NL193310C - Boorhamer. - Google Patents

Boorhamer. Download PDF

Info

Publication number
NL193310C
NL193310C NL8600412A NL8600412A NL193310C NL 193310 C NL193310 C NL 193310C NL 8600412 A NL8600412 A NL 8600412A NL 8600412 A NL8600412 A NL 8600412A NL 193310 C NL193310 C NL 193310C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
drum
coupling
coupling part
axially
lever
Prior art date
Application number
NL8600412A
Other languages
English (en)
Other versions
NL8600412A (nl
NL193310B (nl
Original Assignee
Bosch Gmbh Robert
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bosch Gmbh Robert filed Critical Bosch Gmbh Robert
Publication of NL8600412A publication Critical patent/NL8600412A/nl
Publication of NL193310B publication Critical patent/NL193310B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193310C publication Critical patent/NL193310C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25DPERCUSSIVE TOOLS
    • B25D16/00Portable percussive machines with superimposed rotation, the rotational movement of the output shaft of a motor being modified to generate axial impacts on the tool bit
    • B25D16/003Clutches specially adapted therefor
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T74/00Machine element or mechanism
    • Y10T74/18Mechanical movements
    • Y10T74/18056Rotary to or from reciprocating or oscillating
    • Y10T74/18296Cam and slide
    • Y10T74/18336Wabbler type

Description

1 193310
Boorhamer
De uitvinding heeft betrekking op een boorhamer met een door een motor aangedreven slagwerk, waarbij een heen en weer beweegbaar aandrijforgaan via een verend overbrengingsorgaan, bijvoorbeeld een 5 luchtveer, inwerkt op een axiaal beweegbaar slagorgaan, dat zijn energie aan een in de boorhamer geleid werktuig afgeeft, waarbij het aandrijforgaan van het slagwerk wordt bewogen via een drijfwerk, dat is voorzien van een tuimelschijf en een in- en uitschakelbare koppeling, welke een in afhankelijkheid van het aandrukken van het werktuig tegen het te bewerken werkstuk inschakelbaar beweeglijk koppelingsdeel bezit.
10 Een dergelijke boorhamer is bekend uit het Duitse Öffenlegungsschrift 3.136.264. Bij deze bekende constructie valt de hartlijn van de koppeling samen met de hartlijn van het met behulp van het slagorgaan in werking te stellen werktuig en is de tijdens bedrijf op de koppeling uitgeoefende kracht gelijk aan de kracht waarmede het werktuig tegen het te bewerken werkstuk wordt geduwd. De koppeling is voorzien van wrijvingsdelen voor het bij aanvankelijk in ingrijping brengen van de koppelingsdelen synchroniseren van het 15 toerental van de koppelingsdelen, terwijl tijdens normaal bedrijf de verbinding tussen de koppelingsdelen in stand wordt gehouden met behulp van aan het ene koppelingsdeel bevestigde pennen, die grijpen in in het andere koppelingsdeel aangebrachte gaten.
Volgens de uitvinding wordt een krachtsluitend werkende wrijvingskoppeling benut waarvan het beweegbare aan de van het slagwerk afgekeerde zijde van de tuimelschijf aangebrachte in- en uitschakel-20 bare koppelingsdeel draaivast met de tuimelschijf verbonden is, terwijl het andere koppelingsdeel vast in het huis is afgesteund, terwijl het beweeglijke koppelingsdeel met de tuimelschijf onder de werking van het slagwerk tegen het vaste de reactiekrachten van de slagen opnemende koppelingsdeel aan te drukken is via een hefboom met ongelijk lange armen, zodanig, dat de aandrukkracht van het werktuig via de hefboomverhouding versterkt op het beweeglijke koppelingsdeel wordt overgedragen.
25 Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding wordt bij het bewegen van het einde van de tuimelaar voor het afgeven van de slagkrachten aan het werktuig de reactiekracht daarvan door het andere einde van de tuimelaar overgedragen aan de tuimeltrommel met het draaivast daarmede verbonden koppelingsdeel, dat daarbij versterkt wordt aangedrukt tegen het star opgestelde koppelingsdeel. Hierdoor wordt tijdens normaal bedrijf steeds een effectieve aandrukking van de beide koppelingsdelen tegen elkaar 30 gewaarborgd.
Opgemerkt wordt, dat uit het Duitse Öffenlegungsschrift 2.917.475 een boorhamer bekend is, waarbij op een zich evenwijdig aan het aandrijforgaan opnemend in zijn lengterichting verschuifbaar huisdeel uitstrekkende tussenas een tuimelschijf zwenkbaar is aangebracht met behulp van een zich loodrecht op de tussenas uitstrekkende scharnierpen. De tuimelschijf grijpt in in een in het aandrijforgaan aangebrachte 35 groef. Op de tussenas is verder een verschuifbaar verstelorgaan aangebracht, dat aan zijn naar de tuimelschijf toegekeerde vlak is voorzien van een schuin begrenzingsvlak, dat een van 90° afwijkende hoek insluit met de hartlijn van de tussenas.
Het verschuifbare huisdeel kan in een tweetal standen tegen verschuiving in zijn lengterichting onder invloed van de aandrukkracht van het werktuig op het werkstuk worden geborgd. In een eerste stand staat 40 daarbij de tuimelschijf loodrecht op de tussenas, zodat in die stand slechts een boorwerking wordt uitgeoefend. In een tweede stand is het verstelorgaan met behulp van het verschuifbare huisdeel over de tussenas verschoven tot in een stand, waarbij het schuine begrenzingsvlak van het verstelorgaan aanligt tegen de tuimelschijf, zodanig, dat deze een hoek insluit met de tussenas en het aandrijforgaan tijdens bedrijf in heen en weer gaande beweging brengt. In deze stand is het verschuifbare huisdeel tegen 45 verschuiving in een naar de tuimelschijf toegekeerde richting geblokkeerd, waardoor de kracht waarmede het verstelorgaan tegen de tuimelschijf wordt gedrukt, wordt begrensd.
Volgens een gunstige uitvoeringsvorm is het beweegbare koppelingsdeel losmaakbaar met de trommel van de tuimelschijf verbonden, bij voorkeur via vormsluitende koppelingsorganen, in het bijzonder koppeling-standen, bijvoorbeeld eindtanden. Hierbij kunnen voor het koppelingsdeel en voor de tuimelschijf de meest 50 geschikte materialen worden gekozen, terwijl eventueel versleten of beschadigde delen gemakkelijk kunnen worden vervangen.
Verder draagt bij voorkeur de het beweegbare koppelingsdeel dragende trommel daarop aangebrachte remvlakken met welke het beweegbare koppelingsdeel bij uitgeschakelde koppeling onder werking van een scheidingsveer tegen toegevoegde remvlakken aan te drukken is en tegen draaiing te stoppen is.
55 Hierdoor wordt veiliggesteld, dat bij uitgeschakelde koppeling de trommel met tuimelschijf wordt afgeremd en niet kan ronddraaien hetgeen het optreden van ongewenste trillingen tegengaat.
Bij voorkeur is de bedieningshefboom een vorkvormige hefboom, die enerzijds aangrijpt op een bij het 193310 2 aandrukken tegen het werkstuk achterwaarts bewegend onderdeel en anderzijds aangrijpt op een kraag van de tuimelgeleider. Hierbij wordt een eenvoudige opbouw en een doelmatige krachtoverbrenging bewerkstelligd.
5 De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een tweetal in de figuur weergegeven uitvoeringsvormen van de constructie volgens de uitvinding.
Figuur 1 toont schematisch gedeeltelijk in zijaanzicht en gedeeltelijk in doorsnede een boorhamer volgens een eerste uitvoeringsvoorbeeld.
Figuur 2 toont schematisch gedeeltelijk in zijaanzicht en gedeeltelijk in doorsnede delen van het drijfwerk 10 met bewegingsomzetter van een boorhamer volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld.
De in figuur 1 getoonde boorhamer heeft een huis 1, in welke een elektromotor 2, een drijfwerk 3 en een slagwerk 4 zijn aangebracht. De as 4' van het slagwerk 4 ligt evenwijdig aan de as van de elektromotor 2. Aan zijn achterste einde gaat het huis 1 over in een handgreep 5, in welke een met een drukker 6 15 uitgeruste schakelaar is ingebouwd, via welke de elektromotor 2 in werking kan worden gezet. Aan het ondereinde van de handgreep 5 is door een elastische sok een stroomtoevoerkabel ingevoerd. Aan het voorste, van de handgreep 5 afgekeerde zijde is aan het huis een werktuighouder 8 aangebracht, welke dient voor opname van werktuigen, bijvoorbeeld een boor 9.
De elektromotor 2 heeft een aandrijfas 10, die aan weerszijden in in het huis bevestigde kogellegers is 20 gelegerd. Het in een kogelleger 11 gelegerde einde van de aandrijfas 10 draagt een motorrondsel, dat ingrijpt in een tandwiel 13. Het motorrondsel 12 en het tandwiel 13 kunnen ieder schuin vertand zijn. Het tandwiel 13 is draaivast vastgezet op een tussenas 14, bijvoorbeeld op deze as geperst. Met het nabij het tandwiel 13 in figuur 1 gelegen rechtereinde is de tussenas 14 gelegerd in een kogelleger 19, waarvan de buitenring 20 vast in een tussenwandgedeelte 51 is opgenomen, terwijl de binnenring 21 op een de 25 diameter verkleind gedeelde van de tussenas 14 zit. De tussenas 14 strekt zich door een daartegenover gelegen grotere axiale boring van een trommel 16 uit, welke daarop zit. In de axiale boring 15 is althans een naaldkooi 17 aangebracht via welke de trommel 16 op de tussenassen 14 relatief tot deze draaibaar is. De trommel 16 is in de naaldkooi 17 althans een weinig relatief tot de tussenas 14 axiaal verschuifbaar. Het van het kogelleger 19 afgekeerde einde van de tussenas 14 is op afstand van het vrije aseinde met behulp 30 van een naaldleger 18 in het huis 1 gelegerd.
De trommel 16 bezit een loopgroef 23 met ten opzichte van de as van de tussenas 14 scheve as. De loopgroef 23 vormt de binnenste loopbaan voor kogels 24, die delen van een kogellager 25 zijn, waarvan de buitenring als tuimelschijf 26 is uitgevoerd. Een aan de tuimelschijf 26 aangevormde vinger 27 drijft het slagwerk 4 aan.
35 Het slagwerk 4 is door het inwendige van een in het huis 1 draaibaar gelegerde geleidingsbuis 28 geleid, welk slagwerk in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld uit een stuk met de werktuighouder 8 is uitgevoerd. In de geleidingsbuis 28 is een als aandrijforgaan dienende zuiger 29 dicht en geleidend geleid. Het achterste van de werktuighouder 8 afgekeerde einde 30 van de zuiger 29 is vorkvormig uitgevoerd en draagt een draaibout 31. Deze bezit een dwarsboring 32, in welke de vinger 27 met speling ingrijpt.
40 Daardoor kan de vinger 27 gemakkelijk in axiale richting in de dwarsboring 32 bewegen. In de hol uitgevoerde zuiger 29 is een slagorgaan 33 dicht en glijdend geleid, welke via een stempel 34 op het achterste schachteinde van het werktuig 9 inwerkt.
De tussenas 14 draagt aan het tegenover het kogelleger 19 liggende vrije einde, nabij het naaldleger 18, een rondselvormige vertanding 35, welke ingrijpt in een tandwiel 36. Deze is verschuifbaar en vrij draaibaar 45 gelegerd op de geleidingsbuis 28. Het staat onder de invloed van een drukveer 46, die ertoe geneigd is, het tandwiel 36 steeds tegen een kraag 50 van de geleidingsbuis 28 te drukken. De naar elkaar toegekeerde eindzijden van het tandwiel 36 enerzijds en van de kraag 50 anderzijds hebben uitsteeksels 37, 38, die zo zijn uitgevoerd, dat zij in het samenwerken als meeneemkoppeling en - onder de invloed van de drukveer 46 - als overbelastingskoppeling dienst doen. Het opgeperste tandwiel 13 is met een naar de trommel 16 50 axiaal toewijzende, uit een stuk gevormde naaf 22 uitgerust, die op zijn buitenste omtreksvlak een uitwendige conus 41 draagt, die zich axiaal in richting naar de trommel 16 kegelstompvormig verjongt. Aan de trommel 16 is aan het toegekeerde einde binnen een huls 39 een inwendige conus 40 gevormd. De naaf 22 met uitwendige conus 41 enerzijds en de trommel 16 met binnen de huls 39 aanwezige inwendige conus 40 anderzijds vormen een in- en uitschakelbare kegelkoppeling, door welke de trommel 16 in de inge-55 koppelde toestand draaivast met het tandwiel 13 en diens naaf 22 en daarmede draaivast met de tussenas 14 kan worden verbonden. Het inschakelen van de kegelkoppeling 40/41 vindt plaats onder invloed van de geleidingsbuis 28, die door aandrukken van de boor 9 tegen het te bewerken werkstuk axiaal wordt 3 193310 verschoven.
Daarbij drukt het achterste schachteinde van de boor 9 tegen het stempel 34 en deze tegen een met behulp van een springring 42 op de geleidingsbuis 28 vastgehouden afsteunring 43. De druk van het schachteinde van de boor 9 op het stempel 34 bewerkstelligt via de afsteunring 43 en de springring 42 een 5 axiaal verschuiven van de werktuighouder 8 met zijn geleidingsbuis 28. De kraag 50 van de geleidingsbuis 28 drukt daarbij via een axiaal leger 48 en een schijf 49 tegen een om de geleidingsbuis 28 grijpend vorkvormig einde 44 van een hefboom 45. Van de beide vorkbenen aan het vorkvormige einde 44 is in figuur 1 slechts een been te zien. Het andere tegenover het vormvormige einde 44 van de hefboom 45 liggende einde 54 is eveneens ongeveer vorkvormig uitgevoerd en grijpt om de tussenas 14, Ter hoogte 10 van de hartlijn van de tussenas 14 bezit de hefboom 45 aan de beide benen van het vormvormige einde 54 telkens een uitstekend deel 55, dat zich via een schijf 56 en een axiaal leger 57 afsteunt tegen de trommel 16. In de nabijheid van een uitsparing 58 in het huis 1 is een excentrische stift 59 aangebracht welke om zijn legeras verdraaibaar en daarmede instelbaar is. De excentrische stift 59 dient door verdraaien voor de instelling van de hefboom 45. Terwijl het uitstekende deel 55 aan de eindzijde van de schijf 56 aanligt 15 steunt het van het uitstekende deel 45 afgekeerde vlak 61 van het onderste vorkvormige einde 54 van de hefboom 52 zich tegen de omtrek van de excentrische stift 59 af.
Worden nu door aandrukken van het in de boorhamer ingezette werktuig 9 tegen het te bewerken werkstuk de geleidingsbuis 28 en daarmede het axiale leger 48 en de schijf 49 verschoven, dan drukt de eindzijde van de schijf 49 tegen een uitgedrukt uitstekend deel 44' aan het desbetreffende been van het 20 vorkvormige einde 44 van de hefboom 45, waardoor deze, daar zijn ondereinde 54 ten gevolge van aanliggen van zijn vlak 61 tegen de omtrek van de excentrische stift 59 niet kan uitwijken, in de richting naar de kegelkoppeling 40/41 wordt verzwenkt. Daarbij drukt het uitstekende deel 55 tegen de eindzijde van de schijf 56, waardoor de trommel 16 met de binnen de huls 39 gevormde inwendige conus 40 axiaal op de uitwendige conus 41 wordt gedrukt en daarmede in koppelingsverbinding wordt gebracht. De hefboom 52 is 25 uit verend meegevend materiaal vervaardigd, zodat bij eventueel verder versterken van de aandrukkracht door de bedieningspersoon weliswaar een verder verschuiven van de geleidingsbuis 28 kan plaatsvinden, doch daarbij de op de kegelkoppeling 40/41 inwerkende kracht een vooraf bepaalde waarde niet overschrijdt.
De op het werktuig 9 uitgeoefende aandrukkracht wordt in zijn werking op het overdraagbare moment 30 van de kegelkoppeling 40/41 versterkt. De versterkingswerking is afhankelijk van de verhouding van de afstand van het uitstekende deel 55 tot de afstand van het de schijf 49 rakende einde met daar aanwezig uitstekend deel 44'. Door verstelling van de excentrische stift 59 is het op eenvoudige wijze mogelijk, eventuele vervaardigingstoleranties te vereffenen.
Zoals uit figuur 1 zichtbaar is is het beweegbare in- en uitschakelbare koppelingsdeel in vorm van de 35 huls 39 met inwendige conus 40 een vast bestanddeel van de tuimelschijf 26 en tezamen met deze onder de werking van het slagwerk 4 tegen het toegevoegde andere koppelingsdeel dat door de naaf 22 met uitwendige conus 41 en tandwiel 13 is gevormd, vast op de tussenas 14 zit en via diens kogelleger 19 vast op het huis 1 afgesteund is aan te drukken. Daar de trommel 16 althans binnen bepaalde grenzen op de tussenas 14 axiaal verschuifbaar is worden tijdens bedrijf van de boorhamer de bij het slaan op de zuiger 40 29 en van deze op de tuimelschijf 26 werkende slagreactiekrachten opgenomen, waarbij de trommel 16 onder deze slagreactiekrachten axiaal in de richting van de naaf 22 verschuift, en wel zo, dat daardoor de inwendige conus 40 nog vaster op de uitwendige conus wordt opgedrukt en zich op deze wijze het overdraagbare moment van de als kegelkoppeling uitgevoerde wrijvingskoppeling verhoogt. Steeds wanneer in het slagwerk 4 voor de aandrijving van de zuiger 29 de grootste kracht nodig is, hetgeen bij grotere 45 compressie tussen zuiger 29 en het slagorgaan 33 het geval is, is ook het overdraagbare moment van de koppeling 40/41 het grootste. De in het slagwerk 4 opgewekte samendrukkingskracht steunt zich via de zuiger 29, de draaibout 31, de vinger 27, de tuimelschijf 26, de kogels 24 en de trommel 16 met huls 39 en binnenconus 40 op de buitenconus 41 van de naaf 22 met tandwiel 13 en via het kogelleger 19 op het huis 1 af. Deze ondersteuning werkt precies wanneer het grootste overdraagbare moment van de koppeling en 50 daarmede grootste aandrijfmoment voor de slipvrije draaimeename van de trommel 16 met tuimelschijf 26 nodig is. Het beweegbare koppelingsdeel 39, 40 als bestanddeel van de trommel 16 is ook steeds tegengesteld aan de richting van de opgewekte slag op de tussenas 14, dus in figuur 1 naar rechts toe, tegen het daar vaste koppelingsdeel 42, 41 aan te drukken.
Tussen de beide koppelingsdelen, dat wil zeggen de huls 39 enerzijds en de naaf 22 anderzijds is een 55 scheidingsveer 47 aangebracht, die hier ongeveer als een schotelveer is uitgevoerd en zich met zijn binnenste ringvormige deel op de naaf 22 en met zijn buitenste ringvormige deel op een kraag binnen de huls 39 afsteunt. De scheidingsveer 37 grijpt hier rechtstreeks op het beweegbare koppelingsdeel dragende 193310 4 trommel 16 aan. Zij is uitgevoerd als drukveer, welke een axiale druk, asparallel aan de tussenas 14, tussen beide koppelingshelften 40/41 opwekt.
In de bedrijfstoestand volgens figuur 1 is de scheidende werking van de scheidingsveer 47 overwonnen en de koppeling 40/41 in werkstand.
5 De het beweegbare koppelingsdeel in de vorm van de huls 39 met binnenconus 40 dragende trommel 16 draagt verder daarop vaste remvlakken, die zijn gevormd op een trommelvaste ringvormige kraag 62. De ringvormige kraag 62 ligt nabij een vast in het huis aangebrachte axiale aanslag 63, welke toegevoegde remvlakken heeft.
In de getekende bedrijfstoestand volgens figuur 1 is de hefboom 45 met de aandrukkracht van het 10 werktuig 9 op het te bewerken werkstuk op beschreven wijze belast, waardoor het einde 54 van de hefboom 45 via het uitstekende deel 55 de trommel 16 axiaal in figuur 1 naar rechts verschuift en daarmede het beweegbare koppelingsgedeelte met inwendige conus 40 tegen het ronddraaiende, echter axiaal onverschuifbare en daarmede vaste koppelingsgedeelte in de vorm van de naaf 22 met uitwendige conus 41 aandrukt, zodat de koppeling in werkstand is. De scheidingswerking van de scheidingsveer is daarbij 15 overwonnen.
Indien de aandrukkracht van het werktuig 9 wegvalt drukt de scheidingsveer 47 de trommel 16 axiaal in koppelingsscheidingsrichting weg van de naaf 22, waarbij de inwendige conus 40 buiten ingrijping met de uitwendige conus 41 geraakt. Bij deze axiale verschuiving loopt de ringvormige kraag 62 aan het einde van de huls 39 axiaal tegen de axiale aanslag 63. Beide vlakken werken als remvlakken met elkaar samen, 20 zodat de trommel 16 wordt verhinderd tegen draaien. De trommel 16 staat dan stil, zodat ook alle verdere van daar aangedreven delen van het slagwerk 4 stilstaan. Daarentegen loopt de draaiaandrijving verder, welke een draaiende aandrijfbeweging via volgende delen opwekt: motorrondsel 12, tandwiel 13 van de naaf 22, tussenas 14, vertanding 35, tandwiel 36, uitstekende delen 37/38, kraag 50 met geleidingsbuis 28.
De boorhamer heeft dank zij deze in afhankelijkheid van slagwerk 4 versterkte aandrukking van de 25 koppeling met verhoogd overdraagbaar moment het voordeel dat het bedieningscomfort daardoor wezenlijk wordt opgevoerd. De bedieningspersoon heeft het aanzienlijk gemakkelijker, daar hij met de boorhamer niet zo sterk tegen het te bewerken werkstuk hoeft te drukken.
Bij gescheiden koppeling ontstaat dankzij de althans op een schotelveer gelijkende uitvoering van de scheidingsveer 47 nauwelijks een slijtage, daar de scheidingsveer 47 praktisch slechts met cirkellijn-30 aanraking enerzijds binnen in de huls 39 en anderzijds tegen de naaf 22 aanligging heeft.
Bij ingeschakeld slagwerk 4 en in werkstand zijnde koppeling 40/41 wordt de trommel 16 in figuur 1 links via de hefboom 45 axiaal afgesteund, welke dankzij de versterking via de hefboomverhouding in het gebied van het onderste vorkvormige einde 44 in ieder geval voldoende grote axiale steunkracht kan opbrengen, om tijdens het rondlopen van de trommel 16 met tuimelschijf 26 de trommel 16 tegen een scheiden van de 35 koppeling en axiaal verschuiven in figuur 1 naar links af te steunen. De trommel 16 wordt dus via het onderste einde 54 van de hefboom 45 axiaal in figuur 1 naar rechts afgesteund en bij in werkstand zijnde koppeling in deze axiale stand gehouden.
Bij het tweede uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 2 zijn slechts de delen van het drijfwerk en slagwerk getoond, welke voor een goed begrip van de constructie nodig zijn. Overigens komt de uitvoering overeen 40 met die van figuur 1.
Het tweede uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 2 verschilt van het eerste uitvoeringsvoorbeeld daardoor dat de scheidingsveer 147 buiten de koppeling 140/141 en niet axiaal tussen de trommel 116 en de naaf 122 met tandwiel 113 is geplaatst. In plaats daarvan grijpt de scheidingsveer 147 indirect aan op de het beweegbare koppelingsdeel dragende trommel 116. De scheidingsveer 147 is hier als cilindrische schroef-45 veer uitgevoerd, die aan het bovenste, ongeveer vorkvormige einde 144 van de hefboom 145 met een einde is afgesteund en die met zijn andere einde op een vast deel van het huis 101 axiaal afgesteund is. De scheidingsveer 147 verloopt ongeveer ter hoogte van de hartlijn van het slagwerk 104. leder been van het vorkvormige einde 144 kan met een dergelijke scheidingsveer 147 zijn belast.
De hefboom 145 draagt op axiale afstand van zijn onder aanwezig uitsteeksel 155, welke via de schijf 50 156 en het axiale leger 157 axiaal op de trommel 116 inwerkt, een naar de trommel 116 ongeveer haakvormig afgebogen meenemer 164. Deze kan uit het materiaal van de hefboom 145 uitgesneden en uitgebogen zijn. De meenemer 164 heeft de vorm van een haak met twee haaks op elkaar staande haakgedeelten.
De trommel 116 draagt daarmede vast verbonden aan het van de koppelingsvlakken 140/141 afgekeerde 55 andere einde de ringvormige kraag 162. Over de ringvormige kraag 162 grijpen de haakvormige meene-mers 164. Op afstand onder het uitstekende deel 155 is de hefboom 145 met behulp van een stift 165 zwenkbaar aan het huis 101 aangebracht.

Claims (4)

5 193310 Werkt van het werktuig af de aandrukkracht, dan wordt deze via de schijf 149 op het einde 144 van de hefboom 145 overgedragen. De hefboom 145 wordt tegen de werking van de scheidingsveer 147 met het bovenste einde 144 in figuur 2 naar rechts verzwenkt, om de het zwenkleger vormende stift 165. Het uitstekende deel 155 aan het vorkvormige ondereinde 154 drukt via de schijf 156 en het axiale leger 157 op 5 de ringvormige kraag 162 en daarmede op de trommel 116, die axiaal ten opzichte van de tussenas 114 in figuur 2 naar rechts met de inwendige conus 140 op de uitwendige conus 141 van de naaf 122 wordt opgedrukt. De koppeling bevindt zich in de het draaiende aandrijf moment overbrengende werkstand, in welke de trommel 116 draaiend wordt aangedreven en daarmede het slagwerk 104 werkt. De van het slagwerk 104 afkomstige reactiekracht wordt zoals bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld opgenomen door de 10 naaf 122. Zij wordt via de trommel 116 met inwendige conus 140 overgebracht op de naaf 122, waardoor ook automatisch, steeds dan het grootste overbrengbare moment van de koppeling 140/141 aanwezig is indien in het slagwerk 104 de grootste samendrukking tussen zuiger en slagorgaan aanwezig is, welke tegelijkertijd de grootste aandrijfkracht voor de zuiger vraagt. Indien de van het werktuig afkomstige aandrukkracht vermindert, ontspant de scheidingsveer 147 zich. 15 Via deze wordt de hefboom 145 in de uitgangsstand gezwenkt om de stift 165, en wel zo, dat het bovenste, ongeveer vorkvormige einde 144 in figuur 2 zich naar links beweegt. Bij deze verzwenkingbeweging van de hefboom 145 vermindert zich de projectie van de afstand tussen het uitstekende deel 155 enerzijds en het tot de tussenas-hartlijn ongeveer verticale gedeelte van de haakvormige meenemer 164 anderzijds. Op deze wijze wordt via de meenemer 164, welke op de ringvormige kraag 162 aangrijpt, de trommel 116 20 relatief ten opzichte van de tussenas 114 in figuur 2 naar links verschoven en de koppeling daardoor gescheiden. Daarbij vindt een axiaal klemmen plaats van de delen, welke zich axiaal tussen het uitstekende deel 155 enerzijds en de meenemer 164 anderzijds bevinden. Daarmede wordt de ringvormige kraag 162 axiaal geklemd en daardoor de trommel 116 afgeremd en tegen draaiing geblokkeerd. Zij loopt daardoor niet mee, zodat reeds vanaf de tuimelschijfaandrijving af dan het gehele slagwerk 104 stilstaat. 25 Bij het tweede uitvoeringsvoorbeeld loopt bij gescheiden koppeling de scheidingsveer 147 niet rond met een deel van de koppeling. Een daardoor anders eventueel gegeven slijtage wordt daardoor vermeden. Bij een ander niet getoond uitvoeringsvoorbeeld is het beweegbare koppelingsdeel 39, 40 een in verhouding tot de trommel 16 onafhankelijk element, dat losmaakbaar met de trommel 16 is verbonden, bijvoorbeeld daaraan aangeschroefd is. Bij een ander niet getoond uitvoeringsvoorbeeld is het beweegbare 30 koppelingsdeel 39, 40 als zelfstandig element via vormsluitende koppelingsorganen met de trommel 16 gekoppeld. Deze koppelingsorganen kunnen bijvoorbeeld uit koppelingstanden in de vorm van eindtanden enerzijds aan het beweegbare koppelingsdeel 39, 40 en anderzijds aan de trommel 16 bestaan, die axiaal naar elkaar toegekeerd zijn en axiaal met elkaar in aangrijping staan. Ook radiale tanden zijn mogelijk als koppelingstanden. Het zal duidelijk zijn, dat afwijkend van het getekende eerste uitvoeringsvoorbeeld de 35 naaldkooi 17, welke dient voor het legeren van de trommel 16, ook geheel kan vervallen, waarbij de trommel 16 zonder lager rechtstreeks op de tussenas 14 draaibaar en axiaal verschuifbaar wordt gehouden. Bij een ander niet getoond uitvoeringsvoorbeeld bestaat de koppeling niet, zoals bij het eerste en tweede uitvoeringsvoorbeeld, uit een krachtsluitend werkende wrijvingskoppeling met de uitwendige conus 41 en de inwendige conus 40. In plaats daarvan is een vormsluitend werkende koppeling aangebracht, bijvoorbeeld 40 een met eindtanden uitgeruste koppeling, waarbij de eindtanden enerzijds aan de trommel 16 en anderzijds aan de naaf 22 op axiaal naar elkaar toegekeerde zijden zijn aangebracht en axiaal in ingrijping staan. In plaats van het beschreven luchtkussen, dat een verende overbrenging tussen de zuiger 29 en het slagwerk 33 vormt, kan deze overbrenger ook uit een ander element bestaan, bijvoorbeeld een anders geaarde veer. 45
1. Boorhamer met een door een motor aangedreven slagwerk, waarin een heen en weer beweegbaar 50 aandrijforgaan via een verend overbrengingsorgaan, bijvoorbeeld een luchtveer, inwerkt op een axiaal beweegbaar slagorgaan, dat zijn energie aan een in de boorhamer geleid werktuig afgeeft, waarbij het aandrijforgaan van het slagwerk wordt bewogen via een drijfwerk, dat is voorzien van een tuimelschijf en een in- en uitschakelbare koppeling, welke een in afhankelijkheid van het aandrukken van het werktuig tegen het te bewerken werkstuk inschakelbaar beweeglijk koppelingsdeel bezit, met het kenmerk, dat een 55 krachtsluitend werkende wrijvingskoppeling wordt benut waarvan het beweegbare aan de van het slagwerk afgekeerde zijde van de tuimelschijf aangebrachte in- en uitschakelbare koppelingsdeel (39, 40; 139, 140) draaivast verbonden is met de tuimelschijf (26; 126), terwijl het andere koppelingsdeel (22, 41; 122, 141) 193310 6 vast in het huis (1; 101) is afgesteund, terwijl het beweegbare koppelingsdeel (39, 40; 139, 140) met de tuimelschijf (26; 126) onder de werking van het slagwerk (4; 104) tegen het vaste de reactiekrachten van de slagen opnemende koppelingsdeel (22, 41; 122, 141) aan te drukken is via een hefboom (45) met ongelijk lange armen, zodanig, dat de aandrukkracht van het werktuig via de hefboomverhouding versterkt op het 5 beweeglijke koppelingsdeel (39, 40) wordt overgedragen.
2. Boorhamer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het beweeglijke koppelingsdeel (39, 40; 139, 140) losmaakbaar met de trommel (16; 116) van de tuimelschijf (26; 126) is verbonden, bij voorkeur via vormsluitende koppelingsorganen, in het bijzonder koppelingstanden, bijvoorbeeld eindtanden.
3. Boorhamer volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de het beweeglijke koppelingsdeel (39, 40; 10 139, 140) dragende trommel (16; 116) daarop aangebrachte remvlakken (62; 162) draagt, met welke het beweeglijke koppelingsdeel (39, 40, 16; 139, 140, 116) bij uitgeschakelde koppeling onder werking van een scheidingsveer (47; 147) tegen toegevoegde remvlakken (64; 164) aan te drukken en tegen draaiing te stoppen is.
4. Boorhamer volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bedieningsinrichting een 15 vorkvormige hefboom (45) is, die enerzijds aangrijpt op een bij het aandrukken tegen het werkstuk achterwaarts bewegend onderdeel (49) en anderzijds aangrijpt op een kraag (55) van de tuimelaargeleider (16). Hierbij 2 bladen tekening
NL8600412A 1985-02-26 1986-02-19 Boorhamer. NL193310C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3506695 1985-02-26
DE19853506695 DE3506695A1 (de) 1985-02-26 1985-02-26 Bohrhammer

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8600412A NL8600412A (nl) 1986-09-16
NL193310B NL193310B (nl) 1999-02-01
NL193310C true NL193310C (nl) 1999-06-02

Family

ID=6263570

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8600412A NL193310C (nl) 1985-02-26 1986-02-19 Boorhamer.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US4719976A (nl)
JP (1) JPH0651278B2 (nl)
CH (1) CH669756A5 (nl)
DE (1) DE3506695A1 (nl)
GB (1) GB2171631B (nl)
NL (1) NL193310C (nl)

Families Citing this family (65)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3637354A1 (de) * 1986-11-03 1988-05-05 Bosch Gmbh Robert Werkzeughalter
JP2595262B2 (ja) * 1987-09-14 1997-04-02 松下電工株式会社 ハンマードリル
DE3807078A1 (de) * 1988-03-04 1989-09-14 Black & Decker Inc Bohrhammer
USRE35372E (en) * 1988-06-07 1996-11-05 S-B Power Tool Company Apparatus for driving a drilling or percussion tool
DE3829683A1 (de) * 1988-09-01 1990-03-15 Black & Decker Inc Bohrhammer
DE3931329C1 (nl) * 1989-05-31 1990-06-28 Robert Bosch Gmbh, 7000 Stuttgart, De
DE4215288A1 (de) * 1991-07-08 1993-01-14 Bosch Gmbh Robert Bohrhammer
DE4239294A1 (de) * 1992-11-23 1994-05-26 Black & Decker Inc Bohrhammer mit pneumatischem Schlagwerk
DE4343638C2 (de) * 1993-12-21 1998-07-02 Bosch Gmbh Robert Bohrhammer
US5588496A (en) * 1994-07-14 1996-12-31 Milwaukee Electric Tool Corporation Slip clutch arrangement for power tool
JP3292969B2 (ja) * 1995-08-18 2002-06-17 株式会社マキタ ハンマードリル
DE19540396A1 (de) * 1995-10-30 1997-05-07 Hilti Ag Bohr- und/oder Meisselgerät
DE19540391A1 (de) * 1995-10-30 1997-05-07 Hilti Ag Bohr- und Meisselgerät
JP3292972B2 (ja) * 1996-03-29 2002-06-17 株式会社マキタ 打撃工具
JP3369844B2 (ja) * 1996-05-15 2003-01-20 リョービ株式会社 空打ち防止機構を有する回転打撃工具
DE29711704U1 (de) * 1997-07-04 1997-09-04 Hilti Ag Bohr- und/oder Meißelgerät
DE19851888C1 (de) * 1998-11-11 2000-07-13 Metabowerke Kg Bohrhammer
DE19955412A1 (de) * 1999-11-18 2001-05-23 Hilti Ag Bohr- und Meisselgerät
DE10140319A1 (de) * 2001-08-16 2003-03-13 Bosch Gmbh Robert Handwerkzeugmaschine, insbesondere Bohr- und/oder Meißelhammer
DE10157831B4 (de) 2001-11-24 2004-06-24 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine mit einem ein Werkzeug aufnehmenden Döpper
GB0213289D0 (en) * 2002-06-11 2002-07-24 Black & Decker Inc Rotary hammer
GB0214772D0 (en) * 2002-06-26 2002-08-07 Black & Decker Inc Hammer
GB2396130B (en) * 2002-12-10 2005-09-28 Black & Decker Inc Apparatus for producing self-exciting hammer action, and rotary power tool incorporating such apparatus
DE10312980B4 (de) * 2003-03-24 2018-05-03 Robert Bosch Gmbh Bohrhammer oder Schlagbohrmaschine
DE10312981A1 (de) * 2003-03-24 2004-10-07 Robert Bosch Gmbh Elektrohandwerkzeugmaschine
GB0311045D0 (en) * 2003-05-14 2003-06-18 Black & Decker Inc Rotary hammer
DE10357103A1 (de) * 2003-12-06 2005-07-07 Richard Wolf Gmbh Medizinisches Instrument
DE102004007046A1 (de) * 2004-02-13 2005-09-01 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine
AU2004319839B2 (en) * 2004-05-20 2010-06-03 Cembre S.P.A. Impact motorized wrench
DE102004026845A1 (de) * 2004-06-02 2005-12-22 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine, insbesondere Bohr- und/oder Schlaghammer
DE102004058686A1 (de) * 2004-09-03 2006-03-09 Robert Bosch Gmbh Elektrowerkzeug mit einem zwischen den Betriebsarten Bohren, Schlagbohren, Meißeln umschaltbaren Antrieb
EP1674207B1 (en) * 2004-12-23 2008-12-10 BLACK & DECKER INC. Power tool
JP4742613B2 (ja) * 2005-02-24 2011-08-10 マックス株式会社 ドリル工具
JP4497040B2 (ja) * 2005-07-08 2010-07-07 日立工機株式会社 振動ドリル
DE102005036731A1 (de) * 2005-08-04 2007-02-08 Robert Bosch Gmbh Kupplungsvorrichtung für eine Elektrowerkzeugmaschine und Elektrowerkzeugmaschine
NZ542700A (en) 2005-09-27 2008-05-30 Flexidrill Ltd Drill string suspension with vibrational head floatably connected to a support
JP5055749B2 (ja) * 2005-11-16 2012-10-24 マックス株式会社 ハンマドリル
DE102006000252A1 (de) * 2006-05-30 2007-12-06 Hilti Ag Handwerkzeugmaschine mit Rutschkupplung
US20100038104A1 (en) * 2006-07-10 2010-02-18 Otto Baumann Hand held machine tool
DE102006032214A1 (de) * 2006-07-12 2008-01-17 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine mit einer Schlagwerkeinheit
DE102006061625A1 (de) * 2006-12-27 2008-07-03 Robert Bosch Gmbh Elektrohandwerkzeugmaschine
DE102007001494B3 (de) * 2007-01-10 2008-07-10 Aeg Electric Tools Gmbh Handgeführter Bohrhammer
DE102007009986A1 (de) * 2007-03-02 2008-09-04 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine
DE102007009985A1 (de) * 2007-03-02 2008-09-25 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine
JP5015653B2 (ja) * 2007-05-01 2012-08-29 株式会社マキタ ハンマードリル
DE102008000687A1 (de) * 2008-03-14 2009-09-17 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine für schlagend angetriebene Einsatzwerkzeuge
DE102008000677A1 (de) * 2008-03-14 2009-09-17 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine für schlagend angetriebene Einsatzwerkzeuge
US8636081B2 (en) 2011-12-15 2014-01-28 Milwaukee Electric Tool Corporation Rotary hammer
DE102010063621A1 (de) * 2010-12-21 2012-06-21 Robert Bosch Gmbh Handwerkzeugmaschine
US9592600B2 (en) 2011-02-23 2017-03-14 Ingersoll-Rand Company Angle impact tools
US8925646B2 (en) 2011-02-23 2015-01-06 Ingersoll-Rand Company Right angle impact tool
US9022888B2 (en) 2013-03-12 2015-05-05 Ingersoll-Rand Company Angle impact tool
JP6325360B2 (ja) * 2014-06-12 2018-05-16 株式会社マキタ 打撃工具
JP6378947B2 (ja) * 2014-06-26 2018-08-22 株式会社マキタ 電動工具
EP3028818A1 (de) * 2014-12-03 2016-06-08 HILTI Aktiengesellschaft Handwerkzeugmaschine
JP6479570B2 (ja) * 2015-05-19 2019-03-06 株式会社マキタ 作業工具
JP6517634B2 (ja) * 2015-08-27 2019-05-22 株式会社マキタ 打撃工具
JP6709120B2 (ja) * 2016-07-15 2020-06-10 株式会社マキタ 打撃工具
CN206200893U (zh) * 2016-10-20 2017-05-31 布兰特·戈登·麦克阿瑟 一种可配合家用电钻使用的电动凿具
CN213319858U (zh) * 2018-02-19 2021-06-01 米沃奇电动工具公司 冲击工具
CN215789518U (zh) * 2018-12-10 2022-02-11 米沃奇电动工具公司 冲击工具
US11484997B2 (en) * 2018-12-21 2022-11-01 Milwaukee Electric Tool Corporation High torque impact tool
JP7386027B2 (ja) * 2019-09-27 2023-11-24 株式会社マキタ 回転打撃工具
JP7320419B2 (ja) 2019-09-27 2023-08-03 株式会社マキタ 回転打撃工具
USD948978S1 (en) 2020-03-17 2022-04-19 Milwaukee Electric Tool Corporation Rotary impact wrench

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2042168A (en) * 1932-12-27 1936-05-26 Campbell Buchanan Corp Synchronizing clutch
DE2449191C2 (de) * 1974-10-16 1988-03-24 Robert Bosch Gmbh, 7000 Stuttgart Hammer
DE2917475A1 (de) * 1979-04-30 1980-11-13 Hilti Ag Bohr- oder meisselhammer
US4325436A (en) * 1980-05-21 1982-04-20 Hilti Aktiengesellschaft Hammer drill or chipping hammer device
DE3311265A1 (de) * 1983-03-28 1984-10-11 Hilti Ag, Schaan Elektropneumatischer bohr- und meisselhammer
DE3429140A1 (de) * 1984-08-08 1986-02-20 Black & Decker Inc., Newark, Del. Bohrhammer mit einem pneumatischen schlagwerk

Also Published As

Publication number Publication date
DE3506695C2 (nl) 1991-05-16
DE3506695A1 (de) 1986-08-28
CH669756A5 (nl) 1989-04-14
US4719976A (en) 1988-01-19
GB2171631B (en) 1989-02-22
NL8600412A (nl) 1986-09-16
GB2171631A (en) 1986-09-03
GB8601993D0 (en) 1986-03-05
NL193310B (nl) 1999-02-01
JPS61197170A (ja) 1986-09-01
JPH0651278B2 (ja) 1994-07-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL193310C (nl) Boorhamer.
NL192507C (nl) Boorhamer.
US4446931A (en) Power driven hammer drill
US6138772A (en) Drill with a hammer mechanism
US5052497A (en) Apparatus for driving a drilling or percussion tool
US4657088A (en) Rotary hammer driving mechanism
US4487272A (en) Impacting drill
US7506694B2 (en) Rotary tool
US4325436A (en) Hammer drill or chipping hammer device
EP0358978B1 (en) Rotary hammer
EP0476999B1 (en) Power driven screwdriver
CA1129682A (en) Hammer drill or chipping hammer device
JPH01264780A (ja) ドリルハンマー
US20060286504A1 (en) Hand-held piece for dental or surgical use including a resilient clamp
EP3269513B1 (en) Impact tool
US5350026A (en) Power-driven electrical hand tool
US4967888A (en) Safety clutch for motor-operated hand tool
EP1224853A1 (en) Braking and clutching device for bush cutting apparatus
EP4088874B1 (en) Power tool including electromagnetic clutch
EP3535095B1 (en) Clutch mechanism for rotary power tool
US4366869A (en) Hammer drill
CN110785264A (zh) 手持式工具机
USRE35372E (en) Apparatus for driving a drilling or percussion tool
GB2295347A (en) Hammer drill and/or percussion hammer
GB2410916A (en) Hand held machine tool having clutch

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20040901