NL8202274A - Ondersteuningsorgaan voor voertuigen. - Google Patents

Description

«? -% Ν.Ο. 31.148 r

Ondersteuningsorgaan voor voertuigen.

De uitvinding heeft betrekking op een ondersteuningsorgaan voor voertuigen van het type omvattende een veer voor het opnemen van de be-lasting op een wiel of as van het voertuig, in combinatie met een dem-per voor het dempen van trillingen van de veer als gevolg van de rela-5 tieve beweging tussen het wiel of de as en het gestel of het chassis van het voertuig waartussen relatief beweegbare delen van het onder-steudingsorgaan kunnen worden aangebracht.

Bij bepaalde ondersteuningsorganen van dit type omvat de veer een gewonden drukveer en de demper omvat een zuiger die in een cilinder 10 werkt tegen een daarin opgesloten hoeveelheid hydraulisch medium. De zuiger wordt gedragen door een zuigerstang die via een glijdende af-dichting werkt in een ruimte voor β€η einde van de cilinder, en een volume lucht of ander gas wordt aan de cilinder toegevoegd voor het opnemen van het volume van de uitgeschoven zuigerstang.

15 Bij een dergelijk bekend ondersteuningsorgaan moet de afdichting zo worden geconstrueerd dat de mediumdruk in de demper wordt vastgehou-den.

De uitvinding verschaft een ondersteuningsorgaan omvattende een combinatie van een veer en een demper, waarbij de veer een hoeveelheid 20 lucht of ander gas onder druk bevat in de drufckamer, en de demper een cilinder omvat, een zuiger die in de cilinder werkzaam is tegen hydraulisch medium in de cilinder, waarbij de zuiger is voorzien van tenmin-ste §§n klep of smoororgaan dat een beperkte stroming hydraulisch medium toelaat langs de zuiger in tenminste §§n richting, en een zuiger-25 stang die de zuiger draagt, waarbij de drukkamer een stijve wand omvat aan het boveneinde van het ondersteuningsorgaan voor verbinding daarvan met het gestel of chassis van het voertuig, waarbij de wand aan zijn boveneinde is gesloten en aan zijn ondereinde open is, en een flexibel membraan met ringvormige omtrek afdichtend aan zijn buiteneinde is ver-30 bonden met het ondereinde van de wand en aan zijn binnenrand met het nabij liggende open bovenste einde van de cilinder, welke cilinder aan zijn ondereinde is gesloten en kan worden verbonden met een wiel of as van het voertuig, terwijl de zuigerstang zich uitstrekt door het open boveneinde van de cilinder en stijf is verbonden met het boveneinde van 35 de wand, waarbij het volume lucht of ander gas in de drukkamer in di-rekte aanraking is met het medium van de demper.

De uitvinding verschaft dus een goedkoop zelfstandig orgaan dat de noodzakelijkheid verwijdt van het verschaffen van een glij-afdichting 8202274 * % 2 voor de zuigerstang. Het membraan wordt aan belangrijk minder slijtage onderworpen dan een glij-afdichting wat resulteert in een langere le-vensduur. In hoofdzaak is het gehele volume lucht of gas aanwezig in de drukkamer en is in hoofdzaak het totale volume hydraulisch medium aan-5 wezig in de cilinder. Een verhoogd volume hydraulisch medium kan ech-ter worden verschaft opdat het kan wegstromen in de drukkamer en ten-minste een deel van het binnenoppervlak van het membraan kan bedekken. Dit heeft het voordeel van het smeren van het membraan en van het redu-ceren van zijn doorlaatbaarheid voor lucht of ander gas uit de drukka-10 mer.

Het open boveneinde van de cilinder is bij voorkeur stijf waarbij met een naar boven taps toelopende ringvormige neus het boveneinde van de binnenrand van het membraan is verbonden. De neus kan zijn afgerond om te verzekeren dat het membraan erover kan rollen, in hoofdzaak zon-15 der kreuken en vouwen.

Aan de hand van een tekening, waarin uitvoeringsvoorbeelden zijn weergegeven, wordt de uitvinding hierna nader beschreven.

Fig. 1 toont een langsdoorsnede van een bepaalde uitvoering van het ondersteuningsorgaan voor het voertuig.

20 Fig. 2 toont een andere uitvoering van de boveneinde van het on dersteuningsorgaan voof toepassing bij een stuurbaar wiel.

Fig. 3 toont een andere uitvoering van het ondersteuningsorgaan.

Het ondersteuningsorgaan volgens fig, 1 omvat een lucht of gasveer 1 die is geplaatst aan het boveneinde van het ondersteuningsorgaan in 25 combinatie met een hydraulische demper 2 van het mono-buistype.

De veer 1 omvat een wand 3 met omgekeerde in het algemeen komvor-mige omtrek waarvan het gesloten boveneinde stijf kan worden verbonden met het gestel of het chassis van een voertuig en het open ondereinde wordt gesloten door een elastomeer rolmembraan 4 met ringvormige om-30 trek. Een hoeveelheid lucht of ander gas is aanwezig in een drukkamer gevormd door de wand 3 en het membraan 4, bij een druk in het algemeen niet hoger dan 20 bar, hoewel de vereiste ondersteuningskarakteristiek van het voertuig dit drukniveau kan bepalen.

De demper 2 omvat een cilinder 5 in de vorm van een enkele buis 35 die aan zijn ondereinde is gesloten voor het verbinden ervan met een wiel of as van het voertuig en aan zijn boveneinde een radiale neus 6 draagt met een naar boven taps toelopende omtrek. Een zuiger 7, die in de boring van de cilinder 5 werkt tegen hydraulisch medium wordt gedra-gen door het ondereinde van een zuigerstang 8 waarvan het boveneinde 40 stijf en afdichtend is verbonden met het gesloten boveneinde van de 8202274 3 wand 3* Sen deel van de stang 8 heeft een gereduceerde diameter en strekt zich uit vanaf de wand door een klemsamenstel 9. Met elkaar sa-menwerkende vlakken van het klemsamenstel 9 zijn in samenwerking ge-klemd met tegenover elkaar liggende vlakken van een deel 10 van het ge-5 stel of chassis door middel van een moer 11 die is geschroefd op het vrije einde van de stang 8 en een schouder klemt op de stang 8 bij de overgang in diameter in samenwerking met de wand 1. lie stang 8 werkt ook via een geleiding 12 in op het boveneinde van de cilinder 5, die is bekleed met een leger met lage wrijving 12a. De kanalen 13 strekken 10 zich door de geleiding uit zodat de lucht of het gas in de drukkamer in direkte verbinding staat met het hydraulische medium in de cilinder 5.

Een rand of verdikking 14 op de buitenomtreksrand van het membraan 14 is afdichtend opgenomen in een groef 15 in het inwendige vlak van de wand 3, en een rand of verdikking 16 op de binnenomtreksrand van het 15 membraan 4 is afdichtend opgenomen in een groef 17 aan het boveneinde van de neus, die een kleinere diameter bezit.

Tijdens de werking neemt de gasveer 1 de belasting op het wiel of de as van het voertuig op en de demper 2 dempt trillingen van de veer 1 als gevolg van relatieve beweging tussen het wiel of de as en het chas-20 sis of het gestel van het voertuig. Het dempen wordt verkregen door de zuiger 7 die samenwerkt met het hydraulische medium in de cilinder 5 waarbij het medium in beide richtingen stroomt door tegen elkaar inwer-kende kleppen of smoororganen in de zuiger 7.

De lucht of het andere gas kan geheel aanwezig zijn binnen de 25 drukkamer waarbij het hydraulische medium de cilinder vult tot de bo-venzijde van de neus 6, maar een groter volume hydraulisch medium kan worden verschaft om het inwendige oppervlak van het membraan 4, voor de smering ervan, te bevochtigen. De hoeveelheid medium die terecht komt in de drukkamer kan worden gebruikt om het volume van de gaskamer te 30 varieren en daarmede de ondersteuningskarakteristieken van het onder-steuningsorgaan in overeenstemming met de verplaatsing van de zuiger-stang.

De vorm van de neus 6 is zodanig dat het membraan 4 erover kan rollen, in hoofdzaak zonder kreuken en vouwen.

35 Het ondersteuningsorgaan is afhankelijk van een tweeledig effect van het ondersteuningsgedrag namelijk de hoeveelheidskarakteristiek van de lucht of gashoeveelheid en de mate van taps toelopen van de neus 6 in de lucht of gasveer.

Een radiale schouder 18 is verbonden met de zuigerstang 8 voor sa-40 menwerking met de geleiding 12 om als terugslagstop te werken en om het 8202274 * 4 uitschuiven van het ondersteuningsorgaan te beperken.

Het hierboven beschreven ondersteuningsorgaan kan alleen worden gebruikt met een niet bestuurbaar wiel van een voertuig zoals een licht motorvoertuig of een motorfiets, omdat de wand 3 stijf is verbonden met 5 het gestel of het chassis 10 en de rotatie van de cilinder 5 ten op-zichte van de wand 3 een ongewenst twisten zou mededelen aan het mem-braan 4, wat resulteert in de mogelijkheid van het vroeg falen van het membraan.

Als het ondersteuningsorgaan moet worden gebruikt bij een bestuur-10 baar wiel kan het klemsamenstel 9 worden vervangen door een drukleger als weergegeven in fig. 2. Een onderste drukorgaan 21 is stijf verbonden met de. wand 3 en de wand 3, de zuigerstang en het orgaan 21 kunnen roteren ten opzichte van een bovenste drukorgaan 22, dat vast is verbonden met het gestel of het chassis deel 10 zodat het ondersteunings-15 orgaan als geheel kan roteren om zijn hartlijn die de stuurhartlijn voor het wiel vormt. Een wrijvingsloos samenstel, zoals kogels, rollen of bekledingen 23 uit anti-wrijvingsmateriaal is geplaatst tussen de samenwerkende vlakken van de drukorganen 21 en 22. De drukorganen om-vatten betreffende afstandsbuizen 24 en 25 om de samendrukking van de 20 drukorganen veroorzaakt door het aandraaien van de moer 11 te beperken.

Het ondersteuningsorgaan kan worden gewijzigd voor "self-levelling". Dit kan worden bereikt door de zuigerstang 8 hoi uit te voeren zodat de hoeveelheid hydraulisch medium in de cilinder 5 duidelijk kan 25 worden ingesteld door middel van een "self-levelling" regelklep, waar-door het gasvolume binnen de wand 3 wordt gevarieerd.

In fig. 3 is de demper van het monobuistype vervangen door een tweelingbuis uitvoering. Delen die in het algemeen overeenkomen met die volgens fig. 1 zijn aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers. In dit 30 geval werkt de zuiger 7 in een binnencilinder 26. Het ondereinde van de binnencilinder heeft een afvoerpoort (niet weergegeven), die instelbaar kan zijn en waardoor hydraulisch medium kan stromen vanaf het inwendi-ge van de cilinder 26 naar de ringvormige ruimte 27 tussen de binnenste en buitenste cilinders 26 en 5 en terug. Een dergelijke beweging van 35 het medium gedurende het werken van de zuiger 7 samen met de beweging van het medium langs de zuiger 7 via zijn klep of smoororgaan, veroorzaakt de noodzakelijke dempwerking. Het kanaal 13 verschaft een verbin-ding tussen de ringvormige ruimte 27 en de drukkamer zodat de lucht of het gas weer in direkte verbinding staat met het dempmedium.

8202274

Claims (1)

1. 2. Ondersteuningsorgaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het open boveneinde van de cilinder (5) stijf is en een naar boven taps toelopende ringvormige neus (6) bezit waarvan het boveneinde is verbon-25 den met de binnenrand van het membraan (4). 8202274