wil zeggen dat zij 25 gedurende betrekkelijk lange tijd houdbaar zijn en bijvoorbeeld ook nog na een verblijftijd van meer dan 60 minuten bruikbaar zijn· De consistentie kan crèmeachtig worden genoemd. De diameter van de blazen in de schuimen is ongeveer 1-100 ^um.
De schuimen kunnen volgens de meest verschillende tech- 50 nieken gelijkmatig op de vezelmaterialen worden gebracht. Als voorbeelden van enige mogelijkheden kunnen worden genoemd: in het materiaal zuigen, op het materiaal'rollen, gecombineerd rollen en zuigen, rakelen met vaststaande messen of rol-rakelen (aan een enkele zijde of aan beide zijden), foularderen, in het 35 materiaal blazen, in het materiaal persen, drukken, voeren van % ^ 7905656 ' ’ 6 e het textielsubstraat door een kamer die continu met schuim wordt gevuld en waarin het schuim onder een bepaalde druk wordt gehou-deh. Door de genoemde werkwijzen wordt de schuimstruktuur verstoord doordat het schuim wordt ontwaterd en doordat de ontwate-ringsrest van het schuim als bevochtigingsmiddel voor het textiel- 5 materiaal werkt.
Als methode voor het bedrukken komt in de eerste plaats de direkte druk in aanmerking, bijvoorbeeld vlakke druk, rotatiedruk of rouleaux-druk.
De schuimen worden in het algemeen bij kamertempera- 10 tuur toegepast, dat wil zeggen bij ongeveer 15 - 30°C, Betrokken op het behandelde weefsel is de opgebrachte hoeveelheid van het schuim in het algemeen 20 - 60 gew.$, in het bijzonder 25 - 50 gew.%.
Het fixeren van de kleurstoffen en chemicaliën, dat 15 al dan niet met een tussendroging wordt uitgevoerd, kan bijvoorbeeld door stomen met verzadigde stoom of oververhitte stoom, thermosoleren, door middel van een chemicaliën bevattend bad of een metaalbad worden uitgevoerd. Na het fixeren kan het materiaal zoals gebruikelijk worden uitgewassen, gespoeld en gedroogd. 20
Ter vergroting van het*opnamevermogen van de behandelde vezelmaterialen voor de in de stabiele schuimen aanwezige werkzame componenten is het voorts doelmatig gebleken het textielsubstraat te verwarmen. Door het verwarmen van het vezelmateri-aal wordt de ontwateringssnelheid van het schuim en dus de wer- 25 king van de ontwateringsrest op het behandelde substraat als bevochtigingsmiddel en de doordringing daarvan aanzienlijk vergroot, waardoor enerzijds de produktiesnelheid en anderzijds de ’ kwaliteit van de appretering of verving eveneens worden vergroot.
In het bijzonder bij dikke poolweefsels is deze methode doelma- 30 tig gebleken.
Volgens een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding, in het bijzonder voor het verven van tapijten en poolweefsels van polyamide, wol, polyacrylonitrile, polyesters en andere, wordt een kleurstof bevattend bad opge- 35 schuimd en het schuim wordt als schuimlaag op de pool gebracht en O 7905656 ij
fJ
Λ 7 * door middel van vacuüm ontwaterd. Daardoor wordt de opgebrachte hoeveelheid van het kleurstof bevattende bad vanaf de poolspit-sen tot aan de tapijtdrager verdeeld. Vervolgens wordt door middel van een rakel een tweede schuimlaag opgebracht. De totale opgebrachte hoeveelheid van het bad betrokken op het gewicht van 5 het tapijt in droge toestand is tussen 75 en 200 gew.$» waarbij de hoeveelheid van de tweede laag tussen 10 en 50 gew.$ kan zijn.
Volgens deze werkwijze is het ook mogelijk gedifferentieerd te verven tapijt-pool-materiaal op basis van polyamide met een goed differentieringseffekt te 'verven. 10
Bij het daarop volgende -stomen (kleurstoffixering) treedt een direkte ontwatering van de tweede schuimlaag op» waarbij wordt bereikt dat de poolspitsen egaal en door en door worden geverfd.
Deze speciale werkwijze kan slechts worden uitgevoerd 15 doordat het volgens de uitvinding bereide schuim de eigenschap cLSti? Ιΐθΐ heeft /tijdens het stomen door de ontwatering direkt wordt stukgeslagen en niet meer opschuimt. Daardoor worden egale vervingen verkregen waarbij het materiaal door en dobr is geverfd.
Deze werkwijze kan op al dan niet vooraf gereinigde 20 (behandelen met bevochtigingsmiddel) pool-materialen worden toegepast.
De werkwijze volgens de uitvinding heeft vergeleken met bekende werkwijzen aanzienlijke voordelen.
Bij de direkte druk kan een aanzienlijke vergroting 25 van de fixeringsgraden voor dispersiekleurstoffen worden waargenomen» bijvoorbeeld bij polyesterweefsels.
Bij de druk met reactieve kleurstoffen kunnen de hoeveelheden van de niet gefixeerde kleurstoffen aanzienlijk gemakkelijker worden uitgewassen. Daarbij het werken met schuimen 50 slechts een kleine hoeveelheid vocht wordt opgenomen (tot 40 gew,$) zijn grote droogsnelheden of korte droogtijden mogelijk.
Voorts vindt tijdens het drqgen slechts een geringe of zelfs geen migratie plaats.
De drukken hebben scherpe omlijningen. Tengevolge van 55 de kleine hoeveelheden vloeistof wordt het afvalwater in de druk- 'j 79 0 5 65 6 \ α 8 kerij-, ververij- en appreteerbedrijven slechts gering belast, hetgeen eucologisch doelmatig is. Ook de waterbesparing is een groot voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding. Bij het appreteren wordt vergeleken met de gebruikelijke foulardeerwerkwijzen ook een verbetering van de relatie tussen bereikbaar ef- 5 fekt (bijvoorbeeld bij het sterk veredelen) en de vermindering in de sterkte van het materiaal bereikt.
In de volgende voorbeelden hadden alle schuimen half— waardetijden van meer dan 60 minuten, terwijl de gebruikte kleurstoffen de volgende waren: ^ 10 zie de formules respectievelijk mengsels 1 - 24· C-7 9 0 5 6 5 6 Λ Λ <· 9
Voorbeeld I,
Opschuimbare samenstelling bestaande uit de volgende componenten: . 3 g polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5»3) 0,01 g natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde *f0,0) 82,99 g water 5 1½ g van één van de kleurstoffen mét de formules 1 tot en met _ 7 100 g.
De schuimcomponenten werden onder roeren met 30 g water op 75 - 85°C verwarmd, totdat alle vaste bestanddelen waren 10 gesmolten. De homogene massa werd met de overige hoeveelheid water verdund. Nadat de kleurstof was toegevoegd werd het mengsel opnieuw grondig gemengd.
Het opschuimen werd met een huishoudelijke roerinrich-ting uitgevoerd. Door 10 minuten roeren werd een schuim met fijne 15 poriën verkregen. De opschuimingsgraad was 1:8, dat wil zeggen dat uit 100 g van het uitgangsmengsel 800 ml schuim werd verkre- gen.
Met de verkregen ',schuimpasta,, werd een polyester-textuurweefsel (gewicht per m 170 g) volgens de filmdrukmethode 20 ^ met een rolrakel bedrukt. De gewichtstoename op de bedrukte • ^7905656 \ 10 plaatsen was 33%· Het bedrukte weefsel werd gedroogd en vervolgens 90 seconden bij 200°C gethermofixeerd. Na het thermofixeren werd het materiaal met koud water grondig gespoeld en de niet gefixeerde kleurstof werd door een reduktieve reiniging met een oplossing, die 3 ml/1 30-gew.procents natronloog en 1 g/1 natrium- 5 waterstofsulfiet bevatte, in 10 minuten bij 80°C verwijderd,
De fixeringsgraad van de volgens deze werkwijze voor het bedrukken gebruikte kleurstoffen was aanzienlijk groter dan die van de volgens de gebruikelijke werkwijze voor het bedrukken gebruikte kleurstoffen met een verdikkingsmiddel (St.Jansbroodpit- 10 mee^* gefixeerde kleurstof . 100
Berekening van de fixeringsgraad (#) · ..................
gebruikte kleurstof
Kleurstof met de Fixeringsgraad in % formule schuim- gebruikelijke 15 bedrukking bedrukking v (1) 50# 99 78 (2) 50% 98 80 (3) 100# 92 70 (*f) 50# 91 59 20 (5) 100# 96 7^ (6) 100# 99 72 (7) 100# 81 66 * Druk in een gelijke kleurdiepte.
