NL9000676A - Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders. - Google Patents

Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders. Download PDF

Info

Publication number
NL9000676A
NL9000676A NL9000676A NL9000676A NL9000676A NL 9000676 A NL9000676 A NL 9000676A NL 9000676 A NL9000676 A NL 9000676A NL 9000676 A NL9000676 A NL 9000676A NL 9000676 A NL9000676 A NL 9000676A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ensiled
silage
iensenii
preservation
per ton
Prior art date
Application number
NL9000676A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Pioneer Hi Bred Int
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Pioneer Hi Bred Int filed Critical Pioneer Hi Bred Int
Publication of NL9000676A publication Critical patent/NL9000676A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A23FOODS OR FOODSTUFFS; TREATMENT THEREOF, NOT COVERED BY OTHER CLASSES
    • A23KFODDER
    • A23K30/00Processes specially adapted for preservation of materials in order to produce animal feeding-stuffs
    • A23K30/10Processes specially adapted for preservation of materials in order to produce animal feeding-stuffs of green fodder
    • A23K30/15Processes specially adapted for preservation of materials in order to produce animal feeding-stuffs of green fodder using chemicals or microorganisms for ensilaging
    • A23K30/18Processes specially adapted for preservation of materials in order to produce animal feeding-stuffs of green fodder using chemicals or microorganisms for ensilaging using microorganisms or enzymes
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A23FOODS OR FOODSTUFFS; TREATMENT THEREOF, NOT COVERED BY OTHER CLASSES
    • A23VINDEXING SCHEME RELATING TO FOODS, FOODSTUFFS OR NON-ALCOHOLIC BEVERAGES AND LACTIC OR PROPIONIC ACID BACTERIA USED IN FOODSTUFFS OR FOOD PREPARATION
    • A23V2400/00Lactic or propionic acid bacteria
    • A23V2400/11Lactobacillus
    • A23V2400/169Plantarum
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A23FOODS OR FOODSTUFFS; TREATMENT THEREOF, NOT COVERED BY OTHER CLASSES
    • A23VINDEXING SCHEME RELATING TO FOODS, FOODSTUFFS OR NON-ALCOHOLIC BEVERAGES AND LACTIC OR PROPIONIC ACID BACTERIA USED IN FOODSTUFFS OR FOOD PREPARATION
    • A23V2400/00Lactic or propionic acid bacteria
    • A23V2400/61Propionibacterium
    • A23V2400/619Jensenii
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10STECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10S426/00Food or edible material: processes, compositions, and products
    • Y10S426/807Poultry or ruminant feed

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Microbiology (AREA)
  • Polymers & Plastics (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Fodder In General (AREA)
  • Micro-Organisms Or Cultivation Processes Thereof (AREA)
  • Chemical Or Physical Treatment Of Fibers (AREA)
  • Preparation Of Compounds By Using Micro-Organisms (AREA)
  • Storage Of Harvested Produce (AREA)

Description

Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders
Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het conserveren van landbouwprodukten die na opslaan onder anaerobe omstandigheden worden gebruikt als diervoeders .
Het gebruik van kuilvoedertoevoegsels is een op grote schaal aanvaarde praktijk over een groot gedeelte van de landbouwkundige wereld geworden. Teneinde een begrip te hebben hoe kuilvoedertoevoegsels met kuilvoeders reageren, kan het nuttig zijn eerst de belangrijkste biochemische en microbiologische veranderingen die tijdens het inkuilen plaatsvinden te beschouwen. Onmiddellijk na het fijnmaken van bijvoorbeeld graan, vindt aerobische vergisting plaats. Gedurende deze eerste fase , worden oplosbare koolhydraten in het plantenweefsel geoxydeerd en omgezet in kooldioxyde en water. Deze werkwijze zal zich voortzetten totdat hetzij het zuurstofgehalte te laag is geworden, hetzij de in water oplosbare koolhydraten zijn uitgeput. Onder ideale omstandigheden, bij een geschikte verpakking en afdichting van het ingekuilde materiaal, zal de vergisting slechts enkele uren duren. De groei van de microorganismen gedurende deze periode blijft beperkt tot die welke zich verdragen met zuurstof, waaronder aerobe bacteriën, gisten en schimmels vallen. Deze organismen worden in het algemeen als ongunstig voor het systeem beschouwd, omdat ze suiker tot kooldioxyde, warmte en water metaboliseren.
Een andere belangrijke chemische verandering die gedurende deze eerste fase plaatsvindt is de afbraak van planteneiwitten door plantenproteasen. De eiwitten worden ontleed tot aminozuren en metaboliseren verder tot ammoniak en aminen. Vermeld is dat maximaal 50% van de totale hoeveelheid eiwitten gedurende deze werkwijze, afhankelijk van de snelheid waarmede de pH in het kuilvoeder daalt, kan worden afgebroken.
Zodra eenmaal de anaerobe omstandigheden zijn ingesteld, vermeerderen de anaerobe bacteriën zich. Entero-bacteriën en heterofermentatieve melkzuurbacteriën zijn in het algemeen de eerste populaties die zich vestigen . Deze organismen produceren voornamelijk azijnzuur, ethanol , melkzuur en kooldioxyde bij de fermentatie van glucose en fructose. Zodra éénmaal de pH begint te dalen , treedt er een opmerkelijke toename van de homofermentatieve melkzuurbacteriënpopulatie op, die voornamelijk melkzuur oplevert. De snelle stijging van het melkzuurgehalte leidt tot een daling van de pH tot ongeveer 4 . Bij deze waarde zal de ingekuilde massa in het algemeen stabiel tijdens het opslaan blijven, op voorwaarde dat deze in ongestoorde toestand wordt bewaard.
In het algemeen kan dus worden opgemerkt dat indien het materiaal eerst in een zuurstofbeperkende structuur, zoals een overdekte silo, wordt verpakt, de pH wordt verlaagd, de overgebleven zuurstof wordt benut en het materiaal een zogenaamde melkzuurfermentatie ondergaat. Het materiaal zal stabiel blijven en kan vele maanden in deze toestand worden bewaard.
Indien het ingekuilde materiaal gereed is om als voeder te worden toegepast, wordt de bovenste laag verwijderd en de silo geopend voor het verstrekken van voeder. Het materiaal wordt daarna aan de lucht blootgesteld en de werkwijze is niet langer anaëroob. Microflora in het ingekuilde materiaal zelf en via de lucht meegevoerde verontreinigingen kunnen de aanwezige zuren beginnen te oxyderen. Deze oxydatie leidt tot een verlies aan massa of droge stof van het voeder en veroorzaakt dus verliezen. Bovendien zijn de verkregen pH en temperatuurstijging schadelijk voor de dieren en het voeder zal door de dieren worden geweigerd nadat het warm is geworden. Het voorkomen van aerobe instabiliteit die in de praktijk wordt waargenomen hangt van de snelheid af waarmede het ingekuilde materiaal uit de silo wordt verwijderd en de tijdsduur die het materiaal was ingekuild alvorens het werd vrijgemaakt. Indien het ingekuilde voeder langzaam wordt gelost, kan er gedurende een langere tijd ontleding aan het oppervlak van het geopende kuilvoeder plaatsvinden. Langere tijden voor het inkuilen leiden in het algemeen tot stabielere kuil-voeders , aangezien de zuurconcentraties hoger zijn en alle microflorapopulaties de neiging hebben te verminderen. In het algemeen zal het ingekuilde voeder gedurende tenminste 5 dagen na de opening stabiel zijn. Dit maakt het mogelijk een geschikte tijd te kiezen gedurende welke het ingekuilde materiaal kan worden verwijderd.
Onlangs is bekend geworden dat bacteriele entstoffen het ingekuilde materiaal helpen conserveren, waaronder zowel graskuilprodukten als graankuilprodukten. Zo kan bijvoorbeeld het enten met melkzuurbacteriën tijdens de fermentatiefase gunstig zijn voor het fermentatieproces, zie bijv. het op 27 juni 1989 verleende Amerikaanse oc-trooischrift 4.842.871 van Hill, evenals de daarin geciteerde literatuurplaatsen. Voor de stabiliteit van graan tegen een hoog vochtgehalte, is deze toename waarschijnlijk toe te schrijven aan de entstof die de snelheid van anaerobe fermentatie vergroot en de pH daling vergroot. Dit is gunstig, omdat de oxydatieve verliezen die door aerobe, pH gevoelige microflora in de beginfasen wordt veroorzaakt dus worden vermeden. Bij andere ingekuilde voeders, zoals volledige graanplanten, alfalfa enz. kan de entstof eveneens gunstige effecten op de verteerbaarheid van het ingekuilde materiaal hebben, omdat ze tot een betere benutting van de vezel leidt.
Tegenwoordig is er echter geen entstof beschikbaar om stabiliteit bij het tweede gedeelte van de werkwijze, dat optreedt indien de silo aan de lucht wordt geopend , te verlenen. Een reden voor dit gebrek aan een doeltreffende entstof is de antagonistische aard van anaerobe en aerobe verduurzamingsmiddelen. Elk kan het optreden van de ander verstoren.
Het is derhalve een hoofddoel van de onderhavige uitvinding een bacteriele entstof voor het inkuilen te ontwikkelen die zowel doeltreffend is tijdens de eerste anaerobe stadia als doeltreffend zal blijven tijdens de eerste aerobe stadia wanneer een silo aan de ucht wordt geopend. Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het ontwikkelen van een inkuilingsentstof die doeltreffend is bij beide stadia , waarbij de entstof bij het tweede stadium eveneens een anaerobe is en een entstof is die niet op enigerlei wijze een ongunstige invloed uitoefent op een in een anaerobe beginfase werkende bacteriënentstof die melkzuur produceert.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is verschaffen van een inkuilingsentstof die bepaalde species van Propionibacteria bevat, die doeltreffend bleken te functioneren in het milieu van melkzuurbacteriën, zonder de andere te antagoniseren. Dit leidt tot een doeltreffend vermogen het ingekuilde produkt te conserveren, zowel tijdens de anaerobe beginfase als wegens de metabolische produkten van de Propionibacteria eveneens gedurende de latere aerobe fase.
De methode en wijze van uitvoering van elk van de doelstellingen van de onderhavige uitvinding, evenals van andere, zal duidelijk worden aan de hand van de uitvoerige, hierna volgende beschrijving.
Volgens de onderhavige uitvinding wordt ingekuild voeder, waaronder gras- en/of graan ingekuild voeder, zowel tijdens de anaerobe beginfase van de inkuilingswerkwijze als tijdens de beginfasen van aerobe omstandigheden nadat een silo is geopend, geconserveerd. Het conserveren geschiedt door mengen met bepaalde bacteriele entstoffen die in de anaerobe fase leven en die metabolische produkten verschaffen die tijdens de aerobe fase een voortgezette stabiliteit verlenen. De entstof is Propionibacteria , waarvan het belangrijk is dat deze verenigbaar is met de andere, in de anaerobe fase levende, bacteriën en aldus niet op enigerlei wijze de inkuilingswerkwijze belemmeren.
De toegevoegde bacteriënentstof voor conservering van de anaerobe fase is typerend Lactobacillus. dat bij fermentatie melkzuur vormt. De Prooionibacteria zijn eveneens anaëroob, doch hun metabolische produkten zijn verantwoordelijk voor de stabiliteit in de aerobe fase. Bij voorkeur zijn ze van de Propionibacterium iensenii species of de genetische equivalenten daarvan.
Samenvattend verschaft de onderhavige uitvinding een werkwijze voor het behandelen van kuilvoeder , welke omvat het toedienen van een geringe, doch kuilvoederconser-verende , doeltreffende hoeveelheid van bepaalde species van Propionibacteria. in het bijzonder iensenni vooral de stammen P-9 en P-Fargo, met resp. de ATCC nummers 53961 en 53962 aan kuilvoeder, bij voorkeur in combinatie met melkzuur producerende organismen.
Het bederven van landbouwprodukten, zoals hooi, graanprodukten, enz., ten gevolge van ontleding veroorzaakt door de groei van bedervende organismen, vormt een hoofdprobleem op landbouwkundig gebied. Wordt bijvoorbeeld graan bij een grote vochtigheid in een silo opgeslagen, dan heeft het verkregen kuilprodukt een opmerkelijk lagere voedingswaarde en vaak meer zichtbare schimmel.
De hierin toegepaste aanduiding "kuilvoeder" beoogt alle typen gefermenteerde landbouwprodukten, zoals graskuilprodukt , alfalfakuilmateriaal, graankuilvoeder, sorghumkuilvoeder , gefermenteerde graanprodukten en grasmengsels enz. te omvatten. Alle kunnen met succes met de entstof volgens de uitvinding worden behandeld.
Volgens de onderhavige uitvinding wordt ingekuild voer behandeld met een voor het conserveren van kuilvoeder doeltreffende hoeveelheid van Lactobacillus organisme, zoals dat beschreven in het op 27 juni 1989 verleende Amerikaanse octrooischrift 4.842.871. Zoals echter reeds eerder werd vermeld , kan men , ter verkrijging van het maximale rendement van het conserveren van het kuilvoeder, niet de aerobe omstandigheden negeren wanneer een silo wordt geopend, of wanneer het kuilvoeder uit de silo wordt verwijderd en in voerbunkers wordt geplaatst. Het is voor het eerdere, anaerobisch stabiele , produkt niet ongebruikelijk dat het snel ontleedt of in kwaliteit achteruitgaat, zodra het eenmaal aan de lucht wordt blootgesteld.
Verrassenderwijze werd gevonden dat indien een kuilvoederentstof een hoeveelheid van een gebruikelijke , anaerobe bacteriënentstof , zoals een Lactobacillus organisme en een andere hoeveelheid van bepaalde anaerobe, bacteriële entstoforganismen waarvan de metabolieten een conserverende functie onder aerobe omstandigheden uitoefenen, bevat , de conservering zowel bij de aerobe als anaerobe fasen zal plaatsvinden en dat geen ervan antagonistisch bij de werking van de andere is.
Een verrassend aspect van deze uitvinding is dat slechts bepaalde species Prooionibacteria doeltreffend bij de onderhavige uitvinding zullen functioneren. Het toevoegen van Propionibacteria aan kuilvoeder als algemene methode is bekend, zie bijv. Flores-Galarza R.A. en B.A. Glatz, J. Food Protection 48:407-411 (1985). Bovendien is er in hetzelfde blad een artikel van Parker en de uitvinders ervan, N.J. Moon, "Interactions of Lactobacillus en Propionibacterium in Mixed Culture, "J. Food Protection. 45:326-330 (1982) aanwezig. Dit artikel verschilt van de onderhavige uitvinding in het feit dat er in dit artikel gebruik, gemaakt wordt van verschillende species van Propionibacteria en dat de species van dit artikel uit 1982 niet bevredigend bij de onderhavige uitvinding kunnen worden gebruikt. Indien andere species van Propionibacteria worden toegepast, in tegenstelling met die welke hiervoor zijn genoemd, wordt er geen effect in de aerobe toestand geboekt en in feite kan de werking van de combinatie slechter en niet beter, zijn.
In totaal is de onderhavige uitvinding noodzakelijkerwijze species-specifiek ten aanzien van de Propionibacteria . In het bijzonder bleken de Propionibacteria species die bij de onderhavige uitvinding functioneerden : Propionibacterium iensenii en in het bijzonder Propioni- bacterium iensenii stam P-Fargo en Propionibacterium iensenii stam P-9 te zijn. Het zal echter duidelijk zijn, dat de uitvinding , hoewel species-specifiek, deze species en hun genetische equivalenten of de doeltreffende mutanten daarvan die de gewenste eigenschappen van de genoemde species en stammen vertonen, beoogt te omvatten. Dergelijke genetische equivalenten of mutanten daarvan worden functioneel equivalent aan de ouderspecies opgevat. Het is aan deskundigen op dit gebied bekend dat spontane mutatie een gebruikelijk verschijnsel bij microorganismen is en dat mutaties eveneens bewust volgens vele bekende methoden kunnen worden gevormd. Zo kunnen bijvoorbeeld mutanten worden verkregen onder toepassing van chemische, radioactieve en recombinant methoden.
Onafhankelijk van de wijze waarop mutaties of de genetische equivalenten worden geïnduceerd, is het kritische punt dat ze het ingekuilde voeder conserveren, zoals voor de ouderspecies en/of stam is beschreven. Met andere woorden, de onderhavige uitvinding omvat mutaties die leiden tot dergelijke geringe veranderingen, zoals bijvoorbeeld geringe taxonomische veranderingen.
Onder typerende preparaten die bruikbaar zijn voor de behandeling volgens deze uitvinding kunnen de Lactobacillus organismen binnen de trajecten die bruikbaar zijn voor het behandelen van ingekuilde voederprodukten vallen, dat wil zeggen typerend 108-1014 levensvatbare organismen per ton, bij voorkeur 10 - 10 levensvatbare organismen per ton.
Betreffende de Propionibacterium iensenii en de vooral aanbevolen stammen P-9 en P-Fargo, zal de hoeveelheid levensvatbaar organisme per ton kuilvoeder binnen het β A / traject van ongeveer 10 -10 organismen per ton, bij voorkeur ongeveer 1010 - 1012 organismen per ton liggen. Desgewenst kunnen de Propionibacteria alleen worden toegepast, doch het verdient aanbeveling ze in combinatie met melkzuur producerende organismen te gebruiken.
De preparaten volgens de onderhavige uitvinding kunnen eveneens andere gebruikelijke organismen voor het conserveren van ingekuild voeder bevatten, zoals bijvoorbeeld Lactobacillus , Streptococcus , en Pediococcus. en bepaalde enzymen van schimmels of bacteriën, mits ze op generlei wijze antagonistisch ten opzichte van de actieve aerobe organismen zijn.
Deskundigen op dit gebied zullen andere geschikte dragers en doseringsvormen kennen of in staat zijn deze , onder toepassing van routineonderzoek, te vinden. Verder kan het toedienen van de verschillende preparaten volgens standaardmethoden, bekend aan deskundigen op dit gebied, bijvoorbeeld door sproeien, verstuiven enz., worden uitgevoerd .
De hiervoor gegeven beschrijving beschrijft in het algemeen de onderhavige uitvinding. Een uitvoeriger begrip kan worden verkregen aan de hand van de volgende specifieke voorbeelden.
Voorbeelden
Bij de in de hierna volgende tabellen gegeven voorbeelden, geschiedde de behandeling en bereiding en het opslaan als volgt. De Propionibacteria species die werden toegepast bij de inkuilingsonderzoekingen, uitgevoerd in de jaren 1986, 1987 en 1988, omvatten zowel de Propionibac-terium iensenii species P-9 en P-Fargo, als andere Propionibacteria ter vergelijking. De Propionibacterium -iensenii species zijn gewoonlijk verkrijgbaar bij een cultuurver-zameling van de Iowa State University en zijn gedeponeerd bij de American Type Culture Collection (ATCC) onder de nummers 53961 en 53962. Bij deze proeven werden P. sher-manii. aangeduid P-19 en P^. thoenii, aangeduid met P-8, toegepast ter vergelijking teneinde gegevens te verschaffen waaruit blijkt dat het slechts iensenii of het genetische equivalent daarvan is, dat bij de onderhavige uitvinding bevredigend is. De gehalten aan entstof bedroegen 105 per gram. Dit komt overeen met 1011 organismen per ton. De behandelingen werden uitgevoerd in de vorm van een vloeistof.
Het behandelde graan werd in gelijke porties verdeeld en verpakt in kunststof emmers van ongeveer 19 liter met goed afsluitende afdichtende deksels van rubber. De deksels waren voorzien van een drukt-ontlaadklep, zodat de gassen konden ontsnappen en toch anaerobe omstandigheden bleven gehandhaafd. De emmers werden 30-120 dagen bewaard bij 20-25°C, alvorens ze te openen ter simulering van de silo-omstandigheden.
De emmers werden geopend en beoordeeld op visuele kleursverschillen, en op geur en werden daarna geledigd op een schoon kunststofvel. Het graan werd gemengd en monsters voor microbiologische en chemische analyses werden getrokken. Het overblijvende graan werd verdeeld in twee porties van 500 g en geplaatst in houders van styreenschuim, die speciaal met wanden van 2" waren gefabriceerd teneinde de warmte vast te houden. In het centrum van de massa's van elke houder werden thermistors geplaatst en de temperatuur werd gedurende elk uur tot 7-10 dagen gemeten. De pH werd 2 maal daags gemeten met behulp van een bepaalde pH meter.
De populaties van aeroben, microaerofielen, lactobacilli, streptococci, lactaat gebruikers, coliforms en gisten en schimmels en actinomyces werden gemeten onder toepassing van geschikte media en omstandigheden (bijv. TSA, MRS, MS, NAL, RBC, NBARC). De populaties werden in het graan bij het inkuilen en wanneer het ingekuilde voeder werd blootgesteld aan lucht op dag 0 van de aerobe stabili-teitsbepalingen bepaald.
De monsters werden beoordeeld op hun voedingswaarde zodra de inkuilingswerkwijze begon en wanneer het graan aan de lucht werd blootgesteld voor aerobe stabiliteit. De gebruikelijke voedingsparameters, waaronder ADF, ADF-N, NDF, N, ASH, werden bepaald. De fermentatiezuren werden bepaald op de dag van de opening voor de aerobe stabiliteit.
In de gevallen waarbij er een combinatie met Lactobacillus bacteriën was betrokken, werd een in de handel verkrijgbaar produkt van Pioneer Hi-Bred International, Ine., gewoonlijk verkrijgbaar en bekend staande als Pioneer Brand 1186 gebruikt. Pioneer Brand 1186 is een merk van een graanentmiddel onder een hoog vochtgehalte dat Lactobacillus piantarum , zoals beschreven in het Amerikaanse octroooischrift 4.842.871 , bevat.
In de hierna volgende tabellen 1, 2 en 3 zijn de onderzoekingen samengevat. "Controle" bevatte geen entmid-del, "1186" bevatte geen Propionibacteria. P-8 is een andere species dan die volgens de uitvinding, P-19 en "PF" duidt op P-Farfo. Uit de vermelde waarden blijkt dat in het algemeen meer uur nodig zijn om een pH stijging groter dan 5,0 en voor de temperatuur een stijging van 1,5°C te verkrijgen voor geopend kuilvoeder dat de Propionibac-terium jensenii bevaten dat P-8 en P-19 niet functioneren in aanwezigheid van 1186 en in werkelijkheid antagonistisch kunnen werken op het juiste effect van alleen 1186.
Bij de onderzoekingen uitgevoerd in 1987 (tabel 3) werden extra stammen toegepast, alleen of gecombineerd met 1186 en de kuilvoerders werden na 60 dagen blootgesteld aan de lucht. Bij deze onderzoekingen waren de meeste aëroob stabiele kuilvoerders die welke weer met de Propionibacteria sp. alleen: P-9, P-Faro en P-8 waren behandeld. Deze waren gedurende 8 dagen stabiel wat betreft de temperatuur en pH wanneer het onderzoek werd beëindigd. De minst stabiele was de niet geente controle die een direkte instabiliteit van de pH en temperatuurstijging vertoonde. P-19 + 1186 vertoonde een direkte instabiliteit van de pH en een temperatuursverhoging. P-19 + 1186 en 1186 waren ongeveer 1 dag langer stabiel dan de controle. De andere mengsels lagen wat betreft hun stabiliteit voor zowel de pH als temperatuur er tussenin.
Mengsels van elke stam van de Propionibacteria en 1186 waren minder stabiel dan elk van de zuivere Propionibacteria stammen en hadden lagere gehalten aan propion-zuren. Bij deze onderzoekingen werd dus een antagonistische respons bij mede-enting van 1186 en bepaalde Propionibac- teria stammen waargenomen, doch niet P-9 en P-Fargo.
In 1988 werd dezelfde opzet voor de onderzoekingen toegepast, behalve dat extra tijden wat betreft de opening werden toegepast teneinde de voortgang van de fermentatie en het effect op de stabiliteit te beoordelen en er werden slechts twee Propionibacteria stammen gebruikt, P-8 en P-9. P-9 werkte gecombineerd met 1186 en P-8 niet.
De tabellen 1 en 2 vatten de onderzoekingen samen die in 1986-1988 werden uitgevoerd op de effecten van de behandelingen op de stabiliteit van graan bij een hoog vochtgehalte. De stabiliteit werd gedefinieerd als het aantal uur dat nodig is om de pH te laten oplopen tot een hogere waarde dan 5,0 en de inwendige temperatuur tot een toename van meer dan 1,5°C dan de omgevingstemperatuur.
Tabel 1
Figure NL9000676AD00121
Figure NL9000676AD00131
Tabel 3 is een samenvatting van de onderzoekingen die in 1986-1988 werden uitgevoerd. Vermeld zijn de uren met een grotere of lagere (-) stabiliteit ten opzichte van de controle, die geen entorganisme bevat.
Tabel 3
Figure NL9000676AD00132
Figure NL9000676AD00141
* De stabiliteit betreffende de pH en temperatuur voor de controle was groter dan 240 uur. Alle behandelde monsters waren meer dan 240 uur (10 dagen) wat betreft de temperatuur en 180 uur (7,5 dagen) wat betreft de pH stabiel.
Het is niet precies bekend waarom de combinatie van de specifieke, gemengde stammen van Lactobacillus en P. iensenii volgens de onderhavige uitvinding werkt, doch aangenomen wordt dat dit toe te schrijven is aan de vorming van azijnzuur en propionzuren in voldoende hoeveelheden om de ontwikkeling van gisten en andere tot bederf leidende microflora tijdens het aerobe ontledingsproces te vertragen. Eveneens wordt aangenomen dat volgens de uitvinding bepaalde species van Propionibacterium iensenii zijn gevonden die meer bestand zijn tegen hoge gehalten aan melkzuur en een pH van 3,8-4,5, die lager is dan de 5,0 van de omgeving, die normaliter verbonden is met de Propioni-bacteria activiteit. In enkele gevallen hebben kuilvoeders die werden geent met deze Propionibacteria eveneens lagere gistpercentages indien de kuilvoeders open waren, hetgeen een aanwijzing is dat de gisten in hun groei werden geremd tijdens de inkuilingswerkwijze. Deze voorbeelden laten zien dat dit effect species specifiek is en dat niet alle species of stammen in de species evengoed functioneren. De P. iensenii zijn de meest doeltreffende en de P-9 en P-Fargo stammen waren de beste.
Zoals werd toegelicht kan de entstof het P. iensenii alleen wegens de conserverende werking ervan in een aerobe omgeving zijn, doch het kan eveneens worden gecombineerd met een anaëroob conserverend organisme.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het conserveren van ingekuild voer, met het kenmerk, dat men het ingekuilde voer behandelt met een geringe, doch voor het conserveren van ingekuild voeder doeltreffende hoeveelheid van het microor-ganisme Propionibacterium iensenii. of de genetische equivalent daarvan.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het microorganisme Propionibacterium iensenii wordt gekozen uit de groep bestaande uit de P. iensenii stammen P-9 en P-Fargo, of hun genetische equivalenten.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de hoeveelheid levensvatbare organismen per ton ingekuild voeder in het traject van 108 tot 1014 organismen per ton ligt.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de hoeveelheid levensvatbare organismen per ton ingekuild voeder in het traject van 1010 tot 1012 organismen per ton ligt.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de hoeveelheid levensvatbare organismen ongeveer 1011 organismen per ton is.
6. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men behandelt onder toepassing van een melkzuur producerend organisme.
7. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men behandelt onder toepassing van een Lactobacillus organisme.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het Lactobacillus organisme Lactobacillus plantarum. ATCC 53187 is of het genetische equivalent daarvan.
9. Een conserveermiddel voor ingekuild voeder dat in combinatie: een geringe , doch voor het conserveren van ingekuild voeder doeltreffende hoeveelheid van de microor- ganismen I\_ iensenii, en/of het genetische equivalent daarvan, in combinatie met een geringe, doch voor het conserveren van ingekuild voeder doeltreffende hoeveelheid van een Lactobacillus organisme, bevat.
10. Preparaat volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat dit een geschikte cultuurdrager bevat.
11. Werkwijzen als beschreven in de beschrijving en/of voorbeelden.
NL9000676A 1989-11-06 1990-03-22 Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders. NL9000676A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US43188389 1989-11-06
US07/431,883 US4981705A (en) 1989-11-06 1989-11-06 Bacterial treatment to preserve silage

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9000676A true NL9000676A (nl) 1991-06-03

Family

ID=23713844

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9000676A NL9000676A (nl) 1989-11-06 1990-03-22 Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders.

Country Status (13)

Country Link
US (1) US4981705A (nl)
JP (1) JP2516452B2 (nl)
AT (1) AT400282B (nl)
BE (1) BE1002673A3 (nl)
CZ (1) CZ283004B6 (nl)
DD (1) DD293483A5 (nl)
DE (1) DE4009999C2 (nl)
DK (1) DK68090A (nl)
FR (1) FR2653973B1 (nl)
GB (1) GB2237723B (nl)
NL (1) NL9000676A (nl)
NO (1) NO177843C (nl)
SK (1) SK519390A3 (nl)

Families Citing this family (27)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5096718A (en) * 1982-09-17 1992-03-17 The State Of Oregon Acting By And Through The Oregon State Board Of Higher Education On Behalf Of Oregon State University Preserving foods using metabolites of propionibacteria other than propionic acid
US5635484A (en) * 1982-09-17 1997-06-03 The State Of Oregon Acting By And Through The Oregon State Board Of Higher Education On Behalf Of Oregon State University Propionibacteria peptide microcin
KR950010400B1 (ko) * 1990-08-16 1995-09-16 삼성전자주식회사 김치냉장고의 발효 및 저장제어방법
US6120810A (en) * 1992-03-30 2000-09-19 Oklahoma State University Bacterial composition to reduce the toxic effects of high nitrate consumption in livestock
FI92498C (fi) * 1992-06-10 1994-11-25 Valio Meijerien Uusi mikro-organismikanta, sitä sisältävät bakteerivalmisteet ja näiden käyttö hiivojen ja homeiden torjuntaan
GB9315275D0 (en) * 1993-07-23 1993-09-08 Biotal Ltd Formulation for treating silage
US5747020A (en) * 1995-05-15 1998-05-05 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Bacterial treatment for silage
JPH11506330A (ja) * 1995-06-01 1999-06-08 パイオニア ハイ−ブレッド インターナショナル,インコーポレイテッド サイレージの保存のための細菌接種物
EP0831720A1 (en) * 1995-06-01 1998-04-01 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Bacterial treatment to preserve silage
GB2310124B (en) * 1996-02-15 1998-01-28 Biotal Ltd Microorganisms and their use in treating animal feed and silage
US6054148A (en) * 1997-12-19 2000-04-25 Board Of Trustees Operating Michigan State University Method and compositions for ensiling silage
WO1999053775A1 (en) 1998-04-17 1999-10-28 The Board Of Regents For Oklahoma State University Propionibacterium p-63 for use in direct fed microbials for animal feeds
US6951643B2 (en) 2001-07-24 2005-10-04 Oklahoma State University Direct-fed microbial
EP1308506A1 (en) * 2001-11-06 2003-05-07 Eidgenössische Technische Hochschule Zürich Mixtures of Propionibacterium jensenii and Lactobacillus sp. with antimicrobial activities for use as a natural preservation system
NZ537242A (en) * 2002-06-21 2008-10-31 Newcastle Innovation Ltd Probiotic propionibacterium jensenii 702
AU2005279724B2 (en) * 2004-09-01 2010-03-25 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Ferulate esterase producing strains and methods of using same
RU2469548C2 (ru) 2006-07-14 2012-12-20 ЛЕГАРТ Лоне Гомоферментированные продукты
WO2008064025A2 (en) * 2006-11-13 2008-05-29 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Cloning and sequencing of the ferulate esterase gene from lactobacillus buchneri ln4017
US20080138461A1 (en) * 2006-12-11 2008-06-12 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN1297 and its use to improve aerobic stability of silage
US20080138463A1 (en) * 2006-12-11 2008-06-12 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN5689 and its use to improve aerobic stability of silage
US20090028992A1 (en) * 2006-12-11 2009-01-29 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN1286 and its use to improve aerobic stability of silage
US20090028991A1 (en) * 2006-12-11 2009-01-29 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN1284 and its use to improve aerobic stability of silage
US20080138462A1 (en) * 2006-12-11 2008-06-12 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN5665 and its use to improve aerobic stability of silage
US20090028993A1 (en) * 2006-12-11 2009-01-29 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Lactobacillus buchneri strain LN1326 and its use to improve aerobic stability of silage
EP2245944A1 (fr) * 2009-04-30 2010-11-03 Danisco A/S Procédé pour améliorer la digestibilité et l'assimilabilité des céréales et/ou des fibres chez un animal herbivore monogastrique
US9089151B2 (en) 2011-08-24 2015-07-28 Dupont Nutrition Biosciences Aps Enzyme producing Bacillus strains
US9822334B2 (en) 2014-03-07 2017-11-21 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Rapid acting lactobacillus strains and their use to improve aerobic stability of silage

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FI43941B (nl) * 1968-06-04 1971-03-31 Farmos Oy
EP0071858A1 (en) * 1981-08-06 1983-02-16 Miles Laboratories, Inc. Silage preservation with propionic acid producing microorganisms
CA1218894A (en) * 1982-09-17 1987-03-10 State Of Oregon Acting By And Through The Oregon State Board Of Higher Education Acting For And On Behalf Of The Oregon Health Sciences University And The University Of Oregon, Eugene, Oregon Propionates and metabolites of propionibacteria affecting microbial growth
US4842871A (en) * 1985-08-01 1989-06-27 Pioneer Hi-Bred International, Inc. Method and inoculant for preserving agricultural products for animal feed
JPH0648957B2 (ja) * 1986-03-07 1994-06-29 ビオフエルミン製薬株式会社 サイレ−ジの二次変敗防止剤
US4728516A (en) * 1986-08-11 1988-03-01 Microlife Technigs, Inc. Method for the preservation of creamed cottage cheese
US4863747A (en) * 1987-10-22 1989-09-05 Pioneer Hi-Bred International Bacterial treatment to preserve hay quality by addition of microorganisms of the genus Bacillus
US4820531A (en) * 1987-10-22 1989-04-11 Pioneer Hi-Bred International Bacterial treatment to preserve hay quality by addition of microorganisms of the genus bacillus

Also Published As

Publication number Publication date
GB2237723B (en) 1993-10-13
DK68090D0 (da) 1990-03-15
NO177843B (no) 1995-08-28
JP2516452B2 (ja) 1996-07-24
SK279611B6 (sk) 1999-01-11
SK519390A3 (en) 1999-01-11
US4981705A (en) 1991-01-01
ATA79590A (de) 1995-04-15
CZ283004B6 (cs) 1997-12-17
GB2237723A (en) 1991-05-15
FR2653973B1 (fr) 1992-10-30
DK68090A (da) 1991-05-07
AT400282B (de) 1995-11-27
NO901296L (no) 1991-05-07
DE4009999A1 (de) 1991-05-08
DD293483A5 (de) 1991-09-05
NO901296D0 (no) 1990-03-21
BE1002673A3 (fr) 1991-04-30
JPH03147751A (ja) 1991-06-24
GB9006238D0 (en) 1990-05-16
NO177843C (no) 1995-12-06
DE4009999C2 (de) 1999-02-18
CZ519390A3 (en) 1995-11-15
FR2653973A1 (fr) 1991-05-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9000676A (nl) Werkwijze voor het conserveren van kuilvoeders en conserveermiddelen voor kuilvoeders.
AU2002239449B2 (en) Mixed cultures for improved fermentation and aerobic stability of silage
MXPA97008793A (en) Bacterial treatment for ensil
AU2002239449A1 (en) Mixed cultures for improved fermentation and aerobic stability of silage
AU5859196A (en) Bacterial treatment for silage
WO2008073841A2 (en) Lactobacillus buchneri strain ln1297 and its use to improve aerobic stability of silage
NL8802126A (nl) Bacteriele behandeling voor het bewaren van de kwaliteit van hooi door toevoeging van micro-organismen van het genus bacillus.
MOON et al. Aerobic deterioration of wheat, lucerne and maize silages prepared with Lactobacillus acidophilus and a Candida spp.
US6337068B1 (en) Lactorbacillus buchneri compositions for improving aerobic stability of silage
US20090028993A1 (en) Lactobacillus buchneri strain LN1326 and its use to improve aerobic stability of silage
WO2008073848A1 (en) Lactobacillus buchneri strain ln5665 and its use to improve aerobic stability of silage
WO2008073853A2 (en) Lactobacillus buchneri strain ln5689 and its use to improve aerobic stability of silage
WO2008073835A1 (en) Lactobacillus buchneri strain ln1284 and its use to improve aerobic stability of silage
WO2008073839A2 (en) Lactobacillus buchneri strain ln1286 and its use to improve aerobic stability of silage
US6489158B1 (en) Non-lactate-assimilating yeast for improving aerobic stability of silage
EP0071858A1 (en) Silage preservation with propionic acid producing microorganisms
Heron et al. The effects of inoculation, addition of glucose and mincing on fermentation and proteolysis in ryegrass ensiled in laboratory silos
US4983406A (en) Preservation of feed
Magan et al. Water relations and metabolism of propionate in two yeasts from hay
JPS5913175B2 (ja) サイレ−ジの製造法
CA2221967A1 (en) Bacterial treatment to preserve silage
Ortiz Effect of Miles Laboratory commercial inoculants on alfalfa, whole plant corn and high moisture grain sorghum silages
Pahlow This paper attempts to update relevant information on forage microbiology provided since the 3rd
AU6030796A (en) Bacterial inoculants to preserve silage
MXPA97009290A (en) Bacterial treatment to preserve the ensil

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable