NL8800289A - Grondbewerkingsmachine. - Google Patents
Grondbewerkingsmachine. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8800289A NL8800289A NL8800289A NL8800289A NL8800289A NL 8800289 A NL8800289 A NL 8800289A NL 8800289 A NL8800289 A NL 8800289A NL 8800289 A NL8800289 A NL 8800289A NL 8800289 A NL8800289 A NL 8800289A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- soil
- tillage
- soil cultivation
- frame
- members
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01B—SOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
- A01B23/00—Elements, tools, or details of harrows
- A01B23/02—Teeth; Fixing the teeth
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01B—SOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
- A01B33/00—Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
- A01B33/08—Tools; Details, e.g. adaptations of transmissions or gearings
- A01B33/10—Structural or functional features of the tools ; Theoretical aspects of the cutting action
- A01B33/106—Structural or functional features of the tools ; Theoretical aspects of the cutting action the rotating shaft being oriented vertically or steeply inclined
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Soil Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Soil Working Implements (AREA)
- Cultivation Of Plants (AREA)
Description
i r *
C. van der Lely N.V., MAASLAND GRONDBEWERKINGSMACHINE
De uitvinding heeft betrekking op een grond-bewerkingsmachine voorzien van een gestel en ten minste één om een as draaibaar grondbewerkingselement, dat ten minste één vrij uiteinde heeft dat wegneembaar is aangebracht.
5 Bij grondbewerkingsmachines van deze soort vormt het niet wegneembare deel van het bewerkingselement één geheel met een drager zodat, indien het niet wegneembare deel wordt beschadigd of slijtage gaat vertonen, een relatief dure vervanging noodzakelijk is.
10 Met de constructie volgens de uitvinding kan nu worden bereikt dat, in geval van slijtage van het dragend deel van het bewerkingselement, het dragend deel zelf kan worden afgenomen en vervangen, hetgeen sterk kostendrukkend kan werken.
15 Een volgend facet van de uitvinding betreft een grondbewerkingsmachine van bovengenoemde soort, waarbij het wegneembare einde is verhard en/of een slijtvaste laag omvat.
Met behulp van deze constructie kan men de levensduur van het wegneembare einde aanmerkelijk verlengen.
20 Een verder facet van de uitvinding betreft een grondbewerkingsmachine van bovengenoemde soort, waarbij het wegneembare einde is aangebracht om een conisch gedeelte van het dragend deel waardoor een betrouwbare bevestiging van het wegneembare einde mogelijk wordt.
25 Een volgend facet van de uitvinding betreft een grondbewerkingsmachine van bovengenoemde soort, waarbij een bewerkingselement is aangebracht aan een schijfvormige drager, waarbij boven en althans gedeeltelijk om de schijfvormige drager een schotelvormige afscherming is aangebracht.
30 Met behulp van deze voorziening kan men op goedkope en eenvoudige wijze een effectieve bescherming verkrijgen tegen beschadiging door stenen en dergelijke.
Aan de hand van enkele in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden zal de uitvinding hieronder nader .8800289 ï * Ί 2 uiteen worden gezet.
Figuur 1 geeft in bovenaanzicht een grond-bewerkingsmachine weer voorzien van constructies volgens de uitvinding; 5 Figuur 2 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de lijn II - II in Figuur 1;
Figuur 3 geeft een aanzicht weer volgens de pijl III in Figuur 2, terwijl
Figuur 4 op grotere schaal een aanzicht weergeeft 10 volgens de lijn IV - IV in Figuur 1;
Figuur 5 geeft een aanzicht en een gedeeltelijke doorsnede van een aan een schijfvormige drager volgens de uitvinding aangebracht bewerkingselement voorzien van een afneembaar deel; 15 Figuur 6 is een aanzicht volgens de pijl VI in
Figuur 5;
Figuur 7 is een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een bewerkingselement voorzien van een afneembaar deel volgens de uitvinding.
20 De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine, in het bijzonder een inrichting voor de bereiding van een zaaibed.
De machine omvat een zich dwars op de voort-bewegingsrichting A uitstrekkend kokervormig gesteldeel 1, 25 waarin op onderling gelijke afstand van bij voorkeur 25 cm de opwaarts gerichte, bij voorkeur althans nagenoeg verticale assen van bewerkingsorganen 2 op de hierna nader te bespreken wijze zijn ondersteund. De einden van het kokervormig gesteldeel 1 zijn afgesloten door middel van platen 3, die opwaarts 30 zijn gericht en zich althans nagenoeg evenwijdig aan de voortbewegingsrichting A uitstrekken. Nabij de voorzijde zijn de platen 3 voorzien van een as 4, een en ander zodanig, dat de langshartlijnen van de assen in eikaars verlengde zijn gelegen. Om elk van de assen 4 is een arm 5 vrij verzwenk-35 baar, welke arm zich langs de binnenzijde van een plaat 3 naar achteren uitstrekt en door middel van een verstel-inrichting 6, die bij dit uitvoeringsvoorbeeld is uitgevoerd als een schroefspindel, in meerdere standen brengbaar en . 8 8 0 0289 κ 3 vastzetbaar is. Tussen de vrije achtereinden van de armen 5 is vrij draaibaar een rol 6A aangebracht, welke rol tijdens het bedrijf de machine ondersteunt en de werkdiepte van de bewerkings organen 2 bepaalt. Binnen het kokervormig ges tel-5 deel 1 bevindt zich een overbrenging voor de aandrijving van de bewerkingsorganen 2, welke overbrenging met elkaar in aangrijping zijnde tandwielen 7 omvat en via de as 8 van een nabij het midden gelegen bewerkings orgaan 2 vanaf de aftakas van een trekker aandrijf baar is. De as 8 is aan de binnen-10 zijde voorzien van een cilindervormige uitsparing, terwijl de overige bewerkingsorganen 2 elk een massief _uitgevoerde as 9 hebben. De bewerkingsorganen 2 zijn elk voorzien van een schijfvormige drager 10, die als één geheel met de respectieve assen 8 en 9 door smeden is gevormd. De as 8 en 15 elk van de assen 9 is ondersteund door middel van een leger 11, dat zich bevindt in een legerhuis 12, hetwelk door middel van bouten 14 en een bevestigingsring 13 aan de binnenzijde van het kokervormig geste Idee 1 1 op de in de figuren 2 en 4 weergegeven wijze is aangebracht. Diametraal 20 tegenover elkaar zijn aan elke schijfvormige drager 10 bewer-kingselementen in de vorm van tanden 15 aangebracht. Elk van de tanden 15 omvat een bevestigingsdeel 16 dat door middel van twee bouten 17 met een vlak afgewerkte bovenzijde tegen de vlakke onderzijde van de schijfvormige drager 10 is 25 bevestigd (fig. 3 en 4). De bevestigingsdelen verlopen aan de naar elkaar toegekeerde zijden taps (fig. 3) en hebben een vrij einde dat althans nagenoeg tangentiaal verloopt ten opzichte van de draaiingsas van het bewerkingsorgaan. De bouten die ten opzichte van de draairichting achter elkaar 30 zijn gelegen, zijn gedraaid in van schroefdraad voorziene gaten in de schijfvormige drager 10 en bevinden zich aan weerszijden van een radiale rib 18, waarvan de hoogte naar buiten toeneemt (fig. 4). Het bevestigingsdeel 16 gaat, zoals uit figuur 4 blijkt, via een kromming van ± 90° over in een 35 naar beneden gericht werkzaam deel 19. Hierbij verloopt het bevestigingsdeel vanaf de schijfvormige drager aanvankelijk naar buiten (fig. 4). Het werkzaam deel 19 van een tand 15 verloopt naar zijn vrije einde taps, waarbij de langshartlijn ψ ,8800289 » 4 een hoek van ± 8° insluit met een verticaal symmetrie vlak (fig. 2), een en ander zodanig, dat het werkzaam deel 19 van de tand 15 ten opzichte van de draairichting die het bewerkingsorgaan 2 tijdens het bedrijf krijgt, slepend staat.
5 Het werkzaam deel 19 heeft een hoofdzakelijk ronde dwarsdoorsnede en is aan de ten opzichte van de draairichting voorste zijde voorzien van een rib 20, die vanaf het bevestigingsdeel 16 tot het vrije einde van de tand 15 reikt.
De assen 9 van de bewerkingsorganen 2 zijn door 10 middel van legers 21 aan de bovenzijde van het kokervormig gesteldeel 1 ondersteund. De as 8, die, zoals reeds is vermeld, is voorzien van een cilindervormige uitsparing, is binnen het gesteldeel 1 door middel van een bout 22 die in de uitsparing is gelegen verbonden met een as 23, die onder uit 15 een tandwielkast 24 steekt en waarvan de langshartlijn in het verlengde is gelegen van de langshartlijn van de cilindervormige uitsparing. De as 23 is door middel van een van spiegangen voorzien einde aangebracht in een bus 25, die door middel van een flens 26 en bouten 27 op de bovenzijde van het 20 tandwiel 7 is bevestigd. Bij de montage kan, nadat de schijfvormige drager 10 met de as 8 en het tandwiel 7 is gemonteerd, het ondereinde van de uitgaande as 23, die zich aan de onderzijde van de tandwielkast 24 bevindt, in de bus 25 worden aangebracht. Hierna wordt de tandwielkast 24 op de 25 bovenzijde van het kokervormig gesteldeel 1 bevestigd. Op deze wijze kan men snel en doelmatig de tandwielkast 24 aanbrengen. Door middel van ringen 28 en de bouten 14 is tegen de onderzijde van elk legerhuis 12 een uit geperste plaat gevormde schotelvormige afscherming 29 aangebracht, 30 welke afscherming met een naar beneden omgebogen rand tot ten minste de helft van de hoogte van een schijfvormige drager 10 van een bewerkingsorgaan 2 reikt en deze drager met geringe speling omgeeft (fig. 2). Zoals uit fig. 3 blijkt, zijn de schotelvormige afschermingen tegen elkaar gelegen. Aan de 35 voorzijde van het kokervormig gesteldeel 1 is door middel van bouten 30, die een onderste deel van het gesteldeel met een afdekplaat 31 verbinden, .een plaat 32 aangebracht. De plaat 32 strekt zich vanaf de bevestiging langs de voorzijde van . 8800289 t 5 het gesteldeel 1, welke voorzijde schuin naar beneden en naar achteren verloopt, naar beneden uit (fig. 2). De plaat 32 rust met een recht naar beneden afgebogen ondereinde tegen de voorzijde van de schotel vormige afschermingen 29 (fig. 3 en 5 4). De plaat 32 strekt zich over de gehele lengte van het gesteldeel 1 uit. De aan de onderzijde van de tandwielkast 24 uitstekende as 23 is binnen de tandwielkast 24 door middel van. een conische tandwieloverbrenging 33, 34 in aandrijvende verbinding met een as 35. De as 35 strekt zich in de voort-10 bewegingsrichting A uit en staat via een toerenvariator 36 aan de achterzijde van de tandwielkast 24 met een daarboven en ten opzichte van deze as tot boven het midden van het kokervormig gesteldeel 1 verplaatste as 37 in aandrijvende verbinding. De as 37 steekt zowel aan de voor- als aan de 15 achterzijde buiten de tandwielkast 24, respectievelijk de toerenvariator 36 uit. Het aan de voorzijde buiten de tandwielkast 24 uitstekende einde van de as 37 kan door middel van een tussenas 38 met de aftakas van een trekker worden verbonden. Aan de voorzijde van het kokervormig gesteldeel 1 20 is een bok 39A aangebracht, die is voorzien van een drie-puntsbevestiging voor aankoppeling van de machine aan de driepuntshefinrichting van een trekker.
In de figuren 5 en 6 is een uitvoeringsvoorbeeld van een tand 39 afgebeeld, waarbij met het voorgaande 25 uitvoeringsvoorbeeld overeenkomende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers zijn aangegeven.
Het werkzaam deel 40 van de tand 39 omvat een nabij de bovenzijde gelegen drager of dragend deel 41, dat zich vanaf het bevestigingsdeel 16 over althans nagenoeg een 30 kwart van de lengte van het werkzaam deel uit strekt, alvorens over te gaan in een versmald en naar het vrije einde taps verlopend gedeelte 42 met een bij voorkeur ronde dwarsdoorsnede. Het gedeelte 42 dat zich tot ongeveer de helft van het overige gedeelte van het werkzaam deel 40 uitstrekt, past in 35 een corresponderende opening 43, aangebracht in een afneembaar deel 44 van het werkzaam deel 40. Het afneembaar deel 44 heeft een lengte die groter is dan de helft van het werkzaam deel 40 en is, zoals uit de figuren 5 en 6 blijkt, over het .8800289 4 6 tapse gedeelte 42 geschoven tot de bovenzijde aanligt tegen de aan de onderzijde van het dragend deel 41 gevormde borst 45. Het tapse gedeelte 42 van het dragend deel 41 en het afneembare deel 44 zijn door middel van een veerstift 46 ten 5 opzichte van elkaar gefixeerd. De veerstift 46 is door een opening nabij de onderzijde van het tapse gedeelte 42 gestoken. Met behulp van de voorziening volgens fig. 5 en 6 kan men zonder dat de tand 39 behoeft te worden afgenomen in geval van slijtage of beschadiging het afneembare deel 44 dat 10 uit een harde, slijtvaste substantie bestaat, afnemen en vervangen door een nieuw afneembaar deel.
In fig. 7 is een tweede uitvoeringsvoorbeeld weergegeven, waarbij in het kokervormig gesteldeel 1 assen 40A zijn ondersteund door middel van een nabij de onder- en 15 bovenzijde aangebracht leger. De assen 40A zijn binnen het gesteldeel voorzien van tandwielen 11 en kunnen op bekende wijze via de tandwielkast 24 en de toerenvariator 36 vanaf de af takas van een trekker worden aangedreven. Op elke as 40A is door middel van spiegangen en een moer 4 IA die met schroef-20 draad op het ondereinde van elk van de assen kan samenwerken, een drager 47 aangebracht. De drager 47 is aan de einden voorzien van busvormige delen, waarin de bevestigingsdelen 48 van als tanden 49 uitgevoerde bewerkingselementen zijn aangebracht. De bevestigingsdelen 48 zijn gefixeerd door middel 25 van moeren 50, die met schroefdraad op de bovenzijde samenwerken en tegen beschadiging door stenen en dergelijke worden beschermd door ten opzichte van de rotatierichting vóór de moeren gelegen afschermplaten 51. De bevestigingsdelen 48 gaan over in een werkzaam deel 52 dat een dragend deel 53 30 omvat, dat zich over een geringe afstand uitstrekt alvorens via een borst 54 over te gaan in een conisch gedeelte 55 dat een van schroefdraad voorzien cilindrisch deel 56 heeft en een bij voorkeur ronde dwarsdoorsnede. Om het conisch gedeelte 55 is een afneembaar deel 57 aangebracht door middel van 35 een overeenkomstig gevormde uitsparing, die aan de onderzijde is voorzien van schroefdraad, waarmee de schroefdraad op het cilindrisch ondereinde 56 van het conisch gedeelte 55 kan samenwerken. Evenals bij het voorgaande uitvoeringsvoorbeeld, . 8800289 7 kan men bij dit uitvoeringsvoorbeeld het afneembaar deel 57 van de tand 49, welk deel uit hard en slijtvast materiaal bestaat, vervangen indien dit afneembare deel is versleten en/of beschadigd.
5 De werking van de in het voorgaande beschreven machine is als volgt.
Tijdens het bedrijf is de inrichting door middel van bok 39A met de driepuntshefinrichting van een trekker gekoppeld en kan vanaf de aftakas via de tussenas 38 en de in 10 de tandwielkast 24, de toerenvariator 36 en het kokervormig gesteldeel 1 aanwezige overbrenging elk van de bewerkings-organen 2 worden aangedreven in een richting als met pijlen in fig. 1 is weergegeven. Hierbij bewerken naast elkaar gelegen bewerkingsorganen met behulp van de tanden 15, 15 respectievelijk 39, respectievelijk 49 ten minste aan elkaar grenzende stroken grond. Zoals reeds vermeld, kan met behulp van de rol 6A de werkdiepte van de bewerkingsorganen 2 worden ingesteld. Met behulp van de aan de voorzijde aangebrachte plaat 32, welke aan de onderzijde rust tegen de voor elk 20 bewerkingsorgaan 2 aan de onderzijde van een legerhuis 12 aangebrachte, schotelvormige afscherming 29 wordt op eenvoudige en goedkope wijze een doelmatige bescherming tegen stenen verkregen, waarbij wordt voorkomen, dat stenen tussen de onderzijde van het gesteldeel 1 en de respectieve schijf-25 vormige dragers 10 en/of tussen de schijfvormige dragers van de bewerkingsorganen 2 kunnen klem raken. De uit twee delen bestaande werkzame delen 40, respectievelijk 52 van de tanden 39, respectievelijk 49, te weten het dragend deel 41, respectievelijk 53 en het afneembare deel 40, respectievelijk 57 30 maken het mogelijk de levensduur van een tand aanmerkelijk te verlengen. Bovendien kan men op eenvoudige wijze de tand voorzien van een nieuw afneembaar gedeelte, zonder dat men de gehele tand van de drager behoeft los te nemen. Met behulp van de aan de onderzijde aanwezige rib kan men een effectieve 35 verstijving van het bevestigingsdeel 16 en bovendien een zekere bescherming voor de bevestigingsbouten 17 verkrijgen.
.8800289 8
De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.
.8800289
Claims (27)
1. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en ten minste één om een as draaibaar grondbewerkingselement, dat ten minste één vrij uiteinde heeft, dat wegneembaar is aangebracht, met het kenmerk, dat het wegneembare vrije einde 5 om het einde van een wegneembare drager van het bewerkings-element is aangebracht.
2. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het wegneembare einde gehard is en/of van een slijtvaste laag voorzien.
3. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en ten minste één om een as draaibaar grondbewerkingselement, dat ten minste één vrij einde heeft, dat wegneembaar is aangebracht, met het kenmerk, dat het wegneembare einde verhard is en/of een slijtvaste laag omvat.
4. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het wegneembare einde is voorzien van een conische uitsparing, die schroefdraad omvat.
5. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en ten minste één om een as draaibaar grondbewerkingselement, 20 dat ten minste één vrij uiteinde heeft, dat wegneembaar is aangebracht, met het kenmerk, dat het wegneembare einde een conische uitsparing omvat, die is voorzien van schroefdraad.
6. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het wegneembare einde nabij 25 het midden een fixatiestift omvat.
7. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en ten minste één om een as draaibaar grondbewerkingselement, dat ten minste één vrij einde heeft, dat wegneembaar is aangebracht, met het kenmerk, dat het wegneembare einde nabij 30 het midden is voorzien van een fixatiestift.
8. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aantal om opwaartse assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen aanwezig zijn, welke zijn voorzien van een drager, waaraan het bewerkings- 35 element is aangebracht.
9. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en .8800289 « om opwaartse assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen, met het kenmerk, dat een grondbewerkingsorgaan een drager omvat waaraan ten minste één bewerkingselement is aangebracht, welk bewerkingselement is voorzien van een losneembaar deel.
10. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een bewerkingselement is aangebracht aan een gesmede schijfvormige drager die één geheel vormt met een as voor het grondbewerkingsorgaan, en het grondbewerkingselement is bevestigd door middel van een 10 bout, die in een van schroefdraad voorzien gat in de schijf is aangebracht.
11. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen, met het kenmerk, dat een grondbewerkings- 15 orgaan een aan de as gesmede schijfvormige drager heeft en ten minste één grondbewerkingselement is bevestigd door middel van een bout, die in een tapgat in de schijf is aangebracht.
12. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande 20 conclusies, met het kenmerk, dat de aandrijving voor de grondbewerkingsorganen met elkaar in aangrijping zijnde tandwielen omvat en een tandwiel aan de bovenzijde is voorzien van een huls met spiegang voor het opnemen van een uitgaande as van een tandwielkast van een centrale aandrijving,
13. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen, met het kenmerk, dat een grondbewerkingsorgaan voor de aandrijving een tandwiel omvat, waaraan een huls voorzien van spiegangen is aangebracht.
14. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat boven en althans gedeeltelijk om een schijfvormige drager voor een bewerkingselement een schotelvormige afscherming is aangebracht.
15. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en 35 een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen, met het kenmerk, dat een grondbewerkingsorgaan een schijfvormige drager voor een bewerkingselement omvat, en boven en althans gedeeltelijk om de schijfvormige . 8 8 0 0289 * drager een schotelvormige afscherming is aangebracht.
16. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de voorzijde van een gesteldeel waarin de grondbewerkingsorganen zijn ondersteund 5 een zich naar beneden uit strekkende, tegen de wand van het gesteldeel gelegen plaat is aangebracht.
17. Grondbewerkingsmachine voorzien van een gestel en een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare grondbewerkingsorganen, met het kenmerk, dat aan de rand van een 10 gesteldeel waarin de grondbewerkingsorganen zijn gelegerd, een zich naar omlaag uitstrekkende, langs de wand van het gesteldeel verlopende plaat is aangebracht.
18. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bewerkingselement een 15 werkzaam deel omvat dat een op een bevestigingsdeel aansluitend dragend deel heeft, waaraan losneembaar een afneembaar deel is aangebracht, dat zich over ten minste de helft van de lengte van het werkzaam deel uitstrekt.
19. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 18, met 20 het kenmerk, dat het dragend deel is voorzien van een conisch gedeelte, waarom het wegneembare deel is aangebracht, en een fixatiestift nabij het einde van het conisch deel is aangebracht .
20. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie. 18, met 25 het kenmerk, dat het einde van het conisch deel is voorzien van een van schroefdraad voorzien gedeelte dat kan samenwerken met schroefdraad aan de onderzijde van een overeenkomstige conische uitsparing in het wegneembare deel.
21. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 30 8 - 20, met het kenmerk, dat de grondbewerkingsorganen in een zich dwars op de voortbewegingsrichting uitstrekkende rij zijn aangebracht en een tandwiel op de as van een nabij het midden gelegen grondbewerkingsorgaan aan de bovenzijde is voorzien van een afneembare bus waarin een einde van een 35 uitgaande as van een tandwielkast brengbaar is, welke tandwielkast op de bovenzijde van een de bewerkingsorganen dragend gesteldeel bevestigbaar is.
22. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies .8800289 14 - 21, met het kenmerk, dat de schotelvormige afschermingen ten minste tot de helft van de hoogte van een schijf vormige drager reiken.
23. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 5 14-22, met het kenmerk, dat de schotelvormige afschermingen voor de dragers bij naast elkaar gelegen grondbewerkings-organen aan elkaar grenzen.
24. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 16 - 21 en conclusie 22 of 23, met het kenmerk, dat de aan de 10 voorzijde van het gesteldeel aangebrachte plaat aan de onderzijde althans nagenoeg recht naar beneden verloopt en tegen de voorzijde van de schotelvormige afschermingen rust.
25. Grondbewerkingsmachine zoals beschreven in het voorgaande en weergegeven in de figuren.
26. Tand voor een grondbewerkingsmachine voorzien van middelen om aan een tandendrager te worden bevestigd, met het kenmerk, dat de tand uit ten minste twee tot een werkzaam deel behorende delen bestaat, die losneembaar ten opzichte van elkaar zijn aangebracht.
27. Tand voor een grondbewerkingsmachine, met het kenmerk, dat de tand is gesmeed en een omlaag verlopend deel heeft dat de grond bewerkt, alsmede een bovenvlak dat vlak is afgewerkt. .8800289
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8800289A NL8800289A (nl) | 1988-02-08 | 1988-02-08 | Grondbewerkingsmachine. |
EP89200246A EP0332238A3 (en) | 1988-02-08 | 1989-02-03 | A soil cultivating machine |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8800289A NL8800289A (nl) | 1988-02-08 | 1988-02-08 | Grondbewerkingsmachine. |
NL8800289 | 1988-02-08 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8800289A true NL8800289A (nl) | 1989-09-01 |
Family
ID=19851727
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8800289A NL8800289A (nl) | 1988-02-08 | 1988-02-08 | Grondbewerkingsmachine. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0332238A3 (nl) |
NL (1) | NL8800289A (nl) |
Families Citing this family (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2267808B (en) * | 1992-06-20 | 1995-08-16 | Nimrod Engineering Limited | Power harrow tines |
ITAN20130063A1 (it) * | 2013-03-27 | 2013-06-26 | Torrico S R L | Utensile ad aggancio / sgancio rapido per macchine agricole |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4174002A (en) * | 1974-10-24 | 1979-11-13 | Lely Nv C Van Der | Soil cultivating machines |
NL7810717A (nl) * | 1978-10-27 | 1980-04-29 | Patent Concern Nv | Grondbewerkingsmachine. |
NL7810716A (nl) * | 1978-10-27 | 1980-04-29 | Patent Concern Nv | Grondbewerkingsmachine. |
-
1988
- 1988-02-08 NL NL8800289A patent/NL8800289A/nl not_active Application Discontinuation
-
1989
- 1989-02-03 EP EP89200246A patent/EP0332238A3/en not_active Ceased
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0332238A3 (en) | 1989-12-06 |
EP0332238A2 (en) | 1989-09-13 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8004448A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
US3128729A (en) | All-purpose farm machine | |
US5158411A (en) | Seed planting device | |
NL8800289A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8202359A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
US4641713A (en) | Soil cultivating machines | |
NL8400269A (nl) | Rolconstructie voor een grondbewerkingsmachine. | |
NL8204259A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8601048A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL9002567A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL192496C (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8803046A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8300913A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8203047A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8801012A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8304356A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8802987A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
US4270615A (en) | Soil cultivating devices | |
NL8501212A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8701878A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL7810716A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
EP0189957B1 (en) | Soil cultivating machine | |
NL8602005A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8300682A (nl) | Grondbewerkingsmachine. | |
NL8202358A (nl) | Grondbewerkingsmachine. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |