NL8101437A - Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen. Download PDF

Info

Publication number
NL8101437A
NL8101437A NL8101437A NL8101437A NL8101437A NL 8101437 A NL8101437 A NL 8101437A NL 8101437 A NL8101437 A NL 8101437A NL 8101437 A NL8101437 A NL 8101437A NL 8101437 A NL8101437 A NL 8101437A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
color television
luminance
chrominance
component
Prior art date
Application number
NL8101437A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Ampex
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ampex filed Critical Ampex
Publication of NL8101437A publication Critical patent/NL8101437A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N9/00Details of colour television systems
    • H04N9/79Processing of colour television signals in connection with recording
    • H04N9/87Regeneration of colour television signals
    • H04N9/88Signal drop-out compensation
    • H04N9/882Signal drop-out compensation the signal being a composite colour television signal
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N9/00Details of colour television systems
    • H04N9/79Processing of colour television signals in connection with recording
    • H04N9/87Regeneration of colour television signals
    • H04N9/88Signal drop-out compensation
    • H04N9/888Signal drop-out compensation for signals recorded by pulse code modulation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Processing Of Color Television Signals (AREA)
  • Television Signal Processing For Recording (AREA)

Description

i i
J
VO 1726
Werkwijze en inrichting voor uitvalcompehsatie bij kleurentelevisie-signalen.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen, waarbij zowel de luminantie- als chrominantiecomponent met in hoofdzaak één horizontale regelperiode worden vertraagd, welke werkwijze en in-5 richting geschikt zijn om te worden toegepast bij zowel analoge als digitale signaalstelsels. Zoals bekend worden televisiesignaaluitval-compensatoren toegepast om een ontbrekend gedeelte van het informa-tiesignaal te vervangen, dat is "uitgevallen" tengevolge van een onvoorspelbare momentane onjuiste werking van het stelsel. Wanneer 10 b.v. het televisiesignaal wordt geregistreerd en vervolgens uit een registratiemedium wordt weergegeven, kan een uitval optreden tengevolge van zeer kleine defecten van het registratiemedium. Wanneer dergelijke uitvallen in het televisiesignaal zich voordoen storen zij het beeld zichtbaar. Derhalve worden uitvalcompensatoren ge-15 bruikt om de invloed van uitvallen voor de waarnemer te elimineren.
Een overzicht van bekende televisie-uitvalcompensatoren vindt men in de Amerikaanse octrooiaanvrage Serial No.88719 waarin een digitale kleurentelevisiesignaaluitvalcompensator is beschreven. In het algemeen wordt bij de bekende uitvalcompensatoren gebruik ge-20 maakt van een RF omhullende niveaudetector, die het amplitudeniveau van de gemoduleerde televisiesignaaldraaggolf controleert om uitvallen in het televisiesignaal te detecteren. Men gebruikt een vertra-gingslijn om het binnenkomende televisiesignaal continu te vertragen. Wanneer een uitval in het oorspronkelijke signaal wordt gede-25 tecteerd, wordt het vertragingssignaal als een uitvalcompensatie- signaal toegevoerd ter vervanging van het ontbrekende gedeelte van de televisiesignaalinformatie. Meer in het bijzonder wordt een schakelaar in de kleurentelevisiesignaalbaan zodanig bestuurd, dat het binnenkomende kleurentelevisiesignaal resp. het vertraagde uit- 8101437 ï .* - 2 - valcompensatiesignaal in responsie op een stuursignaal uit de uit-valdetector wordt toegevoerd. Het kleurentelevisiesignaal wordt met één horizontale regelperiode vertraagd en de chrominantiecompo-nent wordt zodanig ingesteld, dat de fase daarvan bij opeenvolgen-5 de televisieregels wordt omgekeerd. Hen verkrijgt b.v. een fase instelling van de afgescheiden chrominantiecomponent van het uitval-compensatiesignaal door de chrominantiecomponent met nog een tele-visieregelperiode te vertragen of men keert de afgescheiden chrominantiecomponent bij opeenvolgende televisieregels om in afhankelijk-10 heid van het bepaalde kleurentelevisiesignaalstelsel, zoals op zichzelf bekend is.
Er doet zich evenwel bij het bovenstaande type uitvalcompen-satie een groot bezwaar voor, dat hierna zal worden toegelicht.
Het oorspronkelijke kleurentelevisiesignaal wordt gesplitst in een 15 luminantie- en een chrominantiecomponent en elke component wordt resp. in een afzonderlijke signaalbaan vertraagd en verwerkt. Daarna worden de afzonderlijk verwerkte signaalcomponenten weer met elkaar gecombineerd om als een uitvalcompensatiesignaal te worden gebruikt. Wanneer de uitval langer is dan één horizontale regel-20 periode, wordt het eerder verwerkte en opnieuw gecombineerde sa mengestelde signaal op de bovenbeschreven wijze opnieuw gesplitst en verwerkt bij elke volgende uitvalcompensatieregel. Derhalve doet zich een vervorming van regel tot regel en een progressieve \ degeneratie van het uitvalcompensatiesignaal voor. Wanneer men der-25 halve gebruik maakt van de bovenbeschreven bekende uitvalcompensa- tiemethode kan het zijn, dat het verkregen uitvalcompensatiesignaal na een paar opeenvolgende regels onacceptabel wordt. ·
De uitvinding beoogt ..derhalve te voorzien in een werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie van samengestelde kleuren-30 televisiesignalen, waarbij zich de bovenstaande bezwaren niet voor doen.
Een verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze en inrichting voor kleurentelevisiesignaaluitvalcam-pensatie waarbij opeenvolgende regels van het uitvalcompensatie-35 signaal worden verkregen uit hetzelfde gedeelte van het oorspronke- 8101437 * * - 3 - lijke kleurentelevisie-informatiesignaal, dat onmiddellijk aan de uitval voorafgaat.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een uitvalcompensatiemethode en -inrichting, waarbij hetzelfde gedeel-5 te van het oorspronkelijke samengestelde kleurentelevisiesignaal wordt ópgeslagen in een geheugen, uit welk signaalgedeelte opeenvolgende regels van een uitvalcompensatiesignaal worden afgenomen en welk opgeslagen oorspronkelijke signaal ongewijzigd blijft terwijl de uitvalcompensatie plaats vindt.
10 Weer een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een kleurentelevisiesignaaluitvalcompensatiemethode en -inrichting, waarbij zowel de luminantie- als de chrominantiecomponent van het oorspronkelijke signaal met in hoofdzaak één televisieregel interval worden vertraagd.
15 De uitvinding beoogt voorts te voorzien in een werkwijze en inrichting voor kleurentelevisiesignaaluitvalcompensatie, die geschikt is om bij zowel analoge als digitale kleurentelevisiesig-naalstelsels te worden toegepast.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een 20 werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie van samengestelde kleurentelevisiesignalen, geschikt om te worden toegepast bij bekende televisiesignaalstelsels, zoals NTSC, PAL, PAL-M, enz.
Een verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie van samengestelde 25 kleurentelevisiesignalen, welke geschikt is om te worden toegepast bij uitvoeringsvormen waarin van het signaal steekproeven worden genomen met een frequentie, die gelijk is aan een geheel veelvoud, groter dan 2, van de kleuronderdraaggolffrequenties.
Daartoe voorziet de uitvinding in een werkwijze waarbij zo-30 wel de chrominantie- als luminantiecomponenten van het samengestel de kleurentelevisiesignaal worden opgeslagen gedurende een periode, welke gelijk is aan één horizontale regelperiode, en de opgeslagen informatie in responsie op een uitvalsignaal wordt rondgevoerd.
De werkelijke vertragingslengte van de chrominantiecomponent wordt 35 geregeld door de fase van het kleursalvosignaal teneinde een ver- 8101437 - 4 - * 9 traagde chrominantiecomponent te verschaffen, die tijdens opeenvolgende horizontale regelperioden in fase is met de kleursalvocom-ponent. De werkelijke vertragingslengte van de luminantiecomponent wordt zodanig geregeld, dat een luminantiecomponent wordt verkre-5 gen, die tijdens: opeenvolgende horizontale regelperioden syn chroon is met de horizontale regelsynchronisatiecomponent van het samengestelde kleurentelevisiesignaal. De respectieve vertraagde chrominantie- en luminantiecomponenten worden gecombineerd voor het vormen van een samengesteld uitvalcompensatiesignaal, dat op 10 zijn beurt wordt gebruikt ter vervanging van het samengestelde kleurentelevisiesignaal wanneer een uitval aanwezig blijkt te zijn.
De kleurentelevisiesignaaluitvalcompensator volgens de uitvinding is voorzien van circulatieopslagorganen om zowel de lumi-nantie- als chrominantiecomponenten van een binnenkomend samenge-15 steld kleurentelevisiesignaal met in hoofdzaak één horizontale re- gelperiode in responsie op een uitvalbesturingssignaal te vertragen. Eerste besturingsorganen besturen in responsie op de kleursalvor.-. component de werkelijke vertraging van de chrominantiecomponent voor het verschaffen van een vertraagde chrominantiecomponent, die 20 tijdens opeenvolgende horizontale regelperioden in fase is met de kleursalvooomponent;;.Tweede besturingsorganen besturen in responsie op de horizontale regelsynchronisatiecomponent de werkelijke vertraging van de luminantiecomponent voor het verschaffen van een vertraagde luminantiecomponent, die synchroon is met de horizontale 25 regelsynchronisatiecomponent. Signaalcombinatieorganen dienen om de respectieve vertraagde luminantie- en chrominantiecomponenten te combineren voor het verschaffen van een samengesteld uitvalcompensatiesignaal. Schakelorganen voeren in responsie op het uitvalbesturingssignaal selectief het binnenkomende kleurentelevisiesig-30 naai of het samengestelde uitvalcompensatiesignaal aan een uitgang van de uitvalcompensator toe.
De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont: fig.la en lb een voorkeursmethode voor het verschaffen van 35 een uitvalcompensatiesignaal volgens de uitvinding; 8101437 - 5 - fig.2 een functioneel blokschema van een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding; fig.3a en 3b een andere voorkeursmethode volgens de uitvinding; 5 fig.4 de werking van de inrichting volgens fig.2; fig.5 een functioneel blokschema van een andere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding; fig.6 de werking van de inrichting volgens fig.5; fig.7 een functioneel blokschema van weer een andere voor-10 keursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding; en fig.8a - 8h opeenvolgende delen van een gedetailleerd schema, overeenkomende met het blokschema van fig.7.
Thans zal een voorbeeld van een voorkeursuitvalcompensatie-methode volgens de uitvinding onder verwijzing naar fig.la en lb 15 warden beschreven. In fig.la' vindt men een sinusgolf W1, welke een kleuronderdraaggolfsignaalgolfvorm voorstelt, aanwezig in de chrominantiecomponent van een samengesteld kleurentelevisiesignaal.
De golfvorm W1 omvat opeenvolgende steekproeven IA, 2A, 3A enz., genomen bij equidistante steekproefperioden, welke kunnen worden 20 verkregen door steekproeven te nemen van het oorspronkelijke kleu rentelevisiesignaal. Bij dit bepaalde voorbeeld worden de bovenstaande steekproeven verkregen door van een samengesteld NTSC-kleurentelevisiesignaal een steekproef te nemen bij een frequentie, die gelijk is aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaalfrequentie d.w.z.
25 bij 3 x 3,58 MHz = 10,74 MHz. De verkregen steekproeven kunnen in digitale vorm worden gecodeerd door een analoog-digitaalcodeerinrich-ting onder gebruik van b.v. pulscodemodulatie iPCM), waarbij elke individuele code of steekproef overeenkomt met een bepaalde amplitu-dewaarde van het oorspronkelijke analoge signaal op een bepaald 30 steekproefmoment. Bij wijze van voorbeeld is de onderdraaggolfvorm W1 aangegeven als optredende tijdens een bepaald televisieregelinter-val A1. Het is bij een NTSC-televisiesignaalstelsel bekend, dat een onderdraaggolfvorm W2 van een volgend televisieregelinterval B1 een fase heeft, tegengesteld aan die van W1, als aangegeven in fig.
35 la. Indien derhalve een uitval optreedt b.v. nadat de oorspronkelij ke televisieregel A1 is ontvangen en met één televisieregelperiode 8101437 * * - 6 - is vertraagd voor het daaropvolgend gebruik als een uitvalcompensa-tiesignaal ter vervanging van de "uitgevallen” regel B1, zou de vertraagde regel A1 een ongewenste faseverschuiving van 180° ten opzichte van B1 vertonen. Derhalve moeten de steekproeven IA, 2A, 5 3A enz. van het vertraagde W1-signaal over ls steekproefinterval worden verschoven om dezelfde fase te verkrijgen als die van de overeenkomstige steekproeven 2B, 3B, enz. van de golfvorm W2, als aangegeven in fig.la. Derhalve moet b.v. de steekproef IA ten opzichte van de overeenkomstige steekproef 2B en op een overeenkomsti-10 ge wijze de steekproef 2A ten opzichte van de steekproef 3B enz.
met ls steekproefinterval worden verschoven.
Bij de voorkeursmethode van de uitvinding wordt de boven aangegeven faseverschuiving van het kleuronderdraaggolfsignaal bij opeenvolgende regels verkregen door de vertraging van één horizon- 15 tale regel van het televisiesignaal afwisselend te vergroten of te verkleinen met een vertraging, overeenkomende met ls steekproefpe- riode. Dit laatste vindt men in figjla, waarin is aangegeven, dat de steekproef 3B van regel B1 wordt verkregen door de steekproef 2A van de onmiddellijk voorafgaande oorspronkelijke televisieregel 20 A1 met één horizontale regelperiode, vergroot met Is steekproefpe- riode, te vertragen. Een stippellijn CH1, welke overeenkomstige steekproeven 3B en 2A met elkaar verbindt, illustreert dit. Fig.lb toont de onderdraaggolfvorm W2 van regel B1, gevolgd door de golf- vorm W3 van een daaropvolgende regel A2. Fig.lb illustreert een 25 voorbeeld, waarbij regel B1 de laatst ontvangen oorspronkelijke televisiesignaalregel is en regel A2 de eerste uitvalcompensatie- ✓ regel is. Zoals uit fig.lb blijkt, wordt de steekproef IA van de onderdraaggolfsignaalgolfvorm W3 verkregen door de steekproef 2B van golfvorm W2 te vertragen met één horizontale regelperiode ver-30 minderd met een tijdinterval, overeenkomende met Is steekproefperio- de. De stippellijn CH2, die overeenkomstige steekproeven IA en 2B met elkaar verbindt, geeft dit aan.
Wanneer evenwel de boven beschreven uitvalcompensatiemetho-de wordt gebruikt, wordt zowel de chrominantie- als de luminantie-35 component van het uitvalcompensatiesignaal verschoven met Ιέ 8101437 i * - 7 - steekproefperiode ten opzichte van de voorafgaande oorspronkelijke kleurentelevisiesignaalregel. Zoals bekend, bestaat tegen een dergelijke faseverschuiving van de chrominantiecomponent geen bezwaar aangezien het voor het verkrijgen van een kleursignaal met goede 5 kwaliteit voor uitvalcompensatie essentieel is de regel-tot-regel- fase van de chrominantiecomponentsteekproeven zo dicht mogelijk op de vereiste fase te onderhouden. Daarentegen is de boven aangegeven verplaatsing bezwaarlijk voor de luminantiecomponent, voor welke het essentieel is de kleinst mogelijke horizontale regel-tot-10 regelverplaatsing van steekproeven op het televisiebeeldscherm ten opzichte van het oorspronkelijke signaal te onderhouden.
Er wordt in dit verband op gewezen, dat ter afkorting ’'uitvalcompensatie’' hierna zal worden aangeduid met "DOC” en "uitval" met DO".
15 Om het boven besproken bezwaar te elimineren voorziet de voorkeursuitvalcompensatiemethode volgens de uitvinding in de hierna te beschrijven regel-voor-regelinstelling van de luminantiecom-ponentverplaatsing.
Wanneer de vertraging van één horizontale regel van het oor-20 spronkelijke televisiesignaal met ls steekproefperiode wordt ver groot, voor een uitvalcompensatie, zoals boven onder verwijzing naar fig.la is besproken, wordt de luminantiecomponentvertraging met één steekproefperiode verkleind. En derhalve wordt de horizontale verplaatsing van de luminantiecomponentsteekproef ten opzich-25 te van een overeenkomstige steekproef van een voorafgaande oorspron kelijke televisiesignaalregel van I5 steekproefperiode tot een halve steekproefperiode gereduceerd. Dit is in fig.la aangegeven door de stippellijn L1, die overeenkomstige steekproeven 3B en 3A met elkaar verbindt. Dp een analoge wijze wordt voor het verkrijgen van 30 de bovenstaande reductie in de luminantiecomponentverplaatsing, in het geval, dat de vertraging van één horizontale regel van het oorspronkelijke televisiesignaal met l\ steekproefperiode wordt verlaagd, zoals boven is beschreven onder verwijzing naar fig.lB, de luminantiecomponentvertraging met één steekproefperiode vergroot.
35 Het laatste is in fig.lb weergegeven door de stippellijn L2, die 8101437 * i - 8 - overeenkomstige steekproeven IA en 1B met elkaar verbindt. Uit fig.la blijkt, dat de luminantiecomponent van de steekproef 3B van de uitvalcompensatieregel B1 wordt verkregen door de steekproef 3A van regel A1 te vertragen met één horizontale regelperiode vergroot 5 met slechts een halve steekproefperiode, als weergegeven bij regel L1. Op een soortgelijke wijze is in fig.lB door de lijn L2 aangegeven, dat de luminantiecomponent van de steekproef IA wordt verkregen door de steekproef 1B van regel B1 te vertragen met één horizontale regelperiode verminderd met slechts een halve steekproef-10 periode. In beide gevallen blijft evenwel de vertraging van de res pectieve chrominantiecomponenten ongewijzigd d.w.z. verplaatst met ls steekproefperiode, zoals gewenst is en zoals boven reeds is toegelicht.
Meer in het bijzonder worden de bovenstaande kenmerken van 15 de voorkeursmethode volgens de uitvinding als volgt verkregen: Eén horizontale regel van het oorspronkelijke samengestelde kleu-rentelevisiesignaal wordt continu in een geheugen opgeslagen. De vertragingsléngte van het opgeslagen samengestelde signaal wordt in responsie op de_regel-voor-regelfase van de kleursalvocomponent 20 van het oorspronkelijke kleurentelevisiesignaal bestuurd. Het re sulterend vertraagde samengestelde signaal wordt in de luminantie-en chrominantiecomponent daarvan gesplitst en de vertragingslengte van de luminantiecomponent wordt in tegengestelde richting ten opzichte van de vertraagde chrominantiecomponent gemoduleerd met een 25 geheel aantal steekproefperioden. Ten opzichte van het boven be schreven bepaalde in fig.la en lb weergegeven voorbeeld, wordt het samengestelde kleurentelevisiesignaal met één horizontale regelperiode vertraagd, welke vertraging wordt gemoduleerd met ^ Ιέ steek-proefperiode, overeenkomende met een halve kleuronderdraaggolfsig-30 naalperiode, bij opeenvolgende regels. Daarnaast wordt de vertra gingslengte van de afgescheiden luminantiecomponent regel voor regel met +_ 1 steekproefperiode gemoduleerd, in tegengestelde zin ten opzichte van de modulatie van het vertraagde samengestelde kleurentelevisiesignaal, teneinde de regel-voor-regel-luminantie-35 componentverplaatsing te reduceren.
8101437 φ - 9 -
Ter illustratie van het bovenstaande zal thans een voorkeurs-uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding onder verwijzing naar het blokschema, weergegeven in fig.2, worden beschreven. Bij de ingangsklem 12 wordt een samengesteld kleurentelevisie-5 signaal ontvangen, dat aan de eerste ingang 20 van een eerste tweewegschakelaar 1 wordt toegevoerd. Bij dit bepaalde voorbeeld wordt het televisiesignaal ontvangen in digitale vorm, b.v. verkregen door het kleurentelevisiesignaal met een bekende NRZ-code te coderen, zoals reeds onder verwijzing naar fig.la en lb is ver-10 meld. Een stuursignaal, dat de aanwezigheid van een uitval aan- geeft, wordt bij een besturingsklem 23 b.v. uit een niet afgebeelde normale uitvaldetector ontvangen.
Een geschikte uitvaldetector kan van het gebruikelijke draag-golfoontroletype zijn, welke detector een stuursignaal levert wan-15 neer de RF-omhullende van de gemoduleerde televisiesignaaluitval onder een vooraf bepaald niveau is gelegen, zoals b.v. is beschreven in AVR-2 Videotape Recorder, Theory of Operation, Catalog No. 1809179-01, november 1977, Ampex Corporation, pag.5-31 tot 5-33.
De besturingsklem 23 is gekoppeld met een besturingsingang 24 van 20 de eerste schakelaar 1 en voorts met de besturingsingang 29 van een tweede schakelaar 2. De uitgang 25 van de schakelaar 1 is gekoppeld met een uitgangsklem 13 van de uitvalcompensatorketen en met de eerste ingang 26 van de schakelaar 2. De uitgang 27 van de schakelaar 2 is via een bestuurde vertragingslijn 3 en een compen-25 serende vaste vertragingslijn 4 gekoppeld met een tweede ingang 28 van de schakelaar 2. De elementen 2, 3 en 4 vormen tezamen een circulatiegeheugenketen 44, welke later meer gedetailleerd zal worden toegelicht. Een besturingsklem 30 is gekoppeld met een besturingsingang 31 van de bestuurde vertragingslijn 3. De uitgang 32 30 van de vertragingslijn 3 is gekoppeld met een ingang 33 van een filter 5 en via een compenserende vaste vertragingslijn 6 met een eerste ingang 35 van een verschilketen 7. De compenserende vertra-gingslijnen 4 en 6 worden resp. gebruikt voor het compenseren van ketenvertragingen in de kleurentelevisiesignaalbaan, zoals later 35 zal worden beschreven. Een uitgang 34 van het filter 53is gekoppeld 8101437 \ - 10 - met een tweede ingang 36 van de verschilKeten 7, evenals met een eerste ingang 37 van een derde tweewegschakelaar 10, en tevens via een vaste vertragingslijn 9 met een tweede ingang 38 van de schakelaar 10. Een besturingsklem 43, welke Ben besturingssignaal HS/2 5 ontvangt, is met een besturingsingang 44 van de derde schakelaar 10 gekoppeld. Een uitgang 39 van de schakelaar 10 is gekoppeld met een eerste ingang 40 van een signaalcombinatieketen 11. Met een tweede ingang 41 van de keten 11 is via een vaste vertragingslijn 8 een uitgang 45 van de signaalverschilketen 7 gekoppeld. Een uit-10 gang 42 van de signaalcombinatieketen 11 is gekoppeld met een twee de ingang 21 van de eerste tweewegschakelaar 1.
Men dient zich voor ogen te houden, dat de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvorm volgens fig.2 evenals de later te beschrijven respectieve uitvoeringsvormen volgens fig.5 en 7 alle 15 respectieve digitale uitvalcompensatoren volgens de uitvinding voor stellen, waarin digitale informatie met grote snelheid wordt verwerkt. Derhalve kunnen de verschillende in deze respectieve functionele blokschema's afgebeelde elementen worden ontworpen als normale digitale ketens, waarin de informatie met grote snelheid op een 20 nauwkeurige wijze wordt geklokt bij de steekproeffrequentie, gelijk aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaalfrequentie d.w.z. bij 3 x 3,58 sf 10,74 MHz, terwijl het kloksignaal in frequentie en fase is vergrendeld met de kleuronderdraaggolfcomponent van het televisiesignaal waarvan steekproeven worden genomen. Derhalve zal hierna 25 steeds worden gesproken over de steekproeffrequentie en de klokfre quentie. Terwille van de eenvoud is de kloksignaalbaan in de boven besproken figuren niet aangegeven doch men vindt deze wel in het gedetailleerde schema van fig.8a - 8h, overeenkomende met het blók-schema van fig.7, welk gedetailleerd schema later zal worden be-30 schreven.
Thans zal de werking van de in blokschemavorm in fig.2 afgebeelde voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding worden toegelicht. Een digitaal NTSC-kleurentelevisiesignaal in de vorm van discrete informatie, welke opeenvolgende steekproeven voorstelt, 35 wordt continu bij de ingangsklem 12 ontvangen en aan de eerste in- 8101437 - 11 - gang 20 van de schakelaar 1 toegevoerd. Wanneer het stelsel normaal werkt d.w.z, geen uitval in het binnenkomende signaal wordt gedetecteerd, bevindt de schakelaar 1 zich in de eerste positie daarvan, als aangegeven, waarbij het ingangssignaal bij 20 wordt ont-5 vangen en het signaal via de uitgang 25 aan de uitgangsklem 13 van de uitvalcompensator wordt toegevoerd en derhalve het signaal ook via de ingang 26 en de uitgang 27 van de schakelaar 2 aan de bestuurde vertragingslijn 3 wordt toegevoerd. De vertragingslijn 3 heeft een vertragingslengte, gelijk aan één horizontale regelperio-10 de verminderd met ketenvertragingen in de kleurentelevisiesignaal- baan, zoals later zal worden besproken.
Het vertraagde samengestelde signaal uit de vertragingslijn 3 wordt toegevoerd aan het filter 5, dat b.v. van het type kan zijn, beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage 15 of welk filter als een bekend digitaalkamfilter kan zijn uitge-- voerd. Het filter 5 scheidt de luminantiecomponent van het samengestelde kleurentelevisiesignaal op bekende wijze. De aan de uitgang 34 van het filter 5 optredende afgescheiden luminantiecomponent wordt toegevoerd aan de ingang 36 van de verschilketen 7. Aan 20 de andere ingang 35 van de keten 7 wordt het samengestelde kleuren televisiesignaal uit de·uitgang 32 van de vertragingslijn 3 via de compenserende vaste vertragingslijn 6 toegevoerd. De verschilketen 7 levert aan de uitgang 45 daarvan een verschilsignaal van de twee signalen, die aan de respectieve ingangen daarvan worden 25 ontvangen. Het resulterende verschilsignaal stelt de afgescheiden chrominantiecomponent van het kleurentelevisiesignaal voor, De vertragingslijn 6 compenseert de door het filter 5 verschafte ketenvertraging teneinde een ongewenste relatieve faseverschuiving in de respectieve signaalbanen van de signalen, die achtereenvolgens 30 in de verschilketen 7 worden verwerkt, te elimineren.
Bij de bekende relatie van de kleuronderdraaggolfsignaal-frequentie fgc en de horizontale regelfrequentie f van NTSC-sig-nalen f » 227,5 f^, wordt bij deze bepaalde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding een niet-geheel aantal steekproeven, gelijk aan 35 3 x 227,5 * 682,5 klokperioden binnen één horizontale regelperiode verkregen. Voor verduidelijking en vereenvoudiging van de toelich- 8101437 4 * - 12 - ting zal bij de hierna volgende omschrijving geen rekening worden gehouden met een compensatie van ketenvertragingen, die door de vertragingslijn 3 worden verschaftj deze zullen evenwel later worden toegelicht. In verband hiermede zal de bestuurde vertragings-5 lijn 3 worden beschouwd als een lijn met een vaste vertragingsleng- te, gelijk aan één horizontale regelperiode, voorgesteld door 682.5 klokperioden. Het toevoeren aan en het afvoeren van de steekproeven aan en uit de vertragingslijn 3 wordt bestuurd door het besturingssignaal CB, dat op de klem 30 wordt ontvangen, welk sig- 10 naai synchroon is met de kleursalvocomponent van het kleurentelevi- siesignaal tijdens elke horizontale regel. Het laatstgenoemde besturingssignaal wordt toegevoerd aan de besturingsingang 31 van de vertragingslijn 3; het signaal wordt op een bekende wijze afgeleid uit de kleursalvosynchronisatiecomponent van het binnenkomende 15 televisiesignaal. Zoals reeds is vermeld, komt bij deze bepaalde uitvoeringsvorm één periode van het kleursalvosignaal overeen met drie steekproefperioden, gelijk aan drie klokperioden. Derhalve stelt de relatieve regel-voor-regel-faseverschuiving van 180° van de kleursalvocomponent een vertraging van _+ 1| steekproefperioden 20 voor d.w.z. + Ιέ klokperioden. Derhalve levert de bestuurde vertra gingslijn 3rafwisselende vertragingen van het samengestelde kleurentelevisiesignaal, gelijk aan 882,5 +.1,5 = 684 klokperioden en 682.5 - 1,5 681 klokperioden bij opeenvolgende regels. Laatstgenoemde werking kan worden omschreven als een modulatie van de vaste 25 vertragingslengte van het in de vertragingslijn 3 opgeslagen samen gestelde kleurentelevisiesignaal tijdens opeenvolgende televisie-regelperioden door de fase van de kleursalvocomponent·. Het is duidelijk, dat de gemiddelde signaalvertraging tijdens een aantal opeenvolgende regels 682,5 klokperioden benadert, hetgeen gelijk is aan 30 de oorspronkelijke periode van één horizontale regel.
Uit de bovenstaande omschrijving volgt, dat de vertragingslijn 3 volgens fig.2 door een besturingssignaal CB synchroon met de kleursalvocomponent wordt bestuurd, welk signaal bij de klem 30 wordt ontvangen voor het verschaffen van een vertraagd samengesteld 35 kleurentelevisiesignaal waarvan de kleuronderdraaggolfcomponent 81 01 4 37 - 13 - tijdens elke opeenvolgende regel in fase is met de kleursalvocompo-nent* zoals boven gedetailleerd onder verwijzing naar fig.la en lb is beschreven.
Zoals eveneens onder verwijzing naar fig.la en lb is be-5 schreven, is het gewenst, dat de luminantiecomponentsteekproeven van het uitvalcompensatiesignaal volgens de uitvinding worden verwerkt om de horizontale verplaatsing van respectieve steekproefpo-sities bij opeenvolgende regels van het televisiescherm tot een minimum terug te brengen. Thans zal de regel-voor-regelinstelling 10 van de door de inrichting volgens fig.2 verschafte luminantiecompo- nentvertraging om het bovenstaande te bereiken, worden beschreven. Zoals boven is toegelicht, wordt bij deze voorkeursuitvoeringsvorm de luminantiecomponent in het filter 5 gescheiden van het samengestelde signaal met een gemoduleerde vertraging. De vertragingsleng-15 te van de vertraagde afgescheiden luminantiecomponent wordt verder door een _+ 1 klokperiode in tegengestelde richting ten opzichte van de bovenbeschreven modulatie van de samengestelde kleurentele-visiesignaalvertraging gemoduleerd. Hiertoe wordt de vertraagde afgescheiden chrominantiecomponent bij de uitgang 45 van de verschil-20 keten 7 door de constante vertragingslijn 8 met nog één klokperiode vertraagd. Tegelijkertijd wordt de vertraagde afgescheiden luminantiecomponent bij de uitgang 34 van het filter 5 tijdens afwisselende televisieregelperioden door de vaste vertragingslijn 9 met nogmaals twee klokperioden vertraagd. De afgescheiden vertraagde lumi-25 nantiecomponent uit het filter 5 wordt direct toegevoerd aan de eer ste ingang 37 van de tweewegschakelaar 10, terwijl de component ook via de verdere vertragingslijn 9 aan de tweede ingang -38 van de schakelaar 10 wordt toegevoerd. De schakelaar 10 wordt bestuurd door het besturingssignaal HS/2, dat op de klem 43 wordt ontvangen en 30 een frequentie heeft, die gelijk is aan de helft van de horizontale regelfrequentie. Het signaal HS/2 wordt afgenomen uit de horizontale regelsynchronisatiecomponent van het binnenkomende kleurentele-visiesignaal, dat bij de ingangsklem 12 wordt ontvangen. Bij de respectieve voorkeursuitvoeringsvormen volgens de uitvinding, welke 35 hier worden beschreven, worden de respectieve besturingssignalen 81014 3 7 - 14 -
HS/2 in frequentie en in fase met de horizontale regelsynchronisa-tiecomponent van het binnenkomende kleurentelevisiesignaal en ook met de fase van de kleursalvocomponent vergrendeld. Tijdens de uitvalcompensatie, wanneer het samengestelde televisiesignaal niet 5 wordt ontvangen, worden de respectieve besturingssignalen CB, HS
of HS/2 synchroon met de respectieve synchronisatiecomponenten van het ontbrekende televisiesignaal opgewekt onder gebruik van een · niet afgebeelde vliegwielsignaalgenerator, waarbij het signaal in frequentie en in fase met het kleurentelevisiesignaal is vergren-10 deld. Uit het bovenstaande blijkt, dat de resulterende vertraging van de luminantiecomponent met ^ 1 klokperiode-vertraging ten opzichte van de chrominantiecomponentvertraging wordt gemoduleerd. Hierdoor wordt de vertragingslengte van de luminantiecomponent van het uitvalcompensatiesignaal bij opeenvolgende horizontale regels 15 ingesteld in responsie op de horizontale regelsynchronisatiecompo- nent teneinde de. horizontale regel-voor-regelverschuiving van steekproeven tijdens de uitvalcompensatie tot een minimum terug te brengen.
De respectieve vertraagde luminantie- en chrominantiecompo-20 nenten worden in de optelinrichting 11 gecombineerd en de gecombi neerde signalen aan de uitgang 42 van de optelinrichting 11 stellen het samengestelde uitvalcompensatiesignaal voor, dat aan de ingang 21 van de eerste schakelaar 1 wordt toegevoerd. Laatstgenoemd signaal is continu aanwezig om voor uitvalcompensatie te 25 worden gebruikt in responsie op een uitvalcompensatiebesturingssig- naal DO, dat bij de besturingsklem 23 wordt ontvangen, zoals boven is toegelicht.
Bij ontvangst van een besturingssignaal DO bij de klem 23, hetgeen erop wijst, dat in het bij 12 binnenkomende televisiesig-30 naai een uitval aanwezig is, wordt de schakelaar 1 zodanig beïn vloed, dat van ingang 20 naar 21 wordt omgeschakeld, terwijl de schakelaar 22 vab 26 naar 28 wordt omgeschakeld. Derhalve zal de schakelaar 1 aan de uitgangsklem 13 het uitvalcompensatiesignaal toevoeren, dat aan de ingang 21 van de schakelaar is ontvangen 35 en welk signaal door de keten volgens fig.2 wordt geleverd, zoals 8101437 - 15 - boven is beschreven. Anderzijds zal de schakelaar 2 de circulatie-geheugenketen 44 sluiten en derhalve een circulatie van de laatst ontvangen regel van de televisiesignaalinformatie onmiddellijk voorafgaande aan de uitval bewerkstelligen, waarbij dit signaal in 5 de vertragingslijnen 3 en 4 is opgeslagen. In verband daarmede zal de boven aangegeven oorspronkelijke kleurentelevisiesignaalregel in het geheugen 44 circuleren totdat de uitval is geëlimineerd en het besturingssignaal DO bij 23 wordt onderbroken. Tijdens de uit-valcompensatie wordt het uitgangssignaal bij 32 uit het geheugen IQ 44 door de uitvalcompensatorketen volgens fig.2 op de eerder be schreven wijze in plaats van het binnenkomende kleurentelevisie-signaal verwerkt.
Zoals boven beschreven, wordt de vertragingslengte van de bestuurde vertragingslijn 3 ten opzichte van de eerder beschouwde 15 periode van één horizontale regel verlaagd om ketenvertragingen in de baan waarin het samengestelde signaal wordt verwerkt, te compenseren. Indien derhalve Δ de vertraging is, die door het filter 5 in de baan van het afgescheiden luminantiesignaal wordt verschaft, en £ de extra vertraging van één klokperiode is, die in 2Q zowel de„baan van hét afgescheiden luminantiesignaal als het af gescheiden chrominantiesignaal aanwezig is, blijkt uit het blok-schema volgens fig.2, dat voor het verkrijgen van een totale vertragingslengte, die gelijk is aan één horizontale regelperiode van het samengestelde DOC-signaal, waarbij geen rekening wordt gehouden 25 met de bovenbeschreven modulatie van de vertraging door de respec tieve besturingssignalen, de vertraging van de vertragingslijn 3 moet worden verlaagd met Δ + £ . Op een soortgelijke wijze blijkt uit het bovenstaande, dat voor het verschaffen van een geheugen 44 waarvan de vertragingslijn gelijk is aan precies één horizontale 30 regelperiode, het nodig is de gecombineerde vertraging -Δ + £ in de vorm van een constante vertragingslijn 4, als aangegeven tussen de uitgang 32 en de ingang 27 van de vertragingslijn 3, op te nemen.
Zoals uit het bovenstaande blijkt, is een belangrijk voor-35 deel van de uitvinding, dat opeenvolgende regels van het uitvalcom- 8101437 - 16 - pensatiesignaal worden afgenomen uit hetzelfde gedeelte van het oorspronkelijke kleurentelevisiesignaal, dat onmiddellijk aan de uitval voorafgaat.
Een verder belangrijk voordeel is, dat het samengestelde 5 signaal in het circulatiegeheugen in de oorspronkelijke vorm van het signaal wordt opgeslagen en ongewijzigd blijft bij de regel-voor-regelverwerking van de signaalcomponenten tijdens de gehele uitvalcompensatie. Derhalve treedt geen verslechtering van het resulterende uitvalcompensatiesignaal op, zoals dit het geval is bij 10 de bekende uitvalcompensatoren. Tegelijkertijd wordt elke steek proef van de uitvalsignaalchrominantiecomponent zodanig verwerkt, dat deze dezelfde fase heeft als die van een overeenkomstige steekproef van het oorspronkelijke televisiesignaal waaruit het uitval-signaal is gevormd, terwijl de uitvalsignaalluminantiecomponent zo-15 danig wordt verwerkt, dat deze een minimale horizontale verplaat sing van steekproeven bij opeenvolgende regels bezit. Aangezien bij het bovenbeschreven voorbeeld, dat betrekking heeft op de werking van het blokschema volgens fig.2, een steekproefsnelheid is beschouwd, welke driemaal groter is dan de kleuronderdraaggolfsignaal-20 frequentie, is er een regel-voor-regelverplaatsing van de uitval- compensatiesignaalsteekproef, gelijk aan 1,5 steekproefperioden voor de chrominantiecomponent en juist 0,5 steekproefperioden voor de luminantiecomponent. Uit het bovenstaande blijkt, dat door de boven aangegeven respectieve regöL-voor-regelverplaatsing van de 25 steekproeven de eerder beschreven oogmerken, welke verband houden met een uitvalcompensatiesignaal met goede kwaliteit, worden bereikt.
De bovenstaande werking van de inrichting volgens fig.2 is weergegeven in fig.4, waarin de regel-voor-regelVerplaatsing van de luminantie- en chrominantiecomponentsteekproeven is aangegeven bij 30 opeenvolgende regels van het DQC-televisiesignaal. Een laatst ont vangen oorspronkelijke televisiesignaalregel A1, onmiddellijk voorafgaande aan de uitval, omvat opeenvolgende steekproeven 2A, 3A, 4A, 5A, enz. Uit fig.4 blijkt, dat de steekproeven 2B, 3B, 4B, enz. van de eerste DOC-regel B1, evenals alle volgende oneven DOC-regels 35 B2, B3, enz., uit de oorspronkelijke regel A1 worden verkregen op 81014 3 7 - 17 - een wijze, zoals deze boven onder verwijzing naar fig.la is beschreven. Voor een betere vergelijking zijn overeenkomstige steekproeven in de fig.la en 4 van dezelfde verwijzingen voorzien. Uit fig.4 blijkt evenwel, dat de DOC-chromlnantiecomponentsteekproeven 5 bij de tweede DOOregel A2 en alle volgende even DÜC-regels A3, A4, enz., worden verkregen door de chrominantiecomponentsteekproeven van de oorspronkelijke regel A1 met precies één horizontale regel-periode te vertragen. Derhalve zijn de respectieve chrominantiecom-ponenten van de steekproeven 3A, 4A, enz., bij even DOC-regels A2, 10 A3, enz., in fase met die van de oorspronkelijke regel A1 doch over 1,5 steekproefperioden verplaatst ten opzichte van een onmiddellijk voorafgaande oneven DOC-regel. Anderzijds zijn de luminantiecompo-nentsteekproeven van even DOC-regels A2, A3, enz., over één steek-proefperiode verschoven ten opzichte van de oorspronkelijke regel 15 A1 doch slechts over 0,5 steekproefperioden verschoven ten aanzien van een onmiddellijk voorafgaande oneven DOC-regel. Tengevolge van de boven beschreven in fig.4 afgeheelde uitvalcompensatiemathode verkrijgt men een regel-voor-regelverplaatsingspatroon van steek-proefcomponenten, waarbij lijnen CH2, L2; CH3, L3j CH4, L4j enz., 20 die overeenkomstige chrominantie- en luminantiecomponentsteekproe- ven van naast elkaar gelegen DOC-regels met elkaar verbinden, elkaar kruisen. Door dit patroon verkrijgt men de gewenste respectieve verticale regel-voor-regelverplaatsing van _+ 1,5 steekproefperioden van de chrominantiecomponent en +_ 0,5 steekproefperioden 25 van de luminantiecomponent.
De bovenstaande voorkeursmethode volgens de uitvinding voor het verschaffen van een vertraagde luminantiecomponent van het samengestelde uitvalcompensatiesignaal bij opeenvolgende televisie-regels is weergegeven in fig.3a en 3b. In fig.3a stelt een golfvorm 30 M1 een deel darluminantiecomponentrvan een oorspronkelijke kleuren- televisiesignaalregel A1 voor, die op de klem 12 door de uitvalcom-pensatieketen van fig.2 wordt ontvangen, onmiddellijk voorafgaande aan een uitval. De steekproeven IA, 2A, 3A, enz., van de golfvorm M1 worden verkregen door van het kleurentelevisiesignaal steekproe-35 ven te nemen bij een frequentie, welke gelijk is aan driemaal de 8101437 -18- kleuronderdraaggolfsignaalfrequentie, zoals boven reeds is beschreven. Bij het beschouwen van de bovenbeschreven werkwijze, welke dient voor het verschaffen van een uitvalcompensatiesignaalluminan-tiecomponent door de inrichting volgens fig2, is de luminantiecom-5 ponent van de eerste uitvalcompensatiesignaalregel B1, volgende op de oorspronkelijke regel A1 van het televisiebeeldscherm, in fig.
3a voorgesteld door M2. Het blijkt, dat de golfvorm M2 een replica van de oorspronkelijke golfvorm M1 is met uitzondering, van de steekproeven 1B, 2B, 3B enz. van M2, welke overheen halve steek-10 proefperiode in één richting b.v. naar rechts ten opzichte van de steekproeven IA, 2A, 3A, enz. van de golfvorm M1 zijn verschoven.
De golfvorm M3 van de volgende regel A2, welke golfvorm een replica is van de oorspronkelijke golfvorm M1, is evenwel ten opzichte van M2 van de regel B1 over een halve steekproefperiode verschoven 15 doch ten opzichte van de oorspronkelijke golfvorm M1 van de regel- 1A met één steekproefperiode verschoven, zoals blijkt uit de plaats van de steekproeven 2A, 3A, 4A, enz. van M3 ten opzichte van de steekproeven van de voorafgaande regels B1 resp. A1. Dit laatste effect vormt geen bezwaar voor de waarnemer aangezien slechts een 20 verplaatsing van een halve steekproefperiode in horizontale rich ting tussen respectieve steekproeven bij opeenvolgende regels wordt gezien. De bovenstaande methode maakt het mogelijk een samengesteld uitvalcompensatiesignaal te vormen waarvan de chrominantie-componentsteekproeven in horizontale richting in één richting zijn 25 verschoven, terwijl de luminantiecomponentsteekproeven daarvan in horizontale richting zijn verschoven in een richting tegengesteld aan die van een voorafgaande kleurentelevisiesignaalregel op het scherm. Dit patroon wisselt bij opeenvolgende uitvalcompensatie-regels door verandering van de bovenstaande richtingen, waardoor 30 voor de waarnemer een totaal compensatie-effect optreedt, zoals boven reeds onder verwijzing naar fig.4 is toegelicht.
Derhalve wordt de uitvalcompensatie CDOC) regel A2 gevolgd door de DOC-regel B2, welke wordt gevormd door de luminantiecompo-nentsteekproeven van de oorspronkelijke regel A1 met een halve 35 steekproefperiode in dezelfde richting als voor de regel B1 te verplaatsen en derhalve in fase daarmede is. De bovenbeschreven me- 8101437 - 19 - thode wordt op deze wijze voor alle "oneven" DQC-regels B1, B2 ...» BN herhaald, waarvan de steekproeven in horizontale richting ten opzichte van de oorspronkelijke regel A1 in één richting over een halve steekproefperiode zijn verschoven en afwisselend voor alle 5 "even” DOC-regels A2, A3, ..... AN waarvan de steekproeven in hori zontale richting over één steekproefperiode ten opzichte van de oorspronkelijke regel A2 in dezelfde richting zijn verschoven, als aangegeven in fig.3a. Het is duidelijk, dat de totale invloed van de horizontale regel-voor-regelverplaatsing van de DOC-signaallumi-10 nantiecomponent voor de waarnemer +_ 0,5 steekproefperioden is. Der halve wordt bij de bovenbeschreven werkwijze volgens de uitvinding de invloed van een horizontale verplaatsing van de DOC-signaallumi-nantiecomponent tot een minimum teruggebracht.
Fig.3b toont de luminantiecomponent van een oorspronkelijke 15 kleurentelevisieregel B1, onmiddellijk voorafgaande aan een uitval.
De golfvorm N1, die de steekproeven 1B, 2B, 3B enz. omvat, is identiek aan de golfvorm 1Ί1 behorende bij de regel A1 van fig.3a met als uitzondering, dat de steekproeven IB, 2B, enz. daarvan over een 0,5 steekproefperioden ten opzichte van de golfvorm M1 zijn 20 verschoven. Uit fig.3b blijkt, dat N1 respectieve golfvormen van alle "oneven" DOC-regels A2, A3, ..... AN na de oorspronkelijke regel B1 aangeeft. Op een soortgelijke wijze stelt N3 alle even DOC-regels B2, B3, .... BN na de oorspronkelijke regel B1 voor.
Er is een verschillbij het vormen van DQC-luminantiecomponent bij 25 opeenvolgende televisieregels, als aangegeven in fig.3a en 3b, doordat de steekproeven van de "oneven" regels ten opzichte van de oorspronkelijke regel worden verplaatst over een halve steekproef en de steekproeven van de "even” regels ten opzichte van de oorspronkelijke regel worden verplaatst over een gehele steekproef in 30 resp. tegengestelde richtingen.
Uit het bovenstaande volgt, dat de werkwijze volgens de uitvinding voor het regel-voor-regelmoduleren van zowel de chromi-nantie- als luminantiecomponentvertraging, synchroon met de kleur-salvofase, en de regel-voor-regelmodulatie van de luminantiecompo-35 nentvertraging, synchroon met de horizontale regelsynchronisatie- 8101437 ·* - 20 - component om de regel-voor-regelvertraging daarvan te verkleinen, op een relatief eenvoudige wijze wordt verkregen door een aan de kleursalvocomponent gerelateerd besturingssignaal en een aan de horizontale regelsynchronisatiecomponent gerelateerd besturings-5 signaal aan de respectieve vertragingslijnen toe te voeren. Aange zien de beide besturingssignalen CB en HS/2 met het binnenkomende televisiesignaal in frequentie en in fase zijn vergrendeld, en ook met elkaar zijn vergrendeld, kan de boven beschreven werkwijze worden gerealiseerd door de steekproefverplaatsingsrichting of fase 10 op een willekeurige wij:ze toe te wijzen aan elke uitvalcompensatie- regel naar rechts of links, beschouwd op het televisiescherm, ten aanzien van het oorspronkelijke signaal. Wanneer deze richting of fase eenmaal is toegewezen, wordt deze bij afwisselende DOC-regels onderhouden in responsie op het signaal HS/2, waarvan de frequen-15 tie gelijk is aan de helft van de horizontale regelfrequentie. Het signaal HS/2 wordt ook gebruikt om de luminantiesignaalvertraging te moduleren, zoals boven is beschreven. Tengevolge van de boven toegeliohte werkwijze verkrijgt men een uitvalcompensatiepatroon, zoals is weergegeven in fig.4.
20 In fig.5 vindt men een andere voörkeursuitvoeringsvorm van een uitvalcompensator volgens de uitvinding, welke thans zal worden beschreven. In fig.5 zijn ketenelementen, overeenkomende met die, welke onder verwijzing naar fig.2 zijn beschreven, van dezelfde verwijzingen voorzien. Een toelichting op deze elementen ten aan-25 zien van fig.5 zal niet plaats vinden om een onnodige herhaling te vermijden. Bij de uitvalcompensatieketen volgens fig.5 is het filter 5, dat de luminantiecomponent uit het samengestelde kleuren-televisiesignaal afscheidt, met de uitgang 25 van de eerste tweeweg-schakelaar 1 gekoppeld. De afgescheiden luminantiecomponent aan de 30 uitgang 34 van het filter 5 wordt toegevoerd aan de ingang 36 van de verschilketen 7 aan de andere ingang 35 waarvan het kleurentele-visiesignaal uit de uitgang 25 van de schakelaar 1 wordt toegevoerd via een compenserende vaste vertragingslijn 6. De resulterende afgescheiden chrominantiecomponent aan de uitgang 45 van de verschil-35 keten 7 wordt toegevoerd aan een eerste ingang 47 van een tweede 81 01 437 - 21 - tweewegschakelaar 14. De uitgang 50 van de schakelaar 14 is gekoppeld met een eerste besturingschrominantievertragingslijn 16 waarvan de uitgang met een tweede ingang 49 van de schakelaar 14 is gekoppeld. De vertragingslijn 16 en de schakelaar 14 stellen derhal- · 5 ve een eerste circulatiegeheugenketen 81 voor de afgescheiden chro- minantiecomponent voor. De vertragingslijn 16 wordt bestuurd door het eerder beschreven besturingssignaal, aangegeven met CB, dat op de besturingsklem 30 wordt ontvangen. De afgescheiden luminantie-component op de uitgang 34 van het filter 5 wordt voorts toegevoerd 10 aan een eerste ingang 46 van een derde tweewegschakelaar 15 en wordt vanuit de uitgang 51 van de schakelaar 15 via een tweede bestuurde luminantievertragingslijn 17 toegevoerd aan een tweede ingang 48 van de schakelaar 15. Het blijkt, dat de vertragingslijn 17 en de schakelaar 15 een tweede circulatiegeheugenketen 82 voor de 15 afgescheiden luminantiecomponent vormen. De vertragingslijn 17 wordt bestuurd door een besturingssignaal, aangegeven met HS, dat op de besturingsklem 43 wordt ontvangen. Een uitvalbesturingssig-naal DO, dat op de besturingsklem 23. wordt ontvangen, wordt aan respectieve besturingsingangen 24, 85 en 86 van de respectieve 20 schakelaar 1, 15 en 14 toegevoerd.
Tijdens het bedrijf activeert een uitvalbesturingssignaal DO, dat de aanwezigheid van een uitval in het binnenkomende samengestelde kleurentelevisiesignaal, dat bij 12 wordt ontvangen, aangeeft, de drie schakelaars 1, 14 resp. 15. Derhalve zal aan de uitgang 25 25 van de eerste schakelaar 1 een uitvalcompensatiesignaal uit de in gang 21 daarvan worden toegevoerd, welk signaal wordt geleverd door de keten van fig.5. Het bovengenoemde uitvalcompensatiesignaal wordt als volgt gevormd: Tijdens de normale werking van de keten, wanneer geen uitval aanwezig is, ontvangt het filter 5 continu het 30 digitale kleurentelevisiesignaal bij 12, welk signaal een frequen-' tie heBft die gelijk is aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaal-frequentie. De afgescheiden luminantiecomponent bij de uitgang 34 van het filter 5 wordt via de schakelaar 15 aan de luminantievertragingslijn 17 toegevoerd. De vertragingslijn 17 heeft een vertraging-.
35 lengte welke gelijk is aan één horizontale regelperiode. Derhalve 81 01 437 ’ -22 - zal in de vertragingslijn 17 op een bepaald moment van de normale werking van de keten één horizontale regel van de afgescheiden lu-minantiecomponent, verkregen uit een onmiddellijk voorafgaand gedeelte van het kleurentelevisiesignaal, dat bij de klem 12 wordt 5 ontvangen, worden opgeslagen. Het invoeren en uitvoeren van het signaal, opgeslagen in de vertragingslijn 17, wordt bestuurd door het op de klem 43 ontvangen besturingssignaal HS. Het signaal HS wordt uit de horizontale synchronisatiecomponent van het ontvangen kleurentelevisiesignaal afgenomen en is synchroon daarmede. Wat be-10 treft het bovenstaande, wordt een afgescheiden luninantiecomponent verkregen, die over één horizontale regelperiode is vertraagd en tegelijkertijd coherent is met de horizontale regelsynchronisatie-component tijdens opeenvolgende teievisieregels.
Op soortgelijke wijze ontvangt de chrominantievertragings-15 lijn 16, die ook een lengte heeft, gelijk aan één horizontale re gelperiode* continu de afgescheiden chrominantiecomponent uit de verschilketen 7 via de schakelaar 14. Derhalve zal op een bepaald moment van de normale werking van de keten één horizontale regel van de afgescheiden chrominantiecomponent worden opgeslagen in de 20 chrominantievertragingslijn 16, waarbij dit gedeelte van de chromi nantiecomponent overeenkomt met dat van de afgescheiden luminantie-component, dat tegelijkertijd in de luminantievertragingslijn 17 is opgeslagen. Het invoeren en afvoeren van de in de vertragingslijn 16 opgeslagen chrominantiecomponent wordt bestuurd door het 25 besturingssignaal CB, dat op de klem 30 wordt ontvangen, welk sig naal afkomstig is uit de kleursalvosynchronisatiecomponent van het op de klem 12 ontvangen kleurentelevisiesignaal. Door' de chrominan-tievertragingslijn 16 door het. besturingssignaal CB te besturen, verkrijgt men een afgescheiden chrominantiecomponent, die over-één 30 horizontale regelperiode is vertraagd en tegelijkertijd in fase is v met de kleursalvocomponent tijdens opeenvolgende teievisieregels.
Zoals aangegeven in fig.5 worden de respectieve vertraagde afgescheiden luminantie- en chrominantiecomponenten in de signaal-combinatieketen 11 gecombineerd en wordt het gecombineerde signaal 35 aan de uitgang 42 van de keten 11 toegevoerd aan de tweede ingang 8101437 - 23 - 21 van de eerste schakelaar 1, zoals boven is beschreven. Het signaal bij 21 stelt het uitvalcompensatiesignaal voor, dat door de inrichting volgens fig.5 wordt gebruikt wanneer een uitvalbestu-ringssignaal DO wordt ontvangen.
5 Wanneer een uitval aanwezig is, sluiten de door het signaal DO bestuurde schakelaars 14 en 15 de respectieve circulatiegeheu-genketens 81, 82. Derhalve circuleren de afgescheiden luminantie-en chrominantiecomponent beide in de respectieve circulatiegeheugen-ketens daarvan, en wel synchroon, onder bestuur van het eerder ge-10 noemde kloksignaal bij een frequentie, die gelijk is aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaalfrequentie.
Uit het bovenstaande volgt, dat de voorkeursuitvoeringsvorm van de keten volgens fig.5 ten opzichte van de keten volgens fig.2 het voordeel heeft, dat geen extra modulatie van de vertraagde af-15 gescheiden luminantiecomponent ten opzichte van de vertraagde afge scheiden chrominantiecomponent nodig is om de horizontale regel-tot-regelverplaatsing van de luminantiecomponentsteekproeven te reduceren. In plaats daarvan zijn bij de uitvoeringsvorm volgens flg.
5 twes gescheiden circulatievertragingslijnen aanwezig, een vertra-20 gingslijn voor de afgescheiden luminantiecomponent en een andere vertragingslijn voor de afgescheiden chrominantiecomponent. Elke vertragingslijn 16, 17 wordt bestuurd door een afzonderlijk bestu-ringssignaal CB resp. HS voor het verschaffen van een signaalcompo-nent, welke daarmede in synchronisme is.
25 Ter illustratie van het bovenstaande is de werking van de uitvoeringsvorm volgens fig.5 weergegeven in fig.6, waarin de respectieve horizontale verplaatsingen tussen de luminantie- en chromi-nantiecomponentsteekproeven bij opeenvolgende uitvalcompensatiere-gels is aangegeven. Ter vereenvoudiging van een vergelijking met 30 het eerder beschreven diagram van fig.4, dat verband houdt met de keten volgens fig.2, zijn de laatst ontvangen oorspronkelijke kleu-rentelevisiesignaalregels, voorafgaande aan de uitval, de opeenvolgende uitvalcompensatie (DOC) regels evenals opeenvolgende steekproeven van deze respectieve regel in de beids diagrammen volgens 35 fig.4 en 6 van dezelfde verwijzingen voorzien. Uit het diagram van 81014 37 - 24 - fig.B blijkt, dat de luminantiecomponent van elke DOC-steekproef 2B, 3B, 4B enz,, bij oneven DOC-regels B1, B2, enz. wordt verkregen door de luminantiecomponent van een overeenkomstige steekproef 2A, 3A, 4A enz. van de oorspronkelijke regel A1 te vertragen met 5 één horizontale regelperiode, vergroot met een halve steekproefpe riode, Tegelijkertijd wordt de chrominantiecomponent van elke boven aangegeven DOC-steekproef 3B, 4B, enz,, bij oneven DOC-regels verkregen door de chrominantiecomponent van een overeenkomstige steekproef 2A, 3A van de oorspronkelijke regel A1 te vertragen met één 10 horizontale regelperiode vermeerderd met Ιέ steekproefperiode. An derzijds wordt de luminantiecomponent van elk DOC-steekproef 3A; 4A enz, bij even DOC-regels A2, A3, enz., verkregen -door zowel de luminantie- als de chrominantiecomponent van de overeenkomstige steekproeven 3A, 4A enz. van het oorspronkelijke kleurentelevisie-15 signaal te vertragen met één horizontale regelperiode. Derhalve is bij de werking van de voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding, weergegeven in fig.5, de relatieve verticale regel-voor-regel-verplaatsing van de DDC-signaalsteekproeven _+ 0,5 steekproefperioden voor de luminantiecomponent en +_ 1,5 steekproëfperioden voor 20 de chrominantiecomponent, Vergeleken met de werkwijze volgens fig.
4 bezit de voorkeurswerkwijze volgens de uitvinding, aangegeven in fig«6 evenwel het voordeel, dat elke afwisselende DOC-regel in fase is met de oorspronkelijke televisiesignaalregel ten aanzien van zowel luminantie- als chrominantiecomponenten, en geen horizon-25 tale verplaatsing van steekproeven bij deze regels plaats vindt ten aanzien van zowel de luminantie- als de chrominantiecomponenten.
Uit de toelichting op fig.5 blijkt, dat bij deze bepaalde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding het niet nodig is dat van het kleurentelevisiesignaal steekproeven worden genomen met een 30 frequentie, die gelijk is aan een geheel veelvoud van de kleuron- derdraaggolfsignaalfrequentie, zoals het geval is bij de uitvoering vorm volgens fig.2. Bij de uitvoeringsvorm volgens fig.5 kan gebruik worden gemaakt van een steekproeffrequentie, die gelijk is aan een uit een rationeel getal bestaand veelvoud van de onder-35 draaggolffrequentie.
8101437 - 25 -
Voor een meer volledige omschrijving van de inrichting en werkwijze volgens de uitvinding is in fig.7 in blokschema een verdere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding afgebeeld. Een overeenkomstig gedetailleerd elektrisch schema is aangegeven in de opeen-5 volgende fig.8a - 8h. De uitvoeringsvorm volgens fig.7 en 8a - 8h is bestemd voor een bepaalde DOC-inrichting, waarbij een vertraging van twee horizontale regels van het oorspronkelijke kleuren-televisiesignaal nodig is. Eerst zal het blokdiagram volgens fig.7 worden beschreven, gevolgd door een omschrijving van het overeen-10 komstige gedetailleerde schema. Bij de uitvoeringsvorm volgens fig.
7 wordt een kleurentelevisiesignaal ontvangen bij een ingangsklem 9Q en wel in de vorm van opeenvolgende digitale steekproeven met een frequentie, gelijk aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaal-frequentie, zoals boven is beschreven. Het ontvangen signaal wordt 15 toegevoerd aan de ingang 91 van een tweewegschakelaar 52 en via de uitgang 93 daarvan aan een eerste bestuurde vertragingslijn 54, die een vertraging van één horizontale regel verminderd met ketenvertragingen, aangeduid met ^ levert. Het vertraagde kleurentelevisiesignaal V uit de uitgang 115 van de vertragingslijn 54 wordt 20 via een tweede compenserende vaste vertragingslijn 56, welke voor ziet in een vertraging, gelijk aan toegevoerd aan een tweede ingang 92 van de schakelaar 52. Derhalve wordt door de elementen 52, 54 en 56 een circulatiegeheugenketen 94 gevormd, welke overeenkomt met die, welke boven onder verwijzing naar de fig.2 en 5 is be-25 schreven. Aan een besturingsingang 125 van de vertragingslijn 54 wordt een besturingssignaal CB toegevoerd, dat op de besturings-klem 124 wordt ontvangen. Laatstgenoemd signaal komt overeen met het signaal, dat eerder onder verwijzing naar fig.2 resp. 5 is beschreven. Het kleurentelevisiesignaal V uit de vertragingslijn 54 wordt 30 ook via een derde compenserende vaste vertragingslijn 113 met een vertraging, aangeduid met V , toegevoerd aan een eerste ingang 101 van een signaalverschilketen 64, en wel als een vertraagd signaal V’. Het signaal V uit de uitgang van de vertragingslijn 54 wordt ook toegevoerd aan de ingang 104 van een digitaal filter 60. Het 35 filter 60 is ontworpen als het digitale kamfilter, zoals dit is be- 81014 3 7 - 26 - schreven In de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage. Het filter 60 scheidt de luminantiecomponent van het kleurentelevisiesig-naal op een wijze, zoals deze in bedoelde Amerikaanse octrooiaanvrage is omschreven. De afgescheiden luminantiecomponent L’, ver-5 kregen aan de uitgang 105 van het filter 60, wordt toegevoerd aan een eerste ingang 107 van een tweede tweewegschakelaar 62 en ook via een tweede vertragingslijn 67 met een dubbele klokperiode toegevoerd aan een tweede ingang 106 van de schakelaar 62. Een uitgang 109 van de schakelaar 62 is verbonden met een eerste ingang 10 98 van een signaalcombinatieketen 66. Derhalve wordt via de schake laar 62 de vertraagde afgescheiden luminantiecomponent L uit het filter 60 aan de signaalcombinatieketen 66 toegevoerd hetzij direct hetzij vertraagd door nog twee klokperioden, aangegeven door 2 6.
De schakelaar 62 wordt bij de besturingsingang 112 daarvan bestuurd 15 door een besturingssignaal, aangegeven met HS/2, dat op een bestu- ringsklem 111 wordt ontvangen. Een geïnverteerde afgescheiden lumi-nantiesignaalcomponent L’ , verkregen bij een inverterende uitgang 106 van het filter 60, wordt toegevoerd aan een tweede ingang 102 van de signaalverschilketen 64. De keten 64 levert aande uitgang 20 103 een verschilsignaal C’, dat de afgescheiden chrominantiecompo- nent voorstelt, verkregen als verschil tussen het vertraagde samengestelde kleurentelevisiesignaal V’ en de vertraagde afgescheiden luminantiecomponent, resp. toegevoerd aan de eerste en tweede ingang van de keten. Bij deze voorkeursuitvoeringsvorm wordt de ver-25 schilketen 64 uitgevoerd als een signaaloptelinrichting en wordt de afgescheiden chrominantiecomponent C' verkregen door het vertraagde samengestelde signaal V’ en de geïnverteerde afgescheiden luminantiecomponent L7" bij elkaar op te tellen.
De- afgescheiden chrominantiecomponent C' op de uitgang 103 30 van de verschilketen 64 wordt via een vertragingslijn 6Θ met één klokperiode toegevoerd aan één ingang 99 van de signaaloptelinrichting 66. Zoals reeds is vermeld, wordt aan de andere ingang 98 van de signaaloptelinrichting 66 de afgescheiden luminantiecomponent L uit de tweede schakelaar 62 toegevoerd. De signaaloptelinrichting 35 66 combineert de ontvangen chrominantie- en luminantiecomponenten 8101437 - 27 - tot een samengesteld kleurentelevisiesignaal op de uitgang 100 van de inrichting, welk signaal het kleurentelevisieuitvalcompensatie-signaal voorstelt. Laatstgenoemd signaal wordt toegevoegd aan een eerste ingang 95 van een derde tweewegschakelaar 58. Aan een tweede 5 ingang.9B van de schakelaar 56 wordt het samengestelde kleurentele visiesignaal, ontvangen op de ingangsklem 90, toegevoerd via de eerste schakelaar 52, de eerste besturingsvertragingslijn 54 en via de tweede compenserende vertragingslijn 56. Aan een besturings-ingang 97 van de schakelaar 58 wordt een uitvalcompensatiebestu-10 ringssignaal DO toegevoerd via een vertragingslijn 53, welke voor ziet in een vertraging van één horizontale regel. Laatstgenoemd besturingssignaal wordt op de ingangsklem 110 ontvangen wanneer een uitval in het binnenkomende kleurentelevisiesignaal op de klem 90 wordt gedetecteerd b.v. door een niet afgebeelde normale uitval-15 detector, zoals boven is beschreven. Het uitvalbesturingssignaal bij 110 wordt ook toegevoerd aan een besturingsingang 114 van de eerste schakelaar 52. Een uitgang 127 van de schakelaar 58 is via een verdere bestuurde vertragingslijn 126 gekoppeld met een uit-gangsklem 70 van de uitvalcompensatieketen volgens fig.7. De ver-20 tragingslijn 126 levert een vertraging van één horizontale regel en wordt bestuurd door het signaal CB, dat aan de besturingsingang 128 van de lijn wordt toegevoerd, gelijktijdig met en op dezelfde wijze als boven is beschreven voor de bestuurde vertragingslijn 54.
Thans zal de werking van de uitvalcompensatieketen volgens 25 fig.7 worden beschreven. Wanneer een uitval in het samengestelde kleurentelevisiesignaal wordt gedetecteerd, b.v. door niet afgebeelde normale uitvaldetector, wordt een uitvalbesturingssignaal DO, dat op de klem 110 wordt ontvangen, aan de schakelaar 52 en via de vertragingslijn 53, welke een vertraging van één horizontale 30 regel verschaft* aan de schakelaar 58 toegevoerd. De schakelaar 52 sluit de circulatiegeheugenketen 94 en derhalve zal de laatst ontvangen horizontale regel van het kleurentelevisiesignaal, onmiddellijk voorafgaande aan de uitval, welke in de vertragingslijnen 54 en 56 is opgeslagen, via.de ingang 92 en de uitgang 93 van de scha-35 kelaar 52 circuleren met een kloksignaalfrequentie, die gelijk is 8101437 - 28 - 3 x 3,58 MHz a 10,74 MHz. Het kloksignaal, dat voor het klokken van de respectieve ketenelementen volgens fig.7 wordt gebruikt, is in het blokschema terwille van de duidelijkheid niet aangegeven doch wel in het schema volgens fig.8a - 8h, dat later zal worden 5 beschreven. Het filter 60 ontvangt het samengestelde signaal V, vertraagd met in hoofdzaak twee horizontale regelperioden, uit het geheugen 94 en scheidt de luminantiecomponent L' daarvan uit op een wijze, zoals beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage. De afgescheiden luminantiecomponent wordt via de schakelaar 10 62 toegevoerd aan de signaalcombinatieketen 66, die bij de voor keursuitvoeringsvorm als een signaaloptelinrichting is uitgevoerd.
De schakelaar 62 voert in responsie op het besturingssignaal HS/2 de afgescheiden luminantiecomponent L' afwisselend direct of over twee verdere klokperioden in de vertragingslijn 67 vertraagd, via 15 de schakelaar 62 toe aan de signaalcombinatieketen 66. Het bestu ringssignaal HS/2 heeft een frequentie van de helft van de horizontale regelfrequentie. Het signaal wordt uit de horizontale synchro-nisatiecomponent van het op de klem 90 ontvangen kleurentelevisie-signaal afgeleid. De fase van het signaal HS/2 wordt bestuurd door 20 het signaal CB,. dat op de klem 124 wordt ontvangen, om ervoor te zorgen dat dezelfde faserelatie tussen deze twee besturingssignalen tijdens de gehele werking zal worden onderhouden. Derhalve wordt de schakelaar 62 bestuurd door het signaal HS/2 om afwisselend' tijdens opeenvolgende horizontale regels het signaal L’ onvertraagd en resp. met twee klokperioden 2 ƒ vertraagd aan de ingang 98 van de optel-25 inrichting 66 toe te voeren. Anderzijds ontvangt, zoals reeds is be schreven, de signaaloptelinrichting 64 zowel het vertraagd samengestelde signaal V' als de geïnverteerde luminantiecomponent TT en levert deze inrichting een afgescheiden chrominantiecomponent C’ op de uitgang 103 daarvan. Ter compensatie van de ketenvertraging T, 30 welke start bij de verwerking van de afgescheiden luminantiecompo nent in het filter 60, wordt het signaal V in de derde vaste com-pensatievertragingslijn 113 met Γ vertraagd. De afgescheiden chrominantiecomponent C' wordt in de vertragingsiijn 68 met één klokpe-riode é vertraagd en de vertraagde^chrominantiecomponent C wordt 8101437 - 29 - met de bovenbeschreven luminantiecomponent L in de signaaloptel-inrichting 66 gecombineerd.
Uit het bovenstaande volgt, dat, wanneer de afgescheiden lu-minantiecomponent L’, vertraagd met nog twee klokperioden tijdens 5 afwisselende horizontale regelperioden, en de afgescheiden chromi- nantiecomponent, vertraagd met nog één klokperiode tijdens opeenvolgende horizontale regelperioden, in de optelinrichting 66 met elkaar worden gecombineerd, zij een samengesteld uitvalcompensatie-signaal voorstellen waarvan de luminantiecomponentvertraging met 10 +_ 1 klokperiode ten opzichte van de chrominantiecomponentvertraging tijdens opeenvolgende horizontale regelperioden is gemoduleerd. Derhalve wordt het eerder genoemde kenmerk van de uitvinding, betrekking hebbende op het verkleinen van de luminantiecomponentvertraging ten opzichte van de chrominantiecomponentvertraging, van 15 het resulterende uitvalcompensatiesignaal bij de voorkeursuitvoe ringsvorm volgens fig.7 verkregen door de bovenbeschreven combinatie van ketenelemBnten.
Uit de bovenstaande beschrijving van het blokschema volgens fig.7 blijkt voorts, dat de vertraging T de vertraging in de fil-20 terketen 60 compenseert en de vertraging de gecombineerde ver tragingen Γ sn de vertraging <f , verschaft door de vertragings-lijn 68 compenseertj derhalve is^* = Γ + wanneer wordt aangenomen, dat de ketens 64 en 66 geen ketenvertragingen bezitten.
Verder blijkt uit fig.7 dat bij deze bepaalde voorkeursuit-25 voeringsvorm de bestuurde vertragingslijn 54 in de hoofdbaan van het samengestelde kleurentelevisiesignaal is opgenomen. Wanneer derhalve geen uitvalcompensatie plaats vindt, wordt het binnenkomende samengestelde signaal, ontvangen bij 124, continu in de vertra-gingslijnen 54 en 56 vertraagd met één televisieregelperiode, welke 30 vertraging synchroon met de kleursalvocomponent wordt bestuurd.
Derhalve vertoont het oorspronkelijke samengestelde signaal op de uitgang 127 van de'schakelaar 58 een ongewenste f§spverschuiving van +_ 180° bij afwisselende regels. Teneinde dit effect te compenseren is in de hoofdbaan van de kleurentelevisiesignalen een extra 35 vertragingslijn 126 opgenomen, welke een vertraging van één hori- 8101437 <rr , - 30 - zontale regel levert. Het toevoeren en afvoeren van de vertragings-lijn 126 wordt bestuurd door het bovenbeschreven besturingssignaal CB, dat op de besturingsklem 124 wordt ontvangen, en aan de bestu-ringsingang 128 van de vertragingslijn 126 wordt toegevoerd. Aange-5 zien het door de vertragingslijn 126 ontvangen kleurentelevisie- signaal eerst in de vertragingslijnen 54 en 56 met één horizontale regelperiode is vertraagd en de beide vertragingslijnen 54 en 126 resp. door hetzelfde signaal CB worden bestuurd, treden in de respectieve uitgangssignalen van deze bestuurde vertragingslijnen 54 10 en 126 respectieve faseverschuivingen van _+ 180° in tegengestelde zin op. Derhalve heffen deze tegengestelde faseverschuivingen elkaar op en is geen faseverschuiving aanwezig in het uitgangssignaal op de uitgang 70 van de uitvalcompensatieketen volgens fig.7.
Uit bovenstaande toelichting volgt, dat bij het blokschema 15 volgens fig.7 het uitvalcompensatiesignaal aan de uitgangsklem 70 met drie horizontale regelperioden wordt vertraagd om te voldoen aan bepaalde eisen van de bepaalde inrichting waarin deze bepaalde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt toegepast. Uit het bovenstaande blijkt evenwel, dat het. werkelijke uitvalcompensatiesig-20 naai, dat aan de uitgang 127 van de schakelaar 58 wordt verkregen, nog steeds uit de laatst ontvangen oorspronkelijke televisiesig-naalregel op de ingang 124 wordt gevormd, in hoofdzaak op dezelfde wijze als eerder onder verwijzing naar fig.2 en 5 is besproken.
Er wordt evenwel op gewezen, dat bij de eerder beschreven 25 respectieve uitvoeringsvorm volgens fig.2 en 5 de'respectieve be stuurde vertragingslijnen daarvan niet in de hoofdbaan van het samengestelde kleurentelevisiesignaal zijn opgenomen en derhalve niet een ongewenste faseverschuiving vertonen, zoals deze bij de uitvoeringsvorm volgens fig,7 optreedt, tijdens de normale werking van 30 het stelsel wanneer geen uitvaloompensatie plaats vindt.
Het in de fig.8a - 8h afgebeelde gedetailleerde schema komt in wezen overeen met het bovenbeschreven vereenvoudigde blokschema volgens fig.7. Voor vergelijkingsdoeleinden zijn individuele ketens in het gedetailleerde schema, overeenkomende met elementen van 35 het blokschema, door stippellijnen aangegeven en van dezelfde ver- 8101437 - 31 - wijzingen voorzien. Op een soortgelijke wijze zijn verbindingslijnen tussen de ketens van het detailschema aangeduid met verwijzingen, welke overeenkomen met ingangs/uitgangsaanduidingen van overeenkomstige rechthoeken in fig.7. Voor eén volledige omschrijving 5 zijn de in de voorkeursuitvoeringsvorm volgens fig.8a - 6h weerge geven geïntegreerde-ketencomponenten aangeduid met respectieve on-derdeelnunmers, zoals deze gewoonlijk door fabrikanten worden gebruikt.
Meer in het bijzonder is de filterketen 60, welke wordt ge-10 bruikt om de luminantiecomponent van het samengestelde kleurentele- visiesignaal te scheiden en welke keten in fig.8d en 8e is weergegeven, gelijk aan die, welke is beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage. Het is evenwel duidelijk, dat in plaats daarvan een bekend digitaal kamfilter kan worden toegepast. Zoals 15 uit het detailschema volgens fig,8a - 8h blijkt, is een voordeel van de digitale uitvalcompensatieketen volgens de uitvinding, dat de gehele signaalverwerking tijdsgetrouw plaats vindt onder gebruik van een genormaliseerde TTL-schakeling. De keten van de boven aangegeven figuren is bestemd voor uitvalcompensatie in een 20 kleurentelevisiesignaalregistratie- en weergeefstelsel, waarbij een NTSC-kleurentelevisiesignaal in digitale vorm wordt gecodeerd door het nemen van steekproeven bij een frequentie, die gelijk is aan driemaal de kleuronderdraaggolffrequentie van het televisiesignaal d.w.z., dat PstgQkpj.Qgf “ 3 x 3*58 MHz 10,74 MHz. Het steekproef-25 signaal is in fase met de kleursalvocomponent van het onderdraag- golfsignaal vergrendeld. De steekproeffrequentie is gelijk aan de klokfrequentie, zoals boven reeds bij de beschrijving van fig.2 is vermeld.
In het algemeen behoeft voor een werking van de uitvalcompen-30 sator volgens de uitvinding de steekproeffrequentie, welke wordt gebruikt voor het coderen van het samengestelde analoge signaal b.v. het kleurentelevisiesignaal, niet dezelfde te zijn als de kloksig-naalfrequentie, welke wordt gBbruikt voor hêt synchroniseren van de verschillende elementen van de uitvalcompensatieketen. In het laat-35 ste geval kunnen de steekproeven worden ontvangen en opgeslagen b.v.
81 014 37 - 32 - bij de steekproeffrequentie en vervolgens worden teruggewonnen bij de klokfrequentie, waarbij deze laatste frequentie wordt gebruikt voor een synchronisatie van de keten.
Thans zal de in fig.Ba - 8h afgebeelde voorkeursuitvoerings-5 vorm volgens de uitvinding worden beschreven. In fig.8a worden op eenvolgende steekproeven S1, S2, S3, enz. van het digitale kleuren-televisiesignaal aan de ingang 90 van de uitvalcompensator ontvangen als parallelinformatie met 8 bits en wel door een eerste stel ingangen 91 van twee informatiekies/multiplexinrichtingen A24 en 10 A34 van de tweewegschakelaar 52. Deze multiplexinrichtingen ontvan gen ook informatie aan de tweede ingang 92 uit de uitgang 116 van de vertragingslijn 56, als aangegeven in fig.Bc. Een uitvalbestu-ringssignaal DO wordt bij de ingang 110 door de multiplexinrichtingen bij 114 via de flip-flop A16 ontvangen uit een normale niet 15 afgebeelde RF-omhullende niveau-uitvaldetectorketen, zoals boven is vermeld. De flip-flop A16 wordt gebruikt öm het uitvalbestu-ringssignaal DO nauwkeurig te klokken. Bij het normale bedrijf voeren de multiplexinrichtingen de ingangsinformatie 90 via de flipflop A23 aan de uitgang 93 toe. In het algemeen worden in de gehele 20 keten flip-flops, overeenkomende met A23, gebruikt om de verwerkte informatie met één klokperiode te vertragen teneinde een nauwkeurig ge informatieklokwerking te verzekeren. Wanneer het DO-besturings-signaal bij 110 wordt ontvangen, schakelen de multiplexinrichtingen vanuit de ingang 91 naar de ingang 92 om. De informatie uit 93 25 wordt aan de uitgang 70 van de uitvalcompensatorketen toegevoerd via de eerste bestuurde vertragingslijn 54 van fig.Bb, de tweede compensatievertragingslijn 56 van fig.Bc, de schakelaar 58 van fig,. 8g en een verdere bestuurde vertragingslijn 126 van fig.8g, zoals hierna zal worden toegelicht.
30 De vertragingslijn 54 van fig.Bb omvat acht gelijke vrij toegankelijke geheugens van 4 x 256 bits waarvan zes geheugens, aangeduid met BI, Bil, B31, B51, B61 en B81 zijn weergegeven. Twee groepen van vier geheugens elk worden gebruikt voor het ontvangen van resp. bits van hoge en lage orde. De bestuurde vertragingslijn 35 54 heeft een vertragingslengte, die gelijk is aan één horizontale 8101437 - 33 - regelperiode van het kleurentelevisiesignaal verminderd met de compensatievertraging ƒ**, welke wordt verschaft door de vaste vertragingslijn 56 van fig.8c, die in de vertraagde-kleurentelevisie-signaalbaan is opgenomen. De vertragingslijn 56 is opgebouwd uit 5 acht schuifregisters waarvan vier registers A51, A61, A52 en A82 zijn weergegeven. De flip-flop B41 aan de uitgang van de vertra-gingsliun 54 wordt gebruikt om een juiste tempering van de uit-gangsinformatie te verzekeren voor het verkrijgen van de bovenstaande vertraging. Het vertraagde samengestelde signaal op de uitgang 10 115 wordt via de vaste compensatievertragingslijn 56 aan de ingang 96 van de schakelaar 58 van fig.8g toegevoerd.
Zoals aangegeven in fig.8d wordt de informatie S1, S2, S3 enz. uit de uitgang 115 van de vertragingslijn 54, welke het signaal V voorstelt, ook toegevoerd aan één stel ingangen 104 van 15 het filter 60. Zoals in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvra ge is beschreven, levert het filter 60 steeds een gemiddelde waarde van drie opeenvolgende steekproeven S1, S2, S3, Zoals aangegeven in fig.8c verkrijgt men een steekproef S1, dié via een gedeelte van de vertragingslijn 56 wordt toegevoerd, aan de uitgang 117 daar-20 vanyjin welke lijn de steekproef is vertraagd met één kloksignaal- periode om de juiste tempering daarvan te verzekeren teneinde te worden opgeteld bij een steekproef S2, welke één kloksignaal later wordt ontvangen, De laatstgenoemde vertraagde steekproef wordt toegevoerd aan het tweede stel ingangen 104 van het filter 60. De 25 steekproeven S1 en S2 worden opgeteld in twee binaire optelinrich- tingen A33, A43 van vier bits volgens fig.8d en de som daarvan S1 + 52 wordt in de flip-flop A53 over één kloksignaal vertraagd om gereed te zijn te worden opgeteld bij de daarna ontvangen steekproef 53 uit de uitgang 115 van 54. Laatstgenoemde sommering vindt plaats 30 in twee binaire optelinrichtingen A54, A44 van vier bits en een uitgangssignaal.daarvan stelt het somsignaal S = S1 + S2 + S3 voor.
_ . Het signaal S wordt over de flip-flop A55 gevoerd om een juiste tem pering voor een verdere verwerking te verzekeren. Bij deze bepaalde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding verkrijgt men een gemiddelde 35 steekproefwaarde door het signaal S door drie te delen. Het delen i 81 01 437 - 34 - door drie geschiedt met een nauwkeurigheid van 0,13% door een be-naderingsalgoritme:
S S S_ S
3 “ 4 + 16 + 256 5 Voor de bepaalde toepassing van het middelen van de steek proeven bij de zojuist beschreven voorkeursuitvoeringsvorm, wordt het benaderingsalgoritme als volgt in twee stappen gerealiseerd: PS = — + — 4 16 — rr Ps + £§.
10 3 16
Deze twee stappen vinden plaats in de resterende gedeelten van hefc schema van het filter 60, aangegeven in fig.Be, dat later zal worden beschreven.
De twee binaire optelinrichtingen A64, A65 van vier bits 15 volgens fig.8e ontvangen het signaal S bij twee stellen ingangen verschuiven het signaal S om bij een van de stellen ingangen gelijk aan S/4 te worden, en verschaffen de som (S + S/4). Hèt uitgangssignaal van laatstgenoemde optelinrichtingen wórdt verder verschoven teneinde een uitgangssignaal te verkrijgen, dat overeenkomt 20 met CS + S/4)/2. Laatstgenoemd uitgangssignaal stelt het dubbele van de boven gedefinieerde partiële som PS voor. Het signaal 2PS wordt aan de flip-flop A75 toegevoerd, welke het signaal 2PS toevoert aan twee stellen ingangen van twee binaire optelinrichtingen A66 en A67 van vier bits. Laatstgenoemde optelinrichtingen verschui-
2PS
25/ ven het signaal 2PS om bij één stel ingangen -rs· te verkrijgen en
. u-o 2PS
leveren een uitgangssignaal, overeenkomende met (2PS + —jg-3/2. Dit uitgangssignaal stelt ·|· van het boven aangegeven benaderingsalgoritr
^ S
me voor. Het verkregen signaal g-Lkomt overeen met het gemiddelde-waarde-uitgangssignaal, dat door het filter 60 overeenkomstig het: 30 geen in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage is beschreven, wordt geleverd. 'Het uitgangssignaal van de optelinrichtingen A66, A76 stelt derhalve het kleurentelevisiesignaal zonder chrominantie-signaal, d.w.z. de afgescheiden luminantiecomponent, voor, zoals in het bovenstaande onder verwijzing naar fig.7 is toegelicht. Het
S
35 signaal -g· wordt toegevoerd aan flip-flops A67 en A77, die beide eeh 81014 3 7 - 35 -
S
uitgangssignaal -g-, aangegeven met L’ bij de uitgang 105, aan de uitgang 107 van de schakelaar 62 in fig.8f en een geïnverteerd S _ uitgangssignaal i—aangeduid met L', bij de uitgang 106 en toegevoerd aan een eerste stel ingangen 102 van de optelinrichting 5 64 van fig.Bf leveren.
De optelinrichting 64 is opgebouwd uit twee binaire optel-inrichtingen A36, A46 van vier bits.
Bij deze voorkeursuitvoeringsvorm wordt de compenserende vaste vertragingslijn 113, die in het blokschema volgens fig.7 is 10 afgebeeld en een vertraging Τ' levert, gevormd door een gedeelte van de vaste compenserende vertragingslijn 56 bij de uitgang 130 daarvan, als aangegeven in fig.Sc. Het op deze wijze vertraagde samengestelde kleurentelevisiesignaal uit de uitgang 130 van de vertragingslijn 56, aangegeven met V‘, wordt toegevoerd aan een twee-15 de stel ingangen 101 van twee binaire optelinrichtingen A36, A46 van vier bits van de optelinrichting 64 in fig.Sf. De optelinrichting 64 levert bij de uitgang 103 een uitgangssignaal, aangegeven met C', dat de afgescheiden chrominantiecomponent voorstelt, zoals boven onder verwijzing.naar fig.7 is toegelicht. Het signaal C' 20 wordt via de flip-flop A56 siA5, die de compenserende vaste vertra gingslijn 68 voorstelt, toegevoerd aan een eerste stel ingangen 99 van twee binaire optelinrichtingen A84, AB5 van vier bits van de optelinrichting 66 in fig.8g. Aan het andere stel ingangen 9B van deze optelinrichtingen wordt de afgescheiden vertraagde luminantie-25 component L uit de uitgangen 109 van de multiplexinrichtingen A87, A86, die de schakelaar 62 in fig.8f voorstellen, toegevoerd. Zoals boven is beschreven wordt aan één stel ingangen 107 van de multiplexinrichtingen A87, A86 de afgescheiden luminantiecomponent L' uit de uitgang 105 van het filter 60 in fig.Be toegevoerd. Aan het . 30 andere stel ingangen 108 van deze multiplexinrichtingen, welke de schakelaar 62 in fig.8 voorstellen, wordt de luminantiecomponent L’ toegevoerd,die is vertraagd door de vertragingslijn 67, gevormd door de in fig.8f afgebeelde flip-flops A68, A78. De multiplexinrichtingen A87, A86 van fig.8f worden bij de ingang 112 bestuurd door 35 het besturingssignaal HS/2 van 7,8 kHz, dat bij 111 wordt ontvangen, 8101437 - 36 - welk signaal onder verwijzing naar fig.7 is beschreven. Zoals reeds eerder onder verwijzing naar het blokschema van fig.7 is toegelicht, voert de schakelaar 62 aan de ingang 98 van de signaal-optelinrichting 66 de afgescheiden luminantiecomponent L direct uit 5 de uitgang 105 van het filter 60 of alternatief via de vertragings- lijn 67 met twee klokperioden bij opeenvolgende horizontale regels in responsie op het besturingssignaal HS/2 toe. De optelinrichting 66 volgens fig.8g combineert de respectieve luminantie- en chromi-nantiecomponenten, die op de respectieve ingangen 98, 99 daarvan 10 worden ontvangen, tot een samengesteld kleurentelevisiesignaal, dat hét üitvalcompensatiesignaal voorstelt. Laatstgenoemd signaal wordt toegevoerd aan een eerste stel ingangen 95 van de schakelaar 58 in fig.Sg, gevormd door de multiplexinrichfcingen A73, A74, via de flip-flop A89, welke wordt gebruikt voor een juiste tempering 15 van de informatie. Aan het andere stel ingangen 96 van de multiplex- inrichtingen A73, A74 wordt een uitgangssignaal uit de vertragings-lijn 56 van fig,8c ontvangen. Het uitgangssignaal bij 127 uit de schakelaar 58 wordt toegevoerd aan de vertragingslijn 126, die als een rechthoek is weergegeven. Laatstgenoemde vertragingslijn wordt 20 bij de bepaalde'uitvoeringsvorm volgens fig.8a - 8h gebruikt om de ongewenste faseverschuiving van 180° te elimineren, zoals reeds ' onder verwijzing naar fig.7 is toegelicht. De vertragingslijn 126 levert een vertraging van één horizontale regel en wordt bestuurd door het besturingssignaal CB, gelijktijdig met en op dezelfde wij-25 ze als dedbestuurde vertragingslijn 54. De vertragingslijn 126 kan zijn ontworpen onder gebruik van vrij toegankelijke geheugens, overeenkomende met die van de vertragingslijn 54 in fig.8b·. Het uitgangssignaal van de vertragingslijn 126 stelt derhalve het eerder beschreven uitgangssignaal van de uitvalcompensatieketen volgens 30 fig.8a - 8h voor, dat op de uitgangsklem 70 aanwezig is.
De schakelaar 58 van fig.8g wordt bestuurd door het uitval-besturingssignaal DO, dat op de ingangsklem 110 in fig,8a wordt ontvangen en via de uitgang 112 en de uitgang 55 van de vertragingslijn 53 van fig.8a wordt toegevoerd om de ingang 97 van de schake-35 laar 58 te besturen.
8101437 - 37 -
Fig.8h toont een geheugenadresgeneratorketen 150, welke uitgangssignalen op geheugenadreslijnen Ag - A^ levert, welke lijnen dienen om de informatiestroom via een geheugenlijn AB via de respectieve vertragingslijnen 53, 54, die rasp. in fig.Ba en 8b zijn aan-5 gegeven, te besturen. In fig.8h worden tellers A2, A12, A22, B2, B12 en B22 gebruikt om de respectieve klokperioden, overeenkomende met de werkelijke door deze vertragingslijnen verschafte vertraging te tellen. Het schema volgens fig.8a toont de geheugenadres-generator 150 in voldoende detail en derhalve wordt een verdere toe-10 lichting hierop niet nodig geacht.
Voor het verschaffen van een volledige omschrijving van de gedetailleerde keten, zijn respectieve kloksignalen, aangegeven bij 10,7 MHz, en geïnverteerde kloksignalen, aangegeven met 10,7 MHz welke signalen worden gebruikt voor het aandrijven van verschillen-15 de ketenelementen, in het gedetailleerde schema van fig.8a - 8h aangegeven. De steekproefsignalen worden, zoals bekend, bij deze kloksignaalfrequentie afgenomen, hetgeen b.v. ook is toegelicht in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage.
In het bovenstaande zijn de voorkeursuitvoeringsvormen voΙΣΟ gens de uitvinding toegelicht voor een digitale uitvalcompensatie- keten, waarin van een samengesteld NTSC-kleurentelevisiesignaal steekproeven worden genomen bij een frequentie, die gelijk Is aan driemaal de kleuronderdraaggolfsignaalfrequeötie, ^g^gg^ppgef ^ 3 x 3,58 MHz = 10,74 MHz* Het is duidelijk, dat de respectieve 25 blokschema’s van fig.2, 5 en 7 ook kunnen worden gebruikt voor an dere digitale evenals voor analoge kleurentelevisiesignaalstelsels, zoals NTSC, PAL, PAL-M, enz. Indien b.v. de uitvalcompensatie-inrichting volgens de uitvinding bij een analoog kleurentelevisie-signaalstelsel wordt gebruikt, kan het de voorkeur verdienen de be? 30 stuurde vertragingslijnen b.v. de vertragingslijn 3 van fig.2, te verwezenlijken door normale ladlngsgekoppelde inrichtingen CCCD). Zoals bekend, kunnen laatstgenoemde inrichtingen als de.', vertra-' gingslijnen voor het vertragen van signalen in analoge vorm worden gebracht, terwijl de informatie, welke moet worden vertraagd, in 35 responsie op een besturingssignaal in en uit de vertragingslijn kan worden geklokt, op een wijze, zoals boven voor de andere uitvoe- 8101 437 - 38 - ringsvormen is beschreven. Tegelijkertijd kunnen de vertragingslij-nen, zoals 8 en 9 in fig.2, worden verwezenlijkt door gebruikelijke analoge vertragingslijnen. In het laatstgenoemde geval verschaft de vertragingslijn 8 een gewenste hoeveelheid van het analoge sig-5 naai, in hoofdzaak overeenkomende met de regel-voor-regelverschui- ving van het kleuronderdraaggolfsignaal, en levert de vertragings-lijn 9 bij voorkeur in hoofdzaak het dubbele van deze vertraging voor het verkrijgen van een gewenste luminantiecomponentvertragings-modulatie ten opzichte van de chrominantiecomponentvertraging, zo-1Q als boven is toegelicht.
In het algemeen kan de uitvinding onder verwijzing naar fig.2 bij elk willekeurig digitaal kleurentelevisiesignaalstelsel worden gebruikt, waarin de steekproeffrequentie gelijk is aan een geheel veelvoud van de kleuronderdraaggolfsignaalfrequentie. Indien 15 b.v. van een NTSC-kleurentelevisiesignaal steekproeven worden ge nomen bij een frequentie, die gelijk is aan viermaal de onderdraag-golfsignaalfrequentie, dienen voor het verkrijgen van een gewenst uitvalcompensatiesignaal met een juiste regel-voor-regelfase van de chrominantiecomponent, b.v. door de uitvoeringsvorm volgens 20 fig.2, de oorspronkelijke signaalchrominantiecomponentsteekproeven bij opeenvolgende televisieregels met _+ twee steekproefperioden te worden verschoven. Om de luminantiecomponentverplaatsing bij opeenvolgende regels 'te reduceren, dient de vertragingslijn 9 volgens fig.2 derhalve een vertraging van vier klokperioden, 4 i, te ver-25 schaffen, terwijl de vertragingslijn 8 een vertraging van twee pe rioden, 2 i , dient te.verschaffen.
De bovenbeschreven uitvinding is ook van toepassing op PAL-of PAL-M-signaalstelsels aangezien de respectieve besturingssigna-len, zoals respectieve signalen CB, HS en HS/2 in fig.2, 5 of 7, 30 in frequentie en fase met het binnenkomende kleurentelevisiesig- naal zijn vergrendeld. Het is duidelijk, dat de zogenaamde verschuiving van een kwart periode, overeenkomende met de fasever-schuiving van 90°, die tijdens opeenvolgende televisieregels in de PAL-onderdraaggolfcomponent optreedt, in de uitvalcompensator vol-35 gens de uitvinding kan worden gecompenseerd door de bovengenoemde 81 01437 - 39 - besturingssignalen toe -te voeren aan de respectieve bestuurde ver-tragingslijnen van de bovenbeschreven uitvoeringsvormen, welke bij opeenvolgende regels synchroon met de besturingssignalen van het bepaalde gebruikte signaalstelsel zullen worden belast en ontlast.
5 Het is verder duidelijk, dat ook andere uitvoeringsvormen, overeenkomende met het gedetailleerde schema van fig.8a - 8g, evenals andere ketenelementen bij deze uitvoeringsvormen kunnen worden toegepast om de gewenste werking van de uitvalcompensator volgens de uitvinding te verkrijgen. Zo kan de verschilketen 64 b.v. wor-10 den uitgevoerd als een aftrekketen waaraan respectieve signalen L';, V* met dezelfde polariteit worden toegevoerd. Op een soortgelijke wijze kunnen bekende andere ketenelementen in de sommeerketen 66 worden gebruikt voor het verkrijgen van een combinatie van de chrominantie- en luminantiecomponenten. Als een alternatief kunnen 15 andere organen voor het verkrijgen van de vertraging in de vertra- gingslijnen 54 worden gebruikt, zoals schuifregisters in plaats van vrij toegankelijke geheugens. Om een deling door drie van de steekproeven in de filterketen 60 te verkrijgen, kunnen in plaats van de beschreven ketenelementen voor het realiseren van het bena-20 deringsalgoritme ook geheugens met alleen uitlezing worden toege past.
De individuele ketenelementen van alle boven beschreven uitvoeringsvormen volgens de uitvinding kunnen door normale, gestandaardiseerde geïntegreerde inrichtingen worden verwezenlijkt.
81 01 437

Claims (7)

1, Werkwijze voor het compenseren van kleurentelevisiesignalen voor uitvallen, waarin een uitvalinterval, dat in een ingaand kleu-rentelevisiesignaal optreedt, wordt vervangen door een uitvalcom-pensatiesignaal, dat wordt afgeleid uit een eerder optredend over-5 eenkomstig interval van het ingaande kleurentelevisiesignaal, dat luminantie- en chrominantiecomponenten omvat, die opeenvolgende horizontale regels van de kleurentelevisie-informatie bepalen, met het kenmerk, dat intervallen van elke horizontale regel van het ingangskleurentelevisiesignaal zonder uitvallen worden opge-10 slagen, intervallen van een onmiddellijk volgende horizontale regel van het ingangskleurentelevisiesignaal zonder uitvallen in plaats van overeenkomstige opgeslagen intervallen van de genoemde elke horizontale regel worden opgeslagen, overeenkomstig opgeslagen intervallen van elke genoemde horizontale regel in plaats van inter-15 vallen van de onmiddellijk volgende horizontale regel van het in gangskleurentelevisiesignaal opgeslagen worden gehouden wanneer uitvallen in de onmiddellijk volgende horizontale regel optreden, de luminantie- en chrominantiecomponenten van het opgeslagen kleurentelevisiesignaal worden gescheiden, de opslagtijd van de opgesla-20 gen chrominantiecomponent van opeenvolgende horizontale regelinter- vallen wordt ingesteld tussen een eerste tijd, welke gróter is dan, en een tweede tijd welke kleiner is dan een interval, overeenkomende met één horizontale regel, teneinde de opgeslagen chrominantiecomponent in fase te synchroniseren met de overeenkomstige compo-25 nent, die in het ingangskleurentelevisiesignaal aanwezig is, de op slagtijd van de opgeslagen luminantiecomponent van opeenvolgende horizontale regelintervallen wordt ingesteld tussen een derde tijd, welke groter is dan, en een vierde tijd, welke kleiner is dan een interval, overeenkomende met één horizlntale regel, teneinde het 30 faseverschil tussen de opgeslagen luminantiecomponent en de over eenkomstige component, die in het ingangskleurentelevisiesignaal aanwezig is, te reduceren, de ingestelde chrominantie- en luminan- 81014 37 i - 41 - tiecomponenten worden gecombineerd voor het vormen van het uitval-compensatiesignaal, en het uitvalcompensatiesignaal in de plaats van het ingangsKleurentelevisiesignaal wordt geïntroduceerd wanneer in dit ingangsKleurentelevisiesignaal een uitval optreedt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het Kenmerk, dat het in gangsKleurentelevisiesignaal bestaat uit een digitaal signaal, dat wordt verkregen door van de analoge vorm van het kleurentelevisie-signaal steekproeven te nemen, waarbij een steekproefsignaal een frequentie heeft, die gelijk is aan een geheel veelvoud van tenmin-10 ste driemaal de frequentie van de niet-gemoduleerde kleuronderdraag- golffrequentie van het kleurentelevisiesignaal, waarbij de genoemde eerste tijd groter is dan, en de genoemde tweede tijd kleiner is dan, het interval, dat overeenkomt met één horizontale regel met een eerste bedrag, dat kleiner is dan één periode van de niet-15 gemoduleerde kleuronderdraaggolffrequentie, en de derde tijd groter is dan, en de vierde tijd kleiner is dan het, interval, overeenkomende met één horizontale regel, met een tweede bedrag, dat kleiner is dan één periode van de niet-gemoduleerde kleuronderdraaggolffrequentie.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat van het kleurentelevisiesignaal steekproeven worden genomen met een frequentie, welke driemaal de frequentie van de niet-gemoduleerde kleuronderdraaggolffrequentie is, de intervallen van een eerste en afwisselend volgende -horizontale regels van het ingangskleurentele-25 visiesignaal worden opgeslagen gedurende een eerste interval, over eenkomende met één horizontale regel plus één halve periode van het steekproefsignaal voordat de chrominantie- en luminantiecomponenten worden gescheiden, de intervallen van een tweede en afwisselende horizontale regels van het ingangsKleurentelevisiesignaal worden 30 opgeslagen gedurende een tweede interval, overeenkomende met één horizontale regel verminderd met 2| periode van het steekproefsignaal voordat de chrominantie- en luminantiecomponenten worden gescheiden, de afgescheiden chrominantiecomponent van elke horizontale regel wordt opgeslagen gedurende een derde interval, dat gelijk 35 is aan één periode van het steekproefsignaal,· waarbij het opslaan 81014 37 - 42 - van de chrominantiecomponenten van opeenvolgende horizontale regels wordt ingesteld door de eerste resp. tweede tijden, en de afgescheiden luminantiecomponent van de tweede en afwisselende horizontale regels'wordt opgeslagen gedurende een vierde interval, 5 dat gelijk is aan twee perioden van het steekproefsignaal, waarbij het opslaan van de luminantiecomponenten van opeenvolgende horizontale regels wordt ingesteld door de derde resp. vierde tijd.
4. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat van het kleurentel'evisiesignaal steekproeven worden genomen met een fre- 10 quentie, welke driemaal de niet-gemoduleerde kleuronderdraaggolf- frequentie is, het ingangskleurentelevisiesignaal eerst in chromi-nantie- en 'luminantiecomponenten wordt gescheiden, de afgescheiden chrominantiecómponent van een eerste en afwisselend volgende horizontale regel worden opgeslagen gedurende een eerste interval, dat 15 overeenkomt met één horizontale regel plus lè periode van het steekproefsignaal, de afgescheiden chrominantiecomponent van een tweede en_ afwisselende volgende horizontale regel wordt opgëslagen gedurende een tweede interval, overeenkomende met één horizontale .regel verminderd met lh periode van het steekproefsignaal, waarbij 20 het opslaan van de chrominantiecomponenten van opeenvolgende hori zontale regels wordt ingesteld door resp.. de eerste en tweede tijden, de afgescheiden luminantiecomponent van de eerste en afwisselende volgende horizontale regelintervallen worden opgeslagen gedurende een derde interval vermeerderd met een halve periode van het 25 steekproefsignaal, en de afgescheiden luminantiecomponent van de tweede en afwisselende volgende horizontale regelintervallen wordt . opgeslagen gedurende een vierde interval, overeenkomende met één horizontale regelintervalfverminderd met een halve periode van bet steekproefsignaal, waarbij het opslaan van de luminantiecomponenten 30 van opeenvolgende horizontale regels wordt ingesteld door resp. de derde en vierde· tijden.
5. Uitvalcompensator voor kleurentelevisiesignalen, voorzien van luminantie- en chrominantiecomponenten, die opeenvolgende horizontale regels van de kleurentelevisie-informatie bepalen, waarin 35 een uitvaldetectiesignaal wordt opgewekt bij het optreden van een 81 01 4 3 7 - 43 - uitvalinterval in het ingangskleurentelevisiesignaal teneinde de vervanging van het uitvalinterval door een overeenkomstig interval, dat eerder in het kleurentelevisiesignaal is opgetreden, te besturen, gekenmerkt door geheugenorganen met een ingang voor het ont-5 v angen van het kleurentelevisiesignaal, welke geheugenorganen een voldoende opzamelcapaciteit hebben om tenminste één horizontale regel van het kleurentelevisiesignaal op te slaan, geheugenbestu-ringsorganen, die met de geheugenorganen samenwerken om een opslag van intervallen van elke horizontale regel, ontvangen op de ingang 10 van de geheugenorganen, in plaats van overeenkomstige intervallen van onmiddellijk voorafgaande horizontale regels, die op de ingang van de geheugenorganen worcërtontvangen, te bewerkstelligen, eerste schakelorganen om het ingangskleurentelevisiesignaal aan de ingang van de geheugenorganen toe te voeren, welke eerste schakelorganen 15 in responsie op het uitvaldetectiesignaal de toevoer van het in gangskleurentelevisiesignaal aan de genoemde ingang van de geheugenorganen onderbreken, organen om de luminantie- en chrominantie-componenten van het opgeslagen kleurentelevisiesignaal te scheiden, organen om de opslagtijd van de opgeslagen chrominantiecomponent 20 van opeenvolgende horizontale regelintervallen in te stellen, waar bij de opslagtijd van de chrominantiecomponent instelbaar is tussen een eerste tijd, welke groter is dan, en een tweede tijd welke kleiner is dan een interval, overeenkomende met één horizontale regel, teneinde de opgeslagen chrominantiecomponent in fase te syn-25 chroniseren met de overeenkomstige component, die in het ingangs kleurentelevisiesignaal aanwezig is, organen om de opslagtijd van de opgeslagen luminantiecomponent van opeenvolgende horizontale regelintervallen in te stellen, waarbij de opslagtijd van de luminantiecomponent instelbaar is tussen een derde tijd, welke groter 30 is dan, en een vierde tijd, welke kleiner is dan een interval, overeenkomende met één horizontale regel, teneinde het faseverschil tussen de opgeslagen luminantiecomponent en de overeenkomstige component, die in het ingangskleurentelevisiesignaal aanwezig is, te reduceren, organen om de ingestelde chrominantie- en luminantie-35 componenten te combineren teneinde een samengesteld kleurentele- visieuitvalcompensatiesignaal te vormen, en tweede schakelorganen 81 01 437 - 44 - om het ingangskleurentelevisiesignaal en het uitvalcompensatiesig-naal selectief toe te voeren aan een uitgang, waarbij de tweede schakelorganen in responsie op het uitvaldetectiesignaal het uit-v alcompensatiesignaal aan de uitgang toevoeren en de tweede scha-5 kelorganen het ingangskleurentelevisiesignaal aan de uitgang toe voeren in afwezigheid van het uitvaldetectiesignaal.
6. Uitvalcompensator volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het ingangskleurentelevisiesignaal een digitaal signaal is, dat verkregen is door het nemen van steekproeven van de analoge vorm 10 van het kleurentelevisiesignaal met een steekproefsignaal waarvan de frequentie gelijk is aan driemaal de niet gemoduleerde onder-draaggolffrequentie van het kleurentelevisiesignaal, de geheugen-organen zijn voorzien van een eerste geheugen waarvan de ingang bij de eerste schakelorganen is gekoppeld, ®n tweede geheugen met een 15 ingang, welke dient voor het ontvangen van de afgescheiden chromi- nantiecomponent, en een derde geheugen met een ingang, welke dient voor het ontvangen van de afgescheiden luminantiecomponent, waarbij ' het tweede geheugen voorziet in een eerste vertraging van minder dan één periode van een steekproefsignaal en het tweede geheugen 20 voorziet in een tweede vertraging, welke twee perioden van het steekproefsignaal bedraagt,waarbij het eerste geheugen in responsie op de geheugenbesturingsorganen een eerste en afwisselend volgende horizontale regel van hét ibgangskleurentelevisiesignaal opslaat voordat dit aan de luminantie- en chrominantiescheidingsorganen 25 · wordt;toegevoerd, gedurende een eerste interval, dat overeenkomt met één horizontale regel plus een halve periode van het steekproefsignaal, en een tweede en afwisselende volgende horizontale regel van hét ingangskleurentelevisiesignaal opslaat voordat dit signaal aan de luminantie- en chrominantiescheidingsorganen wordt toegevoerd, 30 gedurende een tweede interval, dat overeenkomt met één horizontale regel verminderd met 2k periode van het steekproefsignaal, waarbij derde schakelorganen aanwezig zijn waarvan één ingang met de uitgang van het derde geheugen is gekoppeld en een tweede ingang dient voor het ontvangen van de afgescheiden luminantiecomponent uit de 35 luminantie- en chrominantiescheidingsorganen, waarbij deze derde 8101437 - 45 - schakelorganen in responsie op de geheugenbesturingsorganen aan de combinatieorganen de luminantiecomponent, die uit de luminantie-en chrominantiescheidingsorganen wordt ontvangen, tijdens de eerste en afwisselend volgende horizontale regels toevoeren en aan de 5 combinatieorganen de luminantiecomponent, die uit het derde geheu gen wordt ontvangen, tijdens de tweede en afwisselende volgende horizontale regels toevoeren.
7, Uitvalcompensator volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het ingangskleurentelevisiesignaal eerst wordt toegevoerd aan de 10 luminantie- en chrominantiescheidingsorganen, en de geheugenorganen zijn voorzien van een eerste geheugen en een tweede geheugen, elk met een opzamelcapaciteit van tenminste één horizontale regel, waarbij het eerste geheugen dient voor het ontvangen van de afgescheiden chrominantiecomponent en het tweede geheugen dient voor het 15 ontvangen van de afgescheiden luminantiecomponent, waarbij het eer ste geheugen in responsie op geheugenbesturingsorganen de eerste en tweede opslagtijden voor de chrominantiecomponent verschaft en het tweede geheugen in responsie op de geheugenbesturingsorganen de derde en vierde opslagtijden verschaft. ! 8101437
NL8101437A 1980-03-24 1981-03-23 Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen. NL8101437A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US13304280A 1980-03-24 1980-03-24
US13304280 1980-03-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8101437A true NL8101437A (nl) 1981-10-16

Family

ID=22456756

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8101437A NL8101437A (nl) 1980-03-24 1981-03-23 Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen.

Country Status (8)

Country Link
JP (1) JPS56149190A (nl)
CA (1) CA1171521A (nl)
DE (1) DE3111334C2 (nl)
FR (1) FR2478924B1 (nl)
GB (1) GB2072457B (nl)
HK (1) HK26686A (nl)
IT (1) IT1144484B (nl)
NL (1) NL8101437A (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5836087A (ja) * 1981-08-27 1983-03-02 Matsushita Electric Ind Co Ltd ドロツプアウト補償装置
JPH01236743A (ja) * 1988-03-17 1989-09-21 Hitachi Ltd 補間装置
JPH0498987A (ja) * 1990-08-16 1992-03-31 Matsushita Electric Ind Co Ltd 誤り修整方法
GB2250395A (en) * 1990-11-27 1992-06-03 Ferguson Ltd Reducing visibility of impulsive interference in television satellite recievers

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3586762A (en) * 1969-02-03 1971-06-22 Minnesota Mining & Mfg Dropout compensator for pal color television
US3679814A (en) * 1970-02-16 1972-07-25 Minnesota Mining & Mfg Dropout compensator for color television
GB1436757A (en) * 1973-09-11 1976-05-26 Quantel Ltd Drop out compensation system
US3952326A (en) * 1974-09-19 1976-04-20 Basf Aktiengesellschaft Dropout compensator for a trisequential color video playback system
NL7506411A (nl) * 1975-05-30 1976-12-02 Philips Corp Signaaluitvalkompensatie-inrichting.
GB2008888B (en) * 1977-10-27 1982-06-30 Quantel Ltd Drop-out compensation system

Also Published As

Publication number Publication date
IT8148079A0 (it) 1981-03-23
FR2478924A1 (fr) 1981-09-25
JPH0262997B2 (nl) 1990-12-27
IT1144484B (it) 1986-10-29
DE3111334A1 (de) 1982-01-14
HK26686A (en) 1986-04-18
DE3111334C2 (de) 1984-08-16
FR2478924B1 (fr) 1985-01-18
GB2072457B (en) 1984-02-08
JPS56149190A (en) 1981-11-18
GB2072457A (en) 1981-09-30
CA1171521A (en) 1984-07-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3984624A (en) Video system for conveying digital and analog information
NL192486C (nl) Kleurenvideobandinrichting.
EP0190919B2 (en) Recording system
NL8105783A (nl) Snelheidsfoutcompensatie-inrichting.
US5062005A (en) Videodisc reproducing apparatus
JPH0644830B2 (ja) ビデオ信号処理システム
NL8302938A (nl) Inrichting voor opname van een kleurenvideosignaal.
KR950007898B1 (ko) 텔레비젼 디스플레이 장치
US4651209A (en) Television display system with increased field frequency
EP0122561B1 (en) Television video signal synchronizing apparatus
US4490748A (en) Method and apparatus for one line dropout compensation of color television signals
US5063437A (en) Method and apparatus for processing a color video signal
NL8101437A (nl) Werkwijze en inrichting voor uitvalcompensatie bij kleurentelevisiesignalen.
KR930010690B1 (ko) 시간축 보정 장치의 서입 클럭 발생회로
EP0220057B1 (en) System for phase correction of a color television signal
US4717950A (en) Signal phase control by memory cycle read/write groups unlock
US5394276A (en) Method and apparatus for two-channel recording of video signals
JPH06101855B2 (ja) ビデオ信号変換装置
JPS60100893A (ja) 時間順次伝送方式
JPH0832022B2 (ja) 映像信号変換装置
JP4656759B2 (ja) 走査線変換装置
JPH04304082A (ja) 画像信号変換装置
JP2601870B2 (ja) カラー映像信号の処理方法及び装置
JP2629834B2 (ja) 遅延誤差補正装置
KR900007430B1 (ko) 다수의 필드메모리를 이용한 tv 명멸현상방지회로

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed