NL1006250C2 - Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir. - Google Patents

Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir. Download PDF

Info

Publication number
NL1006250C2
NL1006250C2 NL1006250A NL1006250A NL1006250C2 NL 1006250 C2 NL1006250 C2 NL 1006250C2 NL 1006250 A NL1006250 A NL 1006250A NL 1006250 A NL1006250 A NL 1006250A NL 1006250 C2 NL1006250 C2 NL 1006250C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
orientation
image data
image
document
unit
Prior art date
Application number
NL1006250A
Other languages
English (en)
Inventor
Rene Francois Albert Collard
Original Assignee
Oce Tech Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oce Tech Bv filed Critical Oce Tech Bv
Priority to NL1006250A priority Critical patent/NL1006250C2/nl
Priority to DE69811145T priority patent/DE69811145T2/de
Priority to EP98201798A priority patent/EP0886434B1/en
Priority to JP15634598A priority patent/JP4004642B2/ja
Priority to US09/092,095 priority patent/US6236473B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1006250C2 publication Critical patent/NL1006250C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/387Composing, repositioning or otherwise geometrically modifying originals
    • H04N1/3877Image rotation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Control Or Security For Electrophotography (AREA)
  • Editing Of Facsimile Originals (AREA)
  • Facsimiles In General (AREA)

Description

Océ-Technologies B.V., te Venlo
Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir 5 De uitvinding betreft een digitale beeldreproductie-inrichting, omvattende een aanlegsectie voor het daarop positioneren van een te kopiëren document in een eerste of een tweede aanleg-oriëntatie, welke oriëntaties ten opzichte van elkaar over een hoofdzakelijk rechte hoek geroteerd zijn; een scannereenheid voor het scannen van een op de aanlegsectie gepositioneerd 10 document en het daarbij genereren van digitale beeldgegevens; een bewerkingseenheid voor het bewerken van door de scannereenheid gegenereerde beeldgegevens, voorzien van een rotatiemodule voor het over een hoek roteren van de beeldgegevens; een afdrukeenheid voor het afdrukken van een digitaal beeld op een beelddrager, welke 15 voorzien is van ten minste een voorraadbak voor beelddragers; een bedieningseenheid, voorzien van een bedieningspaneel met instelmiddelen voor het instellen van een gewenst formaat en een gewenste oriëntatie van te produceren kopieën; en een besturingseenheid, verbonden met de genoemde eenheden, voor het besturen van 20 het scannen van een document, het bewerken van de daarbij gegenereerde beeldgegevens, en het afdrukken van de bewerkte beeldgegevens.
In een dergelijke inrichting wordt van een te kopiëren document eerst een bestand van digitale beeldgegevens gemaakt door de scanner en deze beeldgegevens worden gebruikt om de afdrukeenheid te sturen. Door de beeldgegevens tussentijds te 25 bewerken is het mogelijk om deze te veranderen en zo functionaliteit te bieden die in optische, vaak "analoog" genoemde, kopieerapparaten niet mogelijk was.
Een dergelijke bewerking is bijvoorbeeld een rotatie over een hoek van 90 graden, waardoor bijvoorbeeld een in dwarsrichting op de aanlegsectie (in het algemeen een glazen ruit) neergelegd document op een in langsrichting, dus 90 graden 30 gedraaid, georiënteerde beelddrager (meestal een vel papier) kan worden afgedrukt.
De huidige uitvinding maakt hiervan gebruik.
Een inrichting als beschreven in de aanhef is bekend uit het Amerikaanse octrooi nr. 5,239,388.
In deze bekende inrichting wordt van de bovenstaande rotatie-functionaliteit 1006250 2 gebruik gemaakt, door de scanner in een prescan de oriëntatie van het origineel te laten vaststellen, deze te vergelijken met de oriëntatie van het kopiepapier in de voorraadbak, en bij niet-overeenkomst de beelddata automatisch over 90 graden te roteren, zodat ze toch op het kopiepapier passen. Hierdoor wordt bereikt, dat er ook 5 gekopieerd kan worden als geen kopiepapier met de oriëntatie van het origineel aanwezig is.
Een dergelijk automatisme lijdt echter soms tot ongewenste situaties, omdat de gebruiker misschien expres op kopiepapier van afwijkende oriëntatie wilde kopiëren. In dat geval zal het automatische gedrag van het apparaat de gebruiker verrassen en 10 diens bedoelingen zelfs onmogelijk maken. In het algemeen zal een gebruiker namelijk, op grond van zijn ervaringen met analoge kopieerapparaten verwachten, dat de oriëntatie van de geproduceerde kopie gelijk is aan die van het originele document, en op grond daarvan zal hij bij het aanleggen van dat document een bepaalde oriëntatie kiezen.
15 De huidige uitvinding heeft als doel om een op eenvoudige, voor een gebruiker begrijpelijke en voorspelbare wijze bedienbare reproductie-inrichting te verschaffen, waarin met behulp van digitale functionaliteit kopieën van originele documenten kunnen worden gemaakt in meer of andere oriëntaties dan op grond van de in de afdrukeenheid aanwezige voorraden kopiedragers verwacht mag worden.
20 Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de bedieningseenheid is ingericht om voor een kopieformaat een keuze te bieden uit alle oriëntaties overeenkomende met de genoemde aanleg-oriëntaties, waaronder ten minste één oriëntatie, waarvoor geen voorraad beelddragers beschikbaar is in de afdrukeenheid, en doordat de besturingseenheid, in geval van instelling van de genoemde niet 25 beschikbare oriëntatie, een voorraadbak in de afdrukeenheid selekteert voor het leveren van beelddragers, welke voorraadbak beelddragers van het gewenste formaat en en een andere dan de gewenste oriëntatie bevat, en voorts de beeldgegevens door de rotatiemodule doet roteren over een hoek welke overeenstemt met het verschil tussen de gewenste en de genoemde andere oriëntatie.
30 Hierdoor wordt de keuze uit twee oriëntaties steeds geboden, één die verwijst naar een werkelijk in de inrichting aanwezige voorraad kopiepapier en één die verwijst naar een in werkelijkheid niet bestaande, dus virtuele, voorraad. Bij de laatstgenoemde oriëntatie worden de beeldgegevens geroteerd en op het wel-beschikbare kopiepapier afgedrukt. De bedienaar weet dit niet en hoeft dit ook niet te weten. Hij kan kiezen wat 1006250 3 hij wil en wordt niet verrast door onverwacht (en mogelijk ongewenst) automatisme.
In bepaalde gevallen kan het door technische beperkingen voorkomen, dat een bepaald formaat origineeldocumenten in slechts een enkele oriëntatie op de aanlegsectie kan worden gebracht, terwijl soms ook een bepaald formaat kopiepapier 5 maar in een enkele oriëntatie kan worden verwerkt door de afdrukeenheid. Wanneer de oriëntaties van document en kopie niet met elkaar overeenkomen, zal de besturingseenheid automatisch de beeldgegevens doen roteren zodat ze toch kunnen worden afgedrukt. Niettemin zal op de bedieningsmiddelen slechts die oriëntatie worden aangeboden, die met die van het originele document overeenkomt.
10 Dit kan bijvoorbeeld voorkomen, wanneer een A4 document moet worden vergroot tot A3, waarbij de aanlegsectie wel geschikt is om een A4 document in beide oriëntaties op te nemen, maar de afdrukeenheid een A3 kopievel slechts in langsrichting kan verwerken. Legt nu een gebruiker het originele document in dwarsrichting op de aanlegsectie, dan zal de besturingseenheid dit met de daarvoor 15 bekende middelen detecteren, vaststellen, dat de beeldgegevens moeten worden geroteerd, maar via de bedieningsmiddelen slechts een A3-langs kopieformaat aanbieden ter instelling. Op deze wijze hoeft de gebruiker zich niet af te vragen, of de beeldgegevens nog moeten worden geroteerd: dat kan hij aan de machine overlaten.
In een bijzondere uitvoeringsvorm is de inrichting voorzien van een automatische 20 document-toevoerinrichting welke documenten op de aanlegsectie positioneert in dezelfde oriëntatie als waarin ze aan de document-toevoerinrichting worden aangeboden. In dit geval geldt de oriëntatie waarin de documenten worden aangeboden dus ook als de referentie-oriëntatie voor de bedienaar.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren, 25 waarin gelijke verwijzingscijfers worden gebruikt voor overeenkomstige onderdelen. Hierin toont
Fig.1 een algemene opzet van een reproductie-inrichting volgens de uitvinding;
Fig.2 een scannerinrichting met document-toevoerinrichting;
Fig.3 een schematisch overzicht van verwerkingsinrichting voor digitale beeldgegevens; 30 Fig.4 een afdrukinrichting;
Fig.5 een afbeelding van een bedieningspaneel;
Fig. 6A en 6B elk een stroomdiagram van een besturingsprogramma volgens de uitvinding;
Fig.7 eveneens een afbeelding van een bedieningspaneel.
1006250 4
Fig.1 toont de algemene opzet van een beeldreproductie-inrichting volgens de uitvinding. Deze inrichting omvat een aftastinrichting of scanner 1 voor het opto elektrisch aftasten van een document en het leveren van daarmee corresponderende digitale beeldinformatie, een toevoerinrichting 2 voor beeldinformatie vanuit een externe 5 bron en een afdrukeenheid 3 voor het afdrukken van digitale beeldinformatie op een dragermateriaal.
Zowel de scanner 1 als de toevoereenheid 2 zijn verbonden met een inrichting 15 voor bewerking en tussenopslag van beeldinformatie, welke op zijn beurt is verbonden met de afdrukeenheid 3. Scanner 1, toevoereenheid 2, inrichting 15 en afdrukinrichting 10 3 zijn verbonden met een centrale besturingseenheid 18, welke verder nog verbonden is met een bedieningseenheid 19 voorzien van een bedieningspaneel 19A met bedieningselementen en een weergeefscherm voor gebruik door een bedieningspersoon.
De scannerinrichting 1 is in meer detail weergegeven in Fig. 2. Hij is voorzien van 15 een buisvormige lamp 5 en een daarmee samenwerkende reflektor 6, waarmee een smalle strook van een op een aanlegruit 7 gelegen document 8 wordt belicht. Voorts bevat de scanner een array 10 van afbeeldende glasfibers (een zogenaamd "selfoc lens array") waarmee het door het document gereflekteerde licht wordt geprojekteerd op een sensor array, bijvoorbeeld een CCD array 12. De lamp 5, reflektor 6, selfoc lens array 20 10 en CCD array 12 zijn samengebouwd op een wagen 11, die tijdens het aftasten door een servomotor 9 met een gelijkmatige snelheid in de richting van de pijl 13 wordt voortbewogen, waardoor het document 8 lijnsgewijs afgetast wordt door het CCD array 12. De positie van de wagen 11 wordt met op zich bekende middelen voortdurend gemeten en ondermeer gebruikt voor het terugkoppelcircuit van de servomotor 9.
25 Aldus wordt elk beeldpunt van het document omgezet in een analoog signaal dat overeenkomt met de grijswaarde van dat beeldpunt. Het analoge signaal wordt vervolgens door een A/D converter 14 omgezet in een digitaal signaal voor elk beeldpunt.
De scannerinrichting 1 is uitgerust met een automatische toevoereenheid voor 30 documenten (ADF) 1A. Deze omvat een inlegbak 301 voor het daarin leggen van een stapel te kopiëren documenten 302, een separatiemechanisme 313, 314 voor het een voor een van onderaf afnemen van de documenten van de stapel en een transportmechanisme, bestaande uit de transportpaden 303, 304,305, 306 en de transportrollenparen 309, 310, 311,312, voor het naar de aanlegruit 7 transporteren 1006250 5 van een afgenomen document. Dit document 8 wordt over de aanlegruit 7 getransporteerd door een transportband 307, die het na het aftasten door de scanwagen 11, transporteert naar de aflegbak 308.
Fig. 3 toont een schematisch overzicht van de opbouw van een inrichting 15 voor 5 bewerking en tussenopslag van beeldinformatie, waarin de rechthoeken functionele modules (zowel fysieke onderdelen als software modules) voorstellen en de pijlen de gegevensstroom van de ene module naar een volgende aangeven. De scanner 1, de toevoerinrichting 2 en de afdrukeenheid 3 zijn in deze figuur ingetekend om hun positie ten opzichte van de inrichting 15 te tonen. Hoewel dit niet in de figuur is weergegeven, 10 zijn de verschillende elementen van de inrichting 15 verbonden met de besturingseenheid 18, die hun werking coördineert.
De digitale signalen uit de scanner 1 worden toegevoerd aan een ZOOM module 103, die, indien gewenst, via interpolatie een vergroting of verkleining uitvoert.
De signalen uit de ZOOM module 103 worden via een buffer 104 doorgegeven 15 aan een halftoonmodule 105, die de signalen, die dan nog grijswaarden beschrijven, omzet in binaire signalen, die voor elk pixel een van twee waarden specificeren: nul of een, waardoor deze signalen geschikt worden om een afdrukeenheid te besturen, die slechts witte of zwarte beeldpunten kan drukken. Er zijn in de literatuur vele halftoonbewerkingen beschreven, zodat een toelichting overbodig is. Welke 20 halftoonbewerking wordt toegepast, is voor deze beschrijving niet van belang, zolang de resulterende signalen maar binair van aard zijn.
De signalen uit de halftoonmodule 105 worden op hun beurt doorgegeven aan een multiplexer 106. Op een andere ingang van multiplexer 106 is een toevoereenheid 2 voor digitale beeldsignalen uit een lokaal netwerk 16 aangesloten, waardoor digitale 25 signalen vanuit een externe bron, zoals een werkstation, kunnen worden toegevoerd. De toevoereenheid bevat een zogenaamde PDL-interpreter, die de ontvangen -gecodeerde - digitale beeldsignalen omzet in binaire signalen die geschikt zijn om de afdrukeenheid te besturen.
De multiplexer 106 geeft een van beide gegevensstromen (uit de scanner of uit 30 het netwerk) door aan een mengmodule 108. Deze mengmodule 108 heeft een tweede ingang waarop een terugvoerlijn 120 is aangesloten voor het terugvoeren van signalen uit het geheugen 111, waarover later meer.
In mengmodule 108 kunnen de signalen uit multiplexer 106 en terugvoerlijn 120 volgens logische functies op pixelbasis gemengd worden, overeenkomend met het 1006^0 6 mengen van twee beelden. Voorbeelden van zulke logische functies zijn: OR, AND, EXOR. Het mengen op deze wijze van binaire beeldsignalen is algemeen bekend uit de literatuur en behoeft hier geen verdere toelichting.
De mengmodule 108 is verbonden met een rotatiemodule 109, waarin het door de 5 signalen uit de mengmodule 108 gedefinieerde beeld over een hoek van 0, 90,180 of 270 graden geroteerd kan worden.
De signalen uit rotatiemodule 109 worden vervolgens gecomprimeerd in een compressiemodule 110 en opgeslagen in een geheugen 111. Hoewel compressie niet strikt nodig is, is zij wel aan te bevelen, omdat hierdoor de gegevens van meer 10 documenten kunnen worden opgeslagen. De compressiemethode kan bijvoorbeeld runlengtecodering zijn. Het geheugen 111 is voorzien van een (niet weergegeven) administratie, die bijhoudt, op welke adressen de gegevens van de documenten zijn opgeslagen.
Het geheugen 111 is uitgevoerd met twee onafhankelijke uitleeslijnen, zodat 15 tegelijkertijd de beeldgegevens van twee documenten kunnen worden uitgelezen.
Deze uitleeslijnen zijn elk aangesloten aan een decompressiemodule (112a, 112b). Deze zijn aangesloten aan in principe gelijke verwerkingscircuits, gevormd door invoegmodules 113a, 113b. Deze modules kunnen de beeldsignalen samengevoegen met kunstmatige beeldgegevens, die overeenkomen met een leeg (wit) beeld en 20 geleverd worden door een eveneens aan invoegmodule 113a, 113b aangesloten virtueel frame module 114a, 114b. De bedoeling hiervan is, om beeldgegevens te kunnen maken, die een groter beeld beschrijven dan de beeldgegevens uit het geheugen 111, bijvoorbeeld een beeld dat voor de rechterhelft bestaat uit een gescand document en voor de linkerhelft leeg (wit) is.
25 De invoegmodules 113a, 113b zijn verbonden met een mengmultiplexer 115, waarin een van de beeldsignalen selektief kan worden doorgelaten of beide beeldsignalen gemengd kunnen worden, op dezelfde wijze als beschreven voor mengmodule 108.
Mengmultiplexer 115 heeft twee uitgangen. Een is de reeds genoemde 30 terugvoerlijn 120, die het mogelijk maakt om in het geheugen opgeslagen beelden alsnog te roteren en ook om deze te mengen met nieuw toegevoerde (gescande) beelden. De andere uitgang is via een buffer 116 aangesloten aan de afdrukeenheid 3, die later meer gedetailleerd zal worden besproken.
Op verscheidene plaatsen in de besproken schakeling kunnen buffers aanwezig 1006250 7 zijn. Aangezien deze echter voor het werkingsprincipe niet relevant zijn, zijn ze in de beschrijving weggelaten.
Voor de beschrijving van de afdrukinrichting 3 wordt verwezen naar Fig. 4.
Deze afdrukinrichting is voorzien van een eindloze fotogeleidende band 20, die met 5 behulp van aandrijf, respectievelijk geleiderollen 21,22 en 23 met een gelijkmatige snelheid wordt voortbewogen in de richting van pijl 24.
Met behulp van de bewerkte beelddata, die vanuit inrichting 15 worden aangeboden, wordt een LED array 25 zo aangestuurd dat de fotogeleidende band 20, nadat deze door een corona inrichting 30 elektrostatisch is opgeladen, lijnsgewijs 10 beeldmatig wordt belicht.
Het door de belichting op de band 20 ontstane, latente ladingsbeeld wordt met een magneetborstelinrichting 31 met tonerpoeder ontwikkeld tot een tonerbeeld, dat vervolgens in een eerste overdraagzone onder druk in contact wordt gebracht met een eindloze tussenmediumband 32 die vervaardigd is uit of bedekt is met een elastisch en 15 hittebestendig materiaal, zoals bijvoorbeeld siliconenrubber. Hierbij wordt het tonerbeeld door adhesiekrachten overgedragen van de band 20 naar de band 32. Na deze beeldoverdracht worden eventueel achtergebleven tonerpoederresten met behulp van een reinigingsinrichting 33 van de fotogeleidende band 20 verwijderd, waarna deze band 20 voor hernieuwd gebruik gereed is.
20 De tussenmediumband 32 is gespannen over aandrijf en geleiderollen 34,35, waarbij de tussenmediumband 32 wordt verwarmd tot een temperatuur boven de verwekingstemperatuur van het tonerpoeder, bijvoorbeeld met een binnen rol 35 opgestelde infraroodstraler. Terwijl de band 32 met daarop het tonerbeeld wordt voortbewogen, wordt door de verwarming dit tonerbeeld kleverig.
25 In een tweede overdraagzone tussen de band 32 en een drukrol 36 wordt het kleverige tonerbeeld onder invloed van druk overgedragen en gelijktijdig gefixeerd op een kopievel dat vanuit een van de reservoirs 37-1, 37-2 of 37-3 is aangevoerd.
De aldus verkregen kopie kan tenslotte worden afgelegd in een aflegbak 39 of door een afbuigelement 40 (in de met onderbroken lijnen aangegeven stand geplaatst) 30 worden toegevoerd aan een omkeerinrichting 41. In deze omkeerinrichting 41 wordt het kopievel omgekeerd, waarna het opnieuw wordt gevoerd naar de tweede overdraagzone tussen de band 32 en de drukrol 36 om in die overdraagzone aan de andere zijde te worden bedrukt met een poederbeeld en vervolgens te worden afgelegd in de aflegbak 39.
IOüdcSü 8
In Fig. 4 zijn drie kopievellenreservoirs 37-1,37-2 en 37-3 geïllustreerd, waarbij de eerste twee ingericht zijn voor kopievellen van formaat A4 en de laatste voor kopievellen van formaat A3. Reservoir 37-1 is het standaardreservoir, waaruit kopievellen worden geleverd als niet een ander reservoir is geselekteerd door een 5 bedienaar. Reservoir 37-2 is ingericht voor kopievellen van hetzelfde formaat als 37-1, en is bedoeld voor een andere soort kopievellen, bijvoorbeeld een andere kleur of een ander gramsgewicht.
Uiteraard kan het aantal reservoirs ook anders zijn dan drie, en er kunnen reservoirs voor andere formaten of oriëntaties van kopievellen gebruikt worden.
10 De verschillende onderdelen van de afdrukinrichting 3 worden door de centrale besturingeenheid 18, direkt of door tussenkomst van deelbesturingsmodules, bestuurd. Het bedieningspaneel behorende bij de bedieningseenheid 19 is weergegeven in Fig. 5 en omvat een weergeefscherm 60, zoals een LCD display, en een aantal toetsen, namelijk een starttoets 61, cijfertoetsen 62, correctietoets 63 en keuzetoetsen 64A E, 15 65A D en de toetsenster 66. Al deze elementen zijn verbonden met de bedieningseenheid 19, die in reaktie op bediening van de toetsen signalen doorgeeft naar de besturingseenheid 18 en die voorts het weergeefscherm 60 bestuurt voor het tonen van keuzemogelijkheden en boodschappen aan de bedienaar.
Op het weergeefscherm 60 wordt, wanneer het apparaat is ingeschakeld, een 20 beeld getoond, gevormd door een aantal vertikale kolommen, ieder liggend boven een van de keuzetoetsen 64A E. Elke kolom heeft betrekking op een bepaalde basisfunktie van het apparaat en vermeldt de verschillende mogelijke instellingen van die basisfunktie. Zo is bijvoorbeeld de meest linkse kolom toegewezen aan de keuze tussen de kopieerfunktie, waarin een document wordt afgetast door de scanner en 25 vervolgens gereproduceerd, en de printerfunktie, waarin een afdruk wordt gemaakt volgens digitale, via de netwerkaansluiting toegevoerde beeldgegevens. De momentaan geselekteerde instelling, in dit geval de kopieerfunktie, wordt aangegeven met een merkteken, zoals een donkere punt, of door highlighten. Door op een keuzetoets te drukken kan een bedienaar een andere instelling kiezen, bijvoorbeeld volgens een 30 cyclisch schema.
De kolommen boven de toetsen 64A (reeds genoemd), 64B (enkelzijdig of dubbelzijdig, zowel met betrekking tot origineel document als tot kopievel), 64C (nieten) en 64D (de keuze van het formaat van het afdrukpapier) betreffen de afwerking van de opdracht. De kolom boven toets 64E betreft de vergroting. Deze kan automatisch (aan 1006250 θ de hand van de verhouding tussen het originele document en het gekozen kopieformaat) of met de hand, met behulp van de toetsenster 66 worden ingesteld.
De keuzetoetsen 65A D bieden de mogelijkheid om een andere verzameling funkties (rubriek) op te roepen, die door de beperkte afmetingen van het 5 weergeefscherm 60 niet kunnen worden getoond. In het algemeen zijn dit funkties die niet voor een eenvoudige kopieer of afdrukopdracht benodigd zijn, maar die de bedienaar meer mogelijkheden bieden om bijzondere afdrukresultaten te verkrijgen. In dit voorbeeld omvatten deze funkties het verschuiven van de kantlijn op de afdruk, het toevoegen van kaften en multiple up. De betekenis van de toetsen 65A D wordt 10 aangegeven in een bijbehorend veld in het weergeefscherm 60, direkt onder elke toets. Wanneer een van de toetsen wordt ingedrukt, wordt de corresponderende verzameling funkties aktief gemaakt en wordt de opmaak van het weergeefscherm 60 aangepast aan de betreffende funkties. Tegelijkertijd wordt deze selektie getoond door omkaderen of anderszins opvallend maken van het veld op het weergeefscherm 60, dat hoort bij de 15 ingedrukte toets uit de groep 65A D.
Voorts bevat het bedieningspaneel 19 nog een cijferdisplay 70, voor het weergeven van het ingestelde aantal afdrukken, zoals dat op kopieerapparaten algemeen gebruikelijk is.
De kolom boven toets 64D op het bedieningspaneel bevat een overzicht van de 20 selekteerbare formaten en oriëntaties van kopiepapier. Van beneden naar boven is dit in dit voorbeeld: een eerste A4-dwars en A4-langs (dit betreft bijvoorbeeld normaal wit papier), een tweede A4-dwars en A4-langs (dit betreft bijvoorbeeld gekleurd, dikker papier voor kaften) en A3-langs. De termen "langs" en "dwars" zijn gedefinieerd in relatie tot de transportrichting in het apparaat (dit is de links-rechts-richting voor een 25 bedienaar aan het apparaat). Meer bepaald is met "dwars" bedoeld, dat de lange zijde van het document dwars op de transportrichting is gelegen, en met "langs", dat de lange zijde evenwijdig is aan de transportrichting.
Kopiepapier volgens de selektie "A4-langs" is in werkelijkheid echter niet in het apparaat aanwezig, zoals blijkt uit de beschrijving van de afdrukinrichting, Fig. 4. De 30 reservoirs 37-1,37-2 en 37-3 bevatten namelijk respektievelijk A4-dwars, A4-dwars en A3-langs.
Wanneer nu een bedienaar de selektie “A4-langs" maakt, selekteert intern de besturingseenheid 18 toch reservoir 37-1, respektievelijk 37-2 en schakelt de rotatie-eenheid 109 (Fig. 2) in de stand, waarin de beeldgegevens 90 graden worden gedraaid, 1006250 10 in klokrichting of in tegen-klokrichting, afhankelijk van de technische lay-out van de inrichting. De kopieën worden dan correct gemaakt, worden alleen in de dwars-oriëntatie afgelegd. Voor de bedienaar is dat geen bezwaar, omdat de selektie "A4-langs" alleen relevant is in relatie tot de oriëntatie van het originele document, en deze 5 relatie blijft behouden.
Het besturingsprogramma dat aktief is in de besturingseenheid 18 wordt weergegeven in Fig. 6A en Fig. 6B.
Fig. 6A toont de gang van zaken, wanneer op het bedieningspaneel de selektie “A4-dwars" (voor de A4-keuze onderin de kolom op het weergeefscherm) is gemaakt. In 10 dat geval verloopt het programma volgens de stappen S1: scan het origineel (een "dwars" gelegen digitaal beeld 601 wordt gegenereerd); S2: selekteer kopievellenreservoir 37-1 (een "dwars" gelegen kopievel 602 wordt gekozen); S3: druk de beeldgegevens af op een kopievel uit reservoir 37-1 (een "dwars" gelegen kopie 603 wordt afgedrukt).
15 Fig. 6B toont de gang van zaken, wanneer op het bedieningspaneel de selektie "A4-langs" is gemaakt, verloopt het programma volgens de stappen T1: scan het origineel (een "langs" gelegen digitaal beeld 605 wordt gegenereerd); T2: roteer de beeldgegevens (het digitale beeld 605 wordt geroteerd tot een "dwars" digitaal beeld 606); T3: selekteer kopievellenreservoir 37-1 (een "dwars" gelegen kopievel 607 wordt 20 gekozen); T4:druk de beeldgegevens af op een kopievel uit reservoir 37-1 (een "dwars" gelegen kopie 608 wordt afgedrukt).
Een identiek programma geldt voor de bovenste A4-keuze in de kolom op het weergeefscherm, waarbij uiteraard de verwijzing naar reservoir 37-1 is vervangen door een naar reservoir 37-2, waarin andere kopievellen van formaat A4 liggen, bijvoorbeeld 25 dikker, gekleurd papier voor kaften. Met behulp van de bedieningsmiddelen kan voor een kopieeropdracht het toevoegen van kaften zijn ingesteld. Deze kaften worden dan uit reservoir 37-2 genomen en worden bedrukt met de gescande beelden van corresponderende originele documenten. Het spreekt vanzelf, dat deze kaften dezelfde behandeling dienen te krijgen ten aanzien van rotatie als normale kopievellen. Ook 30 kunnen kopievellen uit reservoir 37-2 worden gebruikt als kopievellen voor een volledige kopieeropdracht die bijvoorbeeld op vellen van een andere kleur moet worden afgedrukt. In zo'n geval is het natuurlijk wenselijk, om voor deze kopievellen dezelfde functionaliteit aan te bieden als voor de normale kopievellen in bal 37-1.
In een andere uitvoeringsvorm is het reservoir 37-3 gevuld met kopiepapier van 1006250 11 het formaat A5. Als voorbeeld wordt nu aangenomen, dat vanwege technische beperkingen de automatische document-toevoerinrichting 1A een A5-document alleen "dwars" kan doorvoeren, terwijl de afdrukinrichting 3 een A5-document juist alleen "langs" kan doorvoeren. Voor de document-toevoerinrichting 1A geldt dus een 5 verplichte oriëntatie "dwars". Bij een origineel- en een kopieformaat A5 schakelt de besturingseenheid 18 automatisch de rotatie-eenheid 109 in de stand waarin de beeldgegevens 90 graden worden gedraaid.
Fig. 7 toont het bedieningspaneel behorende tot deze uitvoeringsvorm. De kolom boven toets 64D toont nu, behalve de beide A4-keuzes in twee oriëntaties, een optie 10 A5-dwars, ook al is in feite A5-langs de enige beschikbare kopie-oriëntatie. Deze presentatie is echter voor de gebruiker begrijpelijker, omdat zij overeenkomt met de (verplichte) oriëntatie van het originele document. Ware de aangeboden optie voor de kopie-oriëntatie: "A5-langs", dus overeenkomend met de papiervoorraad in reservoir 37-3, dan zou de gebruiker in verwarring kunnen raken, omdat hij denkt, dat hij nog een 15 beeldrotatie moet instellen. Dit wordt nu automatisch door de besturingseenheid 18 gedaan. Het bijbehorende besturingsprogramma komt geheel overeen met dat in Fig. 6B, zij het, dat nu reservoir 37-3 wordt geselekteerd.
Ook in andere gevallen kan het door technische beperkingen voorkomen, dat een bepaald formaat origineeldocumenten in slechts een enkele oriëntatie op de 20 aanlegsectie kan worden gebracht, terwijl soms ook een bepaald formaat kopiepapier maar in een enkele oriëntatie kan worden verwerkt door de afdrukeenheid.
Dit kan bijvoorbeeld voorkomen, wanneer een A4 document moet worden vergroot tot A3, waarbij de aanlegsectie wel geschikt is om een A4 document in beide oriëntaties op te nemen, maar de afdrukeenheid een A3 kopievel slechts in 25 langsrichting kan verwerken. Legt nu een gebruiker het originele document in dwarsrichting op de aanlegsectie, dan zal de besturingseenheid met daarvoor bekende middelen de oriëntatie detecteren, vaststellen, dat de beeldgegevens moeten worden geroteerd, maar via de bedieningsmiddelen slechts een A3-langs kopieformaat aanbieden ter instelling. Op deze wijze hoeft de gebruiker zich niet af te vragen, of de 30 beeldgegevens nog moeten worden geroteerd: dat kan hij aan de machine overlaten.
De uitvinding is nu toegelicht in de bovenbeschreven uitvoeringsvormen. Het zal de vakman echter duidelijk zijn, dat ook andere uitvoeringsvormen mogelijk zijn van de uitvinding zoals deze is omschreven in de conclusies.
1006250

Claims (6)

1. Een digitale beeldreproductie-inrichting, omvattende een aanlegsectie voor het daarop positioneren van een te kopiëren document in 5 een eerste of een tweede aanleg-oriëntatie, welke oriëntaties ten opzichte van elkaar over een hoofdzakelijk rechte hoek geroteerd zijn; een scannereenheid voor het scannen van een op de aanlegsectie gepositioneerd document en het daarbij genereren van digitale beeldgegevens; een bewerkingseenheid voor het bewerken van door de scannereenheid 10 gegenereerde beeldgegevens, voorzien van een rotatiemodule voor het over een hoek roteren van de beeldgegevens; een afdrukeenheid voor het afdrukken van een digitaal beeld op een beelddrager, welke voorzien is van ten minste een voorraadbak voor beelddragers; een bedieningseenheid, voorzien van een bedieningspaneel met instelmiddelen 15 voor het instellen van een gewenst formaat en een gewenste oriëntatie van te produceren kopieën; en een besturingseenheid, verbonden met de genoemde eenheden, voor het besturen van het scannen van een document, het bewerken van de daarbij gegenereerde beeldgegevens, en het afdrukken van de bewerkte beeldgegevens, 20 met het kenmerk, dat de bedieningseenheid is ingericht om voor een kopieformaat een keuze te bieden uit alle oriëntaties overeenkomende met de genoemde aanleg-oriëntaties, waaronder ten minste één oriëntatie, waarvoor geen voorraad beelddragers beschikbaar is in de afdrukeenheid, 25 en dat de besturingseenheid, in geval van instelling van de genoemde niet beschikbare oriëntatie, een voorraadbak in de afdrukeenheid selekteert voor het leveren van beelddragers, welke voorraadbak beelddragers van het gewenste formaat en en een andere dan de gewenste oriëntatie bevat, en voorts de beeldgegevens door de rotatiemodule doet roteren over een hoek welke overeenstemt met het verschil 30 tussen de gewenste en de genoemde andere oriëntatie.
2. Een inrichting volgens conclusie 1, waarin de aanlegsectie is voorzien van een automatische document-toevoerinrichting welke documenten op de aanlegsectie positioneert in een aanleg-oriëntatie overeenkomende met de oriëntatie waarin ze aan 1006250 de document-toevoerinrichting worden aangeboden.
3. Een digitale beeldreproductie-inrichting, omvattende een aanlegsectie voor het daarop positioneren van een te kopiëren document; 5 een scannereenheid voor het scannen van een op de aanlegsectie gepositioneerd document en het daarbij genereren van digitale beeldgegevens; een bewerkingseenheid voor het bewerken van door de scannereenheid gegenereerde beeldgegevens, voorzien van een rotatiemodule voor het over een hoek roteren van de beeldgegevens; 10 een afdrukeenheid voor het afdrukken van een digitaal beeld op een beelddrager, welke voorzien is van ten minste een voorraadbak voor beelddragers; een bedieningseenheid, voorzien van een bedieningspaneel met instelmiddelen voor het instellen van een gewenst formaat en een gewenste oriëntatie van te produceren kopieën; en 15 een besturingseenheid, verbonden met de genoemde eenheden, voor het besturen van het scannen van een document, het bewerken van de daarbij gegenereerde beeldgegevens, en het afdrukken van de bewerkte beeldgegevens, met het kenmerk, dat de bedieningseenheid is ingericht om voor een kopieformaat een keuze te 20 bieden uit een eerste en een tweede oriëntatie die over een hoofdzakelijk rechte hoek ten opzichte van elkaar geroteerd zijn, waaronder één oriëntatie, waarvoor geen voorraad beelddragers beschikbaar is in de afdrukeenheid, en dat de bedieningseenheid - bij een door middel van de instelmiddelen gemaakte keuze voor de genoemde 25 eerste oriëntatie van het bepaalde beelddragerformaat een bepaalde voorraadbak selekteert om beelddragers te leveren, en - bij een door middel van de instelmiddelen gemaakte keuze voor de genoemde tweede oriëntatie van hetzelfde bepaalde beelddragerformaat, dezelfde bepaalde voorraadbak selekteert en bovendien digitale beeldgegevens die bedoeld zijn om op 30 een beelddrager van het gewenste formaat in de tweede oriëntatie te worden afgedrukt, door de rotatiemodule doet roteren over een hoek welke overeenstemt met het verschil tussen de eerste en tweede oriëntatie.
4. Een inrichting volgens conclusie 3, waarin de aanlegsectie is voorzien van een J006250 automatische document-toevoerinrichting welke documenten op de aanlegsectie positioneert in dezelfde oriëntatie als waarin ze aan de document-toevoerinrichting worden aangeboden,
5. Een digitale beeldreproductie-inrichting, omvattende een aanlegsectie voor het daarop positioneren van een te kopiëren document in een voor een bepaald eerste formaat verplichte eerste oriëntatie; een scannereenheid voor het scannen van een op de aanlegsectie gepositioneerd document en het daarbij genereren van digitale beeldgegevens; 10 een bewerkingseenheid voor het bewerken van door de scannereenheid gegenereerde beeldgegevens, voorzien van een rotatiemodule voor het over een hoek roteren van de beeldgegevens; een afdrukeenheid voor het afdrukken van een digitaal beeld op een beelddrager, welke voorzien is van slechts een voorraadbak voor beelddragers van een bepaald 15 tweede formaat, welke voorraadbak beelddragers bevat in een tweede, ten opzichte van de genoemde eerste oriëntatie over een hoofdzakelijk rechte hoek geroteerde, oriëntatie; een bedieningseenheid, voorzien van een bedieningspaneel met instelmiddelen voor het instellen van een gewenst formaat en een gewenste oriëntatie van voor het 20 produceren van kopieën te gebruiken kopievellen, waarbij voor het genoemde tweede formaat alleen de genoemde eerste oriëntatie wordt aangeboden, indien een te kopiëren document van het genoemde eerste formaat is; en een besturingseenheid, verbonden met de genoemde eenheden, voor het besturen van het scannen van een document, het bewerken van de daarbij 25 gegenereerde beeldgegevens, en het afdrukken van de bewerkte beeldgegevens, welke besturingseenheid, in geval van instelling van het formaat dat overeenkomt met het genoemde tweede formaat, de enige voorraadbak in de afdrukeenheid met dat formaat selekteert voor het leveren van beelddragers, en voorts de beeldgegevens door de rotatiemodule doet roteren over een hoek welke overeenstemt met het verschil 30 tussen de genoemde eerste en tweede oriëntatie.
6. Een inrichting volgens conclusie 5, waarin de aanlegsectie is voorzien van een automatische document-toevoerinrichting welke documenten op de aanlegsectie positioneert in dezelfde oriëntatie als waarin ze aan de document-toevoerinrichting 100 62 5 0 worden aangeboden. 1006^50
NL1006250A 1997-06-06 1997-06-06 Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir. NL1006250C2 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006250A NL1006250C2 (nl) 1997-06-06 1997-06-06 Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir.
DE69811145T DE69811145T2 (de) 1997-06-06 1998-05-28 Digitales Bildreproduktionsgerät mit virtuellem Kopierblattspeicher
EP98201798A EP0886434B1 (en) 1997-06-06 1998-05-28 Digital image reproduction apparatus with a virtual copy sheet reservoir
JP15634598A JP4004642B2 (ja) 1997-06-06 1998-06-04 仮想複写シート収容庫を備えるデジタル画像再生装置
US09/092,095 US6236473B1 (en) 1997-06-06 1998-06-05 Digital image reproduction apparatus with a virtual copy sheet reservoir

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006250A NL1006250C2 (nl) 1997-06-06 1997-06-06 Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir.
NL1006250 1997-06-06

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1006250C2 true NL1006250C2 (nl) 1998-12-08

Family

ID=19765117

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1006250A NL1006250C2 (nl) 1997-06-06 1997-06-06 Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US6236473B1 (nl)
EP (1) EP0886434B1 (nl)
JP (1) JP4004642B2 (nl)
DE (1) DE69811145T2 (nl)
NL (1) NL1006250C2 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US7102764B1 (en) * 1999-11-18 2006-09-05 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Digital copying machine including photo features function
US6842265B1 (en) * 2000-09-29 2005-01-11 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Method and apparatus for controlling image orientation of scanner apparatus

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5239388A (en) * 1990-12-14 1993-08-24 Fuji Xerox Co., Ltd. Image processing system
US5301036A (en) * 1992-04-06 1994-04-05 Xerox Corporation Image orientation control
US5600429A (en) * 1992-02-24 1997-02-04 Canon Kabushiki Kaisha Image copying apparatus

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5528361A (en) * 1992-03-19 1996-06-18 Ricoh Company, Ltd. Image forming apparatus with interleaved printing from plural sources

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5239388A (en) * 1990-12-14 1993-08-24 Fuji Xerox Co., Ltd. Image processing system
US5600429A (en) * 1992-02-24 1997-02-04 Canon Kabushiki Kaisha Image copying apparatus
US5301036A (en) * 1992-04-06 1994-04-05 Xerox Corporation Image orientation control

Also Published As

Publication number Publication date
DE69811145D1 (de) 2003-03-13
DE69811145T2 (de) 2003-10-23
US6236473B1 (en) 2001-05-22
JP4004642B2 (ja) 2007-11-07
EP0886434A1 (en) 1998-12-23
EP0886434B1 (en) 2003-02-05
JPH1198349A (ja) 1999-04-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0794653B1 (en) Image-forming apparatus
EP1063839B1 (en) Imaging apparatus
JP2001061056A (ja) 画像形成装置
NL9500280A (nl) Bedieningselement voor een kopieer/afdrukinrichting.
NL1006472C2 (nl) Kopieerinrichting met instelbare gradatie.
NL1006250C2 (nl) Digitale beeldreproductie-inrichting met virtueel kopievellen-reservoir.
US5235396A (en) Image processing apparatus having an image processing mode selected by a special sheet
NL1014715C2 (nl) Vaststelling van de beeldoriÙntatie in een digitale kopieerinrichting.
JP2000221803A (ja) 画像形成装置
NL1000841C2 (nl) Beeldreproduktieinrichting.
DE69920130T2 (de) Gerät zur Sicherstellung der Blattförderung für Bilderzeugung gemäss externen Bilddaten
JP3628057B2 (ja) 画像形成装置
JP2000347538A (ja) 画像形成装置
JPH0954524A (ja) 複写装置
JPH09247425A (ja) 画像形成装置
JPH10215349A (ja) 画像読取装置
JPH02156264A (ja) 拡大・縮小記録方法および記録装置
JPH0388567A (ja) 画像形成装置
JP2004357317A (ja) 画像形成装置
JPH089156A (ja) 画像形成装置
JPS62293258A (ja) 画像処理装置
JPH02181573A (ja) 画像形成装置
JPH0332880A (ja) 複写機能付印刷装置
JP2004151775A (ja) 描画情報処理方法および装置ならびに画像形成装置
JPH07322055A (ja) 画像形成装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040101