NL8001195A - Multifilamentgaren uit filamenten van het meer- componenten-matrix-segmenttype. - Google Patents

Multifilamentgaren uit filamenten van het meer- componenten-matrix-segmenttype. Download PDF

Info

Publication number
NL8001195A
NL8001195A NL8001195A NL8001195A NL8001195A NL 8001195 A NL8001195 A NL 8001195A NL 8001195 A NL8001195 A NL 8001195A NL 8001195 A NL8001195 A NL 8001195A NL 8001195 A NL8001195 A NL 8001195A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
segment
yarn
matrix
component
multifilament
Prior art date
Application number
NL8001195A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Akzo Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Akzo Nv filed Critical Akzo Nv
Publication of NL8001195A publication Critical patent/NL8001195A/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D01NATURAL OR MAN-MADE THREADS OR FIBRES; SPINNING
    • D01FCHEMICAL FEATURES IN THE MANUFACTURE OF ARTIFICIAL FILAMENTS, THREADS, FIBRES, BRISTLES OR RIBBONS; APPARATUS SPECIALLY ADAPTED FOR THE MANUFACTURE OF CARBON FILAMENTS
    • D01F8/00Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof
    • D01F8/04Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof from synthetic polymers
    • D01F8/12Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof from synthetic polymers with at least one polyamide as constituent
    • DTEXTILES; PAPER
    • D01NATURAL OR MAN-MADE THREADS OR FIBRES; SPINNING
    • D01DMECHANICAL METHODS OR APPARATUS IN THE MANUFACTURE OF ARTIFICIAL FILAMENTS, THREADS, FIBRES, BRISTLES OR RIBBONS
    • D01D5/00Formation of filaments, threads, or the like
    • D01D5/28Formation of filaments, threads, or the like while mixing different spinning solutions or melts during the spinning operation; Spinnerette packs therefor
    • D01D5/30Conjugate filaments; Spinnerette packs therefor
    • DTEXTILES; PAPER
    • D01NATURAL OR MAN-MADE THREADS OR FIBRES; SPINNING
    • D01FCHEMICAL FEATURES IN THE MANUFACTURE OF ARTIFICIAL FILAMENTS, THREADS, FIBRES, BRISTLES OR RIBBONS; APPARATUS SPECIALLY ADAPTED FOR THE MANUFACTURE OF CARBON FILAMENTS
    • D01F8/00Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof
    • D01F8/04Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof from synthetic polymers
    • D01F8/14Conjugated, i.e. bi- or multicomponent, artificial filaments or the like; Manufacture thereof from synthetic polymers with at least one polyester as constituent
    • DTEXTILES; PAPER
    • D02YARNS; MECHANICAL FINISHING OF YARNS OR ROPES; WARPING OR BEAMING
    • D02GCRIMPING OR CURLING FIBRES, FILAMENTS, THREADS, OR YARNS; YARNS OR THREADS
    • D02G1/00Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics
    • D02G1/02Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics by twisting, fixing the twist and backtwisting, i.e. by imparting false twist
    • D02G1/0206Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics by twisting, fixing the twist and backtwisting, i.e. by imparting false twist by false-twisting
    • D02G1/0253Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics by twisting, fixing the twist and backtwisting, i.e. by imparting false twist by false-twisting while bonding at least some of the filaments or fibres together
    • DTEXTILES; PAPER
    • D02YARNS; MECHANICAL FINISHING OF YARNS OR ROPES; WARPING OR BEAMING
    • D02GCRIMPING OR CURLING FIBRES, FILAMENTS, THREADS, OR YARNS; YARNS OR THREADS
    • D02G1/00Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics
    • D02G1/02Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics by twisting, fixing the twist and backtwisting, i.e. by imparting false twist
    • D02G1/0286Producing crimped or curled fibres, filaments, yarns, or threads, giving them latent characteristics by twisting, fixing the twist and backtwisting, i.e. by imparting false twist characterised by the use of certain filaments, fibres or yarns

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Yarns And Mechanical Finishing Of Yarns Or Ropes (AREA)
  • Multicomponent Fibers (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)
  • Knitting Of Fabric (AREA)
  • Spinning Methods And Devices For Manufacturing Artificial Fibers (AREA)

