NL8401993A

NL8401993A - Vleugel voor een voertuig.

Info

Publication number: NL8401993A
Application number: NL8401993A
Authority: NL
Original assignee: Ladney M Jr
Priority date: 1983-07-01
Filing date: 1984-06-22
Publication date: 1985-02-01
Also published as: IT8448436A0; AU2917284A; SE8403467D0; SE8403467L; BE900033A; DE3422241A1; GB8414666D0; DK320184D0; FR2548087A1; GB2142287B; ES295766U; NO159151C; NO842627L; FR2548087B1; DK320184A; BR8403204A; ES295766Y; IT1177820B; JPS6025863A; PT78821A

Description

' r. Μι £ NO 32586 1 #

Vleugel voor een voertuig.

De onderhavige uitvinding heeft in hoofdzaak betrekking op holle kunststofdelen en in het bijzonder op een vleugel voor een voertuig.

5 Vleugels worden vaak aan de achterzijde van een voertuig aange bracht· Dergelijke vleugels hebben een normaliter een functioneel doel in samenhang met de luchtstromen die over de bovenkant van het voertuig gaan en hebben volgens de mening van velen eveneens een positieve invloed op de verschijning van het voertuig. Vleugels voor voertuigen 10 worden normaliter gevormd als holle buisvormige organen met een gestroomlijnde dwarsdoorsnede. Deze strekken zich dwars ten opzichte van het voertuig uit en hebben bij tegenoverliggende einden opstaande stijlen voor bevestiging aan het achterkofferdeksel van het voertuig. Dergelijke vleugel omvatten twee dunne, door inspuiten gevormde kunststof-15 helften die aan elkaar gekit worden bij de parende omtreksranden daarvan om een holle lichtgewichtconstructie te vormen.

Zoals heden ten dage geconstrueerd hebben dergelijke vleugels verschillende nadelen. Aangezien de helften vrij dun zijn en de parende randen verhoudingsgewijs lang en zeer smal zijn, is het moeilijk om de 20 twee helften zodanig te vormen dat indien samengevoegd de randen perfect paren langs de hele omtrek van de vleugel. Als gevolg daarvan is het soms zeer moeilijk om een doorlopende blijvende afdichting te verkrijgen wanneer deze randen aan elkaar gekit worden. Het is niet ongebruikelijk dat kleine spleten tussen de randddelen van de twee helften 25 waargenomen worden. Wanneer dit plaats vindt zal water in het inwendige van de vleugel naar binnen sijpelen. Bovendien zijn vanwege het geringe gewicht en de holle constructie dergelijke vleugels normaliter verhoudingsgewijs zwak en buigzaam zelfs indien deze samengevoegd zijn. Als gevolg daarvan neigen deze bij hoge snelheden van het voertuig buiten-30 sporig te vervormen en te fladderen. Vanwege de holle constructie zijn deze eveneens luidruchtig. Bovendien vindt omdat de hechtoppervlakken van dergelijke vleugels zeer smal zijn, scheiding van de gehechte randen vaak plaats.

Het is het hoofddoeleinde van de onderhavige uitvinding om in 35 vleugels voor een voertuig en dergelijke door inspuiten gevormde pro-dukten met stijve constructie te voorzien zonder de kosten daarvan buitensporig te laten toenemen.

Het is een verder doeleinde van de onderhavige uitvinding om de vervaardiging van dergelijke vleugels te vereenvoudigen.

40 Meer in het bijzonder is het een doeleinde van de onderhavige uit- 8401993 2 vinding om de lekkageproblemen uit de weg te ruimen die ontstaan indien getracht wordt de smalle lange omtreksranden van de twee door inspuiten gevormde helften aan elkaar te kitten, welke samengevoegd worden om een hol voorwerp te vervormen.

5 Deze doeleinden worden bij een hierboven beschreven inrichting verwezenlijkt doordat een artikel geschikt voor bevestiging aan eetT voertuig voor het veranderen van de aërodynamische eigenschappen daarvan omvat: een hol lichaam met een aërodynamisch gewenste uitwendige vorm; een schuimkern ter plaatse gevormd en die in hoofdzaak het gehele 10 inwendige volume van het lichaam opvult; en bevestigingsmiddelen bevestigd aan het lichaam voor het bevestigen van het lichaam aan het voertuig op een bepaalde plaats om het gewenste aërodynamische effect te verkrijgen.

Verdere van voordeel zijnde uitvoeringen blijken uit de volgcon-15 clusies.

Andere doeleinden, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden uit de onderstaande beschrijving aan de hand van bijgaande tekeningen, waarin:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht is van het achtereinde van een 20 voertuig met daarop een vleugel aangebracht;

Fig. 2 een bovenaanzicht is van een einddeel van de vleugel;

Fig. 3 een eindaanzicht is van de vleugel;

Fig. 4 een aanzicht in doorsnede is genomen langs de lijnen IV-IV in fig. 2; en 25 Fig. 5 een doorsnede-aanzicht is genomen langs de lijn V-V in fig. 2.

In fig. 1 is een voertuig 10 afgebeeld met daarop een vleugel 12 aangebracht. In de afgebeelde uitvoering is vleugel 12 aangebracht op de achterklep 14 van een voertuig van het geveegde achterkant-type. Een 30 lucht-spoiler 16 is aangebracht op de achterklep 14 op een plaats onder en achter vleugel 12. Vanuit een functioneel standpunt is de vleugel 12 ontworpen om lucht naar beneden te sturen tegen vleugel 16 en zo een naar beneden gerichte op de weg drukkende kracht bij het achtereinde van het voertuig uit te oefenen.

35 Vleugel 12 heeft een in hoofdzaak plat en dun hol deel 18 dat zich dwars over het voertuig uitstrekt. Bij elk einde is het holle deel 18 gevormd met lijsten 20 door middel waarvan de vleugel op het voertuig aangebracht kan worden zoals door bevestigingsmiddelen door beves-tigingsopeningen 21. Het in het midden liggende deel 18 en bij voorkeur 40 eveneens de lijsten 20 zijn gevormd als boven- en benedenhelften 22, 8401993 3 24, die door inspuiten gevormd zijn uit een passend kunststofmateriaal en om de omtreksranden 26 daarvan met elkaar verbonden zijn. Momenteel wordt er de voorkeur aangegeven om deze helften uit een polycarbonaat-hars te vormen.

5 In overeenstemming met de onderhavige uitvinding worden de twee helften 22, 24, die verhoudingsgewijs dun zijn en indien samen gevoegd zijn het in het midden liggende deel 18 van de vleugel een buisvormige gedaante geven, gevuld met een kunststofschuim, bij voorkeur van het soort dat zelf een huid vormt, zodat de twee helften een schuimkem 25 10 omsluiten. Het kunststofschuim waaraan momenteel de voorkeur aangegeven wordt is van het polyurethaansoort. De lucht-vleugel wordt met de uit te schuimen kunststof gevuld door gieten van een vooraf bepaalde hoeveelheid in een van de helft en het dan daaraan klemmen van de andere helften, zodat wanneer het schuim uitzet dit in hoofdzaak de holte tus-15 sen de twee helften vult. Alternatief kunnen de helften samengevoegd worden, bij een eind indien noodzakelijk afgeplugd worden en kan een bepaalde hoeveelheid gesmolten uit te schuimen kunststof in het open einde van de vleugel gegoten worden.

De meest kunststofschuimen zijn verenigbaar met vele door inspui-20 ten gevormde harsen in die zin dat deze als een geheel daaraan hechten. Dit bijvoorbeeld het geval bij polyurethaanschuim en een uit polycarbo-naat gevormd deel. Indien de helften 22, 24 door inspuiten gevormd zijn uit een hars waaraan het schuim gemakkelijk hecht, bestaat er geen behoefte om kleefmiddel op hetzij de omtreksranden 26 hetzij de inwendi-25 gen oppervlakken van de twee helften op te brengen. Anderzijds worden, indien de helften gevormd worden uit harsen zoals polypropeen of poly-etheen, waaraan schuimsoorten niet gemakkelijk hechten, de inwendige oppervlakken van deze helften dan bij voorkeur op passende wijze behandelt zodat het schuim aan deze oppervlakken zal hechten of bij een al-30 tematief moet op de inwendige oppervlakken een kleefmiddel opgebracht worden. Vele van dergelijke kleefmiddelen zijn verkrijgbaar. Harsen waaraan schuimsoorten niet gemakkelijk hechten kunnen hechtend gemaakt worden door oppervlakte-behandelingen zoals oxyderen of door het opbrengen van een passend voorbehandelingsmiddel.

35 De stijfheid van de schuimkem 25 kan naar wens gevarieerd worden door het gebruik van gebruikelijke toevoegingen aan de uit te schuimen kunststofsamenstelling. Aan een half-stijve schuimkem wordt de voorkeur gegeven omdat deze de vleugel verdere stijfheid geeft en daardoor voldoende stevigheid verschaft om te beletten dat deze bij hoge snel-40 heid fladdert. Een schuimsoort met zeer stijve structuur wordt normal!- 8401993 4 ter niet aanbevolen omdat de vleugel dan te stijf wordt en te gemakkelijk zou breken.

In het geval van vleugels voor voertuigen en anderen produkten waar de uitwendige verschijning en versierende functie bijzonder be-5 langrijk is, wordt aan een schuimsoort dat zelf in een huid voorziet de voorkeur gegeven. Indien een schuimsoort, dat zelf in een huid voorziet, gebruikt wordt, zal indien er enige spleten tussen de parende randen van de twee helften bestaan (het is soms ónmogelijk of niet practisch om de twee helften zo samen te voegen dat er geen scheiding 10 tussen de parende randen bestaat), het schuim in de spleten stromen, zoals bij 28 in fig. 4 afgebeeld, en een dicht vast oppervlak bij het uitwendige van de vleugel vormen, dat afgewerkt en versierd kan worden, zoals door schuren, schilderen en dergelijke zodat de spleet 28 bij de gescheiden randen van de twee helften in het gerede produkt niet waar-15 neembaar is.

In bepaalde gevallen, afhankelijk van de afmeting en gedaante van de vleugel, bestaat door het krimpen van de schuimkem gehecht aan de buitenschaal de neiging dat brede platte oppervlakken op de helften in- ' gedrukt raken en bijgevolg een holte op het uitwendige oppervlak van de 20 vleugel vormen. In de afgebeelde uitvoering heeft de helft 22 een der-gelijk breed plat oppervlak. Om dit probleem te overwinnen wordt één en bij voorkeur beide helften gevormd met tegenover elkaar liggende ribben 30, 32, die, indien de helften samengevoegd zijn, een verstevingssteun vormen, die zich uitstrekt tussen de tegenover liggende wanden van de 25 vleugel en beletten dat deze helften ineenklappen.

Uit het bovenstaande volgt dat de uitvinding in het bijzonder geschikt is voor toepassing bij holle delen gevormd uit twee helften in het bijzonder voor het vervaardigen van vleugels voor voertuigen. Indien het holle deel gevuld is met een kunststofschuim zoals beschreven 30 is, doet deze de eigen stijfheid van het deel wezenlijk toenemen. Dit is van bijzonder belang in het geval van lucht-vleugels. Schuim dat uitzet in de spleten tussen de parende randen van de twee helften dicht op werkzame wijze de vleugel tegen het binnentreden van water af. Bovendien kan, indien het schuim van een soort is dat zich zelf van een 35 huid voorziet, schuim dat uitzet in de ruimte tussen de gescheiden randelen van de twee helften op een zeer eenvoudige wijze afgewerkt en versierd worden, zodat de versierende verschijning van het deel niet door dergelijke spleten in de parende randen beïnvloed wordt.

8401993

Claims

1. Artikel geschikt voor bevestiging aan een voertuig voor het veranderen van de aërodynamische eigenschappen daarvan, met het kenmerk, dat dit omvat: 5 een hol lichaam met een aërodynamisch gewenste uitwendige vorm; een schuimkern ter plaatse gevormd, die in hoofdzaak het gehele inwendige volume van het lichaam opvult, en bevestigingsmiddelen, verbonden met het lichaam, om het lichaam op het voertuig te bevestigen op een vooraf bepaalde stand om het gewenste 10 aërodynamische effect te verkrijgen.

2. Artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de schuimkern in hechtende aanraking is met de inwendige wanden van het lichaam.

3. Artikel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de schuimkern chemisch gehecht Is aan de de inwendige wanden.

4. Artikel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de schuimkern gedwongen wordt hechtende aanraking te hebben met de inwendige wanden door zowel een chemische hechting als een opgebracht kleefmiddel.

5. Artikel volgens conclusie I, met het kenmerk, dat de schuimkern voldoende stijf Is om aan het lichaam noodzakelijke stijfheid toe te 20 voegen maar veerkrachtig genoeg is om aërodynamisch krachten te weerstaan.

6. Artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het schuim van de kern van het soort is dat zich zelf van een huid voorziet.

7. Artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bevesti-25 gingsmiddelen stijlen omvatten als een geheel vormende verlengingen van het lichaam gevormd.

8. Artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het lichaam eerste en tweede gevormde delen omvat die met elkaar kunnen paren*

9. Artikel volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de eerste en 30 tweede gevormde delen kunststofdelen zijn.

10. Artikel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat ten minste één van de eerste en tweede delen gevormd Is met als een geheel daarmee gevormde inwendige ribben.

11. Artikel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de eerste en 35 tweede delen gevormd zijn van polycarbonaathars en dat de kern gevormd is van geschuimd polyurethaan.

12. Artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het holle lichaam een vleugel is.

13. Artikel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het holle 40 lichaam een in hoofdzaak langwerpige gedaante heeft en geschikt is op 8401993 een automobiel aangebracht te worden dwars ten opzichte van de langsas van het automobiel.

14. Werkwijze voor het vervaardigen van het artikel volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze werkwijze omvat de- 5 stappen bestaande uit het vormen van eerste en tweede schaaldelen die paren om het lichaam te vormen; het samenvoegen van de eerste en tweede schaaldelen in parend verband om het lichaam te vormen; en het in hoofdzaak geheel vullen van het inwendige van het lichaam met 10 een kunststofschuimkern.

15. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de stap van het vullen van het lichaam het inbrengen van een bepaalde hoeveelheid zich in fluïdum toestand bevindende uit te schuimen kunststof in een opening in het lichaam omvat.

16. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze bo vendien de stap omvat van het uitharden van de uit te schuimen kunststof tot een half-stijve toestand.

17. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze bovendien omvat het uitharden van de uit te schuimen kunststof om een één 20 geheel vormende klevende hechting tussen de schuimkern en de inwendige oppervlakken van het lichaam te vormen.

18. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze bovendien omvat de stap van het uitharden van de uit te schuimen kunststof om een huid te vormen.

19. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze bo vendien omvat de stap van het voorbereiden van de inwendige oppervlakken van de schaaldelen voor hechtende aanraking met de schuimkern voor het vullen van het inwendige van het lichaam.

20. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de vorm-30 stap een vorm-handeling van kunststof omvat.

21. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze bovendien omvat de stap van het nabehandelen van het uitwendig oppervlak van het artikel.

22. Werkwijze voor het vervaardigen van het artikel volgens een van 35 de conclusies 1 t/m 13, met het kenmerk, dat deze omvat de stappen bestaande uit: het vormen van eerste en tweede kunststofschaaldelen die met elkaar kunnen paren om het lichaam te vormen; het inbrengen van een uit te schuimen kunststof in een van de schaalde-40 len; 8401993 -¾ . 51 het samenvoegen van de schaaldelen in parend verband om het lichaam te vormen; en het mogelijk maken van expansie van de uit te schuimen kunststof om in hoofdzaak het gehele inwendige van het lichaam te vullen.

23. Werkwijze volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat deze bo vendien omvat de stap van het uitharden van de uit te schuimen kunststof in een half-stijve toestand.

24. Werkwijze volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat deze bovendien omvat de stap van het uitharden van de uit te schuimen kunst- 10 stof om een één geheel vormende klevende hechting te vormen tussen de schuimkem en de inwendige oppervlakken van het lichaam.

25. Werkwijze volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat deze bovendien omvat de stap van het uitharden van de uit te schuimen kunststof om een huid te vormen.

26. Werkwijze volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat deze bo vendien omvat de stap van het voorbereiden van de inwendige oppervlakken van de schaaldelen voor hechtende aanraking met de schuimkern voor het vullen van het inwendige van het lichaam.

27. Werkwijze volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de vorar 20 stap een handeling met het vormen van kunststof omvat.

28. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat deze bovendien een stap omvat van een eindbehandeling van het uitwendige oppervlak van het artikel.

11 H-H-H-i 111111 I I-1-+ 8401993