NL1009773C2 - Open-dakconstructie voor een voertuig. - Google Patents

Description

NL 2413-Me/tk

Open-dakconstructie voor een voertuig

De uitvinding heeft betrekking op een open-dakcon-structie volgens de kop van conclusie 1.

Dergelijke open-dakconstructies zijn reeds bekend, bijvoorbeeld uit DE-A-39 30 756 en DE-A-36 03 314. Bij deze 5 bekende daken is een uitstelhefboom aangebracht die de verplaatsing van de slede omzet in een beweging in hoogterich-ting van het afsluitorgaan. Met behulp van deze uitstelhefboom wordt de verticale verplaatsing van het afsluitorgaan vergroot in vergelijking met panelen waarbij een vaste pen 10 in een sleuf in de coulisseplaat beweegt en zodoende het afsluitorgaan in de hoogterichting verstelt. De uitstelhefboom kan geen zelfstandige ondersteuning aan het paneel bieden zonder op buiging belast te zijn en is daardoor gevoelig voor krachten op het paneel, hetgeen aanleiding kan geven 15 tot het ontstaan van spelingen. In principe draagt de leid-sleuf van de coulisseplaat aan het paneel zelf niet bij aan de hoogtebeweging van het afsluitorgaan.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een verbeterde open-dakconstructie van de in de 20 aanhef genoemde soort.

Hiertoe wordt de open-dakconstructie volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat de slede is uitgevoerd met een in hoogte verstelbaar deel dat met de leidpen is uitgerust en dat tevens in ingrijping is met een verdere, in 25 hoogterichting verlopende leidsleuf in een met het stationaire deel verbonden coulisse.

Door het simultaan gebruik van twee leidsleuven kan een vergroting van de hoogteverstelling van het afsluitorgaan worden bereikt, zonder dat dit beslag hoeft te leggen 30 op de inbouwhoogte, terwijl ook geen gebruik hoeft te worden gemaakt van een uitstelhefboom. Wel dient de slede te zijn 1009773 2 voorzien van een in hoogte verstelbaar deel, teneinde de in-grijping tussen de slede en de leidsleuf van de coulisse aan te passen aan de hoogtevariatie van de leidsleuf over zijn lengte.

5 Gunstig daarbij is indien het in hoogte verstelbare deel van de slede is voorzien van een via een horizontaal scharnier roet de slede verbonden tuimelaar, terwijl het van groot voordeel is indien de coulisseplaat aan het afsluitor-gaan en de coulisse van het stationaire deel, en bij voor-10 keur de leidsleuven daarvan, elkaar in hoogterichting kunnen overlappen in onderste standen van het afsluitorgaan.

Door de overlapping van de coulisseplaat en de coulisse, respectievelijk de leidsleuven daarvan, kan een zeer geringe bouwhoogte voor het bedieningsmechaniek worden be-15 reikt.

Het is gunstig indien aan het in hoogterichting verstelbare deel een tweede leidpen is gevormd die met de leidsleuf in de coulisse in ingrijping is, en waarbij de beide leidpennen althans ongeveer boven elkaar zijn gelegen, 20 en de leidsleuven een althans ongeveer gelijke lengte bezitten.

Op deze wijze kan een directe doorleiding van krachten van het paneel naar de geleidingsrail plaatsvinden zonder buigkrachten op de tuimelaar.

25 De uitvinding is in het bijzonder met voordeel toe te passen bij een open-dakconstructie, waarbij het afsluitorgaan ten minste een stijf paneel omvat, dat enerzijds schuin omhoog naar een ventilatiestand kan worden verzwenkt en anderzijds benedenwaarts en achterwaarts onder het vaste 30 dak kan worden verplaatst, waarbij de leidpennen zich in hun voorste stand in de bijbehorende leidsleuven bevinden indien het paneel in de ventilatiestand staat.

