NL8002626A - Klemconstructie. - Google Patents

Klemconstructie. Download PDF

Info

Publication number
NL8002626A
NL8002626A NL8002626A NL8002626A NL8002626A NL 8002626 A NL8002626 A NL 8002626A NL 8002626 A NL8002626 A NL 8002626A NL 8002626 A NL8002626 A NL 8002626A NL 8002626 A NL8002626 A NL 8002626A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
band
clamping
clamp
construction according
tongue
Prior art date
Application number
NL8002626A
Other languages
English (en)
Other versions
NL190381B (nl
NL190381C (nl
Original Assignee
Oetiker Hans
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=21891780&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL8002626(A) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Oetiker Hans filed Critical Oetiker Hans
Publication of NL8002626A publication Critical patent/NL8002626A/nl
Priority to NLAANVRAGE8801222,A priority Critical patent/NL185791C/nl
Publication of NL190381B publication Critical patent/NL190381B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL190381C publication Critical patent/NL190381C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L33/00Arrangements for connecting hoses to rigid members; Rigid hose connectors, i.e. single members engaging both hoses
    • F16L33/02Hose-clips
    • F16L33/035Hose-clips fixed by means of teeth or hooks
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D63/00Flexible elongated elements, e.g. straps, for bundling or supporting articles
    • B65D63/02Metallic straps, tapes, or bands; Joints between ends thereof
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L21/00Joints with sleeve or socket
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L33/00Arrangements for connecting hoses to rigid members; Rigid hose connectors, i.e. single members engaging both hoses
    • F16L33/02Hose-clips
    • F16L33/025Hose-clips tightened by deforming radially extending loops or folds
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/14Bale and package ties, hose clamps
    • Y10T24/1412Bale and package ties, hose clamps with tighteners
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/14Bale and package ties, hose clamps
    • Y10T24/1457Metal bands
    • Y10T24/1478Circumferentially swagged band clamp
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/14Bale and package ties, hose clamps
    • Y10T24/1457Metal bands
    • Y10T24/1486Screw locked band clamp
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/14Bale and package ties, hose clamps
    • Y10T24/1457Metal bands
    • Y10T24/1488Swedged to lock band ends
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/49Fastener destructively secured by reshaping distortion force [e.g., ductile fastener]

Description

*? < *
N/29.55Ö-tM/iïO
Klemconstructie.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een slangklem en meer in het bijzonder op een open slangklem waarvan de vrije einden mechanisch met elkaar verbonden kunnen worden.
Verschillende typen slangklemmen zijn bekend in de 5 stand van de techniek, waarin een klemband bijvoorbeeld van plat strip-.materiaal mechanisch aan de vrije einden daarvan kan worden verbonden om een ringvormige klemconstructie te vormen die kan worden vastgezet door constructie van een zogenaamd "Oetiker" oor.
Aan het begin moet men onderscheid maken tussen de 10 klemmen, waarvan de vrije einden permanent reeds met elkaar zijn verbonden voor installatie en de open klemmen, waarvan de open einden met elkaar worden verbonden pas nadat ze zijn geïnstalleerd om het te bevestigen voorwerp. Het eerste type slangklemmen waartoe de klemmen behoren waarvan de open einden van te voren met elkaar zijn verbonden, bijvoor-15 beeld door puntlassen of door een klinknagel volgens het Amerikaanse octrooischrift 5*286.314, moeten axiaal worden gemonteerd op soortgelijke wijze als de slangklemmen volgens de Amerikaanse oetrooischriften 2.614.304 en 3*082.498 (figuur 1 en 2), dus ze moeten axiaal geschoven worden over het te bevestigen voorwerp voordat het zogenaamde "Oetiker” 20 oor in de geïnstalleerde stand wordt samengetrokken. Axiale montage wordt echter onrealistisch als bijvoorbeeld een klem verkeerd is gemonteerd op de montagelijn, bijvoorbeeld over een ashoes en de verkeerd gemonteerde klem moet worden opengesneden en verwijderd en een vervangingsklem met dezelfde afmetingen daarna op de juiste wijze moet worden aangebracht 25 op de plaats van de eerder verkeerd geïnstalleerde klem. Tenzij deze klem van het open type is met precies dezelfde afmetingen, die kan worden geïnstalleerd door deze in de omtreksrichting te plaatsen om het te bevestigen deel en daarna de eerder open klem te sluiten, zou een demontage van de onderdelen in kwestie nodig zijn, hetgeen buitengewoon kostbaar 30 zou zijn bij lopende bandteehnieken zoals bijvoorbeeld in de autoindustrie worden toegepast. Natuurlijk treden dezelfde problemen op als een klem had moeten worden geïnstalleerd aan de montagelijn maar volkomen weggelaten is.
Verschillende voorstellen zijn tot nu toe gedaan om 35 een open klem te verschaffen die naderhand kan worden geïnstalleerd door deze in de omtreksrichting te plaatsen om het te bevestigen voorwerp. Het 800 2 6 26 - 2 -
Amerikaanse octrooischrift 2.847.742 toont bijvoorbeeld een klemcanstruc-tie die gebruik maakt van een geperforeerde klemband die is vervaardigd van zogenaamd laddervormig bandmateriaal, waarvan de vrije einden met elkaar kunnen worden verbonden door een brugdeel met een zogenaamd 5 "Oetiker" oor en naar binnen stekende haken die grijpen in openingen van de geperforeerde band, voordat het oor wordt samengetrokken. Naar binnen uitstekende haken zijn nadelig, daar ze het slangmateriaal kunnen beschadigen. Verschillende alternatieven van naar binnen stekende haken, waaronder naar buiten stekende haken, zijn tot nu toe voorgesteld, bijvoor-10 beeld volgens de Amerikaanse octrooischriften 3.082.498 (figuur 4) en 3.321.811. Het nadeel van de bekende klemmen volgens het Amerikaanse octrooischrift 3»321.8l1 en figuur 4 van het Amerikaanse octrooischrift 3.082.498 ligt in het gebrek aan voldoende houdveimogen, wanneer de zogenaamde "Oetiker” oor is samengetrokken, daar de niet onbelangrijke 15 omtrekskrachten de neiging hebben om de haak terug te buigen, en dientengevolge de klem opengaat. Dit probleem is des te ernstiger naarmate dunner bandmateriaal wordt gebruikt voor de klem. Om dit probleem te vermijden zijn reeds slangklemmen met twee haken voorgesteld in de Amerikaanse octrooischriften 3.475.793 en 3·523·337. Verder worden slangklemmen van het 20 type volgens het Amerikaanse octrooischrift 3.321.8η gemaakt, waarbij twee haken met een iets andere vorm werden toegepast. Al deze bekende haken waren in de vorm van meer of minder rechthoekige lippen die zijn gebogen uit het bandmateriaal, nadat aanvankelijk een ongeveer U-vormige snede was gevormd om de lippen te vormen.
25 Een volkomen bevredigend houdvermogen kan echter zelfs niet bij deze dubbele haakuitvoeringen worden verkregen tengevolge van het onvermijdbare buigen als gevolg van de grote trekkrachten die worden opgewekt wanneer een "Oetiker" oor wordt samengetrokken, waarbij trekkrachten kunnen optreden van 200 kg en meer. Zelfs een uitvoering 30 met twee haken in de klemconstructie volgens het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 3*321.811, waarvan êên hoofdzakelijk is bedoeld als ophanghaak en de andere als steunhaak, bleek ver van bevredigend te zijn omdat niet alleen de lipvormige ophanghaak maar ook de lipvormige steunhaak meegaf, dus teruggebogen werd waardoor de klem openging bij aanwezig-35 heid van de in de omtreksrichting gerichte betrekkelijk grote trekkrachten die optreden wanneer het zogenaamde "Oetiker" oor wordt samengetrokken.
De onderhavige uitvinding beoogt de bovengenoemde tekortkomingen en nadelen van de bekende stand van de techniek te vermijden met eenvoudige middelen en een klemconstructie van het open type te ver- 800 2 6 26 - 3 - « i * schaffen, die in de omtreksrichting kan worden geïnstalleerd om het te bevestigen voorwerp en waarbij de open einden daarna mechanisch met elkaar kunnen worden verbonden door toepassing van naar buiten stekende haken die alle optredende krachten kunnen opnemen.
5 De onderliggende problemen worden volgens de onder havige uitvinding opgelost, doordat tenminste ëên van de haken een steun-haak is die is verkregen door het bandmateriaal koud te vervormen en die een krachtopneemaanligvlak heeft, dat werkzaam is voor het opnemen van de in de omtreksrichting gerichte krachten die worden veroorzaakt door het 10 vastzetten van de klemeonstructie als gevolg van het samentrekken van het oor, door aangrijping met de rand van een betreffende opening die is verschaft in het buitenste banddeel. Bij voorkeur wordt elke koud vervormde steunhaak gemaakt door een deel van het bandmateriaal uit te drukken, waardoor de koud vervormde steunhaak alleen langs een enkele dwarssnede 15 die het steunhaakeind vormt met het krachtopneemaanligvlak dat wordt blootgesteld aan de in de omtreksrichting gerichte krachten bij aangrijping met een corresponderende opening, geen geheel vormt met de normale vorm van het bandmateriaal. In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding vormt de koud vervormde steunhaak vol-20 gens de onderhavige uitvinding dus een geheel met aangrenzende delen van het banddeel aan alle zijden daarvan behalve in het gebied van de dwarssnede.
Het aanlegvlak dat is gevormd door de koude vervorming nadat de dwarssnede is gemaakt, is convex gebogen ten opzichte van 25 het platte bandmateriaal. In een geschikte uitvoering loopt de koud vervormde steunhaak volgens de uitvinding taps in hoogte en breedte in de omtreksrichting vanaf zijn aanligvlak.
m een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm, van de uitvinding is de ophanghaak een althans nagenoeg rechthoekige lipvormige 30 haak die is gevormd door een U-vormige snede in het bandmateriaal en die werkzaam is om het binnenste en buitenste banddeel ten opzichte van elkaar tijdens de aanvankelijke samentrekking van het oor te geleiden. Deze lipvormige ophanghaak is uitgebogen op dezelfde manier als de bekende haken en dient om aanvankelijk het buitenste banddeel te grijpen door te 35 steken in de overeenkomstige opening daarvan en daarna om het binnenste en buitenste banddeel ten opzichte van elkaar te geleiden, terwijl de in de omtreksrichting gerichte klemkrachten die optreden bij het samentrekken van het zogenaamde "Oetiker" oor, voornamelijk worden opgenomen door de koud vervormde steunhaak die in tegenstelling met de ophanghaak, 800 2 6 26 - 4 - êên geheel vormt met het bandmateriaal langs zijn in de omtreksriehting gerichte zijden.
In een bijzonder gunstige uitvoering van de onderhavige uitvinding wordt êên ophanghaak gevolgd in de omtreksriehting door 5 êên of meer steunhaken waarbij de ophanghaak het verst is verwijderd van het vrije eind van het binnenste banddeel. Om onjuiste montage te vermijden is de omtreksafstand tussen de ophanghaak en de volgende aangrenzende steunhaak evenals de omtreksafstand van de overeenkomstige openingen in het buitenste banddeel verschillend van de omtreksafstand tussen de twee 10 steunhaken en hun betreffende openingen in het buitenste banddeel. Anders is het alleen nodig om het banddeel vanaf de laatste opening naar het overeenkomstige vrije eind van de band langer te maken dan de lengte in de omtreksriehting van.het banddeel tussen aangrenzende haken om onjuiste montage te verhinderen.
15 Om te verhinderen dat het slangmateriaal wordt ge drukt in de spleet onder het oor, welke spleet kan achterblijven nadat het oor geheel is samengetrokken, en om aldus een mogelijke lekplaats te verhinderen, kan het binnenste bandeind zich onder het oor uitstrekken en op een voorafbepaalde afstand daar voorbij eindigen. De haken vol-20 gens de onderhavige uitvinding worden dan geplaatst aan de zijde van de binnenste band die ten opzichte van het "Oetiker" oor aan de tegenovergestelde zijde van het vrije binneneind van de band ligt, terwijl het buitenste bandeinddeel met de openingen dan ligt over het binnenste bandeind-deel met de haken.
25 Bij de toepassing van de meer elastische, rubber achtige slangmaterialen zoals werden toegepast in het verleden, kunnen kleine discontinuïteiten of stappen gemakkelijk worden opgenomen daar het elastische materiaal deze discontinuïteiten of stappen in het slang-opneemoppervlak van de klem zonder gevaar van lekkage gemakkelijk com-50 penseert. Bij gebruik van betrekkelijk harde kunststof slangmaterialen met een hardheid van 90 Shore of meer of bij het gebruik van zeer dun-wandige harde of zachte slangmaterialen met een dikte van de orde van 1 mm of enkele millimeters of minder, die in het recente verleden beschikbaar zijn geworden, wordt het belangrijk een althans nagenoeg stap-55 loze en spleetloze overgang tussen de overlappende bandeinden te verschaffen, dus een continu of ononderbroken glad, met de slang in aanraking komend binnenoppervlak te verschaffen zonder stappen of discontinuïteiten om met zekerheid lekkageproblemen te vermijden. Daar overlappende band-delen nomaal een stap hebben die overeenkomt met de dikte van het mate- 800 2 6 26 - 5 - riaal als geen andere maatregelen worden genomen, of een spleet (discontinuïteit) als een stapschouder of verspringing is verschaft die leidt naar het overlappende buitenste banddeel, verschaft de onderhavige uitvinding ook een middel voor het verschaffen van een althans nagenoeg 5 spleetloze overgang in de omtreksrichting van het vrije eind van het binnenste banddeel naar het overige ringvormige gedeelte van de klem-construetie die wordt gevormd door de band wanneer de klemconstructie wordt vastgezet. Het middel volgens de uitvinding omvat een tongvormig verlengstuk aan het vrije eind van het binnenste banddeel en dit kan 10 worden opgenomen in een sleufvormige opening die is gevormd op de overeenkomstige plaat van het buitenste banddeel. Als het buitenste banddeel is voorzien van een zich buitenwaarts uitstrekkend stapvormig deel, zodat het buitenste banddeel is verplaatst ten opzichte van het binnenste banddeel over een radiale afstand die ongeveer gelijk is aan de dikte van 15 het bandmateriaal, is de sleufvormige tongopneemopening gevormd tenminste binnen het gebied van het stapvormige deel en strekt deze zich afhankelijk van de lengte van het tongvormige verlengstuk in de omtreksrichting uit over een afstand die voldoende is om de gehele lengte van het tongvormige verlengstuk op te nemen wanneer het oor geheel is samengetrokken. Het 20 tongvormige deel kan in dwarsdoorsnede plat zijn maar ook gebogen, bijvoorbeeld concaaf of bij voorkeur convex gebogen, zodat de op het te bevestigen voorwerp aangrijpende krachten worden geconcentreerd op de meer of minder puntvormige buiteneindzones van het gebogen gedeelte van het bolvormige gedeelte, zodat de druk wordt vergroot in de contactzone van 25 het tongvormige deel met het te bevestigen voorwerp dat dus met grotere kracht wordt geklemd binnen deze zone tegen het betrekkelijk vaste deel zoals een nippel of dergelijke.
De onderhavige uitvinding maakt het dus mogelijk een cirkel in diameter te verkleinen zonder afwijkingen van de cirkelvorm van 30 de klem en zonder overgangsstappen of spleten die lekkage veroorzaken speciaal bij betrekkelijk harde kunststof slangen of bij zeer dunwandige harde of zachte slangmaterialen, maar vermijdt de noodzaak van axiale plaatsing van de klem, hetgeen een belangrijke vooruitgang op het gebied van de klemtecbniek betekent.
35 Speciaal als het voor de klemconstructie toegepaste bandmateriaal betrekkelijk dun is, kan het binnenste banddeel zijn voorzien van tenminste één zich in de omtreksrichting uitstrekkende, convex gevormde verhoging binnen de zone onder de opening van het oor om te worden aangegrepen door de hoekvormige overgangen tussen de band en de 800 26 26 - β - naar bulten uitstekende benen van het "Oetiker" oor tijdens de samentrekking daarvan. De hoekvormige overgangen lopen op de verhoging tijdens de samentrekking van het oor, waardoor het binnenste banddeel onder de opening van het oor sterker tegen het slangmateriaal wordt gedrukt, waardoor 5 het uitknikken van betrekkelijk dun bandmateriaal tot In de spleet onder het oor wordt vermeden.
Als de binnenste en buitenste banddelen van de klem-oonstructie alleen op zodanige wijze overlappen, dat de opening onder het oor niet langer wordt overbrugd door het binnenste banddeel, bij-10 voorbeeld als ze alleen overlappen binnen het gebied van de mechanische verbinding dat tegenover een zogenaamd ’’Oetiker” oor ligt, wordt niet alleen de opening onder het oor op doelmatige wijze overbrugd door het binnenste banddeel, maar kan ook een stap of spleet worden gevormd bij het vrije eind van het binnenste banddeel, die weer een zone van moge-15 lijke lekkage kan vormen. De onderhavige uitvinding vermijdt deze lekkage-problemen door middelen bij de vrije einden van de overlappende binnenste en buitenste banddelen om een althans nagenoeg spleetloze overgang in de omtreksrichting van het binnenste banddeel naar de ringvorm van de door de band gevormde klemconstructie te verzekeren. Deze middelen kunnen weer 20 volgens de onderhavige uitvinding een tongvorraig verlengstuk aan het vrije eind van het binnenste banddeel omvatten dat grijpt in een sleufvormige tongopneemopening in de overeenkomstige plaats van het buitenste banddeel. Als het buitenste banddeel is voorzien van een zich buitenwaarts uitstrekkend stapvormig deel, dat het buitenste banddeel ten opzichte 25 van het binnenste banddeel in de radiale richting verplaatst over een afstand die ongeveer gelijk is aan de materiaaldikte van de band, dan wordt de sleufvormige tongopneemopening bij voorkeur gevormd tenminste binnen de zone van het stapvormige deel en afhankelijk van de lengte van het tongvormige verlengstuk voortgezet in de klemband in de omtreksrichting 30 over een voldoende afstand voor het opnemen van de gehele lengte van het tongvormige verlengstuk. Dit tongvormige verlengstuk kan betrekkelijk plat in dwarsdoorsnede zijn maar is bij voorkeur weer convex in dwarsdoorsnede voor het concentreren van de klemkrachten in de buitenzones van de gebogen vorm. Bovendien, om lekkageproblemen in deze klemconstruc-35 tie te vermijden binnen de zone onder het oor waar een spleet kan achterblijven zelfs na samentrekking van het oor, kan een inzetstuk van betrekkelijk dun bandmateriaal worden verschaft zoals bijvoorbeeld bekend is in de Amerikaanse octrooischriften 3-303·669 of 3.789*^63. Voor het verminderen van lekkageproblemen tengevolge van de aanwezigheid van stappen 800 2 6 26 -Ιοί verspringingen aan de vrije einden van het inzetstuk, werden de inzet-stukken volgens de bekende stand van de techniek gemaakt van betrekkelijk dun bandmateriaal en voorzien van versterkingsmiddelen in de vorm van langsgroeven of dergelijke voor het verhinderen van het knikken of samen-5 klappen van het inzetstuk tot in de spleet onder het oor. Hoewel de kleine stap of verspringing die het gevolg is van het dunne bandmateriaal van de bekende inzetstukken kan worden verwaarloosd bij de toepassing van de meer elastische rubberachtige slangmaterialen, is dit niet langer het geval bij toepassing van de betrekkelijk harde kunststof slangen of 10 zeer dunwandige harde of zachte slangmaterialen die pas onlangs beschikbaar zijn geworden. De onderhavige uitvinding verschaft derhalve een inzetstuk dat op doelmatige wijze lekkageproblemen opheft en dat bovendien kan worden gemaakt met elke materiaaldikte, dus met dezelfde dikte als de klemband zelf of zelfs dikker maar een althans nagenoeg spleetloze 15 overgang binnen de zone van de vrije einden van het inzetstuk verschaft. Dit wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt, doordat een tongvormig verlengstuk is aangebraeht aan elk vrije eind van het inzetstuk om te grijpen in een betreffende sleufvormige tongopneemopening die is aangebracht in de overeenkomstige zone van de band. Als de band is voor-20 zien van een zich buitenwaarts uitstrekkende stap, is de sleufvormige tongopneemopening tenminste binnen de zone van de stap aangebracht en afhankelijk van de lengte van het tongvormige deel voortgezet in de omtreksrich-ting van de klemband over een voldoende afstand voor het opnemen van de lengte van een tongvormig verlengstuk. Elk tongvormig deel van het inzet-25 stuk kan daardoor een betrekkelijk platte dwarsdoorsnede hebben maar is bij voorkeur weer convex gebogen in dwarsdoorsnede om de bovengenoemde redenen.
Bij een andere uitvoering volgens de onderhavige uitvinding vormt het zogenaamde "Oetiker" oor één geheel met een zich ge-30 deeltelijk in de omtreksrichting uitstrekkend banddeel aan elke zijde daarvan voor het vormen van een brugvormig klemdeel, waarbij de twee zich in de omtreksrichting uitstrekkende banddelen van het brugvormige klemdeel elk een binnenste banddeel met haken volgens de onderhavige uitvinding vormen, die kunnen grijpen in overeenkomstige openingen die zijn 35 aangebracht in de overlappende buiteneinddelen van de band. Om lekkageproblemen te vermijden die het gevolg zouden kunnen zijn van stappen of spleten (discontinuïteiten) binnen de overlappingszone van de vrije einden van de binnenste banddelen van het brugvormige klemdeel en van de vrije einden van de banddelen aan de buitenzijde daarvan, verschaft de onder- 800 2 6 26 - 8 - havige uitvinding middelen voor het verzekeren van een althans nagenoeg staploze en spleetloze overgang binnen deze overlapplngszcne van de binnenste banddelen naar de ringvorm van de door de band gevormde klem-constructie. Dit wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt, door-5 dat het vrije eind van elk binnenste banddeel van het brugvormige klem-deel is voorzien van een tongvormig verlengstuk dat kan grijpen in een sleufvormige tongopneemopenlng die is gevormd op de overeenkomstige plaats van de klemband voor het verzekeren van een althans nagenoeg spleetvrije overgang van de einden van de binnenste banddelen van het brugvormige 10 klemorgaan naar de cirkelvorm van de door de klemband gevormde klemcon-structie, De sleufvormige tongopneemopeningen worden bij voorkeur aangebracht tenminste binnen de zone van een in de klemband gevormd stapvor-mig deel. Als de ophanghaak voldoende lang wordt gemaakt, kan één eind van het brugvormige klemorgaan vooraf worden gemonteerd op een eind van 15 de band door de ophanghaak te steken door de overeenkomstige opening en dan deze terug te buigen in de richting naar het bandmateriaal.
De toepassing van een open klemband volgens de onderhavige uitvinding, met banden met openingen alleen voor aangrijping van de haken of met openingen over de gehele lengte van de band zoals bij 20 laddervormige banden, maakt de toepassing van elke lengte en diameter voor reparatiedoeleinden mogelijk door de toepassing van één of meerdere van dergelijke open klembanden, met toepassing van een plastisch vervormbaar oor tussen zijn uiteinden en met haken volgaas de onderhavige uitvinding aan een eind en overeenstemmende openingen aan het andere eind 25 van de band.
De klemband kan een laddervormige band zijn volgens het Amerikaanse octrooischrift 2.847.74-2 voor het verkrijgen van verschillende diameters van de klemconstructie. Om tongopneemopeningen voor de tongvormige delen aan de vrije einden van het brugvormige klemdeel te 30 verkrijgen is het alleen nodig êên of meer banddelen van de laddervormige klemband te verwijderen. Het betrekkelijk dunne bandmateriaal dat vaak wordt gebruikt voor een laddervormige klemband, kan het bovendien overbodig maken banddelen uit te snijden voor het verkrijgen van tongopneem-raiddelen, daar het tongvormige verlengstuk aan de vrije einden van het 35 brugvormige klemdeel de dunne banddelen zal uitbuigen om een tongopneem-kanaal te vormen voor het opnemen van de betrekkelijk nauwe tongvormige verlengstukken en daarmede weer een spleetloze overgang in de omtreks-richting te verzekeren.
Volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige 800 2 6 26 * * - 9 - uitvinding kan het buitenste banddeel ook zijn voorzien van een kanaalvormige verhoging met een meer of minder convexe dwarsdoorsnede. Een dergelijke kanaalvormige verhoging in de middenzone van de band heeft de neiging ran de klemband tegen buiging te verstijven in vergelijking 5 met de geringere buigstijfheid van het platte bandmateriaal. Dit verschil in buigsterkte verhindert op zijn beurt het aanhouden van een zuivere.cirkelvorm van de klemcanstructie tijdens de samentrekking van het oor. Om dit probleem te verminderen is reeds voorgesteld sleufvormige dwarse sneden aan te brengen in een dergelijke verhoging om een 10 weerstand tegen buiging in de verhoogde zone te verkrijgen die ongeveer gelijk is aan het platte niet-verhoogde bandmateriaal. Deze uitvoering brengt het probleem mee, dat een tongvormig verlengstuk dat glijdt in de kanaalvormige verhoging tijdens de samentrekking van het oor kan stuiten in één van de dwarssneden, waardoor het klemvermogen van de 15 klémconstructie in gevaar komt. Om dit nadeel te vermijden zou men kunnen overwegen het vrije eind van het tongvormige verlengstuk naar binnen te buigen op de manier van een skipunt. Dit zou echter het nadeel meebrengen, dat de naar binnen gebogen punt kan snijden in het plastic slangmateriaal dat daardoor beschadigd wordt. Om deze nadelen te ver-20 mijden stelt de onderhavige uitvinding een tongopneemkanaal voor in de vorm van een uitgeperste verhoging of opsparing die zich in de omtreks-richting binnen de centrale zone van de band uitstrekt. Het tongopneemkanaal kan worden gescheiden van het overige bandmateriaal aan de beide zijden daarvan door langssneden. Als de sneden worden onderbroken, zal 25 het tongopneemkanaal êên geheel vormen met het bandmateriaal aan de beide zijden van het tongopneemkanaal langs betrekkelijk korte banddelen die worden gevormd door de onderbroken langssneden aan beide zijden van het uitgedrukte tongopneemkanaal. Het uitgespaarde tongopneemkanaal kan verschillende vormen in dwarsdoorsnede hebben afhankelijk van de dwarsdoor-30 snede van het tongvormige verlengstuk en kan dus meer of minder plat zijn. Dit maakt het mogelijk een uitgespaard tongopneemkanaal te verschaffen dat betrekkelijk plat is binnen de zone van de bodem van de uitsparing die is begrensd door de langssneden en die althans nagenoeg dezelfde stijfheid tegen buiging biedt als het oorspronkelijke bandma-35 teriaal, waar die kan worden uitgespaard ten opzichte van het overige bandoppervlak voor het opnemen van het tongvormige verlengstuk teneinde een spleetloze overgang te verzekeren. Dit type klemconstructie kan worden vervaardigd op zeer goedkope manier door middel van geschikte gereedschappen waardoor een spleetloze en staploze overgang is gewaar- 800 2 6 26 - 10 - borgd zonder het gevaar dat een tongvorraig deel stuit in een dwarssnede of zonder de noodzaak van een skipuntvormige uitvoering van het eind van het tongvormige deel. De langssneden kunnen daardoor beginnen binnen de zone van een stapvormig deel in de band die leidt naar het buitenste 5 banddeel en kunnen eindigen in de zone van een ander stapvormig deel van de kanaalvormige uitsparing, waardoor de uitgedrukte bodem van de kanaalvonnige uitsparing het stapvormige deel in de band niet volgt en dus de vorming van het tongopneemkanaal mogelijk maakt. Bovendien vermijdt het tongopneemkanaal met de uitsparing volgens de onderhavige 10 uitvinding niet alleen het onaantrekkelijke uitsteken van het tongdeel door een opening maar vermijdt ook het gevaar van letsel als gevolg van het uitsteken van het tongdeel buitenwaarts voorbij het buitenste banddeel .
Als de klemband is gemaakt uit zogenaamd ladderma-15 teriaal met openingen over de gehele lengte of als het aantal openingen in de klemband groter is dan het aantal haken voor de mechanische verbinding, is het mogelijk een klemconstructie met verschillende diameters te verkrijgen. In dit geval is de lengte van het tongvormige verlengstuk en het tongopneemkanaal zodanig dat alle mogelijke diameters met het aan-20 tal openingen kunnen worden verkregen zonder spleten of discontinuïteiten in het op het voorwerp aangrijpende oppervlak van de klemconstructie.
De onderhavige uitvinding verzekert een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting van een binnenste banddeel naar de ringvorm van de door de klemband gevonnde klemconstructie 25 voor een klemconstructie met een klemband met open einden die mechanisch kunnen worden verbonden door buitenwaarts uitstekende haken in het binnenste banddeel die werkzaam zijn om te grijpen in overeenkomstige openingen in een buitenste banddeel bij samentrekking van een zogenaamd "Oetiker" oor. Hiertoe verschaft de onderhavige uitvinding een tongvormig verlengstuk 30 aan het vrije eind van het binnenste banddeel dat werkzaam is on te grijpen in een tangopneemmiddel in de overeenkomstige zone van het buitenste banddeel. In een uitvoeringsvorm is een ophanghaak aangebracht die kan uitsteken door een overeenkomstige opening en die werkzaam is voor het geleiden van het binnenste en buitenste banddeel ten opzichte van elkaar 35 tijdens de aanvankelijke samentrekking van het oor, terwijl verder tenminste één steunhaak is aangebracht met een krachtaangrijp aanligopper-vlak dat werkzaam is voor het opnemen van de door samentrekking van het oor veroorzaakte omtrekskrachten.
Volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige 800 2 6 26 - 11 - uitvinding is de mechanische verbinding gevormd door haken in de vorm van lippen die uit het binnenste banddeel in de radiaal buitenwaartse richting uitstéken, waarbij twee evenwijdige lippen elk op een afstand in de dwarsrichting'van het binnenste banddeel zijn aangebracht waartussen 5 een betrekkelijk nauw centraal banddeel overblijft. De lippen die de haken vormen kunnen grijpen in openingen die zijn gevormd door recht-• hoekig uitgesneden delen in het buitenste banddeel en complementair in lengte zijn aan de lippen zodat deze daarin kunnen worden opgenomen.
Elke lip is voordat deze uit het bandmateriaal is gebogen, gevormd door 10 een snede, bijvoorbeeld in de vorm van een parallelogram in het binnenste banddeel waarvan het voor- en achtervlak schuin naar buiten lopen vanaf het betreffende banddeeleind. Dientengevolge hellen het voor- en achter-eindvlak van de lippen overeenkomstig.
Natuurlijk is de mechanische verbinding volgens de 15 uitvinding net zo gunstig bij toepassing bij sehroefklemmen die door schroefwerking worden vastgezet, daar de noodzaak is vermeden om de klem volkomen los te schroeven en te openen om deze te installeren om het te bevestigen voorwerp in de omtreksrichting en vervolgens weer te verbinden door de schroef of bout in de daarvoor aangebrachte corresponderende 20 gaten te schroeven.
Een doel van de onderhavige uitvinding is dus het verschaffen van een klemconstructie met open einden die met eenvoudige middelen de bovengenoemde tekortkomingen en nadelen van de bekende stand van de techniek vermijdt.
25 Een ander doel van de uitvinding ligt in een open klemconstructie die kan worden gesloten bij installatie over het te bevestigen voorwerp en die is voorzien van een mechanische verbinding die op een geheel bevredigende wijze de betrekkelijk grote in de omtreksrichting gerichte krachten kan opnemen die optreden bij samentrekking van 30 een typisch "Oetiker" oor, zelfs bij toepassing van pneumatische gereedschappen.
Een verder doel van de onderhavige uitvinding ligt in een open slangklem, in het bijzonder voor toepassing bij betrekkelijk harde plastic materialen, die een vermindering van de eirkeldiameter 55 toelaat maar tegelijk een geheel bevredigende lekkagevrije dichtheid verzekert over de gehele omtrek van de klemconstructie.
Nog een verder doel van de onderhavige uitvinding ligt in een van een open eind voorziene klemconstructie die in de omtreksrichting kan worden geïnstalleerd door de klemband te buigen om het te 800 2 6 26 - 12 - bevestigen voorwerp en daarna mechanisch de open einden ervan te verbinden, die simpel is van constructie, betrekkelijk gemakkelijk te fabriceren en betrekkelijk lage kosten veroorzaakt bij fabricage en montage.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de 5 hand van de tekening waarin verschillende uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn afgebeeld.
Figuur 1 is een perspectivisch aanzicht van een bekende klemconstructie met open einden en een mechanische verbinding bestaande uit een naar buiten stekende haak die kan grijpen in èên of meer 10 openingen in de buitenband.
Figuur 2 is een gedeeltelijke langsdoorsnede door het binnenste banddeel van de klem van figuur 1.
Figuur 3 is een zijaanzicht van een klemconstructie met open einden die is voorzien van een mechanische verbinding met naar 15 buiten stekende haken volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 4 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht en toont de details van de mechanische verbinding volgens de onderhavige uitvinding voor een klemconstructie met open einden.
Figuur 5 is een gedeeltelijke langsdoorsnede op 20 grotere schaal en toont de details van de streep punt cirkel A (figuur 3).
Figuur 6 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 6-6 van figuur 4.
Figuur 7 is een zijaanzicht van een gewijzigde uit-25 voering van een klemconstructie volgens de uitvinding die overeenkomt met de klemconstructie van figuur 3 maar verder is voorzien van middelen volgens de uitvinding die een spleetloze overgang van het vrije eind van het binnenste banddeel naar de door de klemband gevormde cirkelvorm verzekeren.
30 Figuur 8a is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 8-8 van figuur 7.
Figuur 8b is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 8-8 van figuur 7 en toont een gewijzigde uitvoering met toepassing van twee naast elkaar liggende verhogingen.
35 Figuur 9 Is een gedeeltelijk zijaanzicht in de rich ting van de pijlen 9-9 van figuur 7.
Figuur 10 is een dwarsdoorsnede langs de lijn 10-10 van figuur 7.
Figuur 11a is een dwarsdoorsnede langs de lijn 11-11 800 2 6 26 - 15 - van figuur 7.
Figuur 11b is een soortgelijke dwarsdoorsnede als figuur 11a en toont een concaaf gebogen tongdeel volgens de onderhavige uitvinding.
5 Figuur 12 is een zijaanzicht van weer een andere uitvoering van een klem van het open type met een mechanische verbinding volgens de onderhavige uitvinding die althans nagenoeg tegenover het zogenaamde "Oetiker” oor ligt.
Figuur 15 is een gedeeltelijk zijaanzicht volgens 10 de pijlen 15-13 van figuur 12.
Figuur 14 is een zijaanzicht van een klemconstructie die overeenkomt met figuur 12 maar is voorzien van een inzetstuk voor het overbruggen van de spleet onder het oor en van middelen om een spleet-loze overgang te verzekeren van de einden van het inzetstuk in de cirkel-15 vorm van de door zijn klemband bepaalde klemconstructie.
Figuur 15 is een gedeeltelijk bovenaanzicht volgens de pijl 15-15 van figuur 14.
Figuur 16 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 16-16 van figuur 14.
20 Figuur 17 is een zijaanzicht van een verdere gewij zigde uitvoering van een klemconstructie van het open eind met een mechanische verbinding volgens de uitvinding en met middelen die een althans nagenoeg spleetvrije overgang verzekeren van het vrije eind van het binnenste banddeel met een overlapping van de opening onder het oor naar 25 de ringvorm van de klemconstructie die is bepaald door de band daarvan.
Figuur 18 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 18-18 van figuur 17.
Figuur 19 is een perspectivisch aanzicht van de klemconstructie van figuur 17 in de open stand.
50 Figuur 20 is een perspectivisch aanzicht van een andere uitvoering van een klemconstructie van het open type bestaande uit een klemband en een brugvormig klemdeel dat kan worden verbonden volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 21 is een gedeeltelijke dwarsdoorsnede door 55 de klemconstructie van figuur 20 met de verschillende delen ervan in de gemonteerde stand door de mechanische verbinding volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 22 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht van een eind van een laddervormige klemband waarin een tongopneemkanaal 800 2 6 26 - 14 - is gevormd door de banddelen daarvan uit te buigen.
Figuur 23 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 23-23 van figuur 22.
Figuur 24 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht 5 van een klemconstructie die overeenkomt met figuur 20 en 21 maar is voorzien van middelen om vooraf een klembandeind te monteren op een eind van een brugvormig klemdeel door toepassing van een langere ophanghaak.
Figuur 25 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht dat overeenkomt met figuur 24 en een schuif toont om een eind van de 10 klemband vooraf te monteren op een eind van het brugvormige klemdeel volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 26 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 26-26 van figuur 25.
Figuur 27 is een zijaanzicht van een andere uitvoering 15 van een klemconstructie volgens de onderhavige uitvinding met toepassing van laddervormige klembanden die elk zijn voorzien van een oor om klem-constructies met verschillende diameters te verkrijgen.
Figuur 28 is een gedeeltelijk bovenaanzicht volgens de pijlen 28-28 van figuur 27.
20 Figuur 29 is een gedeeltelijk bovenaanzicht volgens de pijlen 29-29 van figuur 27.
Figuur 30 is een gedeeltelijk zijaanzicht van weer een andere uitvoeringsvorm van een klemconstructie volgens de onderhavige uitvinding die is voorzien van een mechanische verbinding binnen de zone 25 tegenover zijn zogenaamd "0etiker,T oor.
Figuur 31 is een gedeeltelijk bovenaanzicht volgens de lijn 3“* —31 van figuur 30.
Figuur 32 is een perspectivisch aanzicht van een gewijzigde uitvoering van een klemconstructie volgens de uitvinding waar-30 mee de aanzienlijke diametervariaties mogelijk zijn.
Figuur 33 is een perspectivisch aanzicht en toont de klemconstructie van figuur 32 in de gesloten stand.
Figuur 34 is een perspectivisch aanzicht en toont een klemconstructie die enigszins overeenkomt met de klemconstructies van 35 figuur 32 en 33 maar is voorzien van korte bandsecties die de overblijvende zijdelen van het bandmateriaal met de bodem van de kanaalvormige uitsparing verbinden.
Figuur 35 is een gedeeltelijk bovenaanzicht volgens de lijn 35-35 van figuur 34.
800 2 6 26
Figuur 36 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 36-36 - 15 - van figuur 35.
Figuur 37 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 37-37 van figuur 35.
5 Figuur 38 is een perspectivisch aanzicht van een klemconstructie van het open type met een gewijzigde mechanische verbinding volgens de onderhavige uitvinding die een althans nagenoeg spleet-vrije overgang verschaft van het binnenste banddeel naar de cirkelvorm van de klemconstructie die wordt bepaald door zijn klemband.
10 Figuur 39 is een perspectivisch aanzicht van een gewijzigde uitvoering van een klemconstructie volgens de onderhavige uitvinding die is voorzien van langssleuven over het grootste deel van de omtrek van de band voor het vergemakkelijken van het buigen ervan en het vergroten van zijn houdvermogen.
15 Thans verwijzend naar de tekening, waarin gelijke verwijzingscijfers in de verschillende figuren zijn gebruikt om gelijke onderdelen aan te duiden, en meer in het bijzonder naar figuur 1 en 2 ervan, duidt het verwijzingscijfer 10 in het algemeen in figuur 1 een klemconstructie van het open type aan zoals is afgebeeld in het Ameri-20 kaanse octrooischrift 3*321.811. De klemconstructie 10 omvat een platte klemband 11 van plaatmetaal of staalstripmateriaal met een buitenste einddeel 11a ai een binnenste einddeel 11b die elkaar overlappen. Verder heeft de klemconstructie 10 bij het buitenste einddeel 11a een typisch "Oetiker" oor dat in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 25 13 en dat is voorzien van in het algemeen naar buiten stekende beendelen 14 en 15 die zijn verbonden door een brugdeel 16. De overlappende binnenste en buitenste banddelen 11b zijn bedoeld om met elkaar verbonden te worden door een mechanische verbinding die in het algemeen is aangegeven met het verwijzingscijfer 20 en die is voorzien van een naar buiten ste-30 kende haak 21 in het binnenste banddeel 11b die kan grijpen in één van meerdere openingen 22 die zijn aangebracht in het buitenste banddeel 11a. De haak 21 heeft de vorm van een meer of minder rechthoekige lip die is gebogen uit het bandmateriaal volgens een aanvankelijk ongeveer U-snede die de lip vormt. Een bevredigend houdvermogen van deze uitvoering kon 35 echter niet worden bereikt, daar de haak 21 meegaf in de aanwezigheid van de grote in de omtreksrichting gerichte krachten die kunnen optreden als resultaat van de contractie van het oor 13 en liet de klem opengaan na teruggebogen te zijn in de stand 21' die is afgebeeld in figuur 2. Om de tekortkomingen van de bekende klemconstructie van figuur 1 en 2 te 800 26 26 - 16 - vermijden stelt de onderhavige uitvinding een klemcanstructie voor zoals is afgebeeld in figuur 3 die is voorzien van een mechanische verbinding die in het algemeen is aangegeven met het verwijzingscijfer 3O- die volgens de onderhavige uitvinding weer bestaat uit êên of meer naar buiten 5 stekende steunhaken in het binnenste banddeel 11b. Volgens de onderhavige uitvinding, naast een lipvorraige ophanghaak die kan steken door een overeenkomstig gat 35 en werkzaam is om de binnenste en buitenste band-del en 11b en 11a ten opzichte van elkaar te geleiden tijdens de aanvankelijke samentrekking van het oor, is tenminste êên andere haak verschaft, 10 namelijk een koud vervormde steunhaak 32 met een krachtopneemaanligvlak 33 (figuur 6) dat de in de omtreksrichting gerichte krachten kan opnemen die worden veroorzaakt tijdens het vastzetten van de klemcanstructie door samentrekking van het oor, wanneer het aanligvlak 35 aangrijpt op de rand van een betreffende opening 35. Zoals te zien is uit figuur 4, is in het 15 bijzonder elke koud vervormde steunhaak 32 gevormd door een uit het banddeel 11b geperst bandmateriaaldeel, waardoor elke koud vervormde steunhaak 32 alleen langs een zich in het algemeen in dwarsrichting uitstrekkende snede 34 (figuur 4) die daardoor dat eind van de koud vervormde steunhaak 32 vormt dat zijn krachtopneemaanligvlak 35 (figuur 6) vormt, 20 geen geheel vormt met de normale vorm van het bandmateriaal. Met andere woorden vormt elk uitgeperst deel dat een koud vervormde steunhaak 32 vormt êên geheel met de aangrenzende delen van het bandmateriaal aan alle zijden daarvan behalve in de zone van de zich in het algemeen in dwarsrichting uitstrekkende snede 34. Zoals uit figuur 6 te zien is, is het 25 krachtopneemaanligoppervlak 35 in het algemeen convex ten opzichte van het platte bandmateriaal gezien in dwarsdoorsnede met inbegrip van de dwarse snede 34. Verder loopt de koud vervormde steunhaak 32 taps in hoogte en breedte In de omtreksrichting vanaf het krachtopneemaanligvlak 35· In tegenstelling tot de koud vervormde steunhaak 32 is de ophanghaak 31 een 30 althans nagenoeg rechthoekige lipvormige haak die gebogen is uit het bandmateriaal van het binnenste banddeel 11b en is gevormd door een althans nagenoeg ü-vormige snede daarin. In een bijzonder geschikte uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding wordt een ophanghaak 31 gevolgd door êên of meer steunhaken in de omtreksrichting. De mechanische 35 verbinding 30 volgens de onderhavige uitvinding kan alle in de omtreksrichting gerichte trekkrachten weerstaan die kunnen optreden in de klem-constructie als resultaat van de contractie van het oor 13· Het banddeel 35' zal eerder beschadigd worden dan een koud vervormde steunhaak bij de aanwezigheid van zeer grote krachten. Hoewel de openingen 35 op regel- 800 2 6 26 - 17 - matige afstanden kunnen liggen, kan een verkeerde verbinding van de overlappende banddelen worden vermeden, als de omtreksafstand a tussen de ophanghaak 31 en de eerstvolgende steunhaak evenals de omtreksafstand van de overeenkomstige openingen 35 in het buitenste banddeel verschil-5 lend is, bijvoorbeeld groter dan de omtreksafstand b van de twee steun-haken 32 en hun bijbehorende openingen 35· Anders kan een verkeerde montage ook worden verhinderd als de afstand c (figuur 4) van’ de laatste opening 35 tot het eind van het buitenste banddeel 11a groter wordt gemaakt dan de afstand tussen de haken.
10 Om een stap tussen het vrije eind van het binnenste banddeel en het daarover liggende buitenste banddeel te vermijden, is de klemconstruetie van figuur 3 voorzien van een stapvormige schouder of verspringing 27, waardoor het buit Kiste banddeel 11a ten opzichte van het binnenste banddeel 11b in de radiale richting is versprongen 15 over een afstand die ongeveer overeenkomt met de dikte van het bandmateriaal. De resulterende spleet 26 die is gevormd tussen het vrije eind van het binnenste banddeel 11b en het stapvormige deel 27 die een discontinuïteit in de omtreksrichting vormt, is gemakkelijk te aanvaarden bij de meer elastische rubberachtige materialen die in het verleden werden 20 toegepast. Echter, met de toepassing van de betrekkelijk harde plastic slangmaterialen met een hardheidsgraad van 90 Shore of meer of bij zeer dunwandige zachte of harde slangmaterialen kan deze spleet 26 niet langer worden verwaarloosd maar in feite een lekkageprobleem opleveren, zoals is geïllustreerd op grotere schaal in figuur 5, waar de lekzone is aan-25 geduid met het verwijzingseijfer 26'.
Om een lekkageprobleem bij de toepassing van betrekkelijk harde plastic slangen of van zeer dunwandige zachte of harde slangmaterialen te vermijden stelt de onderhavige uitvinding in de uitvoering van figuur 7 - 11 een in het algemeen door het verwijzingseijfer 40 aan-30 gegeven middel voor om een althans nagenoeg spleetloze overgang te verzekeren van het vrije eind van het binnenste banddeel naar de cirkelvorm van de klemconstruetie die wordt bepaald door zijn klemband. Dit middel 40 omvat een tongvormig deel 41 dat zich uitstrekt vanaf het vrije eind van het binnenste banddeel 11b dat kan worden opgenomen in een tongopneem-35 opening 43 die is aangebracht op de corresponderende plaats van het buitenste banddeel 11a. Als de band 11 weer is voorzien van een naar buiten stekend stapvormig deel 47, is de sleufvormige opening 43 aangebracht tenminste in de zone van het stapvormige deel 47 en afhankelijk van de lengte van het tongvormige verlengstuk 41 in de omtreksrichting 60 0 2 6 26 - 18 - van de band 11 voortgezet over een voldoende afstand voor het opnemen van de gehele lengte van het tangvormige deel 41 wanneer het oor 13 is samengetrokken. Het tangvormige deel 41 kan daardoor plat zijn in dwarsdoorsnede of gebogen, bijvoorbeeld concaaf gebogen (figuur 11b) of bij 5 voorkeur convex gebogen in dwarsdoorsnede zoals is afgebeeld in figuur 10 en figuur 11a, zodat de krachten die aangrijpen op het te- bevestigen object worden geconcentreerd op de meer of minder puntvormige buiteneind-zones van de boogvormige gedaante van het tongvormige deel 41, zodat de specifieke krachten worden vergroot en het te bevestigen object dus 10 wordt geklemd met een grotere kracht tegen het betrekkelijk vaste deel waarop het moet worden bevestigd.
Zoals te zien uit figuur 3 en 7, loopt het binnenste banddeel 11 b voort vanaf de zone van de mechanische verbinding 30 in de omtreksrichting voorbij het oor 13 zodat de opening daaronder wordt be-15 dekt. Als het materiaal van de band 11 bëtrekkelijk dun, kan het binnenste banddeel 11b dat zich uitstrekt over de opening van het oor 13 zijn voorzien van een zich in de omtreksrichting uitstrekkende in het algemeen convexe verhoging 18 (figuur 7 en 8a) in de zone onder de opening van het oor om te worden aangegrepen door de hoekvormige overgang tussen de 20 buitenste banddelen 11a en de naar buiten stekende benen 14 en 15 van het "Oetiker" oor bij samentrekking van dit laatste. Anders kunnen twee op dwarsafstand van elkaar liggende verhogingen (figuur 8b) zij aan zij worden aangebracht voor het vennijden van contact tussen de groef 17 en de verhogingen 18’. De hoekvormige overgangen van het oor 13 tussen het 25 platte bandmateriaal en de benen 14 en 15 lopen op de verhoging 18 of verhogingen 18* bij samentrekking van het oor 13, waardoor het binnenste banddeel 11b ander de opening van het oor 13 sterker tegen het slang-materiaal wordt aangeperst, waardoor een volkanen bevredigende afdichting wordt verzekerd onder het oor 13 en ook het knikken van het betrekkelijk 30 dunne bandmateriaal van het binnenste banddeel 11b tot in de overblijvende spleet onder het oor 13 wordt verhinderd.
Figuur 3 en 7 tonen een klemconstructie volgens de onderhavige uitvinding waarbij het binnenste banddeel de opening onder het oor 13 overbrugt en de uitvoering van figuur 12 toont een klemcon-35 structie met een in het algemeen door het verwijzingscijfer 30 aangeduide mechanische verbinding tussen de onderhavige uitvinding die althans nagenoeg tegenover het "Oetiker" oor 13 ligt. De opening onder het oor 13 is dus niet overbrugd zodat een smalle spleet kan achterblijven zelfs nadat het oor geheel is samengetrokken. Dit kan een lekkageprobleem ver- 80 0 2 6 26 - 19 - oorzaken, speciaal bij betrekkelijk harde plastic slangmaterialen of zeer dunwandige zachte of harde slangmaterialen. Om dit nadeel te vermijden kan een in het algemeen met het verwijzingscijfer 50 aangegeven inzetstuk worden aangebracht zoals bekend is uit het Amerikaanse octrooi-5 schrift 5.789.463. Om de stap als gevolg van de aanwezigheid van het inzetstuk te verminderen worden deze inzetstukken normaal vervaardigd uit zeer dun bandmateriaal en voorzien van een versterkingsgroef 54 in het platte banddeel van het inzetstuk om knikken of samenklappen van het inzetstuk in de opening onder het oor 13 te verhinderen. Hoewel de 10 door deze betrekkelijk dunne inzetstukken gevormde stappen betrekkelijk onbelangrijk waren, speciaal bij de meer elastische rubberachtige slangmaterialen die vroeger werden gebruikt, kunnen ze niet langer worden verwaarloosd bij het gebruik van de betrekkelijk harde plastic slangmaterialen die betrekkelijk recent beschikbaar zijn geworden. De onder-15 havige uitvinding verschaft dus een middel om een althans nagenoeg spleet-vrije overgang in de omgangsriehting te verzekeren van de vrije einden van het inzetstuk 50 tot de door de klemband 11 gevormde ringvorm met een tongvormig uitsteeksel 51 aan elk vrije eind van het inzetstuk 50 en een tcngopneemopening 53 in de overeenkomstige zones van de band 11.
20 De tongvormige verlengstukken 51 kunnen betrekkelijk plat in dwarsdoorsnede zijn of in het algemeen concaaf of bij voorkeur convex gebogen in dwarsdoorsnede zoals is aangegeven bij het tongvormige verlengstuk 41. Overigens kan het inzetstuk 50 zijn uitgevoerd volgens het Amerikaanse octrooischrift 3*789.463, terwijl de mechanische verbinding 30 gelijk 25 kan zijn aan die welke beschreven is in verband met de uitvoering van figuur 12 en weer een tongvormig verlengstuk 41 omvat dat kan grijpen in een opening 43 die tenminste in het gebied van het stapvormige deel 47 is aangebracht. Natuurlijk kunnen de openingen 53 ook zijn geplaatst in de zone van de stapvormige schouders of verspringingen (niet afge-30 beeld) in de band 11, speciaal als het inzetstuk 50 betrekkelijk dik is gemaakt, bijvoorbeeld dezelfde dikte heeft als het bandmateriaal 17 of nog dikker is.
De uitvoering van figuur 17 verschilt van de uitvoering van figuur 7 doordat in plaats van de opening 43 een kanaalvormige 35 uitsparing 63 is aangebracht met een diepte, breedte en lengte die voldoende zijn voor het opnemen van het tongvormige verlengstuk 6l. De kanaalvormige uitsparing 63 is gevormd met een uitgeperst bodemdeel in de centrale zone van de band 11, dat is gevormd door zich in het algemeen in omtreksrichting uitstrekkende sneden 64 (figuur 18 en 19) die in de 800 26 26 - 20 - dwarsrichting op afstand liggen en aan beide zijden zich in de langsrich-ting uitstrekkende banddelen 11' aan beide zijden van het bodemdeel 63 overlaten. Zoals in het bijzonder te zien is in figuur 19, beginnen de sneden-64 in het buitenste banddeel 11a binnen de zone en bij voorkeur 5 slechtd kort voor het stapvormige deel 67 en lopen ze zonder onderbreking door tot een tweede stapvormig deel 65. Tengevolge van de twee stapvormige delen 67 en 65 kan de bodem 65 worden uitgeperst ten opzichte van het bandmateriaal, doordat de uitgeperste bodem 63 de stap 67 niet volgt maar in plaats daarvan langs dezelfde diameter of zelfs met een 10 iets grotere diameter dan het buitenste banddeel 11a voortgaat tot de tweede stap 65.
In de uitvoering van figuur 20 en 21 kan een ladder-band 71 die op geschikte lengte is gesneden worden verbonden door een brugvormig klemdeel 75 dat twee gedeeltelijk zich in de omtreksrichting 15 uitstrekkende banddelen 76 heeft die de benen 14 en 15 van het oor 13 verbinden en elk zijn voorzien van een ophanghaak 31 en één of meer steunhaken 32. De ophang- en steunhaken 31 en 32 kunnen grijpen in ope-ningen 72 in de laddervormige klemband 71· Om een althans nagenoeg spleet-loze overgang te verzekeren van de vrije einden van de banddelen 76 van 20 het brugvormige klemdeel 75 naar de door de klemband 71 bepaalde cirkelvorm van de klemconstructie zijn tongvormige verlengstukken 77 aangebracht aan het vrije eind van elk banddeel 76 van het brugvormige klemdeel 75 en kunnen deze grijpen in een sleufvormige tongopneemopening 73 die is aangebracht op de overeenkomstige plaats van het betreffende eind 25 van de klemband 71. Ce sleufvormige tongopneemopening 73 kan zijn verkregen door een voorafbepaald aantal banddelen uit te snijden tussen ope-ningen 72 van de laddervormige klemband 71.
Echter, speciaal als het bandmateriaal voor de klemband 71 betrekkelijk dun is, dan is het niet noodzakelijk een langwerpige 30 tongopneemopening 73 te vormen, daar het tangvormige verlengstuk 77, zoals is afgebeeld in figuur 22 en 23, de banddelen 74 in de klemband 71 zal buigen voor het verschaffen van een kanaalvormige uitsparing voor het opnemen van het tongvormige verlengstuk 77. In de uitvoering van figuur 20 en 21 kan een inzetstuk dat in het algemeen is aangegeven door 35 het verwijzingscijfer 50 zijn aangebracht en zijn uitgevoerd zoals is beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3-789.463 of in verband met figuur 14.
Het kan wenselijk of noodzakelijk zijn de afzonderlijke onderdelen bestaande uit de klemband 71 en het brugvormige klemdeel 800 2 6 26 - 21 - 75 van figuur 20 tenminste aan êên van hun onderling overlappende einden vooraf te assembleren. Dit kan gemakkelijk worden bereikt, als de ophang-haak 31 dienovereenkomstig langer is gemaakt (figuur 24) en wordt gebogen uit zijn normale positie 31' die in streepjeslijnen in figuur 24 is afge-5 beeld, naar het bandmateriaal 76 in de positie die in volle lijnen in figuur 24 is afgeheeld.
Een schuif die in het algemeen is aangegeven door het verwijzingscijfer 80 zoals is afgebeeld in figuur 25 en 26 kan worden gebruikt als alternatief om één eind van de klemband 71 vooraf te assem-10 bieren op êên eind van het zich gedeeltelijk in de omtreksrichting uitstrekkende banddeel 76 van het brugvormige klemdeel 75. De schuif 80 omvat een topdeel 81, zijdelen 82 en 83 en bodemdelen 84 en 85 die van zodanige lengte en afmetingen zijn dat ze daarbinnen de dikte opnemen van het gedeeltelijk zich in de omtreksrichting uitstrekkende banddeel 15 76 alsmede de dikte van de klemband 71. Natuurlijk, daar de bodemdelen 84 en 85 een stap zullen vormen, moet deze uitvoering alleen worden gebruikt bij de betrekkelijk meer elastische rubberachtige slangmaterialen.
Figuur 27, 28 en 29 tonen een verdere gewijzigde uitvoering van een klemconstructie in overeenstemming met de onderhavige 20 uitvinding welke bestaat uit twee klembanden in het algemeen aangeduid door het verwijzingscijfer 71'» elk voorzien van een zogenaamd "Oetiker" oor 13 tussen zijn einden.
Elke klemband 71' is daardoor voorzien van ophangen steunhaken 31 en 32 aan een eind ervan en van openingen 35 een het 25 andere eind ervan zodat de twee klembanden 71' met elkaar kunnen worden verbonden aan hm betreffende vrije einden door mechanische verbindingen die in het algemeen zijn aangegeven met het verwijzingscijfer 3° zoals is beschreven in verband met figuur 3 en 4. Het eind van een betreffende klemband 71* dat het betreffende buitenste banddeel 71a vormt is voorzien 30 van een zich buitenwaarts uitstrekkend stapdeel 78 dat gelijk is aan de stap 27 van figuur 3· De klembanden 71’ kunnen dus worden voorzien van slechts drie openingen 35 bij het buitenste banddeeleind 71a daarvan. Om twee overlappende banddelen 71b en 71a vooraf te assembleren kan verder een schuif 80 zoals is afgebeeld in figuur 25 en 26 worden toegepast.
35 Om de opening onder een oor te overbruggen van weer een inzetstuk 50 worden toegepast. De uitvoering van figuur 27 biedt de mogelijkheid om klemmen met praktisch elke gewenste diameter te verkrijgen.
Door toepassing van slechts een enkele klem 711 met een gegeven afmeting is het mogelijk een klemgrootte te verkrijgen, ter- 800 2 6 26 - 22 - wijl twee klemmen 71'» die zijn verbonden zoals is afgebeeld in figuur 27» een grotere klemgrootte zullen opleveren met een breder bereik van selectieve instelling van de diameter ervan tengevolge van de aanwezigheid van twee oren 13« Dezelfde redenering geldt als drie of meer 5 klemmen 711 met elkaar zijn verbonden zoals is afgebeeld. Dus praktisch elke klemgrootte kan worden gerealiseerd met betrekkelijk weinig verschillende afmetingen van individuele klemmen 71'» waardoor de serviceverlening en voorraadhouding voor reparatie en de namarkt sterk wordt vergemakkelijkt.
10 Als de klemeonstructie van figuur 27 moet worden ge bruikt bij de betrekkelijk harde plastic slangmaterialen of zeer dun-wandige zachte of harde slangmaterialen, moeten de mechanische verbindingen 30 zijn van het type dat is afgebeeld en beschreven in verband met figuur 12 met inbegrip van een tongvormig verlengstuk dat kan grij-15 pen in een sleufvormige tongopneemopening in het stapvorraige deel 78 om een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting te verzekeren. De schuif 80 kan dan ook worden vervangen door de voorassem-blagemiddelen die zijn afgebeeld in figuur 24, terwijl het inzetstuk 50 kan worden uitgevoerd zoals is beschreven in verband met de uitvoering 20 van figuur 14 - 16.
Figuur 30 en 31 tonen een soortgelijke uitvoering als figuur 12 maar verder voorzien van een inzetstuk 50.
De uitvoering volgens figuur 32 is gelijk aan die van figuur 17» 18 en 19 behalve dat een aantal openingen 35 is aange-25 bracht in het buitenste banddeel 11a, dat belangrijk groter is dan het aantal haken, bijvoorbeeld één ophanghaak 31 en twee steunhaken 32, om de realisatie van klemconstructies met verschillende diameters mogelijk te maken. Het tongvormige verlengstuk 61 evenals de kanaalvormige tong-opneemuitsparing 63 moeten overeenkomstig worden verlengd voor het ver-30 schaffen van een althans nagenoeg spleetvrije overgang voor elke diameter van de klemeonstructie, die daarmee te realiseren is.
Figuur 33 toont de klemeonstructie van figuur 32 in de verbonden stand.
Figuur 34 toont een soortgelijke klemeonstructie als 35 de klemeonstructie van figuur 32» maar voorzien van meerdere onderbroken langssneden 68 waartussen betrekkelijk korte baansecties 69 overblijven die de overige zijdelen 111 van de klemband 11 verbinden met het tongop-neemkanaal 63.
Figuur 38 toont een gewijzigde uitvoering van een 800 2 6 26 - 23 - open klemconstruetie met een mechanische verbinding die een althans nagenoeg spleetvrije overgang verzekert van het binnenste banddeel 11b naar de door de klemband 11 bepaalde cirkelvorm van de klemconstruetie. De in het algemeen met het verwijzingscijfer 90 aangegeven mechanische 5 verbinding omvat lipvormige haken 96 die in de omtreksrichting in op dwarsafstand aangebrachte paren zijn aangebracht en kunnen grijpen in uitgesneden delen 9V van althans nagenoeg rechthoekige vorm, die aan elke zijde zijn gemaakt in het buitenste banddeel 11a, waardoor betrekkelijk nauwe banddelen 94 daartussen overblijven. De lipvormige haken 96 10 zijn gevormd door sneden 96' te maken aan elke zijde van het binnenste banddeel 11b en daarna de lipvormige delen omhoog te buigen. De sneden 96’ hebben bij voorkeur de vorm van een parallelogram met voor- en achterranden 96a en 96b die naar buiten taps uitlopen vanaf het betreffende binnenste bandeind zodat de voor- en achterranden van de lip-15 vormige delen 96 zich uitstrekken onder een hoek van minder dan 90° ten opzichte van de tangens van het bandmateriaal. Dit draagt bij tot het houdvermogen van de klem. Een althans nagenoeg spleetvrije overgang is verzekerd in de uitvoeringsvorm volgens figuur 38 door het tongvormige verlengstuk 91 dat kan grijpen in een sleufvormige opening 93 die is 20 voorzien van het stapvormige deel 97 en over een voldoende afstand voortgaat in de omtreksrichting van de band 11. Hoewel de mechanische verbinding van de uitvoering van figuur 38 verschilt van de mechanische verbinding van de andere hierin beschreven uitvoeringen van de onderhavige uitvinding, verschaft deze niettemin niet alleen een verbinding met goed 25 houdvermogen maar verzekert deze bovendien een althans nagenoeg spleetvrije overgang van het vrije eind van het binnenste banddeel 11b naar de door de klemband 11 bepaalde cirkelvorm van de klemconstruetie-
In de uitvoering van figuur 39, waarin soortgelijke delen zijn aangeduid door overeenkomstige verwijzingseijfers van de 100-30 serie, is de klemband111 weer in het buitenste banddeel 111a bij het vrije eind daarvan voorzien van een aantal openingen 135 die overeenkomen met het aantal ophang- en steunhaken 131 en 132 die zijn verschaft in het binnenste banddeel 111b in het overeenkomstige deel daarvan dat in de geassembleerde toestand komt te liggen onder de openingen 135. Het 35 binnenste banddeel 111b strekt zich daardoor onder het in het algemeen door het verwijzingscijfer 113 aangegeven oor uit en grijpt met zijn tongvormig verlengstuk 141 in een uitgespaard tongopneemkanaal 163 dat zijwaarts is begrensd door langssneden 164 die beginnen in de zone van de stapvormige schouder of verspringing 167 en eindigen in de zone van 800 2 6 26 - 24 - de stapvormige schouder of verspringing 165. Over de rest van de band 111 zijn een zeker aantal sleufvorraige openingen 1 38 aangebracht die het buigen van de band in de gewenste vorm vergemakkelijken. De sleufvormige openingen 138 kunnen daardoor worden aangebracht in de band 111 5 in zodanige aantallen en met zodanige afmetingen dat de band op een voorafbepaalde wijze buigt. Het aanbrengen van de sleufvormige openingen 138 maakt het verder mogelijk een rechte platte klemconstructie toe te passen die het hanteren vergemakkelijkt en de transportkosten verminderd.
Bij de toepassing van betrekkelijk zacht rubber en speciaal ook bij dun-10 wandige rubberachtige slangmaterialen zal het rubberachtige materiaal worden gedrukt in de sleufvormige openingen 138, waardoor het houdver-mogen van de klem wordt vergroot niet alleen door concentratie van de klemkrachten over kleinere zones maar bovendien door het uitpersen van het rubberachtige materiaal door de sleufvormige openingen 138, waardoor 15 de klem wordt vastgezet tegen axiale schuifbewegingen.
De onderhavige uitvinding verschaft dus een klemconstructie die bepaalde voordelen biedt over de bekende stand van de techniek. Enerzijds verschaft deze een open klemconstructie die in de omtreksrichting kan worden geïnstalleerd, maar vermijdt deze problemen 20 met betrekking tot zijn houdvermogen in de aanwezigheid van de grote trekkrachten die worden veroorzaakt door samentrekking van een zogenaamd "Oetiker" oor. Vanuit een ander aspect verschaft de onderhavige uitvinding een klemconstructie van het open type met mechanische verbindingsmiddelen die gemakkelijk kunnen worden toegepast bij niet alleen de 25 hardste plastic slangen maar ook bij zeer dunwandige harde en zachte slangmaterialen, daar deze een stapvrije en spleetloze overgang verzekert in de overlappingszone van bandmaterialen. Verder kan het inzet-stuk worden gemaakt met elke gewenste dikte, dus met dezelfde dikte als de klemband, waardoor zijn kans van knikken in de opening onder het oor 30 wordt verminderd.
Bovendien is de onderhavige uitvinding toe te passen op verschillende typen klemconstructles met inbegrip van slangklemmen die afwijken van de hierin beschreven verschillende uitvoeringsvormen. Meer in het bijzonder is de onderhavige uitvinding ook toepasbaar op slang-35 klemmen van het zogenaamde schroeftype zoals slangklemmen met een worm-aandrijving of slangklemmen van het schroeftype met zich in het algemeen buitenwaarts uitstekende beendelen in het eind van de band die samengetrokken worden door een bout of schroef die zich uitstrekt door gaten in de beendelen en samenwerken met een moer of een ander vast deel met schroef- 800 2 6 26 - 25 - draad. Om dergelijke slangklemmen van het schroeftype in de omtreksrich-ting te kunnen installeren is het nodig de klem te openen door de bandeinden los te schroeven, wat normaal een vervelend werk is. Nadat de klem dan in de omtreksrichting is geplaatst om het te bevestigen voor-5 werp, moet het van schroefdraad voorziene vastklemmiddel weer worden aangebracht en moet het vastspannen van de klem worden uitgevoerd door een vervelende rotatie van het schroefdraadorgaan.
Door de toepassing van een mechanische verbinding in overeenstemming met de onderhavige uitvinding bijvoorbeeld tegenover het 10 schroefdraadmiddel voor het vastzetten van de klem, wordt het overbodig om de klem te openen door schroefverbinding volledig los te schroeven.
De klem van het schroeftype kan dan veelal op dezelfde manier worden geïnstalleerd als de klem van het type dat is afgebeeld in figuur 12, waarna slechts een beperkte rotatie van het schroefdraadorgaan nodig 15 is om de vastzethandeling te beëindigen. Bovendien, als een inzetstuk wordt gebruikt onder de opening tussen de twee beendelen die worden samengetrokken door de samenwerking van de schroef en moer, kan een inzetstuk worden voorzien van middelen volgens de onderhavige uitvinding voor het verzekeren van een spleetvrije overgang van de einden van het 20 inzetstuk naar de door de klemband bepaalde cirkelvorm van de klemcon-struotie, zoals vollediger is beschreven in verband met het inzetstuk van figuur 14 - 17.
25 800 2 6 26

Claims (40)

1. Klemconstructie, die is voorzien van klemband-raiddelen met open einden, middelen die mechanisch de open einden van de bandmiddelen verbinden met inbegrip van meerdere naar buiten stekende 5 haken in een binnenste banddeel, die kunnen grijpen in overeenkomstige openingen in een buitenste banddeel, en middelen in de klemconstructie voor het vastzetten van de klembandmiddelen en een te bevestigen voorwerp, met het kenmerk, dat tenminste één haak een op-hanghaak is die kan uitsteken door een overeenkomstige opening en het 10 binnenste en buitenste banddeel ten opzichte van elkaar kan geleiden tijdens het aanvankelijk vastspannen van de klemconstructie, terwijl tenminste een andere haak een koud vervormde steunhaak is met een kracht-opneemaanligvlak dat werkzaam is voor het opnemen van de in de omtreks-richting gerichte krachten die worden veroorzaakt door het vastzetten 15 van de klemconstructie, door in de rand van een betreffende opening te grijpen.
2. Klemconstructie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elke koud vervormde steunhaak is gevormd door een uit het bandmiddel geperst deel van bandmateriaal, waarbij de 20 koud vervormde steunhaak alleen langs een enkele dwarssnede die het eind van deze haak bepaalt dat zijn krachtopneemaanligvlak vormt, geen geheel vormt met de normale vorm van het bandmateriaal.
3. Klemconstructie volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het uitgedrukte deel dat de koud vervormde 25 haak vormt een geheel vormt met de aangrenzende delen van het bandmateriaal aan alle zijden daarvan behalve in de zone van de dwarssnede.
4. Klemconstructie volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat het aanligvlak in dwarsdoorsnede convex is ten opzichte van het platte bandmateriaal. 30 5· Klemconstructie volgens conclusie 1, 2, 3 of 4, met het kenmerk, dat een koud vervormde steunhaak in hoogte en breedte in de omtreksrichting taps loopt vanaf zijn aanligvlak.
6. Klemconstructie volgens conclusie 1, 2, 4 of 5, 35 met het kenmerk, dat de ophanghaak een rechthoekige lip- vormige haak is die uit het bandmateriaal is gebogen en is gevormd door een U-vormige snede* in het bandmateriaal.
7. Klemconstructie volgens één der conclusies 1 - 6, met het kenmerk, dat een ophanghaak wordt gevolgd door 800 2 6 26 - 27 - tenminste één steunhaak.
8. KLemeonstructie volgens één der conclusies 1 - Ί, gekenmerkt door middelen die een verkeerde assemblage van de haken en openingen verhinderen, 5 9· KLemeonstructie volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de omtreksafstand tussen de ophanghaak en de aangrenzende steunhaak evenals de omtreksafstand van de overeenkomstige openingen in het buitenste banddeel verschillen van de omtreksafstand van de twee steunhaken en hun bijbehorende openingen.
10. KLemeonstructie volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het banddeel van de buitenste band vanaf de laatste opening naar het vrije eind ervan een lengte heeft die groter is dan de lengte van het banddeel tussen aangrenzende openingen in de omtreksrichting,
11. KLemeonstructie volgens één der voorgaande con clusies, met het kenmerk, dat bij het vrije eind van het binnenste banddeel en in de overeenkomstige zone van het buitenste banddeel middelen zijn aangebracht om een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting te verzekeren van het binnenste banddeel 20 naar de door de band bepaalde ringvorm van de klemconstructie, warneer de klemconstructie is vastgezet.
12. KLemeonstructie volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat aan het vrije eind van het binnenste banddeel een tong is aangebracht die kan grijpen in een tongopneemopening 25 op de overeenkomstige plaats van het buitenste banddeel.
15. Klemconstructie volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het buitenste banddeel is voorzien van een zich naar buiten uitstrekkende stap, waarbij de tongopneemopening tenminste in de zone van deze stap is aangebracht.
14. KLemeonstructie volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de stap het buitenste banddeel ten opzichte van de ringvorm van de klemconstructie binnen de door het binnenste banddeel gevormde overlappingszone verplaatst over een radiale afstand die ongeveer gelijk is aan de dikte van het bandmateriaal.
15. KLemeonstructie volgens conclusie 12, 13 of 14, met het kenmerk, dat de tong in dwarsdoorsnede plat is.
16. KLemeonstructie volgens conclusie 12, 13 of 14, , met het kenmerk, dat de tong in dwarsdoorsnede convex ge bogen is. 800 2 6 26 - 28 - 17» Klemconstructie volgens conclusie 12, 13 of 14, met het kenmerk, dat de tong in dwarsdoorsnede concaaf gebogen is.
18. Klemconstructie volgens èên der conclusies 12 -5 17, met het kenmerk, dat de t ongopne emopen ing een kanaal vormige uitsparing is met een voldoende diepte, breedte en lengte on de tong op te nemen, 19» Klemconstructie volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de kanaalvormige uitsparing is gevormd door 10 een uitgeperst deel in de centrale zone van de band en is begrensd door in dwarsrichting op afstand van elkaar liggende, zich in de omtreksrich-ting uit strekkende sneden.
20. Klemconstructie volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de sneden onderbroken zijn en daartussen 15 delen zijn overgebleven die de rest van de band met het uitgedrukte deel verbinden.
21. Klemconstructie volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de sneden beginnen in de zone van een stap in de band en eindigen in de zone van een andere stap van de uitsparing, 20 waarbij het uitgedrukte deel van de uitsparing de eerstgenoemde stap niet volgt.
22. Klemconstructie volgens conclusie 21, met .het kenmerk, dat de eerstgenoemde stap het buitenste banddeel ten opzichte van de binnen de overlapping door het binnenste banddeel ge- 25 vormde ringvorm verplaatst over een radiale afstand die ongeveer gelijk is aan de dikte van het bandmateriaal.
23. Klemconstructie volgens êên der voorgaande conclusies, waarin het middel om de klemconstructie vast te zetten bestaat uit twee naar buiten stekende benen die in de omtreksrichting op een af- 30 stand van elkaar liggen, met het kenmerk, dat het binnenste banddeel zich uitstrekt over de door de benen gevormde opening en is voorzien van tenminste êên zich in de omtreksrichting uitstrekkende convexe verhoging in zijn zone onder de opening, welke verhoging tijdens het vastzetten van de klemconstructie in aanraking komt met de hoekvormige 35 overgangen tussen de band en de benen, zodat de benen over de verhoging lopen en zo het binnenste banddeel omlaag drukken in het gebied van de verhoging.
24. Klemconstructie volgens èên der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het middel voor het vast- 800 2 6 26 - 29 - zetten van de klemband bestaat uit tenminste êên plastisch vervormbaar oor, waarbij het binnenste banddeel zich onder de opening van het oor uitstrekt en eindigt op een afstand daarvoorbij in de omtreksrichting.
25. KLemconstructie volgens conclusie 24, met 5 het kenmerk, dat het plastisch vervormbare oor twee naar buiten stekende benen heeft die met elkaar zijn verbonden door een zich in de omtreksrichting uitstrekkend brugdeel, waarin een zich in de omtreksrichting uitstrekkende groef als versterking is aangebracht.
26. KLemconstructie volgens êên der conclusies 1 - 10 23, met het kenmerk, dat het middel voor het vastzetten van de klemband is voorzien van een schroeforgaan om de diameter van de band te verkleinen.
27. KLemconstructie volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat het schroeforgaan is voorzien van een 15 schroef deel dat kan worden bediend om de benen naar elkaar toe te trekken.
28. KLemconstructie volgens êên der conclusies 1 -10, waarbij de binnenste en buitenste banddelen elkaar alleen overlappen in de zone van de mechanische verbinding, zodat de opening onder de 20 vastzetmiddelen niet is afgedekte door het binnenste banddeel, met het kenmerk, dat bij de vrije einden van de overlappende binnenste en buitenste banddelen een middel is aangebracht dat een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting verzekert van het binnenste banddeel naar de door de band bepaalde ringvorm van de klem- 25 constructie, wanneer de klemconstructie is vastgezet.
29. KLemeonstructie volgens conclusie 28, met het kenmerk, dat dit middel bestaat uit een tong aan het vrije eind van het binnenste banddeel, welke tong kan grijpen in een opening op de overeenkomstige plaats van het buitenste banddeel. 30 30- Klemconstructie volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat het buitenste banddeel is voorzien van een buitenwaartse stap, waarbij de opening tenminste in de zone van deze stap is aangebracht.
31. Klemconstructie volgens conclusie 30, met 35 het kenmerk, dat deze stap het buitenste banddeel ten opzichte van de binnen de zone van overlapping door het binnenste banddeel bepaalde ringvorm verplaatst over een radiale afstand die ongeveer gelijk is aan de dikte van het bandmateriaal.
32. KLemeonstructie volgens éên der conclusies 1 -· 800 2 6 26 - 30 - 10 en 28 - 31* met het kenmerk, dat een inzetstuk is aangebracht in de klemeonstructie tenminste in de zone van het middel voor het vastzetten van de klemband en van de onmiddellijk daaraan grenzende banddelen,waarbij aan de vrije einden van het inzetstuk en in de 5 overeenkomstige zones van de bovenliggende banddelen verder middelen zijn aangebracht om een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de om-treksrichting te verzekeren vanaf de vrije einden van het inzetstuk naar de door de band gevormde ringvorm.
33. Klemeonstructie volgens conclusie 32, met 10 het kenmerk, dat de laatste middelen bestaan uit een tong aan elk vrije eind van het inzetstuk en tongopneemopenlngen in overeenkomstige zones van de laatstgenoemde banddelen, waarin de tongen grijpen tijdens het vastzetten van de klemeonstructie.
34. Klemeonstructie volgens conclusie 33* met 15 het kenmerk, dat elke tongopneeraopening tenminste binnen de zone van een buitenwaartse stap in het overeenkomstige banddeel ligt.
35· Klemeonstructie volgens êên der conclusies 1 -10, met het kenmerk, dat de middelen voor het vastzetten van de band bestaan uit tenminste êên plastisch vervormbaar oor dat êên 20 geheel vormt met een zich gedeeltelijk in de omtreksrichting uitstrekkend banddeel aan elke zijde daarvan teneinde een brugvormig eenheidsklemdeel te vormen, waarbij de twee zich gedeeltelijk in de omtreksrichting uitstrekkende banddelen elk een binnenste banddeel vormen en de haken bevatten die grijpen in openingen in de overlappende buitenste einddelen 25 van de band.
36. Ringvormige klemeonstructie volgens conclusie 35, met het kenmerk, dat verder middelen bij het vrije eind van elk binnenste banddeel van het brugvormige klemdeel en in de overeenkomstige zone van de buitenste banddelen zijn aangebracht om een 30 althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting te verzekeren vanaf de binnenste banddelen naar de door de band gevormde ringvorm, wanneer de klemeonstructie door vervorming van het oor is vastgezet.
37· Klemeonstructie volgens conclusie 36, met het kenmerk, dat elk van deze middelen bestaat uit een tong 35 aan het vrije eind van elk zich gedeeltelijk in de omtreksrichting uitstrekkend banddeel van het brugvormige klemdeel, waarbij de tong kan grijpen in een tongopneemopening op de overeenkomstige plaats van het buitenste banddeel.
38. Klemeonstructie volgens conclusie 37, met 800 2 6 26 - 31 - het kenmerk, dat de band is voorzien van buitenwaartse stappen die leiden naar de buitenste overlappende banddelen, waarbij êên van de laatstgenoemde tongopneemopeningen tenminste in de zone van de overeenkomstige stap is aangebracht. 5 39· Klemconstructie volgens conclusie 35# 36# 37 of 38, met het kenmerk, dat tenminste een buitenste banddeel van de band kan worden bevestigd op een binnenste banddeel van de brug-vormige klemconstructie door ingrljping van de ophanghaak in de overeenkomstige opening in het buitenste banddeel, waarna de ophanghaak naar 10 het platte bandmateriaal van de band kan worden gebogen.
40. Klemconstructie volgens conclusie 35# 36# 37# of 38, gekenmerkt door een verbindingsschuif waarmee een binnenste banddeel van het brugvormige klemdeel kan worden bevestigd aan een buitenste banddeel van de band, waarbij de schuif een inwendige dwarsdoorsnede 15 heeft die ongeveer complementair is aan de dikte en breedte van de elkaar overlappende binnenste en buitenste banddelen.
41. Klemconstructie volgens één der conclusies 1 -40, met het kenmerk, dat het aantal openingen groter is dan het aantal haken om een klemconstructie te realiseren met verschil- 20 lende diameters, waarbij de lengte van de tong en de tongopneemopening zodanig is dat alle mogelijke diameters met het aantal openingen kunnen worden gerealiseerd zonder spleten in het met het voorwerp in aanraking komende oppervlak van de klemconstructie.
42. Klemconstructie, voorzien van klembandmiddelen 25 met open einden, middelen die mechanisch de open einden van de bandmid- delen met elkaar verbinden met inbegrip van naar buiten stekende haak-middelen in een binnenste banddeel, die kunnen grijpen in overeenkomstige openingmiddelen in een buitenste banddeel, en tenminste êên middel in de klemconstructie voor het vastzetten van de klembandmiddelen om een te 30 bevestigen voorwerp (speciaal volgens êên' der conclusies T- 10), gekenmerkt door een tongmiddel aan het vrije eind van het binnenste banddeel, dat kan grijpen in een tongopnemend openingsmiddel in de corresponderende zone van het buitenste banddeel voor het verzekeren van een althans nagenoeg spleetvrije overgang in de omtreksrichting van het 35 binnenste banddeel naar de ringvorm van de klemconstructie, die wordt bepaald door de bandmiddelen, wanneer de klemconstructie wordt vastgezet om het voorwerp.
43. Klemconstructie volgens conclusie 42, met het kenmerk, dat de haakmiddelen tenminste êên ophanghaakmiddel 800 2 6 26 - 32 - omvatten dat kan uitsteken door een overeenkomstig openingsmiddel en de binnenste en buitenste banddelen ten opzichte van elkaar kan geleiden tijdens het aanvankelijk vastzetten van het klembandmiddel en tenminste êên steunhaakmiddel met krachtopneemaanligvlakmiddelen voor het absor-5 beren van in de omtreksrichting gerichte krachten die worden veroorzaakt door contractie van de oormiddelen.
44. KLemcanstructie volgens conclusie 42, met het kenmerk, dat de haakmiddelen zijn gevormd door lipvormige omtreksdelen die uit het binnenste banddeel naar buiten steken, twee 10 evenwijdig uitstekende lipvormige delen die elk op een afstand in de dwarsrichting van het binnenste banddeel zijn aangebracht zodat daartussen een betrekkelijk nauw middelste banddeel overblijft, waarbij de openings-middelen zijn gevormd door rechthoekige uitgesneden delen in het buitenste banddeel, die in lengte compementair zijn met de lipvormige delen 15 om deze daarbinnen op te nemen.
45. KLemconstructie volgens conclusie 44, met het kenmerk, dat elk lipvormig deel, voordat het uit gebogen wordt, wordt gevormd door een parallelogram-vormige snede in het binnenste banddeel, waarvan de voor- en achtervlakken schuin naar buiten lopen 20 vanaf het betreffende banddeeleind.
46. KLemconstructie volgens êên der conclusies 42, 45, 44 of 45, met het kenmerk, dat het buitenste banddeel is voorzien van een buitenwaartse stap, waarbij het tongopneemmlddel een opening is die tenminste binnen de zone van deze stap is aangebracht. 25 800 2 6 26
NLAANVRAGE8002626,A 1979-05-08 1980-05-07 Klemconstructie. NL190381C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NLAANVRAGE8801222,A NL185791C (nl) 1979-05-08 1988-05-09 Klemconstructie.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US3698079 1979-05-08
US06/036,980 US4299012A (en) 1979-05-08 1979-05-08 Hose clamp

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8002626A true NL8002626A (nl) 1980-11-11
NL190381B NL190381B (nl) 1993-09-01
NL190381C NL190381C (nl) 1994-02-01

Family

ID=21891780

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8002626,A NL190381C (nl) 1979-05-08 1980-05-07 Klemconstructie.

Country Status (21)

Country Link
US (1) US4299012A (nl)
JP (2) JPS55152993A (nl)
AR (1) AR230509A1 (nl)
AT (1) AT378838B (nl)
AU (1) AU535501B2 (nl)
BE (1) BE883140A (nl)
BR (1) BR8002777A (nl)
CA (1) CA1146727A (nl)
CH (1) CH649613A5 (nl)
DE (2) DE3017666A1 (nl)
DK (1) DK159084C (nl)
ES (2) ES257616Y (nl)
FR (1) FR2456279B1 (nl)
GB (1) GB2050493B (nl)
IL (1) IL59855A (nl)
IT (1) IT1131472B (nl)
MX (1) MX150662A (nl)
NL (1) NL190381C (nl)
NO (1) NO156912C (nl)
PT (1) PT71164A (nl)
SE (1) SE445770B (nl)

Families Citing this family (132)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5270389A (en) * 1975-12-09 1977-06-11 Sumitomo Electric Ind Ltd Power cable line
US4425781A (en) * 1981-02-04 1984-01-17 Hans Oetiker Method for manufacturing hose clamps
DE3122656C1 (de) * 1981-06-06 1982-11-11 Rasmussen Gmbh, 6457 Maintal Schraublose Klemmschelle
FR2516181A1 (fr) * 1981-11-06 1983-05-13 Caillau Ets Collier de serrage
US4430775A (en) * 1981-12-14 1984-02-14 Arvin Industries, Inc. Muffler shield banding strap
US4521940A (en) * 1982-02-23 1985-06-11 Hans Oetiker Hose clamp
US4459862A (en) * 1982-08-18 1984-07-17 Gkn Automotive Components, Inc. Clamp and method enabling tightness check
US4492004A (en) * 1982-12-03 1985-01-08 Hans Oetiker Earless clamp structure
DE3348467C2 (de) * 1982-12-03 1997-05-28 Oetiker Hans Ag Mechanische Verbindungsanordnung
USRE33744E (en) * 1982-12-03 1991-11-19 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Earless clamp structure
US4622720A (en) * 1982-12-03 1986-11-18 Hans Oetiker Fastening arrangement for open hose clamp
US4633698A (en) * 1983-12-21 1987-01-06 Hans Oetiker Method for preforming a substantially flat blank of an open clamp
FR2559856B1 (fr) * 1984-02-17 1987-06-19 Caillau Ets Collier de serrage et son procede de fabrication
US4987651A (en) * 1989-09-20 1991-01-29 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Earless clamp
CA1274069A (en) * 1984-06-20 1990-09-18 Hans Oetiker Hose clamp
US4711001A (en) * 1984-06-20 1987-12-08 Hans Oetiker Fastening arrangement for open hose clamp
US5564167A (en) * 1984-06-20 1996-10-15 Hans Oetiker Ag Maschinen -Und Apparatefabrik Reinforced ear structure for clamps
US5111555A (en) * 1984-06-20 1992-05-12 Hans Oetiker High strength clamp structure
US5339496A (en) * 1984-06-20 1994-08-23 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparate-Fabrik Self-aligning clamp structure
US6463827B1 (en) * 1989-12-06 2002-10-15 Hans Oetikur Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Balancing arrangement for rotating member and method of making same
US5230246A (en) * 1984-06-20 1993-07-27 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Balancing arrangement for rotating member
US5437081A (en) * 1984-06-20 1995-08-01 Hans Oetiker Ag Maschinen-Und Apparate-Fabrik Hose clamp
CA1274068A (en) * 1984-06-20 1990-09-18 Hans Oetiker Deformable ear for clamps
JPH0686919B2 (ja) * 1985-02-14 1994-11-02 日本発条株式会社 締付けバンド
US4724583A (en) * 1985-05-23 1988-02-16 Nhk Spring Co., Ltd. Hose band
JPS629011A (ja) * 1985-07-04 1987-01-17 日本発条株式会社 ホ−スバンド
US4756060A (en) * 1985-11-18 1988-07-12 Nhk Spring Co., Ltd. Hose band
FR2596468B1 (fr) 1986-03-27 1988-07-15 Caillau Ets Collier de serrage
JPS62158286U (nl) * 1986-03-29 1987-10-07
US4712278A (en) * 1986-10-22 1987-12-15 Hans Oetiker Earless clamp structure
US5274886A (en) * 1986-12-17 1994-01-04 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Clamp structure with preassembly arrangement
US4991266A (en) * 1986-12-17 1991-02-12 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Mechanical interlock for open clamp structures
IT213235Z2 (it) * 1987-01-30 1989-11-13 Cattani & C Spa Off Staffa di sostegno in particolareper tubi
GB2201105B (en) * 1987-02-20 1991-06-19 Oetiker Hans Maschinen Clamp installation method and apparatus
US5325578A (en) * 1987-02-20 1994-07-05 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Apparatus and method for automatically installing clamps
JPH07107434B2 (ja) * 1987-12-28 1995-11-15 日本発条株式会社 締付け用バンド
US4823442A (en) * 1988-03-07 1989-04-25 Gagnier Products Company Hose clamp
JPH0776596B2 (ja) * 1989-11-20 1995-08-16 株式会社ミハマ製作所 締付けバンド
US4998326A (en) * 1989-12-06 1991-03-12 Hans Oetiker Ag Maschioen- Und Apparatefabrik Balanced clamp structure
US6345551B1 (en) * 1989-12-06 2002-02-12 Hans Oetiker Ag Maschinen-Und Apparatefabrik Balancing arrangement for hollow drive shafts
US5000233A (en) * 1990-01-30 1991-03-19 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Method and machine for automatically mounting and tightening clamps
US5052082A (en) * 1990-03-12 1991-10-01 Gkn Automotive Inc. Clamping system
JP2501591Y2 (ja) * 1990-04-06 1996-06-19 日本精工株式会社 締付けバンド
DE4034626A1 (de) * 1990-10-31 1992-05-14 Kemmerich & Co Kg Schlauchklemme
US5177836A (en) * 1990-10-31 1993-01-12 Kemmerich & Co. Kg Hose clamp
JPH04210110A (ja) * 1990-12-12 1992-07-31 Nhk Spring Co Ltd ホースバンド
US5230126A (en) * 1991-03-15 1993-07-27 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparate-Fabrik Stepless clamp
US5138747A (en) * 1991-04-08 1992-08-18 Hans Oetiker Clamp structure with improved spring action
CA2042424C (en) * 1991-05-13 1996-10-22 Albert Lilley Hose clamp
US5170540A (en) * 1991-07-15 1992-12-15 Hans Oetiker Adjustable screw-type clamp
US5191684A (en) * 1991-11-08 1993-03-09 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Clamp structure
US5326325A (en) * 1992-12-09 1994-07-05 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Clamp structure for balancing rotating members
JPH0754710Y2 (ja) * 1993-03-31 1995-12-18 株式会社ケンロック クランプ金具
KR970000888Y1 (ko) * 1993-04-23 1997-02-12 가부시끼가이샤 오오사까 산꼬오 세이사꾸쇼 클램프 금구
US5533235A (en) * 1994-04-19 1996-07-09 Kanesan Manufacturing Co., Ltd. Hose clamp device
JP3003331U (ja) * 1994-04-19 1994-10-18 株式会社カネサン製作所 ホースクランプ
US5615456A (en) 1994-08-19 1997-04-01 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparate-Fabrik Tolerance-compensating reusable clamp structure
US5537721A (en) 1994-08-19 1996-07-23 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Tolerance-compensating hose clamp
AU716442B2 (en) * 1995-03-01 2000-02-24 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Lever-type clamp
US5548876A (en) * 1995-03-01 1996-08-27 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Lever-type clamp
ES2126434B1 (es) * 1995-05-26 2000-01-01 Mikalor Sa Mejoras introducidas en los medios de abrochado de los extremos de la lamina formativa de abrazaderas de banda metalica.
CA2169698C (en) * 1995-11-01 2001-03-13 Taira Hama Clamping band
DE19622192C1 (de) * 1996-06-03 1997-10-23 Rudolf Dipl Ing Pappers Hilfswerkzeug für die Montage von Einrohr- Rohr/Schlauchschellen
US5669113A (en) * 1996-08-05 1997-09-23 Murray Corporation Hose clamp
DE19650022C1 (de) * 1996-12-03 1998-03-26 Mannesmann Vdo Ag Schlauchanschluß
CA2240926C (en) * 1997-06-23 2007-09-25 Hans Oetiker Ag Maschinen - Und Apparatefabrik Mounting arrangement of partially tightened clamp structure on hose-like member
US6247206B1 (en) 1999-04-07 2001-06-19 Paul M. Craig, Jr. Tightening means for hose clamps
US6141834A (en) * 1999-05-14 2000-11-07 A. J. Gerrard & Company Clamping apparatus
US6560824B1 (en) 1999-05-14 2003-05-13 Nhk Spring Co., Ltd. Boot-band
FR2794517B1 (fr) * 1999-06-02 2001-08-24 Caillau Ets Dispositif pour le raccordement etanche de deux tubes lisses
US6178601B1 (en) * 1999-07-09 2001-01-30 Paul M. Craig, Jr. Mechanical connection for open clamps
US6240603B1 (en) * 2000-05-31 2001-06-05 Paul M. Craig, Jr. Hose clamp with stepless internal clamping surface and method of making the same
EP1191270B1 (de) * 2000-09-26 2004-11-24 Hans Oetiker AG Maschinen- und Apparatefabrik Schlauchklemme
DE10048955A1 (de) * 2000-10-04 2002-05-02 Rasmussen Gmbh Schellenband
US6463632B2 (en) 2001-02-07 2002-10-15 Hans Oetiker Ag Maschinen-Und Apparatefabrik Guide arrangement for tightening tool emplacement in hose clamps provided with plastically deformable ears
US6457212B1 (en) 2001-02-07 2002-10-01 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Method of making hose clamps with internal clamping surfaces devoid of steps or gaps and products made by such method
EP1245891A1 (de) 2001-03-26 2002-10-02 Hans Oetiker AG Maschinen- und Apparatefabrik Schlauchklemme
KR20030010484A (ko) * 2001-07-23 2003-02-05 주식회사 아팩산업 클램핑 밴드
US6560823B1 (en) * 2002-01-15 2003-05-13 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Method for optimizing the length of the blank for an open-type clamp and clamp made with the use of this method
US6530609B1 (en) * 2002-02-05 2003-03-11 The Goodyear Tire & Rubber Company Hose and clamp assembly
US6584654B1 (en) 2002-04-18 2003-07-01 Epicor Industries, Inc. T-bolt hose clamp
US7338433B2 (en) 2002-08-13 2008-03-04 Allergan, Inc. Remotely adjustable gastric banding method
BR0306183A (pt) 2002-08-28 2004-10-19 Inamed Medical Products Corp Dispositivo de enfaixamento gástrico resistente à fadiga
US20040134041A1 (en) * 2003-01-14 2004-07-15 Craig, Paul M. Open hose clamp with plastically deformable ear
US7024731B2 (en) * 2003-01-14 2006-04-11 Hans Oetiker A.G Maschinen Und Apparatefabrik Hose clamp with internal clamping surfaces devoid of gaps, steps or discontinuities
US20060117534A1 (en) * 2003-03-21 2006-06-08 Craig Paul M Jr Open hose clamp with plastically deformable ear
US6898825B1 (en) 2003-08-18 2005-05-31 Scott R. Charest Hose clamp
JP4505713B2 (ja) 2003-08-19 2010-07-21 日本発條株式会社 ブーツバンド
EP1706044B1 (en) 2004-01-23 2011-10-05 Allergan, Inc. Releasably-securable one-piece adjustable gastric band
ES2333024T3 (es) * 2004-03-08 2010-02-16 Allergan Medical S.A. Sistema de cierre para organos tubulares.
EP1732635B1 (en) 2004-03-18 2011-07-27 Allergan, Inc. Apparatus for volume adjustment of intragastric balloons
US8251888B2 (en) 2005-04-13 2012-08-28 Mitchell Steven Roslin Artificial gastric valve
US7798954B2 (en) 2006-01-04 2010-09-21 Allergan, Inc. Hydraulic gastric band with collapsible reservoir
US8043206B2 (en) 2006-01-04 2011-10-25 Allergan, Inc. Self-regulating gastric band with pressure data processing
EP1972843A1 (en) * 2006-01-05 2008-09-24 ITW Metal Fasteners SL Detachable clamp
JP2007190238A (ja) * 2006-01-20 2007-08-02 Aruze Corp 遊技機
FR2902175B1 (fr) * 2006-06-09 2016-02-19 Caillau Ets Collier de serrage
US7653972B2 (en) * 2007-01-03 2010-02-02 Craig Jr Paul M Mechanical connection for open-type hose clamps
ES2347032B1 (es) * 2008-04-11 2011-08-11 Oetiker España S.A. Abrazadera.
CA2725372C (en) * 2008-06-18 2014-04-08 Hans Oetiker Ag Maschinen-Und Apparatefabrik Hose clamp
US8317677B2 (en) 2008-10-06 2012-11-27 Allergan, Inc. Mechanical gastric band with cushions
US20100185049A1 (en) 2008-10-22 2010-07-22 Allergan, Inc. Dome and screw valves for remotely adjustable gastric banding systems
US20110181037A1 (en) * 2010-01-22 2011-07-28 International Engine Intellectual Property Company Llc Alignment clamp
US8758221B2 (en) 2010-02-24 2014-06-24 Apollo Endosurgery, Inc. Source reservoir with potential energy for remotely adjustable gastric banding system
US8840541B2 (en) 2010-02-25 2014-09-23 Apollo Endosurgery, Inc. Pressure sensing gastric banding system
US9028394B2 (en) 2010-04-29 2015-05-12 Apollo Endosurgery, Inc. Self-adjusting mechanical gastric band
US20110270024A1 (en) 2010-04-29 2011-11-03 Allergan, Inc. Self-adjusting gastric band having various compliant components
US9044298B2 (en) 2010-04-29 2015-06-02 Apollo Endosurgery, Inc. Self-adjusting gastric band
US20110270025A1 (en) 2010-04-30 2011-11-03 Allergan, Inc. Remotely powered remotely adjustable gastric band system
US8517915B2 (en) 2010-06-10 2013-08-27 Allergan, Inc. Remotely adjustable gastric banding system
FR2961884B1 (fr) * 2010-06-23 2012-08-10 Caillau Ets Collier de serrage a soyage
PL2591264T3 (pl) * 2010-07-09 2016-07-29 Oetiker Schweiz Ag Zacisk do węża
US20120059216A1 (en) 2010-09-07 2012-03-08 Allergan, Inc. Remotely adjustable gastric banding system
US8961393B2 (en) 2010-11-15 2015-02-24 Apollo Endosurgery, Inc. Gastric band devices and drive systems
US9249912B2 (en) 2010-12-30 2016-02-02 Eaton Corporation Hose coupling with retaining spring
CN102390606B (zh) * 2011-07-22 2013-09-25 孙激扬 钢筋捆扎机械手
CN104011448B (zh) 2011-10-28 2016-12-14 汉斯奥蒂克机械和设备工厂股份公司 软管卡箍
US8876694B2 (en) 2011-12-07 2014-11-04 Apollo Endosurgery, Inc. Tube connector with a guiding tip
US8961394B2 (en) 2011-12-20 2015-02-24 Apollo Endosurgery, Inc. Self-sealing fluid joint for use with a gastric band
USD741456S1 (en) * 2013-07-17 2015-10-20 Charlotte Pipe And Foundry Company Crimp-style coupling device for clamping together cast iron pipes, fittings and the like
DE202013007278U1 (de) 2013-08-02 2013-09-12 Peter Hilje Montagewerkzeug für Spannschellen
USD756765S1 (en) * 2013-11-09 2016-05-24 Mark J. Zaharis Set of components for a crimpable separable tubing clamp
PL2913575T3 (pl) * 2014-02-28 2017-05-31 Oetiker Schweiz Ag Zaciskacz do węża
US20150332614A1 (en) * 2014-05-19 2015-11-19 Glen Rester Identi-TAG
JP6637080B2 (ja) * 2015-07-03 2020-01-29 オエティカ シュヴァイツ アーゲー ホースクランプ
US10048159B2 (en) 2016-02-29 2018-08-14 Mueller International, Llc Adjustable hydrant strap
US11730982B2 (en) * 2016-09-19 2023-08-22 Cleveland Reclaim Industries Rescue tube
CN108506298A (zh) * 2018-03-09 2018-09-07 宁波长乐喉箍有限公司 一种箍带长度可调的喉箍
EP3718696B1 (de) * 2019-04-05 2022-11-02 Geberit International AG Presswerkzeug mit markierung für einen fitting mit presslasche
ES2960780T3 (es) * 2019-11-27 2024-03-06 Oetiker Schweiz Ag Abrazadera para tubo flexible
FR3119650B1 (fr) * 2021-02-09 2023-04-14 Caillau Collier de serrage ayant un organe de retenue et un crochet
DE102022125414A1 (de) * 2022-09-30 2024-04-04 Oetiker Schweiz Ag Aufstauchschutz für Ohrklemmen

Family Cites Families (29)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
USRE26211E (en) 1967-05-23 Clamp structure for metal banijs
DE465944C (de) * 1928-09-29 Fritz Hirschfeld Schlauchbinder
DE1068963B (nl) 1959-11-12
US356083A (en) * 1887-01-11 Geoege scheadeb
US3124376A (en) * 1964-03-10 Exhaust pipe repair and replacement adapter
US1221425A (en) 1916-06-03 1917-04-03 Albert J Dremel Hose-clamp.
GB190869A (en) 1921-11-16 1923-01-04 Edwin Showell & Sons Ltd Improvements in and in the manufacture of hose pipe and like clips
US1631396A (en) * 1924-10-23 1927-06-07 William J Steinbreder Clamping device
CH153565A (de) * 1931-03-28 1932-03-31 Muellener Walter Rohrschelle.
US1942600A (en) * 1932-09-06 1934-01-09 Elias J Hornung Clamp
US2059906A (en) * 1934-05-05 1936-11-03 Prestwich John Vivian Bale tie and band and means for fastening the same
US2113443A (en) * 1937-06-05 1938-04-05 Hans A Eggerss Band for containers
GB560526A (en) * 1942-06-27 1944-04-06 Tinnerman Products Inc Improvements relating to fastening devices for clamping articles together
US2335464A (en) * 1942-08-01 1943-11-30 Tinnerman Products Inc Fastening device
US2374541A (en) * 1943-06-19 1945-04-24 Tinnerman Products Inc Conduit clamp
US2614304A (en) * 1951-06-01 1952-10-21 Oetiker Hans Hose clip
GB786432A (en) * 1953-12-21 1957-11-20 Silvio Romano Hose clip
US2847742A (en) * 1956-03-14 1958-08-19 Oetiker Hans Hose clamp
US3082498A (en) * 1959-01-06 1963-03-26 Oetiker Hans Compression band
US3087221A (en) * 1959-05-15 1963-04-30 Edward T Armstrong Hose clamp
CH413519A (de) 1963-01-29 1966-05-15 Oetiker Hans Verfahren zur Herstellung von Ringen, insbesondere für geschlossene Schlauchbriden
CH405027A (de) * 1963-01-29 1965-12-31 Oetiker Hans Schlauchbride
CH442902A (de) * 1965-06-03 1967-08-31 Oetiker Hans Klemmbride zum Festklemmen eines Schlauches auf einer Nippel
US3321811A (en) * 1965-03-31 1967-05-30 Jurid Werke Gmbh Metal clamping band
US3523337A (en) * 1965-10-23 1970-08-11 Hans Oetiker Clamping device
BE791521A (fr) 1971-11-19 1973-03-16 Oetiker Hans Organe protecteur pour colliers de serrage de tuyaux souples
CH580247A5 (nl) * 1974-07-26 1976-09-30 Oetiker Hans
DE7541277U (de) 1975-12-24 1976-07-08 Jurid Werke Gmbh, 2056 Glinde Schlauchklemme
US4237584A (en) 1978-06-14 1980-12-09 Hans Oetiker Clamp structure, especially axle sleeve clamp

Also Published As

Publication number Publication date
DK190080A (da) 1980-11-09
IL59855A0 (en) 1980-06-30
JPH0127317B2 (nl) 1989-05-29
DE3017666C2 (nl) 1988-07-21
JPS55152993A (en) 1980-11-28
FR2456279A1 (fr) 1980-12-05
ES260128U (es) 1982-08-16
NO801349L (no) 1980-11-10
AR230509A1 (es) 1984-04-30
US4299012A (en) 1981-11-10
AU5812580A (en) 1980-11-13
NL190381B (nl) 1993-09-01
ES257616Y (es) 1982-06-01
DK159084C (da) 1991-01-28
ATA243380A (de) 1985-02-15
PT71164A (en) 1980-05-01
ES260128Y (es) 1983-03-01
BR8002777A (pt) 1980-12-16
DE3051057A1 (nl) 1986-10-02
JPH0240917B2 (nl) 1990-09-13
IT1131472B (it) 1986-06-25
IL59855A (en) 1983-09-30
GB2050493A (en) 1981-01-07
CA1146727A (en) 1983-05-24
SE445770B (sv) 1986-07-14
AU535501B2 (en) 1984-03-22
DE3051057C3 (nl) 1993-04-15
GB2050493B (en) 1983-04-20
DE3051057C2 (nl) 1988-06-16
NO156912C (no) 1987-12-16
DK159084B (da) 1990-08-27
NL190381C (nl) 1994-02-01
FR2456279B1 (fr) 1985-09-27
ES257616U (es) 1981-12-16
JPS6426089A (en) 1989-01-27
AT378838B (de) 1985-10-10
SE8003422L (sv) 1980-11-09
IT8021896A0 (it) 1980-05-08
BE883140A (fr) 1980-09-01
MX150662A (es) 1984-06-19
CH649613A5 (de) 1985-05-31
DE3017666A1 (de) 1980-11-20
NO156912B (no) 1987-09-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8002626A (nl) Klemconstructie.
US4492004A (en) Earless clamp structure
JP4116247B2 (ja) 例えばクランプリングまたは収縮リングの2つの帯端部エッジを連結するための装置
NL9002060A (nl) Klemconstructie.
NL9002665A (nl) Gebalanceerde klemconstructie.
NL8300252A (nl) Slangklem.
JPS586109B2 (ja) ホ−スクランプ
NL194624C (nl) Klem.
JPS6113091A (ja) 開放型ホースクランプのための締付装置
US4712278A (en) Earless clamp structure
JP4060907B2 (ja) 改良された低い輪廓のクランプ
US5581851A (en) Draw operating type clamping device
JP3415642B2 (ja) クランプ構造体
JP3513238B2 (ja) 耳無しおよび段無しクランプ構造体
RU2258861C2 (ru) Червячный резьбовой хомут
HU216697B (hu) Újra felhasználható szorítóbilincs
JP7411801B2 (ja) ホースクランプ
USRE33934E (en) Hose clamp
CA3127425C (en) Hose clamp
US6240603B1 (en) Hose clamp with stepless internal clamping surface and method of making the same
US6691379B2 (en) Hose clamp
US20040134041A1 (en) Open hose clamp with plastically deformable ear
USRE33744E (en) Earless clamp structure
US20060117534A1 (en) Open hose clamp with plastically deformable ear
CA1302685C (en) Hose band

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: OETIKER AG MASCHINEN- UND APPARATEFABRIK. HANS -

V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20000507