Voorbeeld II. 25
Er werd zoals in voorbeeld I te werk gegaan, waarbij echter de fixering van de kleurstof werd uitgevoerd door 8 minuten behandelen bij 180°C met oververhitte stoom.
Er werden fixeergraden bereikt die even goed waren als die van voorbeeld I, 30
Door zoals in voorbeeld I te werk te gaan, echter onder toepassing van de volgende samenstellingen (voorbeelden III -V) werden resultaten bereikt die even goed waren als die van voorbeeld I.
9 7905656 11 '
Voorbeeld III.
3 g polyoxyethyleen-(2)-stearylether (HLB-waarde 4,9) 0,1 g laurinezuurdiëthanolamide (HLB-waarde 11,5) 82,9 g water 14 g kleurstof, één van de kleurstoffen met de formule 1 tot 5 ________ en met 7 100 g.
Voorbeeld IV.
3 g polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 2 g kokosvetzuurdiëthanolamide (HLB-waarde 13,2) 10 81 g water 14 g kleurstof, één Van de kleurstoffen met de formule 1 tot en met 7 100 g.
Voorbeeld V. 15 3 g polyoxyetbyleen-(2)-C^2/0^“alcoholeth.er (HLB-waarde 6,5) 0,01 g natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde 40 ) 82,49 g water 14 g kleurstof, één van de kleurstoffen met de formule 1 tot _ en met 7 20 100 g.
Voorbeeld VI.
Bereid werd de volgende samenstelling van sehuimcom-ponenten (mengsel I): 300 g polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 25 50 g kokosvetzuurdiëthanolamide (HLB-waarde 13,2) 300 g 2-butoxyethanol 650 g.
De componenten werden gemengd en bij 75 - 85°C samengesmolten. Vervolgens liet men het mengsel onder roeren afkoelen, 30 waarna het afgekoelde mengsel koud verder werd verwerkt.
De voor de schuimbedrukking geschikte samenstelling bestond uit de volgende componenten: '
6,5 g mengsel I
15 g ureum 35 6 g natriumcarbonaat (watervrij) ς 7905656 ï * * I' l «t *· 12 ^ g kleurstof met de formule 8 68,5 g water 100 g.
Alle componenten (ureum en natriumcarbonaat vooraf in water opgelost) werden onder sterk roeren bij kamertemperatuur 5 gemengd, totdat een homogene emulsie was verkregen. Na toevoeging van de kleurstof (vooraf niet opgelost) werd het mengsel met behulp van een roerinrichting opgeschuimd (verschuimingsgraad 1:8).
Er werd een crèmeachtig stabiel schuim met fijne poriën verkregen. Met het verkregen schuim werd een katoen-popeline-weefsel 10 volgens de filmdrukwerkwijze met een rolrakel bedrukt. De ge-wichtstoename op de bedrukte plaatsen was 32%, Vervolgens werd het weefsel 10 minuten bij 102°C met verzadigde stoom behandeld.
Ter verwijdering van de niet gefixeerde kleurstof werd het be-dukte materiaal grondig koud gespoeld en vervolgens met kokend 15 water gewassen. Daarbij was de niet gefixeerde kleurstof gemakkelijk te verwijderen, hetgeen een bijzonder doelmatig resultaat is.
Er werd een egale druk met scherpe omlijningen verkregen.
Voorbeeld VII.
Aan de samenstelling van voorbeeld VI werd in plaats 20 van de reactieve kleurstof het volgende kleurstofmengsel toegevoegd en opgeschuimd: 8 g kleurstof met de formule k, 50$, 5 g kleurstof met de formule 9· ' Met het verkregen schuim werd een PES/CO-weefsel 35 (67 ‘ 33) zoals in voorbeeld VI bedrukt, gedroogd en vervolgens 90 seconden bij 200°C gethermofixeerd. Ter verwijdering van de niet gefixeerde kleurstof werd het weefsel vervolgens eerst met koud water gespoeld en daarna met warm water gewassen. Er werd een druk met scherpe omlijningen verkregen waarbij beide vezels 30 tint in tint waren geverfd.
Voorbeeld VIII.
De volgende opschuimbare samenstelling werd bereid: 3 g polyoxyethyleen-(2-)-cetylether (HLB-waarde 3,3) 0,02 g natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde ^0 ) 35 15 g van een 42-gew.procents oplossing van dimethyloldihy- *^79 0 5 656 13 droxyethyleenureum 2 g MgCl2. 6 H20 1,*t g omzettingsprodukt van stearinezuur en diethanolamine (1536) 0,6 g van een 40-gew.procents polyethyleenemulsie 5 77*98 g water 100 g.
De schuimcomponenten werden met eén_derde van het water bij 75 - 85°C homogeen geroerd, vervolgens werd het resterende water en de overige componenten opnieuw krachtig geroerd, op- 10 schuimingsgraad 1:8.
Met het verkregen sdhuim werd een katoenweefsel aan een enkele zijde met een rolrakel geïmpregneerd, gewichtstoename k0%. Vervolgens werd het weefsel gedroogd en 5 minuten bij 150°C gecondenseerd. Het geappreteerde weefsel had een goede maatge- 15 trouwheid en goede eigenschappen van de kreukvrijheid.
Voorbeeld IX.
a) Bereid werd de volgende - pasta_ van schuimcomponenten (mengsel II): 200 g cetylalcohol (HLB-waarde 0,1) 20 50 g kokosvetzuurdiëthanolamide (HLB-waarde 13,2) 10,5 g van een emulgeermiddel verkregen uit 7 g van een addukt van 15 mol epoxyethaan aan 1 mol stearylalcohol en 3,5 g van een addukt van 12 mol epoxyethaan aan 1 mol stearinezuur 25 739,5 g water 1000 g.
Alle componenten werden bij 75 - 85°C onder roeren tot een homogene massa gemengd. Vervolgens liet men het mengsel onder roeren afkoelen. 30 b) Opschuimbare samenstelling:
5 g mengsel II
15 g van een 42-gew.procents oplossing van dimethyloldihydroxy-ethyleenureum 2 g MgCl2 . 6 H£0 35 -Z"^· 0,1 g van een optisch bleekmiddel met de formule 23 V- I 7905656 » * 14 1,4 g omzettingsprodukt van stearinezuur en diethanolamine (15$) 0,6 g van een polyetheenemulsie 75i9 g water 100 g.
De componenten werden koud met een snel roterende roer- 5 der homogeen gemengd en daarna opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 8. Met het verkregen schuim werd een katoen-popelineweefsel op een twee walsen omvattende horizontale foulard geïmpregneerd, gewichtstoename 40$. Vervolgens werd zoals in voorbeeld VIII verder te werk gegaan. Het geappreteerde weefsel had bijzonder goe- 10 de eigenschappen met betrekking tot de kreukvrijheid en had op beide zijden een gelijk effekt van de optische bleking.
Voorbeeld X,
Bereid werd de volgende samenstelling van schuimcomponen-ten (mengsel III). 15 500 g polyethyleenglycol-(2)-cetylether (HLB-waarde 5»3) 1,67 g natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde 40 ) 498»55 g water 1000 g.
Het op te schuimen impregneringsbad had de volgende sa- 20 menstelling: 60 g/1 van de kleurstof met de formule 10 5 g/1 natriumzout van 3-nitrofenylsulfonzuur, 40 g/1 .mengsel III.
Alle componenten werden eerst opgelost, daarna onder 25 toepassing van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 12. Met het stabiele schuim met fijne poriën werd een katoen-calicot-weefsel op een twee walsen omvattende horizontale foulard geïmpregneerd, waarbij de badopname 35% was. Na het drogen bij 80 - 90°C werd het materiaal met de volgende oplossing bij 30 kamertemperatuur geïmpregneerd: 250 g/1 NagSO^. 10H20 40 ml/1 30-gew.procents natronloog.
Vervolgens werd het materiaal 60 seconden met verzadigde stoom van 102 - 103°C behandeld. Het weefsel werd grondig koud 35 en warm gespoeld en daarna kokend met 1 g/1 van een addukt van
Sr 79 0 5 6 5 6 t 15.
9 mol epoxyethaan een 1 mol p-nonylfenol gezeept. Er werd een egale verving met uitstekende echtheden verkregen.
Voorbeeld XI.
Bereid werd de volgende samenstelling van schuimcompo-nenten (mengsel IV). 5 461,5 g polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5»3) 77»0 g kokosvetzuurdiëthanolamide (HLB-waarde 13»2) 461»5 g 2-butoxyethanol "1000 " g.
Het op te schuimen impregneringsbad had de volgende sa- 10 menstelling: 60 g/1 kleurstof met de formule 10 5 g/1 natriumzout van 3-nitrofenylsulfonzuur 200 g/1 ureum ifO g/1 natriumcarbonaat (watervrij) 15 65 g/1 mengsel IV.
Alle componenten werden vooraf opgelost» vervolgens met behulp van een roerinrichting opgeschuimd» opschuimingsgraad 1 : 15. Een katoen-calicdfe-weefsel werd op een twee walsen omvattende foulard met een badopname van 33% geïmpregneerd en vervolgens bij 20 80 - 90°C gedroogd. Voor de fixering van de kleurstof werd 3 minuten bij 150°C gethermofixeerd. Vervolgens werd het materiaal zoals in voorbeeld X gespoeld en gezeept. Er werd een uitstekende verving verkregen.
Voorbeeld XII. 25
Bereid werd de volgende samenstelling van schuimcompo-nenten (mengsel V). 1 200 g cetylalcohol (HLB-waarde 0»1) 50 g kokosvetzuurdiëthanolamide (HLB-waarde 13»2) 10»5 g van een emulgeermiddel verkregen uit 7 g van een addukt 30 van 15 mol epoxyethaan aan 1 mol stearylalcohol en 3»5g van een addukt van 12 mol epoxyethaan aan 1 mol steari-nezuur 1 739»5 g water 1000 g. 35
Het op te schuimen impregneringsbad had de volgende 7905656 ♦ / ’ ’ · 1*6 samenstelling: 100 g/1 kleurstof met de formule 11
50 g/1 mengsel V
1 ml/1 *tO-gew.procents azijnzuur.
Alle componenten werden vooraf opgelost en vervolgens 5 met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 i 12. Een katoen-calicot-weefsel werd op een twee walsen omvat tende foulard!met een badopname van 35% geïmpregneerd en vervolgens bij 80 - 90°C gedroogd. Vervolgens werd het materiaal met de . volgende componenten gefoulardeerd: 10 80 ml/1 30-gew.procents natronloog k5 g/1 natriumwaterstofsulfiet 35 g/1 Na2S0v 10 H20.
Badopname: 80 gew.$.
Vervolgens werd het materiaal seconden met verzadig- 15 de stoom.bij 102°C behandeld. Na grondig koud spoelen werd met 2 ml/l 30-gew.procent-s H202 15 minuten bij 30°C geoxydeerd en daarna 20 minuten bij 98°C met 2 g/l van het dinatriumzout van 1-benzyl-2-heptadecyl-benzimidazool-disulfonzuur gezeept. Na grondig warm en koud spoelen werd het materiaal gedroogd. Men verkreeg 20 een egale rode verving met goede echtheden.
Voorbeeld XIII.
Het impregneringsbad had de volgende samenstelling: 30 g/1 kleurstof met de formule 12 30 g/1 ethanol 25 30 g/1 30-gew.procents natronloog 50 g/1 Na2S0v 10 HgO 50 g/1 mengsel IV.
Alle componenten werden vooraf opgelost en daarna met behulp van een roerinrichting opgeschuimd* opschuimingsgraad 1 : 30 7. Een katoen-satijn-weefsel werd op een twee walsen omvattende foulard met een badopname van 35 gew.$ geïmpregneerd en daarna bij 70°C gedroogd.
Vervolgens werd gefoulardeerd met: 20 g/1 kleurstof met de formule 13 35 kO g/1 NaCl.
7905656 \ xt ' .17
Badopname: 75 gew.%.
Vervolgens werd het weefsel 10 minuten aan de lucht gedroogd. Ter voltooiing van de verving werd vervolgens met 2 g/1 van het addukt van 9 mol epoxyethaan aan 1 mol p-nonylfenol 3 g/1 natriumcarbonaat (watervrij) 5 10 minuten bij kooktemperatuur gezeept. Er werd een briljante gele verving verkregen.
Voorbeeld XIV.
30 g/1 koperftalocyanine 100 g/1 van een Jf3-gew.procents emulsie van een copolymeer ver- 10 kregen uit 29 gew.$& n-butylacrylaat 8 gew.$ 2-ethylhexylacrylaat k gew.^o' acrylonitrile 1 gew.$ acrylamide 15
1 gew.$ N-methylolacrylamide kO g/1 mengsel III
100 g/1 van een harsoplossing bevattend 30 gew.# dimethyloldihydroxyethyleenureum 13 gew.# pentamethylolmelamine-tetramethylether 20 27 gew.% van een omzettingsomzetting van ureum, isohutyr-aldehyde, formaldehyde en methanol 3 g/1 MgCl2 . 6 h2o.
Alle componenten werden vooraf opgelost en daarna met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 25 12. Op een twee walsen omvattende foulard werden telkens één ka-toenweefsel en één gemengd weefsel van polyester en katoen 50/50 geïmpregneerd. De badopnamen waren respectievelijk 35 gew.$ en 30 gew.#. Vervolgens werden de materialen bij 80 - 90°C gedroogd en 30 seconden bij 180°C gethermofixeerd. Op beide weefsels wer- 30 den goede vervingen verkregen.
Voorbeeld. XV.
JfO g/l kleurstof met de formule 1^ , 100 g/1 ureum 50 g/1 thiodiglycol 33 50 g/1 mengsel III.
H 7905656
Alle componenten werden vooraf opgelost en daarna met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 8. Een celwol-serge-weefsel werd op een twee walsen omvattende horizontale foulard met een badopname van 4-0 gew.% geïmpregneerd en vervolgens zonder tussentijds drogen 5 minuten bij 102 - 103°C 5 met verzadigde stoom behandeld. Na het spoelen met koud water werd het materiaal met een bad dat 2 gew.$ van een omzettingspro-dukt van formaldehyde en ethyleendiaminodihydrochloride, betrokken op de gewichtshoeveelheid vezels, en met 1 ml/1 80-gew.pro-cents azijnzuur 20 minuten bij kO°G behandeld. Er werd een ver- 10 ving met een rustige kleur met goede echtheden verkregen.
Voorbeeld XVI.
16a weefsel: triacetaat 16b weefsel: 2,5-acetaat.
Samenstelling van het pasta-achtige drukpreparaat: 15 70 g/1 kleurstof met de formule 3 5 g/1 wijnsteenzuur ^0 g/1 mengsel III.
Alle componenten werden vooraf opgelost en vervolgens met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 20 1 : 12. Met het verkregen schuim werden het triacetaatweefsel en het 2,5-acetaatweefsel volgens de filmdrukwerkwijze met een rolra-kel bedrukt en bij 80 - 90°G gedroogd.
De fixering werd op de volgende wijze uitgevoerd: triacetaatweefsel: 8 minuten HT-stomen bij 1Ö0°G in een hanglus- 25 stoominrichting.
