NL8602264A - Schuifdak voor motorvoertuigen. - Google Patents
Schuifdak voor motorvoertuigen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8602264A NL8602264A NL8602264A NL8602264A NL8602264A NL 8602264 A NL8602264 A NL 8602264A NL 8602264 A NL8602264 A NL 8602264A NL 8602264 A NL8602264 A NL 8602264A NL 8602264 A NL8602264 A NL 8602264A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- sliding
- roof
- frame
- sliding cover
- cover
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60J—WINDOWS, WINDSCREENS, NON-FIXED ROOFS, DOORS, OR SIMILAR DEVICES FOR VEHICLES; REMOVABLE EXTERNAL PROTECTIVE COVERINGS SPECIALLY ADAPTED FOR VEHICLES
- B60J7/00—Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs
- B60J7/02—Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes
- B60J7/024—Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes characterised by the height regulating mechanism of the sliding panel
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60J—WINDOWS, WINDSCREENS, NON-FIXED ROOFS, DOORS, OR SIMILAR DEVICES FOR VEHICLES; REMOVABLE EXTERNAL PROTECTIVE COVERINGS SPECIALLY ADAPTED FOR VEHICLES
- B60J10/00—Sealing arrangements
- B60J10/80—Sealing arrangements specially adapted for opening panels, e.g. doors
- B60J10/82—Sealing arrangements specially adapted for opening panels, e.g. doors for movable panels in roofs
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Seal Device For Vehicle (AREA)
- Vehicle Interior And Exterior Ornaments, Soundproofing, And Insulation (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
- Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
Description
* VO 8343
Schuifdak voor motorvoertuigen.
De uitvinding betreft een schuifdak voor motorvoertuigen, met een in zijn sluitstand een dakuitsnijding onder vorming van een rondgaande randspleet sluitend stijf schuifdeksel, dat aan een rondgaande, naar onderen gerichte omzetting van een afdichtprofiel voor de afdichting van 5 de ringspleet voorzien is., via voorste en achterste glij elementen aan zijdelings aan een schuifdakframe aangebrachte geleidingsrails geleid en na het neerlaten van zijn achterkant onder zwenken aan zijn voorste glijelementen onder het achterste vaste voertuigdak verschuifbaar is, waarbij het schuifdakframe van voren en zijdelings losneembaar aan een 10 de dakinsnijding omgevend, aan het vaste voertuigdak bevestigd montage-frame bevestigd is.
Met toenemende rijsnelheid worden ook de op het gesloten schuifdeksel van de schuifdakconstructie werkende opdrijvende krachten groter, welke bij vele schuifdaken uitsluitend door de in de geleidingsrails 15 ingrijpende glijelementen opgenomen moeten worden. Worden uitermate snelle motorvoertuigen met dergelijke schuifdakconstructies uitgerust, dan bestaat bij zeer hoge snelheden bij gesloten schuifdak het gevaar, dat de opdrijvende krachten het schuifdeksel uit de dakopening scheuren.
Bij een bekend schuifdak (DE-PS 32 21 487) kunnen aan de glij-2Q elementen extra haakvormige uitsteeksels aangebracht zijn, welke een geleidingsflens van de betreffende geleidingsrail omgrijpen, waardoor een extra borg tegen oplichten van de glijelementen van de geleidingsrails ontstaat. Niettegenstaande deze extra borg, bestaat bij zeer hoge rijsnelheden, dat wil zeggen snelheden tot in de orde van grootte van 25 300 km/h door de grote, op het schuifdeksel werkende opdrijfkrachten het gevaar, dat de geleidingsrails uit hun verankering gescheurd worden, of dat de haakvormige uitsteeksels van de glijelementen afbreken.
De bekende uitvoeringsvormen van afdichtprofielen voor de randspleet zijn eveneens niet geschikt, het gesloten schuifdeksel bij zeer 30 hoge rijsnelheden betrouwbaar in zijn stand te fixeren. Bij een bekende uitvoeringsvorm van het afdichtprofiel (DE-OS 31 00 757) heeft het op de naar onderen gerichte omzetting van het schuifdeksel geschoven afdichtprofiel weliswaar een afstaande dichtlip, welke het vaste dakvlak rondlopend omvat en van onderen tegen een dichtvlak aangedrukt kan worden.
ö 0 v J. JL 5 4 j? i -2-
Ook deze dichtlip lost echter niet het bedoelde probleem van de beveiliging van het schuifdeksel bij grote rijsnelheden op, omdat de op het schuifdeksel optredende opdrijfkrachten de neiging hebben, de bekende afdichting ten opzichte van de constructie aan de onderzijde van het 5 vaste dakvlak van de naar onderen gerichte omzetting van het schuifdeksel af te schuiven. .
Ook het zijdelings opsteken van een rand-afdichtprofiel in een uit de bovenste horizontale rand van het schuifdeksel en een op enige afstand daarvan aan het deksel-versterkingsframe van onderen aangebrach-10 te steunplaat gevormde groef (DE-PS 11 82 082) kan het oplichten van het schuifdeksel bij zeer hoge snelheden niet verhinderen, omdat het af-dichtprofiel uitsluitend tegen verticale vlakken van de dakuitsnijding aanligt, waardoor aan de neiging tot oplichten slechts kleine wrijvings-krachten tegenwerken.
15 Bij een andere, bekende uitvoeringsvorm van een stijf schuif deksel (DE-PS 15 55 555) is op de naar onderen gerichte omzetting van het schuifdeksel een randspleetafdichtprofiel gestoken, dat in het bereik van de dekselachterkant door een van onderen tegen het deksel-verster-' kingsframe geschroefde klemrail tegen afschuiven bij het het oplichten 20 tijdens het sluiten van de dekselachterkant geborgd is, waarbij de klemrail bovendien een kanaalprofiel voor de waterafvoer vormt. Deze borg is echter slechts in het achterste dekselbereik werkzaam, hij kan echter het oplichten van het schuifdeksel in het voorste en de beide zijberei-ken bij zeer hoge snelheden niet verhinderen.
25 Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag, een schuif- dak te verschaffen, waarbij het gesloten schuifdeksel ook bij uitermate hoge voertuigsnelheden en de daarbij op het deksel werkende, in het bijzonder bij grote dekselvlakken zeer hoge opdrijfkrachten, betrouwbaar tegen het gevaar van uitscheuren uit de dakopening geborgd is.
30 De borg van het schuifdeksel moet daarbij tijdens de gehele ope- ningsweg van het schuifdeksel werkzaam zijn.
Het gestelde probleem wordt bij een schuifdak van het boven aangeduide type opgelost, doordat aan het schuifdeksel van onder af aan alle vier buitenkanten vasthoudelementen (vasthoudframe) voor het af-35 dichtprofiel aangebracht zijn, welke met horizontale randen buiten de schuifdekselomtrek uitsteken, waarvan de breedte gelijkblijvend is en öSQ 2 2 S4 «· «i.
-3- welke ten opzichte van de omzetting van het schuifdeksel een gelijkblijvende, verticale afstand bezitten, welke door het bevestigingsdeel van het afdichtprofiel gevuld is, dat enerzijds met een eerste groef op de horizontale randen en anderzijds met een tweede groef zoals bekend, 5 op de omzetting van het schuifdeksel zoals bekend, op de omzetting van het schuifdeksel gestoken is, waarbij het afdichtprofiel op bekende wijze met een afdichtlip onder de dakuitsnijdingsrand grijpt.
Door de uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt gewaarborgd, dat het afdichtprofiel niet van de verticale omzetting van het schuif-10 deksel af geschoven kan worden, omdat dit door de horizontale randen van de vasthoudelementen onwrikbaar in zijn stand gehouden wordt. Omdat het afdichtprofiel anderzijds met zijn afdichtlip de dakuitsnijdingsrand rondom omvat, wordt het schuifdeksel ook tegen aanzienlijke opdrijf-krachten geborgd, waartoe ook nog werkzaam het uitsteken van de horizon-15 tale randen van de vasthoudelementen buiten de schuifdekselomtrek bij-draagt, omdat daardoor de randspleet in zekere mate overbrugd en de afdichtlip, welke volgens zijn functie zowel afdicht- als vasthoudlip is, verstijvend gesteund wordt.
De vasthoudelementen kunnen uit vier afzonderlijke delen bestaan, 20 welke gescheiden met het deksel verbonden worden. Bij voorkeur is er echter in voorzien, dat de vasthoudelementen tot een eendelig vasthoud-frame met rondom lopende, horizontale rand samengevat zijn, en dat het op de rand gestoken afdichtprofiel met zijn tweede groef de omzetting van het schuifdeksel, het vasthoudraam ten opzichte van het schuifdeksel 25 centrerend, opneemt, waarbij het vasthoudframe door losneembare beves-tigingselementen aan het schuifdeksel bevestigd is. Deze uitvoeringsvorm kan bijzonder eenvoudig worden gemaakt en gemonteerd, omdat het afdichtprofiel op het eendelig vervaardigde vasthoudraam slechts van buiten daarop rondom de horizontale rand gestoken kan worden, alvorens het 30 aanbrengen aan het schuifdeksel, respectievelijk aan het versterkings-frame van het schuifdeksel plaatsvindt. Hierbij nemen de tweede groef in het afdichtprofiel en de haakse omzetting van het schuifdeksel de centrering van deze delen over, zodat extra maatregelen voor het richten van het vasthoudframe ten opzichte van het schuifdeksel overbodig zijn.
35 Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding kan ervoor gezorgd zijn, dat in de nabijheid van de voorkant van het schuifdeksel £502254 ί* - -4- en in hoofdzaak evenwijdig daaraan, aan beide dekselzijden een steun-hefboom aan het voorste vasthoudelement, resp. aan het vasthoudframe in hoogterichting instelbaar bevestigd is, welke met een buiteneinde onder het zijdelingse vaste voertuigdak grijpt en aldaar tegen een aan het 5 voertuigdak bevestigde geleidingsbaan van onderen aanligt. Hierdoor vindt een extra borg van het schuifdeksel tegen oplichten plaats, welke ook over de volle openende schuifweg van het schuifdeksel werkzaam is, wanneer de geleidingsbaan een dienovereenkomstige lengte krijgt. Gelijktijdig maken de steunhefbomen afzonderlijke, anders aanwezige hoogte-in-10 stelinrichtingen in het bereik van de voorste glijelementen overbodig, omdat de hoogte-instelling van het voorste schuifdekselbereik, dat wil zeggen het op één lijn richten van het buitenvlak van het schuifdeksel op het oppervlak van het omgevende vaste voertuigdak op eenvoudige wijze met behulp van de steunhefbomen kan plaatsvinden.
15 Doelmatig zijn de steunhefbomen elk als tweearmige hefbomen uit gevoerd, welke over een begrensde hoekwaarde zwenkbaar aan een verticale lagerbok van het voorste vasthoudelement, resp. het vasthoudframe scharnierend is, aan het einde van zijn korte arm via een hoogte-instel-inrichting met het schuifdeksel verbonden is en met het einde van 20 zijn lange arm tegen de geleidingsbaan aanligt.
Doelmatig is hierbij de verticale lagerbok ten dele uit het voorste vasthoudelement, resp. het vasthoudframe uitgesneden en naar onderen verplaatst, waarbij de lagerbok aan zijn ondereinde voor een extra steun voor de steunhefboom naar voren omgezet is.
25 Bij een de voorkeur verdienende zeer eenvoudige uitvoeringsvorm van de hoogte-instelinrichting omvat deze een draadhuls met buiten- en binnenschroefdraad, welke met de buitenschroefdraad in een aan het schuifdeksel bevestigde moer voor de hoogte-instelling geschroefd is en waarvan de binnendraad een door het nabij de draadhuls van onderen 30 aanliggende einde van de steunhefboom gevoerde bevestigingsschroef opneemt. Voor de hoogte-instelling met behulp van deze inrichting wordt de draadhuls min of meer ver in de moer geschroefd en in deze stand door het aantrekken van de bevestigingsschroef gefixeerd.
Volgens een verdere voordelige uitvoeringsvorm van het schuif-35 dak is de geleidingsbaan aan een in doorsnede horizontaal been van een Z-vormig railprofiel aangebracht, dat tussen montageframe en schuifdak- 8 δ 0 2 2 S 4 -5- franse ingespannen is en waarvan zijn de geleidingsbaan vormende been van voren naar achteren in de zin van een toenemende afstand van het vaste voertuigdak hellend gericht is, waarbij de lengte van het rail-profiel zodanig bemeten is, dat de steunhefboom met zijn buiteneinde zich 5 in alle standen van het schuifdak onder de geleidingsbaan bevindt.
De uitvinding wordt hierna aan de hand van de, een uitvoerings-voorbeeld weergevende tekeningen, nader toegelicht. Daarin toont: fig. 1 in een afgebroken, perspectivisch aanzicht het dak van een personenvoertuig met ingebouwd schuif dak bij gesloten schuifdeksel; 10 fig. 2 een afgebroken en ten dele opgebroken bovenaanzicht op het schuifdak bij in zijn sluitstand zich bevindend schuifdeksel; fig. 3-10 verschillende doorsneden door het schuifdak, overeenkomstig de in fig. 2 aangegeven lijnen van het doorsnedeverloop III-III tot X-X en 15 fig. 11 een dwarsdoorsnede door het afdichtprofiel.
Voor het.toelichten van de principiële opbouw van het schuifdak wordt allereerst verwezen naar de fig. 1-5.
Zoals daaruit blijkt, bevindt in een vast voertuigdak 1 zich een niet nader aangeduide dakuitsnijding, welke rondom door een aanvankelijk 20 over 90° naar onderen omgezette en de dakuitsnijdingskanten vormende rand 2 begrensd is. De rand 2 is met een vouw 3 verlengd, welke een de dakuitsnijdingsrand verstijvend montageframe 4 met het vaste voertuigdak 1 verbindt. De dakuitsnijding is in de in alle fig. 1-10 weergegeven sluitstand van het dak door een overeenkomstig gevormd stijf schuifdek-25 sel 5 onder vorming van een rondom lopende randspleet 11 gesloten, De voorwaartse rijrichting van het voertuig, waarop de hiertoe gepaste aanduidingen van voren en vein achteren betrekking hebben, is in de fig.
1 en 2 door de pijl 6 aangeduid.
Aan het montageframe 4 is van voren en zijdelings het de func-30 tionerende delen van het schuifdak dragende schuifdakframe 7 door in aangelaste moeren 8 ingrijpende bevestigingsschroeven 9 van onderen af aangeschroefd (fig. 2, 5 en 9). Het schuifdakframe 7 omgeeft de dakuitsnijding aan de voorkant en zijdelings en zet zich naar achteren onder het achterste vaste voertuigdak 1 voort en begrenst tezamen met het 35 vaste voertuigdak een opneemruimte 10 voor het naar achteren openend verschoven schuifdeksel 5.
8802254 * -6-
Aan elke zijde van de dakuitsnijding is een geleidingsrail 12 aan het schuifdakframe 7 bevestigd, zoals bijvoorbeeld uit fig. 2 in samenhang met fig. 8 blijkt. In fig. 2 en de daarop betrekking hebbende doorsnede is slechts de in verband met de richtingspijl 6 voor de voor-5 waartse rijrichting linker dakzijde weergegeven. De rechter dakzijde is in spiegelbeeld uitgevoerd, zodat hierna slechts de linker dakzijde beschreven wordt.
Op de geleidingsrail 12 is het schuifdeksel 5 met een voorst glijelement 13 en een achterst glijelement 14 verschuifbaar gelagerd.
10 De glijelementen 13 en 14 zijn in fig. 2 door streeppuntlijnen slechts schematisch aangeduid, omdat hun uitvoeringsvorm evenals hun verbinding met andere functionerende aandrijfdelen voor de onderhavige uitvinding onbelangrijk is.
Met het voorste glijelement 13 staat het onderdeel van een schar-15 nierachtige zwenklagerconstructie 15 (fig. 5) in verbinding, waarvan het bovendeel aan het schuifdeksel 5 bevestigd is. De zwenklagerconstructie 15 maakt zwenken van het schuifdeksel 5 bij zijn voor het openen verschuiven plaatsvindend neerlaten van zijn achterkant mogelijk.
Het schuifdeksel 5 is van een rand-omlopende, naar onderen ge-20 richte omzetting 16 voorzien, welke van binnen uit tegen een overeenkomstige omzetting 17 van een aan het schuifdeksel 5 bevestigd deksel-versterkingsframe 18 aanligt. Aan het schuifdeksel 15, resp. aan het deksel-versterkingsframe 18 is van onder af een vasthoudframe 19 losneembaar bevestigd. Daartoe zijn aan het dekselversterkingsframe 18 25 aangelaste moeren-20 bevestigd, waarin door boringen in het vasthoudframe 19 gevoerde bevestigingsschroeven 21 geschroefd zijn. Het vasthoudframe 19 steekt rondom met een, in doorsnede gezien, horizontaal gerichte rand van gelijkblijvende breedte buiten de schuifdekselomtrek uit. De rand 22 heeft daarbij aan de naar deze toegekeerde omzettingen 30 16, 17 een gelijkblijvende, verticale afstand. Op de rand 22 is een als geheel door 23 aangeduid afdichtprofiel gestoken, dat in fig. 11 op een ten opzichte van de overige figuren grotere schaal is weergegeven.
Het afdichtprofiel 23 heeft een verdikt centraal bevestigings-deel 24, waarop een naar boven gericht elastisch hol kamergedeelte 25 35 aansluit, dat bij gesloten schuifdeksel de randspleet 11 dichtend opvult. Aan het bevestigingsdeel sluit ook een zijdelings schuin naar onderen 8802264 m -7- wijzende vasthoud- en afdichtlip 26 aan, welke het vaste voertuigdak 1, resp. de rand 2 daarvan aanliggend omvat. Voorts zijn in het bevestigings-deel 24 van het afdichtprofiel 23 een, in doorsnede gezien, horizontaal gerichte, eerste groef en een naar boven open tweede groef 28 aangebracht.
5 In het bereik van de eerste en tweede groef 27, 28 zijn in het bevesti-gingsdeel 24 wapeningen 29, resp. 30 gelegd.
Zoals uit de fig. 5 en 10 blijkt, is uit het voorste framedeel van het vasthoudframe 19 een verticaal gerichte lagerbok 31 ten dele uitgesneden en naar onderen gericht. De lagerbok 31 is naar voren omge- 10 zet en ondersteunt met deze omzetting een als tweearmige hefboom uitgevoerde steunhefboom 32, welke via een horizontaal gerichte zwenkpen 33 vast met de lagerbok 31, doch over een begrensd hoekbereik zwenkbaar verbonden is. In het bereik van de naar voren gerichte omzetting van de lagerbok 31 heeft de steunhefboom 32 een concaaf vlak 34 om zwenken van 15 de steunhefboom 32 om de zwenkpen 33 bij de hoogte-instelling mogelijk te maken.
De korte arm 35 van de steunhefboom 32 is aan zijn einde van een afplatting 36 voorzien, zoals uit de fig. 2, 6 en 10 blijkt. De afplatting 36 ligt van onderen tegen een draadhuls 37 aan, welke met zijn 20 buitenschroefdraad in een, in een verdieping van het vasthoudframe 19 zich bevindende aangelaste moer 38 geschroefd is. De eveneens van een binnenschroefdraad voorziene draadhuls 37 neemt een bevestigingsschroef 39 op, welke door een sleufopening 45 (fig.2) van de afplatting 36 heen gevoerd is. De aangelaste moer 38 en de draadhuls 37 zijn de wezenlijke 25 delen van een hoogte-instelinrichting, met behulp waarvan de zwenkstand van de steunhefboom 32 instelbaar is om het schuifdeksel 5 met zijn oppervlak op één lijn met het oppervlak van het vaste voertuigdak in te stellen.
Aan het buiteneinde van de lange arm 40 van de steunhefboom 32 30 is een looprol 41 aangebracht, welke van onderen tegen een aan een in dwarsdoorsnede horizontaal been 42 van een Z-vormig railprofiel 43 aanwezige geleidingsbaan 44 aanligt.
Zoals fig. 10 verduidelijkt, reikt de steunhefboom 32 met het einde van zijn lange arm 40 ver onder het vaste dakvlak 1 en borgt door 35 het aanliggen van de looprol 41 tegen de vast aan het dak aangebrachte geleidingsbaan 44, het schuifdeksel 1 extra in zijn bescherming door de V 0 v L L v -v J' -8- in het bereik van het afdichtprofiel 23 genomen extra maatregelen tegen een naar boven uitscheuren daarvan.
Zoals uit de fig. 7-10 blijkt, is het railprofiel 43 met een be-vestigingsbeen 46 tussen gelijk gerichte bevestigingsflenzen van het 5 montageframe 4 en het schuifdakframe 7 met behulp van aangelaste moeren 8 en de bevestigingsschroeven 9 (fig. 9) vast ingespannen.
Het frameprofiel strekt zich uit over de volle schuifweg van het schuifdeksel 5 uit en begint yoor dat doel ongeveer in de nabijheid van de voorkant van het gesloten schuifdeksel tot in de opneemruimte 10.
10 De looprol 41 grijpt dus in elke stand van het schuifdeksel onder het horizontale been 42 van het railprofiel 43.
De bevestigingsflenzen van het montageframe 4 en het schuifdak- -frame 7 verlopen in hoofdzaak evenwijdig aan het dakoppervlak. Moet het schuifdeksel 5 uit zijn weergegeven sluitstand in de geopende stand 15 verschoven worden, dan wordt aanvankelijk de achterste dekselkant naar i omlaag gebracht en het schuifdeksel wordt in deze schuine stand in de opneemruimte 10 bewogen. Omdat de dekselvoorkant over de steunhefboom 32 en de looprollen 41 over de railprofielen 43 gevoerd wordt, zijn deze met betrekking tot het been 42 met het het bevestigingsbeen 46 verbindende 20 ruggedeelte 47 zodanig uitgevoerd, dat de afstand van het horizontale been 42 en dus de geleidingsbaan 44 van het vaste voertuigdak 1 van voren naar achteren toe groter wordt, zoals de doorsnedevolgorde volgens de fig. 9, 10, 8 en 7 verduidelijkt.
Bij de montage van het schuifdak wordt, voorzover het hier de op 25 de uitvinding behorende constructie-elementen betreft, als volgt gehandeld. Allereerst worden aan het vasthoudframe 19 het afdichtprofiel 23 en de steunhefbomen 32 aangebracht.
Het aldus aangevulde vasthoudframe 19 wordt dan van onderen tegen het dekselversterkingsframe 18 geschroefd. Bij de hiertoe noodzakelijke 30 benadering tussen het schuifdeksel 5 en het vasthoudframe 19 treden de omzettingen 16, 17 in de tweede groef 28 van het afdichtprofiel 23, waardoor een centrering van het vasthoudframe 19 ten opzichte van het schuifdeksel 5 plaatsvindt. Bij aan elkaar geschroefde schuifdeksel 5 en vasthoudframe 19 is de verticale afstand tussen de rand 22 van het 35 vasthoudframe 19 en de omzettingen 16, 17 door het afdichtprofiel opgevuld, zodat het afdichtprofiel 23 zowel in horizontale als in verticale .
8302264 -9- richting betrouwbaar tegen afschuiven bij bewegingen van het schuifdeksel 5 geborgd is. Bovendien komt bij de inbouw van de tot nog toe beschreven, voorgemonteerde eenheid in de dakuitsnijding de vasthoud- en afdichtlip 26 onder de rand 2 van het vaste voertuigdak 1 te liggen, 5 waardoor het schuifdeksel 5 tegen oplichten naar boven buiten het vaste voertuigdak 1 geborgd is. Bovendien komen bij de inbouw de looprollen 41 op het horizontale been 42 van de railprofielen 43, welke tegen het mon-tagefraste 4 gelegd worden, alvorens tenslotte het schuifdakframe 7 van onderen tegen het montageframe 4 geschroefd wordt.
£ ί* 0 1 0 £ i
ij> W V <. i. Q
Claims (8)
1. Schuifdak voor motorvoertuigen, met een in zijn sluitstand een dakuitsnijding onder vorming van een rondom lopende randspleet sluitend stijf schuifdeksel, dat aan een rondom lopende, naar onderen gerichte omzetting van een afdichtprofiel voor de afdichting van de ringvormige 5 spleet voorzien is, via voorste en achterste glijelementen aan zijdelings aan een schuifdakframe a.angebrachte geleidingsrails geleid en na het neerlaten van zijn achterkant onder zwenken aan zijn voorste glijelementen onder het achterste vaste voertuigdak verschuifbaar is, waarbij het schuifdakframe van voren en zijdelings losneembaar aan een de 10 dakinsnijding omgevend, aan het vaste voertuigdak bevestigd montageframe bevestigd is, met het kenmerk, dat aan het schuifdeksel (5) van onderen af aan alle vier buitenkanten vasthoudelementen (vasthoudframe 19) vóór het afdichtprofiel (23) aangebracht zijn, welke met horizontale randen (22) buiten de schuifdekselomstrek uitsteken, waarvan de breedte gelijk-15 blijvend is en welke van de omzetting (16) van het schuifdeksel (5) een gelijkblijvende verticale afstand bezitten, welke door het bevestigings-deel (24) van het afdichtprofiel (23) gevuld is, dat enerzijds met een eerste groef (27) op de horizontale randen (22) en anderzijds met een tweede groef (28), zoals bekend, op de omzetting (16) van het schuif-20 deksel (5) gestoken is, waarbij het afdichtprofiel (23) op bekende wijze met een afdichtlip (26) onder de dakuitsnijdingsrand (2) grijpt.
2. Schuifdak volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de vasthoudelementen tot een eendelig vasthoudframe (19) met rondom lopende, horizontale rand (22) saraengevat zijn en dat het op de rand (22) gestoken 25 afdichtprofiel (23) met zijn tweede groef (28) de omzetting (16) van het schuifdeksel (5) het vasthoudframe (19) ten opzichte van het schuifdeksel (5) centrerend opneemt, waarbij het vasthoudframe (19) door losneembare bevestigingselementen (20, 21) aan het schuifdeksel bevestigd is.
3. Schuifdak volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in de nabijheid van de voorkant van het schuifdeksel (5) en in hoofdzaak evenwijdig daaraan op beide dekselzijden elk een steunhefboom (32) aan het voorste vasthoudelement, resp. aan het vasthoudframe (19) in hoogte-richting verstelbaar bevestigd is, welke met zijn buiteneinde onder het 8602264 _ -11- zijdelingse vaste voertuigdak (1) grijpt en aldaar tegen een aan het voertuigdak bevestigde geleidingsbaan 44 aanligt.
4. Schuifdak volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de steun- hefbomen (32) elk als tweearmige hefboom uitgevoerd zijn, welke over een 5 begrensd hoekbereik zwenkbaar aan een verticale lagerbok (31) van het voorste vasthoudelement, resp. het vasthoudframe (19) bevestigd is, aan het einde van zijn korte arm (35) via een hoogte-instelinrichting (37, 38) met het schuifdeksel .(5) verbonden is en met het einde van zijn lange arm (40) tegen de geleidingsbaan (44) aanligt.
5. Schuifdak volgens conclusies 3 en 4, met het kenmerk, dat de verticale lagerbok (31) ten dele uit het voorste vasthoudelement, resp. het vasthoudframe (19) uitgesneden en naar onderen verzet is, en dat de lagerbok (31) aan zijn ondereinde naar voren voor een extra steun van de steunhefboom (32) omgezet is.
6. Schuifdak volgens conclusies 3-5, met het kenmerk, dat de hoogte- instelinrichting een draadhuls (37) met buiten- en binnenschroefdraad omvat, welke met zijn buitenschroefdraad in een aan het schuifdeksel (5) bevestigde moer (38) voor de hoogte-instelling geschroefd is en waarvan de binnenschroefdraad een door het aangrenzende tegen de draadhuls 20 (37) van onderen aanliggende einde (afplatting 36) van de steunhefboom (32) gevoerde bevestigingsschroef (39) opneemt.
7. Schuif dak volgens êën van de conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de geleidingsbaan (44) aan een in doorsnede horizontaal been (42) van een Z-vormig railprofiel (43) aangebracht is, dat tussen montage-25 frame (4) en schuifdakframe (7) ingespannen is en waarvan het de geleidingsbaan (44) vormende been (42) van voor naar achter in de zin van een toenemende afstand van het vaste voertuigdak (1) hellend gericht is, en dat de lengte van het railprofiel (43) zodanig bemeten is, dat de steunhefboom (32) zich met zijn buiteneinde in alle standen van het schuif-30 deksel (5) onder de geleidingsbaan (44) bevindt.
8. Schuifdak volgens êën van de conclusies 1-7, met het kenmerk, dat aan het buiteneinde van de steunhefboom (32) een looprol (41) aangebracht is, welke tegen de geleidingsbaan (44) aanligt. 8. o ^:
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE3535126 | 1985-10-02 | ||
DE3535126A DE3535126C1 (de) | 1985-10-02 | 1985-10-02 | Schiebedach fuer Kraftfahrzeuge |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8602264A true NL8602264A (nl) | 1987-05-04 |
NL192437B NL192437B (nl) | 1997-04-01 |
NL192437C NL192437C (nl) | 1997-08-04 |
Family
ID=6282544
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8602264A NL192437C (nl) | 1985-10-02 | 1986-09-09 | Schuifdaksamenstel voor een motorvoertuig. |
Country Status (10)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4720138A (nl) |
JP (1) | JPS6283219A (nl) |
CA (1) | CA1282813C (nl) |
DE (1) | DE3535126C1 (nl) |
FR (1) | FR2587942B1 (nl) |
GB (1) | GB2181771B (nl) |
IT (1) | IT1197309B (nl) |
MX (1) | MX159854A (nl) |
NL (1) | NL192437C (nl) |
SE (1) | SE469626B (nl) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3739082C1 (de) * | 1987-11-18 | 1989-03-16 | Rockwell Golde Gmbh | Starrer Deckel fuer ein Schiebedach oder Schiebehebedach eines Kraftfahrzeuges |
DE3840491C1 (nl) * | 1988-12-01 | 1990-04-26 | Rockwell Golde Gmbh, 6000 Frankfurt, De | |
AU632640B2 (en) * | 1989-12-06 | 1993-01-07 | Rockwell Golde Gmbh | Rigid lid for an automobile roof |
DE4422176C1 (de) * | 1994-06-28 | 1995-08-10 | Rockwell International Gmbh | Glasdeckel für ein Fahrzeugdach |
DE4440730C1 (de) * | 1994-11-15 | 1995-11-23 | Porsche Ag | Dachkonstruktion für ein Kraftfahrzeug mit beweglichem Dachabschnitt |
US6199944B1 (en) | 1999-06-04 | 2001-03-13 | Asc Incorporated | Spoiler sunroof |
JP2003159948A (ja) * | 2001-11-26 | 2003-06-03 | Nishikawa Rubber Co Ltd | スライド式リヤドア用ウエザーストリップの型成形部の構造 |
DE102005057011A1 (de) * | 2005-11-30 | 2007-05-31 | Magna Car Top Systems Gmbh | Rahmen für ein Aufbauelement |
JP5614199B2 (ja) * | 2010-09-17 | 2014-10-29 | アイシン精機株式会社 | ルーフ装置 |
Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1182082B (de) * | 1959-07-11 | 1964-11-19 | H T Golde G M B H & Co K G | Abdichtung fuer den Spalt zwischen einem starren Schiebedeckel und dem festen Fahrzeugdach |
DE1942576A1 (de) * | 1967-05-23 | 1971-03-04 | Daimler Benz Ag | Vorrichtung zum Verschliessen oder OEffnen von OEffnungen an Fahrzeugen |
DE2313453A1 (de) * | 1973-03-17 | 1974-09-26 | Webasto Werk Baier Kg W | Hoehenverstellvorrichtung an schiebedaechern |
US4043239A (en) * | 1976-01-16 | 1977-08-23 | General Motors Corporation | Shim nut and screw bolt assembly |
GB2033850A (en) * | 1978-10-12 | 1980-05-29 | Honda Motor Co Ltd | Vehicle sliding roofs |
DE3046400A1 (de) * | 1980-12-10 | 1982-07-22 | Karosseriewerke Weinsberg Gmbh, 7102 Weinsberg | Hoeheneinstellvorrichtung fuer den starren deckel eines fahrzeugschiebedaches |
DE3100757C2 (de) * | 1980-01-14 | 1986-11-27 | Webasto-Werk W. Baier GmbH & Co, 8035 Gauting | Schiebedach für Kraftfahrzeuge |
DE3221487C2 (de) * | 1982-06-07 | 1989-12-14 | Rockwell Golde Gmbh, 6000 Frankfurt | Kabelführung für Kraftfahrzeug-Schiebedächer |
Family Cites Families (12)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1772860U (de) * | 1955-01-29 | 1958-08-21 | Volkswagenwerk Gmbh | Schiebedach-rollenfuehrung. |
DE1260999B (de) * | 1961-07-18 | 1968-02-08 | Daimler Benz Ag | Starres Schiebedach fuer Kraftfahrzeuge |
DE1281871B (de) * | 1962-02-14 | 1968-10-31 | Happich Gmbh Gebr | Schiebedach, insbesondere fuer Kraftfahrzeuge |
GB1104320A (en) * | 1964-02-29 | 1968-02-21 | Wilmot Breeden Ltd | Opening roof construction for vehicles |
DE1923240U (de) * | 1965-04-28 | 1965-09-09 | H T Golde G M B H & Co K G | Abdichtung fuer einen durch einen deckel verschliessbaren ausschnitt in einem fahrzeug. |
DE1555555A1 (de) * | 1966-03-12 | 1970-08-27 | Golde Gmbh H T | Starrer Schiebedeckel |
FR2236679A1 (en) * | 1973-07-10 | 1975-02-07 | Heuliez Sa Louis | Vehicle sunshine roof opening gear - gives positive locking in any position using cam pieces |
US4178036A (en) * | 1977-10-17 | 1979-12-11 | American Sunroof Corporation | Positive lock mechanism for vehicular sliding roof panels |
JPS54149020U (nl) * | 1978-04-10 | 1979-10-17 | ||
DE7825982U1 (de) * | 1978-09-01 | 1979-02-15 | Webasto-Werk W. Baier Gmbh & Co, 8031 Stockdorf | Fahrzeugdach mit einem Ausschnitt zur Aufnahme eines Deckels |
DE3046399A1 (de) * | 1980-12-10 | 1982-07-22 | Karosseriewerke Weinsberg Gmbh, 7102 Weinsberg | Hoeheneinstelleinrichtung fuer den starren deckel eines fahrzeugschiebedaches |
JPS57172819A (en) * | 1981-04-16 | 1982-10-23 | Daikiyoo Bebasuto Kk | Waterproof structure of sliding roof |
-
1985
- 1985-10-02 DE DE3535126A patent/DE3535126C1/de not_active Expired
-
1986
- 1986-08-28 CA CA000517111A patent/CA1282813C/en not_active Expired - Lifetime
- 1986-09-08 US US06/905,002 patent/US4720138A/en not_active Expired - Fee Related
- 1986-09-09 JP JP61210836A patent/JPS6283219A/ja active Granted
- 1986-09-09 NL NL8602264A patent/NL192437C/nl not_active IP Right Cessation
- 1986-09-25 MX MX3844A patent/MX159854A/es unknown
- 1986-09-30 IT IT21859/86A patent/IT1197309B/it active
- 1986-09-30 FR FR868613618A patent/FR2587942B1/fr not_active Expired - Fee Related
- 1986-10-01 SE SE8604164A patent/SE469626B/sv not_active IP Right Cessation
- 1986-10-25 GB GB08623124A patent/GB2181771B/en not_active Expired
Patent Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1182082B (de) * | 1959-07-11 | 1964-11-19 | H T Golde G M B H & Co K G | Abdichtung fuer den Spalt zwischen einem starren Schiebedeckel und dem festen Fahrzeugdach |
DE1942576A1 (de) * | 1967-05-23 | 1971-03-04 | Daimler Benz Ag | Vorrichtung zum Verschliessen oder OEffnen von OEffnungen an Fahrzeugen |
DE2313453A1 (de) * | 1973-03-17 | 1974-09-26 | Webasto Werk Baier Kg W | Hoehenverstellvorrichtung an schiebedaechern |
US4043239A (en) * | 1976-01-16 | 1977-08-23 | General Motors Corporation | Shim nut and screw bolt assembly |
GB2033850A (en) * | 1978-10-12 | 1980-05-29 | Honda Motor Co Ltd | Vehicle sliding roofs |
DE3100757C2 (de) * | 1980-01-14 | 1986-11-27 | Webasto-Werk W. Baier GmbH & Co, 8035 Gauting | Schiebedach für Kraftfahrzeuge |
DE3046400A1 (de) * | 1980-12-10 | 1982-07-22 | Karosseriewerke Weinsberg Gmbh, 7102 Weinsberg | Hoeheneinstellvorrichtung fuer den starren deckel eines fahrzeugschiebedaches |
DE3221487C2 (de) * | 1982-06-07 | 1989-12-14 | Rockwell Golde Gmbh, 6000 Frankfurt | Kabelführung für Kraftfahrzeug-Schiebedächer |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
SE8604164L (sv) | 1987-04-03 |
GB2181771A (en) | 1987-04-29 |
DE3535126C1 (de) | 1986-12-04 |
IT1197309B (it) | 1988-11-30 |
NL192437C (nl) | 1997-08-04 |
GB8623124D0 (en) | 1986-10-29 |
IT8621859A1 (it) | 1988-03-30 |
JPS6283219A (ja) | 1987-04-16 |
US4720138A (en) | 1988-01-19 |
FR2587942B1 (fr) | 1993-01-22 |
CA1282813C (en) | 1991-04-09 |
GB2181771B (en) | 1988-12-21 |
IT8621859A0 (it) | 1986-09-30 |
MX159854A (es) | 1989-09-21 |
NL192437B (nl) | 1997-04-01 |
SE8604164D0 (sv) | 1986-10-01 |
FR2587942A1 (fr) | 1987-04-03 |
SE469626B (sv) | 1993-08-09 |
JPH0343090B2 (nl) | 1991-07-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4417763A (en) | Sliding-tilting-roof for motor vehicles | |
JPH0422734B2 (nl) | ||
CA1327550C (en) | Apparatus for carrying a load | |
NL8602264A (nl) | Schuifdak voor motorvoertuigen. | |
CA1045653A (en) | Sliding roof for automobiles | |
NL8006480A (nl) | Schuifdak voor een voertuig. | |
NL8501877A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het op hoogte instellen en monteren van een deksel van een in een motorvoertuigdak in te bouwen schuif- en/of hefdakconstructie. | |
JPH04232184A (ja) | 原動機付き車両、特に乗用自動車のための車体 | |
US20020167193A1 (en) | Sliding-bow folding up | |
NL8902838A (nl) | Schuif- of schuifhefdak voor motorvoertuigen. | |
US6543076B1 (en) | Cabin for a telescopic gangway | |
DE10252987B4 (de) | Cabriolet-Fahrzeug mit versenkbarem Verdeck | |
US3089728A (en) | Horizontal deflectors | |
NL194328C (nl) | Vouwdaksamenstel voor motorvoertuigen. | |
US4103962A (en) | Sliding roof for automobiles | |
NL8204176A (nl) | Afdichting voor de randspleet van een schuifdak van een motorvoertuig. | |
CA1316565C (en) | Sliding roof or sliding lifting roof for motor vehicles | |
US4838601A (en) | Folding top for passenger cars | |
NL1015541C2 (nl) | Open-dakconstructie voor een voertuig. | |
US20220281299A1 (en) | Sunroof Unit | |
NL1005117C2 (nl) | Opendak-constructie voor een voertuig. | |
NL1011863C2 (nl) | Open-dakconstructie voor een voertuig. | |
NL8702838A (nl) | Open dakconstructie voor een voertuig. | |
NL9101386A (nl) | Motorvoertuig met een open dakconstructie. | |
SU1627434A1 (ru) | Выдвижна лестница транспортного средства |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20000401 |