NL8000726A - Verstuiver. - Google Patents

Verstuiver. Download PDF

Info

Publication number
NL8000726A
NL8000726A NL8000726A NL8000726A NL8000726A NL 8000726 A NL8000726 A NL 8000726A NL 8000726 A NL8000726 A NL 8000726A NL 8000726 A NL8000726 A NL 8000726A NL 8000726 A NL8000726 A NL 8000726A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pressure chamber
piston
cylinder
liquid
actuator
Prior art date
Application number
NL8000726A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Yoshino Kogyosho Co Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Yoshino Kogyosho Co Ltd filed Critical Yoshino Kogyosho Co Ltd
Publication of NL8000726A publication Critical patent/NL8000726A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B11/00Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
    • B05B11/01Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use characterised by the means producing the flow
    • B05B11/10Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle
    • B05B11/1001Piston pumps
    • B05B11/1016Piston pumps the outlet valve having a valve seat located downstream a movable valve element controlled by a pressure actuated controlling element
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B11/00Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
    • B05B11/01Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use characterised by the means producing the flow
    • B05B11/10Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle
    • B05B11/1042Components or details
    • B05B11/1061Pump priming means
    • B05B11/1063Air exhausted from the pump chamber being discharged into the container during priming

Landscapes

  • Containers And Packaging Bodies Having A Special Means To Remove Contents (AREA)
  • Reciprocating Pumps (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)
  • Nozzles (AREA)