2,5-Acetaat-weefsel: 30 minuten bij 102 - 103°C behandelen met verzadigde stoom.
Nabehandeling van de drukken: triacetaat-weefsel: koud spoelen, daarna reductief rei- 30 nigen met 2 ml/1 30-gew.procents natronloog 2 g/1 natriumwaterstofsulfiet 1 g/1 van een 30-gew.procents oplossing van een addukt van 17 mol epoxyethaan aan stearylethyleentriamine 35 in 10 minuten bij 60°C, warm en koud spoelen.
^ 7905656 19- 2,5-Acetaat-weefsel: koud spoelen, daarna 15 minuten bij ^0°C met 1 g/l van een 30-gew.procents oplossing van een ad-dukt van 17 mol epoxyethaan aan stearylethyleentriamine zepen, koud spoelen.
Voorbeeld XVII. 5 A-0 g/l kleurstof met de formule 15 x g/l 40-gèw.procents azijnzuur (pH 5) 30 g/l mengsel III.
Alle componenten werden vooraf opgelost en met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 12. Een 10 polyamide-6.6-weefsel werd op een twee walsen omvattende foulard met een badopname van 35 gew.# geïmpregneerd. Vervolgens werd het weefsel zonder tussendroging 10 minuten bij 102 - 103°C met verzadigde stoom behandeld. Na grondig koud spoelen werd het weefsel ter verbetering van de natechtheden 10 minuten bij 20 - 30°C met 15 2 g/l van een mengsel van dioxydifenylsulfon en p-fenolsulfonzuur in een 2 : 1 nabehandeld.
Voorbeeld XVIII.
kO g/l kleurstof met de formule 16 15 ' g/l wijnsteenzuur 20 0,6 g/l van een condensatieprodukt van naftaleensulfonzuur en formaldehyde 0,7 g/l natriumchloraat 65 g/l mengsel IV.
Alle componenten werden vooraf opgelost en met behulp 25 van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 12. Een polyacrylonitrileweefsel werd op een twee walsen omvattende horizontale foulard met een badopname van 35 gew,$ geïmpregneerd en bij 80 - 90°C gedroogd. Vervolgens werd het weefsel 30 minuten bij 102 - 103°C met verzadigde stoom behandeld. Na grondig spoe- 30 len met koud water werd het weefsel met 2 g/l van een omzettings-produkt van kokosvetzuur en diethanolamine bij 50°G gezeept en daarna warm en koud gespoeld. Er werd den egale rode verving met goede echtheden verkregen.
Voorbeeld XIX; 35 ^0 g/l kleurstof met de formule 15 7905656 ' 20, 10 ml/1 azijnzuur 30 g/1 mengsel III.
Alle componenten werden vooraf opgelost en met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 12. Een wol-kamlont werd op een 2 walsen omvattende horizontale foulard 3 met een badopname van 35 gew.$ geïmpregneerd.
Vervolgens werd het materiaal zonder tussendroging 30 minuten bij 102°C met verzadigde stoom behandeld en daarna warm gespoeld. Er werd een goede gele verving verkregen.
Voorbeeld XX. 10 70 g/1 kleurstof met de formule 17.1 en 17.2 JfO g/1 mengsel III 1 ml/1 ifO-gew.procents azijnzuur.
Alle componenten werden vooraf opgelost en met behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 10. Een 15 gemengd weefsel van polyester en katoen (50/50) werd opeen twee walsen omvattende foulard met een badopname van 35 gew.Sé geïm- . pregneerd en bij 80 - 90°G gedroogd. Vervolgens werd. het materiaal 60 seconden bij 210°C gethermofixeerd en daarna gefoulardeerd mets 20 80 ml/1 30-gew.procents natronloog k5 g/1 natriumwaterstofsulfiet 35 g/1 Na^O^ . 10H20.
Badopname 70 gew,$.
Zonder tussendroging werd het materiaal met verzadigde 25 stoom van 102 - 103°C k5 seconden behandeld. Na grondig koud en warm spoelén werd het materiaal bij 30°C 15 minuten met 2 ml/1 30-gew.procents waterstofperoxide geoxydeerd en vervolgens 20 minuten bij 98°C met 2 g/1 Van het dinatriumzout van 1-benzyl-2-heptadecyl-benzimidazool-disulfonzuur gezeept. 30
Voorbeeld XXI.
80 g/1 kleurstof met de formules 18.1,, 18.2 en 18.3 200 g/1 ureum kO g/1 Na2C0^ (watervrij) 65 g/l mengsel IV. 35
Alle componenten werden vooraf opgelost en daarna met \7905656 21- ♦ behulp van een roerinrichting opgeschuimd, opschuimingsgraad 1 : 12. Een gemengd weefsel van polyester en katoen (50/50) werd met een badopname van 35 gew.$ op een twee walsen omvattende foulard geïmpregneerd en bij 80 - 90°C gedroogd. Vervolgens werd het materiaal 30 seconden bij 200°C gethermofixeerd. Na grondig spoe- 5 len met koud en warm water werd het materiaal met 2 g/1 van een addukt van 9 mol epoxyethaan aan 1 mol p-nonylfenol kokend gezeept en daarna warm en koud gespoeld. Er werd een verving verkregen waarbij de beide vezelgedeelten tint in tint waren geverfd. Voorbeeld XXII. 10
Fit de volgende componenten werd zoals in voorbeeld I een stabiel schuim voor het impregneren bereids 3 g polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5»3) 1 g polyoxyethyleen-(12)-stearylether (HLB-waarde 15»3) 6 g kleurstof met de formule 6 15 90 g water 100 g.
Door opbrengen op een polyesterweefsel zoals in voorbeeld I werd een blauwe druk met een grote fixeringsgraad van de kleurstof verkregen. 20
Voorbeeld XXIII.
Een verfbad bestaande uit de volgende componenten werd opgeschuimd: 10 g/1 kleurstof met de formule 19 1 g/1 natriumacetaat 25 30 g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 0,1 g/1 natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde *f0) x ml/1 azijnzuur (tot pH 6)
Opschuimingsgraad 1 t 11.
Het verkregen schuim werd door middel van een rakel in 30 een laag op een polyamide-6-tapijt (velour met polypropeen-band-jesbodem) gebracht. De dikte van het in een laag opgebrachte schuim kwam overeen met een opgebrachte hoeveelheid van het bad van 130 gew.#. Vervolgens werd door aanleggen van een vacuüm van ongeveer 0,1 bar aan de onderzijde van het tapijt het schuim ont- 35 waterd en het bad in de tapijtpool verdeeld. Vervolgens werd een G 7905656 Λ 22 " tweede schuimlaag opgebracht die overeenkwam met een badopname van 30 gew.#. Zonder tussendroging werd het materiaal vervolgens 5 minuten met verzadigde stoom bij 98 - 100° C behandeld, waarna het geverfde tapijt met koud water werd gespoeld. Er werd een egale verving met goede echtheden verkregen, waarbij het tapijt 3 door en door was geverfd.
Voorbeeld XXIV.
De volgende opschuimbare mengsels werden zoals in voorbeeld I bereid en opgeschuimd, waarbij de halve waardetijd van het schuim telkens meer dan 60 minuten was. 10 XXIV.1: 20 g/1 van een 2é-gew.procents oplossing in water van een omzet-tingsprodukt met de formule 25 kO g/1 stearylalcohol (HLB-waarde 0,1) 10 g/1 hatriumzout van laurinezuur (HLB-waarde 21). 15
Opschuimingsgraad 1 : 9· XXIV,2: 250 g/1 van een 50-gew,procents oplossing van een mengsel van di-methylolureum en 1.3-dimethylol-4-methoxy-5.5-dimethyl-propyleenureum in een verhouding van 1:1 20 50 g/1 van een 15-gew.procents oplossing in water van een omzet-tingsprodukt van 1 mol stearinezuur en 2 mol diethanolamine 35 g/1 MgCl2 . 6 H20 20 g/1 cetylalcohol (HLB-waarde 0,1) 25 k g/1 polyoxyethyleen-(20)-laurylether (HLB-waarde 17). Opschuimingsgraad 1 ; 12.
XXIX.3: 100 g/1 van een hydrofoob makend middel op basis van paraffine en een met een alkanolamine gemodificeerd omzettingsprodukt 30 van een vetzuur-N-methylolmelaminemethylether 80 g/1 van een 60-gew.procents oplossing in water van penta-methylolmelamine-2,5-me thylether 5 g/1 aici3 . 6 h2o 30 g/1 oleylalcohol (HLB-waarde 0,1) 35 { 7 g/1 polyoxyethyleen-(30)-oleylether (HLB-waarde 15*3)» vi T 7905656 23
Opschuimingsgraad 1 : 15* XXIV Λ: 120 g/1 van. een 60-gew.procents oplossing in water van penta- methylolmelamine-2,5-methylether 500 g/1 3-dimethyl (fosfonopropionzuur)-N-methylolamide (80- 5 gew.procents) 60 g/1 2-amino-2-methylpropanol-1 6 g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5*3) 1,5 g/1 kokosvetzuurdiêthanolamide (HLB-waarde 13)·
Opschuimingsgraad 1:8. 10 XXIV.5: 500 g/1 van een 45-gew.procents oplossing in water van een omzet-tingsprodukt van dimethylolureum en monoëthanolamine 60 g/1 van een 50-gew.procents oplossing in water van een ge- methyleerd omzettingsprodukt van melamine, ethyleenureum 15 en formaldehyde 20 g/1 van een 2^-gew.procents emulsie in water van een met een vetzuur gemodificeerd N-methylolmelamine 4-0 g/1 2-amino-2-methylpropanol-1 15 g/1 polyoxyethyleen-(2)-stearylether (HLB-waarde 4,9) 20 3 g/1 natriumzout van oliezuur (HLB-waarde 18),
Opschuimingsgraad 1 : 10.
XXIV.6: 50 g/1 van een 15-gew.procents oplossing in water van een omzettingsprodukt van bisfenol A, epichloorhydrien en diëthy- 25 leentriamine 50 g/1 van een 40-gew.procents emulsie van een siloxanolie 10 g/1 van een 60-gew.procents oplossing in water van pentamethy-lolmelamine-2,5-methylether 6 g/1 ZnCl2 . 6 H20 30 10 g/1 polyoxyethyleen-(2)cetylether (HLB-waarde 5»3) 2 g/1 kokosvetzuurdiêthanolamide (HLB-waarde 13i2).
Opschuimingsgraad 1 : 10. j XXIV.7: 120 g/1 van een 50-gew.procents oplossing van een mengsel van di- 35 methylolureum en 1.3-dimethylol-4-methoxy-5.5-dimethyl- 7905656 24 propyleenureum in een verhouding van 1:1 30 g/1 van een 40-gew.procents waterbevattende emulsie van poly-etheen 5 g/1 van het optische bleekmiddel met de formule 2k (20-gew.- procents) 5 20 g/1 MgCl2 . 6H20 40 g/1 myristylalcohol (HLB-waarde 0,1) 10 g/1 polyoxyethyleen-(20)-laurylether (HLB-waarde 17). Opschuimingsgraad 1 : 13· XXIV.8: 10 100 g/1 van een 75-gew.procents oplossing in water van dimethy-lolglyoxalmonoureine 50 g/1 van een 26-gew.procents waterbevattende dispersie van een condensatieprodukt van hexamethylolmelaminepentamethyl-ether en stearinezuurmethylolamide-isobutylether 15 50 g/1 van een 20-gew.procents oplossing van een fluorcomponent op basis van een perfluoralkylsulfonzuuramide 5 g/1 azijnzuur (40-gew.procents) 20 g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5»3) 5 g/1 kokosvetznurdiethanolamide (HLB-waarde 13»2). 20
Opschuimingsgraad 1 : 9.
XXIV.9: 250 g/1 van een 60-gew.procents oplossing van pentamethylolmela-mine-2,5-raethylether 10 g/1 polyvinylalcohol 25 40 g/1 2-amino-2-methylpropanol-1 2k g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5i3) 6 g/1 natriumzout van palmitinezuur (HLB-waarde 19).
Opschuimingsgraad 1 : 11.
XXIV.10: 30 50 g/1 van een 75-gew.procents oplossing van dimethylglyoxalmono-ureine 30 g/1 van een waterbevattende polyetheenemulsie 30 g/1 2-amino-2-methylpropanol-1 30 g/1 polyoxyethyleen-(2)-stearylether (HLB-waarde 4,9) 35 5 g/1 van een 40-gew.procents oplossing van het ammoniumzout j 7905656 25 , van een zure zwavelzuurester van het additieprodukt van 2 mol epoxyethaan aan 1 mol p-nonylfenol (HLB-waarde 16). Opschuimingsgraad 1:8.
XXIV,11i 100 g/l van een 20-gew.procents waterbevattende emulsie van een 5 copolymeer verkregen uit acrylzuur-methoxypolyethyleen-glycolester, acrylzuur en N-methylolacrylamide 3 g/l ffl^ci 7 g/l fosforzuur 15 g/l polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 10 3 g/l kokosvetzuurdiêthanolamide (HLB-waarde 13).
Opschuimingsgraad 1 : 12.
XXIV,12: ' 20 g/l van eep£4-gew.procents waterbevattende emulsie van een met een vetzuur gemodificeerd N-methylolmelamine 15 400 g/l van een 42-gew.procents oplossing in water van een omzet-tingsprodukt van ureum, glyoxaal en formaldehyde 30 g/l zwavelzuur (98-gew.procents) 16 g/l polyoxyethyleen-(2)-stearylether (HLB-waarde 4,9) , 4 g/l kokosvetzuurdiêthanolamide (HLB-waarde 13)· 20
Opschuimingsgraad 1 : 9·
In de tabel zijn de resultaten aangegeven van de proeven die zijn uitgevoerd met de samenstellingen volgens de voorbeelden XXIV.1 tot en met XXIV.12.
25 t % \ 7905656 \ 26.
Η · ·Η Ρ 3 -Ρ 3 0) d Φ >
U Ο U
ft Ρι ft tied ρ ft cd ® ρ ι -ρ ® ® ι ! φ ϊ Φ 60 Φ ϊ = Ρι Μ ^Φ-P^MfHft cd ft ·π cd 60 cd cd cd ®60 60cdPcd®® ,ti ,ti & ti ti cd S Φ S S d Ο Ο -Η ·Η d Ρ -Ρ ti CQ CQ d Ρι J-i d ·Η - ,ti d d Φ •Η ·γ) ti Φ Φ Φ S toüö ti d ,Μ ρ ρ cd ,ο Ρ r» ·η -η cd (d cd d cd
cd cd o o ο ι Pi n φ S
-ρ p -P l Vt Vi d ö ^ ' i I+5 X CQ W Λ O O I Φ^ΦΛΛΟ'Η φ -ri -ri W Pi Pi S Pi f3 Η M CQ Ρ Ό ch ρ p cd d d cd ti ®Hcd cd co -h
vi ÖÖ3 X X Η P Pi O 3 3 Vi P
W cd cd = .ti .ti > h ti > = = cd co ti fi n φ φ φ
Pi f-i Pi tidti®®tititi® ΦΦΦΜΧΦΦΦί»!
Pi Pi U ·Η ·Η Pi Pi Pi ·Η
ΟφφίΗ'ΗφΦΦ'Η MXXOOMXMO •Η -Π -H S S -Η -Η -Η S
Ο O Vt «η <η Ρι Pi Vi Vi Vi Pi ΟΟΟΟΟΦΦΟΟΟΦ oosestitisseti IN Ν Ρ Ρι Ρι Ρ Ρ Pi U Pi+> φ φ φ φ φ Φ ο -rj ti ti ti * ·- ti ti ti - -η-η-ρ-ρ-ρ ti ö ρ ρ ρ ti ,Ω & (D<D Ο
ψ. ·* ·* bO bQ ** ·* ♦‘bO
ddd ΰ d ο ο d ΰ d ρ φφφ φ φ Ρι Ρι φ Φ Φ Ρι 60 60 60 60 60d d 60 60 6Qd ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟ Ο • Ρι Ρι Ρι Ο ΡιΟ Ρι Ο ·· Ο - > ΡιΟ Ρι Ο Ρ Ο *0_ Η d d do do do do do d o d ο όο ΰ o Φ ΙΛ LPy ΟΦΙΑΦΟ IN Ο ΙΛΦΓ
· * + ιλ ·· 1Λ «-NO Pi lf\ Pi NO ·· r- *· ΙΛ * 1Λ Pi CM
cd Η H Hr- H v Hr- ΦΓ* Φ v Η Ητ-Ητ-φ μ φ φφφ φ odd φ·φ φ d · d Ρ· h« 0 cdcdcddcddcddcddcddcdocddcddcd®
ti Ρι Pi Pi -Η Ρι -Η Ρι -Η H -rl Η Ή Pi CQ Pi -rl Pi -rl H CQ
P HHHSHSHSdSdSH H S H S ti„ Φ ooo o o o o ooo o oo S Pi Pi Pi ti· Pi -4" Pi ti- «Η ΙΛ Vi ΝΛ ρ, N> Ρι ΙΛ Ρι ΙΛ Vi ti1
Φ I "5R
d H · S Φ S3 1 Ή Φ Ρ Φ „ „ ^ ^ _„
Odfï'ÖdtOONNOlA-d- ΙΛ O no O O OO C'-60 ti Φ P ti 4- ΓΛ ΙΛ ti- ΙΛ -d- -d- f*> CT\ <M cm ft ο Ο φ o d
O to d d «3 -H
Φ d
•r) H
Ρι Η ρ, φ
Η Η Φ Φ Φ CQ H
φ Φ ft ft CQ ft Vl P CO CO Φ H co<Q® O W φ Φ O P4 W Μ cd VlVldd ft ft ti Φ O ft ft Vl (d Φ Φ I I \ IN I 3 P \ O \ CN- Φ ρ φ φ d d dNOd h Pi diAdNO® Ρι 33ΦΦΦΦΟΡΦΦ3
φ I I O O O « O 3,1 O « O ·· I
P O CO P p -p +i ι—l Ο Ρ P CQ
Id «d Wcd Cd cd IΛ cd ® < cd O cd !Λ P>q SB ft ft ti ti ti κ·\ ti o ft ti itn ti γλ a, d
H
φ cd ti cd ti _ _
Φ T-^-CM ΓΛ ΓΛ-d- 1ΛΝΟ INCO O
**·····**·· p, >>>>>>>>>>> O hhhhhhhhhhh
o XXXXXiXXXXXiX
,Λ ; > XXXXXXXXXXX
_ _ \\ % \ 7905656 27
A
-POP φ B Φ ft) '<"· ft) ft 4i to ft at cd ö at
I -P ·Η I
= ra ε = in -H ft) ft) at -p 0 at Φ ö t> ®
5 at S3 S
φ Ό · .ϋ Ό Ö H Ji Ö at φ φ at
•r4 cH
p I «Η > I
X A Ο l A
φ O h'H HI
cm at Ό P at £ S >, Ö is P3 r ,ö at - a ft! φ φ u u φ Φ · X X +? •H tH Pc
«Η <Η O
000 ε s ö ftl ftl a φ φ ft< Λ Λ ® p P >
y-\ -- bO
{φ fi Ö Ή
Η φ φ -P
O bO bO A ·
> OOOOO
0 ft) O ftcO OO
φ ΌΟ Ό Ο > IA
> Ο (Λ <M
·. j· · v *
Hr- Η H ' ,-4 φ φ ® · ® Ö φ rö A . x O A Φ no ai S m ® fl fj at Λ in -H ft. to fti S3
Eh -P Η B H H
Φ OOOOO
s ft) tA fti ΓΛ ft) AJ
φ I
Ö rl · S® B £ I Ί-t Φ -H a> „ Φ 3 > Ό 3 tO tA O CN- hO A 0) rl Λ fA -* ^ ft O O O O Ö 0 to a ω -π Ό O ÉH φ Ö Φ Ö •Η Φ Ή
H ft) H
φ J3 Φ ft P ft
H OXO
at ft φ ft .rf ö φ ö ^ Φ bO Φ
Φ OO
-p _p c/2 -P
at at P3 at
S A ft A
Ό 1 'φ O v Al φ c- r- r* 43 · · · ft) > > >
Ο Η Η H
g a a a
V
\ \ 7905656 ' 28,
Voorbeeld XXV.
Het verven van polyamide-tapijtmateriaal volgens de ’’differential deyeing”-methode: 2.5 g/1 kleurstof met de formule 15 0,38 g/1 kleurstof met de formule 20 5 2.8 g/1 kleurstof met de formule 19 30 g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 0,1 g/1 natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde ^0) 1 g/1 natriumacetaat x ml/1 azijnzuur (tot pH 5,5). 10
Opschuimingsgraad 1 ; 10.
Het schuim werd door middel van een rakel in een laag op een tapijt (polyamide-δ, lus-waar met de typen basisch, "low" en "deep” vervend) in overeenstemming met een opgenomen hoeveelheid van het bad van 100 gew.$ opgebracht. Vervolgens werd het 15 schuim door aanleggen van een vacuüm van 0,02 bar ontwaterd, waardoor het bad in de tapijtpool werd verdeeld. Vervolgens werd een tweede laag schuim opgebracht, die in overeenstemming was met een badopname van 20 gew.#. Zonder tussendroging werd het materiaal vervolgens 5 minuten met verzadigde stoom van 98 - 20 100°C behandeld, waarna met koud water werd gespoeld. Er werd een egale groene tapijt-stuk-verving met een goede differentiëring en goede echtheden verkregen, waarbij het materiaal door en door was geverfd.
Voorbeeld XXVI. 25
Het verven van polyamide-tapijtmateriaal volgens de "differen-tial-dyeing"-methode: 2.5 g/1 kleurstof met de formule 15 0,38 g/1 kleurstof met de formule 20 « 2.8 g/l kleurstof met de formule 19 30 0,^7 g/1 kleurstof met de formule 22 0,16 g/1 kleurstof met de formule 21 30 g/1 polyoxyethyleen-(2)-cetylether (HLB-waarde 5,3) 0,1 g/1 natriumlaurylsulfaat (HLB-waarde ko) 1 g/1 natriumacetaat 35 x ml/1 azijnzuur (tot pH 5,5).
Q7905656 \ Z9
Opschuimingsgraad 1 : 10.
Er werd zoals in voorbeeld XXV te werk gegaan. Er werd een egale geelgroene tapijt-stuk-verving met een goede differentiëring en goede echtheden verkregen» waarbij het materiaal door en door was geverfd. 5
O
\ 7905656 \

Claims (20)

1. Werkwijze voor het behandelen van voor textiel ge schikte vezelmaterialen met behulp van schuim, met het kenmerk , dat men een opgeschuirade waterbevattende samenstelling, die een opschuimingsgraad van 1 : 6 tot 1 : 20 heeft 5 en die ten minste a) een eerste oppervlak-actief middel met een HLB-waarde van 0,1 - 10,0 als hoofdgedeelte, b) een tweede oppervlak-actief middel met een HLB-waarde groter dan 8,5 als kleiner gedeelte, waarbij de HLB-waarde met ten 10 minste 3»0 eenheden groter is dan die van de component a), c) een kleurstof, een optisch bleekmiddel en/of een ander toevoegsel, en d) eventueel andere hulpmiddelen, bevat, op de vezelmaterialen brengt en de vezelmaterialen eventu- 15 eel droogt en aan een fixering onderwerpt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met hetken-merk, dat men de samenstelling zodanig opschuimt dat de opschuimingsgraad 1 : 8-1 : 15 is.
3. Werkwijze volgens conclusie i of 2, m e t h e t 20 kenmerk , dat men de opgeschuimde samenstellingen vrij van verdikkingsmiddelen bereidt.
4. Werkwijze volgens conclusies 1-3» met het kenmerk, dat men het behandelen van de vezelmaterialen continu uitvoert. 25
5. Werkwijze volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat. men het schuim door mechanisch opschuimen bereidt,
6. Werkwijze volgens conclusies 1-5» met het kenmerk, dat men de opgeschuimde, waterbevattende samen- 30 stellingen door drukken, foularderen of rakelen op het vezelma- teriaal brengt.
7. Werkwijze volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat men als vezelmateriaal vlak materiaal gebruikt . 35 <f ^ 8. Werkwijze volgens conclusies 1-7, met het \ 7905656 kenmerk» dat men de opgeschuimde samenstelling op een verwarmd, voor textiel geschikt vezelmateriaal brengt. 9* Werkwijze volgens conclusies 1-8, met het kenmerk, dat men als component a) een eventueel geëthoxy-leerde vetalcohol en als component b) een alkalimetaal- of ammo- 5 niumzout van een vetzuur, een alkylarylsulfonzuur, een alkylsul-fonzuur of een glycolethersulfaat of een zwavelzuuralkyléster of een omzettingsprodukt van een vetzuur en een alkanolamine of een geëthoxyleerde vetalcohol gebruikt.
10. Werkwijze volgens conclusies 1-9, met het 10 kenmerk, dat men de componenten a) en b) in een gewichtsverhouding van 1,5 : 1 - 1000 : 1 gebruikt, in het bijzonder 4 : 1 - 1000 s 1.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat men de componenten a) en b) in een gewichts- 15 verhouding van 8:1- 400 : 1 gebruikt.
12. Werkwijze volgens conclusies 1-11, met het kenmerk, dat men als component a) een eventueel geëthoxyleerde vetalcohol met 12-22 koolstofatomen en een ethoxyle-ringsgraad van 0 - 4 en als component b) een alkalimetaal- of 20 ammoniumzout van een vetzuur met 10 - 24 koolstofatomen, een al-kylfenyl- of alkylnaftaleensulfonzuur met 4-18 koolstofatomen in de alkylgroep, een alkylsulfonzuur met 10 - 24 koolstofatomen in de alkylgroep, een zwavelzuuralkylester met 10 - 24 koolstofatomen of een zwavelzuurestér van een alkanol-epoxyethaan- 25 of alkylfenol-epoxyethaan-addukt met 4-12 koolstofatomen in de alkylgroep en een ethoxyleringsgraad van 1 - 10, of een omzettingsprodukt van een vetzuur met 10-24 koolstofatomen met een alkanolamine met 2-6 koolstofatomen gebruikt.
15. Werkwijze volgens conclusie 12, m e t h e t 50 kenmerk, dat men als component a) polyethyleenglycol-(2)-cetylether, polyethyleenglycol-(2)-stearylether of cetylalcohol en als component b) natriumlaurylsulfaht, kokosvetzuurdiëthanol-amide, stearinezuur-diëthanolamide of laurylzuurdiëthanolamide gebruikt. 55
14. Werkwijze volgens conclusies 1-15, met het 7905655 52 kenmerk» dat men een component a) gebruikt waarvan de HLB-waarde 0,5 - 10,0 is.
15. Werkwijze volgens conclusies 1 - 15» met het kenmerk, dat men een component a) gebruikt, waarvan de HLB-waarde 0,1-7,0 is· '5
16. Werkwijze volgens conclusies 1 - 15, met het kenmerk, dat men een component b) gebruikt waarvan de HLB-waarde 12 - ^0 is. 17* Werkwijze volgens conclusies 1 — 16, met het kenmerk, dat men schuimen gebruikt waarvan de half -waarde- 10 tijd meer dan 60 minuten is.
18. Werkwijze volgens conclusies 1-17, met het kenmerk, dat men een eerste schuimlaag op de poolzijde van een tapijt brengt, door middel van vacuüm in het tapijt zuigt, vervolgens een tweede schuimlaag opbrengt en door behandelen met 15 stoom het schuim ontwatert en de component c) fixeert.
19. Werkwijze volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat men het tapijtmateriaal verft.
20. Werkwijze volgens conclusie 18 en 19» met het kenmerk, dat men de tweede schuimlaag bij het behandelen 20 met stoom niet opschuimt.
21. Op te schuimen of opgeschuimde waterbevattende samenstellingen ter uitvoering van de werkwijze volgens conclusies 1 - 20.
22. Voor textiel geschikt vezelmateriaal, behandeld vol- 25 gens één of meer van de conclusies 1 - 20.
23. Gevormd voortbrengsel, vervaardigd met toepassing van volgens conclusies 1-17 behandeld vezelmateriaal. Q \f 7905656 M
NL7905656A 1978-07-27 1979-07-20 Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen. NL7905656A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
CH808478A CH622921B (de) 1978-07-27 1978-07-27 Verfahren zum veredeln, insbesondere zum faerben, bedrucken oder optisch aufhellen.
CH808478 1978-07-27

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7905656A true NL7905656A (nl) 1980-01-29

Family

ID=4334907

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7905656A NL7905656A (nl) 1978-07-27 1979-07-20 Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen.

Country Status (15)

Country Link
US (1) US4413998A (nl)
JP (1) JPS5522094A (nl)
AT (1) AT375690B (nl)
BE (1) BE877907A (nl)
BR (1) BR7904819A (nl)
CA (1) CA1139904A (nl)
CH (1) CH622921B (nl)
DE (1) DE2929954C2 (nl)
ES (1) ES482833A1 (nl)
FR (1) FR2433606A1 (nl)
GB (1) GB2027753B (nl)
NL (1) NL7905656A (nl)
PT (1) PT69943A (nl)
SE (1) SE434855B (nl)
ZA (1) ZA793828B (nl)

Families Citing this family (29)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2939796C2 (de) * 1979-10-01 1981-11-26 Fa. A. Monforts, 4050 Mönchengladbach Verfahren zum kontinuierlichen Ausrüsten und/oder Färben von textilen Flächengebilden und Vorrichtung zum Durchführen des Verfahrens
EP0030919B1 (de) * 1979-12-14 1983-08-17 Ciba-Geigy Ag Verfahren zum Veredeln, insbesondere zum Färben, optisch Aufhellen oder Ausrüsten von textilen Fasermaterialien
DE3002970C2 (de) * 1980-01-29 1983-12-01 Küsters, Eduard, 4150 Krefeld Verfahren zum kontinuierlichen Färben von bahnförmigen Textilgut mit unterschiedlichen Faserarten
US4326904A (en) * 1980-06-02 1982-04-27 National Starch And Chemical Corporation Heat collapsing foam system
US4364157A (en) * 1980-11-20 1982-12-21 Cutts William H Method for applying sizing to warp yarns
EP0058139B1 (de) * 1981-02-11 1985-08-28 Ciba-Geigy Ag Verfahren zum Färben oder Ausrüsten von textilen Fasermaterialien
JPS5829448A (ja) * 1981-08-18 1983-02-21 オリンパス光学工業株式会社 眼底カメラ
DE3142958A1 (de) * 1981-10-29 1983-05-11 Babcock Textilmaschinen GmbH, 2105 Seevetal Verfahren zur impraegnierung von textilbahnen oder dergl. mittels verschaeumter impraegniermittel
US4477514A (en) * 1983-11-14 1984-10-16 Dow Corning Corporation Method for treating cellulosic textile fabrics with aqueous emulsions of carboxyfunctional silicone fluids
EP0162018B1 (de) * 1984-05-18 1988-06-29 Ciba-Geigy Ag Verfahren zum Färben oder Bedrucken von cellulosehaltigem Textilgut mit Küpenfarbstoffen
JPH0226482Y2 (nl) * 1984-11-13 1990-07-19
IT1180947B (it) * 1984-11-23 1987-09-23 Montefibre Spa Procedimento per migliorare la mano e il drappeggio di prodotti tessili a base di poliestere
NL8500242A (nl) * 1985-01-29 1986-08-18 Firet Bv Werkwijze voor het vervaardigen van een vezelvlies waarin microbolletjes zijn opgenomen.
DE3514111A1 (de) * 1985-04-19 1986-10-23 Hoechst Ag, 6230 Frankfurt Verfahren zum endengleichen faerben von cellulosefasermaterialien mit azo-entwicklungsfarbstoffen
JPS6228471A (ja) * 1985-07-29 1987-02-06 カネボウ株式会社 撥水加工方法
EP0306447B1 (de) * 1987-08-26 1992-02-19 Ciba-Geigy Ag Dispersionsaufheller-Präparate
US5069681A (en) * 1990-01-03 1991-12-03 Ciba-Geigy Corporation Process for the photochemical stabilization of dyed polyamide fibres with foamed aqueous composition of copper organic complexes
DE4204885A1 (de) * 1992-02-19 1993-08-26 Henkel Kgaa Thiodiglykol-derivate, verfahren zu ihrer herstellung und deren verwendung zum weichmachen von textilien
EP0696710B1 (en) 1993-10-14 2002-01-23 Fujimak Corporation High speed oven
EP0879277B1 (en) * 1996-01-19 2001-10-17 Unilever Plc Non-cationic systems for dryer sheets
US5981626A (en) * 1997-02-14 1999-11-09 Binney & Smith Inc. Washable coloring composition suitable for use in dry erase markers
US5900094A (en) * 1997-02-14 1999-05-04 Binney & Smith Inc. Image transfer method for use with water based dry erase markers
DE69823482T2 (de) * 1997-02-14 2005-04-14 Binney & Smith Inc. Waschbare farbzusammensetzung
US20040121680A1 (en) * 2002-12-23 2004-06-24 Kimberly-Clark Worldwide, Inc. Compositions and methods for treating lofty nonwoven substrates
US7435264B2 (en) * 2003-11-12 2008-10-14 Milliken & Company Sculptured and etched textile having shade contrast corresponding to surface etched regions
WO2008058194A2 (en) * 2006-11-07 2008-05-15 Collins & Aikman Products Co. Luminous interior trim material
EP3303248B1 (en) * 2015-05-27 2020-07-29 Sika Technology AG Fatty alcohol aqueous suspension-based anti-filming surface admixture
CN106638039B (zh) * 2016-12-02 2019-11-08 中原工学院 一种锦纶薄织物的酸性染料泡沫印花液及泡沫印花方法
CN109289696B (zh) * 2018-10-29 2022-03-22 天津先光化工有限公司 一种咪唑啉两性表面活性剂的制备方法

Family Cites Families (19)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL131928C (nl) * 1966-02-17
BE754886A (fr) * 1969-08-16 1971-01-18 Bayer Ag Procede de teinture et d'impression en continu de matieres fibreuses contenant des groupes ioniques
DE2008245A1 (de) * 1970-02-21 1971-09-09 Chemische Fabrik Theodor Rotta, 6800 Mannheim Mittel und Verfahren zum Behandeln von Faden
BE788614R (fr) 1970-09-22 1973-03-08 Sandoz Sa Procede de finissage de matieres
US3762860A (en) * 1971-05-27 1973-10-02 Dexter Chemical Corp Foam dyeing process
DE2214409A1 (de) 1972-03-24 1973-09-27 Hoechst Ag Verfahren zum gleichmaessigen, frostingeffectfreien kontinuierlichen faerben von teppichware aus polyamidfasern mit traegermaterial aus hydrophoben fasern
DE2214377B2 (de) * 1972-03-24 1979-08-09 Hoechst Ag, 6000 Frankfurt Verfahren zum kontinuierlichen Färben von flächigem Textilgut
US3963432A (en) * 1972-10-27 1976-06-15 Imperial Chemical Industries Limited Aqueous compositions for use in applying dyestuffs
US3953168A (en) * 1973-07-20 1976-04-27 Sandoz Ltd. Dyeing process
NL7410432A (nl) * 1973-08-08 1975-02-11 Hoechst Ag Werkwijze voor het continu verven van wol.
DE2402342A1 (de) * 1974-01-18 1975-07-31 Hoechst Ag Verfahren und vorrichtung zum faerben und/oder ausruesten von textilen flaechengebilden
US3989456A (en) * 1974-03-22 1976-11-02 Basf Aktiengesellschaft Dyeing of polyester fibers
US4042320A (en) * 1974-05-09 1977-08-16 Ciba-Geigy Ag Anionic and nonionic emulsified dye suspension with formalin, hydrotropic agent
US4030882A (en) * 1975-01-02 1977-06-21 Eastman Kodak Company Solvent dyeing compositions and a method of dyeing polyester fibers therewith
US4118526A (en) * 1975-06-06 1978-10-03 United Merchants And Manufacturers, Inc. Method for treating fabrics
DE2610677A1 (de) 1976-03-13 1977-09-15 Bayer Ag Druckpasten
US4099913A (en) * 1976-03-25 1978-07-11 Union Carbide Corporation Foams for treating fabrics
DE2722082A1 (de) * 1977-05-16 1978-11-23 Union Carbide Corp Schaumpraeparat zur behandlung eines poroesen substrates
US4326904A (en) * 1980-06-02 1982-04-27 National Starch And Chemical Corporation Heat collapsing foam system

Also Published As

Publication number Publication date
PT69943A (en) 1979-08-01
AT375690B (de) 1984-08-27
GB2027753B (en) 1982-10-27
SE7906390L (sv) 1980-01-28
BR7904819A (pt) 1980-04-22
BE877907A (fr) 1980-01-28
ZA793828B (en) 1980-07-30
CA1139904A (en) 1983-01-25
CH622921GA3 (nl) 1981-05-15
DE2929954C2 (de) 1983-11-24
FR2433606B1 (nl) 1982-06-25
ATA515579A (de) 1984-01-15
US4413998A (en) 1983-11-08
SE434855B (sv) 1984-08-20
JPS5522094A (en) 1980-02-16
FR2433606A1 (fr) 1980-03-14
ES482833A1 (es) 1980-09-01
DE2929954A1 (de) 1980-02-21
GB2027753A (en) 1980-02-27
CH622921B (de)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7905656A (nl) Werkwijze voor het behandelen van voor textiel geschikte vezelmaterialen.
CA1080574A (en) Stain removing agents and process for cleaning and optionally dyeing textile material
JPH03294588A (ja) 染色ポリアミド繊維材料の光化学的安定化方法
GB2095285A (en) Drying textiles skins pelts or leather
JPS6212828B2 (nl)
GB2069542A (en) Method of treating especially dyeing whitening or fishing textile fabrics
US20030150068A1 (en) Dye-accelerant composition and process for using same
JPS62268879A (ja) セルロ−ス含有繊維材料の捺染または浸染方法
Capponi et al. Foam technology in textile processing
JP2002519523A (ja) 疎水性繊維材料に対するレジスト捺染
JPH07166473A (ja) 繊維材料の湿潤滑りの改良及びそのための湿潤油剤
BE1007232A3 (fr) Auxiliaires de teinture et leur utilisation.
JPH0324029A (ja) スチレンオキサイド化合物
CA1241803A (en) Process for printing cellulose-containing textile material
JPS6343508B2 (nl)
US2926062A (en) Water repellent compositions, products and processes for making same
NL8102187A (nl) Werkwijze voor het verven of behandelen van textielachtige vezelmaterialen.
RU2441956C1 (ru) Способ мраморирования текстильного материала
KR20020019067A (ko) 방직 섬유 처리시 폴리알콕실화 테르펜 유도체의 용도
RU2706132C1 (ru) Способ изготовления ворсовых трикотажных полотен
WO1991001404A1 (en) Process for printing cellulosic fibers
IL35106A (en) Process and compositions for optical brightening of organic fibrous substrates
JPS584880A (ja) 染色方法
JPH0841789A (ja) 防染物の製造方法
CN107523095A (zh) 一种活性黄染料组合物