NL8301423A - Inrichting voor het besturen van een electromotor. - Google Patents

Inrichting voor het besturen van een electromotor. Download PDF

Info

Publication number
NL8301423A
NL8301423A NL8301423A NL8301423A NL8301423A NL 8301423 A NL8301423 A NL 8301423A NL 8301423 A NL8301423 A NL 8301423A NL 8301423 A NL8301423 A NL 8301423A NL 8301423 A NL8301423 A NL 8301423A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
drive shaft
disc
subprogram
revolution
instruction
Prior art date
Application number
NL8301423A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Somfy
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Somfy filed Critical Somfy
Publication of NL8301423A publication Critical patent/NL8301423A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/02Shutters, movable grilles, or other safety closing devices, e.g. against burglary
    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02PCONTROL OR REGULATION OF ELECTRIC MOTORS, ELECTRIC GENERATORS OR DYNAMO-ELECTRIC CONVERTERS; CONTROLLING TRANSFORMERS, REACTORS OR CHOKE COILS
    • H02P5/00Arrangements specially adapted for regulating or controlling the speed or torque of two or more electric motors
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/56Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
    • E06B9/80Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling
    • E06B9/82Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling automatic
    • E06B9/88Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling automatic for limiting unrolling
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B19/00Programme-control systems
    • G05B19/02Programme-control systems electric
    • G05B19/18Numerical control [NC], i.e. automatically operating machines, in particular machine tools, e.g. in a manufacturing environment, so as to execute positioning, movement or co-ordinated operations by means of programme data in numerical form
    • G05B19/19Numerical control [NC], i.e. automatically operating machines, in particular machine tools, e.g. in a manufacturing environment, so as to execute positioning, movement or co-ordinated operations by means of programme data in numerical form characterised by positioning or contouring control systems, e.g. to control position from one programmed point to another or to control movement along a programmed continuous path
    • G05B19/39Numerical control [NC], i.e. automatically operating machines, in particular machine tools, e.g. in a manufacturing environment, so as to execute positioning, movement or co-ordinated operations by means of programme data in numerical form characterised by positioning or contouring control systems, e.g. to control position from one programmed point to another or to control movement along a programmed continuous path using a combination of the means covered by at least two of the preceding groups G05B19/21, G05B19/27 and G05B19/33
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B19/00Programme-control systems
    • G05B19/02Programme-control systems electric
    • G05B19/42Recording and playback systems, i.e. in which the programme is recorded from a cycle of operations, e.g. the cycle of operations being manually controlled, after which this record is played back on the same machine
    • G05B19/425Teaching successive positions by numerical control, i.e. commands being entered to control the positioning servo of the tool head or end effector
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/56Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
    • E06B9/68Operating devices or mechanisms, e.g. with electric drive
    • E06B2009/6809Control
    • E06B2009/6872Control using counters to determine shutter position
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B2219/00Program-control systems
    • G05B2219/30Nc systems
    • G05B2219/34Director, elements to supervisory
    • G05B2219/34215Microprocessor
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B2219/00Program-control systems
    • G05B2219/30Nc systems
    • G05B2219/37Measurements
    • G05B2219/37263Absolute and incremental encoder, detector combined
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B2219/00Program-control systems
    • G05B2219/30Nc systems
    • G05B2219/45Nc applications
    • G05B2219/45022Auto seat, dentist chair, roll wheel chair
    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05BCONTROL OR REGULATING SYSTEMS IN GENERAL; FUNCTIONAL ELEMENTS OF SUCH SYSTEMS; MONITORING OR TESTING ARRANGEMENTS FOR SUCH SYSTEMS OR ELEMENTS
    • G05B2219/00Program-control systems
    • G05B2219/30Nc systems
    • G05B2219/50Machine tool, machine tool null till machine tool work handling
    • G05B2219/50084Keep position, setup parameters in memory

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Robotics (AREA)
  • Human Computer Interaction (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Control Of Position Or Direction (AREA)
  • Protection Of Generators And Motors (AREA)
  • Control Of Ac Motors In General (AREA)
  • Control Of Motors That Do Not Use Commutators (AREA)
  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)
  • Stopping Of Electric Motors (AREA)
  • Telephone Function (AREA)

Description

¥ h -...... *
Inrichting voor het besturen van een electromotor.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het besturen van een electromotor voor het aandrijven van een aandrijfas van een verplaatsbaar orgaan, zoals een 5 zonnescherm, een rolluik, een element van een mededelingenbord of een beeldprojectie-inrichting of dergelijke. Inrichtingen van deze soort zijn in het algemeen voorzien van een arreteerinrichting voor het automatisch tot stilstand brengen van de motor na een bepaalde hoekverdraai7ng van de aandrijf-10 as in elk van de beide draairichtingen daarvan, alsmede van middelen voor het instellen van de gewenste hoekstanden voor het tot stilstand brengen van de as en van schakelraiddelen voor het besturen van de draairichting van de motor.
Bij een bekende besturingsinrichting van deze soort, 15 welke is beschreven in het Franse octrooischrift 2.455.695 bestaat de arreteerinrichting voor het tot stilstand brengen van de motor na een bepaalde hoekverdraaiTng van de aandrijfas uit een mechanische inrichting, welke in het kokervormige huis van de motor is aangebracht. Deze inrichting is uitsluitend 20 bestemd voor het bedienen van een schakelaar voor het onderbreken van de voedingsketen van de motor, wanneer het verplaatsbare orgaan, zoals een rolscherm of rolluik enz. één van zijn beide uiterste standen, dat wil zeggen de volledig gesloten of volledig geopende stand inneemt. Hoewel deze be-25 kende besturingsinrichting is voorzien van een mechanisme voor het instellen van deze beide standen, dat veel gemakkelijker kan worden bediend dan de voorheen bestaande mechanismen van deze soort moeten daarbij desondanks met de hand twee instel-organen worden bediend, welke aan êën van de uiteinden van de 30 motor zelf zijn aangebracht, hetgeen niet altijd even gemakkelijk is en wel met name niet in het geval, dat de motor en de door deze aangedreven as bijv. op de gevel van een gebouw zijn aangebracht. Bovendien wordt bij deze bekende besturingsinrichting de nauwkeurigheid, waarmede de motor met de aandrijfas in 35 een bepaalde hoekstand tot stilstand kan worden gebracht beperkt door het feit, dat de mechanische arreteerinrichting uit een groot aantal onderdelen is samengesteld, die vaak uit een gegoten thermoplastische kunststof zijn vervaardigd en waartussen voor een goede werking van de inrichting een 40 8301423 i. * - 2 - bepaalde speling moet worden toegelaten.
De uitvinding verschaft een verbeterde besturings-inrichting van de bovenbeschreven soort, welke is gekenmerkt, doordat de arreteerinrichting een impulsgenerator bevat, welke 5 bij draaiing van de aandrijfas in werking wordt gesteld en dan continu een signaal levert aan een logische bewerkingseenheid, die door middel van een ingangs-uitgangskoppelketen met de uitgang van de impulsgenerator en door middel van een uitgangs-koppelketen met de electromotor is verbonden, terwijl 10 de instelmiddelen bestaan uit schakelmiddelen, die door middel van een ingangs-koppelketen met de logische bewerkingseenheid zijn verbonden voor het in het werkgeheugen van deze eenheid vastleggen van de gewenste hoekstanden, in welke de aandrijfas tot stilstand moet worden gebracht en een met de logische 15 bewerkingseenheid verbonden electrisch te wissen en te programmeren permanent geheugen of accumulator voor het vasthouden van deze hoekstanden bij een onderbreking van de voeding en waarbij de logische bewerkingseenheid is ingericht voor het doorlopend analyseren van het door de impulsgenerator gelever-20 de signaal, het berekenen van de hoekstand van de aandrijfas en het vergelijken daarvan met de gewenste hoekstand(en) , waarin deze as tot stilstand moet worden gebracht enerzijds en het tot stilstand brengen van de motor zodra de berekende hoekstand met de gewenste hoekstand, in welke de aandrijfas 25 tot s.tilstand moet worden gebracht, overeenkomt anderzijds.
Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding kan de arreteerinrichting zijn voorzien van een aantal coaxiaal naast elkaar aangebrachte schijven, waarvan een eerste schijf zodanig met de aandrijfas is gekoppeld, dat hij bij draaiing 30 van deze as constant wordt aangedreven en de beide andere schijven zodanig met elkaar en de eerste schijf zijn gekoppeld, dat de tweede schijf bij elke volledige omwenteling van de eerste schijf en de derde schijf bij elke volledige omwenteling van de tweede schijf stapsgewijs over een gedeelte van 35 een omwenteling wordt gedraaid, waarbij de tweede en derde schijven tezamen een hoekstand codeerinrichting vormen, door welke de hoekstand van de aandrijfas met een nauwkeurigheid van een omwenteling of een bepaald gedeelte daarvan continu wordt aangegeven, terwijl de eerste schijf deel uitmaakt van de 40 8 3 0 1 4 2 3 Φ Hf - 3 - impulsgenerator» door welke aan de logische bewerkingseenheid een informatiesignaal wordt geleverd, aan de hand waarvan deze eenheid de nauwkeurige hoekstand van de aandrijfas tijdens elke omwenteling of elk gedeelte van een omwenteling daarvan, 5 zoals door de hoekstandcodeerinrichting wordt aangegeven kan berekenen.
Bij een andere uitvoeringsvorm van de besturingsinrich-ting bevat de arreteerinrichting alleen een impulsgenerator zonder hoekstandcodeerinrichting.
10 De onderhavige uitvinding verschaft een besturings- inrichting voor een electromotor, die op grond van zijn zeer geringe afmetingen in het huis van de motor kan worden aangebracht en waarmede de motor ook tot stilstand kan worden gebracht bij andere standen van het verplaatsbare orgaan dan de 15 beide eindstanden daarvan, terwijl al deze tussenstanden op afstand kunnen worden ingesteld zonder dat daartoe met de hand een bewerking op de motor zelf behoeft te worden uitgevoerd en deze ingestelde tussenstanden vervolgens zelfs in het geval van een onderbreking van de electrische voeding en 20 het met de hand bedienen van een hulpbesturingsinrichting tijdens een dergelijke onderbreking niet worden veranderd en/of verloren gaan. Door de uitvinding wordt tevens een verbeterde werking van de arreteerinrichting voor wat het aantal omwentelingen van de aandrijfas, gedurende welke deze inrichting 25 'werkzaam is, de nauwkeurigheid, waarmede de as in bepaalde standen tot stilstand wordt gebracht en de reproduceerbaarheid van deze werking betreft verkregen. Bovendien kan deze arreteerinrichting gemakkelijk geschikt worden gemaakt voor het verrichten van nog andere functies met betrekking tot de bestu-30 ring van de electromotor alleen of in combinatie met andere electromotoren zonder dat de extra besturingsorganen hierbij de afmetingen van de besturingsinrichting vergroten.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting, dat is 35 weergegeven in de tekening, waarin is : fig. 1 een schematische afbeelding in perspectief van de in het huis van een aandrijfmotor aangebrachte besturingsinrichting.
fig. 2 een schematische afbeelding in langsdoorsnede 40 8 3 0 1 4 2 3 - 4 - van dezelfde besturingsinrichting.
fig. 3 een blokschema van de besturingsinrichting.
fig. 4 een schematische afbeelding in perspectief van de tot de besturingsinrichting behorende arreteerinrich-5 ting.
fig. 5 het electrische schakelschema van de besturingsinrichting.
fig. 6 een overzicht in blokschemavorm van de programma's, welke zijn opgenomen in het ROM-geheugen van de 10 microprocessor, welke de logische bewerkingseenheid vormt.
Zoals in de figuren 1 t/m 4 is weergegeven bevat de besturingsinrichting een gedrukte schakeling 1, welke is aangebracht in het huis van de electromotor, welke bestemd is voor het aandrijven van de aandrijfas van een verplaatsbaar orgaan. 15 Bij het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld is de electromotor 2 voorzien van een cilindrisch huis, waarin tussen de motor en het aan bijv. een muur te bevestigen uiteinde 3 daarvan de besturingsinrichting is aangebracht. Ter plaatse van dit uiteinde 3 is tevens de meeraderige kabel 4 voor het. voe-20 den van de motor en de besturingsinrichting uit het huis naar buiten gevoerd.
De besturingsinrichting bevat een arreteerinrichting voor het uitschakelen van de motor na een bepaalde hoekver-draaiTng van de aandrijfas in elk van de beide draairichtingen 25 van de motor. Deze arreteerinrichting bevat een hoekstandco-deerinrichting 11, welke is verbonden met een impulsgenerator 40, die vast is gekoppeld met de aandrijfas van het verplaatsbare orgaan, welke bij het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld wordt gevormd door een buis 5, die om het huis 6 van de motor 30 2 is aangebracht en draaibaar ten opzichte van dit huis is gelagerd. De codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 dienen voor het continu leveren van de hoekstand van de aandrijfas 5 aangevende numerieke codesignalen aan een logische bewerkingseenheid 12, welke door middel van een ingangs-35 uitgangskoppelketen 13 met de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 en door middel van een uitgangskoppelketen 14 met de electromotor 2 is verbonden.
De besturingsinrichting bevat voorts middelen voor het besturen van de draairichting van de motor 2 en middelen 40 8 3 0 1 4 2 3 * » - 5 - voor het instellen van de gewenste hoekstanden, in welke de aandrijfas 5 tot stilstand moet worden gebracht in de vorm van schakelmiddelen MI» Dl, RG, SE1 en SE2. Deze schakelmid-delen zijn door middel van een ingangskoppelketen 15 met de 5 logische bewerkingseenheid 12 verbonden.
Met de logische bewerkingseenheid 12 is voorts een electrisch te wissen en te programmeren permanent geheugen 16 verbonden en wel in het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld door middel van een geheugenkoppelketen 17. Een voedingsinrich-1Q ting 18 is enerzijds op het net aangesloten en anderzijds verbonden met de verschillende onderdelen 11 t/m 17 van de inrichting (klemmen Vdd» Vcc» Vss) aan welke deze voedingsinrichting een gelijkspanning levert.
De schematisch in de fig. 1, 2 en 4 weergegeven 15 besturingsinrichting bevat bij het hier beschouwde uitvoerings-voorbeeld drie schijven 21, 22 en 23, die naast elkaar zijn aangebracht en wel coaxiaal ten opzichte van een as 24, die evenwijdig aan de hartlijn van het cilindrische huis 6 is gericht. De schijven 21 t/m 23 zijn in het hier beschouwde 2Θ uitvoeringsvoorbeeld uitgevoerd als tandwielen» terwijl de schijven 21 en 22 enerzijds en de, schijven 22 en 23 anderzijds met elkaar zijn gekoppeld door aan hun uiteinden van rondsels voorziene assen 22' en 23' en dit geheel zodanig is uitgevoerd» dat de schijf 22 bij elke volledige omwenteling van de schijf 25 21 en de schijf 23 bij elke volledige omwenteling van de schijf 22 stapsgewijs over een gedeelte van een omwenteling en in het hier beschouwde geval met name over een tiende gedeelte van een omwenteling wordt gedraaid. De door de schijven 22 en 23 gevormde codeerinrichting 11 dient voor het continu aangeven 30 van de hoekstand van de aandrijfas 5. De schijven 22 en 23 zijn elk op een van hun vlakke zijden voorzien van een gedrukte schakeling 19 resp. 20 in de vorm van vijf concentrische, electrisch geleidende sporen en wel een ononderbroken zend-spoor en vier ontvangsporen, bestaande uit electrisch gel ei -35 dende sectoren, die electrisch met het zendspoor zijn verbonden en door niet-geleidende sectoren van elkaar zijn gescheiden. Op de gedrukte schakeling 1 zijn tegenover elke schijf 5 sleep-contacten 22a, 22b, 22c, 22d en 22e voor de schijf 22 en 23a, 23b, 23c, 23d en 23e voor de schijf 23 aangebracht, welke resp.
40 8 3 0 1 4 2 3 * ϊ, - 6 - met de vijf sporen van elk van. de betreffende gedrukte schakelingen 19 en 20 samenwerken. Wanneer aan één van de zich met de zendsporen in aanraking bevindende sleepcontacten 22a of 23a een referentiespanning wordt gelegd zal deze referentie-5 spanning eveneens optreden op die sleepcontacten van de groep 22b t/m 22e of de groep 23b t/m 23e, welke zich met een geleidende sector van de ontvangsporen in aanraking bevinden. In afhankelijkheid van de lengte van deze geleidende sectoren en hun hoekstand op de ontvangsporen wordt door elke schijf een 10 hoekcodering gevormd in de vorm van een referentiespanning, die al dan niet aanwezig is op de vier uiteinden van de sleepcontacten 22b t/m 22e voor de schijf 22 en 23b.t/m 23e voor·de schijf 23. Deze code is een uit vier bits bestaande numerieke code (waarbij elk bit met het uiteinde van een ontvangsTeep-15 contact correspondeert) voor elke schijf en bij het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld zijn de sectoren zodanig aangebracht, dat daardoor tien verschillende codes kunnen worden geleverd, zodat de op de met de gedrukte schakeling 1 verbonden sleepcontacten 22b t/m 22e en 23b t/m 23e optredende signalen 20 een aanduiding van de hoekstand geven met een nauwkeurigheid van een tiende omwenteling. Bij elke halve omwenteling van de aandrijfas 5 wordt de schijf 22 over een tiende gedeelte van een omwenteling gedraaid, terwijl de schijf 23 zodanig wordt aangedreven, dat deze voor elke volledige omwenteling van de 25 schijf 22 over een tiende gedeelte van een omwenteling wordt gedraaid. Aldus zal op de acht uiteinden van de ontvangsleep-contacten 22b t/m 22e en 23b t/m 23e een numeriek gegeven ter beschikking staan in de vorm van acht bits, welke een gecodeerde aanduiding van de hoekstand van de aandrijfas 5 leve-30 ren met. een nauwkeurigheid van een halve omwenteling en een maximale capaciteit van 50 omwentelingen van de aandrijfas 5.
De uiteinden van de zendsleepcontacten 22a en 23a zijn door middel van tot de gedrukte schakeling 1 behorende geleiders resp. met een klem 38a en een klem 38b verbonden, terwijl de 35 uiteinden van de ontvangsleepcontacten 22b t/m 22e en 23b t/m 23e twee-aan-twee met elkaar (22b met 23b, enz) en door middel van tot de gedrukte schakeling 1 behorende geleiders resp. met klemmen 37b t/m 37e zijn verbonden.
De eerste schijf 21 is vast met de aandrijfas 5 40 Λ _ 8301423 * - 7 - gekoppeld door middel van een aantal tandwielen, waarvan het laatste 25 zich in ingrijping bevindt met de tanden van een op de aandrijfas 5 bevestigde tandkrans 26. Voorts is deze holle aandrijfas 25 met de as 27 van de motor 2 gekoppeld 5 door middel van een aandrijfschijf 28 (fig. 2). De eerste schijf 21, welke is voorzien van radiale spleten 29 (fig. 4) maakt deel uit van de impulsgenerator 40, die tevens een impulsvormer bevat, welke in het hier beschouwde uitvoerings-voorbeeld bestaat uit een optisch-electronische eenheid 30, 10 welke is samengesteld uit een lichtbron 31 en een lichtdetector 32, die ter plaatse van de spleten 29 tegenover elkaar aan weerszijden van de schijf 21 zijn aangebracht. Wanneer de schijf 21 draait zal de door de lichtbron 31 geleverde lichtbundel afwisselend door een spleet naar de detector 32 worden 15 doorgelaten of door de schijf worden onderbroken, waardoor op de uitgang van de detector 32 een reeks electrische impulsen wordt opgewekt, waarvan de frequentie afhankelijk is van het aantal spleten en de omwentelingssnelheid van de schijf 21.
Deze impulsgenerator 40 dient om aan de logische bewerkings-20 eenheid 12 een informatiesignaal te leveren, aan de hand waarvan deze eenheid de momentele hoekstand van de as 5 tijdens elke halve omwenteling van deze as, zoals in het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld door de hoekstandcodeerinrichting 11 wordt aangegeven nauwkeurig kan berekenen. De lichtbron 31 en 25 de uitgang van de detector 32 zijn electrisch met aansluit-klemmen 38c en 37b verbonden.
De logische bewerkingseenheid 12 bestaat bij het hier beschouwde uitvoeringsvoorbeeld uit een microprocessor van het fabrikaat "Texas Instruments TMS IliOO". Deze is voorzien van 30 ingangsklemmen KpKgjK^ en Kg, uitgangsklemmen RQ t/m R1Q, behorend bij een eerste register R en uitgangsklemmen 02 t/m 0η behorend bij een tweede register 0.
De klemmen 37b,37c,37d,37e en 38a,38b,38c zijn resp. met de ingangskl emmen KpKgjK^ en Kg en de uitgangsklemmen R4, 35 R5,Rg van de logische bewerkingseenheid 12 verbonden door middel van ingangs- en uitgangs-aanpassingsorganen, welke deel uitmaken van de ingangs-uitgangskoppelketen 13. Elk ingangs-aanpassingsorgaan bestaat bijv. uit een transistor 41, waarvan de basis over een weerstand 42 met één van de klemmen 40 8 3 0 1 4 2 3 - 8 - 37 en over een instel weerstand 43 met de voedingskiem is verbonden. De collector van de transistor 41 is met de ingang Kj verbonden, terwijl de emitter van deze transistor is verbonden met de uitgangsklem Rg, die tevens over een belastings-5 weerstand 44 met de voedingsklem· Vss is verbonden. De uitgangs-aanpassingsorganen bestaan resp. uit bijv. transistoren 45,46 en 47, van welke de basiseleetroden resp. met de uitgangsklem-men R^Rg en Rg zijn verbonden. De collectors van deze transistoren zijn met de voedingsklem verbonden, terwijl de 10 emitters van. deze transistoren elk over een belastingsweerstand 48 met de voedingsklem Vss zijn verbonden. De emitters van de transistoren 45, 46 en 47 zijn tevens elk met één van de klemmen 38a, 38b en 38c van de eodeerinrichting verbonden.
De uitgangen Rg en Rg van de logische bewerk/ingseen-15 heid 12 zijn resp. verbonden met twee vermogensorganen, welke deel uitmaken van de uitgangskoppelketen 14. Elk. van deze organen bestaat uit een transistor 49, waarvan de basis over een weerstand 50 met de klem Rg of Rg en over een instel weerstand 51 met de voedingsklem Vss is verbonden. De emitters van 20 deze beide transistoren zijn met de voedingsklem Vgs verbonden, terwijl de collector van elk van deze transistoren met de klem is verbonden over de wikkeling 52 van een relais, waarvan het contact 53 wanneer dit wordt gesloten een voedingsketen van de electromotor 2 sluit. Hierbij zal de motor bij het 25 sluiten van het contact 53 voor draaiing in de ene richting en bij het sluiten van het contact 53' voor draaiing in de andere richting worden bekrachtigd.
Zoals in fig. 5 is weergegeven bevat de microprocessor 12 een commando-adresregister 54, dat is verbonden met een 30 geheugen 59 voor vaste gegevens (ROM), waarin de reeksen commando's zijn vastgelegd, die corresponderen met programma's, welke door de microprocessor 12 moeten worden uitgevoerd. Het ROM-geheugen 59 bevat in hoofdzaak vier verschillende programma's (fig. 6) en wel een startprogramma PI, een programma P2 35 voor het besturen van de ingangen, een programma P3 voor het besturen van de motor en een programma P4 voor het instellen van de posities, in welke de aandrijfas tot stilstand moet worden gebracht.
De microprocessor bevat voorts een vrij toegankelijk 40 83 0 1 42 3 - 9 - geheugen 58 voor het tijde! ijk. vastleggen van de gegevens, dat is verbonden met het adresregister 54 en met een logische rekeneenheid 55 voor het uitvoeren van de door de commando's aangegeven bewerkingen en het besturen van de opeenvolging 5 van de verschillende, door deze commando's aangegeven bewer-kingscycli. De logische rekeneenheid 55 kan tevens de logische signaalniveau's op de ingangen ΚρΙ^,Κ^ en K5 detecteren. Dit vrij toegankelijke geheugen bevat met name ook een geheugen-gedeelte voor het opnemen en vasthouden van de aanduidingen 10 van de standen, waarin de aandrijfas tot stilstand moet worden gebracht.
Op het adresregister 54 is een uitgangsschakeling 56 met uitgangsklemmen RQ t/m Rg aangesloten. Deze uitgangsscha-keling 56 bestaat uit schakel ketens, door middel waarvan het 15 logische signaalniveau op elk van de uitgangen Rg t/m Rg afzonderlijk op de waarden nul of ëên kan worden ingesteld. De microprocessor bevat nog een tweede uitgangsschakeling 57, welke met de logische rekeneenheid 55 is verbonden en van uitgangen 02 t/m 0η is voorzien. Deze uitgangsschakeling 57 20 bestaat uit schakel ketens, door middel waarvan het logische signaalniveau op alle uitgangen 02 t/m 07 over een programmeerbare logische keten op de waarden nul of één kan worden ingesteld.
De besturingsinrichting is verder voorzien van een 25 electrisch te wissen en te programmeren permanent geheugen 16, dat bijv. wordt gevormd door een geïntegreerde schakeling van het fabrikaat "Motorola MCM 2801" en dat enerzijds is aangesloten op de uitgangsklemmen 02 t/m 0η en anderzijds over de koppel keten 17 met de ingang van de microprocessor 12 is 30 verbonden. Dit geheugen dient voor het vasthouden van de ingestelde hoekstanden voor het tot stilstand brengen van de aandrijfas tijdens het optreden van zelfs langdurige onderbrekingen van de voedingsspanning.
Dit geheugen 16 voor serie-invoer en serie-uitvoer 35 is ingericht voor het vastleggen van zestien woorden van elk zestien bits. Het geheugen bevat een klem ADQ, welke voor het in serievorm overdragen van het adres en de gegevens wordt gebruikt. Deze klem is enerzijds over een door de weerstanden 60 en 61 gevormde spanningsdeler met de uitgang 04 van de 40 8301423 - 10 - microprocessor 12 en anderzijds door middel van twee koppel-transistoren 62 en 63 met de ingang K-^ van de microprocessor verbonden, waarbij de basts van de transistor 62 over een weerstand 64 met de klem ADQ is verbonden. De emitter van deze 5 transistor is met de voedingsklem Vss verbonden. De collector van deze transistor is enerzijds over een instelweerstand 65 met de voedingsklem en anderzijds over een weerstand 66 met de basis van de transis.tor 63 verbonden. De emitter van deze laatstgenoemde transistor is met de uitgang R2 van de 10 microprocessor 12 verbonden, die op zijn beurt weer over een belastingsweerstand 67 met de voedingsklem V$s is verbonden.
De collector van de transistor 63 is met de ingang Kj van de microprocessor 12 verbonden.
De klemmen CTR1 ,CTR2,CTR3 van het geheugen 16 zijn.
15 verbonden met resp. de klemmen 0g,0g en O7 door middel van spanningsdelers, welke deel uitmaken van de koppelketen 17 en elk zijn samengesteld uit twee weerstanden 68 en 69. Deze klemmen zijn bestemd voor het selecteren van de werkingswijze van het geheugen 16.
20 De klem C van het geheugen 16 is verbonden met de collector van een transistor 70, die voorts over een belastingsweerstand 71 met de klem Vcc is verbonden. De emitter van deze transistor is met de klem Vss verbonden. De basis van deze transistor is enerzijds over een instelweerstand 72 met de 25 klem V__ en anderzijds over een weerstand 73 en een condensator
Uw 74 met de klem O3 verbonden, welke klem O3 over een belastingsweerstand 75 met de klem Vss is verbonden. De onderdelen 70 t/m 75, welke deel uitmaken van de koppelketen 17 vormen een klokimpulsgenerator voor het geheugen 16, welke in werking wordt 30 gesteld wanneer het signaal niveau, op de uitgangsklem O3. van de logische waarde één in de logische waarde nul verandert.
De klem S van het geheugen 16 is verbonden met. de collector van een transistor 76, die op zijn beurt over een weerstand 77 met de klem Vcc is verbonden. De emitter van de tran-35 sistor 76 is met de klem Vgs verbonden. De basis van deze transistor is enerzijds over een instelweerstand 78 met de klem Vss en anderzijds over een weerstand 79 met de klem 02 van de microprocessor 12 verbonden. De onderdelen 76 t/m 79, welke deel uitmaken van de koppelketen 17 vormen een inverterende 40 83 0 1 42 3 - 11 - aanpassingsketen» welke in afhankelijkheid van het logische signaalniveau op de uitgang 02 van de microprocessor 12 het geheugen 16 al dan niet in werking stelt.
De schakelmiddelen MI en Dl voor het bekrachtigen 5 van de electromotor in een van zijn beide draairichtingen bestaan uit drukknopschafcelaars, van elk waarvan een klem met de voedingskiem V is verbonden, terwijl de andere klem-men van deze schakelaars elk met een ingangsklem en wel resp.
Kj en Kg van de microprocessor 12 zijn verbonden door middel 10 van een koppelorgaan, dat deel uitmaakt van de ingangskoppel-keten 15. Dit koppelorgaan wordt gevormd door de onderdelen 41', 42' en 43', die resp. overeenkomen met de onderdelen 41, 42 en 43.
De inrichting bevat voorts een functie-omsehakelaar 15 RG, die bijv. bestaat uit een schakelaar met twee vaste standen, waarvan de ene klem op de voedingsklem Vss is aangesloten en de andere klem over een koppelorgaan 4^-42^431 met de ingang K^ is verbonden. Deze schakelaar is bestemd voor het omschakelen van de schakelmiddelen MI en Dl voor gebruik daar-20 van als middelen voor het instellen van de hoekstanden, in welke de aandrijfas 5 tot stilstand moet worden gebracht.
De besturingsinrichting volgens, de uitvinding kan zonder dat daartoe verdere onderdelen aan deze behoeven te worden toegevoegd geschikt worden gemaakt voor het verrichten 25 van extra functies, zoals een beveiligingsfunctie in het geval dat het verplaatsbare orgaan een obstakel ontmoet en het gelijktijdig besturen van meerdere electromotoren. Voor dit doel zijn extra schakelmiddelen SE1 en SE2 resp. met de ingangen K2 en K4 verbonden door middel van een koppelorgaan 4^-42^431. Deze 30 schakelmiddelen SE1 en SE2 worden bijv. gevormd door contacten, welke zijn aangebracht in een onder het verplaatsbare orgaan aangebrachte aftaststang. Het contact SE1 dient uitsluitend voor het tot stilstand brengen van de motor, wanneer de aftaststang een obstakel ontmoet, terwijl het contact SE2 dient om in 35 deze situatie de verplaatsingsrichting van het verplaatsbare orgaan om te keren.
Andere extra schakelmiddelen MG, DG en MA zijn resp. verbonden met de ingangen K^,Kg en Kg door middel van een koppelorgaan 41'-42'-43'. De beide eerstgenoemde schakelmiddelen 40 8 3 0 1 4 2 3 - 12 - zijn bestemd voor het besturen van een aantal motoren door middel van een aantal besturingsinrichtingen van dezelfde soort als de inrichting volgens de onderhavige uitvinding.
De schakelaar MA voor respectievelijk, handbediening en 5 automatische bediening geeft al naar gelang zijn stand verschillende voorrangen aan de schakelmiddelem MG en DG boven de schakelmiddelen MI en Dl. Een dergelijke besturingsinrieh-ting is beschreven in aanvraagster's Franse octrooiaanvrage 8114623. De extra functies kunnen evenals de besturingsfunc-10 ties voor de draairichting varv de motor en het tot stilstand brengen van deze worden verricht door een enkele microprocessor» waarvan de in het ROM-geheugen 59 daarvan vastgelegde programma's het verrichten van al deze functies rnogelijk maken. Dit vormt een extra voordeel van de onderhavige uit-15 vinding, omdat de betreffende extra functies worden verkregen zonder dat daartoe een extra besturingsinrichting (algemeen-individueel) behoeft te worden toegepast en zonder dat de door de in elke motor aangebrachte besturingsinrichting in beslag genomen plaatsruimte hierdoor wordt vergroot.
20 De in het ROM-geheugen 59 vastgelegde programma's PI t/m P4 zijn in fig. 6 weergegeven. Het startprogramma PI bevat instructies, waarvan de laatste voorafgaat aan de eerste instructie van het subprogramma 81 voor het aftasten van de ingangen, dat deel uitmaakt van het programma P2 voor het 25 besturen van de ingangen. De laatste instructie van het subprogramma 81 gaat. vooraf aan de eerste instructie van een subprogramma 82, dat dient om vast te stellen of tenminste ëên schakelmiddel MI, Dl, MG, DG, MA, SE1, SE2 of RG is bediend. De laatste instructie van het subprogramma 82 is 30 een voorwaardelijke spronginstructie aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 83 voor het uitlezen van de door de codeerinrichting 11 aangegeven positie of aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 84 voor het onderzoeken van de stand van de functie-omschakelaar 35 RG. De laatste instructie van het subprogramma 83 is een onvoorwaardelijke spronginstructie voor de uitvoering van de eerste instructie van het subprogramma 81 voor het bemonsteren van de ingangen.
De laatste instructie van het subprogramma 84 is een 40 83 0 1 42 3 - 13 - voorwaardelijke spronginstructie aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 85 voor het verwerken van de ontvangen opdrachten, dat deel uitmaakt van het instel programma P4 of aan het adres van de eerste instructie van het sub-5 programma 89 voor het verwerken van ontvangen opdrachten, dat deel uitmaakt van het programma P3 voor het besturen van de motor.
De laatste instructie van het subprogramma 85 gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 86 voor 10 het uitlezen van de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven positie. De laatste instructie van het subprogramma 86 gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 87 voor het onderzoeken van de stand van de schakelaars MI en Dl. De laatste instructie van het subprogramma 15 87 is een voorwaardelijke spronginstructie aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 85 of aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 88 voor het registreren en bewaren van de ingestelde posities. De laatste instructie van het subprogramma 88 is een onvoorwaardelijke 20 spronginstructie aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 81.
De laatste instructie van het subprogramma 89 voor het verwerken van ontvangen opdrachten gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 90 voor het uitlezen van de 25 door de codeerinrichting aangegeven positie. De laatste instructie van.het subprogramma 90 gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 91 voor het vergelijken van de door de codeerinrichting aangegeven positie met de geregistreerde posities voor het tot stilstand brengen van de aan-30 drijfas. De laatste instructie van het subprogramma 91 gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 92 voor het uitvoeren van ontvangen opdrachten. De laatste instructie van het subprogramma 92 gaat vooraf aan de eerste instructie van het subprogramma 93 voor het controleren van het tot stil-35 stand brengen van de motor. De laatste instructie van het subprogramma 93 is een voorwaardelijke spronginstructie aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 89 of aan het adres van de eerste instructie van het subprogramma 81.
Bij het voor de eerste maal of opnieuw inschakelen 40 8 3 0 1 4 2 3 - 14 - van de besturingsinrichting zal de microprocessor 12 het startprogramma PI uitvoeren, dat dient om op dit moment de in het permanente geheugen 16 aanwezige gegevens naar het RAM-geheugen 58 over te brengen.
5 In de rusttoestand zendt de microprocessor 12 door middel van het bemonsteringsprogramma 81 achtereenvolgens impulsen uit over de bemonsteringsuitgangen Rq en R^. Gelijktijdig met het uitzenden van deze impulsen ontvangt de microprocessor 12 over de ingangskoppelketen 15 enerzijds op de 10 ingangsklem gegevens omtrent de standen van de beide schakelaars MI en RG en anderzijds over de ingangen K2» K4 en Kg resp. gegevens omtrent de standen van de schakelaars Dl en SE1, MG en SE2, alsmede DG en MA. Wanneer geen enkele schakelaar is bediend wordt het subprogramma 83 voor het lezen van 15 de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven positie uitgevoerd en worden achtereenvolgens impulsen uitgezonden over de uitgangen R^, R5 en Rg, terwijl de uitgang Rg op het logische niveau 1 wordt gehouden en voorts gegevens omtrent de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 20 40 aangegeven hoekstand op de ingangen Kp K^, K^ en Kg worden ontvangen en in het RAM-geheugen 58 van de microprocessor 12 worden ingevoerd.
Voor het instellen van een eerste eindstand, waarin het verplaatsbare orgaan tot stilstand moet worden gebracht 25 worden de schakelaars RG em MI gesloten. Het sluiten van deze beide schakelaars wordt tijdens de uitvoering van het bemonsteringsprogramma 81 door de microprocessor op de ingang K^ daarvan vastgesteld. Het subprogramma 82 controleert of de schakelaar MI werd bediend, terwijl het subprogramma 84 con-30 troleert of de schakelaar RG zich in zijn gesloten stand bevindt. Het subprogramma 85 voor het verwerken van ontvangen opdrachten bewerkstelligtï , dat het logische signaalniveau op de uitgang Rg op de waarde 1 wordt gebracht, hetgeen tot gevolg heeft, dat de wikkeling 52 wordt bekrachtigd en het 35 contact 53 wordt gesloten, waardoor de motor in een eerste draairichting zal gaan draaien en het verplaatsbare orgaan in de richting van de eerste eindstand zal worden bewogen.
De codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 worden tegelijkertijd door de aandrijfas 5 aangedreven. Zolang de scha- 40 83 0 1 42 3 - 15 - kelaar Mlin zijn gesloten toestand wordt gehouden zal onder besturing door het programma 86 de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 gegeven aanduiding van de hoekstand van de aandrijfas worden uitgelezen, terwijl met het program-5 ma 87 wordt vastgesteld, dat de schakelaar MI is gesloten en in responsie daarop de eerste instructie van het subprogramma 85 wordt geadresseerd. Voor het nauwkeurig bereiken van de eerste eindstand kunnen de schakelaars ΜΊ en 01 beurtelings worden gesloten, teneinde het verplaatsbare orgaan in de ene 10 richting of de andere te doen bewegen.
Wanneer het verplaatsbare orgaan zijn eerste eindstand heeft bereikt wordt de betreffende schakelaar losgelaten. Het programma 85 zorgt nu, dat op de uitgang Rg een signaal met het logische niveau 0 optreedt, hetgeen tot gevolg 15 heeft, dat de stroom door de wikkeling 52 wordt.onderbroken en de motor 2 tot stilstand komt. Met het programma 87 wordt vastgesteld, dat de schakelaars MI en Dl zijn geopend en in responsie daarop wordt de eerste instructie van het subprogramma 85 geadresseerd.
20 Op dit ogenblik moeten de beide schakelaars MI en Dl gelijktijdig worden gesloten, hetgeen correspondeert met een stopbewerking, terwijl daarna de schakelaar MI nogmaals moet worden gesloten, teneinde de eerste eindstand, in welke de aandrijfas tot stilstand moet worden gebracht in te stellen.
25 Het gelijktijdig sluiten van de schakelaars MI en Dl wordt gedetecteerd op de ingangsklemmen en Kg» waardoor van het subprogramma 87 wordt overgegaan op de eerste instructie van het subprogramma 88 voor het registreren en bewaren van de gegevens omtrent de posities, in welke de aandrijfas tot 30 stilstand moet worden gebracht. Het sluiten van de schakelaar MI vormt een aanwijzing voor het subprogramma 88, dat de te registreren stilstandpositie met de eerste sti1standpositie correspondeert. Het subprogramma wordt hierna verder afgewerkt. De door de codeerinrichting aangegeven positie wordt eerst in 35 het RAM-geheugen 58 geregistreerd en vervolgens door middel van de logische rekeneenheid 55 en het uitgangsregister 57 toegevoerd aan het geheugen 16, in welke deze positie wordt vastgelegd. Het geheugen 16 is een electrisch te wissen en te programmeren permanent geheugen, zodat de daarin vastgelegde 40 8 3 0 1 4 2 3 - 16 - gegevens zelfs.bij een langdurige onderbreking van de voedingsspanning van de inrichting worden vastgehouden.
Op dezelfde wijze wordt de tweede eindstand ingesteld door het sluiten van de schakelaar RG en het daarna sluiten 5 van de schakelaar Dl, teneinde het verplaatsbare orgaan in deze tweede stand te· brengen. Deze eindstand wordt in het geheugen vastgelegd door eerst de beide schakelaars MI en Dl te sluiten en daarna nogmaals de schakelaar Dl te sluiten.
Op dezelfde wijze kan worden gezorgd, dat het ver-10 plaatsbare orgaan automatisch in willekeurige tussenstanden tot stilstand wordt gebracht.' Voor het instellen van een van dergelijke tussenstanden voor het tot stilstand brengen van het verplaatsbare orgaan wordt dit orgaan eerst tot in deze stand verplaatst en worden vervolgens de schakelaars MI en Dl 15 tweemaal achter elkaar gelijktijdig gesloten, hetgeen tot gevolg zal hebben, dat de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven positie eerst in het RAM-geheugen 58 wordt geregistreerd en daarna in het permanente geheugen 16 wordt vastgelegd. Deze bewerkingen worden evenals de in het 20 voorgaande beschreven bewerkingen onder besturing door het subprogramma 88 uitgevoerd.
Wanneer de instelbewerkingen zijn voltooid wordt de functie-schakelaar RG geopend, waarna de inrichting gereed is voor het op de gewenste wijze besturen van de aandrijving van 25 het verplaatsbare orgaan.
Wanneer bijv. de schakelaar MI eenmaal kortstondig wordt gesloten zorider dat daarbij gelijktijdig de schakelaar Dl wordt bediend zal met het subprogramma 81 worden gedetecteerd, dat deze sehakelaar MI is gesloten,, terwijl met het subprogramma 30 82 wordt vastgesteld, dat tenminste ëên besturingsschakelaar is bediend en met het subprogramma 84 wordt vastgesteld, dat de schakelaar RG zich in zijn geopende stand bevindt, waardoor het verwerkingsprogramma op de eerste instructie van het subprogramma 9 voor het verwerken van ontvangen opdrachten zal 35 worden ingesteld. Met het subprogramma 89 wordt gesignaleerd, dat de schakelaar MI eenmaal is bediend, hetgeen correspondeert met een opdracht tot het doen bewegen van het verplaatsbare orgaan tot in zijn eerste eindstand zonder stilzetting daarvan in één van de geregistreerde tussenstanden. Met het 40 83 0 1 4 2 3 - 17 - subprogramma 9 wordt dan de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven hoekstand van de aandrijfas 5 uitgelezen, terwijl met het subprogramma 91 deze uitgelezen hoekstand met de geregistreerde eerste eindstand wordt verge-5 leken. Wanneer deze beide met elkaar vergeleken standen verschillend zijn zal met het subprogramma 92 voor het uitvoeren van ontvangen opdrachten de wikkeling 52 worden bekrachtigd, waardoor het contact 53 wordt gesloten. De motor zal hierdoor gaan draaien en daarbij de aandrijfas, de codeerinrichting 11 10 en de impulsgenerator 40 in een eerste draairichting aandrijven.
Met het programma 93 wordt vastgesteld, dat de motor draait en als gevolg hiervan zal een terugkeer van het programma op het adres van de eerste instructie van het subprogramma 89 worden bewerkstelligd. Wanneer de door de codeerinrichting 15 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven en uitgelezen hoekstand van de aandrijfas overeenstemt met de geregistreerde eerste eindstand daarvan zal door het programma 92 voor het uitvoeren van ontvangen opdrachten de bekrachtiging van de wikkeling 52 worden onderbroken, waardoor de motor 2 tot stilstand wordt 20 gebracht en met het programma 93 wordt vastgesteld, dat de motor tot stilstand is gekomen, waardoor het programma weer op de eerste instructie van het subprogramma 81 voor het bemonsteren van de ingangen wordt teruggesteld.
Tijdens de beweging van het verplaatsbare orgaan 25 naar de eerste eindstand daarvan kan het voorkomen, dat de aftaststang met een obstakel in aanraking komt en daardoor êén van de contacten SE1 of SE2 wordt gesloten. Het sluiten van het contact SEl, dat op de ingang l<2 van de microprocessor wordt gedetecteerd heeft tot gevolg, dat door het subprogramma 30 89 voor het verwerken van ontvangen opdrachten een onvoorwaarde lijke opdracht voor het tot stilstand brengen van de motor wordt gegeven, welke wordt uitgevoerd door het subprogramma 92, dat daarbij de voedingsketen van de motor onderbreekt. Het sluiten van het contact SE2, dat op de ingang K4 van de micro-35 processor wordt gedetecteerd heeft tot gevolg, dat door het subprogramma 81 voor het verwerken van ontvangen opdrachten een onvoorwaardelijke opdracht voor het veranderen van de draairichting van de motor en het handhaven van deze draairichting tot het verplaatsbare orgaan zijn tweede eindstand 40 8 3 0 1 4 2 3
V
- 18 - heeft berei let wordt'geleverd.
Het is moge!ijk om de verplaatsing van het verplaatsbare orgaan uitgaande van bijv. de eerste eindstand daarvan zodanig te besturen, dat dit orgaan in een vooraf ingestelde 5 tussenstand tot stilstand wordt gebracht. Voor dit doel wordt de schakelaar Dl voor het besturen van de verplaatsing van het orgaan in de richting van de tweede eindstand daarvan tweemaal achter elkaar kortstondig gesloten, waardoor op de ingang K2 van de microprocessor 12 twee korte impulsen worden 10 opgewekt, die worden gedetecteerd. In responsie hierop zal met het subprogramma .89 voor het verwerken van ontvangen opdrachten een opdracht voor het verplaatsen van het orgaan met het tot stilstand brengen daarvan in een eerste tussenstand worden geleverd, welke door het subprogramma 92 wordt uitge-15 voerd, nadat de door de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 aangegeven hoekstand van de aandrijfas is uitgelezen en met de vooraf ingestelde standen is vergeleken en waarbij door dit programma de motor door middel van het relais 52-53' zodanig wordt bekrachtigd, dat deze in zijn tweede draairich-20 ting gaat draaien. Wanneer door het subprogramma 91 voor het vergelijken van de uitgelezen momentele hoekstand van de aandrijfas met de vooraf ingestelde tussenstand, in welke deze tot stilstand moet worden gebracht wordt vastgesteld, dat deze beide standen aan elkaar gelijk zijn zal door het subprogramma 25 92 een opdracht voor het tot stilstand brengen van de motor worden uitgevoerd, hetgeen dan door het subprogramma 93 wordt vastgesteld. I.n responsie hierop wordt het programma dan weer op de eerste instructie van het subprogramma 81 voor het bemonsteren van de ingangen teruggesteld.
30 Bij een onderbreking van de door de voedingsinrichting 18 geleverde voedingsspanning worden alle schakelingen van de besturingsinrichting stroomloos. Tijdens deze onderbreking worden de ingestelde hoekstanden voor het tot stilstand brengen van de aandrijfas in het permanente geheugen 16 vastgehouden, 35 ook al blijft de voedingsspanning gedurende zeer lange tijd (bijv. enkele jaren)onderbroken.
Het is mogelijk om de aandrijfas 5 door middel van een met de hand te bedienen hulpinrichting aan te drijven. De codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 zullen hierbij 40 8 3 0 1 4 2 3 - 19 - steeds in dezelfde hoekstand worden ingesteld als deze as.
Wanneer de netspanning weer terugkeert of weer wordt ingeschakeld zal de voedingsinrichting 18 de voor de werking van de inrichting noodzakelijke spanningen aan deze leveren.
5 De microprocessor 12 zal zich hierbij automatisch instellen op het adres van de eerste instructie van het startprograrama PI. Tijdens de uitvoering van dit programma worden de in het permanente geheugen 16 aanwezige gegevens door middel van de organen 62, 64 en 65 van de koppel keten 17 naar het RAM-10 geheugen 58 overgebracht. Tevens zullen de codeerinrichting 11 en de impulsgenerator 40 hierbij de juiste hoekstand van de aandrijfas 5 aangeven ook al werd deze tijdens de onderbreking van de voedingsspanning gewijzigd. De inrichting zal daarna op dezelfde wijze gaan werken als voor de onderbreking van de 15 voedingsspanning zonder dat de tussenstanden voor het tot stilstand brengen van de aandrijfas opnieuw behoeven te worden ingesteld.
De verplaatsing van het verplaatsbare orgaan tot in êên van de vooraf ingestelde tussenstanden daarvan kan op de-20 zelfde wijze als door middel van de schakelaars MI en Dl worden bestuurd door middel van de schakelaars MG en DG, welke daarbij tegelijkertijd een aantal inrichtingen volgens de uitvinding bedienen in een voorrangsvolgorde, welke afhankelijk is van de stand van de schakelaar MA van elke besturingsinrichting.
25 Zoals in de bovengenoemde Franse octrooiaanvrage 8114623 is beschreven zullen in het geval, dat deze schakelaar zich in zijn geopende stand bevindt (automatische werking) de door de schakelaars MG en DG gegeven opdrachten voorrang hebben boven de door de schakelaars MI en Dl gegeven opdrachten en zal de 30 werking verder in het geheel verlopen als in het geval, dat één van de schakelaars MI of Dl was bediend. Wanneer de schakelaar MA zijn gesloten stand inneemt (handbediening) wordt aan de van de schakelaars MG en DG afkomstige opdrachten alleen voorrang gegeven gedurende de tijd, waarin deze in hun gesloten 35 stand worden gehouden.
Bij een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting, die niet in de tekening is weergegeven is de hoekstandcodeerinrich-ting- 11 weggelaten en is alleen een impulsgenerator aangebracht, welke bijv. op dezelfde wijze kan zijn uitgevoerd als de 40 83 0 1 423 - 20 - impulsgenerator 40 in de uitvoeringsvorm van de inrichting, zoals is weergegeven in de fig. 1 t/m 6. Bij deze uitvoeringsvorm bevat de codeerkoppelketen 13 slechts een enkel koppel element 41-42-43, dat tussen en de uitgang van de detector 5 32 is aangebracht. Het permanente geheugen 16 en de bijbeho rende koppelketen 71 zijn hierbij eveneens weggelaten en vervangen., door een'accumulator, welke op de voedingskiem is aangesloten. Alle andere onderdelen van deze uitvoeringsvorm komen overeen met de onderdelen van de beschreven 10 uitvoeringsvorm.
De programma's PI, P2, P3 en P4, zoals toegepast bij de beschreven eerste uitvoeringsvorm blijven ongewijzigd met uitzondering van de subprogramma's 83, 90 en 86 voor het uitlezen van de door de impulsgenerator 40 aangegeven hoekstand, 15 welke subprogramma's bij de tweede uitvoeringsvorm zijn vervangen door subprogramma's voor het berekenen van de'hoekstand van de aandrijfas door het optellen of aftrekken van door de generator 40 geleverde impulsen.
De werking van de bedoelde tweede uitvoeringsvorm van 20 de inrichting is gelijk aan de werking van de beschreven eerste uitvoeringsvorm van deze inrichting (fig. 1 t/m 6). De accumulator verzorgt de voeding van alle schakelingen wanneer de netspanning uitvalt. Deze accumulator wordt automatisch opgeladen., wanneer de netspanning aanwezig is. Op grond hiervan 25 zullen de in het RAM-geheugen 58 opgenomen gegevens bewaard blijven zonder dat daartoe een extra permanent geheugen behoeft te worden toegepast. Bij een dergelijke inrichting worden de ingestelde gegevens in het geval van een langdurige onderbreking van de voedingsspanning slechts gedurende een beperkte 30 tijd (bijv. enkele maanden) vastgehouden.
8301423

Claims (2)

  1. 2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het 35 kenmerk, dat de arreteerinrichting is voorzien van een aantal coaxiaal naast elkaar aangebrachte schijven (21,22,23), waarvan een eerste schijf (21) zodanig met de aandrijfas is gekoppeld, dat hij bij draaiing van deze as constant wordt 8301423 s 4 ; - 22 - aangedreven en de beide andere schijven (22,23) zodanig met elkaar en met de eerste schijf zijn gekoppeld, dat de tweede schijf (22.) bij elke volledige omwenteling van de eerste schijf (21) en de derde schijf (23) bij elke volledige omwen-5 teling van de tweede schijf (22) stapsgewijs over een gedeelte van een omwenteling wordt gedraaid, waarbij de tweede en derde schijven (:22,23) tezamen een hoekstandcodeerinrichting (11) vormen, door welke de hoekstand van de aandrijfas met een nauwkeurigheid van een omwenteling of een bepaald gedeelte 10 daarvan continu wordt aangegeven, terwijl de eerste schijf (21) deel uitmaakt van de impulsgenerator (40), door welke aan de logische bewerkingseenheid (12) een informatiesignaal wordt geleverd, aan de hand waarvan deze eenheid de nauwkeurige hoekstand van de aandrijfas tijdens elke omwenteling of elk 15 gedeelte van een omwenteling daarvan, zoals door de hoekstandcodeerinrichting (11) wordt aangegeven kan berekenen.
  2. 3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een met de logische bewerkingseenheid (12) verbonden functie-omschakêlaar 20 (RG)3 door welke tenminste een van de schakelmiddelen (MI,Dl) voor het besturen van de draairichting van de motor kan worden omgeschakeld voor gebruik daarvan als middel voor het instellen van de gewenste hoekstanden, in welke de aandrijfas tot stilstand moet worden gebracht. 25 8301423
NL8301423A 1982-04-23 1983-04-22 Inrichting voor het besturen van een electromotor. NL8301423A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR8207020 1982-04-23
FR8207020A FR2525832B1 (fr) 1982-04-23 1982-04-23 Dispositif de commande d'un moteur electrique

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8301423A true NL8301423A (nl) 1983-11-16

Family

ID=9273312

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301423A NL8301423A (nl) 1982-04-23 1983-04-22 Inrichting voor het besturen van een electromotor.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4567416A (nl)
JP (2) JPS5927318A (nl)
KR (1) KR910001785B1 (nl)
CH (1) CH652871A5 (nl)
DE (1) DE3314081A1 (nl)
ES (1) ES521771A0 (nl)
FR (1) FR2525832B1 (nl)
GB (1) GB2118739B (nl)
IT (1) IT1163204B (nl)
NL (1) NL8301423A (nl)

Families Citing this family (29)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1195387B (it) * 1983-02-22 1988-10-19 Gianni Marani Sequenziatore elettronico programmato e programmabile da utente direttamente dal pannello di comando della relativa apparecchiatura di servizio
DE3346242A1 (de) * 1983-12-21 1985-07-04 Kurt Schlattingen Kunz Verfahren zum ansteuern eines rollo-antriebsmotors sowie steuerung zur ausfuehrung des verfahrens
GB2156099A (en) * 1984-03-15 1985-10-02 T P S Engineering Services Ltd Height control for elevating apparatus
US4811254A (en) * 1985-12-17 1989-03-07 Nippon Gakki Seizo Kabushiki Kaisha Displacement detector for an encoder
JPS6362008A (ja) * 1986-09-03 1988-03-18 Matsushita Electric Ind Co Ltd 制御システム
JPH0641853B2 (ja) * 1986-09-29 1994-06-01 株式会社安川電機 多回転式絶対値エンコ−ダ
DE3806733A1 (de) * 1988-03-02 1989-09-14 Elero Antrieb Sonnenschutz Anordnung zur ueberwachung und steuerung von rollaeden und dergleichen
US5012169A (en) * 1988-07-20 1991-04-30 Yokogawa Electric Corporation Motor drive system
DE4229439A1 (de) * 1992-09-03 1994-03-10 Bosch Gmbh Robert Vorrichtung und Verfahren zur Lageregelung eines beweglichen Teils
DE4440094C1 (de) * 1994-10-13 1996-02-29 Vms Gmbh Vollenbroich Mecatron Einrichtung zum Steuern der Bewegung eines drehbaren Bauteils
DE4438851C5 (de) * 1994-11-02 2006-02-09 Becker-Antriebe Gmbh Vorrichtung zur Steuerung eines motorischen Antriebes
US5612600A (en) * 1995-10-17 1997-03-18 Webasto Sunroofs Inc. Position encoder system for a movable panel
DE29621794U1 (de) * 1996-12-17 1998-04-09 Robert Bosch Gmbh, 70469 Stuttgart Verstellvorrichtung insbesondere für ein Schiebe-Hebe-Dach eines Kraftfahrzeugs
ES2126508B1 (es) * 1997-01-07 1999-11-16 Calderon Joaquin Fondevilla Tarjeta electronica de mando para motores electricos.
EP0880013B1 (de) * 1997-05-21 2003-04-09 Robert Bosch Gmbh Verfahren zum Betreiben eines Lagesensors
FR2780091B1 (fr) * 1998-06-19 2000-12-29 Deprat Jean Sa Dispositif de detection de fin de course d'un organe mobile bi-directionnellement, notamment tambour de volet roulant
WO2000049714A1 (en) 1999-02-17 2000-08-24 The Chamberlain Group, Inc. Method and apparatus determining position of a movable barrier
US20020175276A1 (en) * 2001-02-06 2002-11-28 Smith Alan Dane Method and apparatus for determining a position of a movable barrier
US6305234B1 (en) 2000-01-27 2001-10-23 Edward L. Thies Absolute encoder
IL134396A0 (en) * 2000-02-05 2001-04-30 Ribak Amnon Battery operated mechanism for driving roll-up blinds
FR2897681B1 (fr) * 2006-02-20 2008-06-20 Somfy Sas Capteur de position absolue et procede de fonctionnement d'un tel capteur.
US7358480B2 (en) * 2006-02-21 2008-04-15 Wayne-Dalton Corp. System and method for re-synchronizing an access barrier with a barrier operator
CA2635225A1 (en) * 2007-06-28 2008-12-28 Kelamayi King-Bull Infortec Industry Control Company Ltd. Electronic code disk position selecting device
US8960256B2 (en) * 2008-11-26 2015-02-24 Carefree/Scott Fetzer Company Manual override system for motor-driven retractable awning
CH702995B1 (de) * 2010-04-27 2020-05-15 Griesser Holding Ag Storenmotor und Steuerverfahren für Storenmotor.
FR2978790B1 (fr) * 2011-08-05 2013-08-30 Somfy Sas Procede de commande d'un ecran et actionneur adapte pour un tel procede
DE102020107525B4 (de) 2020-03-18 2024-08-08 Dr. Ing. H.C. F. Porsche Aktiengesellschaft Luftleitvorrichtung eines Kraftfahrzeugs
FR3108459B1 (fr) * 2020-03-20 2022-04-01 Somfy Activites Sa Procédé de détection d’un obstacle, actionneur électromécanique et installation de fermeture ou de protection solaire
DE102022116971A1 (de) 2022-07-07 2024-01-18 Becker Antriebe Gmbh Brandschutzrohrantrieb für einen auf einer Wickelwelle aufwickelbaren Behang und Brandschutzanlage

Family Cites Families (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB942684A (en) * 1961-03-17 1963-11-27 Crystal Structures Ltd Digital position-indicating units adapted for use in apparatus for detecting and setting the position of a movable object, such as a rotatable shaft; and such apparatus
US3686547A (en) * 1969-10-21 1972-08-22 Gen Electric Numerical fine-coarse positioning control system
US3611101A (en) * 1970-03-16 1971-10-05 Allen Bradley Co Multiloop positioning control system
GB1399242A (en) * 1971-03-31 1975-06-25 Allen West Holding Co Ltd Position controller
JPS5229615B1 (nl) * 1971-05-31 1977-08-03
JPS5533120B2 (nl) * 1971-09-07 1980-08-28
US3795851A (en) * 1972-01-03 1974-03-05 T Gage Digital servosystem
JPS501281A (nl) * 1973-05-15 1975-01-08
US3956766A (en) * 1974-11-25 1976-05-11 International Business Machines Corporation Counter resetting circuitry for magnetic disk system
DE2622974A1 (de) * 1976-05-21 1977-11-24 Siemens Ag Mikroprogrammierbares steuerwerk
JPS5427915A (en) * 1977-08-05 1979-03-02 Ricoh Co Ltd Revolution angle controlling method of motors
US4268783A (en) * 1978-08-31 1981-05-19 The Valeron Corporation Controller for tool compensation system
FR2455695A1 (fr) * 1979-05-02 1980-11-28 Carpano & Pons Dispositif de commande pour moto-reducteur electrique
FR2457370A1 (fr) * 1979-05-21 1980-12-19 Carpano & Pons Dispositif de commande pour moto-reducteur electrique
US4463426A (en) * 1979-10-12 1984-07-31 International Telephone And Telegraph Corporation Automatic position control for a vehicle seat
IT7969425A0 (it) * 1979-12-17 1979-12-17 S I R P Italdesign S P A Sistema di regolazione per disporre automaticamente in posizioni prestabilite gli organi regolabili in posizione del posto di guida di un autoveicolo come volante cuscino e schienale del sedile di guida specchietto retrovisore e simili
DE3015070C2 (de) * 1980-04-18 1986-07-10 Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München Steuereinrichtung für einen zahnärztlichen Behandlungsstuhl
US4377744A (en) * 1980-07-14 1983-03-22 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Remote lens focusing system for an aerial camera
GB2084769B (en) * 1980-08-06 1985-03-13 Racal Microelect System Back-up electrical power supply
DE3034118C2 (de) * 1980-09-11 1983-12-29 Fa. Leopold Kostal, 5880 Lüdenscheid Verfahren zur elektronischen Überwachung des Öffnungs- und Schließvorganges von elektrisch betriebenen Aggregaten
US4379335A (en) * 1980-10-28 1983-04-05 Auto-Place, Inc. Electronic controller and portable programmer system for a pneumatically-powered point-to-point robot

Also Published As

Publication number Publication date
ES8402477A1 (es) 1984-01-16
ES521771A0 (es) 1984-01-16
FR2525832A1 (fr) 1983-10-28
CH652871A5 (fr) 1985-11-29
DE3314081C2 (nl) 1988-01-21
GB2118739A (en) 1983-11-02
GB2118739B (en) 1986-07-09
FR2525832B1 (fr) 1986-05-09
JPH0495998U (nl) 1992-08-19
IT8320413A0 (it) 1983-03-31
KR910001785B1 (ko) 1991-03-23
IT1163204B (it) 1987-04-08
KR840004629A (ko) 1984-10-22
JPS5927318A (ja) 1984-02-13
US4567416A (en) 1986-01-28
DE3314081A1 (de) 1983-11-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8301423A (nl) Inrichting voor het besturen van een electromotor.
US5332895A (en) Angle encoder with incremental and absolute tracks
JP2505192B2 (ja) ズ−ム機構
US20020030156A1 (en) Method and apparatus for determining a position of a movable barrier
NL8503165A (nl) Besturingsinrichting voor een rolluik of dergelijke met verstelbare lamellen.
EP3862522A1 (en) Motor control system for doors and gates
US3806948A (en) Digitally controlled recording device
US6878927B2 (en) Method and apparatus for determining a position of a movable barrier
EP0081508B1 (en) A method and a device for measuring of backlash in a drive mechanism comprising a screw and a nut
US6495983B1 (en) Integrated closed-loop programmable motor assembly
US4683410A (en) Method for detecting step losses in stepping-motor-driven adjusting devices
JPS59123832A (ja) 光学ユニツト装置
JPH05181047A (ja) 光学機器
SU434439A1 (ru) Задающее устройство для систем автоматического управления
KR890012061A (ko) 게이트 혹은 이와 유사한 구조물의 판넬을 위한 가변 구동장치
SU383002A1 (ru) Аналоговый интерполирующий датчик обратной связи
JP3363944B2 (ja) ズーム装置の制御装置
JPH09159484A (ja) 被駆動物の位置検出装置
SU673560A1 (ru) Устройство упраплени перемещением полок механизированного склада
JPH06347683A (ja) ズーム装置の異常検出装置
US3432848A (en) Nonambiguous switch system
SU573820A1 (ru) Устройство дл автоматического измерени погрешности функциональной характеристики переменных резисторов
JPH0365471B2 (nl)
JP3129549B2 (ja) レンズ駆動制御装置における初期化装置
JPS62131310A (ja) 移動体の駆動制御装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed