NL8401903A - Vilmachine met toevoerinrichting en werkwijze voor het toepassen daarvan. - Google Patents

Vilmachine met toevoerinrichting en werkwijze voor het toepassen daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL8401903A
NL8401903A NL8401903A NL8401903A NL8401903A NL 8401903 A NL8401903 A NL 8401903A NL 8401903 A NL8401903 A NL 8401903A NL 8401903 A NL8401903 A NL 8401903A NL 8401903 A NL8401903 A NL 8401903A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
meat
wheel
gripping roller
gripping
roller
Prior art date
Application number
NL8401903A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Townsend Engineering Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Townsend Engineering Co filed Critical Townsend Engineering Co
Publication of NL8401903A publication Critical patent/NL8401903A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22CPROCESSING MEAT, POULTRY, OR FISH
    • A22C17/00Other devices for processing meat or bones
    • A22C17/12Apparatus for cutting-off rind

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Processing Of Meat And Fish (AREA)
  • Apparatuses For Bulk Treatment Of Fruits And Vegetables And Apparatuses For Preparing Feeds (AREA)
  • Details Of Cutting Devices (AREA)
  • Knives (AREA)
  • Meat, Egg Or Seafood Products (AREA)

Description

« * ** , i
Vilnachine met toevoerinrichting en werkwijze -voor het toepassen daarvan
De uitvinding heeft betrekking op een vilmachine en een werkwijze voor het toepassen daarvan.
De momenteel gebruikte vleesvilmachines omvatten in het algemeen een ondersteuningscppervlak waarop het vlees, dat gevild d.w.z. van 5 de huid ontdaan moet worden, geplaatst wordt. Bat vlees wordt bewogen tot het aangegrepen wordt door een getande vastgrijprol, die het vlees aanvat en het langs een vleesvilblad trekt, waarop de huidlaag van het vlees gescheiden wordt. Bij de meeste machines, die momenteel gébruikt worden, is het mesblad naar de bedieningspersoon toegekeerd- De bedie-10 ningspersoon brengt het vlees in contact met de vastgrijprol , en als het vlees door de vastgrijprol aangevat wordt, wordt het van de handen van de bedieningspersoon af en in contact met het vilhlad getrokken.
Het is echter wenselijk om te voorzien in een middel voor het automatisch ' toevoeren van het vlees tot in aangrijping met de vast-15 grijprol cm zodoende de mogelijkheid te ondervangen dat de bedieningspersoon met zijn handen verwikkeld raakt met het vastgrijprol.
Derhalve bestaat een voornaamste oogmerk van de onderhavige uitvinding uit het verschaffen van een verbeterde vleesvilmachine die een automatische toevoerinrichting heeft voor het toevoeren van het 20 vlees tot in aangrijping met de vastgrijprol.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een verbeterde vleesvilmachine, waarbij het mesblad voor het villen van het vlees van de bedieningspersoon afgekeerd is.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het 25 verschaffen van een verbeterde vleesvilmachine, waarbij het mesblad voor het villen van het vlees van de bedieningspersoon afgekeerd is.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een verbeterde vleesvilmachine, welke een automatische toevoerinrichting heeft, die het voor de bedieningspersoon mogelijk 30 maakt on het vlees in de machine toe te voeren op een van de vastgrijp-rol en het vilblad afgelegen punt.
84 01 9 0 3 «r - 2 - rft 1 ^
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilinachine, welke een automatische toevoer-inrichting heeft, die gemakkelijk weggeklapt kan worden van de vast-grijprol en het vilblad cm zodoende de vleesvilmachine te kunnen aan-5 wenden voor het villen van ham en dergelijke.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilmachine met een automatische toevoer-inrichting, die onder het toelaten dat de bedieningspersoon het vlees in dë machine toevoert, van een van de vastgrijprol afgelegen punt, ock 10 de uitoefening van druk qp het vlees als het door de vastgri jprol en het vilblad aangegrepen wordt veroorlooft.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilmachine, welke een automatische toevoerinrichting heeft, die het mogelijk maakt dat de bedieningspersoon het 15 vlees gedurende het gehele vilproces ziet.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilmachine met een toevoerinrichting die, door toedoen van zijn eigen gewicht, het vlees neer helpt te houden tegen de vastgri jprol als het door de vastgrijprol aangegrepen wordt. 20 Een verder oognerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilmachine, waarbij de bedieningspersoon achter het vilblad en de vastgrijprol opgesteld staat.
Een verder oognerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een toevoerinrichting voor een vleesvilmachine, die 25 een toevoerwiel omvat, dat met de hand geroteerd kan worden of als alternatief door krachtorganen geroteerd zou kunnen worden.
Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een vleesvilmachine, waarbij het vlees zowel toegevoerd wordt in als uittreedt uit dezelfde zijde van de machine.
30 Een verder oogmerk van de onderhavige uitvinding bestaat uit het verschaffen van een inrichting, die economisch te fabriceren, duurzaam in gébruik en doelmatig in werking is.
Kort ontschreven wordt volgens de onderhavige uitvinding een vilblad aangevend, dat in een richting van de bedieningspersoon af 8401903 φ * *1 - 3 - gekeerd is. Ben vastgrijprol is aangrenzend aan het vilblad ingesteld en roteert in een richting waarin het bovenoppervlak daarvan naar de snij rand van het vilblad toe beweegt.
Ben toevoerwiel of -rol is boven de vastgrijprol en het mesblad 5 ingesteld. De rol cravat een aantal dwarsstaven die het buitenste cilindrische oppervlak van de rol vormen. De rol roteert om een horizontale as en het buitenste cilindrische oppervlak daarvan ter plaatse van het onderste qedeelte daarvan is op dichte afstand gelegen verband boven de vastgrijprol ingesteld. Een boogvormig schiBonderdeel is aan-10 grenzend aan het toevoerwiel ingesteld en cravat een holrond oppervlak dat naar de bedieningspersoan toegekeerd is. Een toevoerglijbaan is gevormd in de ruimte tussen het holronde oppervlak van het schild en het bolronde oppervlak of cilindrische oppervlak van het toevoerwiel.
De onderrand van het holronde oppervlak van het schild is aangrenzend 15 aan de vastgrijprol ingesteld en het boveneinde van het holronde oppervlak van het schild is iets boven het bovenoppervlak van het toevoerwiel ingesteld. Hierdoor wordt een boogvormige glijbaan gevormd, waarvan het boveneinde zich aangrenzend aan het boveneinde van het schild bevindt, en waarvan het ondereinde zich aangrenzend aan de vastgrijp-20 rol bevindt.
Bij een alternatieve uitvoering van de uitvinding is de vastgrijprol ter plaatse van het ondereinde van de glijbaan ingesteld en wordt het vlees hierdoor aangegrepen en voortgeleid tot in de vil-... positie, en door de machine.
25 De bedianingspersocn voert het vlees tot in het boveneinde van de toevoerglijbaan toe door het vlees cp het cilindrische oppervlak van het toevoerwiel te plaatsen en door het toevoerwiel te roteren om het vlees tot in de toevoerglijbaan te trekken. Bet vlees beweegt geleidelijk verder omlaag door de toevoerglijbaan, onder het ankeren van 30 zijn richting zodat wanneer het de vastgrijprol bereikt, het uit de toevoerglijbaan uittreedt in een richting terug naar de bedienings-persocn. De vastgrijprol vat dan het te villen vlees aan en trekt het naar de snijrand van het ' ^vilmes voor het van het vlees scheiden van dè huidlaag. Nadat het vlees geschild d.w.z. van de huis ontdaan is, 35 treedt het uit de vilmachine om terecht te komen op een tafel die 8401903 - 4 - w 4 *9 tussen de bedieningspersoon en het vilblad ingesteld is. Zodoende treedt het vlees uit de machine aan dezelfde zijde van de machine vanwaar, het ingébracht wordt.
Het toevoerwiel wordt opgehouden door een verbindingstelsel dat 5 het mogelijk maakt dat het toevoerwiel met de hand op het vlees neerge-drukt wordt gedurende de tijd dat het vlees gevild wordt. Dit veroorlooft de uitoefening van druk op het vlees zonder de bedieningspersoon met zijn handen in de nabijheid van de vastgrijprol of mesrand te brengen.
10 Hst toevoerwiel omvat een aantal uiteengelegen staven, maar maakt het voor de bedieningspersoon mogelijk om door het wiel omlaag te zien naar de vastgrijprol en de mesrand. Dit verleent de bedieningspersoon visuele waarneming van het vlees op het moment dat het gevild wordt.
Voor bepaalde toepassingen, zoals het villen van ham, is het 15 nodig om de toevoerinrichting uit de weg te bewegen zodat de ham gevild kan worden. Het verbindingstelsel, dat het schild en de toevoerwiel ophoudt, maakt het mogelijk dat deze beide inrichtingen uit de baan van de vastgrijprol en het vilblad gezwenkt worden zodat de ham gevild; kan worden.
20 Hst toevoerwiel volgens de onderhavige uitvinding wordt bij voor keur met de hand geroteerd, ofschoon het ook mogelijk is om het toevoerwiel door middel van een drijfriem aan te sluiten op een krachtorgaan voor het automatisch roteren van het toevoerwiel.
Het verbindingstelsel, dat het toevoerwiel ophoudt, houdt ook het 25 toevoerwiel en holronde oppervlak van het schild in een constant stationair verband met betrekking tot elkaar. Tegelijkertijd maakt de verbinding het omlaag bewegen van de toevoerrol naar de vastgrijprol mogelijk voor het uitoefenen van druk op het vlees. Deze maakt ook het van de vastgrijprol wegzwenken van het toevoerwiel mogelijk. Gedurende deze 30 bewegingen wordt het holronde oppervlak van het schild echter steeds in een constante vaste positie ten opzichte van het toevoerwiel gehouden.
De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden daarvan.
35 Fig. 1 is een afbeelding in perspectief van de vilmachine volgens 8401903 * * -fide onderhavige uitvinding.
Fig. 2 is een bovenaanzicht van de in fig. 1 weergegeven inrichting, waarbij bepaalde gedeelten weggebroken voorgesteld zijn.
Fig. 3 is een doorsnede volgens XII—III in fig. 2.
5 Fig. 4 is een op grotere schaal weergegeven detaildoorsnede die het te. villen vlees weergeeft.
Fig. 5 is een doorsnede overeenkomstig fig. 3, maar toont de toevoerinrichting naar zijn onwerkzame positie geklapt.
Fig. 6 is een doorsnede, die een gewijzigde uitvoering van 10 de onderhavige uitvinding weergeeft, waarbij een door kracht aangedreven toevoerwiel aangewend is.
Fig. 7 is een doorsnede overeenkomstig fig. 6, waarin een gewijzigde uitvoering van de uitvinding weergegeven is.
Vervolgens wordt -de voorkeursuitvoering in detail beschreven.
15 Zoals in de tekeningen gezien wordt, is met het verwijzings- cijfer 10 de vilmachine volgens de onderhavige uitvinding algemeen aangegeven. De machine omvat een kastgestel 12, dat voorste rol-wielen 14 en achterste nivelleerpoten 16 heeft. Aan het bovenoppervlak van het kastgestel 12 is een werktafel 18 gemonteerd, die een 20 tafeltop 20 heeft, welke een achterrand 22 en een voorrand 24 omvat.
De tafel 18 omvat ook zijpoten 26,28 die werkzaam verbonden zijn aan het kastgestel 12.
Aan de tegenovergestelde zijden van het kastgestel 12 zijn een paar kettingwielmonteringsgestellen 30 verbonden, elk waarvan een 25 kettingwielkast 32 daaraan verbonden heeft. De kettingwielkast 32 omsluit de ketting- en kettingwieiaandrijvingen (niet weergegeven) voor het aandrijven van de vastgrijprol van de nieuwe inrichting.
Het boveneinde van het kettingwielmonteringsgestel 20 omvat een omhoog gekeerd horizontaal oppervlak 34.
30 Een paar steunarmen omvatten elk een onderste, van schroef draad voorzien einde 38 dat in het boveneinde van het kettingwielmonteringsgestel 30 geschroefd is (fig. 5).
Een vastgrijprol 40 is roteerbaar gelegerd tussen de boveneinden van de kettingwielmonteringsgestellen 30 en wordt aangedre-35 ven door de ketting en het kettingwiel (niet weergegeven) binnen 8401903 « _ _ J % -6- •r de kast 32. De vastgrijprol 40 omvat op het buitenoppervlak daarvan een aantal vastgrijptanden 42 en een aantal ringvormige groeven 44. Qpgenomen binnen de ringvormige groeven 44 zijn een aantal afstrijkvingers 46 die elk deel uitmaken van een afstrijkelement 5 48. De afstrijkelementen 48 zijn gemonteerd aan een dwarsas 50 die zich evenwijdig aan de vastgrijprol 40 uitstrekt.
Een paar. bladmonteringsarmen 52 zijn elk zwenkbaar gemonteerd aan de naar binnen gekeerde zijden van de ketttingwielmonterings-gestellen 30 teneinde een zwenkbeweging te kunnen uitvoeren om een 10 horizontale as die met het verwijzingscijfer 54 aangegeven is.
Tussen de armen 52 strekken zich een drukschoen 56 en een toevoer-sehoen 58 uit. De drukschoen 56 omvat een hol>rond oppervlak 60 dat concentrisch is met het buitenste cilindrische oppervlak van de vastgrijprol 40. Verbonden aan het bovenoppervlak van de druk-15 schoen 56 is een vilblad 62 dat een snijtand 64 heeft. Het vilblad 62 wordt op zijn plaats gehouden door een neerhoudplaat 66 die aan de drukschoen 56 verbonden is door middel van machineschroeven 68. De snijwand 64 bevindt zich op een lijn die in hoofdzaak tangenti-aal verloopt aan de kromte van het holronde oppervlak 60 en die 20 ook in op dichte afstand gelegen tangentiaal verband staat met het buitenoppervlak van de vastgrijprol 42.
Verbonden aan de bladmonteringsorganen 52 is een regelstang 72 die verbonden is aan (niet weergegeven) regelorganen voor het op eenduidige wijze regelen van de rotatie van de bladaonterings-25 armen 52- om de zwenkas 54.. Dit maakt het mogelijk om de afstand tussen het holronde oppervlak 60 van de drukschoen 56 en het buitenste bolronde oppervlak van de vastgrijprol bij te stellen tot de gewenste afstand verkregen is.
Een toevoerstelsel, dat algemeen aangegeven is met het ver-* 30 wijzingscijfer 74, is boven de vastgrijprol 40 gemonteerd en om vat een toevoerwiel 76 en een boogvormig schild 78. Het toevoer-wiel 76 omvat een paar cirkelvormige wielvelgen 80, elk waarvan een spaakstaaf 82 heeft, die zich over de diameter daarvan uitstrekt. De spaakstaven- 82 zijn elk aan de velgen 80 verbonden door 35 middel van bouten 84 of andere bevestigingsorganen. Een wielas 86 8401903 r ^ -7- strekt zich door de spaakstaven 82 uit ter plaatse van het midden van de cirkelvorm van het wiel 76.
Een wielkoppelstang 88 omvat bussen 90,92 aan de tegenovergestelde einden daarvan. De bus 90 is roteerbaar gemonteerd over 5 de wielas 86 en de bus 92 is scharnierend verbonden aan het boveneinde van de steunarm 36 door middel van een scharnierpen 94. Dit maakt het mogelijk dat het wiel 76 om de door de pen 94 gevormde as zwenkt, en maakt het ook mogelijk dat het wiel 80 roteert om de hartlijn, die door de wiel as 86 gevormd wordt.
10 Het schild 78 omvat een boogvormig plaatonderdeel 96, dat een holrond oppervlak heeft, dat naar het wiel 76 toegekeerd is. Aan de tegenovergestelde zijden van de plaat 76 zijn een paar zijplaten 98 verbonden,, die stijfheid aan de plaat 96 verlenen. Aan het ondereinde van het schild 78 bevindt zich een scharnier 100, waar-15 mee het schild 78 zwenkbaar gemonteerd is aan het boveneinde van het kettingwielmonteringsgestel 30 teneinde een zwenkbeweging te kunnen uitvoeren om een horizontale as.
Het boveneinde van het schild 78 heeft een horizontale as 101 werkzaam daaraan verbonden. Roteerbaar gemonteerd aan de as 20 101 zijn een paar schildkoppelstangen'102 die zich omlaag uitstrek ken en roteerbaar gemonteerd zijn om de wielas 86.
Een arreteeras 106 is door het einde van de wielas .86 geschroefd en wordt op zijn plaats gehouden door middel van een moer 107. Zoals in fig. 1 en 3 gezien kan worden, heeft de as 106 een 25 ondereinde 108, dat op het horizontale oppervlak 34 van het kettingwielmonteringsgestel 30 rust. Dit beperkt de omlaag zwenkende beweging van de wielas 86 om zijn schamieras 94. De arreteeras 106 is door middel-van schroefdraad instelbaar om de onderste wielas 86 op de gewenste hoogte af te stellen. Bij voorkeur moet de wielas 30 in een positie gehouden worden die het voor de wielas mogelijk maakt om in op dichte afstand gelegen verband met de vastgrijprol 40 en de mesrand 64 te staan.
Het toevoerwiel 76 omvat ook een aantal uiteengelegen staven 110, die zich tussen de twee wielvelgen 80 uitstrekken en die een 35 buitenste cilindrisch oppervlak voor het wiel 76 vormen. Deze 84 0 1 9 0 3 * *3 -8- staven zijn bij voorkeur vierkant in doorsnede, en zij zijn uiteen-gelegên zodat de bedieningspersoon door de diameter van het wiel en omlaag tot in het gebied waar de vastgrijprol en het mes zich bevinden zien kan.
5 Bij het bedienen van de inrichting staat de bedieningspersoon achter de achterrand 22 van de tafel 20. De bedieningspersoon plaatst een stuk vlees "M", die een huidlaag "S"<3aarop heeft, op het meest bovenste gedeelte van het wiel 76. Het vlees wordt op de staven 110 geplaatst met de huid S omhoog gekeerd. De bedienings-10 persoon roteert het wiel 76 dan met de hand zodat het vlees M omlaag beweegt tussen het holronde oppervlak 96 van het schild 78 en het bolronde oppervlak dat door de verscheidene stangen 110 gevormd wordt..
De ruimte tussen het holronde oppervlak 96 en het buitenste 15 bolronde oppervlak van het wiel 76 vormt een toevoerglijbaan 112 die een boveneinde 114 en een ondereinde 116 heeft. Het holronde oppervlak 96 is zo gevormd dat het concentrisch is met het buitenste bolronde oppervlak van het wiel 76 over het grootste gedeelte van de lengte daarvan. Het gedeelte van het holronde oppervlak 96 20 aangrenzend aan het ondereinde daarvan convergeert enigszins naar het cilindrische oppervlak van het wiel 76. Zodoende heeft de toevoerglijbaan 112 een constante breedte over het grootste gedeelte van de lengte daarvan, met uitzondering van het ondereinde 116 daarvan, dat enigszins versmald is in breedte. Hoewel verschillende 25 breedten voor de glijbaan 112 gekozen kunnen worden, bedraagt een verkieslijke breedte voor het constante gedeelte daarvan ongeveer 5 centimeter.
De afstand van het cilindrische oppervlak van het toevoerwiel 76 kan afgesteld worden door het roteren van de arreteeras 106.
30 Deze afstand moet zo afgesteld worden dat deze enigszins kleiner is dan de dikte van het vlees zodat het gewicht van het wiel 76 omlaag gerichte druk uitoefenen zal op het vlees aangrenzend aan de vastgrijprol. 40.. Als het vlees het ondereinde 116 van de glijbaan 112 bereikt, wordt het aangegrepen door en aangevat door de tanden 42 35 van de rol 40 en naar. het vilmes getrokken, dat de huid S van het 8401903 -9- vlees M scheidt, zoals in fig. 4 weergegeven is. De huid beweegt omlaag rond de vastgrijprol 40 en wordt van de rol afgestreken door middel van afstrijkers 48.
Het vlees beweegt boven het mesblad 62 en beweegt op het 5 bovenoppervlak 20 van de werktafel 18. Zodoende kan het vlees in de machine gevoerd worden vóór het villen, en uit de machine verwijderd worden na het villen van dezelfde zijde van de inrichting.
Het gewicht van het wiel 76 oefent een omlaag gerichte druk op het vlees uit. Maar één voordeel dat door de onderhavige inrich-10 ting verkregen wordt is het vermogen van de bedieningpersoon om aanvullende omlaag gerichte druk op het vlees uit te oefenen als het aangegrepen is door de vastgrijprol. Dit wordt bewerkstelligd doordat de bedieningspersoon zijn handen op het bovenoppervlak van het wiel 76 plaatst en omlaag drukt. Het wiel 76 roteert om de as 15 94 en beweegt omlaag tot dit hetzij door de dikte van het vlees hetzij door de as 106, die met het platte oppervlak 34 in aangrij-ping komt, beperkt wordt. Zodoende is het mogelijk om de as 106 op een niveau van minder dan de dikte van het vlees in te stellen, zodat de bedieningspersoon druk op het vlees uitoefenen kan terwijl 20 het in aangrijping is met de vastgrijprol 40. Dit verzekert een volledige en grondige vilverrichting, terwijl tegelijkertijd de bedieningspersoon zijn handen van het vlees verwijderd houden kan gedurende het vilproces.
Een ander voordeel, dat met de onderhavige inrichting verkre-25 gen wordt,, is het vermogen van de bedieningspersoon om door de diameter van het wiel 76 te zien gedurende de vilverrichting. Dit is mogelijk dankzij de uiteengelegen aanbrenging van de stangen 110. Zodoende kan de bedieningspersoon het vlees zien over het gehele -tijdsverloop dat het vlees de glijbaan 112 binnengaat tot 30 nadat het van de huid ontdaan is.
Het wiel 76 kan omhoog geklapt worden van de vastgrijprol 40 af door het louter omhoog lichten aan het wiel 76. Dit leidt tot het roteren van het wiel uit de in fig. 3 weergegeven positie naar de in fig. 5 weergegeven positie. Gedurende deze klapbeweging 35 beweegt de kopppelstang 88 omhoog in de zin van de wijzers van het 8401903 -10- uurwerk. Tegelijkertijd zwenkt het schild 78 in de zin van de wijzers van het uurwerk om zijn schamieras 100 zoals door de pijl 118 aangegeven. De koppelstang 102 roteert in de zin van de wijzers van het uurwerk om de as 101 uit de in fig. 3 weergegeven 5 positie naar de in fig. 5 weergegeven positie. Wanneer het wiel 76 teruggeklapt is in de in fig. 5 weergegeven positie, is het mogelijk om een vilverrichting uit te voeren voor een object zoals ham, dat. niet plat is, en dat niet binnen de glijbaan 112 passen zou.
10 De verbinding van de onderhavige inrichting houdt het schild 78 en wiel 76 in constant vast verband met elkaar gedurende elke eventuele zwenk- of klapbeweging. Dit verzekertdat de vorm van de glijbaan 112 altijd dezelfde zal zijn ongeacht de positie van het wiel 76.
15 De onderhavige uitvinding verschaft veel voordelen uit een veiligheidsoogpunt. De bedieningspersoon kan het vlees in de machine- toevoeren en het vlees uit de machine opnemen van dezelfde· zijde. Het is niet nodig om het vlees van de tegenovergestelde zijde van de machine terug te krijgen zoals bij vroegere vilin-20 richtingen. Bovendien kan de bedieningspersoon de gehele vilverrichting uitvoeren zonder zijn handen in de nabijheid van de vast-grijprol of het vleesvilblad te plaatsen.
De veiligheid wordt ook verhoogd dankzij het feit dat de bedieningspersoon niet met zijn handen in aangrijping is met het 25 vlees op het moment dat het van de huid ontdaan wordt. Dit ondervangt de mogelijkheid.dat de handen van de bedieningspersoon op een of andere, wijze in het blad getrokken mochten worden met het vlees.
Een ander voordeel, dat met de onderhavige machine verkregen 30 is, is het vermogen van de bedieningspersoon om druk op het vlees uit te oefenen gedurende de vilbewerking zonder tegelijkertijd het vlees te moeten aanraken of zijn handen in de nabijheid van de vastgrijprol.of het vilblad te moeten plaatsen.
Hoewel de inrichting weergegeven is in een uitvoering waarbij 35 het wiel 76 met de hand geroteerd wordt, is het ook mogelijk 8401903 -11- om het wiel 76 door krachtorganen te roteren, al hetgeen nodig is bestaat uit het aanbrengen van een kettingwiel aan het wiel 76, dat door een ketting or riem aangedreven kan worden. Fig. 6 toont het gebruik van een riemaandrijving 120 voor het roteren van het wiel 5 76. De onderhavige inrichting kan echter gemakkelijk met de hand bediend worden zonder de noodzaak voor enige krachtorganen om het wiel 76 te roteren.
aide in het voorgaande genoemde voordelen treden ook op bij de gewijzigde uitvoering van de nieuwe inrichting, die in fig, 7 10 weergegeven is. Overeenkomstige verwijzingscijfers zijn in fig. 7 gebruikt om overeenkomstige delen, die eerder beschreven zijn, aan te geven. Het gewijzigd uitgevoerde schild 78A is in hoofdzaak concentrisch op afstand gelegen van de omtrek van het wiel 76 behoudens dat deze ruimte iets nauwer toeloopt nabij het ondereinde 15 116. vastgesteld is, dat alle vleesproducten niet altijd gemakkelijk omlaag glijden over het binnenoppervlak van het eerder beschreven schild 78. Bij de constructie van fig. 7 zijn het schild 78A en de vastgrijprol 40 ongeveer 45° verplaatst ten opzichte van de constructie van fig. 3. Ook overspant de vastgrijprol 40 in fig. 7 in 20 hoofdzaak de bodem 116 van de toevoerglijbaan, die door het schild 78A gevormd wordt, zodat een hoofdzakelijk gedeelte (ongeveer 50 percent) van de omtrek daarvan blootgesteld is aan de ruimte 118 die tussen het wiel 76 en het schild 78A optreedt. Dit maakt het voor de vastgrijprol 40 mogelijk om als een transporteur van het 25 vlees te functioneren om het vlees naar het blad 62 te trekken.
Het overgangsstuk 120 met lip 122 vergemakkelijkt het uittreden van het vlees uit de toevoerglijbaan nadat de vilverrichting plaats vindt. Zodoende wordt het vleesproduct geplaatst in de glijbaan zoals even beschreven. De vastgrijprol grijpt het vlees vast 30 om het door de glijbaan naar het blad 62 te trekken. Als de dikte van het vlees over het blad 62 gaat, zwenkt het wiel 76 omhoog om de dikte van het gevilde vlees op te nemen, dat over het blad en tussen de vastgrijprol en de omtrek van het wiel 76 beweegt. Het overgangsstuk 120 vergemakkelijkt de beweging van het gevilde vlees 35 naar de tafel 18 of elk willekeurig geschikt opneemoppervlak.
840 190 3.
3 V
-12-
De vastgrijprol 40 zowel als het wiel 76 kunnen functioneren om het vlees langs het snijstation van het blad 62 te transporteren.
Zondoende kan worden gezien dat de inrichting tenminste al de in het voorgaande vermelde oogmerken vervuld.
5 Kort samengevat is in het voorgaande beschreven dat de vil- maehine volgens de onderhavige uitvinding een vilblad omvat, dat een in een eerste richting gepresenteerde mesrand heeft. Een vastgrijprol is roteerbaar gemonteerd aangrenzend aan de mesrand voor het aanvatten van de huidlaag van het vlees en het in het 10 Had trekken van het vlees voor het scheiden van de huid van het vlees. Een toevoerinrichting is boven de vastgrijprol en het vilblad aangebracht voor het toevoeren van het te villen vlees naar de vastgrijprol. Het toevoerorgaan omvat een glijbaan, dat een boveneinde heeft, dat zich op enige afstand boven de vast-15 grijprol bevindt, en een ondereinde dicht bij de vastgrijprol.
Het vlees wordt- toegevoerd in de glijbaan van achter het vilblad. Als het vlees omlaag beweegt door de glijbaan, wordt de bewegingsrichting daarvan omgekeerd zodat het naar de bedieningspersoon toe beweegt wanneer het uittreedt uit de glijbaan en door de vast-20 grijprol aangevat wordt. De veiligheid wordt verhoogd dankzij het feit dat het snijblad van de bedieningspersoon afgekeerd is, en verder door. het feit dat het vlees in de glijbaan toegevoerd wordt op een punt dat zich op enige afstand boven de vastgrijprol en het vilmes bevindt.
8401903

Claims (17)

1. Toevoerinrichtlng voor het toevoeren van een stuk vlees, dat een huidlaag daarop heeft, in een vleesvilmachine, voorzien van een vilbladorgaan, dat een mesrand bevat, die in een eerste richting gepresenteerd wordt, een vastgrijprol, die een buitenste getand oppervlak 5 heeft, dat roteerbaar geroteerd is on een horizontale as. aangrenzend aan de mesrand zodat dit buitenste getande oppervlak naar en dicht aangrenzend aan de mesrand'bewegen zal, welke toevoerinrichting voorts voorzien is van een toevoerglijbaan, die boven de vastgrijprol ingesteld is voor het opnemen van het stuk vlees en het geleiden van het 10 vlees naar de vastgrijprol, waarbij de toevoergli jbaan een bovenste invoereinde heeft, dat in uiteengelegen verband boven de vastgrijprol ingesteld is, en een onderste uitlaateinde, dat dicht aangrenzend aan de vastgrijprol ingesteld is, welk uitlaateinde van de glijbaan naar het vilblad toegekeerd is zodat de vastgrijprol het vlees aanvatten 15 zal als het vlees uittreedt uit dit uitlaateinde en het vlees naar de mesrand trekken zal voor het scheiden van de huidlaag van het vlees.
2. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de toevoergli jbaan gevormd is tussen een cilindrisch toevoerwiel en een boogvormig schildcnderdeel, waarbij het cilindrische toevoerwiel boven de 20 vastgrijprol ingesteld is en roteerbaar gemonteerd is on een tweede horizontale as die zich op enige afstand boven de vastgrijprol bevindt, het toevoerwiel een buitenste cilindrisch gedeelte heeft, dat gedurende rotatie van dit wiel in een cirkelvormige baan beweegt van een meest bovenste positie naar een meest onderste positie die zich in qp dichte 25 afstand gelegen verband met de vastgrijprol bevindt, het bovenste * schildonderdeel een holrond oppervlak heeft, dat in radiaal naar buiten op afstand gelegen verband met het buitenste cilindrische gedeelte van het toevoerwiel ingesteld is, en dit schild een boveneinde heeft, dat zich op enige afstand boven de vastgrijprol bevindt, en een ondereinde 30 aangrenzend aan de vastgrijprol.
3. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het toevoerwiel uiteengelegen cirkelvormige wieleinden omvat, waarbij het cilindrische gedeelte van het toevoerwiel een aantal horizontale uiteengelegen stangen omvat, die zich tussen de wieleinden uitstrekken en daaraan 35 verbonden zijn, en waarbij door het uiteengelegen verband van deze 8401905 - 14 - stangen het door het wiel kijken mogelijk is.
4. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat wielmonterings-organen het wiel beweegbaar monteren ten opzichte van de vastgrijprol terveinde een beweging naar de vastgrijprol toe en daarvan af te kunnen 5 uitvoeren.
5. Inrichting volgens conclusie 4, gekenmerkt doordat de wielmon-teringsorganen koppelstangorganen omvatten, die het wiel en het boveneinde van het schildonderdeel onderling verbinden, waarbij de koppelstangorganen zwenkbaar gemonteerd zijn aan het boveneinde van het schild- 10 orgaan texveinde een zwsnkbeweging te kunnen uitvoeren on een derde en horizontale as,'het wiel een zwenkbeweging uitvoeren kan om deze derde as van een normale positie, waarin het wiel zich in cp dichte afstand gelegen verband over de vastgrijprol bevindt, naar een onwerkzame positie, waarin het wiel van de vastgrijprol af ingesteld is en buiten 15 bedekkend verband daarmee staat.
6. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat deze kracht-organen cravat, die voor de aandrijving verbonden zijn aan het wiel voor het roteren van het wiel in een rotatierichting tegengesteld aan de rotatierichting van het vastgrijpwiel zodat de aangrenzende oppervlakken 20 van de vastgrijprol en het wiel beide naar de mesrand toe bewegen. 7o Vleesvilmachine voor het villen van een stuk vlees, dat een huidlaag daarop heeft, voorzien van een tafel, die een achterrand en een voorrand heeft, vilbladorganen, die aangrenzend aan de voorrand van de tafel gemonteerd zijn en een mèsblad met een snijrand die zich naar voren 25 van de tafel af uitstrekken hébben, een getande vastgrijprol die aait* grenzend aan en voor de mesbladorganen ingesteld is en roteerbaar gemonteerd is teneinde een rotatie te kunnen uitvoeren om een eerste horizontale as, welke vastgrijprol een bovenoppervlak heeft, dat bestemd is om naar het blad toe te bewegen gedurende rotatie van de vastgrijprol, 30 toevoerorganen, die boven de vastgrijprol ingesteld zijn, welke toevoer-organen een toevoerglijbaan omvatten, die een inlaatcpening heeft, welke zich op enige afstand boven de vastgrijprol bevindt, en een uitlaatopening, die onder de inlaatcpening en dicht aangrenzend aan de vastgrijprol ingesteld is, waarbij de inlaatopening naar de tafel toegekeerd is, de uit-35 laatopening naar achter naar de sni jrand toegékeerd is, en de glijbaan 8401903 ψ * * - 15 - een baan volgt, die de richtingen tussen de inlaatcpening en de uit-laatopening omkeert, zodat het vlees na ingevoerd te zijn in de inlaat-qpening, door de glijbaan beweegt en uittreedt uit de uitlaatqpening in een achterwaartse richting naar de snijrand van het mesblad bewegend.
8. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt doordat de glijbaan een binnenste boogvormig steunoppervlak en een buitenste boogvormige steunoppervlak omvat, die uiteengelegen zijn. 9. inrichting volgens conclusie 8, gekenmerkt doordat de glijbaan een cilindrisch toevoerwiel omvat, dat roteerbaar gemonteerd is cm een 10 tweede horizontale as, die zich op enige afstand boven de genoemde eerste horizontale as van de vastgrijprol bevindt, welk toevoerwiel een cilindrisch buitenste gedeelte heeft, dat het binnenste boogvormige steunoppervlak vormt.
10. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt doordat de toevoer-15 glijbaan beweegbaar gemonteerd is ten opzichte van de vastgrijprol en de vilbladorganen cm een beweging te kunnen uitvoeren uit een eerste positie, waarin de toevoerglijbaan in bedekkend verband boven de vastgrijprol ingesteld is, naar een tweede positie die zich voor de vilbladorganen bevindt.
11. Machine voor het villen van een stuk vlees, dat een huidlaag daarcp heeft, welke machine voorzien is van een steunorgaan, dat een achterrand en een voorrand heeft, vilbladorganen, die aangrenzend aan de voorrand van de stemorganen gemonteerd zijn en een mesblad met een naar· voren van het steunorgaan af gepresenteerde snijrand hebben, een 25 cilindrische getande vastgrijprol, die voor de bladorganen ingesteld is en roteerbaar gemonteerd is cm een rotatie te kunnen uitvoeren cm een eerste horizontale as, welke vastgrijprol een getand cilindrisch oppervlak heeft voor het vastgrijpen van de huid van het vlees en voor het naar achter naar de snijrand trekken van het vlees voor het scheiden van 30 de huid van het vlees, een cilindrisch toevoerwiel, dat zwenkbaar gemonteerd is cm een rotatie te kunnen uitvoeren om een tweede horizontale as boven de vastgrijprol en de bladorganen, welk toevoerwiel een buitenste cilindrisch gedeelte heeft, dat In een cirkel beweegt gedurende rotatie van dit wiel, waarbij het meest onderste gedeelte van de cirkel 35 zich in op dichte afstand gelegen verband boven de vastgrijprol en de 8401903 + -V \, - 16 - bladorganen bevindt, en. van een boogvormig schildonderdeel, dat voor het genoemde wiel ingesteld is en een naar achter gepresenteerd holrond qppervlak heeft, dat zich in naar buiten radiaal op afstand gelegen verband met het genoemde buitenste cilindrische gedeelte van dit wiel 5 bevindt, welk schildonderdeel een boveneinde boven dit wiel en een ondereinde aangrenzend aan de vastgrijprol ingesteld heeft.
12. Werkwijze voor het toevoeren van een stuk vlees, dat een huidlaag daarop heeft, in een vleesvilmachihe, die vilbladorganen heeft, welke een in een eerste richting gepresenteerde mesrand bevatten, 10 een getande vastgrijprol, die een buitenste getand oppervlak heeft, dat roteerbaar gemonteerd is teneinde een rotatie te kunnen uitvoeren cm een horizontale as aangrenzend aan de mesrand zodat dit buitenoppervlak van de rol naar de mesrand toe bewegen zal, welke werkwijze bestaat uit het invoeren van het stuk vlees in een inlaatcpening van 15 een toevoergli jbaan, waarbij deze inlaatopening zich op enige afstand boven de vastgrijprol bevindt, en de glijbaan een uitlaatopening heeft, die onder de inlaatopening en dicht aangrenzend aan de vastgrijprol en de mesrand ingesteld is, en het omlaag bewegen van het vlees door de glijbaan tot de huid van het vlees uittreedt uit de genoemde opening, 20 aangevat wordt door de vastgrijprol, en naar de mesrand toe getrokken wordt voor het verwijderen van de huid van het vlees.
13. Werkwijze voor het toevoeren van een stuk vlees, dat een huidlaag daarop heeft, in een vleesvilmachine, die een vilbladorgaan heeft, dat een in de voorwaartse richting gepresenteerde mesrand bevat, 25 waarbij een vastgrijprol een buitenste getand vastgrijpoppervlak heeft, dat roteerbaar gemonteerd is om een horizontale as aangrenzend aan de mesrand zodat dit buitenoppervlak van de rol het stuk vlees aangrijpen zal, welke werkwijze bestaat uit het plaatsen van het vlees qp het bovenste cilindrische oppervlak van een toevoerwiel, dat roteer-30 baar gemonteerd is boven de vastgrijprol teneinde een rotatie te kunnen uitvoeren om een horizontale as, waarbij het cilindrische oppervlak van het toevoerwiel zich ter plaatse van zijn laagste punt in op dichte afstand gelegen verband met de vastgrijprol bevindt, het roteren van het genoemde wiel met het vlees daarop van een uitgangspositie, 35 waarin het vlees zich boven het wiel bevindt, naar een vilpositie, waarin 8401903 Λ - 17 - het vlees zich tussen het wiel en de vastgrijprol bevindt, en het instellen van het vlees tegen het cilindrische oppervlak van het toevoer-wiel gedurende rotatie van de uitgangspositie naar de vilpositie door middel van een boogvormig schildonderdeel, dat een holrond φpervlak 5 heeft, dat zich radiaal naar buiten op enige afstand van het cilindrische oppervlak van het wiel bevindt.
14. Wferkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het genoemde wiel beweegbaar gemonteerd is ten^einde een beweging te kunnen uitroeren naar de vastgrijprol toe en daarvan af, welke werkwijze 10 voorts bestaat uit het uitoefenen van een omlaag gerichte druk qp het vlees door het gewicht van het wiel op het vlees te laten rusten wanneer het vlees in aangrijping is net de vastgrijprol.
15. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat deze voorts bestaat uit het uitoefenen van een bijkomende omlaag gerichte 15 druk op het vlees door het met de hand omlaag drukken op het wiel.
16. Ttoevoerinrichting voor het toevoeren van een stuk vlees, dat een huidlaag daarop heeft, in een vleesvilmachine, voorzien van een vilbladorgaan, dat een in een eerste richting gepresenteerde mes-rand bevat, en een vastgrijprol, die een buitenste getand oppervlak 20 heeft, dat roteerbaar gemonteerd is cm een horizontale as aangrenzend aan de mesrand zodat dit buitenste getande oppervlak naar de mesrand toe en dicht aangrenzend daaraan bewegen "zal, welke toevoer inrichting voorts voorzien is van een toeroerglijbaan, die boven de vastgrijprol ingesteld is voor het cpnemen van het stuk vlees en het geleiden van 25 dit vlees naar de vastgrijprol, waarbij deze toeroerglijbaan een bovenste invoereindë heeft, dat in qp enige afstand gelegen verband boven de vastgrijprol ingesteld is, en een onderste uitlaateinde, dat dicht aangrenzend aan de vastgrijprol ingesteld is, de vastgrijprol geplaatst is binnen het uitlaateinde van de toeroerglijbaan zodat de 30 onderrand van omlaag door de glijbaan bewegend vlees in directe vast-grijpingsaangrijping met de vastgrijprol kamen zal, en het uitlaateinde van de toeroerglijbaan naar het vilblad toegekeerd is zodat de vastgrijprol het vlees van dit uitlaateinde naar de mesrand voortleiden zal voor het scheiden van de huidlaag van het vlees.
17. Inrichting volgens conclusie 16, gekenmerkt doordat de 8401903 ν' V - 18 - toevoerglijbaan gevormd is tussen een cilindrisch toevoerwiel en een boogvormig schildonderdeel, waarbij het cilindrische toevoerwiel boven de vastgrijprol ingesteld is en roteerbaar gemonteerd is om een tweede horizontale as, die zich op enige afstand boven de vastgrijprol 5 bevindt, het toevoerwiel een buitenste cilindrisch gedeelte heeft, dat gedurende rotatie van dit wiel in een cirkelvormige baan van een meest bovenste positie naar een meest onderste positie, die zich in op dichte afstand gelegen verband met de vastgrijprol bevindt, beweegt, het boogvormige schildonderdeel een holrondqppervlak heeft, dat in 10 radiaal naar buiten op enige afstand gelegen verband met het buitenste cilindrische gedeelte van het toevoerwiel ingesteld is, en dit schild een boveneinde heeft, dat zich op enige afstand boven de vastgrijprol bevindt, en een ondereinde aangrenzend aan de vastgrijprol.
18. Inrichting volgens conclusie 16 of 17, gekenmerkt doordat 15 in hoofdzaak één helft van de ontrek van de vastgrijprol blootgesteld is aan het inwendige van de toevoerglijbaan -ter plaatse van het onderste uitlaateinde.
19. Wsrkwijze, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekeningen. 20. inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrij ving en/of tekeningen. 840190J
NL8401903A 1983-12-05 1984-06-15 Vilmachine met toevoerinrichting en werkwijze voor het toepassen daarvan. NL8401903A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/557,879 US4561150A (en) 1983-12-05 1983-12-05 Skinning machine having feed device and method for using same
US55787983 1983-12-05

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8401903A true NL8401903A (nl) 1985-07-01

Family

ID=24227247

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8401903A NL8401903A (nl) 1983-12-05 1984-06-15 Vilmachine met toevoerinrichting en werkwijze voor het toepassen daarvan.

Country Status (20)

Country Link
US (1) US4561150A (nl)
JP (1) JPS60120939A (nl)
AU (1) AU560445B2 (nl)
BE (1) BE900304A (nl)
BR (1) BR8402980A (nl)
CA (1) CA1208860A (nl)
CH (1) CH665331A5 (nl)
DE (2) DE3426872A1 (nl)
DK (1) DK342284A (nl)
ES (3) ES8605949A1 (nl)
FI (1) FI76674C (nl)
FR (1) FR2555864B1 (nl)
GB (1) GB2150417B (nl)
IT (1) IT1177885B (nl)
MX (1) MX161394A (nl)
NL (1) NL8401903A (nl)
NO (1) NO158243C (nl)
NZ (1) NZ208497A (nl)
PT (1) PT79327B (nl)
SE (1) SE454836B (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4730368A (en) * 1986-01-21 1988-03-15 Townsend Engineering Company Method and means of skinning meat
US4670943A (en) * 1986-01-21 1987-06-09 Townsend Engineering Company Method and means of skinning meat
US4784056A (en) * 1988-03-14 1988-11-15 Towsend Engineering Company Safety device for meat skinning machines
US5236323A (en) * 1992-06-19 1993-08-17 Long John W Automatic meat trimmer apparatus and method
EP0583593B1 (de) * 1992-07-06 1997-02-05 Maja-Maschinenfabrik Hermann Schill GmbH Verfahren und Vorrichtung zum Enthäuten und Abschwarten eines Behandlungsgutes
US5267890A (en) * 1992-11-05 1993-12-07 Jay Koch Loading device for poultry breast fillet skinner
NL1014469C1 (nl) * 2000-02-23 2001-08-24 Systemate Group Bv Pootdeelsnijder.
US7204748B2 (en) * 2004-10-29 2007-04-17 Remington Holdings Llc Poultry breast portion sizing apparatus
US8517806B2 (en) 2010-11-09 2013-08-27 Stainless Systems, Inc. Apparatus and method for processing of pork bellies
CN104858036B (zh) * 2015-05-21 2017-07-14 长江大学 一种多功能粉碎机
CN114451440B (zh) * 2022-02-25 2022-12-27 福建佳客来食品股份有限公司 一种牛肉制品加工用牛肉筋膜剔除设备

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE93318C (nl) *
US2722255A (en) * 1951-07-07 1955-11-01 Townsend Engineering Co Hold down attachment for skinning machine
US2988124A (en) * 1954-02-25 1961-06-13 Wilson & Co Inc Fat back skinning and trimming machine
US2912027A (en) * 1957-05-27 1959-11-10 Townsend Engineering Co Feeding and slashing device for skinning machine
US3215179A (en) * 1962-06-23 1965-11-02 Schill Hermann Machine for slicing off the rind or other tegument from bacon, meat, flesh, fish or the like
US3542103A (en) * 1968-02-20 1970-11-24 Townsend Engineering Co Meat skinning apparatus
US3898923A (en) * 1973-11-29 1975-08-12 Townsend Engineering Co Safety table for a skinning machine
DE2362772A1 (de) * 1973-12-17 1975-06-19 Schill Maja Masch Fleischbearbeitungsmaschine zum abtrennen von rippenstuecken und dergleichen
DE2408766A1 (de) * 1974-02-23 1975-09-04 Schill Maja Masch Verfahren und vorrichtung zum speckentschwarten o.dgl.
US3949661A (en) * 1974-04-24 1976-04-13 Townsend Engineering Company Safety means for a skinning and/or slashing machine
DE2638612A1 (de) * 1976-08-27 1978-03-02 Schill Maja Masch Abschwartmaschine
DE3021151C2 (de) * 1980-06-02 1981-10-22 Nordischer Maschinenbau Rud. Baader GmbH + Co KG, 2400 Lübeck Vorrichtung zum Enthäuten von Filets von Heringsfischen
DE3216150A1 (de) * 1982-04-30 1983-11-03 Maja-Maschinenfabrik Hermann Schill Gmbh, 7640 Kehl Entschwartungsmaschine

Also Published As

Publication number Publication date
SE8403232L (sv) 1985-06-06
US4561150A (en) 1985-12-31
ES547030A0 (es) 1986-07-16
FI76674C (fi) 1988-12-12
FR2555864A1 (fr) 1985-06-07
BR8402980A (pt) 1985-08-20
PT79327B (en) 1986-08-19
CH665331A5 (de) 1988-05-13
FI842361A (fi) 1985-06-06
GB2150417A (en) 1985-07-03
ES533550A0 (es) 1986-04-16
FI76674B (fi) 1988-08-31
DK342284A (da) 1985-06-06
DE8421768U1 (de) 1984-10-11
NO158243C (no) 1988-08-10
SE454836B (sv) 1988-06-06
PT79327A (en) 1984-11-01
ES8608805A1 (es) 1986-07-16
JPS60120939A (ja) 1985-06-28
GB8414806D0 (en) 1984-07-18
JPH0160220B2 (nl) 1989-12-21
IT8448528A0 (it) 1984-07-06
NO158243B (no) 1988-05-02
GB2150417B (en) 1988-04-27
FI842361A0 (fi) 1984-06-12
SE8403232D0 (sv) 1984-06-15
IT1177885B (it) 1987-08-26
AU560445B2 (en) 1987-04-09
ES547031A0 (es) 1986-07-16
AU2928884A (en) 1985-06-13
NZ208497A (en) 1986-11-12
DK342284D0 (da) 1984-07-12
MX161394A (es) 1990-09-20
BE900304A (fr) 1984-12-03
DE3426872A1 (de) 1985-06-13
ES8608804A1 (es) 1986-07-16
CA1208860A (en) 1986-08-05
FR2555864B1 (fr) 1988-04-22
ES8605949A1 (es) 1986-04-16
NO842355L (no) 1985-06-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8401903A (nl) Vilmachine met toevoerinrichting en werkwijze voor het toepassen daarvan.
NL1015614C2 (nl) Ontveller voor karkassen van gevogelte.
US7059954B2 (en) Method and device for processing a poultry leg
KR102354113B1 (ko) 깃털이 제거된 가금류의 다리 전체 또는 다리부위 제품으로부터 껍질의 제거를 위한 시스템, 방법, 및 회전식 장치
NL9101050A (nl) Werkwijze en inrichting voor het bewerken van de huid van een poot van een geslachte vogel.
US4270243A (en) Poultry breast splitting apparatus
DK168352B1 (da) Apparat til flåning af fjerkræ
US4697973A (en) Apparatus and method for handling folded cartons
US4045151A (en) Dough forming and cutting machine
US5609519A (en) Method and means of skinning ham chunks
US7481701B2 (en) Device for making a spiral incision on a meat product
US4610051A (en) Turkey thigh skinner
US5041057A (en) Corn cutter and system
US6244950B1 (en) Automatic skin removal and fat trimming device for meat products
US3858502A (en) Safety device for a skinning machine
EP0858739A2 (en) Pre-cutter for deboning leg or wing parts of poultry
US2649881A (en) Machine for skinning hogsides
JPH0889162A (ja) 剥皮装置
US4697307A (en) Chicken thigh skinner
CH672974A5 (nl)
EP0014135B1 (fr) Dispositif de tranchage de saumon
CN114506623A (zh) 产品传送辊
KR102625283B1 (ko) 생선 필렛 장치
JP2001502911A (ja) 魚骨除去装置
JPS5912073Y2 (ja) 燻煙用ケ−シングの結「あ」金具除去装置

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable