BE1016851A3 - Verbeterde portaalwagen. - Google Patents

Abstract

Verbeterde portaalwagen die in hoofdzaak bestaat uit een chassis met een verrijdbare en bestuurbare onderwagen (3) die gevormd wordt door twee hoofdzakelik evenwijdige langsdragers (4) op wielen en een daarop aangebracht in de hoogte verstelbaar kader (6) dat voorzien is van middelen (7) om een last (8, 43) op te nemen, daardoor gekenmerkt dat de portaalwagen (1) in de breedte verstelbaar of opplooibaar is en zodanige afmetingen bezit dat hij gemakkelijk transporteerbaar is en bij voorkeur hij in een container (42) past wanneer het chassis in de breedte is ingetrokken of opgeplooid en het kader (6) is neergelaten.

Description

Verbeterde portaalwagen.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een verbeterde portaalwagen.

Zoals bekend is een portaalwagen bedoeld om over een last gereden te worden teneinde de last te kunnen opheffen en te kunnen verplaatsen naar een andere locatie.

Typisch worden portaalwagens toegepast voor het verplaatsen en stapelen van containers.

Men kent reeds dergelijke portaalwagens of zogenaamde "straddle carriers" die in hoofdzaak bestaan uit een verrijdbare en stuurbare onderwagen die gevormd wordt door twee evenwijdige draagelementen op wielen waarop een in de hoogte verstelbaar kader is aangebracht dat voorzien is van middelen om de betreffende last op te nemen.

Dergelijke portaalwagens hebben het nadeel dat zij relatief groot en hoog zijn en door hun constructie en afmetingen niet geschikt zijn om zich over lange afstanden te verplaatsen of vervoerd te worden.

In het geval dat dergelijke portaalwagens toch verplaatst moeten worden, worden zij doorgaans gedeeltelijk ontmanteld en door middel van vrachtwagens of dergelijke op de plaats van bestemming gebracht waar ze dan opnieuw worden geassembleerd.

Het spreekt voor zich dat dergelijke verplaatsingen zich beperken tot het strikte minimum en dat bijgevolg zulke portaalwagens doorgaans steeds ter plaatse blijven in een haventerminal of dergelijke.

Een hieraan gekoppeld nadeel is dat zulke portaalwagens, gezien hun relatief hoge kostprijs en hun beperkte actieradius, niet flexibel en economisch inzetbaar zijn voor kleinere bedrijven die zulke portaalwagens slechts sporadisch nodig hebben.

In het geval van zulke kleinere bedrijven wordt dan ook meestal geen gebruik gemaakt van een portaalwagen, maar wordt eerder beroep gedaan op een al dan niet ingehuurde heftruck of mobiele kraan voor het manipuleren van containers.

Het is duidelijk dat de behandeling van zulke containers met een kraanwagen in minder veilige omstandigheden gebeurt dan wanneer een aangepaste portaalwagen gebruikt zou worden waardoor het risico op beschadigingen van de container en van zijn inhoud toeneemt.

Bovendien is het inhuren van een kraanwagen doorgaans relatief duur en moet op voorhand besteld worden, hetgeen een nauwgezette planning vergt.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een verbeterde portaalwagen die in hoofdzaak bestaat uit een chassis met een verrijdbare en bestuurbare onderwagen die gevormd wordt door twee hoofdzakelijk evenwijdige langsdragers op wielen en een daarop aangebracht in de hoogte verstelbaar kader dat voorzien is van middelen om een last op te nemen, waarbij de portaalwagen in de breedte verstelbaar of opplooibaar is en zodanige afmetingen bezit dat hij gemakkelijk per vrachtwagen of wagon vervoerd kan worden of bij voorkeur zelfs in een container past wanneer het chassis in de breedte is ingetrokken of opgeplooid en het kader is neergelaten.

Een verbeterde portaalwagen volgens de uitvinding biedt het voordeel dat hij gemakkelijk kan worden verplaatst, bij voorkeur in een container, waardoor hij veel flexibeler inzetbaar is en de aanschaf ervan ook interessant wordt voor kleinere bedrijven.

Bij voorkeur past zulke portaalwagen volgens de uitvinding in een standaard zeecontainer, meer speciaal in een standaard veertig voet zeecontainer zodat, voor het transport van de portaalwagen, kan worden gebruik gemaakt van een algemeen beschikbaar en wijd verspreid type van container.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een portaalwagen volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch en in perspectief een verbeterde portaalwagen volgens de uitvinding weergeeft in operationele toestand; figuur 2 een zicht weergeeft volgens pijl F2 in figuur Ikfiguur 3 een zicht weergeeft zoals dit van figuur 3 tijdens het gebruik van de portaalwagen; figuur 4 de portaalwagen van figuur 1 weergeeft, doch in een andere positie; figuur 5 de portaalwagen van figuur 1 weergeeft in een situatie waarin hij in een container vervoerd kan worden; figuur 6 een variante weergeeft van een verbeterde portaalwagen volgens de uitvinding.

In de figuren 1 en 2 is een verbeterde portaalwagen 1 volgens de uitvinding weergegeven die in hoofdzaak bestaat uit een chassis 2 met een verrijdbare en bestuurbare onderwagen 3 die gevormd wordt door twee hoofdzakelijk evenwijdige langsdragers 4 op wielen 5 en een daarop aangebracht in de hoogte verstelbaar kader 6 dat voorzien is van middelen 7 om een last, in dit geval een in streeplijn weergegeven container 8, op te nemen en een bestuurderscabine 9 van waaruit de portaalwagen 1 bestuurd kan worden om zich te verplaatsen en van waaruit de portaalwagen 1 bediend kan worden voor het opnemen en het neerzetten van een last.

Daartoe is de portaalwagen 1 voorzien van een niet in de figuren weergegeven krachtbron in de vorm van een motor die bijvoorbeeld een hydraulische pomp aandrijft voor de hydraulische aandrijving en besturing van de portaalwagen 1 door middel van bijvoorbeeld hydraulische motoren en cilinders.

Het kader 6 wordt gevormd door twee liggers 10 die met elkaar zijn verbonden door middel van twee evenwijdige of nagenoeg evenwijdige dwarsbalken 11 en wordt gedragen door middel van een dubbele schaar met twee gelijkaardige instelbare schaarmechanismen 12 die elk op een langsdrager 4 van de onderwagen 3 rusten en elk een ligger 10 van het kader 6 ondersteunen.

Elk schaarmechanisme 12 bevat twee scharnierbare delen 13 die in een centraal scharnierpunt 14 door middel van een as 15 ten opzichte van elkaar scharnierbaar zijn.

Elk schaarmechanisme 12 is met twee van zijn vrije uiteinden, respectievelijk 16 en 17, gelegen aan één zijde van het scharnierpunt 14, scharnierbaar verbonden respectievelijk met een langsdrager 4 van de onderwagen 3 en met een ligger 10 van het kader 6, respectievelijk door middel van de vaste assen 18 en 19.

De twee overblij vende uiteinden 20 en 21 van elk schaarmechanisme 12 aan de andere zijde van het scharnierpunt 14 zijn voorzien van een slede of een wagen, respectievelijk 22 en 23, die door middel van assen 24 en 25 scharnierbaar aan de betreffende uiteinden 20 en 21 zijn bevestigd en die in de lengterichting verplaatsbaar, meer speciaal verschuifbaar, zijn aangebracht in geleidingen 26 en 27 die respectievelijk gevormd worden door twee evenwijdige ribben 28 op de bovenzijde van een langsdrager 4 en door twee evenwijdige ribben 29 met haaks naar binnen omgeplooide randen 30 op de onderzijde van een ligger 10.

Het voornoemde kader 6 is instelbaar in de hoogte door middel van één of twee hydraulische of pneumatische cilinders die in het voorbeeld verticaal opgestelde telescopische cilinders zijn met meerdere telescoopgedeelten, waarbij deze cilinders 31 zijn aangebracht tussen de onderwagen 3 en het kader 6, maar die volgens een alternatieve uitvoeringsvorm 1 ook kunnen voorzien zijn tussen de onderwagen 3 en een schaarmechanisme 12 of tussen een schaarmechanisme 12 en het kader 6 of tussen de scharnierbare delen 13 van een schaarmechanisme 12.

Bij voorkeur bevinden de beide verschuifbare vrije uiteinden 20 en 21 van elk schaarmechanisme 12 zich aan één zijde van het voornoemd centraal scharnierpunt 14 van het betreffende schaarmechanisme 12, terwijl de voornoemde cilinder 31 zich aan de andere zijde van het centraal scharnierpunt 14 bevindt.

De portaalwagen 1 is volgens de uitvinding in de breedte, met andere woorden volgens een richting dwars op de rijrichting, verstelbaar of opplooibaar uitgevoerd.

In het specifieke voorbeeld van de figuren wordt dit verwezenlijkt doordat het kader 6 een in de breedte opplooibaar kader is waarbij de dwarsbalken 11 door middel van verticale assen 32 met hun uiteinden 33 scharnierbaar zijn verbonden met de liggers 10 van het kader 6.

De portaalwagen 1 is voorzien van een aandrijving 34 voor het in de breedte opplooien van de portaalwagen 1 in de vorm van middelen die toelaten het kader 6 in de breedte op te plooien door de twee liggers 10 in de dwarsrichting ten opzichte van elkaar te verplaatsen, meer speciaal door middel van een hydraulische of pneumatische cilinder 35 die met één uiteinde 36 scharnierbaar is bevestigd aan een ligger 10 of dwarsbalk 11 en met zijn andere uiteinde 37 scharnierbaar is bevestigd op een andere ligger 10 of dwarsbalk 11.

De voornoemde middelen 7 worden in het geval van de figuren 1 en 2 gevormd door een zogenaamde "spreader" die geschikt is voor het behandelen van containers 8 van allerlei lengte en die, zoals bekend, hiertoe is uitgevoerd met telescopische gedeelten 38 die in de lengterichting van de portaalwagen 1 uitschuifbaar zijn aangebracht in een centraal kokergedeelte 39 dat aan de dwarsbalken 11 is opgehangen, waarbij de telescopische gedeelten 38 zijn voorzien van dwars gerichte draagarmen 40 met geëigende ophangpunten 41 voor het opnemen van een container 8.

De middelen 7 zijn bij voorkeur in de breedte instelbaar of opplooibaar doordat bijvoorbeeld de draagarmen 40 scharnierbaar zijn aangebracht op de telescopische gedeelten 38.

Het gebruik van een portaalwagen volgens de uitvinding is eenvoudig en als volgt.

In de figuren 1 en 2 is de toestand weergegeven van de portaalwagen 1 in operationele toestand waarbij de portaalwagen 1 maximaal in de breedte is uitgeplooid en het kader 6 zich in de hoogste stand bevindt, waarbij een container 8 met de middelen 7 aan het kader 6 is opgehangen.

In deze situatie kan de portaalwagen 1 worden verplaatst om de container 8 op een gewenste plaats bijvoorbeeld op de grond te plaatsen of, zoals in het geval van figuur 3, op een andere container 8 te plaatsen.

Hiertoe wordt in het geval van figuur 3 de portaalwagen over de andere container 8 gereden en wordt vervolgens de telescopische cilinder 31 geleidelijk ingetrokken om de container 8 op de onderliggende container 8 te stapelen.

Na het ontkoppelen van de middelen 7 kan de portaalwagen 1 vervolgens verder rijden om een volgende container 8 van op de grond op te nemen of van boven een onderliggende container af te nemen en te verplaatsen.

Tijdens het rijden, kan het kader 6, al of niet met een daaraan opgehangen container 8, worden neergelaten teneinde het zwaartepunt van de portaalwagen 1 maximaal te verlagen en aldus de stabiliteit bij het nemen van bochten te bevorderen, wat een voordeel is ten opzichte van de klassieke portaalwagens waarvan het kader 6 niet in de hoogte verstelbaar is.

Volgens de uitvinding bezit de portaalwagen 1 zodanige afmetingen dat hij, zoals afgebeeld in figuur 5, in een in streeplijn weergegeven container, meer speciaal een standaard veertig voet zeecontainer 42, past wanneer de portaalwagen 1 in de breedte is opgeplooid en het kader 6 tot in haar laagste stand is neergelaten.

Hiertoe wordt eerst de telescopische cilinder 31 volledig ingetrokken tot wanneer het kader 6 zich in de laagste stand bevindt, zoals weergegeven in figuur 4.

Vervolgens worden de draagarmen 40 naar elkaar toe gedraaid tot in het verlengde van de telescopische gedeelten 38 en wordt daaropvolgend de cilinder 35 ingetrokken, waardoor de dwarsbalken 11 ten opzichte van de liggers 10 scharnieren en zodoende de liggers 10 schrijlings naar elkaar worden toegetrokken om de portaalwagen 1 smaller te maken, een en ander zodanig dat de portaalwagen 1 in een veertig voet zeecontainer gereden kan worden om aldus verplaatst te worden naar een andere, al dan niet overzeese, locatie zonder dat enige bijkomende ontmantelingen of andere acties nodig zijn zoals bij de bekende portaalwagens.

Het is duidelijk dat het in de hoogte verstellen van het kader 6 en van het in de breedte opplooien of intrekken van de portaalwagen 1 ook met andere middelen verwezenlijkt kan worden dan deze die in de figuren zijn weergegeven.

Aldus is het bijvoorbeeld niet noodzakelijk een hydraulische aansturing te benutten, maar kunnen tal van andere mechanische, pneumatische of elektrische actuatoren worden ingezet.

Bovendien kan het in de hoogte instelbaar zijn van het kader 6 ook op andere manieren worden gerealiseerd dan door middel van een schaarmechanisme.

In figuur 6 is een variante weergegeven van een portaalwagen volgens de uitvinding waarvan de middelen 7 zijn aangepast bijvoorbeeld om buizen 43 of boomstronken of andere lasten te behandelen.

Het is eveneens duidelijk dat de portaalwagen 1 bestuurbaar en bedienbaar kan zijn door middel van een telegeleide besturing.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een portaalwagen volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (17)

1. Verbeterde portaalwagen die in hoofdzaak bestaat uit een chassis met een verrijdbare en bestuurbare onderwagen (3) die gevormd wordt door twee hoofdzakelijk evenwijdige langsdragers (4) op wielen en een daarop aangebracht in de hoogte verstelbaar kader (6) dat voorzien is van middelen (7) om een last (8, 43) op te nemen, daardoor gekenmerkt dat de portaalwagen (1) in de breedte verstelbaar of opplooibaar is en zodanige afmetingen bezit dat hij gemakkelijk transporteerbaar is en bij voorkeur hij in een container (42) past wanneer het chassis in de breedte is ingetrokken of opgeplooid en het kader (6) is neergelaten.

2. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat hij in een standaard veertig voet zeecontainer (42) past.

3. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het kader (6) bestaat uit twee evenwijdige liggers 10) die elk in de hoogte verstelbaar zijn aangebracht op een voornoemde langsdrager (4) van de onderwagen (3) en die met elkaar verbonden zijn door twee evenwijdige of nagenoeg evenwijdige dwarsbalken (11) die met hun uiteinden scharnierbaar verbonden zijn met deze liggers (10).

4. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat hij is voorzien van een aandrijving (34) voor het opplooien van de portaalwagen (1) in de vorm van middelen die toelaten de twee liggers (10) in de dwarsrichting ten opzichte van elkaar te verplaatsen.

5. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde aandrijving (34) wordt gevormd door een hydraulische of pneumatische cilinder (35) die met één uiteinde (36) scharnierbaar is bevestigd aan een ligger (10) of dwarsbalk (11) en met zijn andere uiteinde (37) scharnierbaar is bevestigd aan een andere ligger (10) of dwarsbalk (11).

6. Verbeterde portaalwagen volgens één van conclusies 3 tot 5, daardoor gekenmerkt dat elke ligger (10) op een langsdrager (4) van de onderwagen (3) is aangebracht door middel van een instelbaar schaarmechanisme (12) met minstens twee scharnierbare delen (13) die in een centraal scharnierpunt (14) ten opzichte van elkaar scharnierbaar zijn.

7. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat elk schaarmechanisme (12) met twee van zijn onderste vrije uiteinden (16, 20) rust op een betreffende langsdrager (4), waarbij één uiteinde (16) van het schaarmechanisme (12) scharnierbaar is bevestigd op de langsdrager (4) en het andere uiteinde (20) verschuifbaar in de lengterichting is aangebracht op de langsdrager (4).

8. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 6 of 7, daardoor gekenmerkt dat het kader (6) rust op beide schaarmechanismen (12) en dat één bovenste uiteinde (17) van elk schaarmechanisme (12) scharnierbaar is bevestigd op een ligger (10) van het kader (6), terwijl het andere bovenste uiteinde (21) verschuifbaar is in een zich volgens de lengterichting uitstrekkende geleiding (26) van de betreffende ligger (10).

9. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het kader (6) in de hoogte instelbaar is door middel van een hydraulische of pneumatische cilinder (31).

10. Verbeterde portaalwagen volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde cilinder (31) een telescopische cilinder is die is aangebracht tussen de onderwagen (3) en het kader (6).

11. Verbeterde portaalwagen volgens conclusies 7, 8 en 9, daardoor gekenmerkt dat de beide verschuifbare vrije uiteinden (20, 21) van elk schaarmechanisme (12) zich aan één zijde van het voornoemd centraal scharnierpunt (14) van het betreffende schaarmechanisme (12) bevinden, terwijl de voornoemde cilinder (31) zich aan de andere zijde van het centraal scharnierpunt (14) bevindt.

12. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (7) om de betreffende last op te nemen geschikt zijn voor het behandelen van een container (8).

13. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (7), om de betreffende last op te nemen, in de breedte instelbaar of opplooibaar zijn.

14. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (7) om de last op te nemen zijn opgehangen aan één of aan beide van de voornoemde dwarsbalken (11) van het kader (6) .

15. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat hij is voorzien van een besturing.

16. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat hij is voorzien van een bestuurderscabine (9).

17. Verbeterde portaalwagen volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat hij middels afstandbediening telegeleid bestuurd kan worden.