NL9420018A - Giethuls met keramische voering. - Google Patents

Giethuls met keramische voering. Download PDF

Info

Publication number
NL9420018A
NL9420018A NL9420018A NL9420018A NL9420018A NL 9420018 A NL9420018 A NL 9420018A NL 9420018 A NL9420018 A NL 9420018A NL 9420018 A NL9420018 A NL 9420018A NL 9420018 A NL9420018 A NL 9420018A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
casting sleeve
main body
body portion
ceramic liner
sleeve according
Prior art date
Application number
NL9420018A
Other languages
English (en)
Inventor
Arnold Hansma
Original Assignee
Ah Casting Serv Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ah Casting Serv Ltd filed Critical Ah Casting Serv Ltd
Publication of NL9420018A publication Critical patent/NL9420018A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B22CASTING; POWDER METALLURGY
    • B22DCASTING OF METALS; CASTING OF OTHER SUBSTANCES BY THE SAME PROCESSES OR DEVICES
    • B22D17/00Pressure die casting or injection die casting, i.e. casting in which the metal is forced into a mould under high pressure
    • B22D17/20Accessories: Details
    • B22D17/2015Means for forcing the molten metal into the die
    • B22D17/2023Nozzles or shot sleeves
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B22CASTING; POWDER METALLURGY
    • B22DCASTING OF METALS; CASTING OF OTHER SUBSTANCES BY THE SAME PROCESSES OR DEVICES
    • B22D17/00Pressure die casting or injection die casting, i.e. casting in which the metal is forced into a mould under high pressure
    • B22D17/20Accessories: Details

Description

Giethuls met keramische voering.
TECHNISCH GEBIED
Deze uitvinding heeft betrekking op het gebied van spuitgietapparatuur en meer in het bijzonder op de giethulzen behorende tot dergelijke apparatuur.
ACHTERGROND VAN DE TECHNIEK
Traditionele apparatuur en werkwijzen voor het spuit-gieten van gesmolten metaal in matrijzen zijn welbekend. Dergelijke metalen omvatten, onder andere, aluminium, staal, wel-staalsoorten, messing, brons en verschillende exotische legeringen. Bij spuitgietmachines wordt een metalen giethuls stevig aan de matrijsplaat bevestigd in fluïdumcommunicatie met de matrijsholte zoals hier beneden meer uitgebreid wordt aangegeven. De giethuls strekt zich uitwendig uit vanaf de matrijsplaat en is ingericht om het gesmolten metaal via een toevoerpoort daarin te ontvangen, welke poort is ingericht om het gesmolten aluminium door te laten naar de matrijsholte. Giethulzen hebben kenmerkend een lengte tussen 24" en 48" en een diameter van 6" tot 14" en zijn kenmerkend vervaardigd uit een staalsoort van hoge kwaliteit zoals staal van kwaliteit H-13, welk staal duur is. Voorts vereist het warmtebehandelings-proces, dat wordt toegepast voor het harden van staal, hoge temperaturen hetgeen vaak leidt tot het kromtrekken van het staal. De giethuls heeft een cilinderboring die zich over de lengte daarvan uitstrekt, welke cilinderboring kenmerkend cirkelvormig is in dwarsdoorsnede en in fluïdumcommunicatie staat met de toevoerpoort aan het ene uiteinde en met de matrijsholte aan het tegenovergelegen andere uiteinde. Voorts moet de cilinderboring van de giethuls mechanisch worden bewerkt tot binnen toleranties van ongeveer 0,001" tot ongeveer 0,002" teneinde een daarmee samenwerkende zuiger in glijdende relatie daarbinnen te ontvangen welke mechanische bewerking duur is en tijd vergt. Een kenmerkende giethuls kan dientengevolge in de orde van ongeveer $ 750,— tot ongeveer $ 4.000,— kosten.
Tijdens gebruik wordt een eerste uiteinde van de giethuls in een montage-opening in de matrijsplaat gestoken, met welke plaat deze stevig wordt verbonden. Het eerste uit einde van de cilinderboring strekt zich aldus uit door de matrijsplaat en staat via het open uiteinde daarvan in verbinding met de holte van de matrijs, welke matrijs stevig is gemonteerd aan de tegenovergelegen zijde van de matrijsplaat. De cilinderboring van de giethuls is op deze manier in de spuit-gietmachine in fluïdumcommunicatie met de matrijsholte gemonteerd. Gesmolten metaal van kenmerkend ongeveer 1450°F wordt vervolgens ofwel met behulp van een door een robot bestuurde gietlepel of een met de hand bediende gietlepel in de cilinderboring van de giethuls gegoten via de toevoerpoort. Zodra het gesmolten metaal is ingebracht in de cilinderboring van de giethuls koelt dit van de initiële temperatuur van ongeveer 1450°F af. Het is van belang dat het gesmolten metaal de matrijs bereikt in de nog geheel gesmolten toestand teneinde de uiteindelijke kwaliteit van het metalen gietstuk te verzekeren. Een grote hoeveelheid warmte wordt vanuit het gesmolten metaal overgedragen op de giethuls, voor een groot gedeelte omdat de giethuls is gemaakt uit staal van hoge kwaliteit, hetgeen een sterk warmtegeleidend materiaal is. Een dergelijk hoog verlies aan warmte is ongewenst, aangezien de mate van warmte-energie die verloren gaat naar de giethuls moet worden toegevoegd aan het oorspronkelijke gesmolten metaal in de vorm van een hogere initiële temperatuur. Het onnodig verhogen van de initiële temperatuur van het gesmolten metaal in het bijzonder boven 1000°F is ongewenst aangezien het zeer duur is metaal te verwarmen, speciaal gesmolten metaal, voorbij een temperatuur van ongeveer 1000°F. In feite is het smeltpunt van aluminium bijvoorbeeld in de orde van 1200°C. Kenmerkende initiële temperaturen van gesmolten aluminium, indien stalen giethulzen volgens de stand van de techniek worden gebruikt, zijn in de orde van 1450°F. De extra warmte-energie boven de smeltpunten is uitsluitend nodig om het metaal in de gesmolten toestand te houden tot het zich in de matrijsholte bevindt.
Ten gevolge van kostenoverwegingen wordt kenmerkend vereist dat de giethulzen in staat zijn 40.000 injecties van gesmolten metaal te kunnen doorstaan zonder storingen of excessieve slijtage. Giethulzen volgens de stand van de techniek bezitten kenmerkend een verwachte levensduur van maximaal on geveer 10.000 tot 15.000 injecties aangezien deze zijn onderworpen aan meerdere zware omgevingscondities, zoals blootstelling aaan corrosieve materialen bij een extreem hoge temperatuur en druk. Dit is voornamelijk het gevolg van het feit dat gesmolten metaal zeer corrosief is ten gevolge van additieven zoals silicium. Aluminium zoals dat wordt gebruikt voor het gieten van automobielonderdelen bijvoorbeeld bezit een bijzonder hoog siliciumgehalte, welk silicium de oorzaak is dat de binnenwand van de giethuls, die de cilinderboring definieert, op den duur gecorrodeerd raakt en daardoor onbruikbaar wordt. Voorts wordt de giethuls, wanneer het gesmolten metaal in de holle kern van de giethuls wordt gegoten, onderworpen aan zeer hoge thermische schokken, die op den duur veranderingen in de materiaaleigenschappen van het staal van hoge kwaliteit van de giethuls kunnen veroorzaken.
Gedurende het eigenlijke gietbedrijf bevindt zich een heen en weer bewegende zuiger glijdend binnen de cilinderboring van de giethuls. Alvorens het gesmolten metaal in de giethuls wordt gegoten wordt de zuiger teruggetrokken naar het tweede uiteinde van de giethuls, hetgeen het uiteinde is tegenover de matrijsholte. Nadat de giethuls is gevuld met gesmolten metaal wordt de zuiger in de cilindrische boring van de giethuls vooruit bewogen teneinde het gesmolten metaal onder druk in de giethuls te persen. Gedurende een dergelijk vooruit bewegen van de zuiger treden in het gesmolten materiaal in de giethuls drukken op in de orde van grootte van ongeveer 6.000 PSI tot ongeveer 14.000 PSI. Teneinde het gesmolten metaal binnen de cilinderboring van de giethuls te houden, te vermijden dat het gesmolten metaal langs de zuiger ontsnapt en de hoge druk in de giethuls en de matrijs te behouden is de zuiger ingericht om functioneel tegen de binnenwand die de cilinderboring van de giethuls definieert af te dichten. De binnenwand moet dus mechanisch worden bewerkt tot toleranties gelegen binnen ongeveer 0,001M tot ongeveer 0,002" en moet tot op een zeer kleine waarde gedurende de bruikbare levensduur binnen de originele vorm en afmeting blijven. Aangezien een bekende stalen giethuls niet voor meer dan ongeveer 10.000 tot ongeveer 15.000 injecties binnen zeer nauwe toleranties blijft, hetgeen aanmerkelijk korter is dan de levensduurver- wachting van een matrijs, zou de giethuls ten minste één keer gedurende de levensduur van de matrijs moeten worden vervangen. Een dergelijke vervanging is ongewenst aangezien de tijd, waarin de spuitgietmachine gedurende de vervanging buiten dienst is en het arbeidsloon voor het vervangen van een giethuls zeer kostbaar zijn. Om veilig te kunnen werken moet een matrijs kenmerkend aanmerkelijk worden afgekoeld vanaf de bedrijf stemperatuur tussen ongeveer 300° en 400°, hetgeen meerdere uren kan vergen. De matrijs moet worden verhit tot bedrijf stemperatuur . Het is niet ongebruikelijk dat de "uitval-tijd", noodzakelijk voor het verwisselen van een giethuls alsmede al de daarmee samenhangende overige onderdelen, in de orde van 8 uur kan zijn. Een dergelijke uitvaltijd en dergelijke arbeidskosten zijn aanzienlijk, rekening houdend met de hoeveelheid demontage die noodzakelijk is en verder inclusief het verwijderen van koelleidingen. Voorts zijn giethulzen volgens de stand van de techniek kostbaar, zoals reeds eerder vermeld, ongeveer tot $ 4.000,—.
Het afdichten van de zuiger tegen de binnenwand, die de cilinderboring definieert, veroorzaakt daartussen een betrekkelijk hoge wrijving die het noodzakelijk maakt dat een geschikt smeermiddel wordt gebruikt op de zuiger, kenmerkend een losmaakmiddel gebaseerd op grafiet. Ten gevolge van de hoge temperaturen van het gesmolten metaal wordt het smeermiddel voor een belangrijk deel verbrand, hetgeen ongewenste scherpe rook en dampen veroorzaakt die vanuit het oogpunt van gezondheid en veiligheid van het bedienende personeel als een risico worden beschouwd. Ook kan de vermenging van overtollig smeermiddel in het gesmolten injectiemateriaal een negatieve uitwerking hebben op de kwaliteit van het te gieten metalen onderdeel ten gevolge van impregnering van smeermiddel in het metaal dat wordt gegoten. Voorts moet eventueel overtollig smeermiddel worden verwijderd hetgeen uit milieu-oogpunt als een probleem wordt beschouwd.
Aan het einde van de spuitgietcyclus is het normaal dat een gedeelte van het gesmolten metaal in de cilinderboring van de giethuls nabij de zuiger stolt. Dit gestolde gedeelte wordt in de industrie normaal gesproken aangeduid als "perskoek" (in het Engels "biscuit"). Een perskoek wordt verwijderd na iedere cyclus door verder vooruit bewegen van de zuier. De perskoek zit normaal gesproken betrekkelijk vast in het eerste uiteinde van de cilinderboring van de giethuls en er is dientengevolge een grote hoeveelheid wrijving aanwezig tussen de perskoek en de giethuls wanneer de perskoek door de zuiger wordt uitgedreven. Dientengevolge wordt het gedeelte van de binnenwand van de cilindrische boring van de giethuls nabij het eerste uiteinde (dat wil zeggen de positie meest nabij de matrijs) aan een grote mate van slijtage onderworpen gedurende de verwijdering van de perskoek.
Een ander probleem dat wordt ontmoet bij het gebruik van de giethulzen volgens de stand van de techniek komt voort uit het feit dat het vaak gewenst is zich radiaal uitstrekkende vloeistofkanalep, zogenaamde "spuitkanalen", in het oppervlak van de giethuls bij het eerste uiteinde te verschaffen, waar deze zoals eerder beschreven in fluïdumcommunicatie staat met de matrijsholte. Dergelijke spuitkanalen worden aangebracht om een grotere toestroming van gesmolten metaal vanuit de cilinderboring van de giethuls mogelijk te maken naar de matrijsholte of in bepaalde delen van de matrijsholte. Het gebruik van spuitkanalen heeft voordelen omdat het een sneller en meer gelijkmatig vullen van de matrijs mogelijk maakt en voorts het mogelijk maakt dat de matrijsholte een grotere diepte bezit in de afdekzijde van de matrijs waardoor meer speling ontstaat voor het plaatsen van een bepaald deel in de matrijs. Het is moeilijk en duur om dergelijke spuitkanalen in het oppervlak aan het eerste uiteinde van de giethuls aan te brengen gezien de grote lengte en de grote massa van de bekende giethulzen waardoor de hantering moeilijk wordt gemaakt. Spuitkanalen worden, hoewel gewenst, vaak bij de bekende giethulzen weggelaten in verband met de moeilijkheid en de kosten van het aanbrengen daarvan. Sommige soorten onderdelen zijn moeilijk met behulp van spuitgieten te vervaardigen zonder aanwezigheid van spuitkanalen. Het is ook bekend dat sommige soorten van exotische legeringen moeilijk zijn te spuitgieten zonder gebruikmaking van spuitkanalen in de giethuls waardoor het spuitgieten van deze legeringen extreem duur wordt.
Voorts, in het geval dat de matrijs moet worden verwisseld voordat de giethuls is versleten, moet de giethuls niettemin worden verwisseld met het oog op de mogelijkheid van het aanbrengen van geschikte spuitkanalen in de nieuwe giethuls. De giethuls moet dan worden weggegooid ofschoon deze nog functioneel is.
Eén soort uit de stand van de techniek bekende giethuls die is gericht op het oplossen van sommige van de problemen van de eerdere soorten giethulzen volgens de stand van de techniek staat bekend als een "onderbroken giethuls". Een onderbroken giethuls is in wezen een uit twee delen bestaande giethuls die ter plaatse van het middelste punt van de lengte in radiale richting in tweeën is gedeeld. De twee gedeelten van de onderbroken huls worden door pennen met elkaar verbonden voor het vormen van een volledig functionele giethuls. Eén gedeelte is verbonden met de matrijsplaat en het andere gedeelte strekt zich naar buiten vanaf de matrijsplaat uit en is van het achterblijvende gedeelte verwijderbaar door verwijdering van de pennen of bouten die de twee gedeelten tezamen houden. Het is zodoende mogelijk uitsluitend het ene gedeelte van de giethuls dat zich het verste van de matrijs af bevindt te vervangen, welk gedeelte vaak het "achterste uiteinde" van de onderbroken huls wordt genoemd, zonder vervanging van het andere gedeelte van de onderbroken huls. Dit is wenselijk aangezien het "achterste uiteinde" van de onderbroken huls, dat de toelaatpoort omvat, aan grotere thermische schokken en corrosie wordt blootgesteld dan het andere gedeelte van de onderbroken huls en daarom kenmerkend eerder versleten raakt dan het "voorste uiteinde" dat is verbonden met de matrijsplaat. Verder is het niet noodzakelijk om het "voorste uiteinde" van de giethuls te demonteren van de matrijs om de volledige onderbroken huls te vervangen indien uitsluitend het "achterste uiteinde" behoeft te worden vervangen. Een onderbroken giethuls behoudt evenwel de eerdergenoemde problemen betreffende warmte-overdracht, slijtage en smering. Bovendien worden door het gebruik van gedeelde giethulzen nieuwe problemen in het leven geroepen. Dat wil zeggen, de beide gedeelten van de onderbroken huls kunnen niet geheel concentrisch zijn ten opzichte van elkaar binnen de 0,001" tot 0,002" die voorheen werd besproken. Een dergelijk gebrek aan concentriciteit veroorzaakt vroegtijdige slijtage op de plek waar de zuiger de verbinding tussen de twee helften van de cilinderboring van de giethuls ontmoet. Gebrek aan concentriciteit tussen de twee cilinderboringhelften kan het ook moeilijk maken om een afdichtende samenwerking te handhaven tussen de zuiger en de binnenwand van de holle kern van de giethuls in beide helften van de cilinder.
Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding een giethuls voor spuitgietmachines te verschaffen die deze en daarmee gepaard gaande andere problemen samenhangend met de giethulzen volgens de stand van de techniek overwint.
Meer in het bijzonder is het een doel van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen, die de hoeveelheid warmte, die door het gesmolten metaal dat wordt gegoten verloren gaat, vermindert tijdens verblijf in de giethuls.
Het is een ander doel van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen, die beter bestand is tegen de corrosieve werking van gesmolten metalen dan de giethulzen volgens de stand van de techniek.
Het is een verder doel van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen, die beter bestand is tegen fysieke slijtage dan de giethulzen volgens de stand van de techniek.
Het is een ander doel van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen, die beter bestand is tegen hoge thermische schokken dan de giethulzen volgens de stand van de techniek.
Het is nog een verder doel van de onderhavige uitvinding een uit meerdere delen bestaande giethuls te verschaffen die gemakkelijker en met minder kosten onder de standaardbe-drijfscondities kan worden gehouden dan de giethulzen volgens de stand van de techniek.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen die de noodzaak tot het gebruik van extra smeermiddelen tijdens het spuitgietproces in aanmerkelijke mate vermindert.
Het is een doel van een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen die een verwijderbaar en vervangbaar eindkraagmiddel omvat dat geschikt is om daarin snel en gemakkelijk spuitkanalen aan te brengen ten behoeve van verbeterde inbrenging van gesmolten metaal in een matrijsholte waardoor een verhoogde ontwerp-flexibiliteit voor de matrijzen ontstaat.
Het is een ander doel van een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding een giethuls te verschaffen die een verwijderbaar en vervangbaar eindkraagmiddel omvat dat kan worden vervangen onafhankelijk van de behoefte zoals vervanging van de overige delen van de giethuls.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Overeenkomstig de onderhavige uitvinding wordt een van een voering voorziene giethuls verschaft voor gebruik bij het spuitgieten van gesmolten metaal. De gevoerde giethuls omvat een langwerpig hoofdlichaamsgedeelte met een eerste longitudinale as en omvattende een eerste continu binnenwandop-pervlak dat een ontvangstboring definieert die zich axiaal uitstrekt tussen een eerste uiteinde en een tweede uiteinde van het hoofdlichaamsgedeelte. Een eerste toevoerpoort staat in open verbinding met het continue binnenwandoppervlak en is geschikt om gesmolten metaal door te laten naar de ontvangst-boring. Een langwerpige keramische voering is eveneens voorzien welke voering geschikt is voor stevige plaatsing binnen de ontvangstboring welke voering een tweede longitudinale as bezit en een tweede continu binnenwandoppervlak dat een cilindrische boring definieert die zich axiaal uitstrekt tussen een eerste uiteinde en een tweede uiteinde van de voering en een buitenwandoppervlak dat geschikt is voor wrijvingscontact met het eerste continue binnenwandoppervlak. De eerste en tweede uiteinden van de keramische voering vallen in hoofdzaak samen met de eerste en tweede uiteinden van het hoofdlichaamsgedeel— te. Een tweede toevoerpoort staat in open verbinding met de buitenzijde van de voering in uitlijning met de eerste toevoerpoort en is geschikt om gesmolten metaal door te laten naar de cilinderboring. De langwerpige keramische voering fungeert als een fysieke en thermische isolator voor het beschermen van het eerste continue binnenwandoppervlak van het hoofdlichaamsgedeelte tegen contact met het gesmolten metaal. De giethuls omvat voorts bij voorkeur een eindkraagmiddel met een eerste uiteinde en een tweede uiteinde waarvan het tweede uit- einde geschikt is voor stevige verbinding met het eerste uiteinde van het hoofdlichaamsgedeelte en het eerste uiteinde geschikt is voor functionele samenwerking met een spuitgietma-trijs.
Andere voordelen, karakteristieken en kenmerken van de onderhavige uitvinding alsmede werkwijzen en functies van de betreffende elementen van de constructie en de combinatie van onderdelen en bezuinigingen bij de vervaardiging zullen duidelijker worden na beschouwing van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving en de bijgevoegde conclusies met verwijzing naar de bijbehorende tekeningen, welke laatste hieronder kort zullen worden beschreven.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
Fig. 1 van de bijgevoegde tekening is een zijaanzicht van een kenmerkende spuitgietmachine met een giethuls volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding daarop gemonteerd; fig. 2 van de tekening is een aanzicht in dwarsdoorsnede van de spuitgietmachine en de giethuls volgens de onderhavige uitvinding genomen langs lijn 2-2 in fig. 1; fig. 3 is een perspectivisch aanzicht van de giethuls volgens fig. 1, verwijderd van de spuitgietmachine; fig. 4 is een isometrisch explosie-aanzicht van de giethuls volgens fig. 3; en fig. 5 is een vergrote dwarsdoorsnede van de giethuls volgens fig. 3, genomen langs de lijn 5-5, waarbij de matrijsplaat en de matrijsgedeelten van de spuitgietmachine en de zuiger van de machine worden getoond in streep-stippellijnen.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN EEN VOORKEURSUITVOERINGSVORM
Er zal nu worden verwezen naar fig. 1, die een spuitgietmachine toont, aangegeven door het algemene verwijzings-cijfer 20, welke kan bestaan uit een hoge- of lagedrukspuit-gietinrichting. De spuitgietinrichting 20 omvat een matrijs die daarop in werkzame positie is aangebracht, welke matrijs een eerste matrijshelft 22 en een tweede matrijshelft 26 omvat. De eerste en tweede matrijshelft 22, 26 zijn met behulp van gebruikelijke middelen respectievelijk bevestigd op een eerste matrijsplaat 24 en en een tweede matrijsplaat 28. De eerste matrijshelft 22, de eerste matrijsplaat 24, de tweede matrijshelft 26 en de tweede matrijsplaat 28 worden uiteindelijk ondersteund door een basisonderdeel 30. De tweede matrijshelft 26 en de tweede matrijsplaat 28 zijn lateraal beweegbaar langs het basisonderdeel 30 zodanig dat de tweede matrijshelft 26 in de gesloten positie kan worden gebracht waarbij deze in innig contact is met de eerste matrijshelft 22 gedurende de spuitgietbewerking. De tweede matrijshelft 26 en tweede matrijsplaat 28 kunnen ook worden gescheiden van de eerste matrijshelft 22 na beëindiging van één cyclus van de gietbewerking teneinde het uitwerpen van de gegoten onderdelen uit de matrijsholten 29 mogelijk te maken. Een sluitmechanisme 32 in de vorm van een tweetal scharnierende armen aan iedere zijde van de tweede matrijsplaat 28 (slechts één tweetal getoond) wordt gebruikt om de tweede matrijshelft 26 en de tweede matrijsplaat 28 in en uit de gesloten positie te bewegen in nauw contact met de eerste matrijshelft 22. De gevoerde giet-huls volgens de onderhavige uitvinding, die is aangegeven door het algemene verwijzingscijfer 40, is stevig bevestigd met behulp van gebruikelijke bevestigingsmiddelen in de eerste matrijshelft 22 en de eerste matrijsplaat 24.
Tot de spuitgietinrichting 20 behoort ook een aan-voermechanisme 34 omvattende een zuiger 36 die beweegbaar is gehuisvest in een beschermend huis 38. De zuiger 36 wordt glijdend ontvangen in de gevoerde giethuls 40 en wordt gebruikt om gesmolten metaal aan te voeren door de gevoerde giethuls 40 zoals nu meer in detail zal worden besproken.
Zoals fig. 1 toont bevindt de gevoerde giethuls 40 volgens de onderhavige uitvinding zich in een horizontale oriëntatie. Het is ook mogelijk de gevoerde giethuls 40 volgens de onderhavige uitvinding te gebruiken bij spuitgietma-chines waarbij de giethuls in een verticale oriëntatie dient te zijn aangebracht, dergelijke machines staan bekend als "verticale spuitgief'-machines. Voorts bezit de gevoerde giethuls 40 volgens de onderhavige uitvinding een zuiger 36 die daarmee samenwerkt om het gesmolten metaal in de gietholte 29 te persen. Het is ook mogelijk de gevoerde giethuls 40 volgens de onderhavige uitvinding te gebruiken bij gietmachines die een dergelijke zuiger niet vereisen zoals gietmachines die gebruik maken van de zwaartekracht om het gesmolten metaal in de gietholten te voeren.
Er zal nu worden verwezen naar de fig. 3, 4 en 5 om de gevoerde giethuls 40 volgens de onderhavige uitvinding meer in detail te beschrijven. De gevoerde giethuls 40 omvat een langwerpig hoofdlichaamsgedeelte 42 met een eerste longitudinale as die algemeen wordt aangegeven door de verwijzingslijn "B" in fig. 3. Een eerste continu binnenwandoppervlak 44 definieert een ontvangstboring 46 (zie fig. 4) welke ontvangstbo-ring 46 zich algemeen centraal binnen het hoofdlichaamsgedeelte 42 bevindt en zich axiaal uitstrekt tussen een eerste uiteinde 48 en een tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42. De ontvangstboring 46 heeft algemeen een constante dwarsdoorsnede en afmeting over diens axiale lengte waarbij de voorkeursvorm van de dwarsdoorsnede een cirkel is. Er is een eerste toevoerpoort 52 die in open verbinding staat met het continue binnenwandoppervlak 44 welke eerste toevoerpoort 52 geschikt is voor het verschaffen van doorgang van gesmolten metaal naar de ontvangstboring 46. De eerste toevoerpoort 52 bevindt zich bij voorkeur nabij het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42.
Teneinde te voorkomen dat het hoofdlichaamsgedeelte 42 buiten de eerste matrijshelft 22 en de eerste matrijsplaat 24 uitsteekt, welke relatieve beweging algemeen volgens de eerste longitudinale as "B" zou zijn, is een radiaal zich naar buiten uitstrekkende flens 45 gevormd als een integraal gedeelte van het hoofdlichaamsgedeelte 42. De flens 45 is geschikt om te worden opgenomen in een overeenkomstige verdieping 25 in de eerste matrijsplaat 24.
Een langwerpige keramische voering 60 is geschikt voor stevig aanbrengen binnen de ontvangstboring 46 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42. De langwerpige keramische voering 60 wordt normaal in de ontvangstboring 46 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 aangebracht via het tweede uiteinde daarvan zoals door de gebogen pijl wordt getoond in fig. 4. Eenmaal op zijn plaats bevinden de eerste en tweede uiteinden 68 en 70 van de keramische voering 60 zich algemeen samenvallend met de eerste en tweede uiteinden 48 en 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42. De langwerpige keramische voering 60 bezit een tweede longitudinale as "C" die zich algemeen centraal bevindt over de lengte van de keramische voering 60. Wanneer de langwerpige keramische voering 60 zich op zijn plaats bevindt in de ontvangstboring 46 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 vallen de eerste en tweede longitudinale assen "B" en "C" samen of zijn althans in hoofdzaak evenwijdig.
De langwerpige keramische voering 60 bezit een tweede continu binnenwandoppervlak 64 dat een cilinderboring 66 definieert, welke cilinderboring 66 zich algemeen centraal bevindt binnen de langwerpige keramische voering 60 en zich axiaal uitstrekt tussen de eerste en tweede uiteinden 68 en 70 van de keramische voering 60. De cilinderboring 66 is bij voorkeur constant van dwarsdoorsnede en afmeting over de axiale lengte waarbij de voorkeursvorm van de dwarsdoorsnede cirkelvormig is. De langwerpige keramische boring 60 bezit ook een buiten-wandoppervlak 74 dat geschikt is voor wrijvingscontact met het eerste continue binnenwandoppervlak 44 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42. Het wrijvingscontact is bij voorkeur een klemmend wrijvingscontact hetgeen op de volgende manier wordt bewerkstelligd. De buitendiameter "D" van het buiten-wandoppervlak 74 van de langwerpige keramische voering 60 wordt bewerkt tot binnen een tolerantie van ongeveer 0,001" tot ongeveer 0,002" over de lengte daarvan en is ongeveer 0,004" groter dan de diameter van het eerste continue binnenwandoppervlak 44 van de ontvangstboring 46. Dientengevolge is het noodzakelijk om gebruik te maken van een bewerking van het krimppassingssoort teneinde het inbrengen van de langwerpige keramische voering 60 in de ontvangstboring 46 mogelijk te maken. Dit kan op één van twee manieren worden uitgevoerd. In de eerste plaats wordt de temperatuur van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 gedurende het bedrijf van de spuit-gietmachine 20 routinematig verhoogd tot ergens tussen 500°F en 1450°F. De diameter van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 en dus de diameter van de ontvangstboring 46 wordt dientengevolge vergroot met misschien 0,005", hetgeen het gemakkelijk inbrengen van de keramische voering 60 in de ont- vangstboring 46 mogelijk zou maken. Na inbrenging van de langwerpige keramische voering 60 in de ontvangstboring 46 zal warmte door het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 worden overgedragen aan de langwerpige keramische voering 60 hetgeen uitzetting van de keramische voering 60 zal veroorzaken tot een diameter waarbij deze klemmend past in de ontvangstboring 46. Als andere mogelijkheid, indien het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 zich niet op een hoge temperatuur bevindt, kan de langwerpige keramische voering 60 worden afgekoeld tot een zeer lage temperatuur teneinde de langwerpige keramische voering 60 in het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 aan te brengen.
Het heeft de voorkeur dat de langwerpige keramische huls 60 een enigszins hogere uitzettingscoëfficiënt bezit dan het hoofdlichaamsgedeelte 42 zodat de keramische voering 60 klemmend zal uitzetten tegen het hoofdlichaamsgedeelte 42. Dit is belangrijk omdat het hoofdlichaamsgedeelte 42 is vervaardigd uit metaal en daarom enigermate uitzet onder de druk van de spuitgietwerkwijze. De keramische voering 60 evenwel zet niet uit onder invloed van de druk van de spuitgietwerkwijze maar heeft de neiging om te barsten indien niet voldoende klemmend ondersteund rondom de omtrek. Wanneer de keramische voering 60 is uitgezet tot een grotere diameter door toegenomen uitzetting onder invloed van warmte zal het de neiging hebben om betrekkelijk constant klemmend in de ontvangstboring 46 te passen van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 naarmate de temperatuur van het hoofdlichaamsgedeelte 42 ook hoger wordt. Omgekeerd treedt de omgekeerde situatie op gedurende afname van temperatuur. Dergelijke toenamen of afnamen in temperatuur komen gedurende de normale werking van de spuitgietinrichting 20 voor, in het bijzonder wanneer gesmolten metaal in de cilinderboring 66 van de langwerpige keramische voering 60 wordt gegoten.
De langwerpige keramische voering 60 omvat verder een radiaal zich uitstrekkende flens 62 die zich bij het tweede uiteinde 70 daarvan bevindt. De flens 62 is ingericht om gedurende gebruik relatieve axiale beweging van de langwerpige keramische voering 60 in de richting van het eerste uiteinde 48 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 te beletten door aanslag tegen de schouder 54 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 en is ook ingericht om tijdens gebruik relatieve axiale beweging van de langwerpige keramische voering 60 in de richting van het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 te beletten door aanslag tegen een eindplaat 80, welke eindplaat 80 meer in detail hieronder zal worden besproken.
De langwerpige keramische voering 60 bezit een tweede toegangspoort 72 die in open verbinding staat met het externe wandoppervlak 74 van de keramische voering zodat de tweede toevoerpoort 72 is uitgelijnd met de eerste toevoerpoort 52.
De eerste toevoerpoort 52 en de tweede toevoerpoort 72 zijn daardoor geschikt om doorgang te verschaffen aan gesmolten metaal naar de cilindrische boring 66.
Teneinde relatieve beweging van de langwerpige keramische voering 60 in de richting van het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 te beletten, welke relatieve beweging algemeen volgens de eerste longitudinale as "B" zou zijn en zodoende ter beletting dat de langwerpige keramische voering 60 zich uit het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 zou bewegen is een eindplaatslichaam 80 verwijderbaar stevig aangebracht op het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 met behulp van op geschikte wijze van schroefdraad voorziene bouten 82 die door bijbehorende openingen 84 in de eindplaat 80 steken om door samenwerking van schroefdraden voor de bevestiging samen te werken met bijpassende openingen (niet getoond) in het tweede uiteinde 50 van het hoofdlichaamsgedeelte 42. Het eindplaatlichaam 80 bezit een algemeen centraal gesitueerde cirkelvormige opening 86, welke cirkelvormige opening 86 geschikt is om de zuiger 36 tijdens bedrijf te bevatten.
De van voering voorziene giethuls 40 van de onderhavige uitvinding omvat verder een eindkraagmiddel 90 dat een eerste en een tweede uiteinde 92 en 94 omvat. Het tweede uiteinde 94 is door een van draad voorzien gedeelte 95, geschikt voor stevige verbinding met het eerste uiteinde 48 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 dat is voorzien van een overeenkomstig van schroefdraad voorzien gedeelte 43 aanwezig nabij het tweede uiteinde. Het eerste uiteinde 92 van het eindkraagmiddel 90 is ingericht om in bedrijf samen te werken met het eer- ste matrijsgedeelte 92 en de eerste matrijsplaat 24 van de spuitgietmatrijs. Wanneer het eindkraaggedeelte 90 zich op zijn plaats bevindt wordt het eerste uiteinde 68 van de langwerpige keramische voering algemeen afgedekt en daardoor beschermd tegen fysieke beschadiging. Verder is het eindkraag-middel 90 ingericht om relatieve axiale beweging van de langwerpige keramische voering 60 in de richting van het eerste uiteinde 48 van het hoofdlichaamsgedeelte 42 te beletten teneinde aldus de langwerpige keramische voering 60 stevig binnen het hoofdlichaamsgedeelte 42 te houden. Het eindkraagmiddel 90 is ingericht om een inwendige spanning van 14.000 PSI te weerstaan en bestaat uit gehard staal van hoge kwaliteit zoals H13-staal teneinde de thermische schok te weerstaan, alsmede corrosie en fysieke slijtage door het gesmolten metaal en de fysieke slijtage door de zuiger 36 te weerstaan zoals hierboven reeds werd beschreven. Het eindkraagmiddel 90 omvat een opsluitdeel 96 dat zich axiaal naar binnen toe uitstrekt naar de eerste en tweede longitudinale assen "B" en "C". Het opsluitdeel 96 definieert een eindboring 98 van in hoofdzaak dezelfde diameter als de cilinderboring 66 van de langwerpige keramische voering 60.
Het eindkraagmiddel 90 kan ook een tweede langwerpige keramische voering daarin omvatten welke tweede langwerpige keramische voering het eindkraagmiddel 90 zou beschermen tegen fysieke en thermische beschadiging op een wijze algemeen analoog aan de keramische voering 60.
Bij de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm bezit het eindkraagmiddel 90 spuitkanalen 100. Het aantal spuitkanalen in het eindkraagmiddel 90 hangt geheel af van ontwerpoverwe-gingen betreffende de matrijshelften 22, 26. Er kan helemaal geen spuitkanaal aanwezig zijn of er kunnen vanaf één spuitka-naal 100 tot een grote hoeveelheid spuitkanalen 100 aanwezig zijn. Zoals het best kan worden gezien in fig. 2 staan de spuitkanalen 100 in fluïdumcommunicatie met de cilinderboring 66 van de langwerpige keramische voering 60 en in fluïdumcom-municatie met de matrijsholten 29, 29 (zie fig. 2). De spuitkanalen 100 zijn ingericht om de axiale stroming van gesmolten metaal vanuit de eindboring 98 te vergemakkelijken naar de matrijsholten 29. In het geval dat een nieuwe matrijs vereist wordt voordat vervanging van de giethuls nodig is kan het gehele eindkraagmiddel 90 worden vervangen teneinde aan de vereisten van de nieuwe matrijs tegemoet te komen zonder de rest van de giethuls te vervangen.
Overwogen wordt dat het eindkraagmiddel 90 kan zijn vervaardigd of mechanisch bewerkt tot iedere vereiste lengte en dat verder het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 en de langwerpige keramische voering 60 zodoende kunnen worden gedimensioneerd tot relatief weinig standaardlengten waardoor het aantal van benodigde lengten van hoofdlichaamsgedeelten wordt verminderd om een grote variëteit van verschillende fabrikaten en modellen van spuitgietmachines te kunnen bedienen. Dientengevolge kan een kleinere voorraad van standaardlengten van langwerpige hoofdlichaamsgedeelten 42 en de langwerpige keramische voering 60 worden aangehouden hetgeen de algemene pro-duktiekosten vermindert en ook de produktietijd vermindert vereist voor het produceren van een hoeveelheid giethulzen speciaal voor een specifiek fabrikaat en model van spuitgietmachines .
Tijdens bedrijf wordt gesmolten metaal in de cilin-derboring 66 gegoten van de langwerpige keramische voering van de gevoerde giethuls 40 via de eerste toevoerpoort 52 en de tweede toevoerpoort 72 zoals getoond in fig. 1 en in fig. 5 bij de pijl "A". Het gesmolten metaal vloeit gedeeltelijk langs de cilinderboring 66 van de langwerpige keramische voering 60. De langwerpige keramische voering 60 beschermt het eerste continue binnenwandoppervlak 44 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 tegen thermische schokcorrosie en fysieke slijtage. De keramische voering 60 is minder gevoelig voor thermische schokcorrosie en fysieke slijtage dan normale metalen giethulzen en is bovendien minder kostbaar bij vervanging in het geval dat vervanging noodzakelijk is aangezien slechts de voering zelf en misschien de eindkraag 90 (die hieronder meer in detail wordt beschreven) dienen te worden vervangen. Bij giethulzen volgens de bekende stand van de techniek (niet getoond) dient de gehele giethuls te worden vervangen. Voorts fungeert de keramische voering als een isolator met het gevolg de warmte van het gesmolten metaal langer kan worden vastgehouden. Dientengevolge kan de initiële tempe- ratuur van het gesmolten metaal lager zijn dan bij de giethul-zen volgens de bekende stand van de techniek bij dezelfde gewenste kwaliteitsbesturing van de spuitgegoten delen (niet getoond) die worden geproduceerd.
Is het gesmolten metaal eenmaal in de cilinderboring 66 gebracht dan wordt de zuiger 36 naar voren bewogen langs de cilinderboring 66 vanaf het tweede uiteinde 70 naar het eerste uiteinde 68 van de langwerpige keramische voering 60 zoals door de met streep-stippellijnen aangegeven pijl "E" wordt getoond in fig. 5. De langwerpige keramische voering 60 is van nature zelfsmerend hetgeen in hoofdzaak de noodzaak voor supplementaire smeermiddelen elimineert en het ook mogelijk maakt voor de zuiger 36 om relatief gemakkelijk langs de cilinderboring 66 te glijden. De langwerpige keramische voering 66 beschermt tevens het 'eerste continue binnenwandoppervlak 44 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 tegen wrijvingsschade door de zuiger 36.
Naarmate de zuiger 36 zich voortbeweegt langs de cilinderboring 66 drukt deze het gesmolten metaal voor zich uit door de cilinderboring 98 en de spuitkanalen 100 van het eind-kraagmiddel 90 en vervolgens in de matrijsholten 29. Kort daarna stolt het gesmolten metaal om het gewenste spuitgiet-produkt te vormen. Het tweede matrijsgedeelte 26 en de tweede matrijsplaat 28 worden vervolgens van de matrijshelft 22 af bewogen door het matrijstransportmechanisme 32 teneinde het gegoten produkt bloot te geven. Een deel van het gesmolten metaal blijft kenmerkend in de eindvoering 98 aanwezig van het eindkraagmiddel 90 en stolt om aldus de perskoek te vormen zoals reeds eerder werd beschreven. De cilinder 36 wordt vervolgens verder vooruit bewogen om de perskoek uit de eindbo-ring 98 te werpen. De cilinder 36 kan dan worden teruggetrokken naar de uitgangspositie zoals getoond in fig. 1 en een nieuwe spuitcyclus wordt herhaald.
Voor het vervangen van de langwerpige keramische voering 60 in het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 worden de bouten 82 uit de eindplaten 80 verwijderd, worden de eindpla-ten 80 verwijderd vanaf het tweede uiteinde 50 van het langwerpige hoofdlichaamsgedeelte 42 en wordt de langwerpige keramische voering 60 langs de tweede longitudinale as "C" ver- schoven totdat deze is verwijderd uit het langwerpige hoofdli-chaamsgedeelte 42. In sommige gevallen kan het noodzakelijk zijn om ook eerst de gevoerde giethuls 40 van de eerste matrijshelft 22 en de eerste matrijsplaat 24 te verwijderen en vervolgens het eindkraagmiddel 90 te verwijderen van de gevoerde giethuls 40 teneinde kracht uit te oefenen op de langwerpige keramische voering 60 bij diens eerste uiteinde 68.
Andere uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding vallen eveneens binnen de omvang en de geest van de hierin gepresenteerde conclusies. Bij een dergelijke alternatieve uitvoeringsvorm (niet geïllustreerd) wordt overwogen dat de gevoerde giethuls 40 van de onderhavige uitvinding een hoofd-1ichaamsgedeelte kan hebben dat bestaat uit een gedeeld huistype. De keramische voering van de reeds beschreven uitvinding zou in het hoofdlichaamsgedeelte van de gedeelde hulsuitvoering op dezelfde algemene manier passen als hierboven beschreven en zou bijdragen om de momenteel bekende problemen te verhelpen betreffende het op de juiste wijze concentrisch uitlijnen van de twee delen van de gedeelde huls.

Claims (22)

1. Gevoerde giethuls voor gebruik bij spuitgietmachi-nes voor gesmolten metaal in een metalen matrijs met eerste en tweede matrijshelften, waarbij de eerste matrijshelft is gemonteerd op een matrijsplaat, welke gevoerde giethuls omvat: een langwerpig hoofdlichaamsgedeelte met een eerste longitudinale as en omvattende een eerste continu binnenwand-oppervlak dat een ontvangstboring definieert die zich axiaal uitstrekt tussen een eerste uiteinde en een tweede uiteinde van het hoofdlichaamsgedeelte, welk hoofdlichaamsgedeelte is ingericht voor de stevige verwijderbare bevestiging van het eerste uiteinde binnen een overeenkomstige verdieping van constante dwarsdoorsnede die is gevormd in de eerste matrijshelft; een eerste toevoerpoort die in open verbinding staat met het continue inwendige wandoppervlak en ingericht is om doorgang te verschaffen aan het genoemde gesmolten metaal in de genoemde ontvangstboring; een langwerpige keramische voering geschikt voor stevige plaatsing binnen de genoemde ontvangstboring welke voering een tweede longitudinale as bezit en een tweede continu inwendig wandoppervlak bezit dat een cilinderboring definieert die zich axiaal uitstrekt tussen een eerste uiteinde en een tweede uiteinde van de voering en een extern wandoppervlak geschikt voor wrijvingscontact met het genoemde eerste continue inwendige wandoppervlak; welke eerste en tweede uiteinden van de keramische voering algemeen samenvallen met de eerste en tweede uiteinden van het hoofdlichaamsgedeelte; een tweede toevoerpoort die in open verbinding staat met het externe wandoppervlak van de voering in uitlijning met de genoemde eerste toevoerpoort en geschikt om het genoemde gesmolten metaal door te laten naar de cilinderboring; en een eindkraagmiddel met een eerste uiteinde en een tweede uiteinde, waarvan het tweede uiteinde is gedimensioneerd en voor het overige is ingericht voor stevige losneembare verbinding met het eerste uiteinde van het genoemde hoofd- lichaamsgedeelte en voor het passen van het genoemde eind-kraagmiddel geheel binnen de begrenzingen van de genoemde overeenkomstige verdieping zonder modificatie van de genoemde constante dwarsdoorsnede welk eerste uiteinde van het eind-kraagmiddel verder is ingericht voor functionele samenwerking met de genoemde eerste matrijshelft.
2. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, verder omvattende een eindplaatdeel dat is ingericht voor stevige verwijderbare aanbrenging op het hoofdlichaamsgedeelte bij het genoemde tweede uiteinde daarvan en verder is ingericht om relatieve beweging van de genoemde langwerpige keramische voering in de richting van het genoemde tweede uiteinde van het genoemde hoofdlichaamsgedeelte algemeen volgens de genoemde eerste longitudinale as uit te sluiten.
3. Giethuls volgens conclusie 2, waarin de eerste genoemde toevoerpoort en de genoemde tweede toevoerpoort zich nabij de tweede uiteinden bevinden van de genoemde respectievelijke langwerpige keramische voering en het genoemde hoofdlichaamsgedeelte .
4. Gevoerde giethuls volgens conclusie 3, waarin de genoemde eerste en tweede longitudinale assen in hoofdzaak evenwijdig zijn.
5. Gevoerde giethuls volgens conclusie 4, waarin de genoemde cilinderboring van de genoemde keramische voering is ingericht om een zuiger te ontvangen in een nauw passende geleidende relatie.
6. Gevoerde giethuls volgens conclusie 5, waarin het genoemde eindplaatdeel geschikt is om een zuigerstang in functionele relatie daardoorheen te ontvangen.
7. Gevoerde giethuls volgens conclusie 6, waarin de genoemde ontvangstboring en de genoemde cilinderboring ieder algemeen cirkelvormig in dwarsdoorsnedevorm zijn.
8. Gevoerde giethuls volgens conclusie 7, waarin de genoemde ontvangstboring en de genoemde cilinderboring ieder van een algemeen constante respectievelijke diameter zijn langs de respectievelijke eerste en tweede longitudinale assen.
9. Gevoerde giethuls volgens conclusie 8, waarin de genoemde langwerpige keramische voering verder een radiaal zich naar buiten uitstrekkende flens omvat die zich nabij het tweede uiteinde daarvan bevindt, welke flens is ingericht om tijdens gebruik relatieve axiale beweging van de genoemde langwerpige keramische voering naar het genoemde eerste uiteinde van het genoemde hoofdlichaamsgedeelte te beletten.
10. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin de genoemde langwerpige keramische voering en het genoemde hoofdlichaamsgedeelte zodanig zijn vervaardigd dat de buitendiameter van het genoemde externe wandoppervlak van de genoemde langwerpige keramische voering algemeen tot ongeveer 0,004 inch groter is dan de diameter van het genoemde eerste continue binnenwandoppervlak van de ontvangstboring zodanig dat een krimppassingsbewerking wordt vereist om het invoeren van de genoemde langwerpige keramische voering in de genoemde ont-vangstboring mogelijk te maken.
11. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin het materiaal van het genoemde hoofdlichaamsgedeelte en de genoemde langwerpige keramische voering ongeveer dezelfde uitzet-tingscoëfficiënt bezitten.
12. Gevoerde giethuls volgens concluise 1, waarin de eerste en tweede longitudinale assen samenvallen.
13. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin het genoemde hoofdlichaamsgedeelte van het gedeelde huistype is.
14. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin, wanneer het genoemde eindkraagmiddel in gebruik is, het genoemde eerste uiteinde van de genoemde langwerpige keramische voering algemeen is bedekt en zodoende is beschermd tegen fysieke beschadiging.
15. Gevoerde giethuls volgens conclusie 14, waarin het genoemde eerste uiteinde van de genoemde langwerpige keramische voering en het genoemde eerste uiteinde van het hoofdlichaamsgedeelte gelijk eindigen.
16. Gevoerde giethuls volgens conclusie 15, waarin het genoemde eindkraagmiddel verder is ingericht om relatieve axiale beweging van de genoemde langwerpige keramische voering in de richting van het genoemde eerste uiteinde en van het genoemde hoofdlichaamsgedeelte te beletten teneinde zodoende de genoemde langwerpige keramische voering stevig binnen het genoemde hoofdlichaamsgedeelte te houden.
17. Gevoerde giethuls volgens conclusie 16, waarin het eindkraagmiddel een opsluitdeel omvat dat zich inwaarts uitstrekt naar de genoemde eerste longitudinale as welk op-sluitgedeelte een eindboring definieert van in hoofdzaak dezelfde diameter als de cilinderboring van de genoemde langwerpige keramische voering.
18. Gevoerde giethuls volgens conclusie 17, waarin het genoemde tweede uiteinde van het genoemde eindkraagmiddel is ingericht voor schroefdraadsamenwerking met het eerste uiteinde van het genoemde hoofdlichaamsgedeelte.
19. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin het genoemde eindkraagmiddel ten minste één spuitkanaal daarin omvat, welk spuitkanaal geschikt is om axiale stroming van gesmolten metaal toe te laten vanuit de genoemde eindboring naar de holte van de genoemde metaalmatrijs.
20. Gevoerde giethuls volgens conclusie 19, waarin het genoemde ten minste ene spuitkanaal zich uitstrekt vanaf het genoemde tweede uiteinde van het genoemde eindkraagmiddel tot het genoemde eerste uiteinde van het genoemde eindkraagmiddel .
21. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin het genoemde eindkraagmiddel geschikt is om een inwendige druk van 14.000 PSI te weerstaan.
22. Gevoerde giethuls volgens conclusie 1, waarin het genoemde eindkraagmiddel een tweede langwerpige keramische voering daarin omvat.
NL9420018A 1993-02-16 1994-02-09 Giethuls met keramische voering. NL9420018A (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US1759593 1993-02-16
US08/017,595 US5322111A (en) 1993-02-16 1993-02-16 Ceramic lined shot sleeve
PCT/CA1994/000072 WO1994019130A1 (en) 1993-02-16 1994-02-09 Ceramic lined shot sleeve
CA9400072 1994-02-09

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9420018A true NL9420018A (nl) 1996-03-01

Family

ID=21783460

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9420018A NL9420018A (nl) 1993-02-16 1994-02-09 Giethuls met keramische voering.

Country Status (14)

Country Link
US (1) US5322111A (nl)
JP (1) JPH08506529A (nl)
KR (1) KR960700840A (nl)
CN (1) CN1117717A (nl)
AU (1) AU5998094A (nl)
BR (1) BR9406344A (nl)
CA (1) CA2154688A1 (nl)
DE (1) DE4490829T1 (nl)
ES (1) ES2114430B1 (nl)
GB (1) GB2290041B (nl)
NL (1) NL9420018A (nl)
PL (1) PL310123A1 (nl)
SE (1) SE9502832L (nl)
WO (1) WO1994019130A1 (nl)

Families Citing this family (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5896912A (en) * 1995-04-27 1999-04-27 Hayes Wheels International, Inc. Method and apparatus for casting a vehicle wheel in a pressurized mold
CA2223248A1 (en) 1995-06-02 1996-12-05 A.H. Casting Services Limited Ceramic material with high density and thermal shock resistance, and method of preparation
US5964274A (en) * 1997-06-24 1999-10-12 Northern Iowa Die Casting Die assembly for a die casting machine
DE19856971A1 (de) * 1998-12-10 2000-06-15 Buehler Druckguss Ag Uzwil Druckgussmaschine und Giesskammer hierzu
EP1057561B1 (de) * 1999-06-04 2004-09-15 André Müller Giesskammer für eine Druckgiessmaschine
GB2354471A (en) * 1999-09-24 2001-03-28 Univ Brunel Producung semisolid metal slurries and shaped components therefrom
US6470550B1 (en) * 1999-11-11 2002-10-29 Shear Tool, Inc. Methods of making tooling to be used in high temperature casting and molding
DE20214882U1 (de) * 2002-09-25 2002-12-19 Ortmann Druckgiestechnik Gmbh Gießkammer für das Druckgießen von Metallen
WO2005046910A2 (en) * 2003-11-06 2005-05-26 Metaldyne Compagny Llc Device and method for cooling a shot plug
DE102004024952B4 (de) * 2004-05-21 2008-06-05 Bayerische Motoren Werke Ag Druckgusswerkzeug
US7509993B1 (en) 2005-08-13 2009-03-31 Wisconsin Alumni Research Foundation Semi-solid forming of metal-matrix nanocomposites
US20070187061A1 (en) * 2006-02-13 2007-08-16 Kennametal Inc. Sleeve for die casting shot tube
JP4431587B2 (ja) * 2007-02-06 2010-03-17 日精樹脂工業株式会社 金属成形機の射出装置における溶融金属材料漏洩制御方法
IT1396907B1 (it) * 2009-05-22 2012-12-20 Freni Brembo Spa Attrezzatura per la realizzazione di anime da fonderia
CN102049490B (zh) * 2009-11-06 2012-08-29 春兴铸造(苏州工业园区)有限公司 一种压铸用镶件装置
EP2969312B1 (en) * 2013-03-11 2019-09-04 United Technologies Corporation Shot tube for die-cast machine
JP5445712B1 (ja) * 2013-07-05 2014-03-19 日立金属株式会社 ダイカストスリーブの再生方法及び再生されたダイカストスリーブ
SG2013087382A (en) * 2013-11-25 2015-06-29 Pratt & Whitney Services Pte Ltd Die casting machine shot sleeve with pour liner
SG2013090568A (en) * 2013-12-06 2015-07-30 Pratt & Whitney Services Pte Ltd Die casting machine shot sleeve
JP6350152B2 (ja) * 2014-09-11 2018-07-04 日立金属株式会社 ダイカスト用スリーブ
DE102014018795A1 (de) * 2014-12-19 2016-06-23 Gebr. Krallmann Gmbh Fördervorrichtung für eine Metallschmelze in einem Spritzgussaggregat
TW201729922A (zh) 2015-10-22 2017-09-01 艾克科技公司 用於壓鑄設備的壓鑄儲筒及其製造方法
WO2018064771A1 (en) 2016-10-06 2018-04-12 Exco Technologies Limited Tool steel composition for component of die-casting apparatus or of extrusion press
DE102017011321B3 (de) * 2017-12-08 2019-05-16 Wieland-Werke Ag Füllkammer für eine Druckgießmaschine
ES2763861B2 (es) * 2018-11-29 2022-05-10 Alrotec Tecnology S L U Sistema de inyeccion
CN109434067A (zh) * 2018-12-19 2019-03-08 浙江振兴阿祥集团有限公司 一种电机转子铸铝压射模具
CN110202116A (zh) * 2019-07-18 2019-09-06 上海普锐赛司实业有限公司 压铸用料筒制作方法
CN111069565A (zh) * 2019-12-30 2020-04-28 盐城泰欧昌机械有限公司 一种压铸机通用熔杯
US11285531B1 (en) 2021-01-29 2022-03-29 Exco Technologies Limited Shot sleeve for die casting apparatus, and die casting apparatus incorporating same
CN114749628A (zh) * 2022-03-31 2022-07-15 广东鸿图科技股份有限公司 一种超大型铝合金真空压铸系统及方法

Family Cites Families (15)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3533464A (en) * 1968-04-10 1970-10-13 Moline Malleable Iron Co Injection cylinder for metal casting
US3672440A (en) * 1969-06-13 1972-06-27 Toshiba Machine Co Ltd Apparatus for die casting ferrous metals
GB1323685A (en) * 1969-10-25 1973-07-18 Gkn Group Services Ltd Apparatus for die-casting metals
BE757933A (fr) * 1969-10-25 1971-04-01 Gkn Group Services Ltd Perfectionnements apportes aux appareils de coulee de metaux par matricage
JPS5858034B2 (ja) * 1976-07-13 1983-12-23 セイコーインスツルメンツ株式会社 電子時計における電池寿命表示装置
JPS55156660A (en) * 1979-05-25 1980-12-05 Akio Nakano Sleeve with cover of die-casting machine
US4733715A (en) * 1986-03-20 1988-03-29 Hitachi Carbide Tools, Ltd. Cemented carbide sleeve for casting apparatus
JPS6372464A (ja) * 1986-09-17 1988-04-02 Hitachi Metals Ltd ダイカストスリ−ブ
EP0278208A1 (en) * 1987-02-06 1988-08-17 Weartech Limited Wear resistant sleeve for use in a die casting machine
JPH0617548B2 (ja) * 1987-06-25 1994-03-09 住友金属工業株式会社 耐発錆性に優れた無方向性電磁鋼板
GB2228696B (en) * 1987-10-07 1991-09-04 Hitachi Metals Ltd Die casting cylinder
JPH0688120B2 (ja) * 1988-10-07 1994-11-09 日本軽金属株式会社 溶融金属の射出成形スリーブ
US4926926A (en) * 1988-12-05 1990-05-22 Zecman Kenneth P Three layer shot sleeve assembly
US5195572A (en) * 1989-07-11 1993-03-23 Rex-Buckeye Company, Inc. Two part shot sleeve for die casting
JP3020011B2 (ja) * 1990-12-27 2000-03-15 イハラケミカル工業株式会社 ヘキサヒドロピリダジン−1,2−ジカルボキシ誘導体の製造法

Also Published As

Publication number Publication date
SE9502832D0 (sv) 1995-08-15
GB9515552D0 (en) 1995-10-11
WO1994019130A1 (en) 1994-09-01
CN1117717A (zh) 1996-02-28
JPH08506529A (ja) 1996-07-16
SE9502832L (sv) 1995-08-15
ES2114430A1 (es) 1998-05-16
US5322111A (en) 1994-06-21
PL310123A1 (en) 1995-11-27
BR9406344A (pt) 1996-01-09
GB2290041A (en) 1995-12-13
CA2154688A1 (en) 1994-09-01
AU5998094A (en) 1994-09-14
DE4490829T1 (de) 1995-12-21
ES2114430B1 (es) 1999-01-16
GB2290041B (en) 1996-09-18
KR960700840A (ko) 1996-02-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9420018A (nl) Giethuls met keramische voering.
US4950154A (en) Combination injection mold and sprue bushing
JP4418369B2 (ja) 金型から成形物品を取り出す装置及び方法
US7137807B2 (en) Hot runner nozzle with a tip, a tip surrounding piece and an alignment piece
CA2640709C (en) Molding and die casting apparatus and methods
MX2007013608A (es) Distribuidor de suspension de aleacion metalica.
US3595301A (en) Method of making intricate die castings
US6237672B1 (en) Self lubricating and cleaning injection piston for cold chamber injection unit
US7464744B2 (en) Shot sleeve insert and method of retarding heat erosion within a shot sleeve bore
US5824256A (en) Method of molding a thermoplastic container
US20090107646A1 (en) Metal-Molding Conduit Assembly of Metal-Molding System
US8371363B2 (en) Apparatus for die casting, the use of such an apparatus and method for die casting
KR102469579B1 (ko) 용융 금속을 수용하는 컨테이너용 슬라이드 클로저
JPS60221162A (ja) 金属射出装置
US4550762A (en) Die casting process using disposable inserts during warm up
CA2658574A1 (en) Cooling structure of metal-molding system for shot located downstream of blockage
KR0181265B1 (ko) 다이캐스팅 기계
KR100443338B1 (ko) 다이캐스트주조장치
DE102008017931A1 (de) Heißkanaldüse mit anlagefreier Vorzentrierung
JP2008068303A (ja) 成形装置および押出ピンならびに成形方法
NL9300206A (nl) Spuitgietmatrijs alsmede werkwijze voor het spuitgieten van een voorwerp.
WO2024095773A1 (ja) 鋳造品の製造方法および鋳造品製造装置並びに金型
MX2007014260A (es) Dispositivo de manejo de carga para un cuerpo de alimentacion de una maquina de moldeo.
JP3615203B2 (ja) 金属製品の成形用金型
EP0819486B1 (en) Shell molding apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed