NL8105783A - Snelheidsfoutcompensatie-inrichting. - Google Patents

Snelheidsfoutcompensatie-inrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8105783A
NL8105783A NL8105783A NL8105783A NL8105783A NL 8105783 A NL8105783 A NL 8105783A NL 8105783 A NL8105783 A NL 8105783A NL 8105783 A NL8105783 A NL 8105783A NL 8105783 A NL8105783 A NL 8105783A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sample
signal
samples
speed error
circuit
Prior art date
Application number
NL8105783A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8105783A publication Critical patent/NL8105783A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N9/00Details of colour television systems
    • H04N9/79Processing of colour television signals in connection with recording
    • H04N9/87Regeneration of colour television signals
    • H04N9/89Time-base error compensation
    • H04N9/896Time-base error compensation using a digital memory with independent write-in and read-out clock generators

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Television Signal Processing For Recording (AREA)
  • Signal Processing Not Specific To The Method Of Recording And Reproducing (AREA)

Description

*L
C/Ca/lh/1362
Snelheidsfoutcompensatie-inrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een snelheids-compensatie-inrichting, en meer in het bijzonder op een dergelijke inrichting van digitaal type voor toepassing bij tijdbasiskorrektie-inrichting, zoals een videosignaal-5 tijdbasiskorrektie-inrichting.
Bij de weergave van informatiesignalen uit een registratiemedium treden vaak tij dbas is fouten op, welke de gedaante van frequentie- en/of fasefouten hebben. Bij opname van videosignalen op een magneetband door middel van een 10 videobandapparaat kunnen bijvoorbeeld bij de uitlezing van deze videosignalen tijdbasisfouten optreden welke het* gevolg zijn van na de oorspronkelijke opname van de videosignalen in de magneetband opgetreden rek of krimp, een verschil tussen de bandtransportsnelheid tijdens signaal-15 weergave en die tijdens signaalopname, veranderingen in de snelheid, waarmede de weergeefmagneetkoppen bij een videobandapparaat van het type met schroeflijnvormige bandaftas-ting de magneetband tijdens signaalopname en signaalweergave aftasten, enz. Bij daaropvolgende zichtbaarmaking van de 20 video-informatie op een televisie-ontvanger of televisie-monitor blijken de op de hiervoor beschreven wijze opgetreden tijdbasisfouten ongewenste effekten,. zoals "jitter", helderheidsvervorming, foutieve kleurweergave en dergelijke in het beeld te veroorzaken.
25 In het Amerikaanse octrooischrift 3.860.952 is een tijdbasiskorrektie-inrichting beschreven, waarmede dergelijke tijdbasisfouten zo goed als geheel uit uitgelezen videosignalen kunnen worden geelimineerd. Daarbij worden de uitgelezen videosignalen uit hun oorspronkelijke analoge 30 vorm in digitale vorm gebracht, waarna de gedigitaliseerde videosignalen tijdelijk in een digitaalgeheugen worden opgeslagen. Opeenvolgende monsters van het gedigitaliseerde videosignaal worden in het geheugen ingelezen met een in-leeskloksnelheid, welke synchroon met de gedetecteerde 8105783 i J* -2- tijdbasisfouten. Na opslag van de op één beeldregel betrekking hebbende videosignaalmonsters, volgt uitlezing van deze monsters bij een vaste standaarduitleeskloksnelheid. Aangezien de videosignaalmonsters synchroon met de tijd-5 basisfouten worden ingelezen, doch met een vaste snelheid worden uitgelezen, worden de oorspronkelijk aanwezige tijdbasisfouten zo goed als geheel geelimineerd. De aldus uitgelezen videosignaalmonsters worden vervolgens in analoge vorm teruggebracht en kunnen dan, bevrijd van de 10 ongewenste tijdbasisfouten, aan afbeelding, transmissie of een andere signaalbewerking worden onderworpen.
Een tijdbasiskorrektie-inrichting van het hiervoor beschreven type is echter niet geschikt voor eliminatie van tijdbasisfouten, welke de gedaante van snelheidsfouten 15 hebben. Een dergelijke snelheidsfout van een videosignaal vormt een tijdbasisfout, welke zich over een geheel of over een aanzienlijk deel van een beeldregelaftastinterval uitstrekt. Bij normale tijdbasiskorrektie-inrichtingen vindt gewoonlijk aan het begin van ieder beeldregelaftast-20 interval detectie van het horizontale synchronisatiesignaal en het kleursalvosignaal plaats; de voor levering van met de tijdbasisfout gesynchroniseerde inleesklokimpulsen dienende inleesklokimpulsgenerator wordt daarbij frequentie-en fasevergrendeld met de genoemde synchronisatie- en 25 kleursalvosignalen. De fasevergrendeling van de inleesklok- impulsen vindt daarbij plaats aan het begin van ieder beeldregelaftastinterval, aangezien het kleursalvosignaal slechts op dat tijdstip in het videosignaal voorkomt.
Bij regeling of korrektie van de fase van de inleesklok-30 impulsen gedurende het overige deel van het beeldregelaftastinterval vindt nu plaats. Daar staat echter tegenover, dat de fase van het videosignaal tijdens het beeldregelaftastinterval wel kan variëren. Zo kan bijvoorbeeld de fase van het chrominantiehulpdraaggolfsignaal, waarop de 35 chrominantiecomponent van het videosignaal is gemoduleerd, eventueel variëren. Indien een dergelijke, niet verder gekorrigeerde fasevariatie van het videosignaal tijdens het beeldaftastinterval optreedt, is sprake van een "snel- V 8 1 0 5 7 83 s * -3- heidsfout" - Uiteraard kan aan het einde van het desbetreffende beeldregelaftastinterval, of eigenlijk aan het begin van het daaropvolgende interval, de totale omvang van de opgetrede snelheidsfout worden vastgesteld op basis van de 5 mate van fasebijregeling, welke dan nodig is om de inlees-klokimpulsen weer in de juiste fasesynchronisiteit met een kleursalvosignaal' te brengen. Bij automatische fase-regelschakeling van gebruikelijk type levert het voor bij-regeling van de inleesklokimpulsfase dienende regelsignaal 10 een goede aanwijzing van de omvang van de in het onmiddellijk voorafgaande beeldaftastinterval opgetreden snelheids-fout.
Toepassing van dit inzicht is reeds beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.120.000, volgens het-15 welk de bij iedere beeldregel van de uitgelezen videosignalen optredende snelheidsfout in de vorm van een snelheids-foutkorrektiespanning in een geheugen wordt opgeslagen.
De korrektiespanning wordt gevormd door zijn gelijking van de fase van de tijdbasiskorrektie-inleesklokimpulsen met 20 de fase van het kleursalvosignaal van iedere beeldregel; de snelheidsfoutkorrektiespanning wordt dan gevormd als funktie van het eventuele faseverschil tussen de beide vergeleken signalen. Bij uitlezing van een beeldregel van het videosignaal uit het tijdbasiskorrektiegeheugen wordt 25 de aan de desbetreffende beeldregel toegevoegde snelheids-foutkorrektiespanning geïntegreerd over de tijdsduur van een beeldregelaftastinterval, zodanig, dat een lineair veranderend snelheidsfoutsignaal wordt verkregen, dat vervolgens voor fasemodulatie van de uitleesklokimpulsen 30 wordt gebruikt. De uitlezing van de videosignalen uit het tijdbasiskorrektiegeheugen vindt dan plaats met een fase-gemoduleerde snelheid, waarvan wordt aangenomen, dat deze de werkelijk in de in het geheugen ingelezen beeldregel-opgetredende snelheidsfout dicht benadert.
35 Voor andere snelheidsfoutkorrektie-inrichting van bekende type, welke in meer of mindere mate op het zojuist beschreven principe zijn gebaseerd, wordt verwezen naar de beide Amerikaanse octrooischriften 4.065.787 en •\ •v 8105783 Λ - * .
-4- 4.165.524 en naar aanvraagsters Amerikaanse octrooiaanvrage 243.355 van 16 maart 1931, volgens welke laatstgenoemde middeling en integratie over drie opeenvolgende beeldregel-aftastintervallen plaatsvindt.
5 Volgens de zojuist beschreven stand van de tech niek vindt de korrektie van snelheidsfouten plaats door variatie van de fase -of de verschijntijdstippen van de uitleesklokimpulsen. De videosignaalmonsters, welke de gedaante van meer-bits digitale signalen hebben, worden 10 op aan faseregeling of -korrektie onderworpen tijdstippen uit het tijdbasiskorrektiegeheugen uitgelezen. Hoewel de effektieve waarden van de monsters niet worden gewijzigd, heeft de op de uitleesklokimpulsen toegepaste fasemodulatie tot gevolg, dat de compensatie voor opgetreden snelheids-15 fouten wordt uitgevoerd, resp. plaatsvindt, bij de herom-zetting van de uitgelezen monsters tot analoge signalen.
Dit wil zeggen, dat geen snelheidfoutkorrektie op de in digitale vorm verkerende videosignalen wordt toegepast, doch dat snelheidsfoutkorrektie bij de heromzetting van 20 gedigitaliseerde videosignalen in analoge signalen optreedt.
Onder bepaalde omstandigheden is het echter gewenst, dat het in digitale vorm verkerende videosignaal zelf aan snelheidsfoutkorrektie wordt onderworpen. Bij de hiervoor beschreven wijze van snelheidsfoutkorrektie kon 25 dit slechts worden gerealiseerd door het op die wijze aan snelheidsfoutkorrektie onderworpen, analoge videosignaal opnieuw in digitale vorm te brengen. Een dergelijke verdere digitalisering van een signaal gaat uiteraard gepaard aan het optreden van kwantificeringsruis en aan het optreden 30 van andere aan digitaal/analoog/digitaal-omzetting in het algemeen inherente fouten. De behoefte bestaat derhalve aan een digitale snelheidsfoutcompensatie-inrichting, zodanig, dat digitaal/analoog-omzetting en fasemodulatie van de uitleesklokimpulsen kunnen worden vermeden.
35 In verband daarmede stelt de uitvinding zich ten doel, een digitale snelheidsfoutcompensatie-inrichting te verschaffen, welke vrij is van de hiervoor beschreven nadelen van de bekende snelheidsfoutkorrektiestelsels.
8105783 * r -5-
Voorts stelt de uitvinding· zich ten doel, een snelheidsfoutcompensatie-inrichting te verschaffen, welke zich in het bijzonder leent voor toepassing bij een voor korrektie van in een videosignaal optredende tijdbasis-5 fouten dienende tijdbasiskorrektie-inrichting.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een snelheidsfoutcompensatie-inrichting, welke compensatie uitvoert van de videosignaalmonsterniveaus, welke uit een tijdbasiskorrektiegeheugen worden uitgelezen, 10 zodanig, dat de aan niveaucompensatie onderworpen video- signaalmonsters althans tenminste nagenoeg geheel vrij van snelheidsfouten zijn.
Daartoe verschaft de uitvinding een snelheids-foutcompensatie-inrichting voor toepassing bij een tijd-15 basiskorrektie-inrichting van het type met een geheugen, waarin opeenvolgende monsters van een periodiek verschijnend informatiesignaal, zoals een samengesteld kleurenvideo-signaal, worden ingelezen bij een inleessnelheid, welke synchroon met de in het ingelezen informatiesignaal optreden-20 de tijdbasisfouten is, zodanig, dat een aantal perioden van het signaal, resp. een aantal beeldregels van het kleurenvideosignaal, in het geheugen wordt ingelezen, terwijl de opeenvolgende monsters uit het geheugen worden uitgelezen bij een konstante uitleessnelheid. Daarbij voert 25 een snelheidsfoutdetector de in opeenvolgende perioden, resp. beeldregelaftastintervallen, de in de in het geheugen ingelezen informatiesignalen optredende snelheidsfouten uit. Een monsterniveaucompensator voert dan niveaucompensatie van een uit het geheugen uitgelezen monster uit op 30 basis, resp. als funktie van, de gedetecteerde snelheids— fout, zodanig, dat het niveau van het uitgelezen monster wordt gewijzigd, resp. gelijk gemaakt wordt aan het niveau, dat het op het tijdstip van uitlezing zou moeten hebben indien geen snelheidsfout zou zijn opgetreden.
35 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding werkt de snelheidsfoutcompensatör in op een samengesteld kleurenvideosignaal, waarbij de opeenvolgende monsters van het videosignaal na uitlezing uit het geheugen 8105783 -6- worden gescheiden, bij voorkeur door middel van een digitale scheidingsschakeling, in luminantiecomponentmonsters en chrominantiecomponentmonsters. Volgens een. bepaald aspect van de uitvinding bestaat de monsterniveaucompensator uit 5 een afzonderlijke luminantie-interpolator en chrominantie-interpolator voor afgifte van respectieve aan compensatie onderworpen luminantie- en chrominantiemonsters. Het aan compensatie onderworpen luminantiemonster yy wordt gevormd door vermenigvuldigingsschakelingen, waarvan de werking 10 kan worden ingegeven door de vergelijking y^. = a^, (l-y) + hyX, waarin a^ en b^ opeenvolgende luminantiecomponent-monsters zijn en x de snelheids fout van één van deze monsters is. Het aan compensatie onderworpen, chrominantie-monster yc wordt gevormd door vermenigvuldigingsschakelingen, 15 waarvan de werking kan worden beschreven door de vergelijking v^ = b^ sinus l|x + a^ cosinus ^x, waarin ac en b^, opeenvolgende chrominantiecomponentmonsters zijn en x de snelheidsfout van één van deze monsters is. De aan compensatie onderworpen luminantie- en chrominantiemonsters worden 20 vervolgens gecombineerd totaan snelheidsfoutcompensatie onderworpen monsters van het samengestelde kleurenvideo-signaal.
De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nu-volgende beschrijving aan de hand van de bijbehorende 25 tekening van enige uitvoeringsvormen, waartoe de uitvinding • zich echter niet beperkt. In de tekening tonen:
Figuur 1 een blokschema van een tijdbasiskorrektie-inrichting, waarbij de onderhavige uitvinding kan worden toegepast, 30 Figuur 2 een blokschema van een digitale integra tor, welke bij de onderhavige uitvinding voor vorming van snelheidsfoutsignalen kan worden gebruikt,
Figuur 3A en 3B enige golfvormen ter verduidelijking van de wijze, waarop de snelheidsfoutsignalen 35 worden gevormd,
Figuur 4 een blokschema van een snelheids fout-compensator volgens de uitvinding,
Figuur 5 een blokschema van een vertragingsschake- 8105783 -7- ling met variabele vertragingsduur, als toegepast bij de onderhavige uitvinding.
Figuur 6 een blokschema van een interpolator, welke bij de onderhavige uitvinding wordt toegepast voor 5 niveaucompensatie van luminantiecomponentmonsters, welke snelheidsfouten vertonen,
Figuur 7 een grafische weergave ter verduidelijking van de werking van de interpolator volgens figuur 6, Figuur 8 een blokschema van een interpolator, 10 welke bij de onderhavige uitvinding wordt toegepast voor niveaucompensatie van chrominantiecomponentmonsters, welke snelheidsfouten vertonen, en
Figuur 9A en 9B resp. een golf vorm en een fasor-diagram ter verduidelijk van de werking van de interpolator 15 volgens figuur 8.
Gemakshalve zal de tijdbasiskorrektie-inrichting volgens figuur 1 worden beschreven in geval van toepassing daarvan op een samengesteld kleurenvideosignaal, bijvoorbeeld een dergelijk door een videobandapparaat uitgelezen 20 signaal. In meer algemene zin kan echter worden gesteld, dat de tijdbasiskorrektie-inrichting volgens figuur 1 geschikt is voor korrektie van tijdbasisfouten, welke kunnen voorkomen in een willekeurig periodiek verschijnend informa-tiesignaal, afkomstig van een willekeurig geschikte signaal-25 weergeefinrichting. De inrichting volgens figuur 1 omvat een geheugen 3, een geheugenbesturingsschakeling 6, een inleesklokimpulsgenerator 7, een uitleesklokimpulsgenerator 9, een snelheids foutdetector 11, een snelheidsfoutinformatie-signaalgenerator 13 en een snelheidsfoutcompensator 4. Het 30 geheugen 3 kan bestaan uit een aantal geheugeneenheden, welke ieder geschikt zijn voor opslag van tenminste één beeldaftastinterval van een videosignaal. Bij voorkeur is het geheugen van het adresseerbare type voor zodanige besturing door de geheugenbesturingsschakeling 6, dat bepaalde 35 geheugeneenheden, resp. adresseerbare geheugenplaatsen van dergelijke geheugeneenheden, worden geadresseerd voor inlezing, opslag en uitlezing van digitale signalen daarin, resp. daaruit. Het zal duidelijk zijn, dat het geheugen 3 8105783 -8- van het digitale type .is.
. Aan zijn ingang is het geheugen 3 via een analoog/ digitaal-omzetter 2 gekoppeld met een ingangsaansiuiting 1. Een via de ingangsaansiuiting 1 verschijnend, samengesteld 5 videosignaal wordt door de omzetter 2 bemonsterd met een bemonstersnelheid, welke synchroon is met in het ingangs-videosignaal aanwezige tijdbasisfouten. De door de omzetter 2 afgegeven, opeenvolgende monsters worden toegevoerd aan het geheugen 3 en daarin opgeslagen op door de geheugen-10 besturingsschakeling 6 bepaalde adresplaatsen. Bij de in het hierna volgende beschreven uitvoeringsvormen wordt er van ..uitgeg.aan,dat het via de ingangaans lui ting 1 toegevoerde, samengestelde kleurenvideosignaal een chrominantiehulpdraag-golfsignaal met een hulpdraaggolffrequentie f heeft,
SC
15 waarop de chrominantiecomponent van het signaal is amplitude-gemoduleerd. De snelheid, waarmede het kleurenvideosignaal wordt bemonsterd, is gelijk 4f . De analoog/digitaal-omzet- b w ter 2 bemonstert het ingangsvideosignaal bij deze snelheid en zet ieder verkregen monster om in een resp. bijbehorend 20 meer-bits digitaal signaal, waarvan de waarde de grootte van het monster vertegenwoordigt. Deze meer-bits digitale monsters worden in de resp. geheugeneenheden van het geheugen 3 opgeslagen.
De ingangsaansiuiting 1 is voorts gekoppeld met 25 een schakeling 8 voor afscheiding van het synchronisatie- • signaal en het kleursalvosignaal uit het ingangsvideosignaal. De schakeling 8 kan van het voor de gebruikelijke afscheiding van het aan het begin van ieder beeldregelaftastinter-val verschijnende, horizontale synchronisatiesignaal en 30 kleursalvosignaal uit een samengesteld kleurenvideosignaal geschikte type zijn, zodat geen verdere beschrijving van de schakeling 8 wordt gegeven.
Na hun afscheiding uit het samengestelde kleurenvideosignaal worden het horizontale synchronisatiesignaal 35 en het kleursalvosignaal toegevoerd aan de inleesklokimpuls-generator 7. Deze dient voor opwekking en afgifte van inleesklokimpulssignalen met een frequentie 4f , waarvan
SC
de fase met die van het afgescheiden kleursalvosignaal wordt 8105783 -9- gesynchroniseerd. Voorts bevat de inleesklokimpulsgenerator 7 een automatische frequentieregeling (AFC) en een automatische faseregeling (APC) van gebruikelijk type, zodanig, dat de opgewekte inleesklokimpulsen zowel frequentie- als 5 fasegesynchroniseerd met het afgescheiden horizontale synchronisatiesignaal en kleursalvosignaal worden. Als gevolg hiervan zullen eventueel in het samengestelde kleuren-videosignaal aanwezige tijdbasisfouten eveneens in de op de zojuist genoemde wijze gesynchroniseerde inleesklok-10 impulsen optreden. Hoewel zulks niet in de tekening is weergegeven, worden de door de inleesklokimpulsgenerator 7 opgewekte inleesklokimpulsen tevens voor de door de analoog/ digitaal-omzetter 2 uitgevoerde bemonstering gebruikt.
De geheugenbesturingsschakeling 6 ontvangt zowel 15 de door de generator 7 af gegeven inleesklokimpulsen als door een uitleesklokimpulsgenerator 9 afgegeven uitleesklokimpul-sen. De geheugenbesturingsschakeling dient voor keuze van die speciale geheugeneenheden van het geheugen 3, waarin één of meer beeldregels met videosignaalmonsters zijn 20 ingelezen en waaruit opeenvolgende beeldregelmonsters worden uitgelezen.
De uitleesklokimpulsgenerator 9 is gekoppeld met een aansluiting 10 voor ontvangst van een door een geschikte bron, zoals een kristaloscillator of dergelijke (niet in de 25 tekening weergegeven), afkomstig referentiekloksignaal. Bij . een bepaalde uitvoeringsvorm geeft de uitleesklokimpulsgenerator 9 uitleesklokimpulsen met een vaste, konstante. impulsherhalingsfrequentie van bijvoorbeeld 4f af. Deze uitleesklokimpulsen worden aan de geheugenbesturingsschake-• 30 ling 6 toegevoerd en dienen voor uitlezing van opeenvolgende monsters uit geschikt gekozen geheugeneenheden van het geheugen 3.
Figuur 1 bevat voorts een snelheidsfoutkorrektie-inrichting, bestaande uit een snelheidsfoutdetector 11, 35 een snelheidsfoutinforxnatiesignaalgenerator 13 en een snelheids foutcompensator 4. De snelheids foutdetector 11 dient voor detectie van een snelheidsfout, welke in iedere in het geheugen 3 ingelezen bealdregel van een videosignaal 8105783 -10- aanwezig kan zijn. De snelheidsfoutdetector 11 kan bijvoorbeeld een faseverschildetector bevatten, waaraan de van de inleesklokimpulsgenerator 7 afkomstige inleesklokirapulsen en de door de scheidingsschakeling 8 uit het ontvangen 5 kleurenvideosignaal afgescheiden, horizontale synchronisatie-en kleursalvpsignalen worden toegevoerd. Het zal duidelijk zijn, dat de door de inleesklokimpulsgenerator 7 af gegeven inleesklokimpulsen aan het begin van een beeldregelaftast-interval nog fasesynchroon zijn met het kleursalvosignaal 10 van (het begin van) het voorafgaande beeldregelaftastinter-val. Het faseverschil tussen de inleesklokimpulsen en het voor het onderhavige beeldregelaftastinterval afgescheiden kleursalvosignaal vertegenwoordigt derhalve de gedurende het voorafgaande beeldregelinterval opgetredende of aan-15 wezige snelheidsfout. De snelheidsfoutdetector 11 geeft een uitgangsspanning af, welke een funktie van dit faseverschil is.
Het uitgangssignaal van de snelheids foutdetector 11 wordt toegevoerd aan een analoog/digitaal-omzetter 12 20 voor omzetting van de door de snelheids foutdetector af gegeven, analoge spanning in een digitale weergave van de in het voorafgaande beeldregelaftastinterval opgetreden snelheidsfout. De gedigitaliseerde snelheidsfoutspanning wordt vervolgens door de snelheidsfoutinformatiesignaal-25 generator 13 aan digitale integratie over een bepaalde • tijdsperiode onderworpen. In het kader van de onderhavige beschrijving wordt verondersteld, dat de gedurende een beeldregelaftastinterval optredende snelheidsfout vanaf de waarde nul geleidelijk toeneemt tot de maximale waarde.
* 30 De snelheidsfoutinformatiesignaalgenerator 13 geeft in een dergelijk geval een digitale weergave van een dergelijk eventueel lineair toenemend signaal af.
. Het uitgangssignaal van de snelheidsfoutinformatie-signaalgenerator 13 wordt toegevoerd aan de snelheidsfout-35 compensator 4, welke nog meer in details zal worden beschreven en bovendien opeenvolgende videosignaalmonsters, welke uit het geheugen 3 worden uitgelezen, krijgt toege— voerd. Het zal duidelijk zijn, dat dergelijke uitgelezen 8105783 -11- videosignaalraonsters een snelheidsfoufc kunnen bevatten, welke door de snelheids foutcompensator dient te worden gecompenseerd. Het uitgangssignaal van de compensator 4 komt aan een uitgangsaansluiting 5 ter beschikking in de 5 vorm van aan tijdbasiskorrektie en aan snelheidsfoutcompen-satie onderworpen videosignaalmonsters. Zoals nog nader zal worden uiteengezet, voert de snelheidsfoutcompensator 4 een wijziging van de effektieve waarde of het niveau van ieder uitgelezen videosignaalmonster uit, zodanig, dat het 10 niveau van ieder aldus behandeld monster althans tenminste nagenoeg gelijk wordt aan het niveau, dat het desbetreffende monster op het tijdstip van uitlezing uit het geheugen 3 zou hebben gehad, indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn. Dit zal nu meer in details worden uitgelegd.
15 Zoals reeds is opgemerkt, wordt een via de in gangs- aansluiting 1 ontvangen, samengesteld kleurenvideosignaal door de analoog/digitaal-omzetter 2 met een bemonstersnel-heid van 4f bemonsterd, waarbij ieder aldus verkregen
b C
monster in een resp. bijbehorend, meer-bits digitaal signaal 20 wordt omgezet. Bij de bemonstersnelheid 4f worden voor
b G
ieder beeldregelaftastinterval bij benadering 910 videosignaalmonsters verkregen. In verband daarmede dient iedere geheugeneenheid van geheugen 3 derhalve een capaciteit te hebben, welke voldoende groot is voor opslag van tenminste 25 910 gedigitaliseerde monsters.
Na opslag van een beeldregel van het videosignaal in een geheugeneenheid van het geheugen 3 wordt de snelheidsfout van de desbetreffende beeldregel gedetecteerd door de snelheidsfoutdetector 11. Hoewel zulks niet in de tekening • 30 is weergegeven, bevat de snelheidsfoutdetector 11 bij voorkeur een snelheidsfoutgeheugen, zodat de bij inlezing van iedere beeldregel met videosignaalmonsters in het geheugen 3 gevormde snelheidsfoutspanning kan worden opgeslagen op een ander desbetreffend beeldregel toegevoegde opslagplaats. 35 De snelheidsfoutcompensator 4 krijgt de opeenvol gende videosignaalmonsters toegevoerd, evenals het snelheids-foutinformatiesignaal, dat een weergave vormt van de snelheidsfout van bijvoorbeeld het eerste van die monsters; de ,'" 8 1 0 5 7 8 3 -12- snelheidsfoutcompensator 4 dient voor niveauwijziging van het eerste monster. Aan de uitgangsaansluiting 5 verschijnen derhalve opeenvolgende aan snelheidsfoutcompensatie onderworpen videosignaalmonsters.
5 Figuur 2 toont een uitvoeringsvorm van de snelheids- foutinformatiesignaalgenerator 13. Deze is grotendeels digitaal uitgevoerd en bevat een digitale optelschakeling 14, waarvan de uitgangsaansluiting is gekoppeld met een digitaal register 15. De inhoud van het register 15 wordt 10 teruggekoppeld naar de optelschakeling 14 voor optelling bij een signaal, dat met de door de snelheidsfoutdetector 11 gedetecteerde 'snelhéidsfout evenredig is en door de analoog/ digitaal-omzetter' 12 in digitale vorm is gebracht. Het uitgangssignaal van de optelschakeling 14, dat aan het 15 register 15 wordt toegevoerd, vormt het snelheidsfout-informatiesignaal voor de snelheidsfoutcompensator 4.
Het register 15 is uitgerust met een klokimpuls-ingangsaansluiting 16a en een terugstelaansluiting 16b.
Met de genoemde uitleesklokimpulsen synchrone klokimpulsen, 20 of de2e laatstgenoemde impulsen zelf, worden toegevoerd aan de klokimpulsingangsaansluiting 16a. Het zal derhalve duidelijk zijn, dat het register 15 klokimpulsen met een impulsherhalingsfrequentie van 4f krijgt toegevoerd.
Iedere van deze klokimpulsen dient voor invoer van het 25 door de optelschakeling 14 aangeboden, digitale signaal in • het register 15. De terugstelaansluiting 16b ontvangt een terugstelsignaal, waarvan de impulsherhalingsfrequentie gelijk is aan de frequentie, waarmede opeenvolgende beeld-regels uit het geheugen 3 'worden uitgelezen. Dit wil zeggen, 30 dat de terugstelaansluiting 16b steeds, wanneer het eerste videosignaalmonster van een in het geheugen 3 opgeslagen beeldregelaftastinterval daaruit wordt uitgelezen, een terugstelimpuls krijgt toegevoerd.
De werking van digitale integrator volgens 35 figuur 2 zal nu worden beschreven aan de hand van de golf— vormen volgens de figuren 3A en 3B. Figuur 3A toont de mate, waarin de fase van de door de inleesklokimpulsgene-rator 7 afgegeven inleesklokimpulsen aan het einde van 8105783 I ; -13- ieder beeldregelaftastinterval van het videosignaal verschilt van de fase van het uit het videosignaal afgescheiden kleursalvosignaal. Meer in het bijzonder toont figuur 3A de op de inleesklokimpulsen uitgeoefende faseregeling.
5 Op het tijdstip tH1_, dat wil zeggen aan het van een eerste beeldregelaftastinterval, resp. het begin van het daaropvolgende beeldregelaftastinterval, kan de fase van de inleesklokimpulsen een bij regeling of verschuiving in negatieve richting ondergaan voor synchronisatie met de 10 fase van het afgescheiden kleursalvosignaal. Deze verschuiving vertegenwoordigt de tijdbasisfout, welke in het eerste beeldregelaftastinterval is opgetreden. Op het tijdstip tH2 dient de fase van de inleesklokimpulsen in positieve richting te worden verschoven, zoals figuur 3A laat zien.
15 Op het tijdstip t^ moet de fase van de inleesklokimpulsen weer in negatieve richting worden verschoven; faseverschui-vingen in positieve en negatieve richting van de inleesklokimpulsen worden steeds uitgevoerd aan het begin van het op het desbetreffende beeldregelaftastinterval onmiddel-20 lijk volgende beeldregelaftastinterval, zoals op de tijdstippen tjj^ en t^g. Het zal duidelijk zijn, dat de mate van de faseverschuiving, welke nodig is om de inleesklokimpulsen met de afgescheiden kleursalvosignalen te synchroniseren, door de snelheidsfoutdetector 11 steeds in de 25 gedaante van een snelheids fout spanning wordt af gegeven.
Zo zal de snelheidsfoutdetector 11 op het tijdstip tg^ in figuur 3A de snelheidsfoutspanning Vg afgeven.
De analoog/digitaal-omzetter 12 zet deze snelheidsfoutspanning Vs om in een digitaalsignaal? deze omzetting 30 vindt plaats bij de uitlezing uit het geheugen 3 van de videosignaalmonsters van het bij de desbetreffende snelheids fout behorende beeldaftastinterval. Bovendien wordt, hoewel zulks niet in de tekening is weergegeven, het in digitale vorm gebrachte snelheidsfoutsignaal gedeeld door 35 het aantal videosignaalmonsters van ieder beeldregelaftastinterval, dat wil zeggen 910 bij het hier beschreven voorbeeld, ter verkrijging van een digitaal snelheidsfoutsignaal, dat de in het eerste uit het geheugen 3 uitgelezen video- \„ 8105783 -14- signaalmonster optredende snelheidsfout vertegenwoordigt.
Dit aan deling onderworpen, digitale snelheidsfoutsignaal wordt aan de ingang van de optelschakeling 14 toegevoerd.
Aan het begin van een beeldrëgelaftastinterval, 5 dat wil zeggen aan het begin van een beeldregelaftast-interval gedurende hetwelk videosignaalmonsters uit. het geheugen 3 worden uitgelezen, wordt het register 15 teruggesteld en wordt het snelheidsfoutsignaal, dat de snelheidsfout van het eerste videosignaalmonster vertegenwoordigt, 10 aan de optelschakeling 14 toegevoerd. In reaktie op het verschijnen van de eerste klokimpuls aan de aansluiting 16a vindt dan invoer van het digitale snelheidsfoutsignaal in het register plaats. De inhoud van het register 15, welke dan overeenkomt met de grootte van het bij het eerste 15 uit het geheugen 3 uitgelezen videosignaalmonster behorende snelheidsfoutsignaal, wordt opgeteld bij het aan de optelschakeling 14 toegevoerde snelheidsfoutsignaal, dat gelijk blijft aan de snelheidsfout, gedeeld door het aantal monsters per beeldregelaftastinterval. Het uitgangssignaal van 20 de optelschakeling 14 zal dan gelijk zijn aan de som van de inhoud van het register 15 en het aan de ingang van de optelschakeling toegevoerde, gedeelde digitale snelheidsfoutsignaal.
In reaktie op het verschijnen van de volgende 25 klokimpuls aan de aansluiting 16a wordt het uitgangssignaal van de optelschakeling 14 in het register 15 gevoerd, waarna de "bijgewelkte" inhoud van dit register wordt toegevoegd aan het gedeelde, digitale snelheidsfoutsignaal, dat aan de ingang van de optelschakeling 14 wordt toege- ) - 30 voerd. Het uitgangssignaal van de optelschakeling 14 neemt derhalve opnieuw toe. Deze cyclus herhaalt zich bij iedere klokimpuls, zodat het uitgangssignaal van de ‘optelschakeling 14 incrementaal toeneemt. Figuur 3B laat deze toename van het uitgangssignaal van de optelschakeling 14 zien; het zal 35 duidelijk zijn, dat deze toename overeenkomt met integratie van de snelheidsfoutspanning VE. Aangezien de aan de aansluiting 16a toegevoerde klokimpulsen een impulsherhalings- frequentie hebben, welke gelijk is aan de bemonsterfrequen- x '8105783 -15- tie 4f , zal het uitgangssignaal van de optelschakeling 14, zoals figuur 3B laten zien, met deze bemonsterfrequen-tie of -snelheid toenemen en bij iedere klokimpuls een door integratie verkregen snelheidsfoutinformatiesignaal 5 van discrete waarde, afgeven. Door de snelheidsfoutinforraa-tiesignaalgenerator 13 wordt derhalve aan de snelheidsfout-compensator 4 synchroon met ieder door het geheugen 3 aan de compensator 4 geleverd videosignaalmonster een discreet snelheidsfoutinformatiesignaal toegevoerd. Dit kan ook 10 worden beschreven door te stellen, dat ieder door de integrator volgens figuur 2 afgegeven, discreet snelheids-foutinformatiesignaal is toegevoegd aan, en bovendien de snelheidsfout vertegenwoordigt van, een resp. bijbehorend videosignaalmonster, dat uit het geheugen wordt uitgelezen. 15 Wanneer het laatste videosignaalmonster van een beeldregelaftastinterval wordt uitgelezen, wordt het regis- · ter 15 (zie figuur 2) teruggesteld en herhaald zich de vorige cyclus, zoals weergegeven in de figuren 3A en 3B.
De integrator volgens figuur 2 werkt derhalve als een 20 digitale integrator, welke de door de snelheidsfoutdetector 11 gedetecteerde en door de analoog/digitaal-omzetter 12 gedigitaliseerde snelheidsfout over de duur van een beeld— regelaftastinterval integreert.
Figuur 4 toont het blokschema van de snelheids-25 foutcompensator 4. Bij de hier beschreven uitvoeringsvorm, waarbij de tijdbasiskorrektór en de snelheids foutcompensator worden gebruikt voor resp. tijdbasis- en snelheidsfouten van een samengesteld kleurenvideosignaal, is de snelheids-foutcompensator uitgerust met twee afzonderlijke interpola-30 toren 19 en 20 voor compensatie van snelheids fouten in resp. de luminantie- en de chrominantiecomponentraonsters.
De interpolator 19 wordt derhalve in het hiernavolgende als "luminantiecomponentinterpolator" aangeduid, terwijl de interpolator 20 als "chrominantiecomponentinterpolator” 35 wordt aangeduid. De ingangen van deze interpolatoren zijn gekoppeld met een luminantie/chrominantiescheidingsschake-ling 18·, terwijl de uitgang van de beide interpolatoren zijn gekoppeld met een luminantie/chrominantiecombineer- - 8105783 -16- schakeling 21.
De scheidingsschakeling 18 is met een ingangs-aansluiting 17 gekoppeld voor ontvangst van de opeenvolgende videosignaalmonsters, welke uit het geheugen 3 worden uit-5 gelezen. De scheidingsschakeling 18 kan de gedaante hebben van een digitaal filter van het type, dat is beschreven in het artikel "Digital 'TV Comb Filter with Adaptive Features" van John P. Rossi in het verslag van de International Conference On Video and Data Recording, 1976, blz. 267-279. 10 De schakeling 18 scheidt de daaraan toegevoerde en van het geheugen 3 afkomstige monster in resp. luminantie- en chrominantiecomponentmonsters. De luminantiecomponentmon-sters worden op: nog nader te beschreven wijze aan compensatie door de interpolator 19 onderworpen, terwijl de chro-15 minantiecomponentmonsters aan compensatie door de interpolator 20 worden onderworpen. De aldus verkregen, gecompenseerde luminantie- en chrominantiecomponentmonsters worden vervolgens gerecombineerd door de combineerschakeling 21, welke bijvoorbeeld de gedaante van een digitale menger 20 kan hebben, welke volgens de in het genoemde artikel beschreven richtlijnen kan zijn uitgevoerd als de inverse van de digitale scheidingsschakeling 18.. Het uitgangssignaal van de combineerschakeling 21 komt ter beschikking aan een uitgangsaansluiting 22, welke met de uitgangsaansluiting 6 25 in figuur 1 is gekoppeld.
De beide interpolatoren 19 en 20 reageren op de door de integrator volgens figuur 2 afgegeven, discrete snelheidsfoutinformatiesignalen en dienen voor wijziging van het niveau of de waarde van de opeenvolgende luminantie-• 30 en chrominantiecomponentmonsters, zodanig, dat de niveaus van deze monsters gelijk worden gemaakt aan de resp. niveaus welke dergelijke monsters op het tijdstip van uitlezing uit het geheugen 3 zouden hebben gehad, indien geen snel-heidsfout zou zijn opgetreden. Dit zal nog meer in details 35 worden beschreven.
De luminantiecomponentmonsteraiveau-interpolator 19 of "luminantie-interpolator" heeft de gedaante volgens figuur 6 en bevat bijvoorbeeld twee verraenigvuldigings- 8105783 -17- schakelingen 35 en 36, een signaalgenerator 34 en een optelschakeling 37. Een ingangsaansluiting 30 dient voor ontvangst van opeenvolgende, uit het geheugen 3 uitgelezen en door het digitale filter 18 afgescheiden luminantie-5 componentmonsters. De ingangsaans lui ting 30 is met de vermenigvuldigingsschakeling 35 gekoppeld via een vertra-gingsschakeling 31 eri een vertragingsschakeling 32 met kiesbare vertragingsduur. De vertragingsschakeling 31 is uitgevoerd voor vertraging over de duur van één uitlees-10 klokimpulsinterval, zodat het aan de uitgang van de vertragingsschakeling 31 verschijnende, vertraagde monster in de tijd samenvalt met het volgende monster, dat aan de ingangsaansluiting 30 wordt toegevoegd. Zoals figuur 6 laat zien, is de ingangsaansluiting van de schakeling voorts 15 rechtstreeks gekoppeld met een andere vertragingsschakeling met kiesbare vertragingsduur. De beide vertragingsschake-lingen 32 en 33 zijn op soortgelijke wijze uitgevoerd op de wijze volgens figuur 5. Het doel en de werking van een dergelijke vertragingsschakeling met kiesbare vertragings-20 duur zal nog worden beschreven.
De uitgangen van de vertragingsschakelingen 32 en 33 met kiesbare vertragingsduur zijn resp. gekoppeld met twee vermenigvuldigingsschakelingen 35 en 36. Het zal duidelijk zijn, dat de door de vertragingsschakeling 31 25 teweeggebrachte vertraging over de duur (ID) van éën klokimpulsinterval tot gevolg heeft, dat elkaar in wezen in de tijd opvolgende luminantiecomponentmonsters toch in de tijd met elkaar samenvallen aan de resp. verraenigvuldigings-schakelingen 35 en 36 arriveren.
' 30 Aan de vermenigvuldigings schakeling 36 wordt een signaal VE2 toegevoerd, dat de grootte van het door de integrator volgens figuur 2 afgegeven snelheidsfoutinforma-tiesignaal vertegenwoordigt. Daarbij wordt eraan herinnerd, dat het niveau op de waarde van de snelheidsfoutinformatie-35 signaal met iedere klokimpuls incrementaal toeneemt. Dit wil zeggen, dat niet alleen de opeenvolgende monsters aan de interpolator volgens figuur 6 worden toegevoerd, doch tevens een resp. bijbehorende snelheidsfout aan de vermenig- 8105783 -18- vuldigingsschakeling 36 wordt toegevoerd.
Het door de integrator volgens figuur 2 afgegeven snelheidsfoutsignaal vertegenwoordigt een tijdstipfout, zodat de discrete snelheidsfoutinformatiesignalen derhalve 5 tijdsverschuivingen vertegenwoordigen. De door het snelheidsfoutinformatiesignaal vertegenwoordigde tijdfout zal duidelijk kleiner zijn dan de duur ID van het uitleesklokimpuls-interval. Het is echter mogelijk, dat enige ernstige snel-heidsfouten optreden, zodat de door het snelheidsfoutinfor-10 matiesignaal vertegenwoordigde tijdsverschuiving zich over meer dan êên klokimpulsinterval kan uitstrekken. De snel-heidsfout kan bijvoorbeeld groter dan 1D of groter dan 2D of groter dan 3D enz. zijn. Het snelheidsfoutinformatie-signaal kan derhalve de vorm hebben van een meer-bits 15 signaal, zoals een 10-bits signaal, waarbij de meest significante bits, zoals de twee meest significante bits, bijvoorbeeld weergeven of de desbetreffende snelheidsfout minder dan 1D of tussen 1D en 2D of tussen 2D en 3D enz ligt. De overige bits of minder significante bits vertegen- 20 woordigen dan de absolute waarde van de snelheidsfout.
%
De meest significante bits van het snelheidsfoutinformatiesignaal worden aangeduid met VE1, terwijl de minst significante bits van het snelheidsfoutinformatiesignaal worden aangeduid met VE^. Zoals figuur 6 laat zien, worden de 25 minst significante bits VE2 van ieder discreet snelheidsfoutinformatiesignaal aan de vermenigvuldigingsschakeling 36 toegevoerd, terwijl de meest significante bits VE^^ van ieder discreet snelheidsfoutinformatiesignaal aan de ver-tragingsschakelingen 32 en 33 met kiesbare vertragingsduur 30 worden toegevoerd. De minst significante bits VE2 vertegenwoordigen de snelheidsfout x van ieder uitgelezen luminan-tiecomponentraonster'.
Zoals figuur 6 voorts laat zien, worden de minst significante bits VE2 van het snelheidsfoutinformatiesignaal 35 toegevoerd aan een signaalgenerator 34 voor vorming en afgifte van een meer-bits digitaal signaal, dat het verschil vertegenwoordigt tussen één uitleesklokimpulsperiode-duur D en de snelheidsfout x. De signaalgenerator 34 geeft 8105783 -19- een signaal af, waarvan de waarde binnen het kader van de hiernavolgende beschouwing op (1-x) wordt gesteld. De sig-naalgenerator kan bijvoorbeeld een af treks chakeling bevatten, of een adresseerbaar geheugen met een aantal opslag-5 plaatsen, welke ieder de digitale waarde (1-x) in opslag hebben en worden geadresseerd door de waarde x, welke door de minst significante bits VE^ van het snelheids-foutinformatiesignaal worden vertegenwoordigt. Het uitgangssignaal van de signaalgenerator 34 wordt toegevoerd aan de 10 vermenigvuldigingsschakeling 35.
De optelschakeling 37 is gekoppeld met de uitgangen van de vermenigvuldigingsschakelingen 35 en 36 en dient voor digitale optelling van de door de beide vermenigvuldi-gingsschakelingen gevormde produktsignalen. De uitgang van 15 de optelschakeling 37 is gekoppeld met een uitgangsaanslui-ting 38, waaraan een aan niveaucompensatie onderworpen luminantiecoiaponentmonster ter beschikking komt. De uitgangs-aansluiting 38 is op zijn beurt gekoppeld met een resp. bijbehorende ingang van de mengschakeling 21 volgens figuur 20 4.
De werking van de interpolator volgens figuur 6 zal nu worden beschreven aan de hand van de grafische weergave volgens figuur 7.
In figuur 7 vertegenwoordigt de lijn R de uit 25 het geheugen 3 uitgelezen luminantiecomponent, welke een snelheidsfout vertoont. Meer in het bijzonder wordt het monster a uitgelezen op het tijdstip t^, terwijl het daaropvolgende monster b wordt uitgelezen op het tijdstip t2» Figuur 7 toont het uitleesklokinterval 1D tussen de uit-30 lezing van deze opeenvolgende monsters a en b. Daarbij wordt aangenomen, dat de snelheidsfout van het monster a gelijk x is en dat de waarde van x wordt weergegeven door de minst significante bits VE2 van het snelheidsfoutinfor-matiesignaal, dat door de integrator volgens figuur 2 35 wordt af gegeven op het tijdstip, waarop het monster a wordt uitgelezen. Zoals reeds is opgemerkt, vertegenwoordigt de snelheidsfout een relatieve verschuiving van het tijdstip, waarop een monster, in dit geval het monster a, in het \ 8105783 -20- geheugen 3 wordt ingelezen, resp. daaru.it wordt uitgelezen. Voor eliminatie van een dergelijke snelheidsfout is het noodzakelijk, dat het monster a op het tijdstip t ^ wordt uitgelezen. Een aan snelheidsfoutkorrektie onderworpen, 5 juiste luminantiecomponent zou derhalve de gedaante van de lijn F in figuur 7 hebben. Indien de uit het geheugen 3 uitgelezen lüminantiécomponentmonster aan een zodanige tijdverschuiving worden onderworpen, dat de snelheidsfout wordt vereffend, zal de uit een dergelijke verschuiving 10 registrerende luminantiecomponent worden vertegenwoordigt door monsters, welke de lijn F bepalen, zodat een aan snelheidsfoutkorrektie onderworpen monster, dat op het tijdstip t^ uit het geheugen 3 wordt uitgelezen het niveau of de waarde y' zou vertonen. Op het tijdstip t^ heeft het 15 werkelijke monsterniveau daarentegen de waarde a, behorende bij verschuiving met een bedrag x langs de tijdsas ten opzichte van het tijdstip t ^ , waarop dit monster zou moeten worden uitgelezen. Anders gesteld zou men kunnen zeggen, dat het op het tijdstip t1 uitgelezen monsterniveau 20 a de waarde y' zou hebben, indien bij de inlezing van de monsters geen snelheidsfout voorgekomen zou zijn. De interpolator volgens figuur 6 dient nu voor de rekening van het niveau a, dat het monster a op het tijdstip t^ zou moeten hebben, indien in de verschillende luminantie-25 componentmonsters geen snelheidsfout zou voorkomen.
De trigometrische relatie, welke in figuur 7 grafisch is weergegeven, kan matematisch worden weergegeven door: * 30 b - a _ y - a (1) T““ “ k— y = ~p + a (2) y = a(l-f) + bf (3)
De signaalgenerator 34, de vermenigvuldigingsschakelingen 35 en 36 en de optelschakeling 37 volgens figuur 6 dienen voor uitvoering van de berekening volgens de vergelijking (3) .
X
35 8105783 -21-
De vermenigvuldigingsschakeling 36 geeft het produkt bx/^, waarin b de grootte van het op dat ogenblik uit het geheugen 3 uitgelezen luminantiecomponentmonster is, x de grootte van de door het door de integrator volgens figuur 2 afge-5 geven snelheidsfoutinformatiesignaal vertegenwoordigde snelheidsfout is ent de tijdsduur tussen twee opeenvolgende uitleestijdstippen, zoals t^ en t2/ bedraagt. Het zal duidelijk zijn, dat de snelheidsfout van het voorafgaande monster a althans tenminste nagenoeg gelijk is aan die 10 van het thans beschouwde monster b, zodat de snelheidsfout ter waarde x voor het monster a en het monster b praktisch dezelfde is.
De vermenigvuldigingsschakeling 35 vormt het produkt a(£-x), terwijl de optelschakeling 36 de door de 15 vermenigvuldigings schakelingen 35 en 36 geleverde produkten • optelt tot een aan niveaucompensatie onderworpen monster ter waarde y volgens vergelijking (3). Dit aan compensatie onderworpen monster y heeft derhalve een waarde, welke gelijk is aan de waarde, welke het monster a op het tijd-20 stip t^ gehad zou hebben, indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn geweest. De monsterwaarde y is derhalve die van de door de lijn S in figuur 7 voor het tijdstip t^ weergegeven, aan snelheidsfoutkorrektie onderworpen luminan-tiecomponenten.
25 De vertragingsschakeling 32 en 33 van het type met kiesbare vertragingsduur kunnen van het type volgens figuur 5 zijn en de gedaante hebben van een cascadeschake-ling van vertragingselementen 23,24,25 en 26 ieder met een vertragingsduur 1D. Iedere van deze vertragingselementen 30 geeft een vertragingsduur, 1D, welke gelijk is aan de duur van één uitleesklokimpulsperiode. De uitgang van ieder vertragingselement is gekoppeld met een resp. bijbehorende aansluiting van een schakeleenheid 28, welke bij de schematische weergave volgens figuur 5 een beweegbaar kontakt 35 heeft, dat naar keuze met de verschillende aftakkingen of aansluitingen in aangrijping kan worden gebracht. Een praktische uitvoeringsvorm van een dergelijke schakeleenheid 28 wordt gevormd door een multiplexeereenheid met een
V
8105783 -22- aantal ingangen, welke afhankelijk van een aan^de eenheid toegevoerd stuursignaal selectief met de uitgang van de schakeling worden doorverbonden. Bij het schema volgens figuur 5 bestaat dit stuursignaal uit de meest significante 5 bits VEj van het door de integrator volgens figuur 2 af gegeven snelheidsfoutinformatiesignaal. Afhankelijk van de waarde van deze meest significante bits VE^ wordt de uitgang van de multiplexschakeling of schakeleenheid 28 doorverbonden met een resp. bijbehorende ingang of aftakking.
10 Wanneer de vertragingsschakeling volgens figuur 5 als de vertragingsschakeling 32 volgens figuur 6 dient, worden aan de ingangsaansluiting 27 daarvan de opeenvolgende, vertraagde luminantiecomponentmonsters a toegevoerd. Wanneer de vertragingsschakeling als de vertragingsschakeling 33 15 volgens figuur 6 dient, worden aan de ingangs aansluiting '27 daarvan de opeenvolgende luminantiecomponentmonsters b toegevoerd. Afhankelijk van de grootte van de in een aan de vertragingsschakeling toegevoerd monster aanwezige snelheids-fout, weergegeven door de meest significante bits VE^ van 20 het snelheidsfoutinformatiesignaal, wordt de uitgang van de schakeleenheid 28 doorverbonden met een resp. in aanmerking komende ingang, zodanig, dat het aan de uitgangsaan-sluiting 29 verschijnende luminantiecomponentmonster een vertraging ter grootte ID, 2D, 3D of 4D heeft ondergaan.
25 Figuur 8 toont het blokschema van een chrominan- tiecomponentinterpolator 20. Deze dient voor hetzelfde doel als de in het voorgaande beschreven luminantiecomponent-interpolator, dat wil zeggen voor wijziging van het niveau of de waarde van de uit het geheugen 3 uitgelezen chrominan-- 30 tiecómponentmonsters, zodanig, dat het niveau of de waarde van deze monsters gelijk wordt gemaakt aan het niveau, resp. de waarde, welke de monsters op de tijdstip van uitlezing gehad zouden hebben, indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn. De chrominantiecomponentinterpolator 35 volgens figuur 8 bevat de vermenigvuldigingsschakelingen 43 en 44, een optelschakelaar 45 en twee signaalgeneratoren 47 en 48. De vermenigvuldigingsschakeling 43 is via een vertragingsschakeling 40 gekoppeld met een ingangsaansluiting 8105783 -23- 39 voor ontvangst van de opeenvolgende, uit het geheugen 3 uitgelezen chrorainantiecomponentmonsters. De vertragings-schakeling 40 dient om deze monsters ieder over de duur van één uitleesklokimpulsperiode (1D) te vertragen. Met de 5 ingangsaansluiting 39 is bovendien de vermenigvuldigings-schakeling 44 gekoppeld voor ontvangst van het op dat ogenblik uit het geheugen uitgelezen chrominantiecomponent-monster. De werking van de vertragingsschakeling 40 heeft tot gevolg, dat de vertragingsschakeling 43 en 44 resp. het 10 onmiddellijk voorafgaande en het momentane chrominantie-componentmonster tegelijkertijd krijgen toegevoerd. Het onmiddellijk voorafgaande chrominantiecomponentmonster a wordt aan de vermenigvuldigingsschakeling 43 toegevoerd/ terwijl het momentane chrominantiecomponentmonster b aan de 15 vermenigvuldigingsschakeling 44 wordt toegevoerd. Bovendien zijn met de ingangen van de vermenigvuldigingsschakelingen 43 en 44 resp. vertragingsschakelingen 41 en 42 met kiesbare vertragingsduur (deze kunnen op soortgelijke wijze als de reeds meer in details aan de hand van figuur 5 beschreven 20 vertragingsschakelingen 32 en 33 zijn uitgevoerd} gekoppeld; deze vertragingsschakelingen vervullen dezelfde funktie als de eerdergenoemde vertragingsschakelingen 32 en 33, dat wil zeggen zij compenseren snelheidsfouten van meer dan êën uitleesklokimpulsperiodeduur. Zoals uit de tekening 25 blijkt, worden de meest significante bits VE^ van het door de integrator volgens figuur 2 afgegeven snelheidsfout-informatiesignaal aan de vertragingsschakelingen 41 en 42 met kiesbare vertragingsduur toegevoerd ter verkrijging van de gewenste vertragingsduur voor de chrominantiecoraponent-30 monsters.
De signaalgeneratoren 47 en 48 zijn aangesloten voor ontvangst van de minst significante bits VE^ van het snelheidsfoutinformatiesignaal; deze minst significante bits vertegenwoordigen de eerder beschreven snelheidsfout 35 x. De signaalgenerator 47 geeft een meer-bits digitaal signaal af, dat de funktie ^-x vertegenwoordigt, terwijl de signaalgenerator 48 een meer-bits digitaal signaal afgeeft, dat fx vertegenwoordigt. De signaalgeneratoren 47 en 48 Λ 8105783 -24- kunnen adresseerbare geheugeninrichtingen met een aantal plaatsen omvatten, waarbij iedere plaats kan worden geadresseerd op basis van de door de minst significante bits VE2 vertegenwoordigde waarde x en een digitaal signaal in 5 opslag heeft, dat resp. de desbetreffende waarde cosinus Ί|χ of sinus bevat. De uitgangen van de signaalgeneratoren 47 en 48 zijn resp. niet twee vermenigvuldigingsschakelingen 43 ên 44 gekoppeld. De vermenigvuldigingsschakeling 43 kan een digitaal signaal afgeven, dat het produkt a.cosinus 10 "*x vertegenwoordigt, terwijl de vermenigvuldigingsschakeling 44 een digitaal signaal af geeft, dat het produkt b. sinus 'Wx vertegenwoordigt. Deze door de vermenigvuldigingsschake-ling 43 en 44 af gegeven produktuitgangssignalen worden t opgeteld in de optelschakeling 45, waarvan het üitgangs-15 signaal y de gedaante y=a cosinus + b sinus^x heeft.
Dit uitgangssignaal y komt ter beschikking aan de uitgangs-aansluiting 46 en vormt het aan snelheidsfoutcompensatie onderworpen chrominantiecomponentmonster.
De werking van de interpolator volgens figuur 8 20 zal nu worden verduidelijkt aan de hand van de golfvorm en het fasediagram van de resp. figuren 9A en 9B.
Het zal duidelijk zijn, dat de chrominantiecompo-nent van het videosignaal amplitudegemoduleerd is op ëen chrominantiehulpdraaggolfsignaal met een frequentie f
SC
25 Figuur 9A toont de golfvorm van een halve cyclus van het amplitudegemoduleerde chrominantiehulpdraaggolfsignaal.
Aangenomen, wordt nu, dat twee opeenvolgende chrominantie- componentmonsters a en b resp. in het geheugen 3 worden ingelezen en daaruit worden uitgelezen. Aangezien het 30 samengestelde ingangskleurenvideosignaal met een bemonster- snelheid 4f wordt bemonsterd, zal het duidelijk zijn, dat s c de monsters a en b van elkaar zijn gescheiden over een hoek van 1^. Voorts wordt aangenomen, dat de beide monsters a en b een snelheidsfout ter waarde x vertonen. Als gevolg 35 daarvan kan worden gesteld, dat hoewel het monster a op het tijdstip t^ uit het geheugen 3 wordt uitgelezen, de aanwezigheid van de snelheidsfout ter waarde x met zich mede brengt, dat het monster a op het tijdstip t had moeten 8105783 -25- worden uitgelezen- Wanneer geen snelheidsfout aanwezig is, zou de chrominantiecomponent de gedaante van de gebroken lijn S in figuur 9Δ hebben. Als gevolg van de aanwezigheid van de snelheidsfout heeft de werkelijk uit het geheugen 3 5 uitgelezen chrominantiecomponent in analoge vorm de gedaante van de kromme R.
De kromme S laat zien, dat het chrominantiecompo-nentmonster ten tijde de waarde y zou hebben indien geen snelheidsfout ter waarde x aanwezig zou zijn- De ïnterpola-10 tor volgens figuur 8 dient voor berekening of interpolatie van dergelijke monsterwaarden y uit opeenvolgende monster-waarden a en b, welke achtereenvolgens op resp. tijdstippen t^ en t2 uit het geheugen 3 worden uitgelezen. De aldus verkregen monsterwaarde y kan worden afgeleid uit het fasor-15 diagram volgens figuur 9B, dat bij de golfvorm volgens figuur 9A behoort.
üit de figuren 9A en 9B komt naar voren, dat het monster a wordt verkregen bij een willekeurige fasehoek Θ van de chrominantiehulpdraaggolfsignaalcyclus. Figuur 9B 20 toont de bij het monster a behorende vector. Het daaropvolgende monster b verschijnt een hoek 2 later. Figuur 9B toont de bij het monster b behorende fasevector. De monsterwaarde y bevindt zich bij een met de snelheidsfout x overeenkomende vertragingstijdsduur. De hoekweergave van deze 25 vertragingsduur ter waarde x is gelijk of; het zal duidelijk zijn, dat öf - 1|x. Figuur 9B toont de bij de gezochte monsterwaarde y behorende vector, üit figuur 9B komt naar voren, dat de monsters a en b de beide benen van een rechthoekige driehoek vormen, waarvan de hypotenusa derhalve de waarde 30 ^a2 + b2 heeft. Voorts volgt uit figuur 9B, dat de door compensatie verkregen monsterwaarde y gelijk is aan de lengte van het ene been van een tweede rechthoekige drie— hoek, welke eveneens een hypotenusa ter lengte ^J/a2 -f heeft. Voor de waarde y van het aan compensatie onderworpen 35 chrominantiecomponentmonster kan derhalve worden geschreven: 8105783 -26- y “ ^/a2 + b2 sin (a +0) (4) 5 y - ^ja2+ b2 (sin a cos Θ + cos a sin 0) (5) y - \la2 + b2 ( ^|a2+b%/sin α + ^tb^/cos a> (6> 10 y « b sin a + a cos a (7) i i
Het zal derhalve duidelijk zijn, dat de interpolator volgens figuur 8 de berekening van de vergelijking 15 (7) uitvoert. Wanneer de grootte van de snelheidsfout x die van een uitleesklokimpulsperiode te boven gaat, dan zullen de vertragingsschakelingen 41 en. 42 met kiesbare vertragingsduur op de reeds aan de hand van figuur 5 beschreven wijze de compensatie ter hand nemen.
20 Aan de uitgangsaansluiting 46 in figuur 8 ver schijnt derhalve een meer-bits digitaal signaal, dat het volgens de vergelijking (7) aan snelheids fou'tcompensatie onderworpen chrominantiecomponentmonster y vertegenwoordigt. Dit monster wordt door de mengschakeling 21 volgens 25 figuur 4 met het door de interpolator volgens figuur 6 aan de snelheids fout compensatie onderworpen luminantie-componentmonster gecombineerd tot een aan de uitgangsaansluiting 22 in figuur 4 verschijnend, aan snelheidsfout-compensatie onderworpen monster. Het zal derhalve duidelijk 30 zijn, dat het niveau of de waarde van ieder uit het geheugen 3 uitgelezen monster zodanig gewijzigd is, dat dit niveau gelijk is aan de waarde, welke het monster op het tijdstip van uitlezing zou hebben gehad, indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn geweest.
35 Hoewel de onderhavige uitvinding in het bijzonder is beschreven aan de hand van een voorkeursuitvoeringsvorm, 8105783 -27- zal het duidelijk zijn, dat verschillende wijzigingen in de beschreven componenten en in hun onderlinge saraenhang kunnen worden aangebracht, zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt overschreden. Zo is het bijvoorbeeld 5 mogelijk, dat het binnenkomende kleurenvideosignaal niet met een bemonstersnelheid 4f doch met een bemonstersnel- sc heid 3f wordt bemonsterd. Het zal duidelijk zijn, dat
SO
ook de uitleesklokimpulsfrequentie gelijk 3f kan zijn.
* SO
De in het voorgaande beschreven tijdbasiskorrektie-inrich-10 ting en snelheidsfoutcompensatie-inrichting kunnen bovendien worden gebruikt voor de werking van andere periodiek verschijnende informatiesignalen dan samengestelde kleuren-videosignalen. Afhankelijk van de samenstelling van dergelijke periodieke informatiesignalen kunnen eventueel de 15 interpolator 19 volgens figuur 6 of de interpolator 20 volgens figuur 8 worden weggelaten.
8105783

Claims (14)

1. Snelheidsfoutcompensatie-inrichting voor toepassing bij een tijdbaiscorrectie-inrichting van het type met hoofdgeheugen, waarin opeenvolgende monsters van een periodiek signaal, zoals een videosignaal, synchroon met in 5 het periodieke signaal aanwezige tijdbasisfouten worden ingelezen voor opslag van enige perioden van het signaal, respectievelijk beeldregelaftastintervallen van het videosignaal, en waaruit de opeenvolgende monsters met een constante uit-leessnelheid worden uitgelezen, en met een snelheidsf outdetec— 10 tieschakeling voor detectie van snelheidsfouten in opeenvolgende perioden, respectievelijk beeldregelaftastintervallen, van het in het hoofdgeheugen ingelezen signaal, gekenmerkt door een monsterniveaucompensator (4; fig. 4? fig.6; fig.8) voor compensatie van hét niveau van een uit het hoofdgeheugen 15 uitgelezen monster als functie van een gedetecteerde snelheids-fout, zodanig, dat het niveau van het uitgelezen monster gelijk gemaakt wordt aan het niveau, dat het uitgelezen monster op het tijdstip van uitlezing zou hebben gehad indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn. . 20 .
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het periodieke signaal wordt gevormd door een kleurenvideo-signaal met een luminantiecomponent en een chrorainantiecomponent en waarbij ieder monster de gedaante van een meer-bits digitaal signaal heeft, met het kenmerk, dat de monsterniveaucompensator 25 is voorzien van; een digitale scheidingsschakeling (18} voor afscheiding van luminantiecomponentmonsters (Y) en chrominantie-componentmonsters (C) uit de opeenvolgend uit het hoofdgeheugen uitgelezen monsters; een met de digitale scheidingsschakeling (18) gekoppelde luminantiemonsterinterpolator (19; fig. 6} 30 voor vorming van een geïnterpoleerd luminsntiemonster-- (yY) als functie van opeenvolgende luminantiecomponentmonsters (a^, b^.) , van welk geïnterpoleerd luminantièmonster de waarde gelijk is aan de waarde, welke één van de opeenvolgende luminantiecomponentmonsters op het tijdstip van uitlezing zou hebben gehad 35 indien geen snelheidsfout aanwezig zou zijn; een met de digitale \ 8105783 - 29 - scheidingsschakeling (18) gekoppelde chrominantiemonsterinter-polator (20; fig. 8) voor vorming van een geïnterpoleerd chrominantiemonster (yc) als functie van-opeenvolgende chro-minantiecomponentmonsters (a^, b^) , van welk geïnterpoleerde 5 chrominantiemonter de waarde gelijk is aan de waarde, welke één van de opeenvolgende chrominantiecomponentmonsters op het tijdstip van uitlezing zou hebben gehad indïen geen sielheids-fout aanwezig zou zijn; en van eencorabineerschakeling (21) voor combinatie van het geïnterpoleerde luminantiemonster (y^) en 10 het geïnterpoleerde chrominantiemonster (yc> tot een geïnterpoleerd kleurenvideosignaalmonster.
3« Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de luminantiecomponentinterpolator is voorzien van: een eerste vermenigvuldigingsschakeling (36) voor ver-15 menigvuldiging van één van de opeenvolgende luminantiecomponènt-monsters (b^.) met een factor x, welke een functie van de gedetecteerde snelheids fout is; een tweede vermenigvuldigingsschakeling (35) voor vermenigvuldiging van het onmiddellijk voorafgaande van de opeenvolgende luminantiecomponentmonsters 20 (a^) met een factor (i. - x) , waarbij £ de monsterperiodedüur is; en van een optelschakéling (37) voor optelling van‘de door de eerste en de tweede vermenigvuldigingsschakeling afgegeven, vermenigvuldigde monsters.
4. Inrichting'volgens conclusie 3, met het 25 kenmerk, dat de snelheidsfoutdetector een digitale integrator (fig. 2) bevat voor integratie van een gedetecteerde snelheids-fout over een aan de duur van een beeldregelaftastinterval van het videosignaal gelijke tijdperiode voor vorming, ten behoeve van ieder luminantiecomponentmonster, van een snelheidsfout-30 informatiesignaal x, dat de snelheidsfout voor het desbetreffende monster vertegenwoordigt, zodanig, dat de genoemde factor x gelijk is aan de waarde van het snelheidsfoutinformatiesignaal x.
5. Inrichting volgens conclusie 4, gekenmerkt 35 door een vertragingsschakeling (32, 33; fig. 5) voor vertraging naar keuze van het genoemde ene en het genoemde onmiddellijk voorafgaande luminantiecomponentmonster over een geheel veel- *v 8105783 - 30 - voud van de monsterperiodeduur (ID) als functie van de waarde van het snelheidsfoutinformatiesignaal wanneer die waarde hoger ligt dan de monsterperiodeduur.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het 5 kenmerk, dat de vertragingsschakeling is voorzien van een eerste en een tweede vertragingsschakeling (31, 32), via welke respectievelijk het genoemde ene.en het genoemde onmiddellijk voorafgaande luminantiecomponentmonster aan respectievelijk de eerste en de tweede vermenigvuldigingsschakeling 10 worden toegevoerd, welke eerste en tweede vertragingsschakeling (31, 32) ieder een aantal met elkaar in cascade geschakelde vertragingselementen (23, 24, 25, 26) met ieder een vertra-gingsduur ter grootte van de monsterperiodeduur, een uitgangs-aansluiting (29) en een op het snelheidsfoutinformatiesignaal 15 (VE^) reagerende schakeleenheid (28) voor selectieve koppeling van de uitgang van één van de in cascade geschakelde vertragingselementen (23, 24, 25, 26) met die uitgangsaansluiting (29) bevatten, zodanig, dat de eerste vertragingsschakeling (31) en de tweede vertragingsschakeling (32) ieder een vertraging 20 teweeg brengen, waarvan de duur groter is dan de waarde van het snelheidsfoutinformatiesignaal.
7. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de chrominantiecomponentinterpolator is voorzien van: een eerste vermenigvuldigingsschakeling (44) voor ver— 25 menigvuldiging van ëën van de opeenvolgende chrominantie-componentmonsters (bc) met een factor since, waarbij een functie van de gedetecteerde snelheidsfout is; een tweede vermenigvuldigingsschakeling (43) voor vermenigvuldiging van het onmiddellijk voorafgaande van de opeenvolgende chrominantie-30 componentmonsters (aG) met een factor cosoC.; en van een op-telschakeling (45) voor optelling van de door de eerste en de tweede vermenigvuldigingsschakeling afgegeven, vermenigvuldigde monsters.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het 35 kenmerk, dat de opeenvolgende chrominantiecomponentraonsters een herhalingsfrequentie 4fgc hebben, waarbij f de chrominantie-hulpdraaggolfsignaalfrequentie van het kleurenvideosignaal is, ^terwijl ^ = ^/2.x, waarin x de snelheidsfout vertegenwoordigt. 8105783 - 31 - *
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de snelheidsfoutdetectieschakeling een digitale integrator (fig. 2) bevat voor integratie van een gedetecteerde snelheidsfout over een aan de duur van een beeldregelaftast— 5 interval van het videosignaal gelijke tijdperiode voor vorming, ten behoeve van ieder chrominantiecomponentmonster, van een snelheidsfoutinformatiesignaal x, dat de snelheidsfout voor het desbetreffende monster vertegenwoordigt.
10. Inrichting volgens conclusie 9, gekenmerkt 10 door een vertragingsschakeling (32, 33; fig. 5) voor vertraging naar keuze van het genoemde ene en het genoemde onmiddellijk voorafgaande chrominantiecomponentmonster over een geheel veelvoud van de monsterperiodeduur (1D) als functie van de waarde van het snelheidsfoutinformatiesignaal wanneer die 15 waarde hoger ligt dan de monsterperiodeduur.
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de vertragingsschakeling is voorzien van een eerste en een tweede vertragingsschakeling (41, 42), via welke respectievelijk het genoemde ene en het genoemde onmid- 20 dellijk voorafgaande chrominantiecomponentmonster aan res- » pectievelijk de eerste en de tweede vermenigvuldigingsscha-keling worden toegevoerd, welke eerste en tweede vertragingsschakeling (41, 42) ieder een aantal met elkaar in. cascade geschakelde vertragingselementen (23, 24, 25, 26) met 25 ieder een vertragingsduur ter grootte van de monsterperiodeduur, een uitgangsaansluiting (29) en een op het snelheidsfoutinformatiesignaal (VE^) reagerende schakeleenheid (28) voor selectieve koppeling van de uitgang van één van de in cascade geschakelde vertragingselementen (23, 24, 25, 26) 30 met die uitgangsaansluiting (29) bevatten, zodanig, dat de eerste vertragingsschakeling (41) en de tweede vertragingsschakeling (42) ieder een vertraging teweeg brengen, waarvan de duur groter is dan de waarde van het snelheidsfoutinformatiesignaal .
12. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de monsterniveaucompensator is voorzien van een interpolator (fig. 6; fig. 8), waaraan opeenvolgende uit ^ 's. 8105783 - 32 - het hoofdgeheugen uitgelezen monsters en een de snelheids-fout van ëën van die opeenvolgende monsters vertegenwoordigend snelheidsfoutinformatiesignaal worden toegevoerd voor vorming van een gecompenseerd monster met een effectieve waarde, welke een functie van de opeenvolgende monsterwaarden en van het snelheidsfoutinformatiesignaal is.
13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij één van de opeenvolgende monsters wordt weergegeven door het meerbits digitale signaal b, het onmiddellijk voorafgaande van de opeenvolgende monsters wordt weergegeven door het meerbits digitale signaal a en het snelheidsfoutinformatiesignaal wordt weergegeven door het meerbits digitale signaal x, met het kenmerk, dat de interpolator een schakeling bevat voor vorming van het gecompenseerde monster in de vorm van het meerbits digitale signaal y van de gedaante y = a (-£«- x) + bx.
14. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij ëën van de opeenvolgende monsters wordt weergegeven door het mèerbits digitale signal b, het onmiddellijk voorafgaande van de opeenvolgende monsters wordt weergegeven door het. meerbits digitale signaal a en het snelheidsfoutinformatiesignaal wordt weergegeven door het meerbits digitale signaal x, met het kenmerk, dat de interpolator's voorzien van een schakeling voor vorming van het gecompenseerde monster in de vorm van het meerbits digitale signaal y-van de gedaante y = b sin Tf/2 . x + a cos Tf72 . x. 'V8 1 0 5 7 83
NL8105783A 1980-12-22 1981-12-22 Snelheidsfoutcompensatie-inrichting. NL8105783A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP55182493A JPS57106285A (en) 1980-12-22 1980-12-22 Time base collector
JP18249380 1980-12-22

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8105783A true NL8105783A (nl) 1982-07-16

Family

ID=16119243

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8105783A NL8105783A (nl) 1980-12-22 1981-12-22 Snelheidsfoutcompensatie-inrichting.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4443821A (nl)
JP (1) JPS57106285A (nl)
AT (1) AT389608B (nl)
CA (1) CA1181165A (nl)
FR (1) FR2497047A1 (nl)
GB (1) GB2090104B (nl)
NL (1) NL8105783A (nl)

Families Citing this family (24)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4593315A (en) * 1984-05-29 1986-06-03 Rca Corporation Progressive scan television receiver for non-standard signals
US4573080A (en) * 1984-06-28 1986-02-25 Rca Corporation Progressive scan television receiver with adaptive memory addressing
JPH0732493B2 (ja) * 1985-02-13 1995-04-10 ソニー株式会社 速度誤差の補正装置
US4680632A (en) * 1985-07-31 1987-07-14 Rca Corporation Television display system with flicker reduction processor having burst locked clock and skew correction
JPH0732479B2 (ja) * 1985-09-25 1995-04-10 株式会社東芝 画像メモリ制御装置
US4675724A (en) * 1985-09-27 1987-06-23 Ampex Corporation Video signal phase and frequency correction using a digital off-tape clock generator
JPH0789669B2 (ja) * 1986-01-21 1995-09-27 ソニー株式会社 サンプリング信号位相補正装置
JPS6363289A (ja) * 1986-09-04 1988-03-19 Toshiba Corp 映像信号のデジタルメモリ制御方式
JPH0810925B2 (ja) * 1987-01-27 1996-01-31 松下電器産業株式会社 時間軸補正装置
US4977462A (en) * 1987-03-24 1990-12-11 Sony Corporation Apparatus for correcting a time base error in a video signal
JP2655650B2 (ja) * 1987-08-18 1997-09-24 三菱電機株式会社 時間軸補正装置
JPH0447783A (ja) * 1990-06-14 1992-02-17 Matsushita Electric Ind Co Ltd 時間軸誤差補正装置
JPH04357794A (ja) * 1991-06-04 1992-12-10 Matsushita Electric Ind Co Ltd 時間軸誤差補正回路と映像信号処理回路
KR940009544B1 (ko) * 1991-11-20 1994-10-14 주식회사 금성사 브이씨알의 자동 파인-슬로우장치 및 그 제어방법
US6836295B1 (en) 1995-12-07 2004-12-28 J. Carl Cooper Audio to video timing measurement for MPEG type television systems
JP3683397B2 (ja) * 1997-07-02 2005-08-17 富士写真フイルム株式会社 カラー画像データ補間方法および装置
US6278495B1 (en) * 1999-03-12 2001-08-21 Fortel Dtv, Inc Digital comb filter for decoding composite video signals
US7701512B1 (en) 2003-05-20 2010-04-20 Pixelworks, Inc. System and method for improved horizontal and vertical sync pulse detection and processing
US7304688B1 (en) 2003-05-20 2007-12-04 Pixelworks, Inc. Adaptive Y/C separator
US7420625B1 (en) 2003-05-20 2008-09-02 Pixelworks, Inc. Fuzzy logic based adaptive Y/C separation system and method
US7365796B1 (en) 2003-05-20 2008-04-29 Pixelworks, Inc. System and method for video signal decoding using digital signal processing
US7605867B1 (en) 2003-05-20 2009-10-20 Pixelworks, Inc. Method and apparatus for correction of time base errors
US7532254B1 (en) 2003-05-20 2009-05-12 Pixelworks, Inc. Comb filter system and method
DE112004001627B4 (de) * 2003-08-29 2010-07-29 Mitsubishi Denki K.K. Videosignal-Verarbeitungsschaltung, Videosignal-Anzeigevorrichtung und Videosignal-Aufzeichnungsvorrichtung

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3860952B2 (en) * 1973-07-23 1996-05-07 Harris Corp Video time base corrector
US4081826A (en) * 1975-05-15 1978-03-28 Sony Corporation Video time base corrector
JPS53148317A (en) * 1977-05-31 1978-12-23 Sony Corp Error correction unit for time axis
JPS56131272A (en) * 1980-03-18 1981-10-14 Sony Corp Time-axis correcting device

Also Published As

Publication number Publication date
FR2497047B1 (nl) 1985-03-29
CA1181165A (en) 1985-01-15
AT389608B (de) 1990-01-10
GB2090104A (en) 1982-06-30
JPS57106285A (en) 1982-07-02
JPH0125276B2 (nl) 1989-05-17
GB2090104B (en) 1984-07-18
US4443821A (en) 1984-04-17
ATA4482A (de) 1989-05-15
FR2497047A1 (fr) 1982-06-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8105783A (nl) Snelheidsfoutcompensatie-inrichting.
NL192237C (nl) Inrichting voor het weergeven van een kleurenvideosignaal uit een registratiemedium.
US4212027A (en) Time base compensator
NL7908656A (nl) Signaalbewerkingsstelsel voor een kleurentelevisie- signaal van het pal-type.
NL8302938A (nl) Inrichting voor opname van een kleurenvideosignaal.
US4680632A (en) Television display system with flicker reduction processor having burst locked clock and skew correction
US8130885B2 (en) Closed loop sub-carrier synchronization system
KR100241118B1 (ko) 영상 신호 처리 장치
KR100274527B1 (ko) 동기화 회로
US4593315A (en) Progressive scan television receiver for non-standard signals
JPH08265602A (ja) ディジタルビデオ信号の同期方法及びその方法を適用する装置
NL8503346A (nl) Werkwijze en schakelinrichting voor het omzetten van een videosignaal.
JPS63184491A (ja) 反復性及びランダム速度誤差を分離し個別に補正するための方法及び装置
JPS60109982A (ja) 情報信号の時間軸成分を再発生するための装置
NL8902579A (nl) Schakeling in een beeldweergeefinrichting met een videosignaalverwerkingsschakeling en een lijnsynchroniseerschakeling.
JPH0421392B2 (nl)
NL8101437A (nl) Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen.
JP2711392B2 (ja) テレビジョン信号の時間軸圧縮装置
US20060087589A1 (en) Video signal processing
KR940009585B1 (ko) 시간축 오차 보정장치의 제어신호 발생회로
JPH03273791A (ja) 時間軸補正装置
JPS61195091A (ja) 時間軸処理装置のクロツク信号発生回路
JPH01166689A (ja) ビデオディスクプレーヤの信号処理回路
JPH07298290A (ja) 動き検出回路
JPS63269878A (ja) テレビジヨン信号記録再生方式

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed