NL8800764A

NL8800764A - Machine voor het vastmaken van een pakket.

Info

Publication number: NL8800764A
Application number: NL8800764A
Authority: NL
Original assignee: Takami Masaho
Priority date: 1987-05-27
Filing date: 1988-03-28
Publication date: 1988-12-16
Also published as: GB2205080A; FR2615820B1; GB2205080B; CH675405A5; FR2615820A1; US4850180A; DE3814864A1; NL192100B; GB8811302D0; NL192100C; DE3814864C2

Description

-1“ 27304/CV/tj i

Korte aanduiding: Machine voor het vastmaken van een pakket.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een machine voor het vastmaken van een pakket geschikt voor het aanhalen van een thermo-5 plastische kunststofband, die in een Lus is aangebracht om een pakket om het pakket vast te binden, in het bijzonder op een machine voor het vastmaken van een pakket, geschikt om het vast te maken pakket in cir-kelvormige laag vast te binden.

Bij een automatische verpakkingsvastmaakmachine, waarin een 10 thermoplastische band wordt gebruikt, wordt de band van een haspel af-getrokken en om het vast te binden pakket gewikkeld om te worden aangehaald. Beide einden van de band worden verwarmd en op elkaar gedrukt om te worden samengelast. Het vast te binden pakket wordt dus automatisch nauw samenhangend vastgebonden. De machine is zodoende 15 in staat om de verpakkingshandeling doelmatig uit te voeren onder het gebruik maken van de band en met besparing van arbeid, en dergelijke machines zijn dan ook algemeen gebruikt voor het verpakken van verschillende soorten voorwerpen.

Bij de gebruikelijke pakketvastmaakmachine zoals weergege-20 ven in fig. 5 zijn een eerste klem 2, een pers 3 en een tweede klem 4 naast elkaar opgesteld direkt onder een basis 1, die is opgesteld bij een bovenste afdekking 11 van een tafel, zodanig dat de onderdelen 2- . 4 op en neer kunnen gaan.

Een thermoplastische band A die wordt afgetrokken van een 25 haspel 5, wordt gevoerd tussen de tweede klem 4 en de basis 1 met behulp van een bandaf.leveringstrekmechanisme 6 en een doorvoergat 7 van de eerste klem 2. Een gepunt einde van de band A wordt gewikkeld om een vast te maken pakket B, dat op de basis 1 is geplaatst, en wordt vervolgens ingestoken onder de basis 1. Daarop wordt de eerste 30 klem 2 omhoog bewogen met behulp van een door een motor M aangedreven nokmechanisme 8, waardoor de insteekzijde van de band A door de eerste klem 2 en de basis 1 wordt vastgeklemd. Vervolgens wordt, nadat spanning is aangebracht op de band A door middel van het trekmechanisme 6, de tweede klem 4 omhoog bewogen om het insteekeinde van de band en 35 het middengedeelte van de band A door de tweede klem 4 en de basis 1 vast te klemmen. Vervolgens wordt de pers 3 omhoog bewogen om het .8800764 ( -2- 27304/CV/tj >· middengedeelte van de band A door te snijden met het snijmechanisme, dat tussen de pers 3 en de eerste klem 2 is opgesteld, terwijl een verwarmingsorgaan binnentreedt in een ruimte tussen een bovenste band en een onderste band direkt boven de pers 3 en de pers 3 omhoog wordt 5 geduwd om tegenover elkaar liggende boven en ondervlakken van de band A met het verwarmingsorgaan daartussen ingestoken, aaneen te lassen. Aangezien de tegenover elkaar liggende boven en ondervlakken van de band A tegen elkaar worden gedrukt door middel van de pers 3 ook nadat het verwarmingsorgaan tussen de beide banddelen is uitgetrokken, 10 worden deze banddelen aan elkaar gelast.

Onmiddellijk nadat de band is gelast worden de klemmen 2, 4 en de pers 3 naar beneden bewogen en wordt de basis 1 getrokken uit de ruimte tussen de band cirkelvormig gewikkeld om het pakket B dat moet worden vastgebonden teneinde het verpakkingsproces te voltooien.

15 Vervolgens wordt het bandaf lever-trekmechanisme 6 in werking ge steld om de band A boven de basis aan te brengen met een voorgeschreven lengte. De machine is dan gereed voor het volgende verpakkingsproces.

Aangezien een basis 1 in de gebruikelijke pakketvastmaak-20 machine, zoals weergegeven in fig. 5, echter een bovenoppervlak omvat, dat vlak is uitgevoerd, is zelfs in het geval, dat een vast te binden pakket in een cirkelvormige vorm moet worden vastgebonden, bijvoorbeeld voorwerpen zoals bloemen en draden,is de vorm-behoudende eigenschap opmerkelijk slechts, waarbij niet slechts de werking moei-25 lijk uit te voeren is, maar ook de lengte van het banddeel, dat verloopt over de basis 1 en het vast te binden pakket B verhoudingsgewijs te groot is om een spanning, aangebracht op de band nadat het verpakkingsproces is voltooid,te behouden na verwijderen van de basis. Als resultaat treedt het probleem op, dat de strak verpakte toestand niet kan 30 worden verkregen.

Aanvullend moet, indien het pakket van de basis 1 wordt verwijderd na voltooien van het lassen van de band, de basis worden teruggetrokken om hem terug te trekken uit een ruimte tussen het pakket en de band.

35 Indien echter een aanhaaIkracht voor de om het vast te maken pakket gewikkelde band en de basis wordt vergroot treedt het nadeel op 8800764 -3- 27304/CV/tj - 5 dat de band tezamen met de basis wordt bewogen in de richting waarin de basis wordt teruggetrokken, indien de basis wordt teruggetrokken, waardoor de basis niet in overeenstemming met de omstandigheden kan worden uitgetrokken.

5 Het is dan ook een eerste oogmerk van de huidige uitvinding een pakketvastmaakmachine te verkrijgen die aanzienlijk betere vorm-behoudende eigenschappen voor een vast te binden pakket vertoont en geschikt is voor het tevredenstellend vastmaken van pakketten, die moeten worden vastgebonden in cirkelvormige Laag.

10 Het is een tweede oogmerk van de huidige uitvinding een pak ketvastmaakmachine te verkrijgen, welke geschikt is voor het verkrijgen van een sterk vastgemaakte toestand waarin geen verslapping bestaat in het pakket.

Het is een derde oogmerk van de huidige uitvinding een pak- 15 ketvastmaakmachine te verkrijgen welke geschikt is voor het veilig terugtrekken van een basis.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de machine volgens de uitvinding.

20 Fig. 1 toont een langsdoorsnedeaanzicht, dat de belangrijkste delen vertoont van een pakketvastmaakmachine volgens de huidige uitvinding;

Fig. 2 is een bovenaanzicht, dat de belangrijkste delen van fig. 1 toont; 25 Fig. 3 is een Langsdoorsnedeaanzicht, dat een basis instel lend gedeelte in fig. 1 weergeeft;

Fig. 4 is een perspectivisch aanzicht dat het basis instel-Lende gedeelte in fig. 1 weergeeft met de onderdelen op afstand van elkaar; 30 fig. 5 is een langsdoorsnedeaanzicht, dat de belangrijkste delen toont van een gebruikelijke pakketvastmaakmachine.

In fign. 1-4 die de pakketvastmaakmachine volgens de huidige uitvinding weergeven zijn die delen, die overeenkomend met de hierboven besproken delen van de in fig. 5 weergegeven machine met dezelfde 35 verwijzingscijfers aangeduid als gebruikt in fig. 5. Daarbij wordt het overbodig geacht om deze onderdelen hier nogmaals te omschrijven.

-----— —.....

.8800764 > -4- 27304/CV/tj

Zoals weergegeven in fign. 1/4, omvat een basis 1 een bovenste concaaf verlopend oppervlak 21 en beide zijden van een lager gelegen oppervlak van genoemde basis vormend hellen verlopende oppervlakken 22, 23/ die in tegengestelde richting hellend verlopen nabij de 5 onderzijde van het concaaf gevormde oppervlak 21 bij plaatsen waar een boveneinde van een eerste klem 2 is tegenover een boveneinde van een tweede klem 4.

Ofschoon het boven aangegeven concaaf verlopende oppervlak 21 is gevormd in een gekromde vorm in het in de figuren weergegeven 10 uitvoeringsvoorbeeld kan het oppervlak 2 een veelhoekig concaaf verlopende oppervlak zijn. In dat geval is een onderste oppervlak van de basis 1 vlak bij het midden gelegen tegenover een bovenoppervlak van een pers 3, terwijl naar buiten omhoog opwaarts hellende oppervlakken 22, 23 aan weerszijden van de basis 1 zijn opgesteld. Bovenste eind-15 oppervlakken van een eerste klem 2 en een tweede klem 4 vormen hellend verlopende oppervlakken overeenkomend met de hellend verlopende oppervlakken 22, 23.

Een breedte van de boven aangeduide basis 1 is zo smal mogelijk gekozen binnen een gebied van de omstandigheden vereist voor 20 het lassen van een band, zodat geen verlies in lengte zal optreden indien de band om vast te binden pakketten is gewikkeld.

Bij de weergegeven machine zijn de belangrijkste bestanddelen aangebracht op een zwenkbare plaat 24 en wordt de basis uit een ruimte tussen de band A en het vast te binden pakket B getrokken door 25 de verzwenking van de zwenkplaat 24. Deze verzwenking wordt bewerkstelligd met behulp van een nokmechanisme 8. Ook is echter een constructie denkbaar, waarbij de bestanddelen zijn aangebracht op een vaste plaat terwijl slechts de basis op een zijdelings zwenkbare wijze wordt ondersteund, waarbij de basis in staat is om te worden bewogen 30 door middel van het nokmechanisme.

Een bovenste afdekking 11 van genoemde tafel is uitgerust met een lange groef 13 voor de doorvoer van de band teneinde de band A vanuit een bandgeleider 12 te kunnen trekken naar de bovenste afdekking 11, onder de basis 1 ver lopend,waarop een gepunt einde van 35 de band A vanaf een tegenover liggende stand kan worden ingestoken onder de basis, zodat dit gepunte einde van de band kan worden inge- •8800764 -5- 27304/CV/tj · stoken in de Lange groef 13, indien de basis 1 in zijn vooruitbewogen stand is.

Verder is de bovenste afdekking 11, zoals weergegeven in fig. 2, uitgerust met een open gedeelte 14 op een gedeelte overeenko-5 mend met een oppervlak en een bewegingsgebied van de basis 1 in de richting waarin de basis 1 wordt teruggetrokken, en wel bij een gedeelte, waar de basis 1 is opgesteld.

In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld steekt de basis 1 een weinig boven het oppervlak van de bovenste afdekking 11 uit indien 10 de basis 1 in zijn vooruit gebrachte stand is en kan het vrije gedeelte 14 een breedte hebben die nagenoeg gelijk is aan die van de basis 1, terwijl de lengte van het vrije gedeelte zodanig moet zijn dat het geheet van de teruggetrokken basis 1 kan worden opgenomen, maar in ieder geval groter dan het bewegingsgebied van de basis 1.

15 Aanstagen 15, 15 die tegenover de lange groef 13 zijn ge legen bij puntig uitgevoerde einden daarvan zijn aan weerszijden aangebracht met het vrije gedeelte 14 daartussen geplaatst. De gepunte einden van beide aanslagen 15, 15 steken uit in een ruimte gevormd tussen het vast te binden pakket B en de band A om hetvast te binden pakket 20 B aan te halen, terwijl de band A in ingrijping is met de aanslagen 15, 15 indien de basis 1 wordt teruggetrokken om te verhinderen dat het vast te maken pakket B tezamen met de basis 1 beweegt in de richting waarin de basis 1 wordt teruggetrokken. Het gepunte einde van de basis 1 kan zodoende gelijkmatig tussen het vast te binden pakket B 25 en de band A worden uitgetrokken.

Aanvullend tonen fign. 3 en 4 een constructie waarbij de basis 1 is aangebracht op een zwenkbare plaat 24 in een pakketvast-maakmachine, zodat de basis 1 vooruit kan worden bewogen en kan worden teruggetrokken door de zwenking van de zwenkplaat 24. De basis 1 30 is aangebracht op een bovenoppervlak van een L-vormige bevestigings-tafel 25. Een vrije ruimte 26 voor het vooruitbewegen en terugtrekken van een verwarmingsorgaan 10 is gevormd in het bovenste oppervlak van de zwenkplaat 24. De L-vormige bevestigingstafel 25 is aangebracht op de zwenkplaat 24 waarbij de verbinding tussen deze onderdelen los-35 maakbaar kan worden bewerkstelligd met behulp van een stift 27 mét behulp waarvan de basis 1 op de zwenkplaat 24 is aangebracht.

.8800764 f -6- 27304/CV/t j τ

De werking van de hierboven beschreven machine is als volgt.

Een vast te binden pakket B, bijvoorbeeld bloemen of draden of dergelijke wordt op de basis 1 geplaatst in een positie waarin zij wordt samengebonden in een bundel en gecombineerd door middel van de 5 daaromheen gewikkelde band A.

Indien het vast te binden pakket B op de basis 1 wordt geplaatst in de toestand waarin in een in hoofdzaak cirkelvormige laag wordt vastgebonden kan, daar de vrije ruimte 14 is gevormd in het gedeelte van de bovenste afdekking 11, die tegenover de basis 1 is opgesteld 10 teneinde niet in conflict te komen met de vorm van het vast te binden pakket, de cirkelvormige vorm worden behouden langs het concaaf verlopende oppervlak 21, dat is gevormd in het bovenoppervlak van de basis.

Aangezien verder de basis 1 een kleine breedte heeft en ook 15 beide zijden van het onderoppervlak van de basis 1 zijn gevormd als de hellend verlopende oppervlakken 22, 23 onder het concave oppervlak 21 kan de lengte van de band, die in een lus om het vast te binden pakket B en de basis 1 wordt gevoerd om het vast te maken pakket B in een bundel vast te binden en om de resulterende bundel strak aan 20 te halen, worden verminderd en kunnen de vast te binden pakketten B in een cirkelvormige laag worden vastgebonden zonder los te raken.

Daar verder de band A wordt gegrepen met de aanslag 15 indien de basis wordt teruggetrokken teneinde de band A te verhinderen om met de basis mee te bewegen in de richting waarin de basis wordt te-25 ruggetrokken, kan de basis verder zonder problemen worden teruggetrokken.

.8800764

Claims

1. Een pakketvastmaakmachine waarin een klemmechanisme voor een band is opgesteld onder een basis, welke is opgesteld in een gedeelte 5 van de bovenste afdekking zodanig als te kunnen worden vooruitbewogen en teruggetrokken en om een vast te maken pakket op een bovenoppervlak daarvan te dragen, terwijl beide einden van de om een vast te maken pakket in een lus gevoerde band onder de basis aan elkaar worden gelast, met het kenmerk, dat het bovenoppervlak van de basis is uitge-10 voerd als een concaaf verlopend oppervlak.

2. Een pakketvastmaakmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat beide zijden van een onderoppervlak van de basis en bovenste eindoppervlakken van onder de basis opgestelde klemmechanismes zijn gevormd als hellend verlopende oppervlakken onder het concaaf verlopen- 15 de oppervlak.

3. Een pakketvastmaakmachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een vrije ruimte is gevormd in een bovenste gedeelte van een bovenste afdekking waar de basis is opgesteld, de vrije ruimte verlopend in een richting waarin de basis wordt teruggetrokken ten ópzich- 20 te van een doorgangsgroef voor de band.

4. Een pakketvastmaakmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aanslagorgaan is aangebracht in de nabijheid van de basis zodanig, dat deze aanslag uitsteekt in een ruimte tussen de basis en het vast te binden pakket teneinde te ver- 25 hinderen, dat het vast te binden pakket tezamen met de basis mee beweegt indien de basis wordt teruggetrokken. .8800764