NL8000385A - Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten. - Google Patents

Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten. Download PDF

Info

Publication number
NL8000385A
NL8000385A NL8000385A NL8000385A NL8000385A NL 8000385 A NL8000385 A NL 8000385A NL 8000385 A NL8000385 A NL 8000385A NL 8000385 A NL8000385 A NL 8000385A NL 8000385 A NL8000385 A NL 8000385A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
formula
fluorine
trans
pyrido
compounds
Prior art date
Application number
NL8000385A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Pfizer
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Pfizer filed Critical Pfizer
Publication of NL8000385A publication Critical patent/NL8000385A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07DHETEROCYCLIC COMPOUNDS
    • C07D307/00Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom
    • C07D307/02Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings
    • C07D307/26Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings having one double bond between ring members or between a ring member and a non-ring member
    • C07D307/30Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings having one double bond between ring members or between a ring member and a non-ring member with hetero atoms or with carbon atoms having three bonds to hetero atoms with at the most one bond to halogen, e.g. ester or nitrile radicals, directly attached to ring carbon atoms
    • C07D307/32Oxygen atoms
    • C07D307/33Oxygen atoms in position 2, the oxygen atom being in its keto or unsubstituted enol form
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61PSPECIFIC THERAPEUTIC ACTIVITY OF CHEMICAL COMPOUNDS OR MEDICINAL PREPARATIONS
    • A61P25/00Drugs for disorders of the nervous system
    • A61P25/20Hypnotics; Sedatives
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61PSPECIFIC THERAPEUTIC ACTIVITY OF CHEMICAL COMPOUNDS OR MEDICINAL PREPARATIONS
    • A61P25/00Drugs for disorders of the nervous system
    • A61P25/22Anxiolytics
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07CACYCLIC OR CARBOCYCLIC COMPOUNDS
    • C07C51/00Preparation of carboxylic acids or their salts, halides or anhydrides
    • C07C51/09Preparation of carboxylic acids or their salts, halides or anhydrides from carboxylic acid esters or lactones
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07CACYCLIC OR CARBOCYCLIC COMPOUNDS
    • C07C51/00Preparation of carboxylic acids or their salts, halides or anhydrides
    • C07C51/42Separation; Purification; Stabilisation; Use of additives
    • C07C51/487Separation; Purification; Stabilisation; Use of additives by treatment giving rise to chemical modification
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07DHETEROCYCLIC COMPOUNDS
    • C07D307/00Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom
    • C07D307/02Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings
    • C07D307/04Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings having no double bonds between ring members or between ring members and non-ring members
    • C07D307/18Heterocyclic compounds containing five-membered rings having one oxygen atom as the only ring hetero atom not condensed with other rings having no double bonds between ring members or between ring members and non-ring members with hetero atoms or with carbon atoms having three bonds to hetero atoms with at the most one bond to halogen, e.g. ester or nitrile radicals, directly attached to ring carbon atoms
    • C07D307/20Oxygen atoms
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07DHETEROCYCLIC COMPOUNDS
    • C07D471/00Heterocyclic compounds containing nitrogen atoms as the only ring hetero atoms in the condensed system, at least one ring being a six-membered ring with one nitrogen atom, not provided for by groups C07D451/00 - C07D463/00
    • C07D471/02Heterocyclic compounds containing nitrogen atoms as the only ring hetero atoms in the condensed system, at least one ring being a six-membered ring with one nitrogen atom, not provided for by groups C07D451/00 - C07D463/00 in which the condensed system contains two hetero rings
    • C07D471/04Ortho-condensed systems