Doordat een grote verstelbaarheid in hoogterichting mogelijk is, kunnen de leidsleuven maximaal achterwaarts aan 1009773 3 het paneel worden gepositioneerd en zal in de voorste stand van de slede, waarbij het paneel zich in de ventilatiestand bevindt, nog een grote afstand aanwezig zijn tussen de leid-pennen en een voorste scharnierpunt van het paneel, waardoor 5 een zeer stabiele ondersteuning van het paneel verschaft wordt en het paneel over een relatief grote lengte wordt vastgehouden.

Het bewegingsmechaniek volgens de uitvinding biedt een extra mogelijkheid voor het geval een elektromotor is j 10 aangebracht voor het aandrijven van de slede, omdat in dit / geval het verloop van de ene en/of andere leidsleuf zodanig kan worden gekozen dat de belasting van het bewegingsmecha-niek op de elektromotor gedurende de gehele verplaatsing van de slede althans ongeveer constant is.

15 Dit heeft het grote voordeel dat de elektromotor bij het verstellen van het paneel een constant toerental zal aanhouden, hetgeen akoestisch een betrouwbare indruk geeft en de minste geluidsoverlast veroorzaakt. Ook komt het de levensduur van de elektromotor ten goede. In gebieden van de 20 verstelling van het paneel waar de weerstand relatief hoog is, bijvoorbeeld bij het doorlopen van de sluitstand, zal tijdelijk een grotere overbrengingsverhouding worden gekozen, waardoor het paneel langzamer door dit moeilijke gebied beweegt. De inzittenden van het voertuig zullen dit nauwe-25 lijks merken.

De uitvinding zal hierna verder worden toegelicht aan de hand van de tekeningen die een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding schematisch weergeven.

Fig. 1, 2 en 3 zijn langsdoorsneden van het uitvoe-30 ringsvoorbeeld van de open-dakconstructie volgens de uitvinding in drie verschillende standen.

Fig. 4 is een perspectivisch explosie-aanzicht van de belangrijkste onderdelen van het bedieningsmechaniek van de open-dakconstructie van fig. 1.

1009773 4

Fig. 5, 6 en 7 zijn perspectivische aanzichten van het mechaniek van fig. 4 in met de fig. 1-3 overeenkomende standen.

De tekeningen, en in eerste instantie fig. 1-3, to-5 nen een uitvoeringsvoorbeeld van de open-dakconstructie volgens de uitvinding, dat is ingebouwd in een voertuig waarvan het vaste dak 1 is voorzien van een dakopening 2. De opendakconstructie is voorzien van een frame 3 of andersoortig stationair deel dat aan het vaste dak 1 kan worden beves-10 tigd. Dit frame 3 ondersteunt op nog nader te beschrijven wijze een afsluitorgaan 4 dat de dakopening 2 naar keuze kan afsluiten of tenminste gedeeltelijk kan vrijgeven.

In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de opendakconstructie uitgevoerd als een zogenaamd hef-schuifdak, 15 waarbij het afsluitorgaan 4 de vorm bezit van een stijf paneel dat vanuit de sluitstand in de dakopening 2 (fig. 2) enerzijds naar een schuin omhoog staande ventilatiestand (fig. 1) kan worden bewogen en anderzijds naar beneden en vervolgens achterwaarts onder het vaste dak 1 kan worden ge-20 schoven (fig. 3).

Ten behoeve van deze bewegingen is het paneel 4 aan beide langsranden voorzien van een bedieningsmechaniek, waarvan in de tekeningen één is weergegeven, waarbij echter moet worden overwogen dat aan de andere langsrand van het 25 paneel 4 hetzelfde bedieningsmechaniek in spiegelbeeld is aangebracht. De bedieningsmechanieken zijn ondergebracht in geleidingsrails 5 die in het frame 3 zijn gemonteerd of geïntegreerd en die aan weerszijden van de dakopening 2 en achterwaarts daarvan onder het vaste dak 1 verlopen. Elk be-30 dieningsmechaniek wordt aangestuurd door een slede 6 (zie fig. 4-7) die in de geleidingsrail 5 is geleid en langs de geleidingsrail 5 verschuifbaar is met behulp van een niet weergegeven trek-drukkabel of ander verbindingsorgaan dat in 1009773 5 verbinding staat met een aandrijforgaan zoals een elektromotor, handslinger of dergelijke.

Aan de slede 6 is een in hoogterichting verstelbaar deel in de vorm van een tuimelaar 7 aangebracht, die 5 met behulp van een horizontaal, in dwarsrichting verlopend scharnier 8 met de slede 6 is verbonden. De tuimelaar 7 van de slede 6 is voorzien van een eerste leidpen 9 die in in-grijping is met een leidsleuf 10 die is gevormd in een cou-lisseplaat 11 die tegen de onderzijde van het paneel 4 is 10 gemonteerd en in langsrichting daarvan verloopt. Aan de voorzijde is de coulisseplaat 11 voorzien van een horizontaal, in dwarsrichting verlopend scharnier 12, waarmede het paneel 4 om zijn voorzijde kan zwenken. Het scharnier 12 is ondersteund nabij de voorzijde van een nog nader te be-15 schrijven coulisseslede 13. Het gat in de coulisseplaat 11 waardoorheen de scharnierpen van het scharnier 12 steekt is enigszins langgerekt, teneinde verschuivingen van het scharnier 12 in de langsrichting te kunnen toelaten bij verzwen-kingen van het paneel 4, waarbij deze langsbewegingen worden 20 bepaald door een verbindingsarm 14 die scharnierbaar met de coulisseslede 13 en de coulisseplaat 11 is verbonden.

Behalve met de leidpen 9 is de tuimelaar 7 uitgevoerd met een tweede leidpen 15 die in dit geval dubbel is uitgevoerd en in ingrijping is met twee parallelle leidsleu-25 ven 16 in de coulisseslede 13. De leidsleuven 10 en 16 zijn in hoofdzaak van gelijke lengte, terwijl zij ook althans ongeveer boven elkaar zijn gelegen en een ongeveer gelijke, doch tegengesteld verloop in hoogterichting hebben. Zoals te zien is in de fig. 4-7, heeft de coulisseslede 13 een U-30 vormige dwarsdoorsnede en is deze symmetrisch ten opzichte van een langshartlijn, waarbij elk been van de U is voorzien van een leidsleuf 16. De afstand tussen de benen van de U van de coulisseslede 13 is zodanig, dat de coulisseplaat 11 daartussen past en de coulisseplaat 11 en de coulisseslede 1009773 6 13 en tevens de leidsleuven 10, 16 daarvan elkaar gedeeltelijk kunnen overlappen bij de verzwenking van de coulisse-plaat 11 onder invloed van de beweging van de leidpen 9 van de tuimelaar 7 door de leidsleuf 10.

5 De leidpennen 9 en 15 zijn op geringe afstand boven elkaar aan de tuimelaar bevestigd en tezamen met het scharnier 8 wordt een krachtendriehoek gevormd die een zeer stabiele ondersteuning aan het paneel 4 kan bieden. Door de opstelling van de leidpennen 9 en 15 kunnen krachten op het 10 paneel 4 direct naar de geleidingsrail worden doorgeleid via de tuimelaar 7 zonder dat daarop buigkrachten worden uitgeoefend.

Zoals in de fig. 4-7 is te zien, is de coulissesle-de 13 voorzien van glijschoenen 17, waarmede de coulissesle-15 de 13 in de geleidingsrail 5 verschuifbaar is. De verschuiving van de coulisseslede 13 vindt alleen plaats ten behoeve van de achterwaartse verschuiving van het paneel 4 tot onder het vaste dak 1 en bij de overige bewegingen van het paneel 4 in hoogterichting, dient de coulisseslede 13 stationair te 20 blijven en dient de slede 6 zich ten opzichte van de coulisseslede 13 te verplaatsen. Bij de achterwaartse verschuiving van het paneel 4 bewegen de slede 6 en de coulisseslede 13 als een eenheid.

Voor het blokkeren en vrijgeven van de coulissesle-25 de 13 zijn speciale blokkeermiddelen aangebracht, die in het bijzonder in fig. 4 zijn weergegeven. Te zien is dat nabij het achterste uiteinde van de coulisseslede 13 een blokkeer-orgaan 18 is aangebracht. Dit blokkeerorgaan 18 omvat een blokkeernok 19 die met behulp van een verend lichaam 20 30 scharnierbaar met de coulisseslede 13 is verbonden. Een boven de coulisslede 13 gemonteerde, in dwarsrichting verlopende en met de coulisseslede 13 meebewegende watergoot 21 werkt in op het verende lichaam 20 en belast de blokkeernok 19 benedenwaarts. In de voorste stand van de coulisseslede 100977¾ 7 13 kan de blokkeernok 19 in ingrijping komen met een niet weergegeven uitsparing in de geleidingsrail 5, teneinde de coulisseslede 13 ten opzichte van de geleidingsrail 5 te blokkeren en juist de blokkering of koppeling tussen de cou-5 lisseslede 13 en de slede 6 op te heffen.

Voor dit laatste doel is het blokkeerorgaan 18 aan weerszijden boven de blokkeernok 19 voorzien van koppelpen-nen 22 die kunnen samenwerken met vorken 23 aan het achterste uiteinde van de tuimelaar 7 van de slede 6. Deze vorken 10 23 bezitten elk een koppelsleuf 24 met een eerste invoerge- deelte en een nauwelijks zichtbaar schuin voorwaarts omhoog verlopend koppelgedeelte dat enerzijds als wig dient voor het uit de blokkeeruitsparingen in de geleidingsrail 5 heffen van de blokkeernok 19 bij het doorlopen van het koppel-15 gedeelte van de koppelsleuf 24. Anderzijds worden de koppel-pennen 22 in het koppelgedeelte van de koppelsleuf 24 opgesloten indien de blokkeernok 19 van de blokkeeruitspa-ring in de geleidingsrail 5 is wegbewogen en de blokkeernok 19 in verticale richting en ook in horizontale richting is 20 opgesloten ten opzichte van de tuimelaar 7.

De werking van het in de tekeningen weergegeven be-wegingsmechaniek van de open-dakconstructie volgens de uitvinding zal aan de hand van de fig. 1-3 en 5-7 nader worden toegelicht.

25 In fig. 2 en 6 bevindt het paneel 4 zich in de sluitstand en in fig. 2 is te zien dat de leidpennen 9 en 15 zich in relatief horizontale gedeelten van de leidsleuven 10 en 16 bevinden. Dit houdt in dat bij een verplaatsing van de leidpennen 9, 15 door hun bijbehorende leidsleuven 10, 16 30 het paneel 4 met een grote overbrengingsverhouding relatief langzaam wordt bewogen. Dit is gedaan omdat in dit bewe-gingsgebied van het paneel 4 de weerstand relatief hoog is, in het bijzonder doordat de afdichting 25 om het paneel 4 in de dakopening 2 klemt. Ondanks deze weerstand is, vanwege de 1009773 8 grote overbrengingsverhouding, de belasting op de aandrijf-motor door de weerstand van het bedieningsmechaniek toch niet groot, zodat deze zonder problemen de slede 6 kan verschuiven .

5 Indien de slede 6 vanuit de stand volgens fig. 2 naar voren wordt verplaatst, worden de coulisseplaat 11 van het paneel 4 en de coulisseslede 13 als het ware wigvormig uit elkaar gedrukt bij de verplaatsing van de leidpennen 9 en 15 door hun bijbehorende leidsleuven 10 en 16, waarbij in 10 fig. 1 de maximale ventilatiestand is bereikt. In deze stand bevinden de leidpennen 9 en 15 zich aan het voorste uiteinde van de bijbehorende leidsleuven 10, 16. In deze stand bevindt de ingrijping tussen de tuimelaar 7 en het paneel 4 zich op relatief grote afstand van het scharnier 12 aan de 15 voorzijde van het paneel 4, waardoor een stabiele ondersteuning van het paneel 4 plaatsvindt en een relatief kort gedeelte van het paneel vrijdragend is. Hierdoor kunnen relatief grote krachten op het paneel 4 worden weerstaan zonder kans op trillingen of dergelijke. Tijdens de voorwaartse be-20 weging van de slede 6 van de stand volgens fig. 2 naar de stand volgens fig. 1 is de tuimelaar 7 om het scharnier 8 verdraaid doordat de leidpen 9 door de leidsleuf 10 omhoog is bewogen ten opzichte van de slede 6. De zwenkbeweging van het paneel 4 wordt zowel door het verloop van de beide 25 leidsleuven 10 en 16 als door de verplaatsing van de leidpennen in de richting van het voorste scharnier 12 van het paneel 4 veroorzaakt.

In fig. 3 is de tuimelaar vanuit de gesloten stand volgens fig. 2 achterwaarts bewogen en zijn de leidpennen 9 30 en 15 aan het achterste uiteinde van hun bijbehorende leidsleuven 10 en 16 terechtgekomen en is het paneel 4 maximaal benedenwaarts verzwenkt om het scharnier 12. In deze stand overlappen de coulisseplaat 11 en de coulisseslede 13 en ook de leidsleuven 10, 16 daarvan elkaar in aanzienlijke mate, 1009773 9 doordat de coulisseplaat 11 tussen de benen van de U-vormige coulisseslede 13 is bewogen. Door deze overlapping kan het paneel 4 tot zeer dichtbij de geleidingsrail 5 van het frame 3 worden bewogen en kan hierdoor de totale bouwhoogte van de 5 open-dakconstructie zeer laag worden gehouden, hetgeen het hoofdruimteverlies in het inwendige van het voertuig tot een minimum beperkt. De leidsleuven 10, 16 zijn in hun achterste gedeelte zodanig gevormd, dat het paneel bij een constante verplaatsing van de slede 6 eerst langzaam, dan snel en ver-10 volgens weer langzaam wordt bewogen.

In het laatste gedeelte van de verplaatsing van de slede 6 naar de stand volgens fig. 3, wordt de blokkeernok 19 door de koppelsleuven 24 in de vorken 23 uit de blokkeer-uitsparing in de geleidingsrail 5 gelicht en doorlopen de 15 koppelpennen 22 de koppelsleuven 24 en worden deze uiteindelijk geblokkeerd in het schuine gedeelte van deze koppelsleuven 24. Na een geringe achterwaartse verplaatsing van de coulisseslede 13, mogelijk gemaakt door het opheffen van de blokkering door de blokkeernok 19, is de blokkeernok 19 door 20 de geleidingsrail 5 in hoogterichting geblokkeerd en vindt een koppeling tussen de slede 6 en de coulisseslede 13 plaats vanwege de opsluiting van de koppelpennen 22 in het schuine gedeelte van de koppelsleuven 24, zodat de slede 6 en de coulisseslede 13 als een eenheid bewegen. Door de in-25 grijping van de koppelpennen 22 in de vorken 23 van de tuimelaar 7 is ook het paneel 4 tegen een bovenwaartse beweging vergrendeld. De watergoot 21 oefent een benedenwaartse kracht op de blokkeernok 19 uit, zodat, wanneer de coulisseslede 13 weer in zijn voorste stand terugkomt en de blok-30 keernok 19 boven de uitsparing in de geleidingsrail 5 komt, de blokkeernok 19 door de benedenwaartse kracht van het verende lichaam 20 automatisch in de uitsparing zal bewegen bij een verdere voorwaartse beweging van de slede 6.

1009773 10

Uit het voorgaande zal duidelijk zijn dat de uitvinding een open-dakconstructie verschaft, die enerzijds uitblinkt door eenvoud en een kleine inbouwhoogte en anderzijds een stabiele ondersteuning en een gunstige aandrijfka-5 rakteristiek verschaft.

De uitvinding is niet beperkt tot het in de tekeningen weergegeven en in het voorgaande beschreven uitvoe-ringsvoorbeeld dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevarieerd. Zo is de uit-10 vinding ook toepasbaar bij andere soorten opendakconstructies, zoals hefdaken, spoilerdaken en andere soorten daken met panelen of andersoortige enkel- of meervoudige afsluitorganen. Het in hoogte verstelbare deel van de slede zou ook met één leidpen of andersoortig leidorgaan 15 in ingrijping kunnen zijn met de leidsleuven van het af- sluitorgaan en het stationaire deel. De leidpennen en leidsleuven zouden ook kinematisch omgekeerd kunnen worden.

1009773

Claims (11)

1. Open-dakconstructie voor een voertuig met een opening (2) in het vaste dak (l), voorzien van een aan het dak te bevestigen stationair deel (3) met aan weerszijden van de dakopening verlopende stationaire geleidingsrails (5) 5 met daarin verschuifbare sleden (6) met bewegingsmechanis-men, een door de bewegingsmechanismen ondersteund, verstelbaar afsluitorgaan (4), dat verstelbaar is tussen een sluit-stand waarin het de dakopening afsluit en een geopende stand waarin het de dakopening ten minste gedeeltelijk vrijgeeft, 10 waarbij elk bewegingsmechanisme is voorzien van een aan het afsluitorgaan bevestigde coulisseplaat (11) met een leid-sleuf (10), waarin een met de slede verbonden leidpen (9) grijpt, met het kenmerk, dat de slede (6) is uitgevoerd met een in hoogte verstelbaar deel (7) dat met de leidpen (9) is 15 uitgerust en dat tevens in ingrijping is met een verdere, in hoogterichting verlopende leidsleuf (16) in een met het stationaire deel (3) verbonden coulisse (13) .

2. Open-dakconstructie volgens conclusie 1, waarbij het in hoogte verstelbare deel (7) van de slede (6) is voor- 20 zien van een via een horizontaal scharnier (8) met de slede verbonden tuimelaar.

3. Open-dakconstructie volgens conclusie 2, waarbij de coulisseplaat (11) aan het afsluitorgaan (4) en de coulisse (13) van het stationaire deel (3), en bij voorkeur de 25 leidsleuven (10, 16) daarvan, elkaar in hoogterichting kunnen overlappen in onderste standen van het afsluitorgaan.

4. Open-dakconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij aan het in hoogterichting verstelbare deel (7) een tweede leidpen (15) is gevormd die met de 30 leidsleuf (16) in de coulisse (13) in ingrijping is, en 1009773 waarbij de beide leidpennen (9, 15) althans ongeveer boven elkaar zijn gelegen, en de leidsleuven (10, 16) een althans ongeveer gelijke lengte bezitten.

5. Open-dakconstructie volgens een der voorgaande 5 conclusies, waarbij de beide leidsleuven (10, 16) een in hoogterichting variërend, van een rechte lijn afwijkend verloop hebben.

6. Open-dakconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het afsluitorgaan (4) ten minste een 10 stijf paneel omvat, dat enerzijds schuin omhoog naar een ventilatiestand kan worden verzwenkt en anderzijds benedenwaarts en achterwaarts onder het vaste dak (1) kan worden verplaatst, waarbij de leidpennen (9, 15) zich in hun voorste stand in de bijbehorende leidsleuven (10, 16) bevinden 15 indien het paneel in de ventilatiestand staat.

7. Open-dakconstructie volgens een der voorgaande aandrijven conclusies, waarbij een elektromotor is aangebracht voor het verplaatsen van elke slede (6), en waarbij het verloop van de ene en/of andere leidsleuf (10, 16) zoda- 20 nig is dat de belasting op de elektromotor door het bewe- gingsmechaniek gedurende de gehele verplaatsing van de slede althans ongeveer constant is.

8. Open-dakconstructie volgens conclusie 6 of 7, waarbij de coulisse (13) is gevormd door een in de gelei- 25 dingsrail (5) verschuifbare coulisseslede ten behoeve van de schuifbeweging van het paneel (4), zodanig dat de slede (6) en de coulisseslede (13) gezamenlijk bewegen tijdens schuif-bewegingen van het paneel en de slede ten opzichte van de in hoofdzaak stilstaande coulisseslede tijdens hoogtebewegingen 30 van het paneel, waarbij de coulisseslede is uitgerust met een eerste blokkeerorgaan (18) voor het blokkeren van de coulisseslede ten opzichte van de geleidingsrail tijdens hoogtebewegingen van het paneel, en het in hoogterichting beweegbare deel (7) van de slede is voorzien van een koppel-35 orgaan (23, 24) voor het aan elkaar koppelen van de slede 1009773 (6) en de coulisseslede (13) tijdens de schuifbewegingen van het paneel.

9. Open-dakconstructie volgens conclusie 8, waarbij het blokkeerorgaan (18) is uitgevoerd met een benedenwaarts 5 veerbelaste blokkeernok (19), die met de coulisseslede (13) is verbonden en in zijn blokkeerstand in een uitsparing in de geleidingsrail (5) grijpt, terwijl het koppelorgaan (23, 24. is voorzien van een, de blokkeernok (19) uit de uitsparing heffende wig, zoals een schuine koppelsleuf (24) die 10 gedwongen in ingrijping blijft met de blokkeernok zolang deze zich buiten de uitsparing in de geleidingsrail bevindt.

10.Open-dakconstructie voor een voertuig met een opening (2) in het vaste dak (1) , voorzien van een aan het dak te bevestigen stationair deel (3) met aan weerszijden 15 van de dakopening verlopende stationaire geleidingsrails (5) met daarin verschuifbare sleden (6) met bewegingsmechanis- f men, een door de bewegingsmechanismen ondersteund, verstelbaar afsluitorgaan (4), dat verstelbaar is tussen een sluit-stand waarin het de dakopening afsluit en een geopende stand 20 waarin het de dakopening ten minste gedeeltelijk vrijgeeft, : waarbij elk bewegingsmechanisme is voorzien van een aan het afsluitorgaan bevestigde coulisseplaat (11) met een leid- " sleuf (10), waarin een met de slede verbonden leidpen (9) grijpt, met het kenmerk, dat de slede (6) is uitgevoerd met 25 een in hoogte verstelbaar deel (7) dat op drie punten met de s slede (6), het afsluitorgaan (4) en het stationaire deel (3) I in ingrijping is en in alle standen van het afsluitorgaan ï krachten van het afsluitorgaan althans nagenoeg zonder buig- “ krachten op het verstelbare deel (7) naar het stationaire 30 deel (3) kan doorleiden.

11.Open-dakconstructie voor een voertuig met een : opening (2) in het vaste dak (1), voorzien van een aan het dak te bevestigen stationair deel (3) met aan weerszijden ~ l0097-?3 ‘ van de dakopening verlopende stationaire geleidingsrails (5) met daarin door een elektromotor verschuifbare sleden (6) met bewegingsmechanismen, een door de bewegingsmechanismen ondersteund, verstelbaar afsluitorgaan (4), dat verstelbaar 5 is tussen een sluitstand waarin het de dakopening afsluit en een geopende stand waarin het de dakopening ten minste gedeeltelijk vrijgeeft, met het kenmerk, dat de overbrengings- verhouding van het bewegingsmechaniek variabel is over de verstelweg van de slede (6) zodanig dat de belasting op de 10 elektromotor door het bewegingsmechaniek gedurende de gehele verplaatsing van de slede althans ongeveer constant is. 1009773