NL9201595A - Voerhek. - Google Patents
Voerhek. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9201595A NL9201595A NL9201595A NL9201595A NL9201595A NL 9201595 A NL9201595 A NL 9201595A NL 9201595 A NL9201595 A NL 9201595A NL 9201595 A NL9201595 A NL 9201595A NL 9201595 A NL9201595 A NL 9201595A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- bar
- fence
- pivot
- stop means
- feeding fence
- Prior art date
Links
- 241001465754 Metazoa Species 0.000 claims description 27
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 3
- 238000006073 displacement reaction Methods 0.000 description 3
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 3
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 2
- 230000004913 activation Effects 0.000 description 1
- 238000012423 maintenance Methods 0.000 description 1
- 239000002699 waste material Substances 0.000 description 1
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01K—ANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
- A01K1/00—Housing animals; Equipment therefor
- A01K1/06—Devices for fastening animals, e.g. halters, toggles, neck-bars or chain fastenings
- A01K1/0606—Devices for fastening animals, e.g. halters, toggles, neck-bars or chain fastenings by means of grids with or without movable locking bars
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Zoology (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Animal Husbandry (AREA)
- Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
- Catching Or Destruction (AREA)
Description
VOERHEK
De uitvinding heeft betrekking op een voerhek van het type zoals bekend uit het Europees octrooi 0 063 184.
Een dergelijk voerhek omvat een bovenligger en een onderligger met daartussen ten minste één doorsteekopening voor de kop van een dier. De doorsteekopening wordt aan één zijde begrensd door een zwenkspijl die beweegbaar is tussen een stand waarin een dier zijn kop langs de zwenkspijl door de doorsteekopening kan steken en een stand waarin de zwenkspijl achter de kop van het dier wordt vergrendeld.
Dergelijke voerhekken hebben een bezwaar dat wanneer een dier is gaan liggen, terwijl zijn kop door de doorsteekopening is gestoken, dit slechts met de grootst mogelijke moeite weer kan worden bevrijd, aangezien de kop van het dier niet door de onderkant van de doorsteekopening kan passeren.
Het is daarom wel bekend om hekken van deze soort zodanig uit te voeren dat de zwenkspijl kan doorzwenken, waardoor onderin de doorsteekopening voldoende ruimte vrijkomt om de kop van het dier door te laten. Daarbij kan de aanslag van de zwenkspijl die de beweging daarvan normaal tot de vangstand begrenst per voerplek, dat wil zeggen per doorsteekopening met de hand afzonderlijk worden wegbewogen, zodat de zwenkspijl in de doorzwenkstand kan worden bewogen. Hoewel op deze wijze het dier bevrijd kan worden, kan het toch nog voorkomen dat de persoon die de dieren verzorgt te laat opmerkt dat een dier is gaan liggen of, in een ongunstiger geval, is gevallen en niet uit het hek kan loskomen. Het dier kan daardoor extra beschadigd of verzwakt raken of in het ergste geval doodgaan voordat hulp ter plekke is.
Met het voerhek volgens de uitvinding zoals gekenmerkt in conclusie 1 wordt dit bezwaar weggenomen. Bijvoorbeeld wanneer het de dieren verzorgende personeel gedurende wat langere tijd afwezig zal zijn, kunnen de aanslagmiddelen in de ruststand worden geschoven waardoor de zwenkspijl vrij heen en weer kan zwenken en geen dier in het hek gevangen kan raken.
Bij voorkeur wordt daarbij de maatregel van conclusie 2 toegepast, zodat, wanneer het gewenst is het voerhek weer in de normale gebruikssituatie te brengen, alle zwenk-spijlen die in de doorgezwenkte stand staan, automatisch vanuit deze stand naar de middenstand worden meegenomen, wanneer de aanslagmiddelen in de werkstand worden verschoven.
Een verdere gunstige maatregel is gekenmerkt in conclusie 3. Gebleken is dat voer, bijvoorbeeld hooi, verloren kan gaan doordat de dieren een pluk van dit voer oppakken en vervolgens met hun kop omhoog en omlaag bewegen om een overtollige hoeveelheid los te schudden. Het komt daarbij voor dat het dier zijn kop zover omhoog beweegt, dat het overtollige voer over het hek wordt geslingerd en daar wordt vertrapt. De vrij beweegbare, maar toch bij het normale vreten van het dier in de doorgezwenkte stabiele stand staande zwenkspijl vormt een zodanige belemmering dat dit ver omhoog slingeren van de kop van het dier wordt verhinderd.
Door de maatregel van conclusie 4 wordt dit effect versterkt, doordat het dier bij het omhoog slingeren van zijn kop een grotere weerstand ondervindt.
De bedieningsmiddelen voor de vergrendelmiddelen en de bedieningsmiddelen voor de aanslagmiddelen kunnen gecombineerd worden uitgevoerd. Een zeer eenvoudige en gebruiks-en onderhoudsvriendelijke uitvoering wordt echter verkregen wanneer de maatregel van conclusie 5 wordt toegepast.
Een gunstige uitvoering is daarbij gekenmerkt in conclusie 6.
De uitvinding zal verder worden toegelicht in de volgende beschrijving aan de hand van de bijgevoegde figuren, waarin figuur 1 t/m 3 een vooraanzicht tonen van een gedeelte van een voerhek volgens de uitvinding, waarbij de zwenkspijl respectievelijk in de doorgezwenkte stand, de open stand en de vangstand staat; figuur 4 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht is volgens pijl IV in figuur 3.
Het in de figuren getoonde hek 1 omvat een bovenligger en onderligger en daartussen aangebrachte buisvormige spijlen. De spijl 3 vormt een randhekdeel dat een doorsteek-opening 2 aan de in de figuren gezien rechter zijde begrenst. De doorsteekopening 2 wordt aan de andere zijde begrensd door een zwenkspijl 4 die ongeveer in het midden door middel van een scharnier 5 zwenkbaar is gemonteerd. Zoals figuur 1 laat zien kan de zwenkspijl 4 ten opzichte van een verticale middenstand heen en weer zwenken.
In de in figuur 1 met stippellijnen getekende stand kan een dier zijn kop langs het bovenste gedeelte van de zwenkspijl 4 steken en, bij het naar beneden bewegen zal de zwenkspijl 4 in de met getrokken lijnen getekende stand kunnen bewegen. Bij het weer omhoog bewegen zwenkt de spijl weer terug enz.
Het einde 6 van de zwenkspijl 4 is bij de getoonde uitvoeringsvorm afgeplat en steekt uit in een sleuf in een onderkant van het bovenprofiel 20.
In dit bovenprofiel 20 zijn grendelmiddelen gemonteerd die voor elke zwenkspijl 4 een grendel 7 omvatten en aanslagmiddelen die voor elke zwenkspijl 4 een aanslag 8 omvatten. De aanslag 8 kan uit de in figuur 1 getoonde ruststand, waarbij deze zich bevindt nabij het boveneinde 6 van de zwenkspijl 4 wanneer deze laatste in de doorgezwenkte stand staat, naar een in figuur 2 getoonde werkstand worden bewogen door deze te verplaatsen over de in figuur 2 getoonde afstand 12. Na deze verschuiving van de aanslag 8 in de werkstand wordt de in figuur 1 met 10 aangeduide slag van de zwenkspijl 4 beperkt tot de met 13 aangeduide slag in figuur 2.
Wanneer vervolgens de grendelmiddelen worden bediend zodanig dat de grendel 7 over de in figuur 3 getoonde afstand 15 naar rechts wordt verschoven, kan de zwenkspijl 4 in de in figuur 3 getoonde middenstand worden vergrendeld wanneer de zwenkspijl uit de open stand van figuur 2 rechtsom wordt gedraaid, bijvoorbeeld doordat een dier zijn kop in de opening 2 steekt en met zijn hals tegen het ondereinde van de zwenkspijl 4 drukt. Het dier kan daarna worden bevrijd door de grendel 7 weer over de afstand 15 terug te schuiven of kan individueel worden bevrijd door de grendel 7 op te lichten door via de in figuur 4 getoonde opening 23 op een uitstekend deel van de grendel 7 te drukken.
De zwenkspijl 4 heeft in het getoonde uitvoerings-voorbeeld twee stabiele standen die in figuur 1 in streep-lijnen en getrokken lijnen zijn getoond. Wanneer het dier zijn kop door de opening 2 steekt en naar beneden beweegt om voer op te nemen zal de zwenkspijl in de in getrokken lijnen getekende stand bewegen. Wanneer nu het dier zijn kop omhoog zou willen gooien om overtollig voer los te schudden komt zijn nek tegen het bovenste gedeelte van de zwenkspijl 4 aan. Dit belemmert het dier zodanig, dat het de op en neer gaande bewegingen van zijn kop zal beperken zodat geen voer meer over het hek 1 naar de loopkant zal worden geslingerd om daar vertrapt te worden.
Tijdens normaal bedrijf kan het voerhek in de stand van figuur 1 worden geplaatst. Wanneer het gewenst is om één of meer dieren te vangen of om verspilling van voer te voorkomen doordat de dieren een hap voer nemen en daarna hun kop door de opening 2 terugtrekken, kan de in figuur 3 getoonde stand worden gebruikt. Aanvankelijk zullen daarbij de zwenkspijlen 4 in de in figuur 2 getoonde stand staan en na activeren door een dier in de in figuur 3 getoonde vergrendelde stand terechtkomen.
Om uit de stand van figuur 1 in die van figuur 2 respectievelijk figuur 3 te komen zullen alle zwenkspijlen die in de doorgezwenkte stand staan, teruggeschoven moeten worden naar ten minste de middenstand.
Dit geschiedt tegelijkertijd met het verplaatsen van de aanslagen 8, doordat de constructie zodanig is dat het einde 6 van de zwenkspijl uitsteekt in de baan die de aanslag 8 aflegt van de ruststand naar de werkstand. De aanslag 8 neemt de zwenkspijl 4 daardoor mee.
Zoals figuur 4 toont zijn de grendels 7 aangebracht in een verschuifbare bedieningsstang 21 die opgelegd is op steunen 22 welke ter plaatse van vaste spijlen van het hek zijn aangebracht. De schuifstang 21 kan worden verplaatst met behulp van de bedieningshandgreep 26 die een tegen een veer in omhoog beweegbare huls omvat welke aan kan grijpen in twee standen in openingen in de bovenkant van het profiel 20.
Voor de verplaatsing van de grendels 8 is een overeenkomstige constructie toegepast. De grendels 8 zijn aangebracht aan een schuifstang 24 die door middel van een bedieningshandgreep 25 heen en weer geschoven kan worden.
Zoals te zien is zijn de schuifstang 24 en de schuifstang 21 vrij van elkaar, zodat deze onafhankelijk kunnen worden bewogen. Doordat twee bedieningsstangen worden gebruikt wordt een zeer eenvoudige, gemakkelijk te bedienen constructie verkregen die vrij van onderhoud is.
Claims (6)
1. Voerhek omvattende een bovenligger en een onderligger met daartussen ten minste één doorsteekopening voor de kop van een dier, welke doorsteekopening aan een zijkant begrensd wordt door een een verticale rand bepalend randhek-deel en aan de tegenoverliggende zijkant door een zwenk-spijl, die op een plaats tussen zijn uiteinden om een dwars op het hek staande scharnieras zwenkbaar is gemonteerd zodanig dat de zwenkspijl vanuit een middenstand, in hoofdzaak evenwijdig aan het randhekdeel, kan zwenken in een open stand, waarin het bovenste gedeelte van de zwenkspijl van het randhekdeel is verwijderd en een doorgezwenkte stand waarin het onderste gedeelte van de zwenkspijl van het randhekdeel is verwijderd, waarbij in de boven- of onderligger grendelmiddelen met bedieningsmiddelen daarvoor zijn aangebracht voor het in de middenstand vergrendelen van de zwenkspijl en aanslagmiddelen waar de zwenkspijl in de middenstand tegenaan ligt en met de aanslagmiddelen voor elke doorsteekopening verbonden bedieningsmiddelen voor het van een werkstand nabij de middenstand naar een ruststand nabij de doorgezwenkte stand van de zwenkspijl verschuiven van de aanslagmiddelen.
2. Voerhek volgens conclusie 1, waarbij het met de aanslag samenwerkende einde van de zwenkspijl in de doorgezwenkte stand uitsteekt in de door de aanslagmiddelen bij de beweging van de ruststand naar de werkstand daarvan beschreven baan.
3. Voerhek volgens conclusie 1 of 2, waarbij het scharnierpunt van de zwenkspijl op een zodanige plaats aangrijpt, dat zowel de open stand als de doorgezwenkte stand stabiele standen zijn.
4. Voerhek volgens conclusie 1 of 2, waarbij het scharnierpunt van de zwenkspijl op een zodanige plaats aangrijpt, dat alleen de doorgezwenkte stand een stabiele stand is.
5. Voerhek volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen voor de aanslagmiddelen onafhankelijk van de bedieningsmiddelen voor de grendelmiddelen.
6. Voerhek volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen voor de aanslagmiddelen een in de boven- of onderligger opgenomen schuif-bedieningsstang is.
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9201595A NL9201595A (nl) | 1992-09-14 | 1992-09-14 | Voerhek. |
DK93202636T DK0588428T3 (da) | 1992-09-14 | 1993-09-10 | Fodringsgitter |
EP19930202636 EP0588428B1 (en) | 1992-09-14 | 1993-09-10 | Feeding fence |
DE1993601988 DE69301988T2 (de) | 1992-09-14 | 1993-09-10 | Fressgitter |
CA 2106027 CA2106027A1 (en) | 1992-09-14 | 1993-09-13 | Feeding fence |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9201595 | 1992-09-14 | ||
NL9201595A NL9201595A (nl) | 1992-09-14 | 1992-09-14 | Voerhek. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9201595A true NL9201595A (nl) | 1994-04-05 |
Family
ID=19861265
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9201595A NL9201595A (nl) | 1992-09-14 | 1992-09-14 | Voerhek. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0588428B1 (nl) |
CA (1) | CA2106027A1 (nl) |
DE (1) | DE69301988T2 (nl) |
DK (1) | DK0588428T3 (nl) |
NL (1) | NL9201595A (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
USD773286S1 (en) | 2014-11-26 | 2016-12-06 | Tags4all Global Inc. | Rail bracket |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL8101854A (nl) * | 1981-04-15 | 1982-11-01 | Boer G Erven Bv De | Voerhek voor veestallen. |
USRE32728F1 (en) * | 1982-09-30 | 1993-06-08 | Albers Sr Teo | Cattle stanchion apparatus |
US4476815A (en) * | 1982-09-30 | 1984-10-16 | Albers Sr Teo | Cattle stanchion apparatus |
US4867105A (en) * | 1988-08-10 | 1989-09-19 | John Hatfield | Safety stanchion release apparatus |
NL9000107A (nl) * | 1990-01-16 | 1991-08-16 | Johannes Martinus Willibrordus | Voerhek. |
-
1992
- 1992-09-14 NL NL9201595A patent/NL9201595A/nl not_active Application Discontinuation
-
1993
- 1993-09-10 EP EP19930202636 patent/EP0588428B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1993-09-10 DK DK93202636T patent/DK0588428T3/da active
- 1993-09-10 DE DE1993601988 patent/DE69301988T2/de not_active Expired - Fee Related
- 1993-09-13 CA CA 2106027 patent/CA2106027A1/en not_active Abandoned
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0588428B1 (en) | 1996-03-27 |
CA2106027A1 (en) | 1994-03-15 |
EP0588428A1 (en) | 1994-03-23 |
DE69301988T2 (de) | 1996-08-08 |
DE69301988D1 (de) | 1996-05-02 |
DK0588428T3 (da) | 1996-05-20 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL9000836A (nl) | Inrichting voor het positioneren van dieren. | |
US4037566A (en) | Cattle locking apparatus | |
NL9000107A (nl) | Voerhek. | |
NL9201595A (nl) | Voerhek. | |
NL8103823A (nl) | Drijfgang voor slachtvee. | |
NL194385C (nl) | Zelfvangend in hoofdzaak verticaal opgesteld voerhek voor vee. | |
BE1005105A4 (nl) | Zelfvangend voerhek. | |
EP2594509B1 (de) | Hängeförderer und Belegt-Wippe dafür | |
NL8700891A (nl) | Voederrek. | |
NL1001138C2 (nl) | Voerhek. | |
GB2173386A (en) | Catch system for headgate | |
NL9400142A (nl) | Voerhek. | |
NL1008797C2 (nl) | Voerhek voor vee. | |
US2680425A (en) | Squeeze gate for cattle chutes | |
NL8000505A (nl) | Voerhek voor veestallen. | |
NL1031839C1 (nl) | Ligboxconstructie en koppeling voor een dergelijke ligboxconstructie. | |
NL1015228C2 (nl) | Inrichting voor het mesten van dieren, in het bijzonder kalveren. | |
US6352052B1 (en) | Cattle stanchion apparatus | |
US581175A (en) | Hog-ringing trap | |
NL7809623A (nl) | Vanginrichting voor vee en vaste zij-aan-zij melkstal voorzien van de vanginrichting. | |
US595504A (en) | Animal-stall | |
US4864968A (en) | Yoking apparatus | |
US1167557A (en) | Hog-trough. | |
NL1010912C1 (nl) | Voederhek. | |
NL1002120C2 (nl) | Voerhek. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BV | The patent application has lapsed |