Description

y
Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten.
De uitvinding heeft betrekking op de bereiding van bepaalde trans-2-gesubstitueerd-5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indoolderivaten die gebruikt kunnen worden als rustigmakende middelen, en op tussenverbindingen die bij deze 5 bereiding gebruikt kunnen worden.
In het Duitse Offenlegungsschrift P 2.822.465.9 worden onder andere indolen van formule 1 beschreven, waarin de waterstofatomen die aan de 4a- en 9b-positie gehecht zijn in trans-relatie tot elkaar staan en Xj en Yj gelijk of verschillend 10 zijn en elk waterstof of fluor zijn; n 3 of 4 is; M C(0) of CH(OH) is en Zj waterstof, fluor of methoxy is. Van deze verbindingen wordt gezegd dat zij rustigmakende eigenschappen hebben.
Thans is gevonden dat verbindingen van dit type waarin de 5~aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido-/4,3-b/-15 indool-groepering rechtsdraaiend is verrassende en gunstige eigenschappen hebben.
Met de term n5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool-groepering wordt bedoeld de groepering van formule 18, waarin de waterstofatomen gehecht aan de koolstofatomen 20 in de posities 4a en 9b in trans-relatie tot elkaar staan en Xj en Yj de bovengenoemde betekenis hebben. De verbindingen van formule 1 waarin de groepering van formule 18 linksdraaiend is zijn aanzienlijk minder actief gebleken als rustigmakende middelen.
De verbindingen volgens de uitvinding heb-25 ben een opmerkelijk en onverwacht superieur rustigmakend effect in 80 0 0 3 85 2 vergelijking met de bovengenoemde bekende rustigmakende middelen.
Bijzondere voorkeur verdienen de rustig-makende middelen volgens de uitvinding zijn de volgende verbindingen, waarin de trans-5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-5 indool-groepering rechtsdraaiend is, en diastereomeren daarvan: trans-8-fluor-5-(p-fluorfeny1)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool, trans-5-feny1-2-/4-hydroxy-4-(p-methoxyfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, 10 trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-methoxyfenyl)- butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, trans-5-feny1-2-(4-hydroxy-4-fenylbutyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b9indool, trans-8-fluor-5-(p-fluorfeny1)-2-(4-hydroxy-4-fenylbutyl)-2,3,4,4a, 15 5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, trans-5-feny1-2-/3-(p-fluorbenzoyl)propyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indoo1, trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/3-(p-fluorbenzoy1)propyl/-’ 2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indai, 20 trans-8-fluor-5-(o-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/- 2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool, ttans-5-fenyl-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool.
Verdere waardevolle verbindingen volgens de 25 uitvinding, bruikbaar als tussenverbindingen, zijn de rechts- draaiende en racemische tricyclische secundaire amines van formule 15 en zuuradditiezouten daarvan, waarin de waterstofatomen gehecht aan de koolstofatomen in de posities 4a en 9b in trans-relatie tot elkaar staan en een van de groepen en fluor is en de andere 30 waterstof of fluor is.
Ook wordt volgens de uitvinding een nieuwe werkwijze verschaft voor de bereiding van de verbindingen van formule 1 door reductieve alkylering van een tricyclisch secundair amine van formule 8 of 15 met een lactol van formule 14, waarin 35 Zj de bovengenoemde betekenis heeft en q 1 of 2 is.
Andere nieuwe en waardevolle verbindingen 800 0 3 85 * 3 volgens de uitvinding zijn de enantiomere en racemische 5-aryl-2-hydroxytetrahydrofuranen van formule 19, waarin Zj de bovengenoemde betekenis heeft.
De rustigmakende verbindingen volgens de uit-5 vinding zijn van formule 1, waarin de waterstofatomen gehecht aan de koolstofatomen in de posities 4a en 9b in trans-relatie tot elkaar staan, de 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-groepering van formule 18 rechtsdraaiend is en Xj, Yj, Zj, n en M de voornoemde betekenis hebben. Het zal de deskundige duide-30 lijk zijn dat de groepering van formule 18 twee asymmetrische koolstof atomen bevat in de 4a- en de 9b-positie en twee opgeloste trans-vormen (d- en 1-) en een racemische vorm zijn mogelijk voor elke waarde die aan Xj en Yj wordt toegekend. De groepering van formule 18 bestaat natuurlijk niet op zichzelf maar kan bijvoorbeeld zijn 15 afgeleid van de vrije base van formule 20, waarvan de verbindingen van formule 1 kunnen worden afgeleid. Elk van de verbindingen van formule 20 bestaat als een rechtsdraaiend (d-) enantiomeer, een linksdraaiend (1-) enantiomeer en als mengsels van beide, waaronder het racemaat dat gelijke hoeveelheden van het d- en het 1-enantiomeer 20 bevat. De rechtsdraaiende en linksdraaiende isomeren kunnen worden onderscheiden door hun vermogen het vlak van in een vlak gepolariseerd licht te draaien. De d-vorm is die waarbij het vlak van het in een vlak gepolariseerde licht naar rechts draait en de 1-vorm die waarbij het in een vlak gepolariseerde licht naar links draait.
25 Een racemisch mengsel dat gelijke hoeveelheden d- en 1-enantiomeren bevat beïnvloedt het vlak van in een vlak gepolariseerd licht niet.
Voor de doeleinden van de onderhavige uitvinding, bij het bepalen of een verbinding rechts- of linksdraaiend is, hierbij wordt gelet op het effect van de verbinding op licht met een golflengte van 30 589,3 nm (de zogenaamde D-lijn van natrium). Een groepering van formule 18 wordt als rechtsdraaiend beschouwd indien het hydro-chloridezout van de vrije base van formule 20 dit licht naar rechts draait.
Zoals beschreven in de Duitse octrooiaan-35 vrage P 2.822.465.9 is reactieschema A, zoals weergegeven op het bijgaande formuleblad, illustratief voor de werkwijzen die kunnen 8 0 0 0 3 85 4 worden gebruikt voor de synthese van de 4a,9b-trans-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indolen van formule 8, waarin Xj en Yj de voornoemde betekenis hebben. Een voorkeur verdienende waarde voor K-2 is benzyl om economische redenen. Andere waarden van 5 die het ook zullen doen in reactieschema A liggen echter voor de hand voor de deskundige. Voorbeelden van alternatieve waarden voor Ε·2 zijn benzylgroepen die gesubstitueerd zijn in de benzeenring door bijvoorbeeld een of meer leden van de groep bestaande uit methyl, methoxy, nitro en fenyl; en benzhydryl.
10 Zoals eveneens in meer detail wordt beschre ven in het Duitse Offenlegungsschrift 2.822.465.9 kunnen de vrije basen van formule 8 ook dienen als voorlopers voor de verbindingen van formule 2, zoals toegelicht door reactieschema B, waarin Xj,
Yj, Zj en n de voomoemde betekenis hebben. De acylering van ver-15 bindingen van formule 8 ter vorming van de tussenverbindingen van formule 10 kan gebruik maken van de zuren van formule 9 of de overeenkomstige zuurchloriden of zuurbromiden.
De tussenverbinding van formule 10 wordt vervolgens gereduceerd met lithiumaluminiumhydride ter verkrijging 20 van de gewenste verbinding van formule 2.
Nog een alternatieve route, welke wordt beschreven in de Duitse octrooiaanvrage P 2.822.465.9 voor het verschaffen van de 4a,9b-trans-verbindingen van formule 2 gemengd met de overeenkomstige gedehydrateerde verbindingen van formule 3, wordt 25 weergegeven door reactieschema C, waarin Xj, Yj, Zj en n de voornoemde betekenis hebben en m 2 of 3 is. De reactie met boraan in etheroplosmiddel, bij voorkeur in tetrahydrofuran, en daaropvolgende behandeling met zuur, wordt uitgevoerd onder de omstandigheden die hierboven beschreven zijn voor de bereiding van de 2-benzylverbin-30 dingen van formule 7. De produkten van formule 2 en 3 worden gescheiden, bijvoorbeeld door kolomchromatografie over silicagel.
De relatieve hoeveelheden van de produkten van formule 2 en 3 zullen variëren afhankelijk van de hoeveelheid zuur, bijvoorbeeld zoutzuur, en de duur van de verwarming onder 35 terugvloeiing nadat de reductie met BHj.THF heeft plaatsgevonden. Grotere hoeveelheden zuur en langere terugvloeitijden begunstigen 800 03 85
V
5 het gedehydrateerde produkt van formule 3, terwijl kleinere hoeveelheden zuur en kortere terugvloeitijden de vorming van het produkt van formule 2 begunstigen,
De verbindingen van formule 2 of 3 kunnen 5 ook dienen als voorlopers voor de vrije basen van formule 8, Dit wordt uitgevoerd onder gebruikmaking van bijvoorbeeld ethylchloor-formiaat, gevolgd door alkalische hydrolyse als hierboven beschreven voor de debenzylering van de verbindingen van formule 7, waarin R2 benzyl is, ter verkrijging van de vrije basen van formule 8.
10 Zoals ook wordt beschreven in het Duitse
Offenlegungsschrift 2.822.465.9 verschaft oxydatie van de verbindingen van formule 2 onder toepassing van reagentia en omstandigheden die bekend zijn voor het selectief omzetten van secundaire alkoholen in de overeenkomstige ketonen de nieuwe produkten van 15 formule 4, waarin Xj, Yj, Zj en n de voornoemde betekenis hebben. Voorbeelden van zulke oxydeermiddelen die kunnen worden gebruikt in deze reactie zijn kaliumpermanganaat, kaliumdichromaat en chroomtrioxyde. Het voorkeursreagens is chroomtrioxyde in aanwezigheid van pyridine. Bij het uitvoeren van deze reactie met het voor-20 keursreagens wordt de uitgangsalkohol van formule 6 in een reactie-inert oplosmiddel, bijvoorbeeld dichloormethaan, chloroform of benzeen, toegevoegd aan een mengsel dat ten hoogde 10 molair overmaat aan chroomtrioxyde en een soortgelijk grote molaire overmaat aan pyridine bevat en het mengsel wordt geroerd, gewoonlijk bij 25 kamertemperatuur, totdat de reactie nagenoeg voltooid is. Gewoonlijk zal ongeveer 15 minuten tot 1 uur voldoende zijn. Het produkt wordt geïsoleerd, bijvoorbeeld door verwijdering van onoplosbaar materiaal door filtreren, extraheren van het filtraat met een verdunde waterige alkali, zoals natriumhydroxyde-oplossing, drogen van 30 de organische laag en droogdampen. Het residu-produkt kan desgewenst verder worden gezuiverd, bijvoorbeeld door kolomchromatografie.
Zoals door de deskundige zal worden onderkend vormen de 4a,9b-trans-verbindingen van formule 4 en 8 een enkel racemaat dat kan worden opgelost tot een paar van enantiomeren, 35 ëën waarvan rechtsdraaiend en de andere linksdraaiend is. De 4a,9b-trans-verbindingen van formule 2, met een verder asymmetrisch kool- 80 0 0 3 85 6 stofatoom in de 2-substituent, vormen twee diastereo-isomeren, elk waarvan oplosbaar is tot rechtsdraaiende en linksdraaiende enantiomeren.
Gevonden is nu dat de rustigmakende werking 5 van de verbindingen van formule 1 schuilt in zulke verbindingen waarin de 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-groepering van formule 18 rechtsdraaiend is. De overeenkomstige verbindingen waarin de groepering van formule 18 linksdraaiend is is van aanzienlijk geringere activiteit. Terwijl de aard van 10 de 2-substituent die gehecht is aan de groepering van formule 18 ter vorming van de verbindingen van formule 1 kritisch is voor optimale rustigmakende activiteit is de stereochemie van de 2-substituent minder belangrijk. Zo zijn verbindingen van formule 2 waarin de groepering van formule 18 rechtsdraaiend is zeer actief wanneer 15 een gegeven 2-substituent van de formule (CH0) CHOHC.-ELZ., racemisch, L n b j i ' rechtsdraaiend of linksdraaiend is en al deze vallen binnen het kader van de uitvinding.
De verbindingen van formule 2 als gewoon-' lijk verkregen door de hierboven beschreven methoden zijn een meng- 20 sel van diastereomeren. Werkwijzen voor het scheiden van zulke gemengde diastereomeren omvatten fractionele kristallisatie en chro-matografische methoden. Het scheiden van gemengde diastereomeren van formule 2 door fractionele kristallisatie is gewoonlijk voldoende om elk van de diastereomeren in zeer zuivere vorm te verschaffen. 25 Natuurlijk kan kolomchromtografie worden toegepast om de diastereomeren verder te zuiveren. Oplosmiddelsystemen die bruikbaar zijn voor de fractbnele kristallisatie van de bovengenoemde diastereomeren omvatten bijvoorbeeld gemengde oplosmiddelsystemen die zowel een polair als een niet-polair oplosmiddel bevatten. Voorbeelden 30 van zulke polaire oplosmiddelen zijn onder meer ethylacetaat, methanol, ethanol, aceton en acetonitril. Voorbeelden van zulke niet-polaire oplosmiddelen zijn hexaan en de nauwverwante homologen daarvan, benzeen, tolueen en koolstoftetrachloride. Een voorkeur verdienend mengsel van zulke oplosmiddelen is ethylacetaat en hexaan.
35 Oplossing van de enkele diastereomeren van formule 1 tot de d- en 1-enantiomeren kan worden teweeg gebracht 800 0 3 85 +- * 7 door een verscheidenheid van methoden die in de techniek bekend zijn voor het oplossen van racemische aminen, zie bijvoorbeeld Fieser e.a., "Reagents for Organic Synthesis", Wiley & Sons, Inc.,
New York, (1967), Vol. I, biz. 977 en daarin genoemde literatuur.
5 Een bijzonder bruikbare methode voor het verkrijgen van de enantio-meren uit de racematen van formule 1 is echter door verestering van een verbinding van formule 2 met een optisch actief zuur, gevolgd door scheiding van de diastereomere esters door fractionele kristallisatie of door chromatografie. De enantiomere ketonen van 10 formule 4 worden vervolgens verkregen door oxydatie van de overeenkomstige enantiomeren van formule 2. Ofschoon een verscheidenheid van optisch actieve zuren bekend is in de techniek voor zodanig gebruik is gebleken dat L-fenylalanine bijzonder nuttig is voor het oplossen van de diastereomeren van formule 2 volgens reactieschema 15 D, waarin (A) de 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-groepering vertegenwoordigt en t-Boc t-butyl-oxycarbonyl is.
In de eerste stap van reactieschema D wordt het enkele racemische diastereomeer van formule 2 veresterd met t-Boc-L-fenylalanine door op zichzelf bekende methoden voor het ver-20 esteren van zulke verbindingen. In een bijzondere voorkeur ver dienende procedure brengt men het diastereomeer van formule 2 in aanraking met een tenminste equimolaire hoeveelheid t-Boc-L-fenyl-alanine in aanwezigheid van een reactie-inert oplosmiddel en een condenseermiddel bij lage temperatuur, bij voorkeur bij ongeveer 25 0°C tot kamertemperatuur. Voorbeelden van geschikte reactie-inerte oplosmiddelen zijn onder meer chloroform,methyleenchloride, 1,2-di-chloorethaan, tetrahydrofuran en ethylether. De voorkeur verdient als oplosmiddel chloroform en een voorkeur verdienend condenseermiddel is dicyclohexylcarbodiïmide. De reactie is gewoonlijk vol-30 ledig binnen enige uren. De resulterende ester van formule 16 wordt gewonnen door op zichzelf bekende methoden en men laat deze reageren in de kou, bij voorkeur bij -10 tot 20°C, met een molaire overmaat trifluorazijnzuur om de t-butyloxycarbony1-bes chermende groep te verwijderen ter verschaffing van de aminoëster van formule 17 35 als een mengsel van diastereomeren. Dit mengsel wordt vervolgens gescheiden door fractionele kristallisatie of chromatografie ter 800 0 3 85 δ verschaffing van de enkele diastereomeren van formule 17. Een bijzonder geschikte methode voor deze scheiding is kolomchromatografie op silicagel. De geïsoleerde enkele diastereomeren worden vervolgens gehydrolyseerd in aanwezigheid van zuur of base door op zichzelf 5 bekende methoden ter verschaffing van de afzonderlijke rechts-en linksdraaiende enantiomeren van formule 2. De laatstgenoemde enantiomeren kunnen vervolgens worden geoxydeerd, bijvoorbeeld door middel van chroomzuur zoals in de onderhavige aanvrage beschreven, ter verschaffing van de overeenkomstige enantiomeren van formule 4.
10 Een andere methode voor het verschaffen van de enantiomere verbindingen van formule 2 is stereospecifieke synthese waarbij de opgeloste enantiomeren van een tricyclisch secundair amine van formule 8 worden gecondenseerd met een enantiomere voorloper van de 2-positie-substituent. Om stereospecifieke 15 synthese van de verbindingen van formule 2 te bewerkstelligen wordt in reactieschema E een nieuwe werkwijze weergegeven die op gemakkelijke wijze dit doel bereikt ter verschaffing van optisch zuivere verbindingen in hoge opbrengst onder toepassing van opgeloste reagentia. Deze werkwijze kan natuurlijk ook worden toegepast voor de 20 verschaffing van racemische produkten wanneer racemische reagentia worden gebruikt. In reactieschema E hebben Xj, Yj, Zj en n de voornoemde betekenis en is q 1 of 2.
De optische isomeren van het amine van formule 8 worden verkregen door oplossen van de racemische verbin-25 dingen. Het oplossen wordt uitgevoerd door middel van een zout gevormd tussen het amine van formule 8 en optisch actief zuur. Ofschoon een verscheidenheid van zuren bekend zijn voor het oplossen van aminen, zie bijvoorbeeld het bovengenoemde boek van Fieser e.a., zijn voorkeur verdienende zuren die gemakkelijk scheiding van het 30 amine van formule 8 opleveren de optische isomeren (D- en L-) van N-carbamoylfenylalanine. Deze laatstgenoemdei worden verkregen door reactie van de isomere fenylalaninen met natriumcyanaat door methoden die aan de deskundigen bekend zijn. Het oplossen wordt bewerkstelligd door een van de isomere N-carbamoylfenylalaninen, bijvoor-35 beeld het L-isomeer, te laten reageren met een racemische verbinding van formule 8 in equimolaire hoeveelheden in aanwezigheid van 80 0 0 3 85 Λ- * 9 een geschikt reactie-inert oplosmiddel ter vorming van een homogene oplossing van de zouten. Bij afkoeling wordt het zout van een van de optische isomeren van formule 8 verkregen als een kristallijne vaste stof welke verder gezuiverd kan worden indien gewenst. De 5 moederloog die in hoofdzaak het zout van het andere isomeer bevat wordt drooggedampt en het zout ontleed door waterige base, zoals bijvoorbeeld natriumcarbonaat, kaliumhydroxyde of calciumcarbonaat, en de vrije base geëxtraheerd door middel van een niet met water mengbaar oplosmiddel, meestal ethylacetaat, gedroogd en het oplos-10 middel afgedampt ter verkrijging van een residu dat verrijkt is aan het tweede isomeer van het amine van formule 8. Dit residu wordt vervolgens opgenomen in een reactie-inert oplosmiddel en behandeld met een equimolaire hoeveelheid van het andere isomeer van N-carbamoylfenylalanine, bijvoorbeeld het D-isomeer en de oplos-15 sing afgekoeld om kristallen van het N-carbamoylfenylalaninezout van het tweede isomeer van formule 8 neer te slaan.
Elk van de zouten die een enkel enantiomeer van het amine van formule 8 bevatten wordt vervolgens ontleed als hierboven beschreven ter verkrijging van respectievelijk de nage-20 noeg zuivere rechts- en linksdraaiende isomeren van formule 8.
Sommige van de racemische lactolen van formule 14, waarin q 2 is zijn bekend, zie Colonge e.a., Buil. Soc.
Chem. France, 2005 (1966); Chem. Abstr. 65, 18547d (1966). De vijfledige lactolen van formule 14 waarin q 1 is zijn echter nieuwe 25 verbindingen. De lactolen kunnen worden bereid langs verschillende wegen, bijvoorbeeld uit de bekende verbindingen van formule 11 of de overeenkomstige nitrillen als weergegeven in reactieschema F, waarin Zj en q de voornoemde betekenis hebben.
Het ketozuur van formule 11 wordt op ge-30 schikte wijze gereduceerd, bijvoorbeeld door middel van natrium- boorhydride, door methoden die de deskundige bekend zijn, ter verschaffing van de overeenkomstige hydroxyzuren van formule 12 (of het overeenkomstige nitril indien cyaanketonen overeenkomstig met formule 11 worden gebruikt, gevolgd door hydrolyse van het hydroxy-35 nitril ter verschaffing van het hydroxyzuur). De hydroxyzuren worden gemakkelijk omgezet in lactonen van formule 13 door verwarmen ön η n 7 ök 10 onder dehydraterende omstandigheden, bij voorkeur in aanwezigheid van een reactie-inert oplosmiddel, meestal ethylacetaat, en in aanwezigheid van een katalytische hoeveelheid zuur, meestal p-tolueen-sulfonzuur. Het reactiemengsel wordt gewoonlijk verwarmd onder 5 terugvloeiing gedurende ongeveer 1 uur, gekoeld, gewassen met zoutoplossing, gedroogd en het lacton van formule 13 geïsoleerd door verdamping van oplosmiddel.
Het lacton van formule 13 wordt gereduceerd door middel van een metaalhydride-reduceermiddel ter verschaffing 10 van de lactol van formule 14. Ofschoon een verscheidenheid van me-taalhydride-reduceermiddelen met enig succes kan worden gebruikt ter verschaffing van de gewenste lactolen wordt de voorkeur gegeven aan reduceermiddelen zoals diïsobutylaluminiumhydride, natrium-boorhydride, lithiumboorhydride en het eerstgenoemde reduceermiddel 15 verdient bijzondere voorkeur. De reactie wordt uitgevoerd in aanwezigheid van een reactie-inert organisch oplosmiddel en een reactie-inert gas, zoals argon of stikstof. Wanneer het voorkeur verdienende diïsobutylaluminiumhydride als reduceermiddel wordt gebruikt ' wordt de reactie uitgevoerd bij een temperatuur van ongeveer -80 20 tot -70°C. Ongeveer equimolaire hoeveelheden van de beide reagentia worden gebruikt. De reactie is gewoonlijk volledig in enige uren of minder. Het reactiemengsel wordt afgeschrikt door toevoeging van een lagere alkanol, bijvoorbeeld methanol, verwarmd tot een temperatuur nabij kamertemperatuur en het oplosmiddel onder vacuum afge-25 dampt en de lactol geïsoleerd door standaardmethoden die aan de deskundigen op dit gebied bekend zijn.
Zoals hierboven vermeld zijn, wanneer enan-tiomere verbindingen van formule 2 gewenst zijn door de reactie van amine van formule 8 en lactol van formule 14, opgeloste reagentia 30 vereist. Om opgeloste isomeren van formule 14 te verkrijgen wordt het oplossen van de overeenkomstige racemische hydroxyzuur-voor-lopers van formule 12 uitgevoerd.
Het oplossen van racemische hydroxyzuren van formule 12 wordt uitgevoerd op een wijze analoog aan die welke 35 hierboven is beschreven voor het oplossen van aminen van formule 8, bijvoorbeeld door fractionele kristallisatie van de zouten, eerst 80 0 0 3 85 «· * η gebruikmakend van bijvoorbeeld d-efedrine om ëën isomeer van formule 12 neer te slaan; het andere isomeer van formule 12 wordt vervolgens neergeslagen met de antipode van efedrine en de beide zouten ontleed ter verkrijging van de rechts- en linksdraaiende isomeren 5 van formule 12, elk waarvan wordt omgezet in de lactol van formule 14 als hierboven beschreven. Voor de synthese van elk van de enan-tiomeren van formule 2 worden equimolaire hoeveelheden van de opgeloste reagentia van formule 8 en 14 in aanraking gebracht in aanwezigheid van een reactie-inert organisch oplosmiddel onder reduc-10 tieve alkyleringsomstandigheden. Methoden voor het uitvoeren van reductieve alkyleringsreacties zijn bijvoorbeeld besproken door Emerson, Organic Reactions 4^,174 (1948) en door Rylander in "Catalytic Hydrogenation Over Platinum Metals", Academic Press,
New York, 1967, biz. 291-303. De reactie kan worden uitgevoerd met 15 een grote verscheidenheid van reduceermiddelen waarvan bekend is dat ze bruikbaar zijn voor reductieve alkylering van secundaire aminen met aldehyden en ketonen, zoals bijvoorbeeld waterstof in aanwezigheid van een katalytische hoeveelheid van een edelmetaal-katalysator, zoals platina, palladium, rhodium, rutenium of nikkel; 20 diverse metaalhydride-reduceermiddelen, zoals natriumcyaanboorhydri-de, natriumboorhydride en lithiumboorhydride; en mierezuur. Voorkeur verdienende reduceermiddelen zijn de edelmetaalkatalysatoren en natriumcyaanboorhydride. Bijzondere voorkeur verdienende edelmetalen zijn platina en palladium en liefst wordt palladium ge-25 bruikt om redenen van economie en doeltreffendheid in het verschaffen van enantiomere produkten in hoge opbrengst en met een hoge mate van optische zuiverheid.
In de voorkeursuitvoeringsvorm wordt het amine van formule 8 in aanraking gebracht met een equimolaire hoe-30 veelheid van een lactol van formule 14 en een van de bovengenoemde voorkeurverdienende reduceermiddelen in aanwezigheid van reactie-inert organisch oplosmiddel bij een temperatuur van ongeveer -10 tot 50°C. Wanneer het voorkeur verdienende reduceermiddel natriumcyaanboorhydride is wordt tenminste een equivalente hoeveelheid 35 gebruikt. Wanneer de voorkeur verdienende edelmetaalkatalysatoren worden gebruikt wordt de reactie uitgevoerd in aanwezigheid van een 80 0 0 3 85 12 mo lair e overmaat waterstof.
Zoals hierboven vermeld wordt de edelmetaal-katalysator gebruikt in een "katalytische hoeveelheid", welke term duidelijk is voor de deskundige. Wanneer de edelmetaalkatalysatoren 5 en waterstof worden gebruikt kan de reactie worden uitgevoerd bij atmosferische druk of bij hoge drukken tot aan ongeveer 10 atmosfeer of hoger met gelijk gemak. De factor die gewoonlijk zal bepalen of de reactie wordt uitgevoerd bij atmosferis che c£ hogere druk is de schaal waarop de reactie wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld bij uit-10 voering op enige grammen of minder reagens is atmosferische druk geschikter; op technische schaal echter verdient het gebruik van hoge druk gewoonlijk de voorkeur.
Voorbeelden van geschikte reactie-inerte oplosmiddelen zijn de lagere alkanolen, zoals methanol, ethanol, 15 isopropanol en n-butanol, ethers zoals dimethoxyethaan, diethyleen-glycol-dimethylether, ethylether en isopropylether, glycolen, zoals ethyleenglycol en diethyleenglycol, en glycolmonoëthers, zoals a-methoxyethanol en diethyleenglycol-monoëther ether.
Ofschoon de reactie kan worden uitgevoerd 20 met enig succes bij temperaturen vanaf ongeveer -50°C tot aan de terugvloeitemperatuur van het oplosmiddel is de voorkeur verdienende reactietemperatuur van ongeveer -10 tot 50°C om redenen van gemak en doeltreffendheid. Bij hogere temperaturen kan racemisering van produkten en andere ongewenste nevenreacties plaats vinden in 25 aanmerkelijke mate. Bij temperaturen beneden -10°C is de reactiesnelheid zeer laag. De reactie verloopt gewoonlijk volledig af in ongeveer 1 tot 5 uren. De produkten worden vervolgens geïsoleerd door standaardmethoden en desgewenst gezuiverd, bijvoorbeeld door kristallisatie of chromatografie. De gewenste enantiomere produkten 30 worden zo verkregen in goede opbrengst en zijn van hoge optische zuiverheid.
Een alternatief voorkeursprodukt volgens de uitvinding wordt verkregen door de bovenstaande procedure onder toepassing van rechtsdraaiend amine van formule 8 en racemische lactol 35 van formule 14 in de bovenstaande procedure. Het verkregen produkt van formule 2 is optisch actief ten gevolge van de chiraliteit van 800 0 3 85 * f 13 de aminegroepering van formule 18. Het is een zeer actief rustig-makend middel en dient tevens als economisch tussenprodukt voor oxydatie door hierboven beschreven methoden tot de ketonische pro-dukten van formule 4.
5 2-benzyl-5-fenyl-l,2,3,4-tetrahydro-y-car- boline wordt verkregen door de Fischer-indool-synthese van N,N-di-fenylhydrazine en N-benzyl-4-piperidon. De mono- of difluor-gesub-stitueerde uitgangs-tetrahydro-γ-carbo1inen van formule 6, waarin tenminste een van de groepen Xj en Yj fluor is en benzyl is, 10 worden bereid uit de overeenkomstige verbindingen van formule 6 waarin S.2 waterstof is door reactie met een benzylhalogenide, zoals benzylbromide, in equimolaire hoeveelheden. De vereiste verbindingen van formule 6 waarin waterstof is worden bereid als beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.001.263. De uitgangs-tetra-15 hydro-y-carbolinen van formule 5 worden beschreven in hetzelfde octrooischrift.
Uitgezonderd de nieuwe tussenverbindingen van formule 8 en 14 die hierboven genoemdfeijn, zijn de andere uitgangsmaterialen hetzij in de handel verkrijgbaar, is de bereiding 20 ervan uitdrukkelijk beschreven in de chemische literatuur of kunnen ze worden bereid door methoden die de deskundigen bekend zijn. Bijvoorbeeld zijn de fenylhydrazinen in de handel verkrijgbaar of kunnen ze worden bereid door reductie van het fenyldiazoniumzout, zoals beschreven door Wagner en Zook in "Synthetic Organic 25 Chemistry", John Wiley & Sons, New York, N.Y., 1956, Hoofdstuk 26; de 1-gesubstitueerde 4-piperidonen zijn in de handel verkrijgbare reagentia of worden bereid volgens de methode van McElvain e.a., J.Am.Chem.Soc., 70» 1826 (1948); de vereiste 3-benzoylpropionzuren en 4-benzoylboterzuren zijn in de handel verkrijgbaar of worden be-30 reid door modificatie van de procedure van "Organic Synthesis",
Coll. Vol. 2, John Wiley & Sons, New York, N.Y. 1943, biz. 81.
Zoals hiervoor vermeld kunnen de basisverbindingen volgens de uitvinding zuuradditiezouten vormen. Deze basisverbirriingen worden in de zuuradditiezouten daarvan omgezet 35 door interactie van de base met een zuur, hetzij in waterig hetzij in niet-waterig milieu. Op soortgelijke wijze resulteert behandeling 80 0 0 3 85 14 van de zuuradditiezouten met een equivalente hoeveel-heid van een waterige base-oplossing, bijvoorbeeld alkalimetaalhydroxyden, alkalimetaalcarbonaten en alkalimetaalbicarbonaten, of met een equivalente hoeveelheid van een metaalkation dat een onoplosbaar 5 neerslag vormt met het zuur-anion in de regeneratie van de vrije base-vorm. De zo geregenereerde basen kunnen worden gewonnen of weer worden omgezet in hetzelfde of een ander zuuradditiezout.
Bij het gebruik van de chemotherapeutische activiteit van de genoemde zouten van de verbindingen volgens de 10 uitvinding verdient het natuurlijk de voorkeur farmaceutisch aanvaardbare zouten te gebruiken. Ofschoon onoplosbaarheid in water, hoge toxiciteit of gebrek aan kristalliniteit sommige specifieke zoutsoorten ongeschikt of minder gewenst kunnen maken voor gebruik als zodanig in een gegeven farmaceutische toepassing kunnen de in 15 water onoplosbare of toxische zouten worden omgezet in de overeenkomstige farmaceutisch aanvaardbare basen door ontleding van het zout als hierboven beschreven, of anders kunnen ze worden omgezet in elk gewenst farmaceutisch aanvaardbaar zuuradditiezout.
• · Voorbeelden van zuren die farmaceutisch 20 aanvaardbare anionen verschaffen zijn zoutzuur, broomwaterstofzuur, joodwaterstofzuur, salpeterzuur, zwavelzuur, zwaveligzuur, fosfor-zuur, azijnzuur, melkzuur, citroenzuur, wijnsteenzuur, bamsteen-zuur, maleïnezuur en gluconzuur.
Zoals hiervoor aangegeven zijn de verbin-25 dingen volgens de uitvinding geschikt voor therapeutisch gebruik als rustigmakende middelen bij zoogdieren.
De rustigmakende middelen volgens de uitvinding worden gekenmerkt door het verlichten van schizofrene manifestaties bij mensen zoals hallucinaties, vijandigheid, achterdochtig-30 heid, emotionele en sociale terugtrekking, angst, opwinding en spanning. Een standaardprocedure voor het vaststellen en vergelijken van rustigmakende werking van verbindingen in deze serie en waarvoor er een uitstekende correlatie is met doeltreffendheid bij de mens is het antagonisme van door amfetamine teweeg gebrachte 35 symptomen bij proeven op ratten, zoals beschreven door A. Weissman e.a., J. Pharmacol. Exp. Ther., 151, 339 (1966) en door Quinton e.a., 80 0 0 3 85 15
Nature, 200, 178 (1963).
Een andere methode die onlangs beschreven is door Leyson e.a., Brichem. Pharmacol., 27_, 307-316 (1978) de 3 inhibitie van H-spiroperidol-bmdmg aan dopamme-receptoren, 5 hangt samen met de relatieve farmacologische potenties van geneesmiddelen bij het beïnvloeden van gedrag dat via dopamine-receptoren tot stand komt.
De γ-carbolinen en de farmaceutisch aanvaardbare zouten daarvan, welke bruikbaar zijn als rustigmakende 10 middelen, kunnen worden toegediend hetzij als individuele therapeutische middelen of als mengsels van therapeutische middelen. Ze kunnen alleen worden toegediend, maar worden in het algemeen toegediend met een farmaceutische drager die wordt gekozen afhankelijk van de gekozen toedieningswijze en de standaard-farmaceutische 15 praktijk. Bijvoorbeeld kunnen ze oraal worden toegediend in de vorm van tabletten of capsules die aanlengmiddelen zoals zetmeel, lactose of bepaalde types klei, enz. bevatten. Ze kunnen worden toegediend in de vorm van elixers of orale suspensies met de actieve bestanddelen gecombineerd met emulgeermiddelen en/of suspendeermid-20 delen. Ze kunnen parenteraal worden geïnjecteerd en voor deze toepassing worden ze, of geschikte derivaten, toebereid in de vorm van steriele waterige oplossingen. Zulke waterige oplossingen kunnen op geschikte wijze worden gebufferd, indien noodzakelijk, en dienen andere opgeloste materialen te bevatten, zoals zout of 25 glucose, om ze isotoon te maken.
Ofschoon het gebruik van de onderhavige uitvinding is gericht op de behandeling van zoogdieren in het algemeen is het voorkeur verdienende subject de mens. Natuurlijk zal uiteindelijk de dokter bepalen welke dosering het meest geschikt is 30 voor een bepaalde individu en deze dosering zal variëren met de leeftijd, het gewicht en de reactie van de betrokken patient, alsmede met de aard en de ernst van de symptomen en de farmacodynami-sche karakteristieken van het specifieke middel dat wordt toegediend. In het algemeen zullen in het begin kleine doses worden toegediend, 35 met een geleidelijke toeneming in de dosering tot het optimale niveau is bepaald. Vaak zal worden gevonden dat bij orale toediening 800 0 3 85 16 van het preparaat grotere hoeveelheden actief bestanddeel nodig zullen zijn om hetzelfde effect teweeg te brengen dat wordt verkregen door een kleinere hoeveelheid die parenteraal wordt toegediend .
5 De bovenstaande factoren volledig in aan merking nemend wordt gemeend dat een dagelijkse dosering van de verbindingen volgens de uitvinding bij de mens van ongeveer 0,1 tot 100 mg, met een voorkeurstraject van 0,5 tot 25 mg, effectief rustig zal maken. In die gevallen waarin de verbindingen volgens de 10 uitvinding een langdurig effect hebben kan de dosering 5 tot 125 mg per week zijn, toegediend in één of twee gescheiden doses. De waarden zijn illustratief en er kunnen natuurlijk individuele gevallen zijn waarbij hogere of lagere doseringstrajecten van toepassing zijn.
15 De volgende voorbeelden worden enkel ver schaft ter toelichting en dienen niet te worden uitgelegd als beperkingen van de uitvinding. Vele variaties zijn mogelijk zonder buiten het kader van de uitvinding te komen.
Voorbeeld I
20 dl-trans-2-benzyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-5-fenyl-lH-pyrido/4,3-b/- indool-hydrochloride
Aan een oplossing van 0,140 molen boraan in 150 ml tetrahydrofuran, geroerd bij 0°G in een driehals rondbo-demkolf uitgerust met magnetische roerder, thermometer, koeler en 25 toevoertrechter, en gehouden onder een stikstofatmosfeer, werd een oplossing toegevoegd van 23,9 g (0,071 mol) 2-benzyl-5-fenyl-1,2,3,4-tetrahydropyrido/4,3-b/indool in 460 ml droge tetrahydrofuran. De toevoeging werd uitgevoerd met zodanige snelheid dat de reactietemperatuur beneden 9°C werd gehouden. Zodra de toevoeging 30 voltooid was werd het resulterende mengsel verwarmd tot terugvloei-ing en op deze temperatuur gehouden gedurende 1 uur. Het oplosmiddel werd vervolgens afgedampt onder vacuum ter verschaffing van een witte vaste massa welke werd gesuspendeerd in 40 ml droge tetrahydrofuran en verwarmd, eerst langzaam, met 180 ml van een 35 mengsel van gelijke volumedelen azijnzuur en 5N zoutzuur. De resulterende suspensie werd 1 uur onder terugvloeiing verwarmd en ver- 80 0 0 3 85 17 volgens afgekoeld. Afdamping van tetrahydrofuran en een deel van het azijnzuur resulteerde in neerslaan van een witte vaste stof, welke werd gescheiden door filtratie en gewassen met water. De vaste stof werd opnieuw gesuspendeerd in tetrahydrofuran, gefil-5 treerd, gewassen met ethylether en aan de lucht gedroogd ter verschaffing van 16,7 g (63 %) van het gewenste trans-isomeer. Smeltpunt 256-260°C.
Indamping van de moederloog gaf nogeens 7,2 g produkt.
10 Bij herhaling van de bovenstaande procedure maar onder toepassing van het op de juiste wijze gesubstitueerde 2-benzyl-5-fenyl-l,2,3,4-tetrahydropyrido/4,3-b/indool als uitgangsmateriaal worden de 4a,9b-trans-verbindingen van formule 21 verkregen op soortgelijke wijze, in de vorm van de chloridezouten 15 daarvan, waarbij X en Y de volgende betekenis hebben:
X Y X Y
H p-fluor H o-fluor F H F m-fluor F p-fluor F o-fluor
20 Voorbeeld II
dl-trans-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool
Een suspensie van 4,17 g dl-trans-2-benzyl-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride in 150 ml absolute ethanol werd gehydrogeneerd bij 345 kPa en 25 60-70°C gebruikmakend van 1,0 g 10 % Pd/C-katalysator, over een periode van 2 uren. De katalysator werd verwijderd door filtreren en aan het filtraat werd voldoende ethylether toegevoegd om het hydrochloride van het gewenste produkt neer te slaan, 2,76 g (87 %), sndtpunt 235-237°C.
30 Het hydrochloridezout werd omgezet in vrije base door te verdelen tussen ether en verdunde natriumhy-droxyde-oplossing. De etherlaag werd gedroogd boven natriumsulfaat en ingedampt ter verschaffing van de titelverbinding in een opbrengst van 97 %, smeltpunt 74-76°C.
35 Voorbeeld III
dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)- 80 0 0 3 85 18 butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indoo1-hydrochloride en dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-(p-fluorfenyl)-3-butenyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride.
5 In een 1000 ml reactievat uitgerust met een magnetische roerder, een druppeltrechter en gehouden onder een stikstofatmosfeer werd 177 ml 0,94 molair boraan in tetrahydrofuran gebracht. De oplossing werd gekoeld in een ijsbad en aan de koude oplossing werd in 30 minuten een oplossing toegevoegd van 25 g 10 (0,0555 mol) 8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfe nyl ) butyl/-2,3,4,5-tetrahydropyrido/4,3-b/indoo1 in 295 ml tetrahydrofuran. Het resulterende mengsel werd bij kamertemperatuur geroerd gedurende 20 minuten en vervolgens verwarmd onder terugloei-ing gedurende 2 uren. Het reactiemengsel werd gekoeld en onder 15 vacuum geconcentreerd ter verkrijging van een vloeibaar residu.
Hieraan werd een mengsel van 50 ml azijnzuur en 50 ml 5N zoutzuur toegevoegd, waarop heftige gasontwikkeling plaats vond. Het mengsel werd 1 uur onder terugvloeiing verwarmd, gekoeld tot kamer-• temperatuur en gefiltreerd. Het filtraat werd gekoeld in ijs en 20 alkalisch gemaakt door toevoeging van 50 gew.%-ige natriumhydroxyde-oplossing. Het basische mengsel werd tweemaal geëxtraheerd met porties van 150 ml chloroform, de gecombineerde organische lagen werden gedroogd boven magnesiumsulfaat en drooggedampt onder vacuum ter verkrijging van 25 g van een gele schuimvormige vaste 25 stof. Dunnelaagchromatografie over silicagel, gebruikmakend van een oplosmiddelsysteem bestaande uit gelijke volumedelen hexaan en ethylacetaat leverde twee produkten op. De schuimvormige vaste stof werd gechromatografeerd op een kolom van silicagel onder elutie met gelijke volume delen hexaan en ethylacetaat en de fracties wer-30 den gevolgd door dunnelaagchromatografie. De fracties die slechts het sneller bewegende produkt bevatten, dat wil zeggen 8-fluor- 5-(p-fluorfenyl)-2-/4-(p-fluorfenyl)-3-butenyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexa-hydro-lH-pyrido/4,3-b/indool werden drooggedampt, opgenomen in ace-ton en omgezet in het hydrochloride-zout door toevoeging van water-35 vrij waterstofchloride in aceton, de resulterende witte vaste stof werd verzameld door filtratie en gedroogd ter verkrijging van 1,5 g 800 0 3 85 19 van de 3-buteny1-verbinding, smeltpunt 270-273°C.
De fracties die slechts het langzamer bewegende 8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool bevatten wer-5 den geconcentreerd, opgenomen in ethylether en omgezet in het hydrochloride-zout door toevoeging van watervrij waterstofchloride ter verkrijging van 10,8 g van dit produkt, smeltpunt 241-245°C, een mengsel van twee diastereomeren.
Het aandeel van de sneller bewegende 10 3-buteny1-verbinding wordt verhoogd tot aan 100 % door geschikte verhoging in de aciditeit en de duur van de verwarming onder terug-vloeiing in het mengsel van azijnzuur en zoutzuur.
Voorbeeld UIA
Bij herhaling van de procedure van voor-15 beeld III maar uitgaande van 8-fluor-5-(o-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy- 4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,5-tetrahydropyrido/4,3-b/indool werd de sneller bewegende component uit silicagel-chromatografie geïdentificeerd als trans-8-/fluor-5-(o-fluorfenyl)-2-/4-(p-fluor-feny1)-3-butenyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool, 20 smeltpunt 141-142°C. De langzamer bewegende component werd geïdentificeerd als trans-8-fluor-5-(o-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluo rfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool, smeltpunt 195-197°C. Elk van de bovengenoemde produkten was een mengsel van diastereomeren.
25 Voorbeeld IV
Gebruikmakend van de geeigende verbindingen van formule 5 als uitgangsmaterialen in de procedure van voorbeeld III werden volgens reactieschema C de 4a,9b-trans-produkten van de formules 2 en 3, waarin n, Xj, Yj en Zj de onderstaande be-30 tekenis hebben, verkregen en in elk van de gevallen gescheiden.
In de produkten van formule 3 is m gelijk aan n-1.
80 0 0 3 85 20 η X Υ Ζ 3 F p-fluor m-fluor
3 F p-fluor H
3 H p-fluor p-methoxy 5 3 F H o-methoxy 3 Η H p-fluor 4 F p-fluor p-fluor 4 F p-fluor p-methoxy
4 F p-fluor H
10 4 F H o-f luor 4 F H m-methoxy 4 H p-fluor p-fluor
4 H p-fluor H
4 Η Η H
15 4 H o-fluor p-fluor 3 H o-fluor p-fluor 3 H m-fluor m-fluor 3 F o-fluor p-methoxy
3 H m-fluor H
20 4 F o-fluor o-fluor 4 F m-fluor p-methoxy
Voorbeeld V
dl-trans-8-f luor-5- (p-f luorf enyl) -2,3, 4,4a, 5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/-indool 25 (A) Aan een oplossing van 5,6 g (12,4 mmol) dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool in 40 ml tolueen werd 5,3 ml (55,7 mmol) ethyl-chloorformaat toegevoegd.
Het resulterende mengsel werd verwarmd onder terugvloeiing geduren-30 de de nacht en vervolgens drooggedampt ter verkrijging van een residu-gom. Aan de gom werd 200 ml van een mengsel van ethanol en water in de volumeverhouding 9:1 toegevoegd. Nadat de gom was opgelost werd 15 g kaliumhydroxyde toegevoegd en het resulterende mengsel werd gedurende de nacht onder terugvloeiing verwarmd. Het 35 oplosmiddel werd afgedampt onder vacuum en het residu verdeeld tussen water en chloroform. De organische extracten werden gewassen 80 0 0 3 85 21 met water, gedroogd boven natriumsulfaat en drooggedampt. De residu-olie werd opgenomen in ethylacetaat en geleid door een silicagel-kolom, waarbij eerst geëlueerd werd met ethylacetaat ter verwijdering van nevenprodukten en vervolgens het gewenste produkt werd 5 geëlueerd met ethylacetaat en methanol in de volumeverhouding 1:1.
De fracties die de titelverbinding bevatten werden gecombineerd en drooggedampt ter verkrijging van 1,5 g (43 %) gele gom welke bij staan kristalliseerde, smeltpunt 115—117°C.
(B) Alternatief wordt dl-trans-2-benzyl-8-]0 fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/- indool-hydrochloride verwarmd onder terugvloeiing in aanwezigheid van overmaat ethylchloorformiaat of de overeenkomstige methyl-, isopropyl- of n-butyl-chloorformiaatesters, vervolgens gehydroly-seerd en opgewerkt door de hierboven verkregen procedure ter ver-15 krijging van de titelverbinding.
Voorbeeld VI
Gebruikmakend van het geëigende uitgangsmateriaal in elk van de gevallen en gebruikmakend van de procedures van voorbed V(A) of V(B) worden evenzo de volgende produkten 20 verkregen: dl-trans-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool, dl-trans-8-fluor-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool, 25 dl-trans-5-(o-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-IH-pyrido/4,3-b/- indool, dl-trans-5-(o-fluorfenyl)-8-fluor-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool, dl-trans-5-(m-fluorfenyl)-8-fluor-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro- 1H-30 pyrido/4,3-b/indool, dl-trans-5-(m-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3b/-indool.
Voorbeeld VII
dl-trans-2-(4-hydroxy-4-fenylbutyl)-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-35 lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride A. Aan de suspensie verkregen door menging 800 0 3 85 22 van 865 mg (4,20 mmol) dicyclohexylcarbodiïmide en 748 mg (4,20 mmol) 3-benzoylpropionzuur in 30 ml dicbloormetbaan bij 0°C werd 1,0 g (4,0 mmol) dl-trans-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool in 10 ml van hetzelfde oplosmiddel toegevoegd. Het resulte-5 rende mengsel werd geroerd en men liet het opwarmen tot kamertemperatuur gedurende 2 uren. Na wederom afkoelen tot 0°C werd bet reactiemengsel gefiltreerd, gewassen met dichloormethaan en de fil-traten ingedampt ter verkrijging van een residu van dl-trans-2-/(3-benzoyl)propionyl/-5-fenyl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-10 indool dat zonder zuivering in de volgende stap werd gebruikt.
B. Het residu werd opgelost in 50 ml tetra-hydrofuran en verwarmd tot terugvloeiing. Een gefiltreerde oplossing van 1ithiumaluminiumhydride in hetzelfde oplosmiddel werd toegevoegd tot de gasontwikkeling ophield (molaire overmaat) en het 15 resulterende mengsel werd onder terugvloeiing verwarmd en geroerd gedurende 5 tot 10 minuten en vervolgens afgekoeld. Watervrij poedervormig natriumsulfaat, 17 g, werd toegevoegd, gevolgd door 0,5 ml water. Het resulterende mengsel werd 30 minuten geroerd bij kamer-• temperatuur, gefiltreerd en het filtraat drooggedampt onder vacuum.
20 Het residu werd gechromatografeerd over een kolom die 80 g silicagel bevatte, waarbij werd geëlueerd met een mengsel van ethylacetaat en methanol in de volumeverhouding 4:1, ter verschaffing van de vrije base van de titelverbinding na afdamping van oplosmiddel. De vrije base werd omgezet in het hydrochloridezout door oplossen ervan 25 in ether, toevoegen van een verzadigde oplossing van watervrij waterstof chloride in ether tot de precipitatie volledig was, filtreren en drogen ter verschaffing van 1,04 g, smeltpunt 222-224°C. Infra-rood-spectrum (KBr),yum: 2,97, 3,43, 4,00 (breed), 6,25, 6,68, 6,88, 7,51, 7,96, 8,18, 8,45, 9,82; massaspectrum, M/e, 398, 292, 263, 30 249, 220, 207, 192 (100 %); UV (methanol) λ 245 (e = 0,653 x 104), . max 270 (ε = 0,914 x 104).
Voorbeeld VIII
Gebruikmakend van het geëigende uitgangsmateriaal in elk van de gevallen, gekozen uit de vrije bases, ver-35 schaft in de voorbeelden II en V en het geëigende 3-benzoyl-propion-zuur werden de dl-trans-verbindingen van formule 22, waarin Xj, Yj 80 0 0 3 85 23 en Zj de onderstaande betekenis hebben, bereid door de procedure van voorbeeld VII. De produkten werden geïsoleerd in de vorm van de hydrochloride-zouten, uitgezonderd als hieronder aangegeven.
Xj Yj Zj Smeltpunt, °C Opbrengst, % 5 F F H 220-223 18 Η H F 239-245 39 Η H CH„0 amorfe vaste 54 stof (a) F F CH30 45-48,5 (b) 31 10 (a) Massaspectrum, M/e: 428, 411, 263 (100 %), 220 en 206, 204; Infrarood-spectrum (KBr),^um: 2,98, 3,42, 4,07 (breed), 6,20, 6,26, 6,70, 6,88, 8,04, 8,54, 9,77, 12,05.
(b) Smeltpunt en opbrengst gelden voor de vrije base.
15
Voorbeeld IX
Uitgaande van het geëigende dl-trans-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, gekozen uit de produkten van de voorbedden II, V en VI, en het op de juiste wijze gesubstitueerde 20 3-benzoylpropionzuur of 4-benzoylboterzuur, werden de verbindingen van formule 2, waarin n, Xj, Yj en Zj de onderstaande betekenis hebben, verkregen door de methode van voorbeeld VII.
25 80 0 0 3 85 24
JL Α. Λ A
3 F p-fluor m-fluor 3 F p-fluor o-methoxy 3 F H p-fluor 5 3 H p-fluor p-methoxy 3 H o-fluor m-methoxy
3 F Η H
3 H mrfluor H
3 Η H m-fluor 10 4 F p-fluor p-fluor 4 F p-fluor p-methoxy
4 F o-fluor H
4 F Η H
4 F H m-methoxy
15 4 H p-fluor H
4 H m-fluor o-fluor 4 H o-fluor p-methoxy 4 Η H o-methoxy 3 H p-fluor p-fluor 20 3 H o-fluor o-fluor 3 F m-fluor p-fluor 3 H m-fluor p-fluor
Voorbeeld X
25 dl-tfans-5-fenyl-2-/3-(p-fluorbenzoyl)própyl/-3,4,4a,5,9b-hexa-hydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride.
In een 25 ml reactievat, uitgerust met een magnetische roerder en gehouden onder een stikstofatmosfeer, werd 0,828 ml (8,0 mg, 10,3 mmol) droge pyridine en 10 ml dichloor-30 methaan gebracht. Aan de oplossing werd 517 mg (5,17 mmol) chroom-trioxyde toegevoegd en de resulterende donkerrode suspensie werd 15 minuten geroerd bij kamertemperatuur. Een oplossing van 359 mg (0,862 mmol) dl-trans-5-fenyl-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, vrije base in 5 ml 35 dichloormethaan werd in een keer toegevoegd. Het reactiemengsel veranderde snel in een bruine suspensie. Deze werd bij omgevings- 80 0 0 3 85 25 temperatuur 30 minuten geroerd. Het onoplosbare materiaal werd verwijderd door filtratie, gewassen met dichloormethaan en de combinatie van filtraat en wasvloeistoffen werd geëxtraheerd met 20 ml 10 %-ige natriumhydroxyde-oplossing. De organische laag werd 5 gedroogd met MgSO^ en drooggedampt onder vacuum ter verschaffing van een gom. De gom werd gezuiverd door kolomchromatografie over silicagel, waarbij geëlueerd werd met een mengsel van hexaan en ethylacetaat in de volumeverhouding 1:1. De fracties die het gewenste produkt bevatten werden gecombineerd, ingedampt tot een gele 10 gom, de gom opgenomen in ethylether en behandeld met watervrij waterstofchloride. De resulterende suspensie werd drooggedampt, gesuspendeerd met 3 ml koud dichloormethaan. Een kleurloze vaste stof vormde zich welke werd verzameld door filtreren en gedroogd ter verschaffing van 20 mg van de titelverbinding, smeltend bij 15 244-246,5°C.
Voorbeeld XI
dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/3-(p-fluorbenzoyl)propyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride
Aan een 100 ml kolf die 20 ml dichloor-20 methaan en 1,76 ml (21,9 mmol) pyridine bevatte werd 1,09 g chroom-trioxyde toegevoegd en de resulterende donkere suspensie werd geroerd bij omgevingstemperatuur gedurende 15 minuten. Vervolgens werd in één portie een oplossing toegevoegd van 824 mg (1,82 mmol) dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-25 butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, vrije base (verkregen uit het hydrochloride-zout door een waterige oplossing alkalisch te maken met natriumhydroxyde, te extraheren met dichloormethaan en de extracten droog te dampen) in 10 ml dichloormethaan.
De resulterende roodbruine suspensie werd geroerd bij omgevings-30 temperatuur gedurende 1 uur en opgewerkt door dezelfde procedure als toegepast in voorbeeld X, ter verkrijging van 25 mg van het gewenste produkt, smeltpunt 260-263°C.
Voorbeeld XII
Gebruikmakend van het geëigende uitgangs-35 materiaal, gekozen uit de produkten, verkregen in voorbeelden VII, VIII en IX, en oxyderend volgens de procedure van voorbeeld X, 80 0 0 3 85 26 verkrijgt men de 4a,9b-trans-verbindingen van formule 4, waarin n, Xj, Yj en Zj de onderstaande betekenis hebben: η Xj Yj Z}
5 3 F p-fluor H
3 Η H p-fluor 3 Η H p-methoxy 3 F p-fluor p-methoxy 3 H p-fluor p-methoxy 10 3 H o-fluor m-methoxy 3 F H p-fluor
3 F Η H
3 Η Η H
3 F p-fluor m^fluor
15 3 H m-fluor H
4 F p-fluor p-fluor 4 F p-fluor p-methoxy
4 F o-fluor H
4 F ' Η H
20 4 F H m-methoxy
4 H p-fluor H
4 H m-fluor o-fluor 4 H o-fluor p-methoxy 4 Η H o-methoxy 25 3 H p-fluor p-fluor 3 H o-fluor o-fluor 3 F m-fluor p-fluor 3 H m-fluor p-fluor
Voorbeeld XIII
30 Scheiding van diastereomeren van dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)- 2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool.
A. 5 g van het mengsel van diastereomeren van dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-35 butyl/-2-3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochlo- ride, verschaft in voorbeeld III werd omgezet in de vrije base door 80 0 0 3 85 27 verdeling tussen methyleenchloride en 10 %-ige waterige natrium-hydroxyde-oplossing. De organische fase werd gedroogd met Na^SO^ en ingedampt tot een schuim dat werd opgelost in 12,5 ml ethyl-acetaat en 45 ml hexaan bij het kookpunt van het mengsel. Na koelen 5 gedurende de nacht werd het neergeslagen produkt verzameld door filtreren ter verkrijging van 2,24 g produkt, smeltend bij 126-129°C. Dit werd driemaal geherkristalliseerd uit ethylacetaat/hexaan ter verschaffing van 1,22 g van éën diastereomeer, aangeduid als het αβ-diastereomeer, smeltend bij 132-134°C. Deze vrije base werd omge-10 zet in het hydrochloride-zout door toevoeging van een etherische waterstofchloride-oplossing aan een oplossing van de vrije base in methanol ter verkrijging van 1,30 g, smeltend bij 259-260°C. Hogedruk-vloeistofchromatografie-analyse gaf aan dat dit tenminste 99 % zuiver αβ-diastereomeer was.
15 B. De moederloog uit de eerste kristallisa tie, als hierboven beschreven, werd ingedampt tot een gom, opgelost in ethylether en omgezet tot hydrochloride-zout door toevoeging van etherische waterstofchloride-oplossing. De resulterende kristal-lijne vaste stof werd driemaal geherkristalliseerd uit een mengsel 20 van acetonitril en methanol, waardoor uiteindelijk 1,03 g van het tweede diastereomeer werd verkregen, aangeduid als het γδ-dia-stereomeer, smeltpunt 237-239°C.
Hogedruk-vloeistofchromatografie-analyse van dit produkt liet zien dat het ongeveer 95 gew.% zuiver γδ-dia-25 stereomeer was, verontreinigd met ongeveer 5 % van het αΒ-diastereomeer.
Voorbeeld XIV
Oplossen van diastereomeren van dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)~ 2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-30 pyrjdo/4,3-b/indool.
A. Oplossen van αβ-diastereomeer tot δ-enantiomeer en β-enantiomeer.
Een oplossing van 2,40 g (5,3 mmol) racemiseh αβ-diastereomeer, hierboven verkregen, en 2,0 g (7,5 mmol) N-t-bu-35 toxycarbonyl-L-fenylalanine in 80 ml chloroform werd gekoeld in het ijsbad onder een stikstofatmosfeer. Aan de geroerde oplossing werd 80 0 0 3 85 28 1,55 g (7,5 mmol) dicyclohexylcarbodiïmide toegevoegd en het resulterende mengsel werd gedurende 1 uur bij 0°C geroerd en nog een uur bij kamertemperatuur. De neergeslagen vaste stof (ureum) werd afgefiltreerd en gewassen met methyleenchloride. Het filtraat en de 5 wasvloeistoffen werden onder vacuum ingedampt en het residu werd gechromatografeerd over silicagel, onder eluering met een mengsel van methyleenchloride en ethylacetaat in de volumeverhouding 5:1.
De fracties die de gewenste esters van N-t-butoxycarbonyl-L-fenylalanine bevatten werden gecombineerd en onder vacuum inge-10 dampt ter verkrijging van 2,5 g van een wit amorf schuim.
Aan dit schuim werd 30 ml watervrij tri-fluorazijnzuur bij 0°C toegevoegd en het mengsel werd in een ijs-bad 30 minuten geroerd, gedurende welke periode oplossing plaatsvond. Het trifluorazijnzuur werd verwijderd door verdamping onder 15 vacuum in een roterende verdamper zonder uitwendige verwarming van de kolf. De achterblijvende vaste stof werd opgelast in koud methyleenchloride en gewassen met koud 1 gew.%-ig waterig natriumbicarbonaat tot neutraal voor pH-testpapier. De neutrale organische Γ laag werd gedroogd met MgSO^ en het oplosmiddel werd verdampt l.^r 20 verkrijging van 1,6 g bleekgele gom. De gom werd chromatografisch gezuiverd op 40 g Merck 230-400 mesh silicagel onder eluering met een mengsel van ethylacetaat en methanol in de volumeverhouding 35:1. Fracties die de L-fenylalanine-ester van het a-enantiomeer bevatten en fracties die de L-fenylalanine-ester van het β-enan-25 tiomeer bevatten werden gescheiden en drooggedampt onder vacuum ter verkrijging van respectievelijk 636 mg en 474 mg.