Description

» * VO 0120
Titel: Verstuiver.
De uitvinding heeft betrekking op een verstuiver meer in het bijzonder een met de hand bedienbare verstuiver voor vloeistoffen zoals parfum, cosmetische preparaten of dergelijke.
De gebruikelijke vloeistofverstuivers bestaan uit een cilinder 5 welke centraal vanaf een kap naar beneden reikt, welke op het hals-gedeelte van een houder is gezet, een tweede cilinder van grotere diameter dan die van de eerste en welke coaxiaal daarmee verloopt en voorzien is van een kop of bedienings orgaan dat boven de kap uit steekt, een buisvormig glijorgaan dat zich bevindt tussen de eerste en tweede 10 cilinder met daarin een onderste zuiger welke telescoperend in de eerste cilinder is gemonteerd en een bovenste zuiger welke telescoperend gevoegd is in de tweede cilinder, een klep aan de bovenzijde van liet glij-orgaan en een schroefveer welke zodanig is gemonteerd dat de klep in een zodanige stand staat dat de verbinding tussen de eerste cilinder 15 en een sproeimondstuk verbroken is.
Wanneer het bedieningsorgaan van een dergelijke verstuiver naar omlaag wordt gedrukt, waarbij het glijorgaan verplaatst, wordt vloeistof welke zich bevindt tussen de eerste en de tweede cilinder samengedrukt waardoor de tweede zuiger gaat verplaatsen ten opzichte van de eerste, 20 tegen de werking van de schroefveer in welke op de tweede zuiger werkt. Wanneer de vloeistofdruk voldoende in evenwicht is met de veerspanning zal de tweede zuiger telescopisch bewegen en de daarmee verbonden klep openen. Dan zijn zowel de eerste als de tweede cilinder in open verbinding met het mondstuk en kan de vloeistof worden verstoven.
25 De vloeistof wordt niet eerder uit het mondstuk verstoven totdat de. vloeistofdruk een vooraf bepaalde waarde binnen de eerste en de tweede cilinder heeft bereikt waardoor voorkomen wordt dat de vloeistof gaat druppelen zonder dat deze door het mondstuk wordt verstoven. Druppelvorming vindt plaats in het geval dat zowel de eerste als de 30 tweede cilinder in open verbinding staat met het mondstuk terwijl de eerste zuiger telescoperend gaat bewegen. Dit druppelverschijnsel vindt ook plaats bij een volledige beweging van de eerste zuiger binnen de eerste cilinder. Wanneer de vloeistofdruk lager is dan de tegenwerkende kracht van de veer die de tweede zuiger in de tweede cilinder drukt, 8000728 -2- wordt de klep gesloten door de veer waardoor de verbinding tussen de eerste cilinder, de tweede cilinder en de klep wordt verbroken.
Een verstuiver van dit type heeft het nadeel, dat aangezien de vloeistofdruk groter wordt naarmate het buisvormige glijorgaan of holle 5 zuiger naar omlaag beweegt, het moeilijk is vloeistof onder zeer hoge druk te verstuiven. Een ander nadeel is, dat wanneer de zuiger telescope-rend naar zijn eindstand in de cilinder wordt bewogen om een bepaalde hoeveelheid vloeistof in de drukkamer te brengen door een lichte druk op het buisvormige glijorgaan, de lucht in de drukkamer kan ontsnappen 10 niet alleen naar de vloeistofhouder doch ook naar de atmosfeer waardoor vloeistofdruppels in het mondstuk kunnen ontstaan.
Verder kan de mondstukopening worden geblokkeerd omdat deze klei--ner in diameter is dan de spieetvormige vloeistofdoorgang, in het geval dat vaste deeltjes in de vloeistof zijn opgenomen en derhalve de ver-15 stuiver kan beschadigen.
Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een verstuiver waarbij de besproken nadelen worden ondervangen welke zijn verbonden met de bekende verstuiver van het met de hand be dienbare type.
De verstuiver volgens de uitvinding kan zelfs bij het eerste ge-20 bruik betrouwbaar en doelmatig werken.
Het geheel is eenvoudig van opbouw en kan gemakkétijkwoidgi gemonteerd. .
Bij de verstuiver volgens de uitvinding kan op eenvoudige wijze een pompwerking worden verkregen tussen de omgeving en de werkzame vloeistof zonder dat lek naar de atmosfeer ontstaat omdat het vormen van 25 een vacuüm in de houder kan worden voorkomen.
Het verstoppen van de mondstukopening als gevolg van vaste deeltjes welke zijn opgenomen in de vloeistof kan worden ondervangen door het gebruik van een fijn filter welke de vaste deeltjes kan tegenhouden zodat 'steeds een doeltreffende vloeistofstroom verstoven kan worden 30 zelfs nadat de voorraad is verminderd na op elkaar volgend gebruik van de verstuiver.
Verdere bijzonderheden van de uitvinding worden onder verwijzing naar de tekening besproken. Daarin toont: fig. 1 een langsdoorsnede door het bovenst gedeelte van een 35 verstuiver volgens de uitvinding in de niet-werkzame toestand; 8000726 -3- * s fig. 2 op vergrote schaal en iets uit elkaar getekend een doorsnede van de buisvormige zuigers welke telescoperend kunnen glijden in de cilinders van een verstuiver volgens fig. 1 en waarbij een druk daarop wordt uitgeoefend; 5 fig. 3 een doorsnede overeenkomstig fig. 2 waarbij het bedienings- orgaan in zijn laagste stand is gedrukt; fig. ^ een doorsnede over de lijn IV-IV van fig. 2; en fig. 5 een langsdoorsnede van het bovenste gedeelte van een verstuiver met een radiaal naar binnen gerichte verhoging om te voor-10 komen dat de zuiger buiten de cilinder kan komen welke verhoging gevormd is aan de binnenwand van de cilinder.
De verstuiver welke als geheel is aangeduid door 10 heeft een vloeistofhouder 11 voorzien van een halsgedeelte 12. De verstuiver 10 heeft voorts een kap 13 welke met binnenschroefdraad aan het ondereinde 15 bevestigd is op de buitenschroefdraad, welke zich bevindt op het hals-gedeelte 12. De kap 13 heeft ongeveer in het midden een radiaal naar binnen reikende flens 14.
De .flens 1k is voorts voorzien van buisvormige naar omhoog reikende delen 15 en 16. Het binnenste buisvormige deel 15 heeft aan de 20 bovenzijde een instulping welke kan samenwerken met een uitstulping aan het buitenvlak van de cilinder Uo, zoals nog nader zal worden besproken.
De stofkap 13a is losneembaar op het buitenste, buisvormige deel 16 gezet.
Een huls 17 strekt zich vanaf het midden van de kap 13 naar om-25 laag uit en reikt in de vloeistofhouder 11 via een boring in het hals-gedeelte 12. De huls 17 vormt een eerste cilinder 18 als essentiëel deel van een drukkamer en is voorts aan het boveneinde voorzien van een radiaal naar buiten zich uitstrekkende, flens 19, welke flens wordt aangedrukt door een pakkingring 20 tussen het boveneinde van de monding van de 30 houder 11 en de flens ik van de kap 13. De eerste cilinder 18 heeft aan het ondereinde een vernauwde boring welke werkt als klepopening 21.
In het onderste gedeelte van de cilinder 18 is een zuigbuis 22 bevestigd zodanig dat deze in open verbinding staat met de klepopening 21 waarin het andere uiteinde, vanaf de cilinder 18 naar omlaag reikt tot aan de 35 bodem van de vloeistofhouder 11.
8000726 -h-
De binnenwand van de cilinder 18 is direct boven de klepopening 21 conisch uit gevoerd en gaat over in een verbreed gedeelte 18a waardoor een klepzitting 23 wordt gevormd waarop een kogelklep 2k uit roestvrij staal kan rusten en een terugslagklep vormt. De vloeistof in de houder 5 11 kan via de zuigerbuis 22 in de cilinder 18 komen.
Het verbrede gedeelte 18a van de cilinder 18 werkt als aanslag of zitting voor de steel 25 welke in de cilinder 18 kan verplaatsen. In de binnenwand van de cilinder 18 is een betrekkelijk ondiepe ringvormige uitsparing 26 aangebracht in de vorm van een spleet welke iets boven 10 het aanslaggedeelte 18a is gelegen. Een of meer omtreksribben 27 zijn op de cilinder 18 aangebracht · nabij de uitsparing 26 (fig. h) welke de binnenwand van de eerste cilinder 18 begrenzen. Boven de uitsparing 26 is in de cilinder 18 een ventilatie-opening 28 aanwezig om te voorkomen dat. in de cilinder 18 een vacuüm wordt gevormd alsmede een ven-15 tilatieopening 29 voor het bewerkstelligen van een pomp-of dergelijke werking in de cilinder 18, welke openingen 28 en 29 in verticale zin op enige afstand van elkaar gelegen.zijn.
Door 30 is een buisvormig glijorgaan aangeduid dat met het ondereinde gevoerd is in de boring van de cilinder-18. Dit buisvormige deel 20 bestaat uit ten minste een onderste zuiger 31 en een bovenste zuiger 32. De eerste zuiger 31 bestaat uit de cilindrische delen 33 en 3^.
Binnen het cilindrische gedeelte 3^ bevindt zich een holte 35, zodat de steel vrij in de cilinder 18 kan verplaatsen.
Een conisch klëplichaam 36 van het naaldtype, bevindt zich aan de 25 bovenzijde van het cilindrische deel 31* boven de holte 35 en kan vrij in het cilindrische deel 33 bewegen. Op het buitenvlak van het cilindrische deel 3*l· is een aantal axiale groeven 37 aangebracht met gaten 38 die doorlopen tot in de holte: 35· Aldus wordt een vloeistofdoorgang verkregen vanuit de holte 35 via de boring 38 en de groeven 37 naar de 30 bovenste kamer van de tweede zuiger 32. Het buitenste cilindrische deel 33 is korter dan het binnenste cilindrische deel 3^ en loopt tot nabij de aanslag 39 op het buitenvlak van het binnenste cilindrische deel 3^. De cilindrische delen 33 en 3^ van de eerste zuiger 31 zijn aan de onderranden voorzien van afdichtingen ll en h2 zodat een hermetisch 35 afsluitend elastisch contact ontstaat met de binnenwand van de cilinder 18.
8000726 * $ . -5-
De tweede buisvormige zuiger 32 bevindt zich in de verbrede cilinder 1+0 waarvan de diameter groter is dan die van de eerste cilinder 18. Daardoor ontstaat een tweede drukkamer a/vi aai met de eerste drukkamer boven de kap 13· De cilinder 1+0 is bevestigd aan de verstui-5 vingskop of bet bedieningsorgaan 1*3 welke voorzien is van een mondstuk 1*1* dat aan de bovenzijde open is en een buisvormig deel 1*5 beeft en een cilindrisch uitsteeksel 1*6 in het midden van de cilinder 1*5.
De grote cilinder 1*0 heeft een verdund gedeelte 1*7 dat reikt in het buisvormige deel 1*5 van het bedieningsorgaan 1*3. Op het bovenvlak 10 van het cilindrische gedeelte 1*7 is een filtergaas 1*8 bevestigd dat is vervaardigd uit kunststof zoals nylon danwel uit metaal zoals roestvrij staal waardoor de vloeistof vrij kan passeren waardoor niet-opgeloste deeltjes in de vloeistof worden tegengehouden en niet via de doorgang 51 in de mondstukuitlaat 1*1* kunnen komen.
15 De cilinder 1*0 kan vrij in het buisvormige deel 15 verplaatsen waarbij de binnenwaartse verhoging 1*9 van het buisvormige deel 15 kan samenwerken met de ringvormige verhoging 50 op de cilinder 1*0 zodat de cilinder 1*0 niet uit het buisvormige deel 15 kan treden.
Tegenover het conische kleplichaam 36 van de binnencilinder 3b 20 bevindt zich een klepzitting l*7a in het midden van de wand van de cilinder 1*0 aangebracht welke kan samenwerken met een klepopening 36a voor het vormen van een vloeistofdoorlaat vanaf de vloeistofhouder 11 via de zuigbuis 22, de klepopening 21, de cilinder 18, het holle gedeelte 35 van de binnencilinder 3l*, openingen in het cilindrische deel 3l*» de 25 groeven 37 , de klepopening 36a, de doorgang 51 naar de mondstukopening 1*1*.
Een schroefveer 52 bevindt zich tussen de verbreding 18a van de cilinder 18 en het ondereinde van de buisvormige zuiger 31 van het glij-orgaan 30. Deze schroefveer 52 ligt om de steel 25 binnen de eerste cilinder 18 en werkt op het glijorgaan 30 en het bedieningsorgaan 1*3.
30 Wanneer het bedieningsorgaan 1*3 met de hand wordt ingedrukt zodat de drukkamers met vloeistof worden gevuld, zullen de eerste en de tweede zuiger 31 en 32 tezamen in de cilinder 18 met het bedieningsorgaan 1*3 ten opzichte van de cilinder 18 bewegen. Aangezien de klep 2l* en het kleplichaam 36 van het cilindrische deel 3l* gesloten worden gehouden, 35 zal het inwendige van de cilinder 18, de holte 35 van het cilindrische deel 3I* en de bovenste cilinder 1*0, welke een drukruimte vormen, plotse- 8000726 -6- ling onder druk worden gezet als gevolg van een naar omlaag bewegen van bet bedieningsorgaan 1+3. Aangezien de vloeistofdruk op het vlak van de tweede zuiger 32 in opwaartse richting groter is dan die op de eerste zuiger 31, zal het glijorgaan 30 naar omlaag bewegen aangezien de vloei-5 stofdruk op de tweede zuiger 31 groter gaat worden dan de tegenwerkende kracht van de schroefveer 52, waardoor het kleplichaam 36 van het binnenste cilindrische orgaan 3^ naar omlaag beweegt en de klep 36a wordt geopend, zoals blijkt uit fig. 2, waardoor onder druk staande vloeistof van de grote cilinder hO via de klepopening 36a in de doorgang 51 komt 10 en verstuiving van de vloeistof via de mondstukopening UU plaatsvindt. Wanneer de vloeistofdruk in de drukkamer als gevolg van het verstuiven via de mondstukopening Ui; afneemt en lager wordt dan de kracht van de schroefveer 52, wordt het glijorgaan 30 onder invloed van de veer 52 naar omhoog gedrukt.. Op dat moment sluit het kleplichaam 36 van het 15 binnenste cilindrische orgaan 3U de opening 36a bij zijn teruggaande slag af en de verstuivende werking wordt dan onderbroken.
Aangezien de klep 36a slechts opent wanneer de vloeistofdruk in de drukkamer tot een bepaalde waarde is opgelopen en automatisch door het kleplichaam 36 van het binnenste cilindrische orgaan 3U wordt ge-20 sloten wanneer de vloeistofdruk op de tweede zuiger 31 lager is dan de -tegendruk op de tweede zuiger 31 en deze lager is dan de kracht van de schroefveer 52, zal druppel vorming in de mondstukopening UU worden voorkomen en kan de inrichting de in de houder aanwezige vloeistof volledig verstuiven.
25 De vloeistofdruk in de drukkamer loopt bij de teruggaande slag van het glijorgaan 30 terug waarbij de koge.lkl.ep 2k wordt geopend zodat in de houder 11 aanwezig vloeistof wordt aangezogen via de buis 22 en een lading vloeistof in de cilinder 18 wordt gezogen. Wanneer het bedieningsorgaan 1+3 weer wordt ingedrukt herhaalt de bovenbeschreven 30 werking zich en wordt wederom vloeistof via de mondstukopening UU verstoven.
De onderdelen van de nieuwe constructie zijn eenvoudig terwijl ook de montage snel en doeltreffend kan plaatsvinden. De kogelklep 2U, de steel 25 en de schroefveer 52 worden achtereenvolgens in de eerste 35 cilinder 18 gezet, vervolgens wordt het glijorgaan 30 in de cilinder 18 gevoegd, de cilinder ho over het glijorgaan 30 in de cilinder geplaatst, 8000726 * · -7- de kap 13 op de flens 19 van de huls 17 gemonteerd -waarna tenslotte het bedieningsorgaan 1+3 waarin vooraf het mondstuk 1+1+ is gezet wordt gemonteerd, waarna de verstuiver 10 gebruiksklaar is. De steel 25 dient voor het geleiden van de schroefveer 52 en als verdringingsorgaan in de 5 holle ruimte wanneer het bedieningsorgaan 1+3 wordt ingedrukt.
Deze steel 25 vermindert het volume van de boring in het glijorgaan 30, wanneer dit naar omlaag beweegt hetgeen bij draagt tot de goede werking van de verstuiver en het verminderen van de afmetingen.
Wanneer de verstuiver voor de eerste maal wordt gebruikt is het 10 niet mogelijk vloeistof uit de houder 11 in de drukkamer te brengen totdat de lucht, welke daarin is opgenomen, is weggeperst. Wanneer het kleplichaam 36 van het binnenste, cilindrische deel 3^ gesloten blijft totdat de druk in de drukkamer een voorafbepaald waarde heeft bereikt, blijft de lucht daarin onder een bepaalde druk, zelfs wanneer 15 het bedieningsorgaan 1+3 niet meer wordt belast. Dit betekent dat de drukkamer niet. voldoende ontlucht wordt zelfs wanneer het bedieningsorgaan 1+3 in zijn hoogste stand is gekomen. Dit betekent dat ook te weinig vloeistof uit de houder 11 in de drukkamer kan komen.
Daartoe is volgens de uitvinding een ruimte of spleet aanwezig bijvoor-20 beeld in de vorm van een uitsparing of uitsteeksel om het afdichtende effect van het zuigergedeelte te verminderen aangebracht in het' binnenvlak van de onderste cilinder en is voorts een ventilatiegat aanwezig teneinde de resterende druk via de spleet tussen het glijorgaan 30 en het binnenwandvlak van de cilinder 18 naar de houder 11 af te laten 25 wanneer het glijorgaan 30 naar omlaag in zijn onderste stand wordt gedrukt. Het buisvormige glijorgaan 30 is echter voorzien van afdichtingen 1+1 en 1+2 zodat de resterende lucht niet via het ventilatiegat kan ontwijken en aldus geen pompwerking voor de vloeistof kan ontstaan.
Om deze moeilijkheid te ondervangen zijn enkele uitstekende 30 ribben 27 axiaal in de uitsparing 26 aangebracht welke doorlopen tot aan de binnenwand van. de eerste cilinder 18.
Fig. 2 en 3 tonen op vergrote schaal het buisvormige glijelement en de buisvormige zuiger welke telescoperend in de cilindeis zijn gemonteerd waarbij eenvoudigheidshalve de niet ter zake doende onderdelen 35 zijn weggelaten terwijl in fig. 1+ op vergrote schaal een dwarsdoorsnede over de uitsparing in de eerste cilinder is getoond.
8000726 -8-
Wanneer het buisvormige glijorgaan 30 in zijn hoogste stand staat, zoals weergegeven in fig. 1, dan liggen de ventilatiegaten 28 en 29 tegenover het cilindrische deel 3^ waarbij de afdichtingen kl en U2 respectievelijk boven het ventilatiegat 28 en onder het ventilatiegat 29 5 zijn gelegen. Het glijorgaan 30 wordt onder invloed van het bedienings-orgaan k3 naar beneden gedrukt waarbij de bovenste afdichtmantel hl onder het ventilatiegat 28 komt, zoals fig. 3 toont. Bij het bereiken van de onderste stand ligt de onderste afdichtmantel k2 ter hoogte van de uitsparing 26. Deze mantel k2 dicht dan niet meer af als gevolg van de 10 uitstekende ribben 27 waardoor plaatselijk ruimte ontstaat. Wanneer het glijorgaan 30 naar omlaag beweegt is de zuiger 31 niet meer afgedicht ten opzichte van de binnenwand van de cilinder 18 als gevolg van bedoelde ribben 27. Daardoor ontstaat een doorgang tussen de onderste afdichtmantel h2 en de ringvormige uitsparing 26 en tussen het buitenvlak van 15 het binnenste cilindrische orgaan 3^ en het binnenvlak van de cilinder 18 en tussen de houder 11 en de cilinder 18 via het ventilatiegat 29.
Een afdichting tussen de ventilatiegaten 28 en 29 wordt echter gevormd door de bovenste afdichtmantel 1;1 aan de binnenwand van de cilinder 18 zodat in de drukkamer samengeperste lucht niet kan weglekken via het 20 mondingsgedeelte van de cilinder 18, tezamen met de vloeistof.
De afstand tussen de ventilatiegaten 28 en 29 wordt bepaald door de lengte en slag van de eerste buisvormige zuiger 31· Het ventilatiegat 28 dat voorkomt dat vacuum in de cilinder 18 ontstaat zorgt er •tevens voor dat een niet te groot vacuüm kan ontstaan in de vloeistof-25 houder 11 zelfs wanneer de vloeistofinhoud door herhaald gebruik is verminderd. Het ventilatiegat 29 voor het wegpompen van vloeistof in de cilinder 18 is zodanig geplaatst dat deze door de eerste buisvormige zuiger 31 of de afdichtingen M en k2 wordt afgesloten, wanneer het glij-orgaan 30 naar zijn bovenste stand terugbeweegt en wordt geopend wan-30 neer de zuiger 31 naar omlaag verplaatst waardoor omgevingslucht in de vloeistofhouder 11 kan treden.
De verstuiver 10 is voorts voorzien van filtergaas U8 tussen het kleplichaam 36 van het binnenste cilindrische orgaan 3^ en de vloeistof-doorgang 51 naar de mondstukopening IjI welk gaas zich bevindt op het 35 boveneindvlak van de buisvormige cilinder ^7. Wanneer fijne en onopgeloste deeltjes zich in de vloeistof bevinden komen deze via de doorgang 8000726 ί * -9- 51 in de mondstukopening kh zodat deze verstopt zou kunnen raken en verstuiving via het mondstuk !! niet meer mogelijk is. Het filtergaas 18 houdt "bedoelde deeltjes in de vloeistof tegen zodat een open verbinding via de doorgang 51 blijft bestaan. Het filtergaas kan zijn ver-5 vaardigd uit kunststof zoals nylon, sar an dan vel uit metaal zoals roestvrij staal, dat niet vordt aangetast door de vloeistof in de verstuiver en heeft een doorlaat van 0,07! mm. Het gaas !8 is doelmatig op het bovenvlak van de buisvormige cilinder kj bijvoorbeeld ultrasonisch vastgelast.
10 Fig. 5 toont een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding vaarbij overigens voor gelijke delen dezelfde vervijzingscijfers zijn gebruikt.
Bij deze uitvoeringsvorm is een ringvormig uitsteeksel 53 aangebracht aan de onderrand van de cilinder 10 zodat de buisvormige cilinder 32 niet uit de grote cilinder 10 kan treden. De doorlaat gevormd door de 15 uitstekende rand .53 is kleiner dan de binnendiameter van de cilinder !0.
De buisvormige zuiger 32 kan gemakkelijk vorden gemonteerd door deze in de cilinder lO te drukken vaama deze zuiger bij.-normaal-heen en veer gaande bevegingen niet meer uit de cilinder !0 kan treden.
Uit het bovenstaande blijkt duidelijk dat, aangezien-de verstui-20 ver volgens de uitvinding niet alleen de lucht maar ook de vloeistof in de drukkamer naar het invendige van de houder kan toevoeren via de doorlaatopeningen, die vorden gevormd vanneer het buisvormige glijorgaan in zijn onderste stand staat, in het bijzonder bij het eerste gebruik, en ofschoon deze een zodanige constructie heeft, dat de lucht sterk 25 vordt samengeperst in de vloeistofdoorgang van de houder naar het mondstuk, het aanzuigen van vloeistof in de drukkamer doeltreffend verkregen vordt bij het naar omhoog bevegen van het buisvormige orgaan, zelfs bij het eerste gebruik van de verstuiver.
Het is duidelijk dat aangezien, het glij orgaan van de verstuiver 30 volgens de uitvinding velke bestaat uit een eerste en een tveede zuiger met een groter drukvlak dan de eerste zuiger en bet kleplichaam 36 van de binnencilinder, het orgaan 3! opent, vanneer het bedieningsorgaan naar omlaag vordt gedrukt teneinde de vloeistofaruk op de tveede zuiger 31 groter te doen zijn dan de tegenverkende kracht van de schroefveer 52, 35 vaarbij de klepopening 36a de vloeistof doet verstuiven tervijl deze automatisch sluit, vanneer het bedieningsorgaan vordt losgelaten en de 8000728 -10- vloeistofdruk op de tweede zuiger 31 kleiner wordt dan de terugwerkende kracht van de schroefveer 52 waarbij de klep 36a opent doch geen druppels worden geïnjecteerd doch de vloeistof uit de houder volledig wordt verstoven.
5 Het is duidelijk dat, aangezien de verstuiver volgens de uitvin ding één of meer axiaal uitstekende ribben 27 heeft binnen de uitsparing 26 van de eerste cilinder 18 en deze ribben 27, wanneer het glijorgaan 30 naar zijn onderste stand wordt bewogen, een doorgang vormt tussen de onderste afdichting 1*2 en de ringvormige uitsparing 26 van de eerste 10 cilinder 18, pompen gemakkelijk kan plaatsvinden en de vloeistof volledig kan worden verstoven.
8000726

Claims (5)

1. Vloeistofverstuiver "bestaande uit een vloeistofhouder, een van een axiale opening voorziene kap op het halsgedeelte van die houder, een bedieningsorgaan dat met het bovenste gedeelte van die kap verbonden is, een eerste drukkamer onder het inwendige van de kap, een tweede 5 drukkamer welke axiaal op êén lijn ligt met de eerste drukkamer binnen het bedieningsorgaan en welke een grotere diameter heeft dan de eerste drukkamer, een buisvormig glijstuk dat telescoperend over meer dan de helft gemonteerd is in de eerste drukkamer en bestaat uit een eerste zuiger aan het ondereinde daarvan en een tweede zuiger aan het boven-10 einde en welke teles coperend in de tweede drukkamer kan bewegen, welke eerste zuiger voorzien is van een afdichting aan de boven- en aan de onderzijde welke hermetisch elastisch contact kan maken met de binnenwand van de eerste drukkamer, welke voorzien is van een ventilatieopening teneinde het ontstaan van vacuüm te voorkomen en een onderste 15 ventilatieopening voor het mogelijk maken van een pompwerking, terwijl een uitstekende ribbe aanwezig is binnen een ringvormige uitsparing aan de binnenomtrekswand van de eerste drukkamer ter vorming van een doorlaat tussen .de onderste afdichting en de eerste drukkamer zodat de lucht uit de eerste drukkamer in de houder kan treden wanneer het-buisvormige 20 orgaan naar de laagste stand beweegt, een veer aanwezig is tussen een versmald gedeelte van de eerste drukkamer en het ondereinde van de eerste zuiger waardoor het buisvormige orgaan en het bedieningsorgaan naar omhoog worden gedrukt, een mondstuk aan de bovenzijde van het bedieningsorgaan en een klep welke zich bevindt op de bodem van de eerste 25 drukkamer.
2. Vloeistofverstuiver volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ribbe welke zich bevindt in de ringvormige uitsparing inside eerste drukkamer eindigt in de binnenwand van die kamer.
3. Vloeistofverstuiver volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 30 eerste zuiger van het glijorgaan het buitenst en binnenst cilindrisch deel omvat, waarbij het cilindrische binnendeel een holte heeft voor het i opnemen van een steel welke verschuifbaar in de eerste drukkamer is opgenomen en voorts voorzien is van een kleplichaam aan het massieve boveneinde boven bedoelde holte, en verschuifbaar is in het buitenste 8000726 -12- cilindrische deel en voorts voorzien is van een aantal axiale groeven, welke doorgangen naar bedoelde holte hebben waarbij de bovenste en de onderste afdichtmantel van de eerste zuiger zich bevinden aan de onderranden van het buitenste en het binnenste cilindrische deel. 5 k. Vloeistofverstuiver volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze voorzien is van een filtergaas in de vloeistofdoorlaat van het bedieningsorgaan.
5- Vloeistofverstuiver volgens conclusie U, met het kenmerk, dat het bedieningsorgaan in hoofdzaak bestaat uit een buisvormige naar om-10 laag reikende cilinder met daarbinnen een naar omlaag reikend cilindrisch deel, terwijl de tweede drukkamer wordt gevormd aan het boveneinde daarvan met een buisvormige cilinder van kleinere diameter, welke op zijn beurt in de buisvormige cilinder van het bedieningsorgaan reikt, welk filtergaas bevestigd is op het bovenvlak van de buisvormige cilin-15 der van het bedieningsorgaan voor het tegenhouden van vaste en niet-- opgeloste deeltjes naar de doorgang van het mondstuk.
6. Vloeistofverstuiver volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een ringvormig uitsteeksel gevormd is aan de binnenomtrekswand van de tweede drukkamer om te voorkomen dat de tweede zuiger uit de tweede druk-20 kamer kan treden van welke rand de binnendiameter kleiner is dan die van de diameter van de tweede drukkamer om te voorkomen, dat -wanneer deze in de tweede drukkamer is gemonteerd, deze tweede zuiger uit de tweede drukkamer kan treden bij de op en neer gaande beweging van de tweede zuiger in de tweede drukkamer. 8000725
NL8000726A 1979-03-19 1980-02-05 Verstuiver. NL8000726A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP3206179 1979-03-19
JP54032061A JPS6032505B2 (ja) 1979-03-19 1979-03-19 液体噴霧器

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8000726A true NL8000726A (nl) 1980-09-23

Family

ID=12348356

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8000726A NL8000726A (nl) 1979-03-19 1980-02-05 Verstuiver.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4530449A (nl)
JP (1) JPS6032505B2 (nl)
AU (1) AU537799B2 (nl)
CA (1) CA1117080A (nl)
CH (1) CH635525A5 (nl)
DE (2) DE3006166C2 (nl)
FR (1) FR2451781B1 (nl)
GB (1) GB2043766B (nl)
IT (1) IT1147035B (nl)
NL (1) NL8000726A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL8006577A (nl) * 1980-09-22 1982-04-16 Yoshino Kogyosho Co Ltd Verstuiver.

Families Citing this family (53)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS61905Y2 (nl) * 1979-06-28 1986-01-13
JPS583964U (ja) * 1981-06-29 1983-01-11 株式会社吉野工業所 手動式小型噴霧器
DE3374278D1 (en) * 1983-05-20 1987-12-10 Yoshino Kogyosho Co Ltd Manually-operated sprayer
JPS59184956U (ja) * 1983-05-24 1984-12-08 株式会社吉野工業所 手動式小形噴霧器
DE3521580A1 (de) * 1985-02-21 1986-08-21 Bayer Ag, 5090 Leverkusen Ausgabeeinrichtung fuer fliessfaehige medien
JPH0544483Y2 (nl) * 1985-04-11 1993-11-11
US4982900B1 (en) * 1988-05-16 1998-05-05 William S Blake Trigger sprayer
FR2656900B1 (fr) * 1990-01-10 1994-01-28 Oreal Pompe manuelle a precompression pour la pulverisation d'un liquide, notamment d'un parfum.
DE9001517U1 (de) * 1990-02-09 1990-04-12 Kläger, Karl, 8902 Neusäß Manuell betätigbarer Flüssigkeitszerstäuber
US5088629A (en) * 1990-07-30 1992-02-18 Neill Richard K O Pressure build-up pump sprayer having improved valving means
US5507417A (en) * 1990-09-11 1996-04-16 Webb Garth T Device for storing and dispensing sterile liquids
KR0149037B1 (ko) * 1990-10-05 1998-10-15 요시노 야따로오 액체 스프레이어
DE69030323T2 (de) * 1990-10-05 1997-10-23 Yoshino Kogyosho Co Ltd Flüssigkeitszerstäuber
DE4035663A1 (de) * 1990-11-09 1992-05-14 Pfeiffer Erich Gmbh & Co Kg Austragvorrichtung fuer medien
BR9305850A (pt) * 1992-02-07 1997-08-19 Procter & Gamble Acondicionamento para bombeamento em borrifo empregando orifícios múltiplos para fornecer líquidos em diferentes padr es de borrifamento com um ciclo de bombeamento otimizado e automaticamente ajustado para cada padrão
US5763416A (en) * 1994-02-18 1998-06-09 The Regent Of The University Of Michigan Gene transfer into bone cells and tissues
US6074840A (en) * 1994-02-18 2000-06-13 The Regents Of The University Of Michigan Recombinant production of latent TGF-beta binding protein-3 (LTBP-3)
US5942496A (en) * 1994-02-18 1999-08-24 The Regent Of The University Of Michigan Methods and compositions for multiple gene transfer into bone cells
US20020193338A1 (en) * 1994-02-18 2002-12-19 Goldstein Steven A. In vivo gene transfer methods for wound healing
US5962427A (en) * 1994-02-18 1999-10-05 The Regent Of The University Of Michigan In vivo gene transfer methods for wound healing
US6551618B2 (en) 1994-03-15 2003-04-22 University Of Birmingham Compositions and methods for delivery of agents for neuronal regeneration and survival
US5702031A (en) * 1995-06-20 1997-12-30 Emson, Inc. Dispensing pump with priming feature
US5560520A (en) * 1995-08-07 1996-10-01 Calmar Inc. Precompression pump sprayer
US6050457A (en) * 1995-12-06 2000-04-18 The Procter & Gamble Company High pressure manually-actuated spray pump
US7923250B2 (en) 1997-07-30 2011-04-12 Warsaw Orthopedic, Inc. Methods of expressing LIM mineralization protein in non-osseous cells
WO1999006563A1 (en) 1997-07-30 1999-02-11 Emory University Novel bone mineralization proteins, dna, vectors, expression systems
DE10149373A1 (de) * 2001-10-06 2003-04-30 Beiersdorf Ag Antitranspirantprodukt auf Basis von Mikroemulsionsgelen
DE10149362A1 (de) * 2001-10-06 2003-04-30 Beiersdorf Ag Antitranspirantprodukt auf Basis von Mikroemulsionen
US7191920B2 (en) * 2002-09-25 2007-03-20 Conopco, Inc. Motorized household liquid dispenser
EP1622691B1 (en) 2003-03-14 2011-05-25 The Trustees of Columbia University in the City of New York Systems and methods of blood-based therapies having a microfluidic membraneless exchange device
US20060076295A1 (en) 2004-03-15 2006-04-13 The Trustees Of Columbia University In The City Of New York Systems and methods of blood-based therapies having a microfluidic membraneless exchange device
US20050017089A1 (en) * 2003-07-21 2005-01-27 Marc Rohrschneider Finger operated spray pump
US7309232B2 (en) * 2003-10-10 2007-12-18 Dentigenix Inc. Methods for treating dental conditions using tissue scaffolds
JP4578141B2 (ja) * 2004-04-22 2010-11-10 株式会社吉野工業所 噴出ノズル
WO2007137245A2 (en) 2006-05-22 2007-11-29 Columbia University Systems and methods of microfluidic membraneless exchange using filtration of extraction fluid outlet streams
GB0613153D0 (en) * 2006-06-30 2006-08-09 Novartis Ag Device
JP4942554B2 (ja) * 2007-05-31 2012-05-30 株式会社吉野工業所 トリガー式液体噴出器
US20080302827A1 (en) * 2007-06-06 2008-12-11 Gerrish Donald L Spray dispenser
BRPI0907473A2 (pt) 2008-02-04 2019-09-24 Univ Columbia métodos, sistemas e dispositivos de separação de fluidos
BRPI0916557A2 (pt) 2008-07-30 2020-08-04 Mesynthes Limited arcabouços de tecido derivado da matriz extracelular do pré-estômago
CA2698915C (en) * 2010-04-01 2017-06-27 Gotohti.Com Inc. Stationary stem pump
JP5839816B2 (ja) * 2011-03-30 2016-01-06 株式会社吉野工業所 液体噴出器
FR3005431B1 (fr) * 2013-05-13 2017-10-06 Aptar France Sas Distributeur de produit fluide.
WO2015038692A1 (en) * 2013-09-13 2015-03-19 Gojo Industries, Inc. Dispensers for non-collapsing containers and venting pumps
CA2837774A1 (en) 2013-12-20 2015-06-20 Heiner Ophardt Piston pump with vacuum relief
DE102016109404A1 (de) * 2016-05-23 2017-11-23 Eto Magnetic Gmbh Verfahren zum Herstellen eines Ventilgehäuses sowie Ventil
JP6670678B2 (ja) * 2016-05-23 2020-03-25 花王株式会社 蓄圧式吐出器
FR3065889B1 (fr) * 2017-05-04 2021-12-17 Aptar France Sas Tete de distribution de produit fluide et ensemble de moulage d'une telle tete
KR102140284B1 (ko) * 2018-09-06 2020-07-31 임종수 액상 화장품의 미스트 분사기구
FR3090417B1 (fr) * 2018-12-19 2020-12-18 Aptar France Sas Dispositif de distribution de produit fluide
KR102105377B1 (ko) * 2019-10-21 2020-04-28 권태웅 역립형 미스트 분무기
JP7403409B2 (ja) * 2020-07-31 2023-12-22 株式会社吉野工業所 吐出器
CN114902939B (zh) * 2022-05-20 2023-06-30 滁州学院 一种用于园林养护的自动喷雾器

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2717178A (en) 1953-08-12 1955-09-06 Nelson F Cornelius Sprayers
FR2149671A6 (nl) * 1971-08-19 1973-03-30 Step
FR2149669A5 (nl) * 1971-08-19 1973-03-30 Step
US3756472A (en) * 1971-10-18 1973-09-04 Hohnsom & Son Inc S Micro-emitter
JPS55373Y2 (nl) * 1974-09-26 1980-01-08
US4050613A (en) * 1976-08-31 1977-09-27 Corsette Douglas Frank Manual actuated dispensing pump

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL8006577A (nl) * 1980-09-22 1982-04-16 Yoshino Kogyosho Co Ltd Verstuiver.

Also Published As

Publication number Publication date
US4530449A (en) 1985-07-23
AU537799B2 (en) 1984-07-12
FR2451781B1 (fr) 1985-07-19
GB2043766B (en) 1983-04-20
DE3050097C2 (de) 1986-05-28
IT8047963A0 (it) 1980-02-20
JPS6032505B2 (ja) 1985-07-29
FR2451781A1 (fr) 1980-10-17
JPS55124564A (en) 1980-09-25
DE3006166A1 (de) 1980-09-25
CA1117080A (en) 1982-01-26
IT1147035B (it) 1986-11-19
CH635525A5 (fr) 1983-04-15
GB2043766A (en) 1980-10-08
DE3006166C2 (de) 1986-01-09
AU5508180A (en) 1980-09-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8000726A (nl) Verstuiver.
NL193269C (nl) Vloeistofverstuiver.
JP3679977B2 (ja) トリガー作動ポンプ式噴霧器およびその排出弁アセンブリー
US4830284A (en) Atomizing or dosing pump
NL193138C (nl) Vloeistofverstuiver.
US5474215A (en) Liquid jet blower
US4402432A (en) Leak-proof dispensing pump
US4434916A (en) Manually operated liquid dispensing pump
US4596344A (en) Manually actuated dispenser
US5358149A (en) Pressure build-up pump sprayer having anti-clogging means
US5301852A (en) Manually operated pump for dispensing liquid or creamy substances at a predetermined constant pressure
US4361255A (en) Accumulator type manual atomizer
JPS6251150B2 (nl)
JPH1034036A (ja) 予備圧縮ポンプ式噴霧器
EP0553546A1 (en) Liquid pump dispenser
NL8401809A (nl) Afgiftepomp voor het drukvullen.
GB2197035A (en) A non throttling discharge pump assembly
EP0501503A1 (en) Containers containing hair spray fluids, anti-perspirants and the like
US5088629A (en) Pressure build-up pump sprayer having improved valving means
JP2004516398A (ja) 手動で作動するポンプアセンブリ
US5715974A (en) Trigger sprayer having central vent cylinder
JP2816179B2 (ja) 指作動式ポンプ
JPS6028522Y2 (ja) 手動式噴霧器
JPS6026843Y2 (ja) 手動式小型噴霧器
JPS5815014Y2 (ja) 噴霧器

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable
AK Correction of former applications already laid open

Free format text: IN PAT.BUL.01/92,PAGE 17:SHOULD BE DELETED

BN A decision not to publish the application has become irrevocable