Description

» *
Multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmenttype.
De uitvinding heeft betrekking op een multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmenttype, welk garen de filamenten in 5 hoofdzaak als matrix en tenminste drie daarvan afgesplitste segment-vezels bevat, waarbij de segmentvezels tenminste ca. 10% ten opzichte van de matrixvezel zijn gekrompen. De uitvinding betreft voorts een werkwijze ter vervaardiging van het garen volgens de uitvinding.
Garen uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmenttype zijn 10 bijvoorbeeld beschreven in de Duitse octrooiaanvragen P 28 03 136 9 en P 28 09 346.1. Zij bestaan uit tenminste twee verschillende polymeren die zich in hun krimpgedrag duidelijk onderscheiden. Daarbij kan door het ontwikkelen van de verschillende krimp een volledige of gedeeltelijk splijting van de componenten worden bereikt.
15 Gebleken is nu dat onder bepaalde omstandigheden bij het valstwijntex-tureren van draden van het boven beschreven type bij een juiste keuze van de tezamen verwerkte polymeren en de textureeromstannigheden verrassende effecten worden verkregen.
De uitvinding heeft de vervaardiging ten doel van een garen uit fila-20 menten van het meercomponenten-matrix-segmenttype, welk garen zich goed laat verwerken tot vlakvormige strukturen zonder twijn-, sterk- of andere behandelingsmaatregelen ter verkrijging van een gesloten garen en waarin de componenten waaruit de draad is opgebouwd na verwerking tot een vlakvormige struktuur een zeer fijne titer hebben.
25 Dit wordt volgens de uitvinding bereikt door een multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmentttype, welk garen de filamenten in hoofdzaak als matrix en tenminste drie daarvan afgesplitste segmentvezels bevat, waarbij de segmentvezels tenminste ca. 10% ten opzichte van de matrixvezel zijn gekrompen, met het kenmerk, dat de 30 individuele componenten waaruit het garen is opgebouwd een valstwijn-kroezing vertonen en dat de individuele componenten gezamenlijk of ten 800 1 1 95 - 2 - dele in het garen op onregelmatige afstanden door hechtplaatsen verbonden zijn die de draaddoorsnede geheel of ten dele omvatten.
Daarbij kan de matrixcomponent uit polyamide en de segmentcomponent uit polyalkyleentereftalaat bestaan.
5 Bijzonder geschikt is een combinatie, waarbij de matrixcomponent uit polycaprolactam en de segmentcomponent uit polyethyleentereftalaat bestaat.
Volgens de uitvinding dient de gewichtsverhouding tussen matrix- en segmentdelen bij ca. 5 : 95 tot 45 : 55 en bij voorkeur bij ca. 10 : 90 10 tot 25 : 75 te liggen.
Verdere uitvoeringsvormen van het garen volgens de uitvinding blijken uit de conclusies.
Volgens de uitvinding kan de vervaardiging van het omschreven garen door een werkwijze plaatsvinden die gekenmerkt is door het feit dat een l·3 multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-seg- menttype aan een valstwijnbehandeling wordt onderworpen, waarbij een fixatietemperatuur wordt toegepast, die tenminste overeenkomt met die welke vereist is voor de component met de laagste smelttemperatuur, en waarbij de draaiingsdichtheid afhankelijk van de totale titer van het 20 multifilamentgaren uit filamenten van het matrix-segementtype tussen ca. 1500 en 4500 draaiingen/meter wordt gekozen.
De fixatietemperatuur ligt bij voorkeur tussen ca. 180°C en 240°C en in het bijzonder tussen ca. 190° en 230°C.
Gebleken is dat men de draaiingsdichtheid in de fixatiezone het beste 25 zo kan kiezen, dat deze overeenkomt met de gebruikelijke draaiingsdichtheid bij het textureren van een normaal multifilamentgaren uit polyethyleenteref talaat dat ongeveer dezelfde titer heeft.
De uitvinding omvat naast eindloze, multifile lineaire strukturen uit eindloze vezels of stapelvezels ook vlakvormige produkten zoals 30 weefsels, breisels, vliezen e.d.
80 0 1 1 95 * - 3 -
Het strekt tot voordeel wanneer het multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmenttype overeenkomstig de uitvinding bij een fixatietemperatuur van ca. 190 tot 240eC aan een valstwijnbe-handeling wordt onderworpen, waarna het garen ca. 10 tot 40 hechtplaat-5 sen per meter vertoont en aansluitend tot een vlakvormig textielpro-dukt wordt verwerkt; het vlakvormige textielprodukt wordt vervolgens in een organisch oplosmiddel, dat de nulkrimptemperatuur van het segment-polymeer resp. de segmentpolymeren tenminste 160°C verlaagt, aan een gelijktijdige krimp- en een de draden meer of minder los makende mecha-10 nische behandeling onderworpen. Daarbij dient de mechanische behandeling zeer intensief te zijn, waardoor in het bijzonder wordt voorkomen dat de greep naderhand tijdens het gebruik verandert.
Bijzonder gunstig als valstwijnproces is het strektextureerproces, waarbij de strekverhouding op bekende wijze aan het gewenste eindpro-dukt wordt aangepast.
Gebleken is dat methyleenchloride, 1,1,2,2-tetrachloorethaan, 1,1,2-trichloorethaan en chloroform bijzonder effektieve organische oplosmiddelen zijn.
Krimpbaar in het kader van de uitvinding betekent dat de segmentcompo-20 nentvezels bijvoorbeeld door de behandeling met de oplosmiddelen volgens de uitvinding worden gekrompen.
Van betekenis is dat de segmentcomponenten in de oplosmiddelen volgens de uitvinding een duidelijke krimp vertonen; deze krimp dient tenminste 10% te bedragen, terwijl aan een krimp van tenminste 15% de voorkeur 25 wordt gegeven. Op welke wijze daarbij het krimpgedrag kan worden bepaald, is de gemiddelde vakman bekend.
Van belang is dat de matrix- en de segmentcomponenten in het oplosmiddel een verschillend krimpgedrag vertonen; bijvoorbeeld kunnen de segmenten krimpen, de matrix daarentegen niet. Het verschil kan ook gelegen 30 zijn in het feit dat de krimp verschillend van grootte is.
Essentieel is echter dat de inductietijd, dat wil zeggen de tijd die verloopt voordat in het behandelingsmedium de krimp zich merkbaar raani- eniH 1 or - 4 - festeert, verschillend is. Voor de werkwijze volgens de uitvinding is het van belang dat de inductietijd voor de krimp bij de segmentcompo-nenten zo klein mogelijk is en bij voorkeur in de orde van grootte van seconden ligt. Het verschil in krimpgedrag kan ook daarin tot uitdruk-5 king komen dat de perifere segmenten een grotere krimpsnelheid hebben dan de matrix. Nadere bijzonderheden over de bepalingen van de inductietijd kunnen worden ontleend aan de beide publikaties van N.L. Lindner in het tijdschrift Colloid and Polymer Sci. 255 blz. 213 e.v. en blz. 433 e.v. (1977).
10 De uitvinding beoogt voorts de vervaardiging van gebreide, gehaakte of geweven vlakvormige produkten met bijzondere greep en bijzondere draag-eigenschappen.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt door geheel of ten dele vals-twijngetextureerde multifilamentgarens uit filamenten van het meercom-15 ponenten-matrix-segmenttype, welke de filamenten in hoofdzaak als matrix en tenminste telkens drie daarvan afgesplitste segmentvezels bevatten, waarbij de segmentvezels tenminste ca. 10% ten opzichte van de matrix-vezel zijn gekrompen, waarbij de individuele componenten waaruit de draad is opgebouwd in hun totaliteit of ten dele in de draad op onregel-20 matige afstanden door hechtpunten zijn verbonden, die de draaddoorsnede geheel of gedeeltelijk bestrijken, tot een gebreid, gehaakt of geweven vlakvormig produkt te verwerken. De uitvinding omvat eveneens de op deze wijze ontstane vlakvormige textielprodukten.
Voorbeeld 25 Multifilaraentgaren uit filamenten van het meercomponenten-matrix-seg-menttype werden bij een fixatietemperatuur van ca. 190 tot 240°C aan een valstwijnbehandeling onderworpen, waarna zij ca. 10 tot 40 laspunten per meter vertoonden. Na de aansluitende verwerking tot een vlakvormig textielprodukt werden zij in een organisch oplosmiddel, dat de 20 nulkrimptemperatuur van het segmentpolymeer resp. van de segmentpoly-meren tenminste 100°C verlaagt, aan een gelijktijdige krimpbehandeling en een de draden meer of minder los makende mechanische behandeling onderworpen. De mechanische behandeling was zeer intensief, waardoor in het bijzonder werd voorkomen dat de greep naderhand tijdens het gebruik SQQ1195 r * - 5 - veranderde. De draden in het vervaardigde nabehandelde vlakvormige pro-dukt vertoonden een vermindering van het aantal laspunten van ca. 50 tot 80%.
Met bijzonder gunstig effect zijn de voor de vlakvormige produkten vol-5 gens de uitvinding gebruikte draden gestrektextureerd bij een strekver-houding, die op bekende wijze afhankelijk van het gewenste eindprodukt wordt gekozen.
Het is aldus mogelijk, door een passende keuze van de fixatietempera-tuur met betrekking tot het effect in het vlakvormig produkt een breed 10 palet van diverse zogenaamde greepnuances te realiseren. Daarbij komt bij de behandeling met het oplosmiddel bijzondere betekenis toe aan de gelijktijdige mechanische behandeling. Deze moet zo grondig zijn dat -bijvoorbeeld door het oplossen van nog meer laspunten of door een verdergaande scheiding tussen matrix- en segmentcomponenten- de greep 15 van het materiaal bij het dragen of tijdens net gebruik niet meer kan veranderen.
De splijting van de getextureerde meercomponentdraden, in het bijzonder het oplossen van de hechtpunten, vindt op gunstige wijze plaats wanneer de getextureerde meercomponentdraden volgens de in de uitvinding be-20 schreven werkwijze tot textiele en technische produkten worden verwerkt.
Op bijzonder gunstige wijze worden volgens de uitvinding vlakvormige produkten zoals breisels en weefsels geproduceerd, wanneer een getextureerde draad van het nieuwe type wordt gebruikt, die bij het texture-ren door de warmtebehandeling tenminste ca. 10 doch zo mogelijx niet 25 meer dan 40 hechtpunten per meter garenlengte heeft gekregen.
De draden van het matrix-segmenttype, waarvan de uitvinding uitgaat, zijn opgebouwd uit polymeren die niet met elkaar mengbaar zijn, geen chemische reactie met elkaar aangaan en die, in het bijzonder wanneer men ze in de smelt met elkaar vermengt of ze als componenten naast el-50 kaar tezamen tot een meercomponentvezel verspint, onder de daarbij heersende omstandigheden een duidelijke fasengrens vertonen. Tot dergelijke met elkaar onverenigbare polymeren behoren voornamelijk polyamiden a η η Λ a ηκ - 6 - en polyesters, waarbij polyesters op basis van tereftaalzuur in het kader van de uitvinding de voorkeur genieten. Deze beide polymeren vertonen in de smelt, althans gedurende een bepaalde tijd, geen merkbare chemische reactie met elkaar, zodat praktisch geen of nauwelijks meng-5 polymeren worden gevormd die de beide fasen vaster aan elkaar zouden doen kleven. Het spreekt vanzelf dat uitwisselingsreacties die tussen polyesters en polyamiden in de smelt na langere tijd kunnen optreden, zoals bijvoorbeeld beschreven in Diklady Akademii Nauk SSSR 1962, band 147, Nr. 6, blz. 13, 165-8, buiten beschouwing blijven.
10 Onder matrix-componentendraden met matrix en meervoudig segmentvormig gerangschikte componenten zijn te verstaan draden waarbij de afzonderlijke segmenten en de matrix continu doorlopend langs de draadas zijn gerangschikt, zodat de draaddoorsnede in hoofdzaak over de lengte van de draad gelijk is. Voorbeelden van draaddoorsneden, die in het kader 15 van de uitvinding geschikt zijn, zijn weergegeven in de Figure 1 t/m 7, waarin a de matrix en b de segmenten voorstelt.
Onder organische oplosmiddelen worden in het kader van de uitvinding chemische stoffen verstaan die andere stoffen langs fysische weg tot oplossing kunnen brengen. Het is niet nodig en in de regel zelfs onge-20 wenst, dat de oplosmiddelen een of alle polymeren waaruit de meercompo-nentenvezels zijn opgebouwd, oplossen. In uitzonderingsgevallen kan het echter een geschikt middel zijn om bijvoorbeeld de matrixcomponent na de verwerking tot een vlakvormig produkt geheel of gedeeltelijk op te lossen. Het oplosmiddel dient de segmentvezels zoveel mogelijk, de 25 matrix daarentegen slechts weinig of in het geheel niet te doen krimpen.
De nulkrimptemperaturen kunnen volgens een werkwijze bepaald worden die bijvoorbeeld uiteengezet wordt in Lenzinger Berichte, mei 1976, vol. 40, blz. 22-29. Daarbij moeten dynamische krimpcurven van draden worden bepaald in het oplosmiddel dat voor de behandeling van de meercomponent-50 draden in aanmerking komt. De extrapolatie van het lineaire deel van de dynamische krimpcurve levert als snijpunt met de abscis de nulkrimp-temperatuur.
Het is gebleken dat volgens de uitvinding in het bijzonder de reeds genoemde oplosmiddelen methyleenchloride, 1,1,2,2-tetrachlooretnaan, 80 0 1 1 95 jr m - 7 - 1,1,2-trichloorethaan en chloroform de nulkrimptemperatuur van net seg-mentpolymeer in voldoende mate verlagen en een onverwacht gunstige splijting van de meercomponentdraden bewerkstelligen.
Meercomponentdraden als uitgangsmateriaal van het type volgens de 5 uitvinding kunnen op verschillende wijzen worden vervaardigd, waarbij men onder gebruikmaking van daartoe geschikte spinplaten resp. spinin-richtingen de polymeren volgens de smeltspinmethode spint en op de gebruikelijke wijze verstrekt. Dergelijke meercomponentdraden zijn op een bijzonder gunstige wijze te vervaardigen volgens een werkwijze en met een inrichting zoals beschreven in de Duitse octrooiaanvrage P 28 03 136.9.
Een belangrijke rol speelt volgens de uitvinding ook de keuze van de gewichtsdelen der matrix- en segmentcomponenten. Gebleken is dat in het bijzonder bij draden waarin het gewichtspercentage van het matrix-1^ deel ca. 10 tot 25 bedraagt het oplossen van de necntplaatsen in net bijzonder aanzienlijk wordt vergemakkelijkt wanneer fixeertemperaturen van omstreeks 225 - 23QeC, in het uiterste geval ca. 235°C, niet worden overschreden.
Beslissend voor de struktuur van de draad vervaardigd volgens de uit- on vinding zijn over het algemeen de verdeling van de matrix- en segment-delen, de hoogte van de draaiing en in het bijzonder de hoogte van de fixatietemperatuur. Gebleken is in het bijzonder dat men, om het door de uitvinding beoogde effect te bereiken, voor de thermofixatie een temperatuur moet kiezen, die tenminste overeenkomt met de temperatuur 25 die nodig is om materiaal van de draadcomponent met het laagste smeltpunt, d.w.z. de draadcomponent die de matrix vormt, te fixeren.
Hoe meer men boven deze temperatuur uitkomt, des te groter wordt niet alleen het aantal hechtplaatsen dat na het textureren nog aanwezig is, maar ook het aantal hechtplaatsen dat niet meer op te lossen is.
30
Het is mogelijk door een passende keuze van de fixatietemperatuur met betrekking tot het effect in het vlakvormige produkt een breed palet van diverse greepnuances te realiseren. Daarbij komt bij de behandeling met het oplosmiddel bijzondere betekenis toe aan de gelijktijdige 8Q01195 - 8 - mechanische behandeling. Deze moet zo grondig zijn dat - bijvoorbeeld door het oplossen van verdere hechtplaatsen of een voortschrijdende scheiding tussen matrix- en segmentcomponenten - de greep bij het dragen resp. tijdens het gebruik niet meer kan veranderen.
5 De keuze van het matrixprofiel geschiedt in afhankelijkheid van de gewenste eindeigenschappen. Hoe kleiner de titer van de afzonderlijke segmenten, des te groter moet het aantal segmentcomponenten per matrix-component zijn.
Het splijten van de getextureerde meercomponentdraden, in het bijzonder 10 het oplossen van de hechtplaatsen, kan niet alleen bij strukturen zoals stapelvezels of continuedraden worden gedaan, maar speciaal ook bij strukturen die verkregen zijn door verwerking van de getextureerde meercomponentdraden tot textiele en technische produkten.
Vlakvormige strukturen zoals breisels en weefsels worden volgens de 1° uitvinding op bijzonder gunstige wijze vervaardigd door een getextureerde draad volgens de uitvinding toe te passen, die bij het texture-ren door de warmtebehandeling tenminste ca. 10, echter zo mogelijk niet meer dan 40 hechtplaatsen per meter draadlengte heeft gekregen.
Weliswaar kunnen zich ook gevallen voordoen, waarin een draad die nog 20 maar op zeer weinig plaatsen herkenbare individuele filamenten vertoont, welke draad in zijn verwerkingsgedrag sterk op een monofil gelijkt, vanwege het sterk gestruktureerde oppervlak van bijzonder belang is. Deze draden vallen eveneens onder de uitvinding, echter zij vormen slechts een nevendoel.
25 Speciaal wanneer het matrixdeel van de draden aan de lage kant is, ongeveer tot ca. 15 gewichts %, kan de keuze van een passende fixatie-temperatuur bij het textureren tengevolge hebben dat in de geproduceerde draad slechts nog de segmentcomponenten waarneembaar zijn, terwijl de matrix stukgetrokken werd en in delen van verschillende grootte, die on . . , wat hun afmetingen betreft gedeeltelijk reeds beneden het oplosvermogen van een lichtmicroscoop liggen, aan de segmentvezels gehecht is. In zulke gevallen kan het alleszins gunstig zijn, het matrixdeel uit het 800 1 1 95 - 9 - vlakvormig produkt op te lossen, zodat dan nog slechts de segmentdelen met zeer fijne titer (bijvoorbeeld met individuele titers van ongeveer 0,1 tot 0,3 dtex) overblijven.
80 0 1 1 95

