NL8602907A - Buissamenstel uit een aantal kunststof buizen. - Google Patents

Description

« , NL 33.879-Vo/hp .... *

Buissamenstel uit een aantal kunststof buizen

De uitvinding heeft betrekking op een buissamenstel uit een aantal kunststofbuizen, die door integrale afstands-stroken zijn verenigd, waarbij de afstandsstroken als film-scharnieren zijn uitgevoerd en het buissamenstel onder elas-5 tische vervorming van de filmscharnieren om een bundelcentrum samenvouwbaar is tot een buisbundel.

Met dergelijke buissamenstellen wordt gewerkt, wanneer sprake is van het leggen van moderne kabelsystemen, zoals bijvoorbeeld gebruikelijk zijn bij telefoon- en televisie-10 toepassingen, alsmede bij het overbrengen van gegevens. De buissamenstellen worden door middel van strengpersen eendelig uit thermoplastische kunststof vervaardigd, waarbij de kunststof zodanig is, dat het beschreven samenvouwen evenzeer mogelijk is als het in een bocht aanbrengen van de buisbundel.

15 Een gebruikelijke kunststof is polyethyleen. Een andere kunststof kan bestaan uit polyvinylchloride.

Bij een bekende uitvoeringsvorm van dit type (bedrijfsbrochure van de firma Vogelsang "Mehrzweckrohr-System Vogelsang M4”, mei 1985) zijn de afzonderlijke buizen aan de 20 zijde van het bundelcentrum glad. Ze worden in de buisbundel tegen elkaar geplaatst. De aldus gevormde buisbundel is in de samengevouwen toestand niet zonder meer stabiel. De bekende maatregelen hebben hun nut getoond, wanneer de buisbundel in een kabelkanaal wordt getrokken, dat op zijn beurt bijvoor-25 beeld als kunststofbuis is uitgevoerd en samen met fixatie-schijven en afdichtschijven of ook krimpbare eindafsluitingen voor de stabilisatie zorgt. De bekende uitvoeringsvorm kan weliswaar eveneens in de grond worden aangebracht, maar hierbij behoeft de stabilisatie enige verbetering.

30 Derhalve beoogt de onderhavige uitvinding het be kende buissamenstel zodanig verder te ontwikkelen, dat de samengevouwen buisbundel wat zijn vorm betreft stabiel is, namelijk zo, dat de buisbundel zijn vorm handhaaft, wanneer het in de grond aanbrengen door het zogenaamd inploegen met 35 behulp van geschikte machines althans nagenoeg zonder 8602907 s , * *2- montages plaatsvindt»

Hiertoe heeft het buissamenstel volgens de uitvinding het kenmerk, dat de afzonderlijke buizen integrale kernelementen bezitten, die in de buisbundel samen een stabili-5 satiekern vormen.

De kernelementen kunnen voor het reduceren van de buigweerstand dwars op de langsrichting gesleufd zijn of zijn voorzien van uitsparingen» Het is duidelijk, dat de buizen in de buisbundel rechtstreeks en met de kernelementen tegen el-10 kaar liggen, maar ze kunnen eveneens tegen elkaar en tegen de: stabilisatiekern worden gespannen.

In detail bestaan in het kader van de uitvinding diverse mogelijkheden voor een verdere uitvoering en vormgeving. Zo is het mogelijk, dat de kernelementen als aan de zij-15 de van het bundelcentrum aan de buizen aangebrachte integrale holle profielen zijn uitgevoerd. Het is echter ook mogelijk, dat de kernelementen een vorstvormige dwarsdoorsnede bezitten en dat de vorstvlakken in de kern van de buisbundel vlak tegen elkaar liggen» 20 In het kader van de uitvinding kunnen de buissamen- stellen een willekeurig aantal buizen omvatten. In de praktijk zijn voor de in de aanhef. genoemde toepassingen in het algemeen drie tot zes. buizen voldoende. De buizen kunnen identieke of verschillende diameters bezitten. Een gebruikelijke 25 buitendiameter voor de afzonderlijke buizen is gelegen in het gebied van 30 tot 60 mm. De breedte van de afstandsstroken hangt af van de geometrie van de buisbundel, welke door het samenvouwen van het buissamenstel moet worden verkregen. Een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding maakt gebruik van 30 vier buizen met gelijke dwarsdoorsnede, waarvan de buisassen in de buisbundeldwarsdoorsnede een vierkant vormen. Deze uitvoeringsvorm, ook met andere en verschillende buisdimensies, bezit als kenmerk, dat de kernelementen een vorsthoek van 90° bezitten en dat de vorstvlakken tangentiaal op de daarbijbe-35 horende buiswanden verlopen.

Bij het buissamenstel volgens de uitvinding liggen de buizen in de buisbündel rechtstreeks en met de kernelemen- 8602907

tCS4C3LC

-3- A \ ten tegen elkaar aan. In het algemeen zal men deze samenspannen. Dit kan op diverse manieren plaatsvinden, bijvoorbeeld door het met banden uit kunststof of metaal omwikkelen. Bij het ontwikkelen zullen tussen de afzonderlijke omwikkelplaat-5 sen afstanden in acht worden genomen, die enkele meters kunnen bedragen. Het ligt in het kader van de uitvinding, dat de vorstvlakken in de buisbundel hechtend met elkaar zijn verbonden, bijvoorbeeld met behulp van een kleefstof. Hierbij wordt met electrolasapparaten of met een composietmassa res-10 pectievelijk met gebruikelijke kleefstoffen gewerkt. De vorstvlakken kunnen echter ook een zelfklevende laag bezitten en hierdoor in de buisbundel zijn samengevoegd. Een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding bezit als kenmerk, dat de stabilisatiekem in zijn centrum een kanaalvormige holle 15 ruimte bezit en de kernelementen hiertoe zijn uitgerust met overeenkomstige cirkelsegmentvormig begrenzende gedeelten. In de kanaalvormige holle ruimte kan een verdere kabel worden getrokken of tijdens het ploegen worden aangebracht.

De bereikte voordelen bestaan hieruit, dat bij het 20 buissamenstel volgens de uitvinding de buizen in de bundel met behulp van de kernelementen tegen elkaar een vormstabie-le configuratie vormen. De bundelvorm wordt zonder meer gehandhaafd, wanneer het aanbrengen in de aarde door inploegen of dergelijke maatregelen plaatsvindt. Zoals in het voorgaande 25 kan het buissamenstel in zijn tot buisbundel samengevouwen vorm tevens in een kabelkanaal worden getrokken. De vervaardiging is eenvoudig en geschiedt door extruderen. De bundelvorm kan echter ook worden gefixeerd. Dit kan, zoals reeds is toegelicht, door het omwikkelen met een omwikkelband, ook 30 onder spanning, geschieden. Hiertoe kenmerkt de uitvinding zich hierdoor, dat de eindbuizen van het buissamenstel sluit-lippen bezitten, die in de buisbundel tegen elkaar liggen en samengevoegd zijn en dat de sluitlippen als voortzetting van het buitenste vorstvlak van de eindbuizen van het buissamen-35 stel zijn uitgevoerd. De aansluitlippen kunnen elastisch vervormbaar zijn, hetgeen het sluiten vereenvoudigt. Een voorkeur suitvoeringsvorm van de uitvinding bezit als kenmerk, dat 8602907 * t -4- de sluitlippen enerzijds sleufvormige uitsparingen en anderzijds hierin voerbare, in profiel paddelstoelvormige vorm-sluitelementen bezitten.

De uitvinding wordt hierna aan de hand van de teke-5 ning, waarin een aantal uitvoeringsvoorbeelden van het buis-samenstel volgens de uitvinding zijn weergegeven, nader toegelicht.

Fig. 1 toont een dwarsdoorsnede door een buissamen-stel volgens de uitvinding; 10 fig. 2 toont het buissamenstel volgens fig. 1 in de tot een buisbundel samengevouwen stand; fig. 3 toont in perspectief een gedeelte uit een buissamenstel volgens de uitvinding; fig. 4 toont een andere uitvoeringsvorm van het 15 buissamenstel volgens fig. 2; fig. 5 toont een uitvoeringsvorm van het buissamenstel volgens fig. 2 met een inrichting voor het samenhouden van het samengevouwen buissamenstel; fig. 6 toont het buissamenstel volgens fig. 5 in 20 een perspectivisch gedeelte volgens fig. 3; fig. 7 toont een verdere uitvoeringsvorm van een buissamenstel volgens de uitvinding in de samengevouwen toestand; 'fig. 8 toont op een, ten opzichte van fig. 7, 25 kleinere schaal het buissamenstel volgens fig. 7 in de uitgevouwen stand; fig. 9 toont overeenkomstig fig. 8 een andere uitvoeringsvorm; fig. 10 toont een variatie van het buissamenstel 30 volgens fig. 4, en fig. 11 toont een variatie van het buissamenstel volgens fig. 5.

Het in de figuren weergegeven buissamenstel bestaat uit een aantal kunststofbuizen 1, die door integraal gevormde 35 afstandsstroken 2 zijn samengevoegd. De afstandsstroken zijn als filmscharnieren 2 uitgevoerd. Het buissamenstel kan dientengevolge onder elastische vervorming van de filmscharnieren 8602907 -5- , 2 om een bundelcentrum 3 worden samengevouwen tot een buisbundel. Dit blijkt uit een vergelijking tussen de fig. T en 2.

De afzonderlijke buizen 1 bezitten volgens de figuren 1-6 aan de zijde van het bundelcentrum integraal gevormde 5 kernelementen 4, die in de buisbundel een stabilisatiekern 5 vormen, üit fig. 2 blijkt, dat in de buisbundel de buizen 1 alsmede de kernelementen 4 tegen elkaar liggen, waarbij het samenstel tegen de aldus gevormde stabilisatiekern 5 kan zijn gespannen. In het uitvoeringsvoorbeeld en volgens een voor-10 keursuitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de kernelementen 4 als integraal aan de buis 1 gevormde holle profielen uitgevoerd en bezitten ze een vorstvormige dwarsdoorsnede, waarbij de vorstvlakken 6 in de stabilisatiekern 5 van de buisbundel vlak tegen elkaar liggen.

15 Het uitvoeringsvoorbeeld toont een buissamenstel met vier buizen 1 met gelijke dwarsdoorsnede, waarvan de buis-assen in de buisbundeldwarsdoorsnede een vierkant vormen. De kernelementen 4 bezitten hiertoe een vorsthoek a van 90°. De plaatsing is verder zodanig gekozen, dat de vorstvlakken 6 20 tangentiaal naar de daarbijbehorende buiswanden 7 verlopen.

In fig. 2 is uit overwegingen van duidelijkheid tussen de kernelementen 4 een afstandsspleet getekend. Het is echter duidelijk, dat de genoemde onderdelen in de praktijk tegen elkaar liggen, üit fig. 2 blijkt, dat de vorstvlakken 6 25 in de buisbundel hechtend met elkaar kunnen worden verbonden. Hiertoe kunnen ze een zelfklevende laag bezitten, die niet is getekend.

Fig. 4 toont een variatie van het voorwerp volgens fig. 2. Zichtbaar is, dat de stabilisatiekern 5 in zijn cen-30 trum een kanaalvormige holle ruimte 8 bezit en dat de kernelementen 4 hiertoe zijn voorzien van overeenkomstig cirkelsegmentvormig begrensde gedeelten 9. In de holle ruimte 8 kan een extra kabel worden aangebracht.

Men kan tevens een inrichting voor het bijeenhouden 35 van het samengevouwen buissamenstel aanbrengen. Deze is bijvoorbeeld, zoals de fig. 5 en 6 tonen, als arreteerinrichting uitgevoerd. Uit fig. 5 blijkt, dat in het bundelcentrum 3 van 5 50 dêiij -b- i " =s de buisbundel een stabilisatiekern 5 is geplaatst, die de buizen 1 van de buisbundel ondersteunt. In zoverre bestaat overeenstemming met de uitvoeringsvorm volgens de fig. 1-4. Verder blijkt, dat de eindbuizen 1 van het buissamenstel 5 sluitlippen 10 bezitten, die in de buisbundel tegen elkaar zijn gelegen en zijn samengevoegd. Hierbij is de stabilisatiekern 5 in dit uitvoeringsvoorbeeld opgebouwd uit kernelementen 4, die onderdeel uitmaken van het buissamenstel. Het is echter mogelijk, dat men met een bijzondere stabilisatiekern 10 5 werkt. In de getoonde uitvoeringsvorm, waarbij de kernele menten 4 een vorsthoek a van 90° bezitten en de vorstvlakken 6 tangentiaal naar de daarbijbehorende buiswanden 7 verlopen, zijn de sluitlippen 10 als voortzetting van de buitenste vorstvlakken 6 van de eindbuizen 1 van het buissamenstel uit-15 gevoerd. Ze zijn elastisch vervormbaar. In het bijzonder blijkt uit fig. 6, dat de sluitlippen 10 enerzijds sleufvormige uitsparingen 11 en anderzijds hierin voerbare, in profiel paddestoelvormige vormsluitelementen 12 bezitten. Om het samengevouwen buissamenstel in bochten te kunnen voeren zijn 20 de sleufvormige uitsparingen 11 aanzienlijk langer dan de in profiel vorstvormige vormsluitelementen 12. In het kader van de uitvinding ligt het, om met hetzelfde oogmerk de kernelementen 4 dwars op de langsas van sleuven of uitponsingen te voorzien. Fig. 6 maakt dit alles aanschouwelijk. Door deze 25 maatregelen wordt de buigweerstand gereduceerd. Het vereenvoudigt bovendien het opwikkelen van het buissamenstel op een trommel. Het is duidelijk, dat deze maatregelen ook slechts plaatselijk kunnen worden gerealiseerd, namelijk daar, waar het in een bocht leggen gewenst wordt. Fig. 5 toont de sarnen-30 gevoegde stand van deze sluitlippen 10. Uit fig. 5 blijkt verder, dat de sluitlippen 10 van de buisbundel ook stofdicht en/of hechtend met elkaar kunnen worden verbonden. Stofdicht betekent samenlassen. D.e tegenover elkaar gelegen vlakken van de sluitlippen 10 zouden echter ook een zelfklevende laag 35 kunnen dragen. Ook zou men op de in de buisbundel tegenover elkaar gelegen vlakken van de sluitlippen 10 vormsluitveranker ingsmiddelen, bijvoorbeeld van het zogenaamde klittenband- 8602907 »» -7- » -a- v type, kunnen aanbrengen. Zoals de fig. 7, 8 en 9 tonen kunnen de kernelementen 4 ook worden aangesloten op de filmscharnie-ren 2. Er zijn speciale kernelementen aangebracht, die in de buisbundel samen een stabilisatiekern 5 vormen, en de buis-5 bundel aldus stabiliseren, en wel in het bijzonder dan, wanneer deze is samengespannen. Het samenspannen kan door de in fig. 1 getoonde omwikkeling 14 of ook door sluitlippen 10, uitsparingen 11 en vormsluitelementen 12 plaatsvinden, waarmee de buitenste buizen 1 van het buissamenstel integraal 10 zijn gevormd.

De kernelementen bestaan eendelig uit een aansluit-lip 13 en het stabilisatievormdeel 4. De aansluitlippen 13 zijn aangesloten op de afstandsstroken 2. In de uitvoeringsvorm volgens de fig. 7 en 8 zijn de stabilisatievormdelen 4 15 als holle profielen uitgevoerd, die met delingsvlakken 15 tegen elkaar liggen. Men herkent de min of meer vierkante dwarsdoorsnede van deze stabilisatievormdelen 4, die echter aan de zijde van de buis convex zijn gekromd. Niet weergegeven is, dat de delingsvlakken 15 in de buisbundel hechtend 20 met elkaar kunnen zijn verbonden.

Wanneer men het buissamenstel volgens fig. 9 tot een buisbundel samenvoegt ontstaat een stabilisatiekern 5, die in zijn bundelcentrum 3 een kanaalvormige holle ruimte 8 vormt. Inderdaad zijn de stabilisatievormdelen 4 overeenkom-25 stig voorzien van een cirkelsegmentvormige dwarsdoorsnede.

De weergegeven uitvoeringsvormen kunnen verder worden gestabiliseerd. Dit maakt fig. 10 duidelijk. Deze toont een variatie van fig. 4, waarbij extra stabilisatie-elementen 16 als het ware aan de buitenzijde van de buizen 1 zijn aan-30 gebracht. Deze zijn in de vorsten door filmscharnieren 2 met elkaar verbonden.

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 11 bezitten de kernelementen 4 met elkaar arreteerbare vormsluitelementen 17, welke de vorstvlakken 6 afwisselend doordringen.

35 De uitvinding is niet beperkt tot de in het voor gaande beschreven uitvoeringsvormen, die binnen het kader der uitvinding op velerlei wijzen kunnen worden gevarieerd.

8602907

Claims (15)

1. Buissaraenstel uit een aantal kunststof buizen, die door integrale afstandsstroken zijn verenigd, waarbij de afstandsstroken als filmscharnieren zijn uitgevoerd en het buissamenstel onder elastische vervorming van de filmschar- 5 nieren om een bundelcentrum samenvouwbaar is tot een buisbun-del, met het kenmerk, dat de afzonderlijke buizen (1) integrale kernelementen (4) bezitten, die in de buisbundel samen een stabilisatiekern (5) vormen.

2. Buissamenstel volgens conclusie 1, met het 10 kenmerk, dat de kernelementen (4) als aan de zijde van het bundelcentrum aan de buizen (1) aangebrachte integrale holle profielen zijn uitgevoerd.

3. Buissamenstel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de kernelementen (4) een vorstvor- 15 mige dwarsdoorsnede bezitten en dat de vorstvlakken (6) in de kern van de buisbundel vlak tegen elkaar liggen.

4. Buissamenstel volgens conclusie 3, in een uitvoeringsvorm met vier buizen met een gelijke dwarsdoorsnede, waarvan de buisassen in de buisbundeldwarsdoorsnede een vier- 20 kant vormen, met het kenmerk, dat de kernelementen (4) een vorsthoek (a) van 90° bezitten en dat de vorstvlakken (6) tangentiaal op de daarbijbehorende buiswanden (7) verlopen.

5. Buissamenstel volgens conclusie 3 of 4, met 25 het kenmerk, dat de vorstvlakken (6) in de buisbundel hechtend met elkaar zijn verbonden.

6. Buissamenstel volgens een der conclusies 3-5, met het kenmerk, dat de vorstvlakken (6) een zelfklevende laag en/of arreteerbare vormsluitelementen (17) 30 bezitten en hierdoor tot een buisbundel zijn samengevoegd.

7. Buissamenstel volgens een der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de stabilisatiekern (5) in zijn centrum een kanaalvormige holle ruimte (8) bezit en de kernelementen (4) hiertoe zijn uitgerust met overeenkomstige 35 cirkelsegmentvormig begrenzende gedeelten (9). 3602907 -9-

8. Buissamenstel volgens een der conclusies 1-7, met het kenmerk, dat de eindbuizen van het buis-samenstel sluitlippen (10) bezitten, die in de buisbundel tegen elkaar liggen en samengevoegd zijn en dat de sluitlip- 5 pen (10) als voortzetting van het buitenste vorstvlak (6) van de eindbuizen (1) van het buissamenstel zijn uitgevoerd.

9. Buissamenstel volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de sluitlippen (10) elastisch vervormbaar zijn.

10. Buissamenstel volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de sluitlippen (10) enerzijds sleufvormige uitsparingen (11) en anderzijds hierin voerbare, in profiel paddestoelvormige vormsluitelementen (12) bezitten.

11. Buissamenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kernelementen eendelig uit een aansluitlip (13) en een stabilisatievormdeel (4) bestaan en dat de aansluitlippen (13) integraal met de afstandsstroken (2) zijn gevormd.

12. Buissamenstel volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de stabilisatievormdelen (4) als holle profielen zijn uitgevoerd, welke met delingsvlakken (15) tegen elkaar liggen.

13. Buissamenstel volgens conclusie 12, met 25 het kenmerk, dat de stabilisatievormdelen (4) aan de zijde van de buis convex gekromd zijn.

14. Buissamenstel volgens een der conclusies 11-13, met het kenmerk, dat de delingsvlakken (15) van de buisbundel hechtend met elkaar zijn verbonden.

15. Buissamenstel volgens een der conclusies 11-14, met het kenmerk, dat de stabilisatiekern (5) in zijn centrum een kanaalvormige holle ruimte (8) bezit en dat de stabilisatievormdelen (4) zijn voorzien van een cirkelsegmentvormige dwarsdoorsnede. 8602907