NL194784C - Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen. - Google Patents

Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen. Download PDF

Info

Publication number
NL194784C
NL194784C NL9100154A NL9100154A NL194784C NL 194784 C NL194784 C NL 194784C NL 9100154 A NL9100154 A NL 9100154A NL 9100154 A NL9100154 A NL 9100154A NL 194784 C NL194784 C NL 194784C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
claw
drive mechanism
clamp
parts
clamping
Prior art date
Application number
NL9100154A
Other languages
English (en)
Other versions
NL9100154A (nl
NL194784B (nl
Inventor
Hans Oetiker
Original Assignee
Oetiker Hans Maschinen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oetiker Hans Maschinen filed Critical Oetiker Hans Maschinen
Publication of NL9100154A publication Critical patent/NL9100154A/nl
Publication of NL194784B publication Critical patent/NL194784B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194784C publication Critical patent/NL194784C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B25/00Implements for fastening, connecting or tensioning of wire or strip
    • B25B25/005Implements for fastening, connecting or tensioning of wire or strip for applying wire clasps to hose couplings
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23PMETAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; COMBINED OPERATIONS; UNIVERSAL MACHINE TOOLS
    • B23P19/00Machines for simply fitting together or separating metal parts or objects, or metal and non-metal parts, whether or not involving some deformation; Tools or devices therefor so far as not provided for in other classes
    • B23P19/04Machines for simply fitting together or separating metal parts or objects, or metal and non-metal parts, whether or not involving some deformation; Tools or devices therefor so far as not provided for in other classes for assembling or disassembling parts
    • B23P19/08Machines for placing washers, circlips, or the like on bolts or other members
    • B23P19/084Machines for placing washers, circlips, or the like on bolts or other members for placing resilient or flexible rings, e.g. O-rings, circlips
    • B23P19/086Non-metallic protective bellows
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T29/00Metal working
    • Y10T29/49Method of mechanical manufacture
    • Y10T29/49826Assembling or joining
    • Y10T29/49863Assembling or joining with prestressing of part
    • Y10T29/4987Elastic joining of parts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Clamps And Clips (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)
  • Automobile Manufacture Line, Endless Track Vehicle, Trailer (AREA)
  • Manipulator (AREA)

Description

1 194784
Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het automatisch vastzetten van een open bandklem om een voorwerp waarbij de de bandklem vormende band in zijn in de monteerbare toestand 5 binnengelegen banddeel een haak, in zijn buitengelegen banddeel een opening voor ingrijping met de haak, alsook een spandeel voor bediening met een spanwerktuig heeft, en een door een eerste aandrijfmechanisme bedienbaar spanwerktuig voor het spannen van de bandklem.
Een dergelijke inrichting is bekend uit het Duitse Offenlegungsschrift DE-3.805.280. In die publicatie wordt een plat uitgangsstuk vervormd op een vervormingsstation tot een cirkelvormige klem die althans 10 nagenoeg correspondeert met de buitenvorm van hei voorwerp dat daardoor bevestigd moet worden. De aldus vervormde klem die is vergrendeld in zijn cirkelvorm aan het vervormingsstation wordt dan overgebracht door een overbrengmechanisme uit het vervormingsstation om te worden geplaatst over het voorwerp dat moet worden bevestigd en wordt uiteindelijk vastgezet om het voorwerp dat moet worden bevestigd door plastische vervorming van een zogenaamde ”Oetiker”-oor.
15 Het is een doel van de onderhavige uitvinding een inrichting te verschaffen voor het volautomatisch monteren van een open klem direct over het voorwerp dat moet worden bevestigd en het vervolgens inhaken van een aan de bandklem voorziene haak in een opening van de bandklem en het uiteindelijk spannen van de bandklem.
Het genoemde doel wordt volgens de uitvinding verkregen door middel van een inrichting als in de 20 aanhef genoemd en welke wordt gekenmerkt doordat deze is voorzien van een vasthoudinrichting die de bandklem in een middenpositie vasthoudt en door een tweede aandrijfmechanisme naar het voorwerp verplaatsbaar is, een door een derde aandrijfmechanisme voor het omleggen van het binnengelegen banddeel om het voorwerp bedienbare eerste klauw, een door een vierde aandrijfmechanisme voor het omleggen van het buitengelegen banddeel om het voorwerp bedienbare tweede klauw, en een stuurinrich-25 ting die de aandrijfmechanismen in een vooraf bepaalde volgorde bedient. Daarmee wordt een sterk verbeterde inrichting verkregen waarmee het hiervoor genoemde doel wordt verkregen.
Een voorkeursuitvoeringsvorm wordt gevormd door een inrichting waarbij het spangereedschap twee onderling tegengesteld gerichte nijptangvormige delen omvat, die bij activering van het eerste aandrijfmechanisme een tangvormige sluitbeweging uitvoeren en aan de benen van een het spandeel van de 30 bandklem vormend oor aangrijpen om het oor plastisch te vervormen en de bandklem samen te trekken.
Verder wordt de voorkeur gegeven aan een dergelijke inrichting waarbij het eerste aandrijfmechanisme met een drukmiddel, bij voorkeur een pneumatisch uitgeruste zuigercilindereenheid, is uitgerust.
Ook wordt de voorkeur gegeven aan een dergelijke inrichting waarbij de beide klauwen in die mate activeerbaar zijn dat deze voldoen voor het omleggen van een op het voorwerp afgestemde voorgevormde 35 bandklem.
De uitvinding wordt verder voordelig gekenmerkt door een inrichting waarbij de beide klauwen inwendige oppervlakdelen hebben die ten minste bij benadering overeenkomen met de in het algemeen cilindrische contour van het voorwerp.
Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm wordt gevormd door een inrichting zoals hiervoor genoemd, 40 waarbij de vasthoudinrichting de bandklem aan haar tegenoverliggende smalle zijden vastgrijpt.
Nog een voordelige inrichting wordt gekenmerkt door een op een frame verschuifbaar aangebrachte montagedrager op weike het spangereedschap, de vasthoudinrichting, de beide klauwen, alsook de eerste, de derde en de vierde aandrijfinrichtingen zijn aangebracht.
De uitvinding omvat tevens deze voorgaande inrichting welke op voordelige wijze wordt gekenmerkt 45 doordat de tweede aandrijfinrichting voor het aanvoeren van de montagedrager tezamen met de daarop aangebrachte machinedelen naar het voorwerp beweegbaar is.
Een bijzondere uitvoeringsvorm van deze laatste inrichtingen wordt gekenmerkt doordat de eerste klauw via de drijfstang verbonden is met een derde aandrijfmechanisme gevormd door een zuiger-cilindereenheid op de montagedrager, zodat bij uitstrekken van de aandrijfstang het binnengelegen banddeel van de 50 klemband om het voorwerp wordt omgelegd en hiertegenaan klemt.
Een andere voordelige uitvoeringsvorm van deze inrichtingen wordt gekenmerkt doordat de tweede klauw via de drijfstang van een het vierde aandrijfmechanisme vormende zuiger-cilindereenheid met de montagedrager is verbonden, zodat bij bediening van de drijfstang het buitengelegen banddeel wordt omgelegd en daarbij de opening in ingrijping brengt met de op het binnengelegen banddeel voorziene haak.
55 Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een inrichting zoals hiervoor genoemd, welke wordt gekenmerkt doordat de besturing een vijfde aandrijfmechanisme voor het houden van de bandklem door de vasthoudinrichting, daarna de tweede aandrijfinrichting voor het aanvoeren van de bandklem naar het 194784 2 voorwerp, daarna het derde aandrijfmechanisme voor het aanleggen van de eerste klauw, daarna het vierde aandrijfmechanisme voor het aanleggen van de tweede klauw, daarna het vijfde aandrijfmechanisme voor het vrijgeven van de bandklem uit de vasthoudinrichting, daarna het eerste aandrijfmechanisme voor het aanspannen van de bandklem met het spanwerktuig, daarna het eerste aandrijfmechanisme voor het 5 vrijgeven van het spanwerktuig, daarna het vierde aandrijfmechanisme voor het vrijgeven van de tweede klauw, daarna het derde aandrijfmechanisme voor het vrijgeven van de eerste klauw, en ten slotte het tweede aandrijfmechanisme voor het verwijderen van de vasthoudinrichting en de beide klauwen van het voorwerp bedient.
10 De uitvinding zal hierna aan de hand van de tekeningen nader worden verduidelijkt. Deze tekeningen zijn slechts getoond voor illustratieve doeleinden en tonen slechts één uitvoeringsvorm in overeenstemming met de onderhavige uitvinding.
Figuur 1 is een enigszins schematisch perspectivisch aanzicht en illustreert een machine in overeenstemming met de onderhavige uitvinding voor het monteren en vastzetten van een klem om een voorwerp dat 15 daardoor moet worden bevestigd; figuur 2 is een zijaanzicht, op grotere schaal en gedeeltelijk in dwarsdoorsnede, van de vasthoudinrichting in overeenstemming met de onderhavige uitvinding om de klem vast te houden in positie; figuur 3 is een zijaanzicht van de vasthoudinrichting van figuur 2; figuur 4 is een gedeeltelijk bovenaanzicht en illustreert het werktuigondersamenstel van de machine in 20 overeenstemming met de onderhavige uitvinding en meer in het bijzonder de delen ervan in de teruggetrokken startpositie voordat een klem wordt toegevoerd aan de vasthoudinrichting; figuur 5 is een gedeeltelijk bovenaanzicht van het werktuigondersamenstel van figuur 4 en illustreert de delen ervan in de positie wanneer het werktuigondersamenstel is verplaatst uit de startpositie van figuur 4 naar zijn uitgezette positie in de nabijheid van het voorwerp dat moet worden bevestigd en toont ook een 25 niervormig voorgevormde klem die wordt vastgehouden door de vasthoudinrichting; figuur 6 is een bovenaanzicht, vergelijkbaar met figuur 5, en illustreert de volgende werkstap van het werktuigondersamenstel waarin een eerste klauwvormig deel het einddeel van de klemband dat bedoeld is voor het vormen van het binnenbanddeel aanbrengt om het voorwerp dat daardoor moet worden bevestigd, figuur 7 is een bovenaanzicht zoals figuur 6 en toont de volgende werkstap van het werktuigonder-30 samenstel waarin het tweede klauwvormige deel is bediend om het andere banddeel dat bedoeld is om het buitenbanddeel te vormen te plaatsen om het voorwerp dat moet worden bevestigd; figuur 8 is een bovenaanzicht zoals figuur 7 en illustreert de volgende werking van het werktuigondersamenstel waarin twee verdere klauwvormige delen met nijptangvormige neusdelen juist in aangrijping zijn gebracht met de beendelen van het plastisch vervormbare ”Oetiker”-oor en 35 figuur 9 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht, op grotere schaal, vanaf de voorkant van het voorwerp dat moet worden bevestigd en toont de positie van de nijptangvormige delen van de twee verdere klauwvormige delen als ze het vastzetten van de klemband om het voorwerp dat moet worden bevestigd door plastische vervorming van het ”Oetiker”-oor hebben voltooid.
40 Nu verwijzend naar de tekening waarin gelijke verwijzingscijfers overal worden gebruikt in de verschillende afbeeldingen om gelijke delen aan te geven, en meer in het bijzonder naar figuur 1, geeft het verwijzings-cijfer 10 in het algemeen een betrekkelijk vast machinedeel aan, bijvoorbeeld een deel van het machine-frame dat slechts schematisch is aangegeven in deze figuur door de platte basis 11 die bijvoorbeeld de bovenzijde kan zijn van het machinehuis met de volgorderegelingen van elke bekende gebruikelijke 45 constructie die geen deel van de onderhavige uitvinding vormen. De platte basis 11 is aan zijn linkereind voorzien van een voetstuk 12 waar de klem is gemonteerd om een voorwerp dat moet worden bevestigd zoals vollediger hierna zal worden beschreven. Echter, de platte basis 11 en het voetstuk 12, alleen afgebeeld om het werkprincipe van de machine van deze uitvinding toe te lichten, kan op elke geschikte wijze worden gewijzigd in overeenstemming met de eisen van de machine in zijn beoogde omgeving.
50 Dwarse framedelen 13 en 14 die vast zijn gemonteerd op de basis 11 dragen steunstangen 15 en 16 waarop verschuifbaar een klemmontage- en vastzetwerktuigondersamenstel is gemonteerd dat in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 20. Het ondersamenstel 20 omvat twee opstaande plaatvormige steundelen 21 en 22 die zijn aangebracht aan beide zijden van twee op afstand liggende zijplaten waarvan slechts één zijplaat 23 is afgebeeld. Een montagesteunplaat 24 wordt gedragen door de 55 zijplaten die alle een geschikte dikte hebben en vast zijn bevestigd aan de opstaande steundelen 21 en 22.
Het klemmontage- en vastzetwerktuigondersamenstel 20 omvat verder een eerste klauwvormig deel dat in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 30 (figuur 4) en dat een in het algemeen driehoekige 3 194784 vorm heeft. Een been 31 van het eerste klauwvormige deel 30 is voorzien van een afgerond inwendig klemaangrijpvlak 32 dat ongeveer overeenkomt met een deel van de vorm van het voorwerp dat moet worden bevestigd. Het oppervlak 32 is voorzien van een uitsparing 33 voor het opnemen van de buitenwaarts uitstekende haak of haken, bijvoorbeeld zoals de haken 32 en 31 in het binnenste banddeel zoals 5 afgebeeld in het Amerikaanse octrooischrift 4.299.012. Het andere been 34 van het eerste klauwvormige deel 30 is zwenkbaar verbonden om een centrale zwenksteun 35 die vast is gemonteerd op de steunplaat 24. De top 36 van het in het algemeen driehoekvormige eerste klauwvormige deel 30 is zwenkbaar verbonden bij 37 met het vrije eind van een zuigerstang 38 van een pneumatische zuiger-cilindereenheid die in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 39 en die het bedieningsorgaan vormt voor het 10 eerste klauwvormige deel en waarvan het cilinderhuis zwenkbaar is verbonden bij 26 met het steunstuk of de beugel 27 die is bevestigd op de steunplaat 24.
Een tweede klauwvormige deel dat in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 40 en ook een in het algemeen driehoekige vorm heeft heeft een been 41 dat is voorzien van een afgerond inwendig klemaangrijpvlak 42 dat is uitgespaard bij 43 voor het opnemen van de kanaalvormige verdieping zoals de 15 centrale verdieping 63 van het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 4.299.012 dat deel vormt van het zogenaamde traploze kenmerk. Het andere been 44 van het in het algemeen driehoekige tweede klauwvormige deel 40 is ook zwenkbaar verbonden om de centrale zwenksteun 35, terwijl de top 46 van het tweede klauwvormige deel 40 zwenkbaar is verbonden bij 47 met het vrije eind van de zuigerstang 48 van een pneumatische zuiger-cilindereenheid die in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 49 en 20 die het bedieningsorgaan vormt voor het tweede klauwvormige deel en waarvan het cilinderhuis zwenkbaar is verbonden bij 28 met een steun of beugel 29 die is bevestigd op de steunplaat 24.
Het werktuigondersamenstel 20 omvat verder twee klauwvormige delen 50 en 50' weer met een in het algemeen driehoekige vorm waarvan de ene beendelen 51 en 51' nijptangvomnige neusdelen 52 en 52' omvatten die werkzaam zijn om het ”Oetiker”-oor plastisch te vervormen. Elk van de andere beendelen 53 25 en 53' van de verdere klauwvormige delen 50 en 50' zijn ook zwenkbaar verbonden met de centrale zwenksteun 35. De toppen 54 en 54' van de verdere klauwvormige delen 50 en 50' zijn zwenkbaar verbonden bij 55 en 55' met een betreffend verbindingsstuk 56 en 56', waarbij de tegenovergestelde einden van de verbindingsstukken 56 en 56' zwenkbaar zijn verbonden in een gemeenschappelijke zwenk-verbinding 57 met het vrije eind van een zuigerstang 58 van een pneumatische zuigercilindereenheid die in 30 het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 59 (figuur 1) die is ondersteund op het opstaande steundeel 22 door steunbeugels 60 en 61 met de toepassing van steunstangen 62 en die het bedieningsorgaan vormt voor de twee verdere klauwvormige delen 50 en 50'.
De klemvasthoudinrichting die in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 70 omvat een onderste vaste klemvasthoudvingerdeel 71 (figuren 2 en 3) en een bovenste beweegbaar klemvasthoud-35 vingerdeel 72 dat zwenkbaar is verbonden in het huis 73 (figuur 2) aan de zwenkverbinding 74 door middel van het zich in de langsrichting uitstrekkende deel 75. De beweegbare klemvasthoudconstructie 72, 75 wordt voorgespannen in de opwaartse loslaatrichting van de vasthoudinrichting 70 door een veer 76. Om de klemband 101 vast te houden langs zijn tegenovergestelde smalle zijden in de juiste positie in de vasthoudinrichting 70 is een achteraanslag 77 aangebracht en zijn de klemaangrijpvlakken 78 en 79 van de 40 klemvasthoudvingerdelen 71 en 72 afgeschuind om de klemband 101 aan te drukken tegen de achteraanslag 77.
Een pneumatisch werkende zuiger-cilindereenheid die in het algemeen wordt aangeduid door het verwijzingscijfer 80 en die het bedieningsorgaan voor de klemvasthoudinrichting vormt, is bevestigd op de steunplaat 24 door bouten 81 en is werkzaam bij bediening ervan door de uitzetbeweging van zijn 45 zuigerstang 82 om de klemvasthoudconstructie 72, 75 in de aangrijprichting te verplaatsen dat wil zeggen in de zwenkrichting van de wijzers van een uurwerk.
Het verschuifbare ondersamenstel 20 is uitgevoerd om naar keuze door verschuiving te worden verplaatst door de pneumatische zuiger-cilindereenheid 85 (figuur 1) waarvan de zuigerstang 86 zich uitstrekt door het dwarse framedeel 14 en is verbonden aan zijn vrije eind met het opstaande steundeel 22. 50 Het voorwerp dat moet worden bevestigd en in het algemeen aangeduid door het verwijzingscijfer 90 is een ashoes in de afgebeelde uitvoeringsvorm die bijvoorbeeld is gemaakt uit siliconrubber of Hytrell -plastic en omvat een cilindrisch oppervlak 91 waarom een klem moet worden gemonteerd om het voorwerp 90 te bevestigen om een vast deel 93.
De klem die in het algemeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 100 (figuur 5) kan van het type zijn 55 zoals is afgebeeld en beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.299.012. De klemconstructie die bij voorkeur is voorgevormd tot de vorm van een nier, bijvoorbeeld, door de toepassing van een inrichting zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.425.781, bestaat uit een klemband die in positie kan worden 194784 4 gehouden langs zijn smalle zijde door de vasthoudinrichting 70 die de klemband althans nagenoeg in het midden van zijn rechtlijnige klembanddeel 101 aangrijpt. Het voorgevormde einddeel 102 van de klemband dat bedoeld is om het binnenste klembandeinddeel te vormen en is voorgevormd tot ongeveer de vorm van het voorwerp 90 dat moet worden bevestigd, omvat één of meer buitenwaarts uitstekende haken 104 die 5 moeten grijpen in overeenkomstige openingen (niet afgebeeld) die zijn aangebracht in het vrije einddeel 103' van het voorgevormde klembandeinddeel 103 dat bedoeld is om het buitenste overlappende banddeel te vormen. Dit laatste omvat een typisch ”Oetiker”-oor 105 dat bij voorkeur is voorzien van een versterkingsgroef of ondiepe indrukking. Om een zogenaamd traploos kenmerk te verkrijgen, dat wil zeggen een binnenvlak van de geïnstalleerde klemconstructie vrij van elke stap of gaping, is het binnenbanddeel 10 102 voorzien van een tongvormig uitsteeksel 107 dat kan grijpen in het centrale uitgeperste kanaal 108 dat is gevormd door stappen 109 en 109’ zoals vollediger beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.299.012.
Verder, om vrije zwenkbewegingen toe te laten van de twee klauwvormige delen 30 en 40 en van de twee verdere klauwvormige delen 50 en 50' om dezelfde zwenkverbinding 35 zonder onderlinge storing, 15 maar de klemaangrijpdelen 31, 41, 51 en 51' toch te laten werken in hetzelfde horizontale vlak, zijn de klauwvormige delen 30 en 40 voorzien van stappen 130 en 140 (figuren 4-8) waarbij de stap 130 ook is afgebeeld in het perspectivisch aanzicht van figuur 1. Verder kunnen de zones waar de benen 34 en 44 van de klauwvormige delen 30 en 40 zwenken bij 35 onderling versprongen zijn in verticale richting. Evenzo kunnen de zones waar de benen 53 en 53' van de klauwvormige delen 40 en 40' zwenken bij 35 onderling 20 versprongen zijn in verticale richting. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door de normale dikte van de klauwvormige delen in deze zones te verminderen met ongeveer de helft (niet afgebeeld) zodat de hoofddelen van de klauwvormige delen 30 en 40 werken in één horizontaal vlak en de hoofddelen van de klauwvormige delen 50 en 50' werken in een ander horizontaal vlak dat ligt onder het horizontale vlak van de klauwvormige delen 30 en 40. Eenvoudigheidshalve zijn deze versprongen uitvoeringen niet afgebeeld in 25 de tekening.
De werking van de machine in overeenstemming met de onderhavige uitvinding is volledig geautomatiseerd door de toepassing van een pneumatisch medium onder druk geregeld door geschikte gebruikelijke volgorderegelingen met toepassing van bekende onderdelen die geen deel vormen van de onderhavige uitvinding. Om deze reden en eenvoudigheidshalve zijn alleen de einden van de leidingen die zijn verbon-30 den met de pneumatische zuiger-cilindereenheden die de bedieningsorganen voor de verschillende beweegbare delen van de machine in overeenstemming met de onderhavige uitvinding vormen schematisch afgebeeld in de tekeningen.
Figuur 4 illustreert het werktuigondersamenstel 20 in overeenstemming met de onderhavige uitvinding in zijn teruggetrokken startpositie, dus in de rechter eindpositie gezien in deze figuur, met alle klauwvormige 35 delen 30, 40, 50 en 50' in hun vol open positie. In deze positie wordt een klem, bij voorkeur voorgevormd tot niervorm dan toegevoerd aan de vasthoudinrichting 70 met de hand of door gebruikelijke automatische middelen en in positie gehouden (niet afgebeeld in deze figuur) door bediening van het pneumatische bedieningsorgaan 80 dat veroorzaakt dat het beweegbare klemvasthoudvingerdeel 72 in de richting van de wijzers van een uurwerk zwenkt om de zwenkverbinding 74 wanneer de zuigerstang 82 wordt uitgezet. Als 40 resultaat daarvan wordt de klem dan stevig vastgehouden op zijn plaats in zijn rechtlijnige deel 101 (figuur 5) tegen de achteraanslag 77 door de klemaangrijpvlakken 78 en 79.
Vervolgens wordt het pneumatische bedieningsorgaan 85 bediend om het werktuigondersamenstel 20 te verplaatsen naar het voorwerp 90 dat moet worden bevestigd, dus naar links in figuur 1, zoals is aangegeven door de pijl A in figuur 5. De positie van het werktuigondersamenstel 20 nadat het zijn uitgezette linker 45 eindpositie tijdens deze werkstap heeft bereikt, is geïllustreerd in figuur 5.
Vervolgens wordt het pneumatische bedieningsorgaan 39 bediend om de zuigerstang 38 uit te zetten wat, als resultaat van de zwenkverbinding en uitvoering van het eerste klauwvormige deel 30 veroorzaakt dat dit laatste aangrijpt op het deel 102 van de band dat bedoeld is om het binnenbanddeel te vormen.
Deze werkstap is aangegeven in figuur 6 door de pijlen B, B', waarbij figuur 6 de uitgezette eindpositie 50 illustreert van de zuigerstang 38 en daarmee van het eerste klauwvormige deel 30.
Tijdens de volgende werkstap, wordt het pneumatische bedieningsorgaan 49 bediend om te veroorzaken dat zijn zuigerstang 48 wordt uitgezet zoals is aangegeven door de pijl C in figuur 7, wat op zijn beurt veroorzaakt dat het tweede klauwvormige deel 40 aangrijpt op het banddeel 103 en dit plaatst om het voorwerp dat moet worden bevestigd in de positie zoals is afgebeeld in figuur 7, waarin de haken 104 55 (figuur 5) zijn uitgelijnd op en normaal in ingrijping kunnen komen met de corresponderende openingen (niet afgebeeld) die zijn aangebracht in het overlappende buitenbanddeel 103.
Tijdens de volgende werkstap wordt het pneumatische bedieningsorgaan 80 ontkrachtigd om de

Claims (11)

1. Inrichting voor het automatisch vastzetten van een open bandklem om een voorwerp waarbij de de 45 bandklem vormende band in zijn in de gemonteerde toestand binnengelegen banddeel een haak, in zijn buitengelegen banddeel een opening voor ingrijping met de haak, alsook een spandeel voor bediening met een spanwerktuig heeft, en een door een eerste aandrijfmechanisme bedienbaar spanwerktuig voor het spannen van de bandklem, met het kenmerk, dat deze is voorzien van een vasthoudinrichting (70) die de bandklem (100) in een middenpositie vasthoudt en door een tweede aandrijfmechanisme (85) naar het 50 voorwerp (90) verplaatsbaar is, een door een derde aandrijfmechanisme (39) voor het omleggen van het binnengelegen banddeel (102) om het voorwerp (90) bedienbare eerste klauw (30), een door een vierde aandrijfmechanisme (49) voor het omleggen van het buitengelegen banddeel (103) om het voorwerp (90) bedienbare tweede klauw (40), en een stuurinrichting die de aandrijfmechanismen (39, 49, 59, 85) in een vooraf bepaalde volgorde bedient.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het spangereedschap (50, 507) twee onderling tegengesteld gerichte nijptangvormige delen (52, 527) omvat, die bij activering van het eerste aandrijfmechanisme (59) een tangvormige sluitbeweging uitvoeren en aan de benen van een het spandeel van de 194784 6 bandklem (100) vormend oor (105) aangrijpen om het oor (105) plastisch te vervormen en de bandklem (100) samen te trekken.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het eerste aandrijfmechanisme (59) met een drukmiddel, bij voorkeur een pneumatisch uitgeruste zuiger-cilindereenheid, is uitgerust.
4. Inrichting volgens een der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de beide klauwen (30, 40) in die mate activeerbaar zijn dat deze voldoen voor het omleggen van een op het voorwerp (90) afgestemde voorgevormde bandklem.
5. Inrichting volgens een der conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de beide klauwen (30, 40) inwendige oppervlakdelen (32, 42) hebben die ten minste bij benadering overeenkomen met de in het algemeen 10 cilindrische contour van het voorwerp (90).
5 194784 vasthoudinrichting 70 te ontkrachtigen, die niet langer nodig is omdat de klem nu los in positie wordt gehouden om het voorwerp 90 dat moet worden bevestigd door de eerste en tweede klauwvormige delen 30 en 40. Vervolgens wordt het pneumatische bedieningsorgaan 59 bediend waardoor de zuigerstang 58 wordt uitgezet, wat op zijn beurt een zwenkbeweging veroorzaakt via de verbindingen 56 en 56' van de 5 twee verdere klauwvormige delen 50 en 50' zodat hun nijptangvormige neusdelen 52 en 527 aangrijpen op de beendelen van het ”Oetiker”-oor. De inrichting is bij voorkeur daarbij zodanig dat het neusdeel 527 in contact zal komen met het corresponderende beendeel van het ”Oetiker”-oor kort voordat het neusdeel 52 in contact komt met zijn corresponderende beendeel om te verzekeren dat de buitenwaarts uitstekende haak of haken 104 in ingrijping worden gebracht in de corresponderende opening voordat de klem wordt 10 vastgezet, als een dergelijke ingrijping niet mocht hebben plaatsgevonden bij voltooiing van de werkstappen C, C' in figuur 7. De uiteindelijke positie van de verdere klauwvormige delen 50 en 507 is afgebeeld in figuur 9 waarin de nijptangvormige neusdelen 52 en 527 het ”Oetiker”-oor 105 op de gebruikelijke wijze plastisch hebben vervormd. Op dit punt is de klem stevig geïnstalleerd om het voorwerp 9 dat daardoor moet worden bevestigd. Bij voltooiing van de installatie wordt aanvankelijk het pneumatische bedieningsorgaan 59 15 ontkrachtigd om de zuigerstang 58 terug te trekken en daardoor de klauwvormige delen 50 en 507 te openen. Daarna worden de pneumatische bedieningsorganen 49 en 39 in deze volgorde ontkrachtigd om eerst het klauwvormige deel 40 en daarna het klauwvormige deel 30 te openen en wordt dan het pneumatische bedieningsorgaan 85 ontkrachtigd om het werktuigondersamenstel 20 terug te trekken naar zijn startpositie van figuur 4.
20 Als een tweede klem moet worden geïnstalleerd om hetzelfde voorwerp bijvoorbeeld om het cilindrische oppervlak 92 van de ashoes is het alleen nodig het voorwerp 90 dat moet worden bevestigd te bewegen naar een andere positie waar een soortgelijk geautomatiseerd montage- en vastzetwerktuigondersamenstel is aangebracht, dat is ontworpen om te passen bij de grotere diameterafmetingen van het cilindrische oppervlak 92. Het zal derhalve duidelijk zijn dat figuur 1 alleen op een enigszins schematische wijze één 25 station van een automatische machine in overeenstemming met de onderhavige uitvinding illustreert, die kan zijn voorzien van zoveel stations als nodig met toepassing van de werkbeginselen en daarbij behorende onderdelen die zijn gebaseerd op het principe zoals hierin beschreven is. Verder is het type voorwerp dat kan worden bevestigd door een machine in overeenstemming met de onderhavige uitvinding niet beperkt tot een ashoes maar kan deze worden toegepast op elk ander voorwerp dat moet worden bevestigd door een 30 klemconstructie van het type dat bruikbaar is bij de machine van de onderhavige uitvinding. Verder is de klemconstructie niet beperkt tot die welke hierboven zijn vermeld maar kan bijvoorbeeld een gebalanceerde klemconstructie zijn zoals beschreven in het Amerikaans octrooi 4.998.326 dat bijvoorbeeld in figuur 3 een open klem beschrijft die is voorzien van tegenovergestelde oren alsmede andere maatregelen om de gebalanceerde toestand van de klemconstructie te verzekeren. De inhoud van de laatstgenoemde 35 octrooiaanvrage wordt ook hierin als verwijzing opgenomen. Verder kan de vervormingsinrichting, bijvoorbeeld zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.425.781 worden opgenomen in de automatische machine van de onderhavige uitvinding, waarbij de vervormde klem dan wordt toegevoerd aan het werktuigondersamenstel 20 in zijn positie geïllustreerd in figuur 4 door elk gebruikelijk middel voordat de beschreven werkcyclus wordt begonnen. 40 Conciusies
6. Inrichting volgens een der conclusies 1—5, met het kenmerk, dat de vasthoudinrichting (70) de bandklem (100) aan haar tegenoverliggende smalle zijden vastgrijpt.
7. Inrichting volgens een der conclusies 1-6, gekenmerkt door een op een frame (10) verschuifbaar aangebrachte montagedrager (20) op welke het spangereedschap (50, 50'), de vasthoudinrichting (70), de 15 beide klauwen (30, 40), alsook de eerste, de derde en de vierde aandrijfinrichtingen (39, 49, 59) zijn aangebracht.
8. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt doordat de tweede aandrijfinrichting (85) voor het aanvoeren van de montagedrager (20) tezamen met de daarop aangebrachte machinedelen naar het voorwerp (90) beweegbaar is.
9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de eerste klauw (30) via de drijfstang (38) verbonden is met een derde aandrijfmechanisme (39) gevormd door een zuiger-cilindereenheid op de montagedrager (20), zodat bij uitstrekken van de aandrijfstang (38) het binnengelegen banddeel (102) van de klemband (100) om het voorwerp (90) wordt omgelegd en hiertegenaan klemt.
10. Inrichting volgens een der conclusies 7-9, met het kenmerk, dat de tweede klauw (40) via de drijfstang 25 (48) van een het vierde aandrijfmechanisme (49) vormende zuigercilindereenheid met de montagedrager (20) is verbonden, zodat bij bediening van de drijfstang (48) het buitengelegen banddeel (103) wordt omgelegd en daarbij de opening (1030 in ingrijping brengt met de op het binnengelegen banddeel (102) voorziene haak (104).
11. Inrichting volgens een der conclusies 1—10, met het kenmerk, dat de besturing een vijfde aandrijf-30 mechanisme (80) voor het houden van de bandklem (100) door de vasthoudinrichting (70), daarna de tweede aandrijfinrichting (85) voor het aanvoeren van de bandklem (100) naar het voorwerp (90), daarna het derde aandrijfmechanisme (39) voor het aanleggen van de eerste klauw (30), daarna het vierde aandrijfmechanisme (49) voor het aanleggen van de tweede klauw (40), daarna het vijfde aandrijfmechanisme (80) voor het vrijgeven van de bandklem (100) uit de vasthoudinrichting (70), daarna het eerste 35 aandrijfmechanisme (59) voor het aanspannen van de bandklem (100) met het spanwerktuig (50, 500. daarna het eerste aandrijfmechanisme (59) voor het vrijgeven van het spanwerktuig (50, 500. daarna het vierde aandrijfmechanisme (49) voor het vrijgeven van de tweede klauw (40), daarna het derde aandrijfmechanisme (39) voor het vrijgeven van de eerste klauw (30), en ten slotte het tweede aandrijfmechanisme (85) voor het verwijderen van de vasthoudinrichting (70) en de beide klauwen (30, 40) van het voorwerp 40 (90) bedient. Hierbij 4 bladen tekening
NL9100154A 1990-01-30 1991-01-30 Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen. NL194784C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US07/472,287 US5000233A (en) 1990-01-30 1990-01-30 Method and machine for automatically mounting and tightening clamps
US47228790 1990-01-30

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9100154A NL9100154A (nl) 1991-08-16
NL194784B NL194784B (nl) 2002-11-01
NL194784C true NL194784C (nl) 2003-03-04

Family

ID=23874885

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9100154A NL194784C (nl) 1990-01-30 1991-01-30 Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen.

Country Status (19)

Country Link
US (1) US5000233A (nl)
JP (1) JP3151222B2 (nl)
AT (1) AT398180B (nl)
AU (1) AU631959B2 (nl)
BE (1) BE1005609A3 (nl)
BR (1) BR9100280A (nl)
CA (1) CA2033570C (nl)
CZ (1) CZ285159B6 (nl)
DE (1) DE4101138C2 (nl)
ES (1) ES2028590A6 (nl)
FR (1) FR2657553B1 (nl)
GB (1) GB2242846B (nl)
HU (1) HU214397B (nl)
IT (1) IT1247808B (nl)
MX (1) MX166994B (nl)
NL (1) NL194784C (nl)
PT (1) PT96614B (nl)
SE (1) SE510599C2 (nl)
ZA (1) ZA91407B (nl)

Families Citing this family (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5174019A (en) * 1990-12-06 1992-12-29 Eastman Kodak Company Apparatus and method for closing and plastically forming a non-circular cylindrical shell for a container
DE4318145C2 (de) * 1993-06-01 1996-08-14 Fraunhofer Ges Forschung Vorrichtung zur automatischen Montage von Schlauchsicherungselementen, insbesondere von Schneckengewindeschellen
US5819399A (en) * 1997-03-07 1998-10-13 Eastman Kodak Company Apparatus for closing a preform shell about a film spool or similar object
US5809640A (en) * 1997-03-07 1998-09-22 Eastman Kodak Company Spooling equipment
AU744076B2 (en) * 1998-02-26 2002-02-14 Oetiker Schweiz Ag Device for placing a mechanical retaining means
DE602006018922D1 (de) * 2005-06-16 2011-01-27 Poly Clip System Corp Klemmenverschlusssystem
CN100363154C (zh) * 2005-11-30 2008-01-23 李德锵 一种自动夹紧机构
EP2503094A1 (en) * 2007-06-15 2012-09-26 Weatherford Lamb, Inc. Control line running system
AU2012201073B2 (en) * 2007-06-15 2012-12-06 Weatherford Technology Holdings, Llc Control line running system
US20090031778A1 (en) * 2007-08-01 2009-02-05 Emerson Electric Co. Multi-application crimping or pressing tool
FR2931451B1 (fr) * 2008-05-22 2010-12-17 Fmc Technologies Sa Dispositif de commande pour systeme de chargement et/ou dechargement de fluides
CN102390606B (zh) * 2011-07-22 2013-09-25 孙激扬 钢筋捆扎机械手
DK3090834T3 (en) * 2015-05-08 2018-10-29 Geberit Int Ag Press tool for a fitting with press lug
JP6926446B2 (ja) * 2016-11-10 2021-08-25 マックス株式会社 結束機
CN108016653A (zh) * 2017-12-28 2018-05-11 黑龙江建龙钢铁有限公司 一种棒材打包成型器
DE102019213323B4 (de) * 2019-09-03 2021-03-25 Leoni Bordnetz-Systeme Gmbh Clipmodul zur Positionierung eines Clips an einer vorgegebenen Montageposition eines Leitungsstrangs sowie Montagekopf mit einem derartigen Clipmodul

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US633790A (en) * 1899-01-06 1899-09-26 Albert Marion Burgher Hose-clamping device.
US3257874A (en) * 1964-04-07 1966-06-28 K D Mfg Co Hose-clamp deforming pliers
US3810495A (en) * 1973-02-12 1974-05-14 Continental Drilling Co Automatic stapling system
DE2812086C3 (de) * 1977-03-30 1981-02-26 Ntn Toyo Bearing Co. Ltd., Osaka (Japan) Vorrichtung zum Befestigen eines Metallklemmbandes um einen mit einer Hülse versehenen zylindrischen Körper
US4299012A (en) * 1979-05-08 1981-11-10 Hans Oetiker Hose clamp
US4356845A (en) * 1980-10-24 1982-11-02 Rca Corporation Holding and notching tool for CRT implosion protection
US4425781A (en) * 1981-02-04 1984-01-17 Hans Oetiker Method for manufacturing hose clamps
US5325578A (en) * 1987-02-20 1994-07-05 Hans Oetiker Ag Maschinen- Und Apparatefabrik Apparatus and method for automatically installing clamps
GB2201105B (en) * 1987-02-20 1991-06-19 Oetiker Hans Maschinen Clamp installation method and apparatus
DE3719623A1 (de) * 1987-06-12 1988-12-22 Opel Adam Ag Montagevorrichtung zum aufbringen eines metallklemmbandes auf einen zylindrischen koerper

Also Published As

Publication number Publication date
AU631959B2 (en) 1992-12-10
AT398180B (de) 1994-10-25
CZ285159B6 (cs) 1999-05-12
HU910309D0 (en) 1991-08-28
ITMI910180A0 (it) 1991-01-25
FR2657553B1 (fr) 1994-06-03
HUT59628A (en) 1992-06-29
AU6988491A (en) 1991-08-01
HU214397B (hu) 1998-03-30
NL9100154A (nl) 1991-08-16
ITMI910180A1 (it) 1992-07-25
CA2033570C (en) 2002-02-19
NL194784B (nl) 2002-11-01
JPH04211705A (ja) 1992-08-03
GB9100474D0 (en) 1991-02-20
ES2028590A6 (es) 1992-07-01
CS9100213A2 (en) 1991-11-12
ZA91407B (en) 1991-10-30
DE4101138C2 (de) 1995-03-30
SE9100269L (sv) 1991-07-31
BE1005609A3 (fr) 1993-11-23
SE9100269D0 (sv) 1991-01-29
US5000233A (en) 1991-03-19
JP3151222B2 (ja) 2001-04-03
GB2242846B (en) 1993-11-24
PT96614A (pt) 1992-09-30
DE4101138A1 (de) 1991-08-01
FR2657553A1 (fr) 1991-08-02
PT96614B (pt) 1998-07-31
SE510599C2 (sv) 1999-06-07
BR9100280A (pt) 1991-10-22
MX166994B (es) 1993-02-19
IT1247808B (it) 1995-01-02
CA2033570A1 (en) 1991-07-31
ATA20491A (de) 1994-02-15
GB2242846A (en) 1991-10-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL194784C (nl) Inrichting voor het automatisch monteren en vastzetten van klemmen.
JP4176091B2 (ja) 加工物のプレスのためのプレス工具
US4377428A (en) Method of friction welding
US6116588A (en) Clamping device
US4003238A (en) Mechanism for installing hose band clamps
EP0754595A3 (de) Variable Schnellbefestigung für Dachkoffer auf Autodach-Querträgern
CN217529822U (zh) 一种具有夹持功能的汽车消音器挂勾组合焊接装置
US4679782A (en) Mechanical toggle clamp with means for applying uniform clamping force
US7357289B2 (en) Welding head for a strap binding machine
JPH11222204A (ja) バンド掛装置
EP0796697B1 (en) Band clamping machine
CN208963207U (zh) 尾门固定工装
US3451250A (en) Clip gun
US5906038A (en) Method of mounting belt fasteners on conveyor belts
JPH0741665B2 (ja) 合成樹脂層プレス材板を熱間成形する方法及び装置
JP2648895B2 (ja) 熱可塑性帯の結束ヘッド
US5345661A (en) Seat skinning and method
JP2001041206A (ja) 棒の上に部材を固定するためのクリップ、及び少なくとも1つの該クリップを含むドキュメント供給機。
JPH0442638Y2 (nl)
JP4005686B2 (ja) ワークのクランプ機構
JP3053358B2 (ja) 振動溶着機におけるパーツクランピング装置
JP3647978B2 (ja) 常温圧接機およびその運転制御方法
JP3030797B2 (ja) シャトル式搬送装置
DE59405011D1 (de) Verbindungseinrichtung für Profilteile
JP3523169B2 (ja) クランプバンドの自動締付け方法とその装置

Legal Events

Date Code Title Description
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20110130