Een geroerde oplossing van 625 mg van de L-fenylalanine-ester van α-enantiomeer in 10 ml methanol bij kamertemperatuur werd behandeld met 10 %-ige waterige natriumhydroxyde-30 oplossing tot troebeling optrad en werd vervolgens gedurende 30 minuten geroerd bij kamertemperatuur. De methanol werd verwijderd door verdamping onder verminderde druk en 10 ml water werd toegevoegd. De waterige suspensie werd geëxtraheerd met methyleenchloride en de gecombineerde organische lagen werden gedroogd boven magnesium-35 sulfaat. Verdamping van het oplosmiddel gaf een bleekgele gom welke werd opgelost in 5 ml aceton en behandeld met een overmaat etherisch 80 0 0 3 85 29 waterstofchloride waaruit het hydrochloridezout van het rechts-draaiende α-enantiomeer kristalliseerde in de vorm van plaatjes, 380 mg, smeltpunt 251-255°C. / a_7^ = +32,2° (C = 1,67 in methanol).
Hydrolyse van de L-fenylalanine-ester van 5 het 8-enantiomeer (474 mg, hierboven verkregen) verschafte op soortgelijke wijze het linksdraaiende β-enantiomeer van 8-fluor- 5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride, smeltpunt 252-255°C, / a_7^ = -33,0° (C = 1,67 in methanol).
10 HPLC-analyse toonde aan dat het a-enantio- meer en het β-enantiomeer beide 99 % of meer zuiver waren.
B. Oplossen van γδ-diastereomeer tot y-en δ-enantiomeer.
Het γδ-diastereomeer van trans-8-fluor-5-15 (p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b- hexahydro-lH-/4,3-b/indool liet men reageren met N-t-butoxycarbonyl-L-fenylalanine, de resulterende t-boc-L-fenylalanine-ester liet men reageren met trifluorazijnzuur ter verwijdering van de amino-be-schermende (t-boc) groep en de aminozuuresters werden gechromato-20 grafeerd ter scheiding van de L-fenylalanine-esters van het γ-enan-tiomeer en het δ-enantiomeer als beschreven in deel A hierboven.
De gescheiden γ- en δ-esters werden vervolgens afzonderlijk gehy-drolyseerd en gezuiverd ter verkrijging van het rechtsdraaiende γ-enantiomeer en het linksdraaiende δ-enantiomeer in de vorm van de 25 hydrochloridezouten door de procedure die hierboven in deel A is beschreven.
γ-enantiomeer: smeltpunt 240-248°C (ontl.), / a_7^ = +3,1° (c » 1,67, methanol) δ-enantiomeer: smeltpunt 240-248°C (ontl.), / a_7^ = “2,7° 30 (c = 1,67, methanol).
HPLC-analyse liet zien dat het γ-enantiomeer ongeveer 95 % zuiver was en het δ-enantiomeer 97 % zuiver. De lagere zuiverheid van deze enantiomeren is te verwachten in verband met de bovengenoemde verontreiniging van het γδ-diastereomeer met 35 αβ-diastereomeer.
Gebruikmakend van de in voorbeeld XXII be- 80 0 0 3 85 30
schreven methoden voor het scheiden van mengsels van diastereo-meren en de procedures van de delen A en B van het bovenstaande voorbeeld voor het oplossen van de diastereomeren worden enantiome-ren op soortgelijke wijze verkregen uit de verbindingen van for-5 mule 2, verschaft in de voorbeelden III A, IV, VII, VIII en IX. Voorbeeld XV
A. D(-)-N-carbamoylfenylalanine
Aan een suspensie van 16,52 g (0,10 mol) D(+)-fenylalanine in 75 ml water werd 12,4 g (0,10 mol) natriumcar-10 bonaathydraat toegevoegd. Aan de resulterende oplossing werd onder roeren 12,17 g (0,15 mol) kaliumcyanaat toegevoegd en het mengsel werd op een stoombad verwarmd (inwendige temperatuur 85-90°C) gedurende 1,5-2,0 uren. Na afkoeling in een ijsbad werd het reactie-mengsel zorgvuldig aangezuurd tot pH 1 tot 2 met geconcentreerd 15 zoutzuur. Het neerslag werd verzameld door filtratie, gewassen met ijswater en vervolgens met ethylether ter verkrijging van 15 g ruw produkt. Dit werd geherkristalliseerd door oplossen in 250 ml warme methanol, verdunnen met 400 ml water, langzaam laten afkoelen tot kamertemperatuur en vervolgens koelen tot de precipitatie vol-20 ledig was. Het produkt werd verkregen in de vorm van witte opake naalden in een opbrengst van 58 % na herkristallisatie, smeltpunt 203-204°C (ontl.), / a_7^ (-) 40,7° (methanol).
B. L(+)-N-carbamoylfenylalanine
Gebruikmaking van L(-)-fenylalanine in de 25 bovenstaande procedure in plaats van het D(+)-isomeer leverde L(+)-N-carbamoylfenylalanine op in een opbrengst van 42 % na herkristallisatie, smeltpunt 205-207°C (ontl.), / a_7^ (+) 39,0° (methanol) .
Voorbeeld XVI
30 Oplossen van dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexa-hydro-lH-pyrido/4,3-b/indool A. Oplossen van enantiomere N-carbamoylfenylalaninezouten.
1. Aan een equivalent dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfeny1)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool, vrij e 35 base, opgelost in een minimale hoeveelheid ethanol werd ëén equivalent L(+)-N-carbamoylfenylalanine toegevoegd. Het mengsel werd 800 0 3 85 31 verwarmd op een stoombad onder toevoeging van extra ethanol totdat een homogene oplossing werd verkregen. De oplossing liet men afkoelen tot kamertemperatuur en de neergeslagen witte naalden van L(+)-N-carbamoylfenylalaninezout van het (-)-enantiomeer van de 5 vrije base werden verzameld door filtratie en gedroogd, smeltpunt 207-209°C, /~ct_7p° -5,9° (methanol).
2. De moederloog die hierboven werd verkregen werd drooggedampt, het residu verdeeld tussen waterig natrium-carbonaat en ethylacetaat, de organische laag gedroogd boven mag-10 nesiumsulfaat en onder vacuum ingedampt ter verschaffing van een achterblijvende olie. De olie werd opgelost in een kleine hoeveelheid ethanol en behandeld met één equivalent D(-)-N-carbamoylfenyl-alanine. Het mengsel werd verwarmd op een stoombad onder toevoeging van extra ethanol totdat de oplossing volledig was. De oplossing 15 werd afgekoeld en opgewerkt als hierboven ter verschaffing van een 92 %-ige opbrengst van ruw D-(-)-N-carbamoylfenylalaninezout van het (+)-enantiomeer van de vrije base. Dit werd geherkristalliseerd uit ethanol (75 ml per gram) in een over het geheel genomen op- 20 o brengst van 65 %, smeltpunt 209-211 C, / a_7D = +6,6 (methanol).
20 B. Isoleren van enantiomere hydrochloridezouten van vrije basen.
1. Het in deel A, 1, verkregen enantiomere N-carbamoylfenylalaninezout werd verdeeld tussen waterig verzadigd natriumbicarbonaat en ethylacetaat, de organische laag werd gedroogd boven magnesiumsulfaat en onder vacuum geconcentreerd zonder ver-25 warming. De achterblijvende olie werd opgelost in watervrije ethyl-ether (50 tot 100 ml per gram) en droog waterstofchloridegas wordt geleid over het oppervlak van de oplossing onder zwenken ter verschaffing van een wit neerslag. De overmaat waterstofchloride en ether worden verwijderd door verdamping bij verminderde druk en 30 omgevingstemperatuur ter verschaffing van (-)-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride in een opbrengst van ongeveer 96 %. Dit werd geherkristalliseerd door oplossen in een minimale hoeveelheid kokende ethanol en toevoegen van ethylether tot de oplossing troebel wordt. 35 Het produkt werd verkregen in de vorm van witte kristallen (75 % opbrengst), smeltpunt 258-260°C, / “_7^ (-) 40,9° (methanol).
800 0 3 85 32
2, Op dezelfde wijze werd (+)-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lïï-pyrido/4,3-b/-indool verkregen uit het zout, hierboven verschaft in deel A, 2, in een ruwe opbrengst van 96 % en een opbrengst van 75 % na her-5 kristallisatie, smeltpunt 260-262,5°C, / α_7β (+) 39,2° (methanol). Voorbeeld XVII
Oplossen van dl-4-hydroxy-(p-fluorfenyl)-boterzuur A. Commercieel Y-(p-fluorfenyl)-y-butyrolac-ton, 18,0 g (0,10 mol) werd toegevoegd aan een oplossing van 14,0 g 10 (0,35 mol) natriumhydroxyde in 100 ml water en het mengsel werd onder terugvloeiing verwarmd gedurende 40 minuten. Na afkoeling tot 0°C werd 70 ml 6N zoutzuur toegevoegd bij 0 tot 15°C gedurende 1 uur. De witte vaste stof die zich vormde werd afgefiltreerd, gewassen met pentaan en aan de lucht gedroogd ter verschaffing van 18,43 g 15 (93 % opbrengst) racemisch 4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)boterzuur.
Bij verwarming tot temperaturen van ongeveer 100°C werd het hydroxy-zuur terug omgezet in het uitgangslacton.
B. Het hierboven verkregen hydroxyzuur (18,43 g, 0,093 mol) werd opgelost in 200 ml ethylacetaat onder 20 aacht verwarmen en aan de oplossing werd toegevoegd een oplossing van 15,04 g (0,91 mol) d-efedrine, / α_7^g = (+) 11,4 (aceton) in 80 ml ethylacetaat. Het mengsel werd bij kamertemperatuur gedurende de nacht geroerd, gedurende welke periode een opbrengst aan kristallen werd gevormd, welke werden verwijderd door filtratie en aan 25 de lucht gedroogd ter verkrijging van 18,3 g, smeltpunt 97-99°C.
Dit materiaal werd geherkristalliseerd door het op te lossen in een minimale hoeveelheid heet ethylacetaat en het gedurende de nacht te laten staan bij omgevingstemperatuur. Na drie zulke herkristalli-saties werd 8,9 g van het d-efedrine-zout van l-4-hydroxy-4-(p-30 fluorfenyl)boterzuur verkregen, smeltpunt 105,5-106,5°C.
Dit produkt werd opgenomen in een mengsel van 300 ml ijskoud 5 %-ig zoutzuur en 150 ml ethylacetaat, de waterige fase werd vijfmaal geëxtraheerd met porties van 100 ml koud ethylacetaat, de gecombineerde organische extracten werden 35 gewassen met verzadigde zoutoplossing en gedroogd met MgSO^. Het oplosmiddel werd onder vacuum ingedampt tot een klein volume ter 80 0 0 3 85 33 verkrijging van 3,8 g van het 1-enantiomeer in de vorm van kristallen, smeltpunt 98-104°C. / ^./573 = (-) 32,6°. Na herkristalli-satie uit methyleenchloride was de optische rotatie / a_/^yg = (~) 33,4°, Nogeens 0,4 g produkt werd verkregen uit de gecombineerde 5 filtraten uit de drie bovenstaande kristallisaties.
C. Het eerste filtraat uit bovenstaand deel B. werd drooggedampt onder vacuum ter verkrijging van 15,5 g residu dat werd opgenomen in een mengsel van koud 5 %-ig zoutzuur en ethylacetaat en de waterige fase werd geëxtraheerd met vers 10 ethylacetaat. De gecombineerde organische lagen werden gedroogd met MgSO^ en oplosmiddelverdampt ter verkrijging van 8,19 g (0,040 mol) hydroxyzuur. Dit werd opgenomen in 100 ml vers ethylacetaat en een oplossing van 6,60 g (0,040 ml) 1-efedrine in 50 ml ethylacetaat werd toegevoegd. Het mengsel werd gedurende de nacht ge-15 roerd bij kamertemperatuur en het neergeslagen zout werd gewonnen door filtratie en aan de lucht gedroogd, 12,2 g, smeltpunt 101-104°C. Het zout werd viermaal geherkristalliseerd uit ethylacetaat ter verkrijging van 8,2 g van het 1-efedrinezout van d-4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-boterzuur, smeltpunts 105,5-107°G. Dit zout werd 20 ontleed door behandeling met ijskoud 5 %-ig zoutzuur en ethylacetaat als hierboven beschreven in deel B, ter verschaffing van 4,0 g van het d-hydroxyzuur, smeltpunt 98-104°C, / aj= (+) 33,1°.
Voorbeeld XVIII
25 d(+) en 1(-)-y(p-fluorfenyl)-Y-butyrolacton A. 1(-)-4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-boter-zuur verschaft in deel B van voorbeeld XVII (250 mg, 1,26 mmol) werd opgelost in 15 ml ethylacetaat en enige kristallen van p-tolueensulfonzuur werden toegevoegd. Het mengsel werd onder terug-30 vloeiing verwarmd gedurende 25 minuten, gekoeld tot kamertemperatuur, gewassen met verzadigde zoutoplossing en gedroogd met MgSO^.
Het oplosmiddel werd verdampt ter verschaffing van 216 mg (91 %) van het 1-lacton in de vorm van een witte vaste stof, smeltend bij 52-54°C, Γα_?578 = (-) 4,0°.
35 B. d(+)-4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-boter- zuur leverde bij behandeling op dezelfde wijze het d-lacton, 80 0 0 3 85 34 /"α_7578 = (+) 4,3°.
Voorbeeld XIX
5-(p-fluorfenyl)-2-hydroxytetrahydrofuran A. Aan een oplossing van 594 mg (3,0 mmol) 5 d(+)~4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)boterzuur, / α 7C-,Q = 33,1° (aceton) — — 3/0 in 25 ml ethylacetaat werd 10 mg p-tolueensylfonzuur-hydraat en het mengsel werd verwarmd onder terugvloeiing gedurende 30 minuten. Het oplosmiddel werd onder vacuum verdampt, waarbij de laatste sporen oplosmiddel werden verjaagd met 20 ml tolueen. Het achterblij-10 vende lacton werd opgenomen in 30 ml verse tolueen en gekoeld onder een stikstofatmosfeer tot -74°C door middel van een bad van vast kooldioxyde en aceton. Hieraan werd druppelsgewijs in 30 minuten 4,2 ml (3,3 mmol) 0,804 M diïsobutylaluminiumhydride (Dibal) in hexaan toegevoegd onder handhaving van het mengsel op een tempera-15 tuur beneden -72°C. De reactiemengsel werd nog eens 30 minuten geroerd bij -72 tot -74°C, afgeschrikt met methanol en opgewarmd tot 0°C. Het oplosmiddel werd onder vacuum afgedampt, het residu viermaal getritureerd met kokende methanol en de methanol gefiltreerd. De- gecombineerde methanolextracten werden ingedampt tot een 20 viskeuze bleekgele olie welke één vlak was bij dunnelaagchromato-grafie. Deze olie werd als tussenprodukt gebruikt zonder verdere zuivering.
B. Linksdraaiend 4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-boterzuur, verkregen in voorbeeld XVII, en de in de handel verkrijg- 25 bare racemische verbinding werden respectievelijk omgezet in de overeenkomstige enantiomere en racemische titelverbindingen door de procedure van deel A.
Voorbeeld XX
Uitgaande van het geëigende d-, 1- of dl-4-30 hydroxy-4-arylboterzuur of 5-hydroxy-5-arylvaleriaanzuur of van het overeenkomstige lacton in de procedure van voorbeeld XIX, deel A, verkrijgt men de verbindingen van formule 14, waarin q en de onderstaande betekenis hebben, op soortgelijke wijze.
35 800 0 3 85 35
Als q = 1 Als q = 2
Ja Jl
Η H
o-F p-F
5 m-F o-F
p-OCH3 p-0CH3 m-OCH3 m-0CH3
De ‘vereiste 6-aryl-6-hydroxyvaleriaanzuur-10 lactonen werden bereid door de methode van Colonge e.a., Buil. Soc. Chim. France., 2005-2011 (1966); Chem. Abstr., 65, 18547d (1966). Voorbeeld XXI
Chirale synthese van enantiomeren van 8-fluor-5-(p-fluorfenyl)- 2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-15 pyrido/4,3-b/indool q-Enantiomeer 230 mg 5-(p-fluorfenyl)-2-hydroxytetra- hydrofuran verkregen uit d(+)-4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)-boter-zuur in voorbeeld XIX, deel A, werd opgelost in 30 ml methanol. Rechtsdraaiend 8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-20 pyrido/4,3-b/indool, vrije base, 404 mg (1,25 mmol) werd toegevoegd, het mengsel 15 minuten geroerd, 150 mg 10 % palladium op koolstof katalysator werd toegevoegd en het geroerde mengsel werd gehydro-geneerd bij atmosferische druk, Toen de waterstofopneming ophield werd de katalysator verwijderd door filtratie en het oplosmiddel 25 werd verdampt onder vacuum. Het residu werd verdeeld tussen ethyl-acetaat en 10 %-ige waterige natriumhydroxyde-oplossing. De waterige laag werd opnieuw geëxtraheerd met ethylacetaat, de gecombineerde extracten gedroogd met MgSO^ en onder vacuum drooggedampt.
Het residu werd gechromatografeerd over 20 g silicagel en geëlueerd 30 met ethylacetaat. De fracties<£e het gewenste produkt bevatten werden gecombineerd, drooggedampt, opgenomen in ethylether en omgezet in het hydrochloride-zout door toevoeging van etherisch waterstof-chloride. Opbrengst 144 mg, smeltpunt 248-252 C, / q_/^ = (+) 30,1° (methanol), 97,5 % zuiver volgens hogedruk-vloeistofchromato-35 grafie-analyse.
80 0 0 3 85 36 β-Enantiomeer
Aan een oplossing van 53 mg (0,95 mmol) kaliumhydroxyde in 50 ml methanol onder een stikstofatmosfeer werd 613 ml (1,90 mmol) linksdraaiend 8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a, 5 5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride, / α_7^ = (-) 40,9 (methanol) toegevoegd en het mengsel werd geroerd tot de oplossing volledig was. Aan de oplossing werd toegevoegd 346 mg (1,90 mmol) linksdraaiend 5-(p-fluorfenyl)-2-hydroxytetrahydrafuran (uit voorbeeld XIX, deel B), opgelost in een klein volume methanol 10 en de resulterende oplossing werd 15 minuten geroerd bij kamertemperatuur. De oplossing werd gekoeld tot 5°C en 120 mg (1,90 mmol) natriumcyaanboorhydride in een kleine hoeveelheid methanol werd in 20 minuten toegevoegd. Het reactiemengsel werd bij kamertemperatuur geroerd gedurende 45 minuten en vervolgens werd 250 mg 15 kaliumhydroxyde toegevoegd en er werd geroerd tot alles opgelost was. Het oplosmiddel werd onder vacuum verdampt en het residu werd verdeeld tussen ethylacetaat en water. Na herextractie van de waterige fase werden de gecombineerde organische extracten gedroogd met MgSO^ en onder vacuum ingedampt ter verschaffing van 1,014 g olie.
20 Deze werd gechromatografeerd over 30 g silicagel als hierboven beschreven ter verkrijging van 653 mg van het gewenste produkt in de vorm van een olie. De olie werd omgezet in het hydrochloride-zout — —23 als hierboven, 400 mg, smeltpunt 252-257°C (ontl.), / a_/D = (-) 33,7° (methanol), dat 99 % zuiver β-enantiomeer bleek te zijn 25 volgens HPLC. Uit de moederlogen werd 80 mg van een tweede opbrengst verkregen, smeltend bij 254-258°C (ontl.). Totale opbrengst 56 %.
γ-Enantiomeer
In 23 ml methanol werd 2,07 mg (6,4 mmol) 30 d(+)-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido- /4,3-b/indool-hydrochloride, / a_7^ = (+) 39°, en 1,3 g (7,1 mmol) linksdraaiend 5-(p-fluorfenyl)-2-hydroxytetrahydrofuran opgelost en de oplossing werd geroerd onder een stikstofatmosfeer bij kamertemperatuur gedurende 15 minuten. 300 mg van een katalysator be-35 staande uit 5 % palladium op koolstof werd toegevoegd en het mengsel wérd gehydrogeneerd bij atmosferische druk gedurende 3 uren. Het 80 0 0 3 85 37 reactiemengsel werd op gewerkt als hierboven beschreven voor het α-enantiomeer ter verkrijging van 2,4 g ruw produkt als een geel schuim. Het schuim werd opgelost in 40 ml aceton en deze oplossing werd toegevoegd aan 20 ml ethylether verzadigd met waterstof-5 chloride. Het mengsel werd gefiltreerd na staan bij kamertemperatuur gedurende 2 uur ter verkrijging van 980 mg hydrochloride-zout. Het filtraat werd ingedampt ter verschaffing van 1,7 g schuim.
Deze werden afzonderlijk gechromatografeerd over silicagel en de produktfracties opnieuw behandeld met waterstofchloride, waardoor 10 respectievelijk werden verkregen 140 mg, / α_7ρ - (+) 1,4° (methanol) en 800 mg, / a_7^ = (+) 1,7° (methanol). Beide opbrengsten hadden een smeltpunt van 254-256°G. Beide bleken 98 % zuiver γ-enantiomeer te zijn volgens HPLC. tS-Enantiomeer 15 1(-)-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2,3,4,4a,5,9b- hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-hydrochloride, / a_7D = (-) 40,9°, (968 mg, 3,0 mmol) en een equimolaire hoeveelheid rechtsdraaiend 5-(p-fluorfenyl)-2-hydroxytetrahydrofuran verkregen volgens de procedure van voorbeeld XVI, deel B-l en voorbeeld XIX, deel B, 20 liet men reageren volgens de procedure die hierboven is beschreven voor het α-enantiomeer, waardoor 1300 mg ruw δ-enantiomeer werd verkregen in de vorm van een bleekgele gom. Deze gom werd omgezet in het hydrochloride-zout, 835 mg (57 %), smeltpunt 240-250°C.
Dit werd gechromatografeerd over 30 g silicagel en de geëlueerde 25 produktfractie werd ingedampt en opnieuw behandeld met etherisch waterstcfchloride ter verschaffing van 610 mg, smeltpunt 257-260°C,
/ α 7^ = (-) 2,7° (methanol), dat volgens HPLC 98 % zuiver was. Voorbeeld XXII
Gebruikmakend van de procedure van voor-30 beeld XVI werd elk van de dl-trans-5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indolen van formule 23, waarin Xj en Yj de onderstaande betekenis hebben, opgelost tot de rechtsdraaiende en linksdraaiende enantiomeren en geïsoleerd in de vorm van het hydrochloride-zout.
35 SCO S3 35 38 Λ Λ.
Η Η
Η p-F
Η o-F
5 F Η
F o-F
F m-F
Voorbeeld XXIII
Uitgaandevan de hierboven verschafte 10 racemische of enantiomere 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido-/4,3-b/indool-hydrochloriden en het d-, 1- of dl-isomeer van een 5-aryl-2-hydroxytetrahydrofuran of 6-aryl-2-hydroxytetrahydropyran wordt elk van de enantiomeren en diastereomeren van formule 5, waarin n, Xj, Yj en Zj de onderstaande betekenis hebben, bereid 15 door de procedure van voorbeeld XXX.
Als n = 3 Als n = 4 h_ 2i A. xi Yi zi
Η Η H F Η H
Η H p-F F H m-0CH3
20 Η H p-0CH3 H p-F H
F p-F m-F H m-F o-F
F p-F p-0CH3 Η H o-0CH3
F H p-F H p-F p-F
H p-F p-0CH3 H o-F o-F
25 H o-F m-0CH3 F p-F p-F
F Η H F p-F p-0CH3
F o-F H
Η Η H
30 Wanneer katalytische hoeveelheden platina-, rhodium-, ruthenium- of Raney-nikkel-katalysator worden gebruikt in plaats van palladiumkatalysator en de reductieve alkylering, beschreven in voorbeeld XXI voor het α-enantiomeer, wordt uitgevoerd bij temperaturen van -10 tot 50°C en bij drukken van atmosferische 35 druk tot 10 atmosfeer, gebruikmakend van de boven genoemde lactolen 80 0 0 3 85 39 en 5-ary1-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-JH-pyrido/4,3-b/-Indolen worden de bovengenoemde verbindingen op soortgelijke wijze verkregen.
Wanneer de reductieve alkylering gebruikmakend van de bovengenoemde reagentia wordt herhaald, maar onder 5 toepassing van natriumcyanolboorhydride als reduceermiddel als beschreven in voorbeeld XXI voor het β-enantiomeer en van reactie-temperaturen van -10 tot 50°C, worden de bovenstaande produkten op soortgelijke wijze verkregen.
Voorbeeld XXIV
10 Wanneer elk van de verbindingen, verschaft in de voorbeelden XXI en XXIII, worden geoxydeerd door de procedure van voorbeeld X wordt het produkt van formule 4 verkregen. Wanneer de uitgangsalkoholen van formule 1 waarin M CHOH is zijn afgeleid van een rechtsdraaiend of linksdraaiend 5-aryl-2,3,4,4a,5,-15 9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool worden de bovengenoemde produkten verkregen onder behoud van configuratie in de pyrido/4,3-b/-indool-groepering zoals blijkt uit de optische rotatie van de produkten. Uitgangsalkoholen van formule 1 waarin M CHOH is en waarin bijvoorbeeld de pyrido/4,3-b/indool-groepering rechts-20 draaiend is en de 2-substituent d-, 1- of dl is leveren hetzelfde produkt op.
Voorbeeld XXV
A. dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p- fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido- 25 /4,3-b/indool-acetaat_ 5 g dl-trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride in 75 ml water wordt behandeld met 3 ml water dat 1,0 g natriumhydroxyde bevat en de vrijgemaakte 30 vrije base wordt geëxtraheerd in 150 ml diethylether. De ether- laag wordt afgescheiden, gedroogd boven magnesiumsulfaat en behan-ddd met 1 ml ijsazijn. Het organische oplosmiddel en de overmaat azijnzuur worden verwijderd onder verminderde druk en het residu wordt getritureerd met hexaan en gefiltreerd.
35 B. Enantiomeer trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy- 4-(p-fluorfenyl)buty1/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido-/4,3-b/indool-citraat_ 8 0 0 0 3 85 40
Het hydrochloride-zout van het γ-enan-tiomeer van de titelverbinding, verschaft in voorbeeld XXI werd omgezet in de vrije base door de bovenstaande procedure. De ether werd verdampt en de vrije base werd opgenomen in ethanol. Aan de 5 ethanoloplossing werd een equimolaire hoeveelheid watervrij citroenzuur opgelost in ethanol toegevoegd en het resulterende mengsel werd 15 minuten geroerd. Het oplosmiddel werd verwijderd onder vacuum ter verschaffing van het citraatzout.
Op soortgelijke wijze worden farmaceutisch 10 aanvaardbare zuuradditiezouten verkregen onder toepassing van broom- waterstofzuur, zwavelzuur, fosforzuur, maleïnezuur, fumaarzuur, barnsteenzuur, melkzuur, wijnsteenzuur, gluconzuur, saccharinezuur of p-tolueensulfonzuur en een van de verbindingen van formule 1 volgens de bovenstaande procedures.
15 Voorbeeld XXVI
Antagonisme van amfetamine-sterëotypie bij ratten.
Testprocedures en resultaten.
De effecten van de verbindingen volgens de uitvinding op duidelijke door amfetamine geweeg gebrachte symptomen 20 worden bestudeerd bij ratten volgens een kwalificatieschaal, opgesteld naar aanleiding van de schaal die beschreven is door Quinton en Halliwell en Weissman. Groepen van vijf ratten werden geplaatst in een bedekte kunststofkooi met afmetingen van ongeveer 26 cm x 42 cm x 16 cm. Na een korte periode van acclimatiseren 25 in de kooi werden de ratten in elke groep subcutaan behandeld met de testverbinding. Ze worden vervolgens 1, 5 en 24 uren later behandeld met 5 mg per kg d-amfetaminesulfaat, intraperitoneaal.
1 uur na toediening van amfetamine werd elke rat geobserveerd op het karakteristieke amfetamine-gedrag van bewegen rond de kooi.
30 Op basis van de dosis-respons-gegevens na amfetamine was het mogelijk de effectieve dosis van de verbinding te bepalen die nodig is om het karakteristieke amfetamine-gedrag van kooibeweging te antagoniseren of te blokkeren voor 50 % van de geteste ratten (ED,-q) . Het gekozen beoordelingstijdstip valt samen met de piek-35 werking van amfetamine, welke 60 tot 80 minuten na behandeling met dit middel is.
80 0 0 3 85 41
Gebruikmakend van de boven beschreven procedure werden de 4a,9b-trans-verbindingen van formule 24 getest op hun vermogen de gedragseffecten van amfetamine te blokkeren, waarbij de resultaten worden gerapporteerd als de ED^q in mg per 5 kg op de aangegeven tijdstippen, A. De volgende resultaten werden verkregen op het mengsel van diastereomeren voor die verbindingen waarin R een secundaire alkoholgroep bevat en op het enkele diastereomeer van de andere 4a,9b-trans-hexahydro-pyrido-indolen.
10 v 80 0 0 3 85 42 Λ β
U <U
3 <U
3 rP
1-* Ü y
N N rj Μ N "CM 04 '—' O 04 ’“' P
cnmommmomom <n m to
η n i\ λ A ft I #» Λ A Η Λ A A rS
rd OO^OOOCNO’— S m P o il ν v m ν ν λ <3- — — Ο P .£
CN| Λ Λ Λ d) 4J
Ο Ο O -Ο O
S -8
“ I
<U P
4-1 P
o » N N Μ Μ N * 00 **·· ocnoocnfOcno^ocNcs ^4 t-j ^ I A A A A A j A A A A CM Q O ^ 3 öo r; c'iooooocNO’-’mmm — — bp « milllVmvVAAIIA S r-l ^ If) & 1—1 *-.1-.1-'O CM CM i>-> £jQ ΛΛΛΛΛ Λ Λ A \0 *0 S oooooo mm m ·ρ Ο 2 ο 8 ο rj ιη Ο το ο Μ γ
Γή ι-< ·—' I
•>04 04 04 0404 «04 Ο Ρ 0s! ommmmmomo ο * gj ι η |·*·>·>·>·>|·>«θ4·> Ο ’ ' Ρ mooooocMo — m — ο—<1 Ρ <6 ~ mil ι ν m ι ν ι — l <n ω - θ'-'·-' ι— o cn csm tu <u
f—J ft A A ·> ft ft Λ ft Λ d) P
d) oooooom mo r-4 ·η s -° t c_j Ö0 Q*
^ O O
O OS £ co 03 pj Ο ft iT| p , 3 ~ Om οι ι Ρ τ’ · 00 ^ ? !C so iH m> I 0\ P _ ο ι cm cn σι ·η m >d)0'0'-04<7>00>--04 LOIN® ·!-)· n.
ih cNmmmcsmmmms®®o am ρ n m o ^ I 5-j a)g U m m ya 4-> a) w w 5 a EC σ> <w P-iw η vO vO * *γΊ ·Η . .
p<h ου 2 y ftn ^ -S JL.fi
<U co I CQ
Ö0 ·Η r—i ,>
•HO O
4J O ^ o w μ ui* e ^ gy .
o o s a <! ϋ ο * ι o m MMkMVl mrnm w a ooooo 11 2 3 V to d) w 33333 Ρ g ^ I Ö ri r-l r-l r-l r-4 r-4 Jl 5 In ν O 3 „ H-| <4-4 U-t H-4 U-) # β ® >a fi >h mwwHiiiiisaaasö - ë £ d <4^ ^ ρ, o p< & p> 2 fi ° r1 ,, ^ ·η ο
Cu dl Η 4-* I ι, (ij +J 4-1 CU CU 03 Sj O d) Β ·Η ·ρ· g rj - p a c s υ|| Λ ® CU λ—\ s-\ > w o P yo o τι ^ ^ N-/ w
(U J^-V /-^v S-\ /^N P
x_/ co ,η yo yo -η P
✓ ->_/ v_/ V_/ '-/ te I—I ^ ιΣ* 80 0 0 3 85 43 B. De resultaten van proeven waarin verbindingen volgens de uitvinding, hierboven beschreven in deel A, worden vergeleken met de overeenkomstige d-gesubstitueerde 5-aryl-l,2,3,4-tetrahydropyrido/4,3-b/-indolen van het Amerikaanse 5 octrooischrift 4.001.263 worden hieronder weergegeven. Voor elk paar worden eerst de resultaten gegeven die verkregen werden met de verbinding volgens de stand van de techniek (a) en vervolgens de resultaten voor de verbinding volgens de uitvinding (b). Waar aangegeven werd de testverbinding eveneens oraal toegediend (p.o.) 10 en de tests werden uitgevoerd gedurende 48 uren.
800 0 3 85 44 <ϋ •Η Π3 0) Ο
U
ö * · ··*· ·· * * * cd Pu CU Ο- Ο Ο Pu Ρ* CU Ρ* ο ^ ··········· •Η ·Η ·Η ·Η Ρ« PU ·Η ·Η ·Η *Η Ρ 0) Ν3 ÖÖ '*“) Ρί •Η ·Η ÏS 0
CM
ο cn rd !i — o' ι ι ii lit
II I I I I II III 00 II CM — | I II III
*<J* Λ Λ m o f·*
CM Λ CM
CO CM O CM CO — ,£2 Λ Λ I Λ A I Ο Λ Ο cO CM <Ό Ο I * © Ο •vf ΟΙ I 00 I I j T-^ 1—1 T—1
CM — — o O O »—· V ACÖV
y\ Λ Λ *\ Λ Λ Ο —0 — 0
/~S
ÖO — —
^ η η O IN
\ ο cm ο «co Ö0 Ο I « I — « —
Si! — CN CO CN | O Ο CN Λ pq ^ icn icocNi o *> «ο—1 m no "0(0- n v rH Ο ΛΛΛΛΛ·\/^ν|ΐϋ <u m coooooo — u θ 0
cd M
H
1-M f-M
« CN ·> O CN
O CO O * CO
o I *«1 — o — «
— CN O CN CN I — I O
,3 I CO I CO Λ CN I O CN I
CN O —^ O CO CO CN «. CO —> i—< tt a n a I η n aa a a pa COO 00 — 0 COV oov
/“\ /—A a<*\ c~\ s~\ /-N
ed ,ft Rj^cdrO a} j3 ιί ,ο ,ο
VpA ^ ' S_A N_A N_A V^/V
03 a <u
a) i-ι M 3 —I fi Ο M
>000 CN o
iw CN CO CO CO
Pi >< Pti pq pq pq
I I I
ft ft 0 >< PÖ pq Pq Pq 80 0 0 3 85 45 C, De in tabel C weergegeven testresultaten, uitgedrukt als microgram per kg, werden verkregen met de diastereomeren αβ en γδ gescheiden in voorbeeld XIII en met de enantiomeren α, β, γ en δ, opgelost door de procedure van voor-5 beeld XIV. In alle gevallen zijn de verbindingen van formule 25.
800 0 3 85 46 o o o o o o o o o o 0 0 0 0 0 0 -
rj f-H »—< ' ' I
1 I I Λ I I o
CS CM CM CM CM CM
CM CO CO CO CO CO CO
o
Γ-) O
G ,-n O O o o o o o
XÜO O O O O O O MO
G ,M P — — — — — —
H I I I Λ I I
ÖO 1Λ CM CM CM CM CM
3. co co co co co v_/
O
Q
w o „ _ o o o ,G — I O O I o o
| 1 CM O I 00 O
— CM | — — I — CO Λ Λ
Q
l'-. I o
II I CM O I
gi I nul—!-» | | | CM CO 1 * -
'-O CO CO CO CM
+ 1 +1
G
g
G H G G
00 > e G o
•r4 T“) G
T3 G !-l
Ö ca G
•H ö£) -W
X co ö ω
^ >- G G
GcaB’Hca <o ‘o > 8 '—"G 8 3 co. >- 80 0 0 3 85 47 D. ED^g-waarden (mg/kg) verkregen met gezuiverde α-, 0-, γ- en δ-enantiomeren van formule 25, verkregen door synthese als beschreven in voorbeeld XXI, worden hieronder in tabel D weergegeven. De tests werden uitgevoerd gedurende 72 5 uren.
800 0 3 85 48
rC
CM O O C
A A A A
J3 O O
00 A A
st cd cd CJ Ü rs -d co oo Ö0 co o — o ,Ü st o 1-1 O ' ~s. CM ·> Λ « Λ ω ο ο e ^' ο m st m ft ,d — st H O is o is
Lp) a a a it o m o m ^ CO 00
1—I ,0 CM O ts O
a) o — — ~ rO — « Λ " Λ
Cd O O
H
Q
I's 0 0 O O
I — is fs |s
A A A A
I o CO 1— CM
—I co co
+ I + I
9 > 0
<U
u m (U CM 0 o a) •η H ö oa >- ‘o 4-1 0 0 e cd μ 0 o M *w 80 0 0 3 85 3 Λ
Voorbeeld XXVII
49
Inhïbitoren van H-spiroperidol-binding aan dopamme-receptoren.
Testprocedures en resultaten.
De relatieve affiniteit van geneesmiddelen 5 voor dopamine-bindingsplaatsen correleert, zoals is aangetoond, met de relatieve farmacologische potentie daarvan bij het beïnvloeden van gedrag dat naar aangenomen wordt via dopamine-recep-toren tot stand komt, zie bijvoorbeeld Burt e.a., Moleculair Pharmacol. \1, 800-812 (1976) en de daarin genoemde literatuur-10 plaatsen. Een superieure bindingsproef voor neuroleptische receptoren is ontwikkeld door Leyson e.a., Biochem. Pharmacol. 27, 307-316 (1978) gebruikmakend van H-spiroperidol (spiperon) als de geëtiketteerde ligand. De gebruikte procedure was als volgt:
Ratten (Sprague-Dawley CD mannetjes, 250-15 300 g, Charles River Laboratories, Wilmington, MA.) werden onthoofd en de hersenen werden onmiddellijk op een ijskoude glazen plaat in tweeën gesneden ter verwijdering van corpus striatum (ongeveer 100 mg per hersen-eenheid). Weefsel werd gehomogeniseerd in 40 volumes (1 g + 40 ml) ijskoude 50 mM tris(tris-/hydroxymethyl/amino-20 methaan; (THAM) .HC1 buffer pH 7,7. Het homogenaat werd tweemaal gecentrifugeerd bij 50.000 g (20.000 omwentelingen per minuut) gedurende 10 minuten met herhomogenisatie van de tussentijdse pellet in verse THAM-buffer (zelfde volume). De uiteindelijke pellet werd voorzichtig gehersuspendeerd in 90 volumes koude, vers bereide 25 (minder dan een week oude) 50 mM tris-buffer pH 7,6 bevattende 120 mM NaCl (7,014 g/1), 5 mM KC1 (0,3728 g/1), 2 mM CaCJ2 (0,222 g/1), 1 mM MgCl2 (0,204 g/1), 0,1 % ascorbinezuur (1 mg/ml) en 10 pM pargyline (100 pi voorraad/100 ml buffer; voorraad = 15 mg/10 ml dubbel gedestilleerd water). Ascorbinezuur en pargyline 30 werden dagelijks vers toegevoegd. De weefselsuspensie werd geplaatst in een waterbad op 37°C gedurende 5 minuten om inactivering te verzekeren van weefsel-monoamine-oxydase en vervolgens op ijs gehouden tot aan het gebruik. Het incubatiemengsel bestond uit 0,02 ml inhibitor-oplossing, 1,0 ml weefselhomogenaat en 0,10 ml 35 etiket ( H spiroperidol, New England Nuclear 23,6 Ci/mmol), bereid ter verkrijging van 0,5 nM in het uiteindelijke incubatiemedium 800 0 3 85 t 50 (gewoonlijk verdund van 2,5 microliter voorraad tot 17 ml met dubbel gedestilleerd water). Buisjes werden geïncubeerd in opeenvolging gedurende 10 minuten bij 37°C in groepen van drie, waarna 0,9 ml uit elk incubatiebuisje werd gefiltreerd door Whatman GF/B-5 filters onder toepassing van een hoog vacuumpomp. Elk filter werd geplaatst in een scintillatie-flesje, 10 ml vloeistofscintillatie-fluor werd toegevoegd en elk flesje werd heftig gekolkt gedurende ongeveer 5 seconden. Monsters liet men gedurende de nacht staan, tot de filters lichtdoorlatend waren, opnieuw gekolkt en vervolgens 10 1,0 minuten geteld op radio-activiteit. De binding werd berekend als femtomolen (10 molen) H-spiroperidol gebonden per mg eiwit. Vergelijkingen (drager of 1-butaclamol, 10 ^ M; 4,4 mg opgelost in 200 microliter ijsazijn, vervolgens verdund tot 2,0 ml met -4 dubbel gedestilleerd water voor 10 M voorraad-oplossmg, m de 15 koelkast bewaard), blanco (d-butaclamol, 10 ^ M; 4,4 mg per 2 ml -4 voor 10 M voorraad-oplossmg, zelfde protocol als 1-butaclamol) en inhibitoroplossingen werden in drievoud getest. De concentratie die de binding met 50 % vermindert (IC^q) werd bepaald op semi-logarithmisch papier. Onoplosbare geneesmiddelen werden opge-20 lost in 50 % ethanol (1 % ethanol incubatie).
De resultaten verkregen met de diverse vormen van trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(p-fluorfenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydrochloride worden weergegeven in de onderstaande tabel E.
25 80 0 0 3 85 3 51
Tabel E
Verbinding Inhibitie van H-spiroperidol-
binding, mM IC5Q
Gemengde αβ~ en 21 5 γδ-diastereomeren van voorbeeld III αβ-diastereomeer van voorbeeld XIII 23
Rechtsdraaiend a-enantiomeer 22
10 van voorbeeld XIV
Linksdraaiend β-enantiomeer 1800
van voorbeeld XIV
γθ-diastereomeer van 23
voorbeeld XIII
15 Rechtsdraaiend γ-enantiomeer 25
van voorbeeld XIV
Linksdraaiende δ-enantiomeren 350 van voorbeeld XIV.
20 Voorbeeld XXVIII
Tabletten.
Een tabletbasis wordt bereid door de volgende bestanddelen te mengen in de aangegeven gewichtsverhouding: Sucrose, U.S.P. 80,3 25 Tapioca-zetmeel 13,2
Magnesiumstearaat 6,5
In deze tabletbasis wordt een voldoende hoeveelheid gemengd van γ-enantiomeer van trans-8-fluor-5-(p-fluor-fenyl)-2-/4-(p-fluorfeny1)-4-hydroxybuty1/-2,3,4,4a,5,9b-hexa-30 hydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-hydrochloride om tabletten te ver schaffen die 1,0, 2,5, 5,0 en 10 mg actief bestanddeel per tablet bevatten. De preparaten worden alle geperst tot tabletten, elk met een gewicht van 360 mg, door geschikte middelen.
35 800 0 3 85 > f 52
Voorbeeld XXIX Capsules.
Een mengsel wordt bereid dat de volgende bestanddelen bevat: 5 Calciumcarbonaat, U.S.P. 17,6
Dicalciumfosfaat 18,8
Magnesiumtrisilicaat, U.S.P, 5,2
Lactose, U.S.P. 5,2
Aardappelzetmeel 5,2 10 Magnesiumstearaat 0,8
Aan dit mengsel wordt een tweede portie magnesiumstearaat toegevoegd (0,35 g) en voldoende trans-5-fenyl-2-(4-hydroxy-4-fenylbutyl)-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/-indool-hydrochloride om capsules te verschaffen die 1,0, 2,5, 15 5,0 en 10 mg actief bestanddeel per capsule bevatten. De materialen worden gebracht in conventionele harde gelatine-capsules in een hoeveelheid van 350 mg per capsule.
Voorbeeld XXX Suspensie.
20 Een suspensie van dl-trans-8-fluor-5-(p- fluorfenyl)-2-/4-hydroxy-4-(methoxy-fenyl)butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-acetaat wordt bereid met de volgende samenstelling:
Effectief bestanddeel 25,00 g 25 70 % waterig sorbitol 741,29 g
Glycerine, U.S.P. 185,35 g
Acaciagom (10 % oplossing) 100,00 ml
Polyvinylpyrrolidon 0,50 g
Gedestilleerd water, voldoende 30 voor aanvulling tot 1 liter.
Aan deze suspensie worden diverse zoet-makende middelen en smaakstoffen toegevoegd om de smaak van de suspensie te verbeteren. De suspensie bevat ongeveer 25 mg effectief bestanddeel per ml.
35 80 0 0 3 85
Voorbeeld XXXI
53
Sesamolie wordt gesteriliseerd door verwarming tot 120°C gedurende 2 uren. Aan deze olie wordt een voldoende hoeveelheid poedervormig rechtsdraaiend ot-enantiomeer van 5 trans-8-fluor-5-(p-fluorfenyl)-2-/4-(p-fluorfenyl)-4-hydroxy- butyl/-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-hydro-chloride toegevoegd ter bereiding van een 0,025 gew.%-ige suspensie. De vaste stof wordt grondig gedispergeerd in de olie door gebruik van een colloïdmolen. Vervolgens wordt gefiltreerd door 10 een zeef van 100 tot 250 mesh en uitgegoten in steriele flesjes en afgesloten.
80 0 0 3 85

Claims (29)

1. Werkwijze voor de bereiding van nieuwe indoolderivaten, met het kenmerk, dat men rechtsdraaiende trans-2-gesubstitueerde 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/- 5 indolen van formule 1, waarin de waterstofatomen, gehecht aan de 4a- en 9b-posities in trans-relatie tot elkaar staan en de 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool-groepering rechtsdraaiend is; Xj en Yj gelijk of verschillend zijn en waterstof of fluor voorstellen; Zj waterstof, fluor of methoxy is; n 3 10 of 4 is en M wordt weergegeven door formule 26 of 27 of een mengsel daarvan is of wordt weergegeven door formule 28, bereidt door ver-estering van een diastereomere verbinding van formule 2, waarin de waterstofatomen, gehecht aan de 4a- en 9b-positie in transrelatie tot elkaar staan en Xj, Yj, Zj en n de bovengenoemde be-15 tekenis hebben, met een optisch actief zuur, scheiding van de diastereomere esters en winning en hydrolyse van de rechtsdraaiende isomeren en, indien nodig, ter verkrijging van een produkt waarin M C=0 is oxydatie van het hydrolyseprodukt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het 20 kenmerk, dat het voor de verestering gebruikte optisch actieve zuur t-Boc-L-fenylalanine is.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de verestering wordt uitgevoerd in aanwezigheid van een condenseermiddel in een reactie-inert oplosmiddel bij een tem- 25 peratuur van 0°C tot kamertemperatuur.
4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat voorafgaand aan het scheiden van de diastereomere esters de 2-butyloxycarbonyl-beschermingsgroep wordt verwijderd .
5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de scheiding van diastereomere isomeren wordt bewerkstelligd door,fractionele kristallisatie.
6. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de scheiding van diastereomere isome-35 ren wordt bewerkstelligd door kolomchromatografie. 80 0 0 3 85 V
7. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het na hydrolyse verkregen produkt wordt geoxydeerd met chroomzuur.
8. Werkwijze voor de bereiding van nieuwe 5 tussenverbindingen, met het kenmerk, dat men verbindingen van formule 2, waarin de waterstofatomen gehecht aan de koolstofatomen in de 4a- en de 9b-positie in trans-relatie tot elkaar staan en Xj en Yj gelijk óf verschillend zijn en waterstof c£ fluor voorstellen; Zj waterstof, fluor of methoxy is en n 3 of 4 is, bereidt 10 door een rechtsdraaiend of racemisch amine van formule 20 in aanraking te brengen met een equimolaire hoeveelheid van een verbinding van formule 14, waarin Xj, Yj en Zj de voornoemde betekenis hebben en q 1 of 2 is, in aanwezigheid van een reactie-inert organisch oplosmiddel en in aanwezigheid van een reduceermiddel, 15 welk reduceermiddel een equivalente hoeveelheid natriumcyaanboor- hydride of waterstof is en een katalytische hoeveelheid edelmetaal-katalysator, bij een temperatuur van "10 tot 50°C.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de katalysator palladium is.
10. Werkwijze volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat het amine rechtsdraaiend is.
11. Werkwijze volgens een van de conclusies 8 tot 10, met het kenmerk, dat Xj fluor is, Yj en Zj beide p-fluor zijn en q 1 is.
12. Werkwijze voor de bereiding van nieuwe tussenverbindingen, met het kenmerk, dat men verbindingen van formule 14, welke bruikbaar zijn in de werkwijze van conclusie 8, waarin Zj waterstof, fluor of methoxy is en q 1 of 2 is, bereidt door reductie van een lacton van formule 13 door reactie met een 30 metaalhydride.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het metaalhydride diïsobutylaluminiumhydride, natrium-boorhydride of lithiumboorhydride is.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, met het 35 kenmerk, dat diïsobutylaluminiumhydride wordt gebruikt als het metaalhydride en de reductie wordt bewerkstelligd in een reactie- 800 0 3 85 inert oplosmiddel onder een reactie-inert gas bij -80 tot -70°C.
15. Werkwijze volgens een van de conclusies 12 tot 14, met het kenmerk, dat het lacton, gebruikt als uitgangsmateriaal, is bereid door cycliseren van een verbinding van formule 5 12, waarin Zj en q de in conclusie 12 genoemde betekenis hebben.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de cyclisering wordt bewerkstelligd door verwarming in aanwezigheid van een zure katalysator.
17. Werkwijze voor de bereiding van een 10 nieuwe tussenverbinding, met het kenmerk, dat men een rechtsdraai-end isomeer van een amine dat bruikbaar is in de werkwijze van conclusie 8 bereidt door reactie van een racemisch mengsel van verbindingen van formule 20 met een optisch actief zuur ter vorming van een mengsel van zouten, scheiding van de zouten en daaropvol-15 gend ontleding.
18. Werkwijze volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat het optisch actieve zuur een D- of L-isomeer van N-carbamoylfenylalanine is.
19. Werkwijze volgens conclusie 18, met het 20 kenmerk, dat de scheiding wordt bewerkstelligd door kristallisatie.
20. Werkwijze volgens een van de conclusies 17 tot 19, met het kenmerk, dat ontleding van het gescheiden zout wordt bewerkstelligd door het zout te laten reageren met waterige base en de zo verkregen vrije base wordt geëxtraheerd onder toepas- 25 sing van niet met water mengbaar oplosmiddel.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat het niet met water mengbare oplosmiddel ethylacetaat is.
22. Enantiomere en racemische verbindingen 30 van formule 14 waarin Zj waterstof, fluor of methoxy is en q 1 is.
23. Verbinding volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat Zj fluor is.
24. Verbinding volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat Zj p-fluor is.
25. Rechtsdraaiend 5-aryl-2,3,4,4a,5,9b- hexahydro-lH-pyrido/4,3-b/indool van formule 20 en zuuradditiezouten 80 0 0 3 85 daarvan, waarbij de waterstofatomen aan de koolstofatomen in de 4a- en 9b-positie in trans-relatie tot elkaar staan en een van de groepen Xj en Yj fluor is en de andere waterstof of fluor is.
26. Verbinding volgens conclusie 25, met het 5 kenmerk, dat Xj fluor is en Yj p-fluor is.
27. De verbindingen waarvan de bereiding is beschreven in een van de conclusies 1 tot 21, in het lij zonder de verbinding van formule 1 zoals omschreven in conclusie 1.
28. Farmaceutisch preparaat met rustig-10 makende werking, met het kenmerk, dat het een verbinding als beschreven in of bereid onder toepassing van de werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 21 bevat.
29. Werkwijzen en voortbrengselen in hoofdzaak als beschreven in de beschrijving en/of de voorbeelden. 15 f ^ 80 0 0 3 85
NL8000385A 1979-01-23 1980-01-22 Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten. NL8000385A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US569879 1979-01-23
US06/005,698 US4224329A (en) 1979-01-23 1979-01-23 2-Substituted-trans-5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido[4,3-b]indoles

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8000385A true NL8000385A (nl) 1980-07-25

Family

ID=21717248

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8000385A NL8000385A (nl) 1979-01-23 1980-01-22 Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten.

Country Status (34)

Country Link
US (1) US4224329A (nl)
JP (4) JPS55100386A (nl)
KR (1) KR830001932A (nl)
AR (1) AR231291A1 (nl)
AT (1) AT376674B (nl)
AU (1) AU521986B2 (nl)
BE (1) BE881283A (nl)
CA (1) CA1144168A (nl)
CH (2) CH651040A5 (nl)
CS (4) CS221808B2 (nl)
DD (2) DD149071A5 (nl)
DE (1) DE3002367A1 (nl)
DK (1) DK25580A (nl)
EG (1) EG14767A (nl)
FI (1) FI800179A (nl)
FR (3) FR2447379A1 (nl)
GB (1) GB2041925B (nl)
GR (1) GR73567B (nl)
HU (3) HU189174B (nl)
IE (1) IE49500B1 (nl)
IL (1) IL59189A (nl)
IN (1) IN153300B (nl)
IT (1) IT1149927B (nl)
LU (1) LU82105A1 (nl)
NL (1) NL8000385A (nl)
NO (2) NO151895C (nl)
NZ (3) NZ197582A (nl)
PH (4) PH15736A (nl)
PL (4) PL126532B1 (nl)
PT (1) PT70724A (nl)
SE (3) SE441358B (nl)
SU (3) SU1168094A3 (nl)
YU (2) YU269379A (nl)
ZA (1) ZA796374B (nl)

Families Citing this family (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4431649A (en) * 1979-07-30 1984-02-14 Pfizer Inc. Hexahydro-trans- and tetrahydropyridoindole neuroleptic agents
US4432978A (en) * 1979-07-30 1984-02-21 Pfizer Inc. Hexahydro-trans-pyridoindole
US4431646A (en) * 1979-07-30 1984-02-14 Pfizer Inc. Hexahydro-trans- and tetrahydropyridoindole neuroleptic agents
US4337250A (en) * 1979-07-30 1982-06-29 Pfizer Inc. Hexahydro-trans- and tetrahydropyridoindole neuroleptic agents
US4427679A (en) 1981-01-16 1984-01-24 Pfizer Inc. Hexahydro-trans- and tetrahydropyridoindole neuroleptic agents
US4477669A (en) * 1982-09-30 1984-10-16 Pfizer Inc. Processes and intermediates useful in the preparation of flutroline
US4467090A (en) * 1982-09-30 1984-08-21 Pfizer Inc. Compound, 8-fluoro-5-(p-fluorophenyl)-2-[4-(p-fluorophenyl)-4-hydroxybutyryl]-2,3,4,5-tetrahydro-1H-pyrido[4,3-b]indole
US4451655A (en) * 1982-05-17 1984-05-29 Pfizer Inc. Process for preparing carboline derivatives and compounds used in their preparation
US4698444A (en) * 1982-09-30 1987-10-06 Pfizer Inc. 1,1-bis(p-fluorophenyl)urea
US4568748A (en) * 1982-09-30 1986-02-04 Pfizer Inc. 2-Carbobenzoxy-8-fluoro-5-(p-fluorophenyl-2,3,4,5-tetrahydro-1H-pyrido[4,3-b]indole
JPS61248502A (ja) * 1985-04-26 1986-11-05 Pioneer Electronic Corp 磁性材料の接合方法
US4636563A (en) * 1985-09-16 1987-01-13 American Home Products Corporation Antipsychotic γ-carbolines
US4672117A (en) * 1985-09-16 1987-06-09 American Home Products Corporation Antipsychotic gamma-carbolines
US4798896A (en) * 1988-01-19 1989-01-17 American Home Products Corporation Antipsychotic gamma-carboline N-oxides
US5075315A (en) * 1990-05-17 1991-12-24 Mcneilab, Inc. Antipsychotic hexahydro-2H-indeno[1,2-c]pyridine derivatives
CA2355716C (en) * 1998-12-21 2010-05-18 Janssen Pharmaceutica N.V. Benzisoxazoles and phenones as .alpha.2-antagonists
RU2329044C1 (ru) * 2006-11-16 2008-07-20 Андрей Александрович Иващенко Лиганды 5-ht6 рецепторов, фармацевтическая композиция, способ ее получения и лекарственное средство

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA551241A (en) * 1958-01-07 S. Abbott Leslie Production of substituted piperidines
US3382250A (en) * 1966-12-07 1968-05-07 Abbott Lab Aroylalkyl derivatives of 1, 2, 3, 4-tetrahydro-5h-pyrido[4, 3b]indoles
US3687961A (en) * 1971-05-03 1972-08-29 Abbott Lab 8-fluoro-2-{8 3-(4-fluorophenylanilinopropyl{9 -gamma-carboline
AR205452A1 (es) * 1973-12-06 1976-05-07 Endo Lab Metodo para preparar nuevos trans-2, 3, 4, 4a, 5, 9b-hexahidro-5-fenil-1h-pirido(4,3-b) indoles
JPS50126699A (nl) * 1974-03-20 1975-10-04
AR207799A1 (es) * 1974-04-01 1976-10-29 Pfizer Procedimiento para preparar azaciclo(3,4-a)-n-fenilindoles-2-substituidos
US4001263A (en) * 1974-04-01 1977-01-04 Pfizer Inc. 5-Aryl-1,2,3,4-tetrahydro-γ-carbolines
SE7702301L (sv) * 1976-04-08 1977-10-09 Endo Lab Trans-hexahydro-pyrido-indoler
SE441448B (sv) * 1977-05-23 1985-10-07 Pfizer Sett att framstella hexahydro-gamma-karbolinforeningar

Also Published As

Publication number Publication date
NO151895C (no) 1985-06-26
YU269379A (en) 1984-04-30
NZ197581A (en) 1984-05-31
KR830001932A (ko) 1983-05-19
YU242183A (en) 1984-06-30
AT376674B (de) 1984-12-27
PH15072A (en) 1982-06-03
FI800179A (fi) 1980-07-24
JPS5636486A (en) 1981-04-09
FR2453175A1 (fr) 1980-10-31
NO151895B (no) 1985-03-18
IL59189A0 (en) 1980-05-30
SE8404555L (sv) 1984-09-11
FR2453174B1 (nl) 1983-07-29
GB2041925A (en) 1980-09-17
FR2447379B1 (nl) 1983-08-19
FR2453175B1 (nl) 1983-07-29
PH17773A (en) 1984-12-11
IT1149927B (it) 1986-12-10
PH15736A (en) 1983-03-18
SE441358B (sv) 1985-09-30
PL120774B1 (en) 1982-03-31
BE881283A (fr) 1980-07-22
LU82105A1 (fr) 1980-08-08
HU184712B (en) 1984-10-29
IE800121L (en) 1980-07-23
PL126532B1 (en) 1983-08-31
IL59189A (en) 1984-01-31
PL221248A1 (nl) 1980-12-01
SE8404554D0 (sv) 1984-09-11
CS221808B2 (en) 1983-04-29
JPS5636487A (en) 1981-04-09
NO843041L (no) 1980-07-24
IN153300B (nl) 1984-06-30
IT8019373A0 (it) 1980-01-22
ATA33380A (de) 1984-05-15
DK25580A (da) 1980-07-24
AR231291A1 (es) 1984-10-31
PL126867B1 (en) 1983-09-30
SU1168094A3 (ru) 1985-07-15
CS221807B2 (en) 1983-04-29
EG14767A (en) 1985-12-31
JPS5636475A (en) 1981-04-09
DE3002367A1 (de) 1980-07-24
JPS5855151B2 (ja) 1983-12-08
US4224329A (en) 1980-09-23
SE8000329L (sv) 1980-07-24
CH648314A5 (fr) 1985-03-15
JPS55100386A (en) 1980-07-31
NZ197582A (en) 1984-05-31
PT70724A (en) 1980-02-01
GB2041925B (en) 1982-10-20
AU521986B2 (en) 1982-05-13
SE8404554L (sv) 1984-09-11
FR2447379A1 (fr) 1980-08-22
CS221809B2 (en) 1983-04-29
DD156369A5 (de) 1982-08-18
IE49500B1 (en) 1985-10-16
CS221806B2 (en) 1983-04-29
SE8404555D0 (sv) 1984-09-11
PH15086A (en) 1982-07-02
SU1080746A3 (ru) 1984-03-15
CH651040A5 (fr) 1985-08-30
NZ192175A (en) 1984-05-31
DD149071A5 (de) 1981-06-24
FR2453174A1 (fr) 1980-10-31
JPS5740151B2 (nl) 1982-08-25
PL126032B1 (en) 1983-07-30
ZA796374B (en) 1980-11-26
HU189174B (en) 1986-06-30
SU1333239A3 (ru) 1987-08-23
GR73567B (nl) 1984-03-16
AU5476580A (en) 1980-07-31
CA1144168A (en) 1983-04-05
NO794317L (no) 1980-07-24
HU188201B (en) 1986-03-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8000385A (nl) Nieuwe indoolderivaten met rustigmakende werking, farmaceutische preparaten die deze bevatten, nieuwe tussenverbindingen, alsmede werkwijze voor de bereiding van de genoemde produkten.
US4110337A (en) Triazolobenzodiazepines
US3420851A (en) Novel dibenzoxepines
US4259338A (en) Benzofuranyl-tetrahydropyridines and -piperidines, their acid addition salts and antidepressant preparations thereof
US4423044A (en) 3,4-Dihydro-5H-2,3-benzodiazepine derivatives and pharmaceutical use thereof
HU196058B (en) Process for producing new piperidine-methanol derivatives
JPH0739387B2 (ja) 新規1−ベンジル−アミノアルキル−ピロリジノン化合物及びその製造方法
KR100766664B1 (ko) 인다닐―피페라진 화합물, 이의 제조 방법 및 이를함유하는 약제 조성물
US4138494A (en) 3-Phenylindolines
NO128814B (nl)
JPS584781A (ja) テトラヒドロピリジン及びピペリジン誘導体の製法
HU225747B1 (en) New benzenesulphonamide compounds, their preparation thereof and pharmaceutical compositions containing them
US3557127A (en) Substituted cyclohexenes,derivatives thereof and processes for obtaining same
US4010202A (en) 5,6-Dihydroxy aminotetralol compounds
NZ187333A (en) 2-substituted-trans-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1h-pyrido-(4,3-b)indoles
US5001129A (en) Oxazoloquinoline compounds and therapeutic application thereof
CA1085403A (en) 4-(9,10-dihydro-4h-benzo 4,5 cyclohepta 1,2- b thiophen-4-ylidene) piperidine compounds
US4252812A (en) 2-Substituted-trans-5-aryl-2,3,4,4a,5,9b-hexahydro-1H-pyrido[4,3-b]indoles
US4267331A (en) Process for the production of 2-substituted pyrido[4,3-b]-indoles
JPH06104658B2 (ja) ピロールカルボン酸誘導体
DK147577B (da) Analogifremgangsmaade til fremstilling af 2-phenyl-bicyclooctan- eller -octenaminer eller farmaceutisk acceptable syreadditionssalte deraf
CA2005547C (en) Derivatives of 1,7&#39; (imidazo-(1,2-a)-pyridine)5&#39;-(6&#39;h)ones
NZ196762A (en) N,n-disubstituted-2-(isoxazol-4-yl)indol-3-ylethylamines
US4277404A (en) 5-(4-Fluorophenyl)tetrahydro-2-furanol
JPS60214789A (ja) 2‐アザエリスリナン誘導体

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BT A notification was added to the application dossier and made available to the public
BX A request for additional search has been filed
BV The patent application has lapsed