NL9402032A - Werkwijze voor het slaan van een damwand. - Google Patents

Werkwijze voor het slaan van een damwand. Download PDF

Info

Publication number
NL9402032A
NL9402032A NL9402032A NL9402032A NL9402032A NL 9402032 A NL9402032 A NL 9402032A NL 9402032 A NL9402032 A NL 9402032A NL 9402032 A NL9402032 A NL 9402032A NL 9402032 A NL9402032 A NL 9402032A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
detection
lock space
plank
pin
sheet pile
Prior art date
Application number
NL9402032A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193027C (nl
NL193027B (nl
Inventor
Tijmen Van Halteren
Original Assignee
Tijmen Van Halteren
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tijmen Van Halteren filed Critical Tijmen Van Halteren
Priority to NL9402032A priority Critical patent/NL193027C/nl
Priority to DE1995600654 priority patent/DE69500654T2/de
Priority to EP19950201649 priority patent/EP0715027B1/en
Publication of NL9402032A publication Critical patent/NL9402032A/nl
Publication of NL193027B publication Critical patent/NL193027B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193027C publication Critical patent/NL193027C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02DFOUNDATIONS; EXCAVATIONS; EMBANKMENTS; UNDERGROUND OR UNDERWATER STRUCTURES
    • E02D13/00Accessories for placing or removing piles or bulkheads, e.g. noise attenuating chambers
    • E02D13/06Accessories for placing or removing piles or bulkheads, e.g. noise attenuating chambers for observation while placing

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Paleontology (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Bulkheads Adapted To Foundation Construction (AREA)

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor het slaan van een damwand.
De uitvinding heeft betrekking qp een werkwijze voor het slaanvan een damwand door het achtereenvolgens in de grond drijven van methun geprofileerde langsranden verschuifbaar in elkaar grijpende dam-wandplaniken, waarbij men planken indrijft, die onderaan, aan hun vrijelangsrand (kraalrand) zijn voorzien van een in de door de langsrandbegrensde slotruimte aangebracht mechanisch detectieëlement, datverbonden is met een langs de buitenzijde van de slotruimte naar bovenreikende lijn.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit EP-A-0431710. In deversie volgens fig. 2a-2b van deze publikatie wordt het detectie-element gevormd door een dwars door de slotruimte heen reikend deelvan de naar boven reikende lijn. Wanneer nu een volgende plank bijhet indrijven qp de juiste wijze met de reeds ingedreven plank iningrijping blijft (d.w.z. "goed in het slot blijft lopen") zal hetdoor de slotruimte van de reeds eerder ingedreven plank heen reikendedraadstuk op een gegeven ogenblik door de indrijvende plank wordengegrepen en daarbij ofwel warden gebroken, ofwel naar beneden toeworden meegenomen. Beide typen verschijnselen zijn aan de hand vanhet boven de grond uitstékende einde van de lijn waar te nemen envormen een indicatie, dat de het laatst ingedreven plank "goed in hetslot" is kanen te zitten.
Het bezwaar van deze wijze van werken is, dat het als detectie-element dienst doende draadstuk bij het indrijven van de betreffendeplank beschadigd kan worden of zelfs kan breken onder invloed vantijdens het heien via het open ondereinde van de betreffende slot-ruimte naar binnen dringende voorwerpen. Bij het indrijven van eenvolgende plank is dan geen goed werkend detectieëlement aanwezig.
In de versie volgens fig. 8 van de bovengenoemde publikatiewordt gebruik gemaakt van een in de slotruimte van een reeds inge¬dreven plank passend en via de spleet van de slotruimte tot buiten dieslotruimte reikend detectieëlement, dat tegelijk met het indrijvenvan de volgende plank wordt ingebracht. Zo lang er bij het indrijvenvan de volgende plank contact bestaat tussen het benedeneinde van dieplank en het in de slotruimte van de reeds ingedreven plank zakkendedetectieëlement, zal de naar boven lopende lijn verder in de grondworden getrokken ten téken, dat de volgende plank nog steeds "in hetslot" zit. Het bezwaar van deze wijze van werken is, dat een "uit hetslot lopen" van de volgende plank pas in een zeer laat stadium wordt gedetecteerd, namelijk pas wanneer er in het geheel geen ingrijpingmeer is met de reeds ingedreven plank omdat eerst dan het contacttussen de indrijvende plank en het detectieëlement geheel verbroikenis. Dit betékent, dat achtereenvolgens ingedreven damwandplankenondanks een positieve detectie in werkelijkheid toch, en wel met namenabij het benedeneinde, in een te sterke mate uit het slot zijngelopen.
De uitvinding na beoogt aan deze bezwaren teganoet te Iconen.
Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt, doordat alsdetectieëlement een van beneden af axiaal in de betreffende slot-ruimte reikende, binnen de inwendige begrenzing van die slotruimtegelegen en daarin met een breekverbinding vastgezette pen wordttoegepast, welke pen aan zijn onder de betreffende plank uitstékendeeinde aan de naar boven leidende lijn wordt bevestigd.
Evenals bij de hierboven besproken eerste versie van de békendewerkwijze wordt dus ook bij de werkwijze volgens de uitvinding hetdetectieëlement vooraf bij elke in de grond te drijven plank onder inde door de vrije langsrand (kraalrand) van die plank begrensde slot¬ruimte aangebracht. Het bij de werkwijze volgens de uitvinding toege¬paste penvormige detectieëlement is echter beter bestand tegenbeschadigingen bij het indrijven van de betreffende plank. Tenopzichte van de boven besproken tweede versie van de békende werkwijzebiedt de werkwijze volgens de uitvinding het voordeel, dat daarbijgeen enkel deel van de detectiepen vanuit de slotruimte via de slot-spleet naar buiten reikt, waardoor een betrouwbaarder detectie wordtverkregen.
Opgemerkt wordt nog, dat uit de Nederlandse terinzagelegging9102123 een werkwijze van de in de aanhef beschreven soort békend is,waarbij het detectieëlement bestaat uit een via een gat in een zijwandvan de slotruimte naar binnen reikende pen. Het in de slotruimtestekende deel van de detectiepen is daarbij verdikt uitgevoerd en ligtaan tegen de binnenzijde van de slotzijwand, terwijl het dunnere, inde slotzijwand gelegen en daarbuiten uitstékende pengedeelte met zijnvrije einde aan de naar boven lopende detectiedraad vastzit. Het isdaarbij de bedoeling, dat het dikkere pengedeelte door een in hetslot lopende volgende damwandplank wordt afgebroken van het dunnerepengedeelte en dat dit laatste dan in dwarsrichting uit het gat van deslotzijwand naar buiten treedt en vervolgens naar boven getrokken kanworden. Cm het in dwarsrichting uittreden van het afgebroken dunnere pengedeelte te bevorderen is om dit pengodoolte een vóórgeocnprimeerdeschroefveer aangebracht. De grond rond heit benedeneinde van de plankkan echter zo ocopact c.g. verdicht zijn, dat ook deze veer niet instaat is de voor een positieve detectie noodzakelijke dwarabowogingvan het afgebroken pengedeelte te waarborgen. De op deze wijze ver¬kregen detectie is dus eveneens verre van betrouwbaar.
In een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt gebruik ge¬maakt van een detectiepen, welke aan zijn benedeneinde is voorzienvan een verdikte kop, die tegen de de slotruimbe van onderen begren¬zende eindrand van de plank aanligt.
In een praktische uitvoering wordt de breëkverbinding tot standgebracht door het aanbrengen van een of neer hechtlassen.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een damwandplank,bestemd voor toepassing bij de bovenomschreven werkwijze.
De uitvinding wordt hieronder aan de hand van de tekening meteen uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.
Fig. 1 is een aanzicht in perspectief, waarin het indrijven vaneen danwandplank overeenkomstig de werkwijze volgens de uitvindingwordt geïllustreerd; fig. 2A is een doorsnede volgens de lijn II-II, waarin metstreeplijnen een "in het slot zittende" tweede damwandplank is weer¬gegeven; fig. 2B is een doorsnede als weergegeven in fig. 2A, waarbij metstreep-puntlijnen een tweede damwandplank is weergegeven, die bezig is"uit het slot te treden" ei fig. 3 toont een voorkeursuitvoering van de verbinding tussen dedetectiepen en de daaraan bevestigde detectiedraad.
In fig. 1 zijn op schematische wijze twee trapeziunrvormige dam-wandplariken 1 en 2 weergegeven, waarvan de plank 1 reeds op degewenste diepte in de grond zit en de plank 2 nog verder in de grondmoet worden gedreven.
De planken 1 en 2 grijpen op bekende wijze met bun langsrandenof "kraalranden" la en 2a in elkaar.
Langs de vrije langsrand la van de plank 1, d.w.z. die langs-rand, die in ingrijping moet worden gebracht met de aangrenzendelangsrand 2a van de volgende in te drijven plank 2, bevindt zich demet 3 aangegeven "slotruimte". In het benedeneinde van deze in dwars¬doorsnede ongeveer driehoekige slotruimte is een pen 4 gestoken. Inhet getoonde voorbeeld heeft deze pen een cilindrische schacht, die correspondeert net de ingeschreven cilinder van de slotruimte 3.
De pen 4 heeft een verbrede kop 4a, die van onderen tegen het deslotruimte angevende benedenranddeel van de betreffende plank aanligt.De bijvoorbeeld pas "op het werk" aangebrachte pen 4 wordt tegen uit¬vallen geborgd door middel van een of meer hechtlassen 5 en zit vastaan een detectielijn 6, bijvoorbeeld een staaldraadkabel, die aan(in) de kop 4a verankerd zit en langs de buitenzijde van de slot-ruimtewand lb (zie fig. 2) naar boven loopt.
In fig. 2A is het geval weergegeven, waarin de plank 2 "goed inhet slot zit" en bij het (verder) indrijven met het benedeneinde vanzijn langsrand 2a in ingrijping kont met het bovenste kopse einde vande detectiepen 4, waardoor deze laatste tenslotte - onder verbrekingvan de hechtlas(sen) 5 - uit het benedeneinde van de slotruimte 3 vande plank 1 wordt gedrukt. Deze situatie kan boven de grond wordengesignaleerd aan de hand van het slap worden van de detectiedraad 6.
In fig. 2B is het geval weergegeven, waarin de plank 2 gedeelte¬lijk "uit het slot is gelopen" en bij het (verder) indrijven juistbuiten ingrijping met de detectiepen 4 blijft, waardoor deze laatstein het benedeneinde van de slotruimte 3 van de eerder ingedreven plank1 blijft zitten.
Deze situatie kan boven de grond worden gesignaleerd aan dehand van het strak blijven van de detectiedraad 6.
Voor het geval de tweede in te drijven plank een kortere lengteheeft dan de reeds ingedreven plank 1, zodat het benedeneinde van detweede plank de detectiepen in de slotruimte van de eerder ingedrevenplank niet bereikt, kan het lengteverschil worden overbrugd met een inde slotruimte van de reeds ingedreven plank neer te laten vulstaaf vanovereenkomstige lengte.
In de schematische uitvoering volgens fig. 1 en 2 zit dedetectiedraad 6 in het hart van het onderste kopvlak van de detectie¬pen 4 verankerd. In plaats daarvan zou de detectiedraad ook diametraalin de verbrede kcp 4a van de detectiepen 4 verankerd kunnen zitten.
Een voorkeursuitvoering van de verbinding tussen de detectie¬draad 6 en de detectiepen 4 is getoond in fig. 3. In deze uitvoerings¬vorm wordt althans het onderste gedeelte van de detectielijn 6 gevormddoor een schalmenketting 7, waarvan de laatste schalm 7a cm de cilin¬drische schacht van de detectiepen 4 grijpt en bij het aanbrengen vande pen 4 in het benedeneinde van de slotruimte 3 ingeklemd kant tezitten tussen de benedenrand van de plank en de verbrede kop 4a. De verbinding volgens fig. 3 is goed bestand tegen de bij het indrijvenvan de betreffende plank erop uitgeoefende krachten, terwijl dedetectielijn na het naar buiten drukken van de detectiepen 4 ganakke-lijk daarvan losraakt en kan worden ópgetrokken.

Claims (7)

1. Werkwij ze voor het slaan van een damwand door het achtereen¬volgens in de grond drijven van net hun geprofileerde langsrandenverschuifbaar in elkaar grijpende damwandplanken, waarbij men plankenindrijft, die onderaan, aan hun vrije langsrand (kraalrand) zijnvoorzien van een in de door de langsrand begrensde slotruimte aange¬bracht mechanisch detectieëlement, dat verbanden is met een langs debuitenzijde van de slotruimte naar boven reikende lijn, met hetkenmerk, dat als detectieëlement een van benedenaf axiaal in de be¬treffende slotruimte reikende, binnen de inwendige begrenzing van dieslotruimte gelegen en daarin met een breëkverbinding vastgezette penwordt toegepast, welke pen aan zijn onder de betreffende plank uit¬stékende einde aan de naar boven voerende lijn wordt bevestigd.
2. Merkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat gebruikwordt gemaakt van een detectiepen, die aan zijn benedeneinde is voor¬zien van een verdikte kop, die tegen de de slotruimte van onderenbegrenzende eindrand van de plank aanligt.
3. Werkwijze volgens volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, datde breekverbinding tot stand wordt gebracht door het aanbrengen vaneen of meer hechtlassen.
4. Werkwijze volgens conclusies 2-3, met het kenmerk, dat gebruikwordt gemaakt van een lijn, waarvan tenminste het onderste gedeelteuit een schalmenksetting bestaat, waarvan de laatste schalm om deschacht van de detectiepen grijpt en tussen de verbrede kop van dedetectiepen en de benedenrand van de betreffende plank opgesloten zit.
5. Damwandplank, waarvan de geprofileerde langsranden een vooringrijping met de langsrand van een aangrenzende damwandplank bestemdeslotruimte begrenzen, met het kenmerk, dat in het benedeneinde van deslotruimte langs een der langsranden een detectiepen is gestoken en i met een breekverbinding daarin is vastgezet, welke detectiepen is ver¬bonden met een detectielijn, die op een buiten de slotruimte gelegenpunt aan de detectiepen verankerd zit.
6. Damwandplank volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat dedetectiepen met een verbrede kop onder tegen de benedenrand van debetreffende plank aanligt.
7. Damwandplank volgens conclusies 5-6, met het kenmerk, dat dedetectielijn tenminste voor een deel uit een schalmenketting bestaat,waarvan de laatste schalm cm de schacht van de detectiepen grijpt entussen de benedenrand van de betreffende plank en de verbrede kop van de detectiepen opgesloten zit.
NL9402032A 1994-12-02 1994-12-02 Werkwijze voor het slaan van een damwand. NL193027C (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402032A NL193027C (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Werkwijze voor het slaan van een damwand.
DE1995600654 DE69500654T2 (de) 1994-12-02 1995-06-16 Verfahren zum Eintreiben einer Spundbohlenwand
EP19950201649 EP0715027B1 (en) 1994-12-02 1995-06-16 A method for driving a sheet pile wall

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402032 1994-12-02
NL9402032A NL193027C (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Werkwijze voor het slaan van een damwand.

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9402032A true NL9402032A (nl) 1996-07-01
NL193027B NL193027B (nl) 1998-04-01
NL193027C NL193027C (nl) 1998-08-04

Family

ID=19864966

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9402032A NL193027C (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Werkwijze voor het slaan van een damwand.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0715027B1 (nl)
DE (1) DE69500654T2 (nl)
NL (1) NL193027C (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1018647C2 (nl) 2001-07-27 2003-01-28 Hoffmann Bodemtech Slotcontrole-inrichting.

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1030999C2 (nl) 2006-01-25 2007-07-26 Johannes Gerardus Van Coterlet Werkwijze voor het vervaardigen van een damwand, alsmede damwandplank daarvoor.

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL172578C (nl) * 1979-11-12 1983-09-16 Hollandsche Betongroep Nv Werkwijze voor het in de grond heien van damplanken en het afdichten van de damwand, alsmede inrichting voor het toepassen van de werkwijze.
NL9102123A (nl) 1991-12-18 1993-07-16 Aannemingsbedrijf Zeiderveld A Inrichting voor het controleren van de stand van damwandprofielen ten opzichte van elkaar.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1018647C2 (nl) 2001-07-27 2003-01-28 Hoffmann Bodemtech Slotcontrole-inrichting.

Also Published As

Publication number Publication date
NL193027C (nl) 1998-08-04
EP0715027B1 (en) 1997-09-03
DE69500654T2 (de) 1998-01-22
DE69500654D1 (de) 1997-10-09
EP0715027A1 (en) 1996-06-05
NL193027B (nl) 1998-04-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR19990082052A (ko) 비계 조인트
CA2817938C (en) Nailing plate
NL9402032A (nl) Werkwijze voor het slaan van een damwand.
US5090786A (en) Drawer
NL8401327A (nl) Uit metalen pijpen bestaande steiger.
US4188017A (en) Tensioning device for frame pieces
US20060180719A1 (en) Anchor device for supporting a post
NL1007700C2 (nl) Meeneemelement.
NL8006733A (nl) Paal.
US3882965A (en) Truck ladder
FI81658B (fi) Kilankare med expanderholk och kilelement.
BE1027973B1 (nl) Clips voor het bevestigen van een draadpaneel in een hek met steunpalen en hek daarmee uitgerust
AU2004200854A1 (en) Lifting anchors
NL8602762A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een damwand alsmede damwandplank.
NL194732C (nl) Samenstel voor het met elkaar verbinden van naast elkaar liggende, begaanbare, van loop- en werkvlakken voorziene constructiedelen en verbindingsdeel kennelijk geschikt voor toepassing in het samenstel.
NL9301637A (nl) Werkwijze voor het slaan van een damwand.
WO1989006625A1 (en) Pallet constructed without nails
DE10312016B4 (de) Vorrichtung zum Stopfen von Borstenbündeln in Bürstenkörper
NL8800633A (nl) Inrichting voor het monteren van deuren en vensters.
EP0055731A1 (en) Fence construction
NL8302547A (nl) Kleminrichting.
NL9301636A (nl) Werkwijze voor het slaan van een damwand.
NL193111C (nl) Werkwijze voor het slaan van een damwand, alsmede daarbij te gebruiken damwandplank.
NL7909360A (nl) Koker voor het plaatsen van palen in de grond.
DE19725454C2 (de) Spundbohle

Legal Events

Date Code Title Description
A1C A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20040701