Claims (24)

1. Multifilamentgaren uit filamenten van het raeercomponenten-matrix— segmenttype, welk garen de filamenten in hoofdzaak als matrix en tenminste drie daarvan afgesplitste segmentvezels bevat, waarbij de segmentvezels tenminste ca. 10% ten opzichte van de matrixvezel zijn 5 gekrompen, met het kenmerk, dat de individuele componenten waaruit het garen is opgebouwd een valstwijnkroezing vertonen en dat de individuele componenten alle tezamen of ten dele in het garen op onregelmatige afstanden door hechtpunten zijn verbonden, die de garendoorsnede geheel of gedeeltelijk bestrijken.
2. Garen volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de matrixcomponent uit polyamide en de segmentcomponent uit polyalkyleentereftalaat bestaat.
3. Garen volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat de matrixcomponent uit polycaprolactam en de segmentcomponent uit polyetnyieen- 15 tereftalaat bestaat.
4. Garen volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de gewichtsverhouding tussen matrix- en segmentdelen ca. 5 : 93 tot 45 : 55 bedraagt.
5. Garen volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de gewichtsver-20 houding tussen matrix- en segmentdelen ca. 10 : 90 tot 25 : 75 bedraagt.
6. Garen volgens conclusies 1-5, met het kenmerk, dat aan een matrixcomponent tenminste zes segmentcomponenten zijn toegevoegd.
7. Garen volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de segmentcompo- oc , nenten fïlamenttiters tussen ca. 0,08 en 2,0 dtex hebben.
8. Garen volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de segmentcomponenten fïlamenttiters tussen ca. 0,1 en 1,4 dtex hebben. 800 1 1 95 - 11 -
9. Garen volgens een of meer van de conclusies 1-8, met het kenmerk, dat de valstwijnkroezing een intensiteit heeft van ca. 1500 tot 4500 toeren per meter.
10. Garen volgens een of meer van de conclusies 1-9, met het kenmerk, ^ dat het aantal hechtplaatsen dat meer dan twee individuele compo nenten met elkaar verbindt gemiddeld ca. 5 tot 40 per meter bedraagt.
10. AGI'J 1880
11. Garen volgens een of meer van de conclusies 1-10, met het kenmerk, dat uit het garen dat aanvankelijk 10 to 40 hechtplaatsen per meter 10 bezat, na de verwerking tot een vlakvormig produkt ca. 50 tot 80% van deze hechtplaatsen werd opgelost door het vlakvormige produkt gelijktijdig te onderwerpen aan een behandeling in een organisch oplosmiddel dat de nulkrimptemperatuur van het segmentpolymeer tenminste 160°C verlaagt en aan een de draden meer of minder los 15 makende mechanische behandeling.’
12. Garen volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat als oplosmiddel methyleenchloride werd toegepast.
13. Garen volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat als oplosmiddel 20 1,1,2,2-tetrachloorethaan werd toegepast.
14. Garen volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat als oplosmiddel 1,1,2-trichloorethaan werd toegepast.
15. Garen volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat als oplosmiddel chloroform werd toegepast.
16. Gebreid, gehaakt of geweven vlakvormig textielprodukt, met het ken merk, dat de garens waaruit het vlakvormig produkt is opgebouwd alle of ten dele valstwijngetextureerde multifilamentgarens zijn uit filamenten van het meercomponenten-matrix-segmenttype die tenminste drie daarvan afgesplitste segmentvezels bevatten, waarbij de seg-20 mentvezels tenminste ca. 10% ten opzichte van de matrixvezel zijn gekrompen, waarbij de individuele componenten waaruit de multifila- 800 1 1 95 - 12 - mentdraden zijn opgebouwd in hun totaliteit of ten dele op onregelmatige afstanden door lasplaatsen zijn verbonden die de individuele draaddoorsnede geheel of ten dele bestrijken.
17. Vlakvormig produkt volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de 5 multifilamentdraden waaruit het vlakvormig produkt is opgebouwd tenminste 10 lasplaatsen per meter draadlengte bezitten.
18. Vlakvormig produkt volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de multifilamentdraden waaruit het vlakvormig produkt is opgebouwd maximaal 40 lasplaatsen per meter draadlengte hebben.
19. Werkwijze ter vervaardiging van een multifilamentgaren volgens een of meer van de conclusies 1-15, met het kenmerk, dat een multifilamentgaren uit filamenten van het meercomponenten-natrix-segmenttype aan een valstwijnbenandeling wordt onderworpen, waarbij een fixatie-temperatuur wordt toegepast die tenminste overeenkomt met die welke 15 voor de component met de laagste smelt temperatuur vereist is, en waarbij de draaiingsdichtheid afhankelijk van de totale titer van het multifilamentgaren uit filamenten van het matrix-segmenttype tussen ca. 1500 en 4500 draaiingen per meter wordt gekozen.
20. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de fixatie- 20 temperatuur tussen ca. 180°C en 240eC wordt gekozen,
21. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de fixatie- temperatuur tussen ca. 190°C en 230°C wordt gekozen.
22. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 19-21, met het kenmerk, dat de draaiingsdichtheid in de fixatiezone ongeveer overeen- 25 komt met de gebruikelijke draaiingsdichtheid bij het textureren van een normal multifilamentgaren van polyethyleentereftalaat met ongeveer dezelfde titer.
23. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 19-22, met het kenmerk, dat een multifilamentgaren uit filamenten van het meercompo- 50 nenten-matrix-segmenttype bij een fixatietemperatuur van ca. 190 80 0 1 1 95 - 13 - tot 240°C aan een valstwijnbehandeling wordt onderworpen, waarna het garen ca. 10 tot 40 hechtplaatsen per meter heeft en aansluitend tot een vlakvormig textielprodukt wordt verwerkt, waarop vervolgens het vlakvormig textielprodukt in een organisch oplosmiddel, dat de nulkrimptemperatuur van het segmentpolymeer resp. van de segment-polymeren tenminste 160°C verlaagt, aan een gelijktijdige krimpbe-handeling en een de draden meer of minder los makende mechanische behandeling wordt onderworpen.
24. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 19-23, met het kenmerk, dat het valstwijnproces en strektextureerproces is, waarbij de strekverhouding op bekende wijze wordt aangepast aan het gewenste eindprodukt. 80 0 1 1 95
NL8001195A 1979-03-02 1980-02-28 Multifilamentgaren uit filamenten van het meer- componenten-matrix-segmenttype. NL8001195A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19792908101 DE2908101A1 (de) 1979-03-02 1979-03-02 Multifiler faden aus einzelfilamenten des mehrkomponenten-matrix-segmenttypus
DE2908101 1979-03-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8001195A true NL8001195A (nl) 1980-09-04

Family

ID=6064253

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8001195A NL8001195A (nl) 1979-03-02 1980-02-28 Multifilamentgaren uit filamenten van het meer- componenten-matrix-segmenttype.

Country Status (12)

Country Link
JP (1) JPS55148230A (nl)
AT (1) AT383158B (nl)
AU (1) AU532716B2 (nl)
BE (1) BE881997A (nl)
CA (1) CA1126105A (nl)
CH (1) CH642510B (nl)
DE (1) DE2908101A1 (nl)
ES (1) ES489098A1 (nl)
FR (1) FR2450297A1 (nl)
GB (2) GB2043731A (nl)
IT (1) IT1143074B (nl)
NL (1) NL8001195A (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3035862C2 (de) * 1980-09-23 1986-04-17 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Filamentgarne aus Mehrkomponentenfasern und deren Einsatz in textilen Flächengebilden
DE3046228A1 (de) * 1980-12-08 1982-07-22 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Farbbaender
DE3212805C2 (de) * 1982-04-06 1987-04-02 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Verwendung von synthetischen Filamentgarnen für blatt- oder bandförmige Schleifwerkzeuge mit einem gewebten Trägermaterial
JP2732760B2 (ja) * 1991-10-23 1998-03-30 金井重要工業株式会社 電池用不織布セパレータ及びその製造方法

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA955024A (en) * 1969-11-15 1974-09-24 Masao Matsui Synthetic fibers and methods for producing the same
JPS4887119A (nl) * 1972-02-24 1973-11-16
JPS5335633B2 (nl) * 1973-04-21 1978-09-28
JPS581221B2 (ja) * 1974-12-12 1983-01-10 帝人株式会社 シカガワヨウヘンシヨクブツノ セイゾウホウホウ
JPS5927407B2 (ja) * 1976-10-06 1984-07-05 東レ株式会社 仮ヨリ加工糸の製造法
JPS6039776B2 (ja) * 1977-03-17 1985-09-07 帝人株式会社 スエ−ド調起毛織物及びその製造方法
JPS53139849A (en) * 1977-05-10 1978-12-06 Toray Industries Falseetwisted yarn and method of manufacture thereof
DE2803136C2 (de) * 1978-01-25 1984-04-05 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Verfahren und Vorrichtung zur Herstellung eines aus wenigstens zwei synthetischen Polymerkomponenten bestehenden Mehrkomponentenfadens
DE2809346C2 (de) * 1978-03-03 1985-04-18 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Verfahren zur Herstellung von Faserstrukturen

Also Published As

Publication number Publication date
GB2122227B (en) 1984-05-23
GB2122227A (en) 1984-01-11
JPS55148230A (en) 1980-11-18
GB2043731A (en) 1980-10-08
CA1126105A (en) 1982-06-22
IT1143074B (it) 1986-10-22
FR2450297A1 (fr) 1980-09-26
FR2450297B1 (nl) 1983-06-24
ES489098A1 (es) 1980-09-16
CH642510GA3 (nl) 1984-04-30
BE881997A (fr) 1980-06-16
DE2908101A1 (de) 1980-09-11
CH642510B (de)
AU5601580A (en) 1980-09-04
IT8048042A0 (it) 1980-02-29
AT383158B (de) 1987-05-25
AU532716B2 (en) 1983-10-13
ATA112080A (de) 1986-10-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR100954704B1 (ko) 잠재 3차원 권축성을 갖는 기계 권축 합성 섬유 및 이의제조 방법
EP1460096B1 (en) Polylactic acid resin, textile products obtained therefrom, and processes for producing textile products
ES2321389T3 (es) Fibras de nucleo y envoltura, conductivas, repelentes de la suciedad, con una alta resistencia a los agentes quimicos, procedimiento para su produccion y su utilizacion.
KR101415384B1 (ko) 열접착성 복합 섬유 및 그 제조 방법
US4364983A (en) Multifilament yarn of individual filaments of the multicomponent matrix/segment type which has been falsetwisted, a component thereof shrunk, a component thereof heatset; fabrics comprising said
JPWO2003025269A1 (ja) ポリエステル系複合繊維パーン及びその製造方法
NL8001195A (nl) Multifilamentgaren uit filamenten van het meer- componenten-matrix-segmenttype.
JP2007530803A (ja) 二成分導電性延伸ポリエステル繊維およびその製造方法
JP4376185B2 (ja) 偏心ポリエステル−ポリエチレン−2成分繊維
JP3004896B2 (ja) ヘテロフィラメント複合ヤーン
KR102184471B1 (ko) 유기 수지 무권축 스테이플 파이버
WO1995027606A1 (en) Polymeric cable and fabric made therefrom
US3551278A (en) Method of producing improved self-crimpable conjugate filaments,from polyamides and polyether-esters
JP2004218155A (ja) ポリエステル混繊糸
US20060008644A1 (en) Fabrics of mixed-polyester-ratio bi-component fibers
Lee Some low-angle X-ray evidence on the structural changes in thermally-and plasma-treated wool
JP4710141B2 (ja) 高ストレッチ織編物用ポリエステル系複合糸
CN88101834A (zh) 改良阳离子可染共聚酯的拉伸变形喂入丝
JPH11158732A (ja) 偏芯芯鞘複合ポリエステル繊維
JP2007031848A (ja) 扁平断面を有する分繊用ポリエステルマルチフィラメント
KR100291599B1 (ko) 자발권축섬유
JP2011069010A (ja) 潜在捲縮繊維
JP2818117B2 (ja) 毛羽を有するポリエステル混繊糸からなる布帛の製造方法
JPH08337916A (ja) 潜在捲縮糸の紡糸直接延伸方法
JP2774857B2 (ja) 異収縮マルチフィラメント混繊糸及びその製造方法

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed