NL8202186A - Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting. - Google Patents

Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8202186A
NL8202186A NL8202186A NL8202186A NL8202186A NL 8202186 A NL8202186 A NL 8202186A NL 8202186 A NL8202186 A NL 8202186A NL 8202186 A NL8202186 A NL 8202186A NL 8202186 A NL8202186 A NL 8202186A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
information
video
program
signal
microcomputer
Prior art date
Application number
NL8202186A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8202186A publication Critical patent/NL8202186A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09BEDUCATIONAL OR DEMONSTRATION APPLIANCES; APPLIANCES FOR TEACHING, OR COMMUNICATING WITH, THE BLIND, DEAF OR MUTE; MODELS; PLANETARIA; GLOBES; MAPS; DIAGRAMS
    • G09B5/00Electrically-operated educational appliances
    • G09B5/06Electrically-operated educational appliances with both visual and audible presentation of the material to be studied
    • G09B5/065Combinations of audio and video presentations, e.g. videotapes, videodiscs, television systems
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09BEDUCATIONAL OR DEMONSTRATION APPLIANCES; APPLIANCES FOR TEACHING, OR COMMUNICATING WITH, THE BLIND, DEAF OR MUTE; MODELS; PLANETARIA; GLOBES; MAPS; DIAGRAMS
    • G09B7/00Electrically-operated teaching apparatus or devices working with questions and answers
    • G09B7/06Electrically-operated teaching apparatus or devices working with questions and answers of the multiple-choice answer-type, i.e. where a given question is provided with a series of answers and a choice has to be made from the answers
    • G09B7/07Electrically-operated teaching apparatus or devices working with questions and answers of the multiple-choice answer-type, i.e. where a given question is provided with a series of answers and a choice has to be made from the answers providing for individual presentation of questions to a plurality of student stations
    • G09B7/077Electrically-operated teaching apparatus or devices working with questions and answers of the multiple-choice answer-type, i.e. where a given question is provided with a series of answers and a choice has to be made from the answers providing for individual presentation of questions to a plurality of student stations different stations being capable of presenting different questions simultaneously
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/02Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing
    • G11B15/026Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing by using processor, e.g. microcomputer
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B27/00Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
    • G11B27/10Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel
    • G11B27/102Programmed access in sequence to addressed parts of tracks of operating record carriers
    • G11B27/107Programmed access in sequence to addressed parts of tracks of operating record carriers of operating tapes
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B27/00Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
    • G11B27/10Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel
    • G11B27/19Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier
    • G11B27/28Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier by using information signals recorded by the same method as the main recording
    • G11B27/30Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier by using information signals recorded by the same method as the main recording on the same track as the main recording
    • G11B27/3027Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier by using information signals recorded by the same method as the main recording on the same track as the main recording used signal is digitally coded
    • G11B27/3036Time code signal
    • G11B27/3054Vertical Interval Time code [VITC]
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B27/00Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
    • G11B27/10Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel
    • G11B27/19Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier
    • G11B27/28Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier by using information signals recorded by the same method as the main recording
    • G11B27/32Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Measuring tape travel by using information detectable on the record carrier by using information signals recorded by the same method as the main recording on separate auxiliary tracks of the same or an auxiliary record carrier
    • G11B27/327Table of contents
    • G11B27/328Table of contents on a tape [TTOC]
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B2220/00Record carriers by type
    • G11B2220/90Tape-like record carriers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Educational Administration (AREA)
  • Educational Technology (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Computer Hardware Design (AREA)
  • Television Signal Processing For Recording (AREA)
  • Electrically Operated Instructional Devices (AREA)
  • Indexing, Searching, Synchronizing, And The Amount Of Synchronization Travel Of Record Carriers (AREA)
  • Stored Programmes (AREA)

Description

C/CA/eh/1421 * - * ..~...........- -.........-
Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een met een microcomputer uitgerust besturingsstelsel voor een inrichting voor het afspelen van een videoregistratiedrager of video-registratie-afspeelinrichting, zoals een videobandapparaat.
5 De toepassing van videoregistratie-afspeelin- richtingen, zoals videobandapparaten, voor onderwijs- en trainingsdoeleinden is reeds bekend. Daarbij vindt meestal ter verkrijgingTrvan de in het kader van het gewenste onder- : ! wijs of de gewenste training noodzakelijke video-informatie . 10 bediening met de hand van de videoregistratie-afspeelin- richting plaats. Een dergelijke bediening met de hand vormt een ongewenste extra belasting voor degene, die met het geven van het onderwijs of de training belast is.
De onderhavige uitvinding stelt zich ten doel, een 15 met een computer, zoals een microcomputer uitgerust besturingsstelsel voor een dergelijke videoregistratie-afspeel-inrichting te verschaffen, waarmede automatische afspeling van video-informatie volgens een aan het gegeven onderwijs of de gehouden training ten grondslag liggende schema moge-20 lijk is.
De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nu volgende beschrijving aan de hand van de bijbehorende tekening van enige uitvoeringsvormen, waartoe de uitvinding zich echter niet beperkt. In de tekening tonen: 25 fig. 1 een aanzicht op een schematische weergave : van op een videomagneetband opgenomen informatie, welke bij een besturingsstelsel volgens de uitvinding wordt gebruikt, fig, 2 een blokschema van het totale besturingsstelsel, 30 fig. 3 een aanzicht op een schematische weergave van het videoregistratiesporenpatroon op een videomagneetband, fig. 4 de golfvorm van het formaat van een digitaal signaal, zoals digitale adres- en programma-informatie, welke op een videomagneetband wordt opgenomen, 35 fig. 5 een schematische weergave van het inlees- formaat van de informatie voor ieder beeldraster, 8202186 - 2 - ’ 4 *
v V
fig. 6 een aanzicht op een schematische weergave van de verschillende tot het programma-inleesgebied van de videomagneetband behorende registratiesporen, fig. 7 een schematische weergave van een gedeelte 5 van de videoband ter verduidelijking van meervoudige inlezing van een programraablok, fig. 8 een blokschema van een informatie-inlees-; schakeling van een I/O-koppeleenheid van de toegepaste micro- ’ computer, 10 ’ fig. 9A-9I enige golfvormen van bij verschillende bedrijfstoestanden van de informatie-inleesschakeling volgens fig.' 8 optredende signalen, fig. 10 een stromingsdiagram van een uitvoerings-voorbeeld van een tijdens de informatie-inleestoestand bij 15 de microcomputer te gebruiken programma, fig. 11 een stromingsdiagram van een programma voor een begininvoereenheid, fig. 12 een blokschema van een informatie-uitlees-schakeling van de I/O-koppeleenheid van de microcomputer, 20 fig. 13A en 13B enige weergaven op tijdbasis ter verduidelijking van programma-onderbreking tijdens informatie-inlezing bij de schakeling volgens fig. 12, '/ fig. 14 een stromingsdiagram ter verduidelijking van de programma-onderbreking, 25 : fig. 15A-15G enige weergaven op tijdbasis ter verduidelijking van de informatie-inlezing bij de schakeling > volgens fig. 12, fig. 16 een stromingsdiagram ter verduidelijking . van de informatie-uitlezing, 30 fig. 17 een stromingsdiagram van de onderbrëkings- routine, fig. 18 een stromingsdiagram van de programma-uit-leesroutine vólgens fig. 17, en fig. 19 een stromingsdiagram van een voorbeeld van 35 een op een videoband opgenomen besturingsprogramma.
Aan de hand van de tekening zal nu een voorkeurs-uitvoeringsvorm van het besturingsstelsel volgens de uitvinding worden beschreven.
82 0 2 1 8 6
« A
- 3 - \
Bij een besturingsstelsel voor een videoregis-tratie-afspeelinrichting, volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, wordt de voor een centrale bewerkings-eenheid of een microcomputer bestemde programma-informatie 5 ' volgens videoregistratiesporen op een videomagneetband opgenomen. Daarnaast worden normale videosignalen op de band opgenomen. Tijdens signaalweergave wordt de wijze van signaal-weergave, respectievelijk de status van de op de videoband opgenomen videosignalen bestuurd volgens"de uit de videoband ;10 uitgelezen programma-informatie. In ieder registratiespoor : van de videoband is tevens adresinformatie opgenomen, welke ; dient ter vergemakkelijking van het opzoeken van op de videoband opgenomen video-informatie- of computerprogramma-elementen. Een dergelijke met een besturingsstelsel volgens de uitvinding 15 uitgeruste videoregistratie-afspeelinrichting is in het bijzonder geschikt voor toepassing bij bepaalde vormen van onder- -wijs of training, zoals bijvoorbeeld een autorijschool.
Fig. 1 toont een schematische weergave van op een bij het besturingsstelsel volgens de uitvinding toegepaste 20 videoband 1 opgenomen informatie. Deze bestaat in de eerste plaats Uit video-elementen S^, , S^, welke op de magneet- band zijn gerangschikt in overeenstemming met de verschillende onderwijsniveaus. Nabij deze video-elementen zijn de respectieve computerprogramma-elementen P^, Pg, Pg,... voor bestu-25 ring opgenomen. Deze programma-elementen worden in de microcomputer ingevoerd, waarna deze vervolgens in de ingevoerde • programma's kan werken, zodanig, dat besturing van het gehele stelsel wordt verkregen. Ieder programma-element bevat een programma voor het presenteren van vragenlijsten aan de leer-30 lingen en een programma voor het opzoeken en weergaven van op grond van de beantwoording (door middel van een toetsenbord) van een vragenlijst door een leerling noodzakelijke of gewenste informatie. Bovendien bevat het eerste programma-element Ρ^ bij voorkeur informatie omtrent de adressen van 35 de andere οφ de magneetband opgenomen programmapunten Pg, Pg,.. Wanneer het eerste programma-element P^^ in de microcomputer wordt ingevoerd, wordt de bijbehorende adresinformatie in de microcomputer opgeslagen. Op basis van deze adresinformatie 8202186 0 - 4 - ί· »- . ' wordt dah de voor andere programma-elementen P2 en P3 gewenste bandpositie gezocht.
Fig. 2 toont een blokschema van het totale' bestu-ringsstelsel. Daarbij is met' een videobandapparaat 2 een micro-5 computer 3 gekoppeld, zodanig, dat het op de zich in het videobandapparaat 2 bevindende magneetband opgenomen programma in de microcomputer 3 wordt ingevoerd. Op basis van dit in de microcomputer 3 ingevoerde programma bestuurt deze laatstge- ; noemde de werking van het videobandapparaat 2.
10 Zoals algemeen bekend is, bevat de. microcomputer 3 een centrale bewerkingseenheid 4, een geheugen 5 van het ROM-type, een geheugen 6 van het RAM-type en voor onderlinge koppeling van deze eenheden een adresverdeelleiding 7 en een infor-matieverdeelleiding 8. De microcomputer 3 is via twee I/O-kop-15 peleenheden 11 en 12 respectievelijk met een toetsenbord 9 en een afdrukinrichting 10 gekoppeld, welke als randapparatuur voor het stelsel dienen. Het videobandapparaat 2 is voorts met de centrale bewerkingseenheid 4 en de beide geheugens 5 en 6 van de microcomputer 3 gekoppeld via een op een hulpbord aan-20 gebrachte I/O-koppeleenheid 13. Het videobandapparaat 2 kan een ongewijzigd, normaal videobandapparaat van gebruikelijk type zijn.,
Fig. 3 toont een schematische weergave van het re-gistratiesporenverdelingspatroon op de magneetband 1. In de 25 verticale onderdrukkingsintervallen van de respectieve regis-tratiesporen 15 worden de respectieve adressen 16 in absolute vorm van de sporen opgenomen. De programma- en de besturings-informatie worden te zamen met de synchronisatiesignalen in de videosignaalgebieden opgenomen. De video-informatie-eleraenten 30 en de programma-elementen kunnen in afzonderlijke gebieden van één enkel registratiespoor worden opgenomen. In dat geval kan het bovenste of het onderste 2/3-gedeelte van het beeldscherm voor zichtbaarmaking van de video-elementen worden gebruikt.
Fig. 4 toont de golf vorm van het formaat'van een op 35 de videoband opgenomen, digitaal signaal, zoals digitale adresof programma-informatie. Bij deze uitvoeringsvorm bedraagt het aantal per horizontaal aftastinterval opgenomen bits 8, hetgeen gelijk is aan het aantal bits, dat door de centrale: be- 8202186 .. .·*τ'· .— — . - ’ Η * -* - 5 - werkingseenheid 4 of de microcomputer 3 kan worden verwerkt. Volgens dit formaat kan de informatie-invoer met inbegrip van informatie-uitlezing, foutcontrole en informatie-opslag, worden uitgevoerd op basis van een "software"-programma. De I/O-kop-5 peleenheid 13 tussen het videobandapparaat 2 en de centrale bewerkingseenheid 4 kan derhalve een eenvoudige constructie hebben. De invoer van informatie vindt bovendien plaats op basis van "real time" en zonder vertraging. Aangezien de maxi--male frequentie van de opgenomen informatie enige honderden 10 KHz bedraagt, is de opgenomen informatie weinig gevoelig voor nadelige beïnvloeding door' "jitter". Uiteraard is het mogelijk ; om 8-bits informatie per horizontaal aftastintërval op te nemen met behulp van een centrale bewerkingseenheid, welke tot gelijktijdige verwerking van 16-bits informatie in staat is.
15 De informatie wordt in frequentiegemoduleerde vorm < in een horizontaal aftastintërval van 40 ;usec opgenomen, zoals fig. 4 laat zien. Införmatiewaarden "1" van de frequentiegemoduleerde informatie vertonen een steeds binnen een bitinter-val optredende voorflank of achterflank, respectievelijk bit-20 waarde-ovexgangr terwijl de införmatiewaarden "0" niet een dergelijke binnen een bitinterval plaatsvindende bitwaarde-overgang vertonen. Xndien de informatie in een transmissie-formaat met zelfklokkende werking wordt omgezet, worden ook voor oorspronkelijke införmatiewaarden "0" onder alle omstandig-25 heden signalen van hoog niveau verkregen. Dit verschaft de mogelijkheid om een horizontaal aftastintërval met informatie te onderscheiden van een horizontaal aftastintërval zonder informatie .
Het is reeds bekend om voor informatie-uitlezing 30 dienende klokimpulsen op te wekken met behulp van het in een videosignaal voorkomende synchronisatiesignaal. In het algemeen kan echter worden gesteld, dat wanneer een videobandapparaat in een bedrijfstoestand "zoeken bij hoge snelheid" (signaalweergave bij hoge snelheid) wordt gebruikt, bij de uit-35 lezing geen bruikbare verticale synchronieatiesignalen ter beschikking komen. In verband daarmede wordt dan aan het uitgelezen videosignaal een geregenereerd of quasi verticaal synchronisatiesignaal toegevoegd. De op een dergelijk geregenereerd 8202186 - 6 - % verticaal synchronistiesignaal gebaseerde informatief-uitlees-klokimpulseh zijn echter niet geheel synchroon met de uitgelezen informatie/ zodat een desbetreffende informatie-uit-lezing niet vlekkeloos verloopt.. Bij de zelfklokkende werking 5 van de hier beschreven uitvoeringsvorm van de uitvinding is echter zelfs tijdens de bedrijfstoestand "zoeken bij hoge snelheid" een goede informatie-uitiezing mogelijk. Daarbij kan het van groot belang zijn, een bepaalde positie of een be-! paald punt op de band te vinden.
10 Zoals fig. 4 laat zien, wordt de informatie op de . band opgenomen met een niveau, dat 80% van het witte piek-niveau bedraagt (0,8 w). Op deze wijze wordt zekergesteld, dat inlezing of uitlezing van informatie geen nadelige invloed ondergaat van een tot de weergeefsectie van het videobandappa-15 raat behorende schakeling voor automatische versterkingsre-geling.'
Fig. 5 toont het formaat van de informatie voor ieder beeldraster. In fig. 5 vertegenwoordigen de verticale lijnen de videobeeldrastars van video-informatie. De merktekens op 20 iedere verticale lijn vertegenwoordigen de nummers van de af-tastbeelöregels.» De adresinformatie wordt in het 12-de tot en met het 14-de beeldregelaftastinterval (H) van het verticale onderdrukkings interval (V-BLK) ingelezen. Aangezien de adresinformatie op deze wijze in het onmiddellijk na het verticale 25 synchronisatiesignaal komende, signaalvrije interval wordt ingevoegd, wordt geen nadelige beïnvloeding van het uit de video-. informatie zichtbaar gemaakte beeld verkregen. Ieder adres • heeft de gedaante van 3-byte-informatie (8 bits x 3); de beide eerste bits vormen synchronisatiebits, terwijl het derde bit 30 een pariteitscontrolebit van de adresinformatie vormt. De werkelijke adresinformatie zélf omvat 21 bits, hetgeen de mogelijkheid verschaft tot individuele adressering van een aantal registratiesporen, dat bij normaal videobandtransport ge-, durende ongeveer 10 uur kan wordn bestreken.
35 De synchronisatiebits van ieder adres dienen voor aanwijzing van de informatiesoort van een registratiespoor: "00" wijst op een normaal videosignaal, terwijl "11" program-ma-informatie aanwijst. Dea. andere codes "01" en ?,10" dienen 8202186
Si - 7 -
V
voor aanwijzing bij de inlezing van speciale informtie voor toekomstige gebruiksdoeleinden. Bij het hier beschreven formaat vormt een verandering van de code "11" in de code "00" de bevestiging, dat de aftasting van een beeldraster met in-5 gelezen programma is beëindigd. Het als derde bit van de adresinformatie ingevoegde pariteitsbit dient als controle-infor-matie bij adresdetectie tijdens de bedrijfswijze "zoeken bij hoge snelheid".
In de voor opname van programma-eleraenten Pj, P2,...
1.0 dienende, in fig. 1 gearseerd getekende intervallen wordt de programma-informatie steeds na een met ongeveer 32 beeld-rasters met video-elementen S^, S^/... overeenkomend interval opgenomen, zoals fig. 5 laat zien. Dit wil zeggen, dat wanneer de opgenomen informatie van video-informatie verandert 15 in programina-informatie, de opname van dergelijke informatie gedurende 32 beeldrasterintervallen wordt onderbroken, voordat de programma-informatie wordt ingelezen. Door de toepassing van een dergelijk interval wordt een eventuele onstabiele signaalopname tijdens overschakeling van video-informatie-20 opname naar pregrarama-informatie-opname verhinderd en wordt de inlezing van de programma-informatie vergemakkelijkt. Gedurende hét zich. over 32 beeldrasterintervallen üitstrekkende interval wordt in de 57-ste tot en met de 184-ste aftastbeeld-regel van ieder- beeldraster een 128-byte dummy-programmacode 25 opgenomen. Een dergelijke opname van een dummy-programma brengt de opneemsectie van het videobandapparaat 2 in een zodanige toestandr dat vervolgens de werkelijke programma-informatie op stabiele wijze kan worden ingelezen.
In een beeldraster, waarin de programmacode wordt 30 ingelezen, wordt in de 57-ste lijn het synchronisatiepatroon FF in hexidecimale notatie ingelezen. Aangezien dit synchronisatiepatroon bij de inlezing aan frequentiemodulatie wordt onderworpen, zoals reeds is opgemerkt, heeft het bij opname de gedaante van een rechthoekgolfvormig signaal met 8 perioden 35 van een frequentie van ongeveer 200 KHz. Door de toepassing van een dergelijk synchronisatiepatroon is het zelfs indien tijdens éên beeldrasterinterval zowel video-informatie als pro- 8202186 -8- * ^ \ . gramma-informatie voorkomt, welke een bepaald beeldoppervlak met elkaar delen,/deiieilMe informatiesoorten van elkaar te onderscheiden.
De programmacode wordt opgenomen in een aantal re-5 gistratiesporen, welke ieder 128-byte informatie opnemen. Indien bij de inforraatieweergave tijdens de uitlezing van een dergelijk registratiespoor met programma-informatie een nitleesfout zou optreden, zou de uitvoering van het gehele programma in ge-' ;vaar kunnen komen. In verband charmede wordt dezelfde programma-10 informatie in 3 opeenvolgende registratiesporen ingelezen. Ter onderscheiding tussen deze 3 opeenvolgende registratiesporen worden in de 58-ste aftastbeeldregel, dat wil zeggen onmiddellijk na de synchronisatiepatronen FF, voor deze registratiesporen de respectieve identificatiecodes "00", "01" en "02" 15 opgenomen.
Na de zojuist beschreven identificatiecode wordt in de 59-ste en de 60-ste aftastbeeldregel opslagadresinfor-matie SA voor aanwijzing van het beginadres van het geheugen van het RAM-type opgenomen, zodat het programma in het geheugen 20 6 van de microcomputer 3 kan worden opgenomen. Gedurehde de 61-ste en de 62-ste aftastbeeldregel wordt een CRC-code voor foutcontrole van de opslagadresinformatie opgenomen.
Gedurende het 63-ste aftastbeeldregelinterval wordt informatie opgenomen, welke de lengte weergeeft van de programma's, 25 welke in één registratiespoor zijn opgenomen. Vervolgens worden tijdens het 64-s±e tot en met het 191-ste aftastbeeldregelinterval de programmacodes van 128 bytes ingelezen (opgenomen). Deze programmacodes vormen een gedeelte van het totale programma" dat bijvoorbeeld eenl k-byte informatie omvat. Na deze programma-30 codes wordt gedurende de 192-ste en de 193-ste aftastbeeldregel een CRC-code ingelezen, waardoor de inlezing of opname van een opeenvolgende hoeveelheid programma-informatie wordt afgesloten. Indien tijdens de informatie-uitlezing als gevolg van een leesfout 1-byte informatie verloren gaat, wacht de microcomputer 3 35 voor de tweede byte (eindinformatie) van de bij de verloren geraakte informatie behorende CRC-code voor voltooiing van de uitleesroutine (ondebrekingsroutine bij uitlezing van de computer).
8202 1 8 6 s ' * * - 9 -
Ter voltooiing van de uitleesroutine wordt aan het einde van ieder registratiespoor tijdens de 223-ste tot en met de 232-ste aftastbeeldregelperiode 10-bits dummy-informatie ingelezen.
Fig. 6 toont een 'schematische weergave van de regis-5 tratiesporen in het programma-inleesgebied van de videoband. Zoals reeds is opgemerkt, wordt de in een registratiespoor (00) opgeslagen programma-informatie bovendien in de twee volgende registratiesporen (01 en 02) opgeslagen; drie dergelijke opeenvolgende registratiesporen 00, 01 en 02 bevatten 10 derhalve ieder eenzelfde 128-byte programmasegment p^. Een groep of aantal dergelijke programmasegmenten bepaalt ëën programmablok Pn· Een programma kan bijvoorbeeld een lengte van 256-1000 bytes hebben. Indien het programma een lengte van 256 bytes heeft, wordt het verdeeld in twee segmenten van ieder 15 128 bytes; daar deze segmenten in 3 opeenvolgende registratie sporen worden opgenomen, wordt het gehele programma in dat geval opgenomen in 6 registratiesporen. Bij een programmalengte van 1Kbyte vergt de opname 24 registratiesporen.
Voor uitlezing van de programma-informatie wordt 20 eerst het eerste registratiespoor (identificatiecode 00) van een programmasegment uitgelezen. Indien geen uitleesfout optreedt, vindt geen uitlezing van hetzelfde programma uit het tweede en derde registratiespoor (01, respectievelijk 02) plaats. Indien bij de uitlezing van het eerste registratie-25 spoor: 00 een uitleesfout optreedt, volgt programma-uitlezing uit het tweede registratiespoor (01). Indien bij uitlezing van het tweede registratiespoor een uitleesfout optreedt, vindt uitlezing van het derde registratiespoor (02) plaats.
Indien bij een dergelijke herhaalde Uitlezing, res-30 pectievelijk van opeenvolgende registratiesporen 00, 01 en 02 met steeds dezelfde programmasegmentinformatie, uitleesfouten blijven bestaan, dan moet de desbetreffende programmasegmentinformatie als verloren worden beschouwd en verliest het totale programma aan betekenis. Teneinde zulks tegen te gaan, en 35 zoals fig. 7 laat zien, worden programmablokken P 1 en P ", welke identiek met het programmablok PR zijn, in aangrenzende opneeragebieden ingelezen. Indien een uitleesfout bij de uit- ,,,8202 1 8 6
V
- 10 - lezing van een programmasegment'-.van\hèt programmat)lok Ρβ, respectievelijk van de opeenvolgende registratiesporen 00, 01 en 02 van het desbetreffende programmasegment optreedt, vindt terugtransport (terugspoelen) van de videoband plaats en 5 wordt vervolgens het programmablok Pn, op vergelijkbare wijze uitgelezen. Indien ook bij deze uitlezing van het programmablok P , de desbetreffende uitleesfout blijft optreden, dan ll ' wordt de videoband opnieuw teruggespoeld, en vindt vergelijkbare uitlezing van het laatste programmablok Pn„ plaats.
10 De inlezing van de video-informatie en dsprogramma- informatie zal nu worden beschreven aan de hand van de fig.
8 en 9A-9I, welke respectievelijk een blokschema van een in-formatie-inleesschakeliing van de I/O-koppeleenheid 13 van de microcomputer 3 en enige golfvormen van bij de verschillende 15 bedrijfstoestanden van de informatie-inleesschakeling voorkomende signalen tonen.
De informatie-inleesschakeling volgens fig. 8 krijgt een op de videomagneetband 1 op te nemen videosignaal a toegevoerd via een ingangsaansluiting 17. Dit videosignaal a 20 wordt vervolgens aan een niveaufixatieschakeling 18 toegevoerd, welke dê negatieve piekwaarde van het synchronisatiesignaal op een vooraf bepaald referentieniveau fixeert. Als bij de niveaufixatie toegepaste niveaufixatie-impuls dient een in het ingangsvideosignaal a voorkomend synchronisatiesignaal SYNC 25 volgens fig. 9A, dat door een synchronisatiescheidingsschakeling 19 uit het videosignaal a wordt afgescheiden. Het aan niveaufixatie onderworpen uitgangssignaal van de schakeling 18 wordt via een kiegschakelaar ?0 toegevoerd aan een menger 21, waarvan het uitgangssignaal via een uitgangsaansluiting 22 ter 30 beschikking komt voor toevoer aan de video-ingangsaansluiting van het videobandapparaat 2 volgens fig. 2.
De op te nemen informatie en programma-informatie· wordt via de leidingen Dq-D^ van de verdeelleiding 8 van de microcomputer 3 volgens fig. 2 ontvangen en aan een parallel/ 35 serie-omzetter 23 toegevoerd, welke deze informatie omzet in informatie b in serievorm met de gedaante volgens fig. 9F; deze informatie b wordt door een frequentiemodulator 24 omge- 8202186
V
- 11 - zet in frequentiegemoduleerde informatie c volgens fig. 9G, welke via een EN-poortschakeling 25 aan de menger 21 wordt toegevoerd. Na menging van de frequentiegemoduleerde informatie c met het synchronisatiesignaal komt de informatie in 5 de gedaante van een videosignaal aan de uitgangsaansluiting 22 ter beschikking.
Bij de hiervoor genoemde parallel/serie-omzetting en frequehtiemodulatie van de informatie wordt gebruik gemaakt -van klokimpulsen CK met een impulsherhalingsfrequentie 10 van 4 MHz, welke via een ingangsaansluiting 26 van de microcomputer 3 worden ontvangen·.· Deze klokimpulsen CK worden toegevoerd aan een voor frequentiedeling en tijdritmebesturing dienende schakeling 27, welke aan de frequentiemodulator 24 aan frequentietiendeling onderworpen klokimpulsen CK1 volgens 15 fig. 9B en aan frequentietwintigdeling onderworpen klokimpulsen CK2 volgens fig. 9D voor de uit te voeren frequentiemodulatie levert. De schakeling 27 levert tevens aan frequentietwintigdeling onderworpen klokimpulsen CK3 volgens fig. 9C aan de parallel/serie-omzetter 23.
20 Daarnaast levert de schakeling 27 een informatie- gebiedsignaal d volgens fig. 9E, dat het interval vertegenwoordigt, waarin binnen het desbetreffende beeldregelaftast-interval de informatie dient te worden ingevoegdj dit informs tiegebiedsignaal d wordt toegevoerd aan de frequentiemodu-25 lator 24, zodat deze voor het desbetreffende interval wordt geactiveerd. Na voltooiing van de inlezing van informatie door middel van het*videobandapparaat wordt dit informatiegebied-signaal d voorts via een buffertrap 28 aan de informatiever-deelleiding 8 van de microcomputer 3 toegevoerd als commando-30 signaal, dat om de volgende informatie vraagt. Aan de informa-tieverdeelleiding 8 van de microcomputer 3 wordt bovendien een door de synchronisatiescheidingsschakeling 19 afgegeven verticaal synchronisatiesignaal V-SYNC toegevoerd ter voorbereiding van de adresinformatie van de registratiesporen door 35 de microcomputer 3.
Na door de frequentiemodulator 24 aan frequentiemodulatie te zijn onderworpen, worden de op te nemen adres- en programma-informatie via de EN-poortschakeling 25 aan de menger 8202186 - 12 - 21 toegevoerd •.•..Aangezien de frequentiemodulator 24 tijdens het door het informatiegebiedsignaal d volgens fig. 9E bepaalde interval voortdurend in werking is, wordt zelfs tijdens dergelijk interval, waarin geeh signaal wordt aangeboden, een met 5 informatie "O" overeenkomend uitgangssignaal afgegeven. Bij opname van een dergelijk uitgangssignaal, zou geen onderscheid mogelijk zijn met de reële informatiewaarde "0”. Teneinde zulks tegen te gaan, wordt de EN-poortschakeling 25 in : · . dat geval gesloten, zodat gedurende een interval, waarin geen 10 informatie wordt aangeboden, geen opname van frequentiegemo-duleerde schijninformatie plaatsvindt. De daarop gerichte besturing van de EN-poortschakeling 25 geschiedt door middel van een ui tg angs impuls van een flipflop 29 van het RS-type, welke respectievelijk wordt ingesteld en teruggesteld door 15 twee signalen 80H en 81H (hexadecimale getallen), welke door een adresdecodeereenheid 30 worden afgeleid uit de via de leidingen Aq-A^ van de adresverdeelleiding 7 ontvangen adresinformatie, welke in de microcomputer wordt toegepast. Deze adresinformatie wordt gevormd door dié informatie, welke door de cen-20 trale bewerkingseenheid 4 van de microcomputer aan het geheugen 6 van het RAM-type wordt toegevoerd wanneer de op te nemen informatie aan de informatieverdeelleiding 8 wordt afgegeven.
Het voorgaande heeft tot gevolg, dat zelfs wanneer de fr eqnen tiemcdnlator 24 bij afwezigheid van de aangesloten 25 informatie een uitgangssignaal, afgeeft, geen opname op de videomagneetband van de desbetreffende signaalinformatie plaatsvindt, daar de EN-poortschakeling 25 dit verhindert. De opname van de registratiespooradressen in het opneeminterval van de videosignalen wordt op soortgelijke wijze bestuurd door mid-30 del van de EN-poortschakeling 25. Dit heeft het voordeel, dat het niet nodig is om uitsluitend voor opname van de registratiespooradressen een speciale opneemschakeling toe te passen.
Het uitgangssignaal 80H van de adresdecodeereenheid 30 wordt als invoerimpuls aan het tot de parallel/serie-omzetter 23 35 behorend schuifregister toegevoerd.
De op te nemen adres- en programma-informatie wordt via de EN-poortschakeling 25 aan de menger 21 toegevoerd, welke .. 8202 1 86 - 13 - *
* I
de informatie met het ’synchronisatiesignaal mengt tot een • op te nemen videosignaal, dat aan het videobandapparaat 2 wordt toegevoerd. In het algemeen dient voor opname van een gedigitaliseerd signaal een hieuw synchronisatiesignaal te 5 worden gebruikt, respectievelijk te worden toegevoegd. Bij de hier beschreven uitvoerdrgsvorm van de onderhavige uitvinding worden de video-informatie en de programma-informatie op dezelfde magneetband opgenomen, hetgeen echter tot gevolg kan hebben, dat de synchronisatiesignaalopnamen van het video- 10 , informatiegedeelte en dié van het programma-informatiegedeelte niet synchroon met elkaar zijn. Teneinde zulks tegen te gaan wordt bij de hier beschreven uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding een·aan de op te nemen informatie toe te voegen . synchronisatiesignaal gevormd, dat synchroon is met het reeds 15 in het ingangsvideosignaal a , respectievelijk de op te nemen video-informatie, aanwezige synchronisatiesignaal wordt ge- synchronieeerd.
Zoals -fig. 8 laat zien, wordt het in het ingangsvideosignaal a aanwezige synchronisatiesignaal SYNC door de 20 synchronisatiescheidingsschakeling 19 daaruit afgescheiden? vervolgens wordt dit afgescheiden synchronisatiesignaal aan de voor frequentiedeling en tijdritmebesturing dienende schakeling 27 toegevoexd via een horizontale synchronisatie-scheidingsschakeling 31, waarbij het als wissignaal wordt 25 aangeboden, en voorts via een niveau- en impedantiewaarderrom-zetter 24 aan een synchronisatiepiekwaardefixatieschakeling 35. Deze fixatieschakeling 35 krijgt dezelfde fixatiepoten-tiaal aan de niveaufixatieschakeling 18 toegevoerd. Als gevolg .daarvan is de negatieve piekwaarde van het uitgangssignaal 30 van de synchronisatiepiekwaardefixatieschakeling 35 op hetzelfde niveau L als het op te nemen videosignaal gefixeerd, zoals fig. 9H laat zien. Het uitgangssignaal van de piekwaarde-fixatieschakeling 35 wordt via de kiesschakelaar 20 aan de menger 21 toegevoerd voor menging met de frequentiegemoduleerde 35 informatie c (zie fig. 91).
Bij deze door de uitvinding voorgestelde wijze van informatie-opname zijn de tijdens het video-informatie-opneem- 820 2 1 8 6 - 14 - ♦ ; interval opgenomen synchronisatiesignalen volledig gesynchroniseerd met de tijdens het programma-informatie-opneeminterval ' opgenomen synchronisatiesignalen, zodat zowel tijdens opname als tijdens weergave een zeer stabiele werking van het video-5 bandapparaat 2 wordt verkregen.
De overschakeling van de kiesschakelaar 20 wordt bestuurd door het uitgangssignaal van de flipflop 36 van het ;"toggle"-type, welke als ingangssignaal het uitgangssignaal 82H ; : (hexadècimaal getal) van de adresdecodeereenheid 30 ontvangt.
10,Tijdens opname van video-informatiesignalen:: is de kiesschakelaar 20 derhalve gedurende de 12-de tot en met de 14-de en gedurende de 275-ste tot en met de 277-ste aftastbeeldregelperiode naar zijn vaste contact 20b overgeschakeld, waarbij het synchroni-satiesignaal aan de registratiespooradresinformatie wordt toe-15 gevoerd. Tijdens opname van progamma-informatie is de kiesschakelaar 20 daarentegen ongeveer 32 beeldrasterintervallen voor het op te nemen beeldraster met programma-informatie naar zijn vaste contact 20b overgeschakeld, zoals reeds is opgemerkt.
Aangezien het videosignaal en het synchronisatie-20 signaal, waartussen de kiesschakelaar 20 overschakelt, door de respectieve fixatieschakelingen 18 en 35 op eenzelfde niveau zijn gefixeerd, zal het opgenomen signaal geen door de desbetreffende overschakeling veroorzaakte schommelingen vertonen en op stabiele wijze kunnen worden opgenomen. Zelfs indien een 25 na de achterflank van het synchronisatiesignaal komende achter-stoep bij toepassing van het uitgangssignaal van een ander videobandapparaat als op te nemen ingangsvideosignaal wordt vervormd, wordt stabiele niveaufixatie van het opgenomen videosignaal verkregen.
30 De videomagneetband 1 volgens fig. 1 wordt op de hiervoor beschreven wijze geprepareerd. Daarbij vindt de opname van informatie op de videoband 1 plaats onder besturing door het van de microcomputer 3 afkomstige programma. Pig. 10 toont het stromingsdiagram van een dergelijk programmavoorbeeld, 35 meer in het bijzonder voor wat betreft de besturing van de EN-poortschakeling 25 volgens fig. 8.
De microcomputer 3 wacht eerst op het verschijnen ' 8202 1 86 * - 15 - van een verticaallsynchronisatiesignaal V-SYNC. Indien bij de beoordelingsstap J1 in fig. 10 de ontvangst van een verticaal synchronisatiesignaal V-SYNC wordt vastgesteld, wordt vervolgens een vertragingsst'ap SI uitgevoerd, waarbij dit 5 signaal over een duur van 3 μ3βσ wordt vertraagd, waarna wordt verdergegaan naar de beoordelingsstap J2, waarbij wordt onderscheiden tussen een hoog niveau H of een laag niveau L van het informatiegebiedsignaal d (zie fig. 9E). Wanneer dit signaal het lage niveau L blijkt te hebben, wordt door de 10 rcentrale bewerkingseenheid 4 volgens fig. 2 een informatie- toevoerinstructie voor toevoer van informatie 1 aan het geheugen 6 van het RAM-type gegeven, waarna de informatie 1 tijdens stap S2 aan de informatieverdeelleiding 8 wordt aangeboden. Tegelijkertijd geeft de adresdecodeereenheid 30 het signaal 15 80H af, zodat de via de informatieverdeelleiding 8 ver schijnende informatie 1 in de parallel/serie-omzetter 23 wordt ingevoerd. Het signaal 80H stelt bovendien de flipflop 28 van het RS-type in, zodat inlezing van de informatie 1 volgt zodra het informatiegèbiedsignaal d zijn hoge niveau H bereikt.
20 Het inleesinterval Dl, tijdens welke de inlezing van de'.informatie 1 plaatsvindt, loopt af wanneer tijdens beoordelingsstap J3 wordt vastgesteld, dat het informatiegebiedsignaal weer een laag niveau vertoont.
In dat geval (Y = yes) wordt gedurende het inlees-25 interval D2 de volgende informatie 2 ingèlezen. Gedurende dit inleesinterval D2 vinden tijdens stap S3 de toevoer en invoer van de informatie 2 en de instelling van de flipflop 29 van het RS-type plaats. Wanneer de inlezing is voltooid, geeft de adresdecodeereenheid 30 tijdens stap S4 het uitgangssignaal 30 81H af, waardoor de flipflop 29 van het RS-type wordt terugge steld; de inlezing voor één beeldrasterpèriode is dan voltooid. Vervolgens vindt de informatie-inlezing voor de daarop volgende beeldrasterperiode plaats, beginnend met de beoordelingsstap Jl, als in de vorige alinea beschreven.
35 Vervolgens zal de besturing van de weergave of uit- lezing van op de videoband 1 volgens fig. 1 opgenomen videosignalen worden beschreven.
,, 82 0 2 1 8 6 - 16 -
Zoals reeds is opgemerkt,, zijn op de videoband 1 prograraraa-elementen P^, P2/... voor besturing van de door het videobandapparaat 2 uit te voeren signaalweergave opgenomen. Wanneer5de signaalweergave door middel van het video-5 bandapparaat 2 begint, wordt eerst het eerste programma-element P^ uitgelezen en in het geheugen 6 van het R&M-type van de microcomputer .3 ingevoerd. Het' programma voor uitlezing van het eerste programma-element P^^ uit de band is eerder ingelezen in een op het hulpbord van de i/O-koppeleenheid 13 van 10 de microcomputer 3 aangebracht geheugen van het ROM-type, waarvan de functie wel.':wordt aangeduid als "initial' loader".
Fig. 11 toont een stromingsdiagram van het programma van een als "initial loader" functionerend geheugen. Wanneer i het besturingsstelsel.wordt geactiveerd, wordt de desbetref- « 15 fende berichtinformatie tijdens de stap Sll aan de afdruk-inrichting 10 volgens fig. 2 toegevoerd. Daarop volgt een "cuing"-routine L^, tijdens welke bij stap S12 uitlezing van het adres van het op dSt ogenblik voor uitlezing (aan de mag-neetkop van het videobandapparaat) gepresenteerde registratie-20 spoor plaatsvindt* Dit uitgelezen adres wordt bij beoordelings-stap Jli vergeleken met het bestemmingsadres, dat wil zeggen het adres, waarop het eerste uit te voeren programma is opgeslagen. Bij voorkeur luidt dit bestemmingsadres van het eerst uit te voeren programma bij iedere videoband hetzelfde.
25 Indien tijdens beoordelingsstap Jll blijkt, dat het uitgelezen adres niet met het bestemmingsadres overeenkomt, vindt tijdens stap S13 bandtransport "snel vooruit" of "snel terug" (terugspoelen) plaats, waarna de "cuing"-routine wordt herhaald. Indien daarentegen bij beoordelingsstap Jll 39 coïncidentie van de beide adressen wordt vastgesteld (Y = yes), wordt deze routine onderbroken. Tijdens stap SI4 wordt dan het eerste programma-element P^ uitgelezen en in het geheugen 6 . van het RAM-type ingelezen.
Fig. 12 vormt een blokschema van een informatie-35 üïtleesschakeling van de I/O-koppeleenheid van de microcomputer 3? fig. 13 toont enige weergaven op tijdbasis ter verduidelijking van programma-onderbreking-tijdens informatie-inlezing bij de 8202186 - 17 - schakeling volgens fig. 12. Fig. 14 is een stromingsdiagram van deze uitleesonderbreking.
Zoals fig. 12 laat zien, wordt ervan uitgegaan, dat het te besturen videobandapparaat 2 een aansluiting 37 voor be-5 diening op afstand heeft. Aan deze aansluiting 37 wordt via een afstandsbedieningsschakeling 39 een via een afstands-bedieningsuitgangsleiding 38 van de microcomputer 3 ontvangen afstandsbedieningssignaal RC toegevoerd,' zodanig, dat door - bediening op afstand verschillende bedrijfstoestanden van 10 · het videobandapparaat kunnen worden verkregen, zoals "snel vooruit", "terugspoelen", "signaalweergave", "signaalweer-gave bij hoge snelheid" (zoeken), enz.
Het door het videobandapparaat 2 tijdens signaal-; weergave af gegeven video-uitgangs signaal e wordt aan een mo-15 nitor-ontvanger 41 toegevoerd via een videoschakeleenheid 40. Indien geen video-uitgangssignaal e door het videobandapparaat ; 2 wordt geleverd, wordt een door de micro-computer 3 geleverd videosignaal CV via een aansluiting 42 en de reeds genoemde videoschakeleenheid 40 aan de monitor-ontvanger 41 toegevoerd. 20 De videoschakeleenheid 40 wordt zodanig bestuurd, dat indien 1 . geen uitgangsvideosignaal e door het videobandapparaat 2 wordt geleverd, een bericht, een vraag of dergelijke op basis : van’ het genoemde videosignaal CV wordt zichtbaar gemaakt.
Voer recuperatie van de informatie, dat wil zeg-25 gen de adresinformatie en de programma-informatie, uit het uitgangsvideosignaal e van het videobandapparaat 2 en voor op-: . slag van de in a*anmerking komende informatie wordt aan de microcomputer 3 een op dergelijke informatierecuperatie gericht onderbrekingsverzoek toegevoerd, waarop de microcomputer 30 reageert door van zijn hoofdprogramma naar de informatie-uit-leesroutine over te gaan. Het desbetreffende onderbrekingsverzoek wordt aan de microcomputer toegevoerd bij ieder in het uitgangsvideosignaal e voorkomend, verticaal synchronisatie-signaal V-SYNC. Daartoe wordt het uitgangsvideosignaal e van 35 het videobandapparaat 2 toegevoerd aan een synchronisatie-scheidingsschakeling 43, welke het verticale synchronisatie-signaal V-SYNC (zie fig. 13A) afscheidt en aan een onderbre- 8202186 -18- kingsbesturingsschakeling 44 toevoert, welke bijvoorbeeld een flipflop van het RS-type bevat. Zodra het afgescheiden synchronisatiesignaal V-SYNC aan de stelaansluiting van de flipflop verschijnt, geeft 'deze aan zijn Q-uitgangsaan-5 sluiting een onderbrekingsverzoeksignaal IR.REQ van laag niveau volgens fig. 13b af. Dit onderbrekingsverzoeksignaal IR.REQ wordt aan een aansluiting 45 van de informatie-uit-leesschakeling volgens fig. 12 toegevoerd voor onderbreking van het hoofdprogramma van de microcomputer 3.
10 Zoals het stromingsdiagram volgens fig. 14 laat zien, wordt, wanneer bij beoordelingsstap J21 de aanwezigheid van het verticale synchronisatiesignaal VrSYNC wordt vastgesteld, vervolgens tijdens stap S21 het onderbrekings-verzoek "gedaan". De microcomputer 3 volgt dan de ondebrekings-15 routine en leest de noodzakelijke informatie uit gedurende stap S22. De ondebrekingsroutine wordt door zijn eigen programma afgebroken, respectievelijk beëindigd. Wanneer de invoer van de gewenste informatie is voltooid, vindt namelijk tijdens stap S23 opheffing (terugstelling) van het ondèr-20 brekingsverzoek plaats, zodat de onderbrekingsroutine wordt verlaten? het desbetreffende terugstelsignaal IR.RST wordt via een aansluiting 46 van de microcomputer 3 aan de onder-brekingsbesturingsschakeling 44 toegevoerd, waardoor de reeds genoemde flipflop van deze schakeling wordt teruggesteld en 25 het onderbrekingsverzoeksignaal IR.REQ naar zijn hoge niveau teruggaat, zoals fig. 13B laat zien. Daarbij wordt de onder-brekingsverhinderingstoestand opgeheven, zodat een volgende onderbreking (van het hoofdprogramma) mogelijk is; de terugkeer naar het hoofdprogramma geschièdt door een instructie 30 D21 in fig. 14.
Tijdens het normale videoweergeefinterval wordt, na uitlezing van de onmiddellijk op het verticale synchronisatie- V-SYNC volgende adresinformatie ADR tijdens een onderbrekingsroutine IR(a) teruggegaan naar het hoofdprogramma M, zoals 35 de fig. 13A en 13B laten zien. Indien het uitgelezen signaal als gevolg van een uitwendig stoorsignaal een "vals" (schijn-" baar) verticaal synchronisatiesignaal N bevat, zoals met een - 82 0 2 1 8 6 _______ - 19 - gebroken lijn in fig. 13A is weergegeven, lokt ook dit valse synchronisatiesignaal N een onderbrekingsverzoek uit, waardoor naar de onderbrekingsroutine IR(b) wordt overgegaan. Bij uitlezing van de tot het volgende interval behorende adres-5 informatie wordt echter weer naar het hoofdprogramma M teruggegaan, zodat geen storing in de adresinformatie-uitlezing zal optreden.
Bij de hier beschreven uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding wordt het onderbrekingsverzoek na voltooiing 10 van de onderbrekingsroutine zonder toepassing van een desbetreffend onderbrekingsbevestigingssignaal opgeheven, zodat het verschijnen van een vals synchronisatiesignaal geen problemen oplevert.
Tijdens het interval, waarin programmar-.informatie 15 op de videoband wordt opgenomen, dat wil zeggen nadat door een verticaal synchronisatiesignaal V-SYNC een onderbrekingsverzoek IR.REQ is "gedaan", gaat het programma over naar de onderbrekingsroutine IR(c) volgens fig. 13B. Wanneer de uitlezing van programma-informatie op basis van dit onderbrekings-20 programma is voltooid, wordt 'naar het hoofdprogramma M teruggegaan.
Eig. 15A-15G tonen enige weergaven.op tijdbasis ter verduidelijking van de informatie-inlezing bij de schakeling volgens fig. 12, terwijl fig. 16 een stromingsdiagram van de 25 werking van de schakeling is.
Tijdens informatie-uitlezing wordt het video-uit-gangssignaal e (zie fig. 15A) van het videobandapparaat toe-: gevoerd aan een stoepniveaufixatie- en informatie-afsnijd-schakeling 47 voor niveaufixatie en afsnijding op het niveau 30 U volgens fig. 15A, zodat freguentiegemoduleerde informatie f (adresinformatie of programma-informatie) volgens fig. 15D resulteert. De stoepniveaufixatie geschiedt op basis van een niveaufixatie-impuls g, welke wordt verkregen door de van de synchronisatiescheidingsschhkeling 43 afkomstige, horizontale 35 synchronisatie-impuls H-SYNC (zie fig. 15B) door middel van een vertragingsschakeling 48 te vertragen.tot het achterstoep-deel van het videosignaal, zoals fig. 15C laat zien.
•,V~ ..._C
8202186 ..- 20 - _ s,
De frequentiegemoduleerde uitgangsinformatie f van de schakeling 47 wordt toegevoerd aan een frequentiedemodulator 49 voor demodulatie tot informatie h volgens fig. 15E, waarbij de waarde "1" een hoog en de waarde "0" een laag niveau 5 bepaalt. De frequentiegemoduleerde informatie f vormt een transmissiesignaal met zelfklokkende werking, zoals in het voorgaande reeds is beschreven. Op basis van de frequentiegemodu-;leerde informatie f en de via de klokimpulsleiding van de micro-’computer 3 ontvangen klokimpuls CK met een impulsherhalings-10 frequentie van 4 MHz vormt de frequentiedemodulator 49 een 8-bits verschoven klokimpulstrein i volgens fig. 15F, welke, evenals de gedemoduleerde informatie h aan een serie/parallel-omzetter 50 wordt toegevoerd. Binnen deze laatstgenoemde wordt de gedemoduleerde informatie h sequentieel bij iedere voorflank 15 van een Jjlokimpuls i in het 8-bits schuifregister ingevoerd en in parallelinformatie j omgezet. De als uitgangssignaal van de omzetter 50 verkregen 8-bits informatie j wordt in parallelvorm aan de verschillende bitleidingen van de informatiever-deeHelding 8 van de microcomputer 3 toegevoerd.
20 Een voor verwerking, respectievelijk opname en weer gave, van digitale informatie dienende videoregistratie-af-speelinrichting, zoals een digitaal videobandapparaat, werkt gewoonlijk zodanig, dat de voor serie/parallel-omzetting benodigde doorsdruifklokimpulsen uit het bij signaalweergave 25 door middel van het apparaat uitgelezen, horizontale synchro-nisatiesignaal worden afgeleid. Bij het besturingsstelsel volgens de onderhavige uitvinding wordt de opneeminformatie echter synchroon met de klokimpulsen CK van de microcomputer aangeboden, terwijl het met de op te nemen informatie te mengen 30 synchronisatiesignaal synchroon met het van een externe bron afkomstige ingangsvideosignaal wordt gevormd. Als gevolg daarvan zal de op te nemen, respectievelijk opgenomen informatie niet synchroon zijn met het desbetreffende synchronisatiesignaal; het interval tussen het synchronisatiesignaal en de 35 op te nemen informatie fluctueert binnen een gebied van 8 ;usec.
.f - 0,25 ^.sec, zoals uit de in fig. 4 weergegeven golfvorm van het op te nemen signaal naar voren komt. Indien de serie/parallel- 8202186 - 21 - omzetting van informatie door opwekking van met het uitgelezen synchronisatiesignaal synchrone verschuivingsklokim-pulsen bij de uitvinding zou worden toegepast, zou de kans op uitleesfouten echter toenemen. Bovendien geldt, dat aangezien 5 de bij uitlezing verkregen, horizontale synchronisatiefre- quentie in het geval van uitlezing tijdens signaalweergave bij hoge snelheid schommelingen vertoont, de nauwkeurige informatie-! uitlezing op die wijze moeilijk wordt. In verbandcharmede wordt bij het besturingsstelsel volgens de hier beschreven uitvoe-10 ringsvorm van de uitvinding de vorming van verschuivings-klokimpulsen gebaseerd op.de zelfklokkende werking van de uitgelezen informatie. Het probleem van uitleesfouten doet zich daarbij niet voor; de informatie kan zelfs tijdens signaal-weergave bij hoge snelheid onafhankelijk van de horizontale 15 synchronisatiefréquentie van de uitgelezen informatie goed worden uitgelezen.
Als bij de informatielopname toe te passen modulatie-wijze met zelfklokkende werking, kunnen behalve frequentie-modulatie ook PE (fasecodering), MFM (gemodificeerde frequentie-20 modulatie), M^FM. (gemodificeerde, gemodificeerde frequentie-modulatie), enz. worden genoemd.
De öocr de serie/parallel-omzetter 50 volgens fig.
12 afgegeven en aan de informatieverdeelleiding 8 toegevoerde informatie wordt in het geheugen 6 van het R&M-type van de 25 microcomputer 3 ingevoerd. Het ritme van deze informatie-in-voer loopt synchroon met het uitgangssignaal van een, een telling van de 8-bits verschuivingsklokimpulsen i volgens fig.
15F uitvoerende bitteller 51. Bij stelsels van gebruikelijk type wordt meestal zodanig te werk gegaan, dat voor de na-30 voltooiing van de serie/parallel-omzetting (dat wil zeggen steeds nadat de 8-bits informatie in serievorm in de omzetter is ingevoerd) plaatsvindende invoer van de dan in parallelvorm verkerende informatie ih .hèt RAM-geheugen van de microcomputer door de bitteller 51 steeds na telling van 8 verschuivings-35 klokimpulsbits een speciaal startsignaal moet worden afgegeven. Bij de hier beschreven'uitvoeringsvorm van een besturingsstelsel volgens de uitvinding wordt echter informatietransmissie 8202 1 8 6 - 22 - met zelfklokkende werking toegepast. Indien uitval van enige informatiebits optreedt, zal in één beeldregelaftastinterval echter geen volledige 8-bits informatie worden verkregen, zodat de informatie-invoer niet kan worden voltooid.
5 Teneinde zulks tegen te gaan wordt bij de hier be schreven uitvoeringsvorm van de uitvinding de 8-bits teller 51 toegepast. Aan de uitgangsaansluiting van deze bitteller 51 wordt een 6-bits signaal k verkregen, dat bij het zesde bit een stijging en bij het achtste bit een daling (afval) vertoont, 10 zoals fig.lSG laat zien. Dit 6-bits signaal k wordt via een bufferschakeling 52 met drie toestanden aan de informatiever-deelleiding 8 toegevoerd. De bufferschakeling 52 verkeert gewoonlijk in zijn niet-geleidende toestand, doch kan door een aan de uitgangsaansluiting 53 van de microcomputer 3 ver-15 schijnend uitleesinstructiesignaal RD in zijn geleidende toestand worden gebracht.
In de microcomputer 3 vindt de uitlezing van informatie onder toepassing van het 6-bits signaal k als vlagsignaal (flag) plaats. Zoals het stromingsdiagram volgens fig. 16 laat 20 zien, wordt tijdens beoordelingsstap J31 vastgesteld, wanneer het 6-bits signaal k van zijn lage niveau L naar zijn hoge niveau H gaat. Ka een vertraging van ongeveer 6,75 usec tijdens stap S31 volgt tijdens stap. S32 informatie-uitlezing gedurende één af'tastbeeldregelinterval. De vertragingsduur van 6,75 usec 25 vindt plaats in afwachting van het achtste informatiebit. Indien bij deze uitleeswijze gedurende een aftastbeeldregelinterval zelfs uitval van twee bits optreedt, wordt bij ontvangst van de 6-bits informatie toch de J'üitleesvlag" afgegeven, zodat de informatie-uitlezing wordt uitgevoerd. Hoewel de aldus uitge-30 lezen informatie foutieve informatie vormt, kan uit het onmiddellijk of daarop volgende registratiespoor weer correcte informatie worden uitgelezen, aangezien de informatie steeds in iedere van drie opeenvolgende registratiesporen is opgenomen, zoals reeds is beschreven.
35 £& voltooiing van de uitlezing van informatie-uit lezing gedurende êên aftastbeeldregelinterval worden de bitteller 51 en de serie/parallel-omzetter 50 gewist door de van 8202186 - 23 - de vertragingsschakeling 48 afkomstige niveaufixatie-impuls g (zie fig. 15C). Een informatie-uitleesinterval R wordt verkregen, zoals fig. 15G laat'zien, door vertraging van de wissing met behulp van de ni'veaufixatie-impuls g. Wanneer de 5 volledige 8-bits informatie uit de magneetband is uitgelezen, wordt deze informatie ter plaatse van een pijl Min binnen het informatie-uitleesinterval R in het RAM-geheugen van de microcomputer 3 ingelezen, respectievelijk ingevoerd.
De invoerpositie van de informatie kan tussen de 10 door de pijlen Min en Max aangeduide posities of punten variëren , met eventuele tijdsduurvariaties, welke bij de uitvoering van het programma, meer in het bijzonder bij de detectie van een "uitleesvlag" kunnen optreden.
Na voltooiing van de informatie-uitlezing gedurende 15 een aftastbeeldregelinterval volgt de uitlezing van informatie gedurende het daarop volgende aftastbeeldregelinterval tijdens de beoordelingsstap J32 en de daarop volgeiide stappen S33 en S34 en de overige stappen van het stromingsdiagram volgens fig. 16. Het tijdstip, waarop de informatie-uitleesvlak ver-20 schijnt, kan tussen het vijfde en het zevende bit van de uitgelezen informatie variëren.
De voor de onderbrekingsroutine (stap S22 inflg. 14) met inbegrip van de informatie-uitlezing te- volgen en reeds in het voorgaande beschreven stappen zullen nu meer in details 25 worden beschreven aan de hand van de fig. 17 en 18. Fig. 17 toont het stromingsdiagram voor de gehele onderbrekingsroutine, terwijl fig. 18 het stromingsprogramma van de tot de onderbrekingsroutine behorende programma-uitleesroutine laat zien.
Wanneer de videomagneetband 1 in het videoband-30 apparaat 2 wordt geplaatst en de bedrijfstoestand "signaal-weergave" wordt ingesteld, wordt steeds bij het verschijnen van het verticale synchronisatiesignaal V-SYNC in het uitgelezen signaal naar de onderbrekingsroutine overgegaan, zoals reeds aan de hand van fig. 14 is uiteengezet. Zoals fig. 17 35 laat zien, wordt tijdens een dergelijke onderbrekingsroutine eerst gedurende stap S41 het registratiespooradres uitgelezen; de volgende stap J41 vormt een beoordeling van een van de microcomputer 3 afkomstige instructie. Aangezien deze een uitlees- 8202186 ν' - 24 - = instructie voor uitlezing van het eerste programma-element vormt, wordt de afstand (op de band) van het huidige adres (op de band) tot hèt bestemmingsadres (op de band) vastgesteld tijdens de beoordelingsstap J42. Het bestemmingsadres 5 voor het eerste programma-element Pi is overigens opgeslagen in de "initial loader" van de I/O-koppeleenheid 13.
Indien de afstand groot blijkt te zijn, geeft de i microcomputer 3 een zoekinstructie. Terwijl de afstand tot f het bestemmingsadres tijdens de beoordelingsstap J43 wordt 10 gemeten vindt bandterugtransport bij hoge snelheid voor het zoeken van hèt bestemmingsadres onder afstandsbediening : plaats tijdens stap S42. Wanneer deze stap is ingeleid, wordt tijdens stap S44 het onderbrekingsverzoek opgeheven (teruggesteld) . Nadat vervolgens tijdens stap S45 de onderbrekings-15 verhindering is opgeheven, volgt een instructie D41 voor terugkeer naar het hoofdprogramma M. Steeds wanneer de onderbre-kingsroutine bij ontvangst van een volgend signaal V-SYNC wordt gestart, volgt een herhaling van stap S41 (uitlezing. huidige registratiespooradres), beoordelingsstap J43 (meting 20 van de afstand tot het bestemmingsadres), S44 (opheffing van . het onderbrekingsverzoek) en D41 (terugkeer naar het hoofdprogramma) r tijdens het zoeken (van het bestemmingsadres) bij hoge snelheid herhaalt deze cyclus zich steeds. Wanneer het bestemmingsadres betrekkelijk dichtbij komt, volgt na 25 een desbetreffend oordeel gedurende beoordelingsstap J43 de opheffing van de bedrijfstoestand "zoeken bij hoge snelheid" tijdens de stap 546. De zoekinstructie vervalt dan, zodat naar normale signaalweergave voor programma-informatie-uitlezing wordt overgegaan. Tijdens de in de voorgaande alinea beschre-30 ven procedure wordt steeds wanneer op de onderbrekingsroutine is overgegaan, tijdens de stap S41 het dan "huidige" adres uitgelezen. De meting van de afstand tot het bestemmingsadres volgt dan tijdens de stap J42. Wanneer dit bestemmingsadres dichter bij komt wordt naar de prograrama-uitleesroutine 35 overgegaan (stap 47). Daarna vindt steeds, wanneer naar de onderbrekingsroutine wordt overgegaan (bij iedere beeldraster-periode), uitlezing van de programma-informatie plaats.
8202186 % - 25 -
Wanneer de uitlezing van het eerste programma-ele-ment is voltooid, gaat de centrale bewerkingseenheid 4 van de microcomputer 3 over naar dit eerste programma-element P^ en vindt besturing van de' signaalweergave door middel van 5 het videobandapparaat 2 op basis van de inhoud van dit programma-element plaats. Wanneer tijdens uitvoering van het desbetreffende programma een instructie tot signaalweergave ver-; schijnt, volgt steeds wanneer op de onderbrekingsroutine volgeris ,fig. 17 wordt overgegaan, uitlezing van het huidige (regis-10 'tratiespoor)-adres. De onderbrekingsroutine wordt afgebroken nadat tijdens beoordelingsstap J41 tot (verdere) signaalweergave door het bandapparaat wordt besloten, waarna naar het hoofdprogramma M wordt teruggekeerd.
Tijdens de programma-uitleesroutine S47 volgens fig. 15 17 vindt de verwerking volgens fig. 18 plaats. Eerst vindt tij dens stap S41 uitlezing van de 3-byte adresinformatie plaats.
De door dé eerste twee bits (synchronisatiebits) van het eerste byte van de uitgelezen informatie vertegenwoordigde informatie-identificatiecode wordt onderzocht tijdens de beoordelings-20 Stap J51. -Indien deze synchronisatiebits niet de code "11" (beeldraster met programma-informatie) vormen, wordt de pro-gramma-uitiezing beëindigd tijdens de stap S52. Daarop volgt tijdens stap S44 opheffing van het onderbrekingsverzoek, tijdens stap S45 opheffing van de onderbrekingsverhindering en 25 tijdens stap D41 terugkeer (zie fig. 7).
Indien. daarentegen tijdens de.beoordelingsstap J51 blijkt, dat de beide synchronisatiebits de code "11" vormen, hetgeen op een beeldraster met programma-informatie wijst, vindt tijdens stap S53 uitlezing van het synchronisatiepatroon 30 FF plaats en wordt tijdens stap 54 een registratiespooriden-tificatiecode FN uitgelezen. Deze identificatiecode FN dient voor identificatie van drie registratiesporen met steeds dezelfde programma-informatie, zoals reeds is uiteengezet. Indien tijdens stap J52 blijkt, dat de identificatiecode FN gelijk 35 "00" is, wordt tijdens stap S55 een 2-byte opslagadres SA uit gelezen en tijdens stap S56 een 2-byte CRC-code voor dit opslagadres SA uitgelezen. Tijdens beoordelingsstap J53 wordt 82 0 2 1 8 6 .-26- j . dan het opslagadres aan de hand van de CRC-code aan f out-controle onderworpen.
Indien het opslagadres SA juist blijkt te zijn, wordt tijdens stap S57 de prögrammalengte-informatie uitge-5 lezen. Gedurende stap S58 wordt vervolgens de 128-byte pro-graromalinformatie uit de band uitgelezen en in het geheugen 6 van het RAM-type ingelezen. Vervolgens wordt tijdens stap 559 de 2-byte CRC-code voor deze programma-informatie uitgelezen, waarna tijdens beoordelingsstap J54 foutcontrole van de 10 uitgelezen programma-informatie op basis van de uitgelezen CRC-code volgt. Indien de foutcontrole aantoont, dat de uitgelezen programma-informatie correct is, wordt tijdens stap 560 een OK-vlag in het geheugen 6 ingesteld? waarna naar stap S44 wordt teruggekeerd. De onderbrekingsroutine wordt dan be- 15 eindigd voor terugkeer naar ;het hoofdprogramma.
Indien tijdens de hier beschreven stap 58 de in. het beginregistratiespoor "ΟΟ" van het eerste programmasegment P^ van de registratiespoorverdeling volgens fig. 6 opgenomen 128-byte programma-informatie correct is uitgelezen, zal tij-20 dens de programma^informatie-uitleesroutine voor uitlezing van het door het tweede registratiespoor ,r01" en het derde registratiespoor ”02" bepaalde beeldraster met programma-informatie steeds tijdens de beoordelingsstap J52 (FN = 00?; No, FN = 01, 02) worden doorgegaan naar de beoordelingsstap J55 25 ter controle of de OK-vla'g reeds is ingesteld of niet. Aangezien de OK-vlag is ingesteld, (S60 na foutcontrole J54 met gunstig resultaat), volgt tijdens beoordelingsstap J56 identificatie van het tweede of derde registratiespoor (FN = 02?).
Indien EN ^ 02, is het tweede registratiespoor geïdentificeerd 30 en volgt opheffing van de onderbrekingsroutine en terugkeer.
Indien FN = 02, wordt het derde registratiespoor geïdentificeerd en wordt tijdens stap 61 de OK-vlag teruggesteld ter voorbereiding van de uitlezing van het volgende, in de drie volgende registratiesporen opgenomen programmasegment P2 (zie 35 fig. 6). Daarna volgt opheffing van de onderbrekingsroutine en terugkeer naar het hoofdprogramma. Op soortgelijke wijze volgt dan uitlezing van de respectieve programmasegmenten p2, p3,... zodat een geheel programmablok P in het geheugen 6 van het RAM- ‘ 8202186 - 27 - type wordt ingevoerd.
Indien de registratiespooridentificatiecode FN ψ 02, en derhalve van het eerste (of het tweede) registratiespoor met de desbetreffende programma-informatie sprake is, wordt 5 de OK-vlag tijdens de stap S62 teruggesteld en wordt de onder-brekingsroutine afgebroken. Tijdens de daarop volgeride uit-lezing van het tweede registratiespoor 01 wordt tijdens be-oordelingsstap J55 de toestand van de OK-vlag beoordeeld, welke in het hier veronderstelde geval niet is ingesteld (de uit 10 het eerste registratiespoor uitgelezen programma-informatie blijkt een fout te bevatten), zodat naar de stap S55 voor . uitlezing van de programma-informatie uit het tweede regis-. tratiespoor 01 wordt overgegaan.
Indien daarbij eveneens een fout wordt gedetecteerd, 15 wordt op soortgelijke wijze (J55, S55) naar uitlezing van de programma-informatie uit het derde registratiespoor overgegaan. Indien daarbij opnieuw een fout wordt vastgesteld (J53 of J54), wordt tijdens de beoordelingsstap J57 (FN = 02) vastgesteld, dat de uitlezing van eenzelfde programmasectie drie-20 maal heeft gefaald. Tijdens stap S62 volgt dan zichtbaarmaking van de mededeling "FOUT”, waarop tijdens stap S63 . een in- -structie uterugspoelen" voor het videobandapparaat 2 volgt.
De programma-uitleesroutine wordt dan onderbroken tijdens stap S52, waarna het nabij het programmablok Pn volgens fig.
25 7 opgenomen, tweede programmablok P , wordt opgezocht volgens een onderbrekingsroutine als in fig. 17. Daarbij wordt het , bestemmingsadres van de centrale bewerkingseenheid 4 gewijzigd in het adres van dit programmablok P '. Indien ook de uitlezing van dit tweede programmablok P * niet zonder fouten 30 verloopt, wordt de videobandtteruggespoeld naar het derde programmablok P ".
Na voltooiing van de hiervoor beschreven programma-uitleesroutine wordt het eerste prpgramma-element P^ van de videoband 1 in het geheugen 6 van het RAM-type ingevoerd. Wan-35 neer de desbetreffende programma-informatie-overdracht is voltooid, gaat de centrale bewerkingseenheid 4 naar het eerste programma over, waarna besturing van het videobandapparaat op basis van dit programma plaatsvindt.
82 0 2 1 8 6
TA V
- 28 -
Fig. 19 toont een stromingsdiagram van het eerste programma P^. Zoals fig. 19 laat zien, wordt tijdens stap S71 een vooraf bepaalde mededeling door de afdrukinrichting 10 afgedrukt of door de monitor 41 zichtbaar gemaakt. Vervolgens 5 vindt tijdens de stap S72 weergave uit de band van het video-element plaats. Na dergelijke weergave van één interval van het' video-element spovoor' een bepaald onderwijsniveau, bijvoorbeeld het eerste niveau, wordt tijdens stap S73 op de monitor een mededeling (vraag) zichtbaar gemaakt. De leer-10 ling of student reageert op deze vraag door een in aanmerking komende toets van het toetsenbord 9 in te drukken (stap S74). Het videobandapparaat 2 wordt zodanig bestuurd, dat weergave van het volgende interval van het video-element tijdens stap S75 volgt, wanneer tijdens beoordelingsstap J71 is gebleken, 15 dat de toets 1 is ingedrukt. Indien daarentegen de toets 2 is ingedrukt, volgt na beoordelingsstap J72 weergave van een ander video-element 5^2 tijdens stap S76.
Indien de student of leerling een bij een hoger niveau behorende toets 3 indrukt, vindt zodanige besturing 20 van het videobandapparaat plaats, dat na beoordeling tijdens stap J73 weergave van het tweede programma P^ tijdens stap S77 volgt. De beginadresinformatie voor het tweede programma ' P2 is opgenomen als gedeelte vanihèt-eerste programma P^. Het zoeken naar het tweede programma vindt plaats op bais van 25 deze beginadresinformatie. Na voltooiing van (de weergave van) het tweede programma P2 gaat de centrale bewerkings-. eenheid tijdens stap S78 tot de uitvoering van dit programma : over. Daarbij wordt het programma volgens de video-elementen S2-0' S2-l'— voor het tweede onderwijsniveau gevolgd. In-30 dien de student of leerling de toets 4 voor een nog hoger niveau indrukt, wordt het derde programma P^ tijdens stap S79 uitgelezen en wordt na de beoordelingsstap J74 tijdens de stap S80 naar het derde programma overgegaan.
Zoals uit het voorgaande naar voren komt, is aan het 35 voor besturing van een videobandapparaat dienende besturings-stelsel een microcomputer toegevoegd. Het besturingsprogramma voor het videobandapparaat is tezamen met de video-informatie 8202186 —^---- k »
K
- 29 - op de magneetband opgenomen. De centrale bewerkingseenheid van de microcomputer brengt eerst uitlezing van het op de videoband opgenomen programma tot stand en voert vervolgens de besturing van het videobandapparaat op basis van het uitgelezen 5 programma uit. Een dergelijk stelsel heeft het voordeel, dat geen aanvullend geheugen, zoals een magneetschijf, behoeft te worden toegepast, doch dat een normaal videobandapparaat voor huiselijk gebruik zónder aanvullende maatregelen of ;wijziging kan worden toegepast.
10 Bij het besturingsstelsel volgens de uitvinding is , het aantal informatiebits per beeldregelaftastinterval van de in ieder registratiespoor van de videomagneetband opgeslagen programma-informatie gelijk aan het aantal bits of aan het halve aantal bits, dat door de microcomputer kan worden 15 verwerkt.
Als gevolg daarvan kan de informatie-invoer, met inbegrip van informatie-uitiezing uit de magneetband, fout-controle en informatie-opslag door de microcomputer tijdens de uitlezing van programma-informatie uit de magneetband, worden 20 uitgevoerd zonder toepassing van speciale code-omzettersr, infor-matieopslagsc&akelingen en dergelijke. De tussen het videobandapparaat en de microcomputer toe te passen I/O-koppel-.eenheid kan derhalve van uiterst: eenvoudige constructie zijn. Bovendien vindt: de invoer van uit de band uitgelezen programma-25 informatie zonder vertraging plaats.
De uitvinding beperkt zich niet tot het in het voorgaande beschreven en in de tekening weergegeven uitvoerings— voorbeeld. Verschillende wijzigingen kunnen in de beschreven componenten en in hun onderlinge samenhang worden aangebracht, 30 zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt overschreden.
8202186

Claims (13)

  1. 30. I 11JUM982 CONCLUSIES 1 I. Met een microcomputer uitgerust besturingsstelsel voor een inrichting voor het afspelen van een videoregistratiedrager, waarbij de microcomputer een centrale bewerkingseenheid, een geheugen en tenminste één I/O-schakeleenheid voor 5 koppeling met een videoregistratie-afspeelinrichting bevat, met het kenmerk, dat in een gedeelte van het geheugen een be-gininvoerprogramma is opgenomen voor invoer en opslag in het geheugen van een op een gedeelte van een videoregistratiedrager (1) opgenomen of op te nemen besturingsprogramma (P , 10 voor een bijbehorende videoregistratie-afspeelinrichting (2).
  2. 2. Besturingsstelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het besturingsprogramma op de videoregistratiedrager (1) is of wordt opgenomen in het formaat van een videosignaal, waarbij de besturingsprogramma-informatie met 8 bits 15 per beeldregelaftastinterval op de videoregistratiedrager is ,of wordt opgenomen.
  3. 3. Besturingsstelsel volgens conclusiè 1, met het kenmerk, dat in het onderdrukkingsinterval van ieder op de videoregistratiedrager (1) opgenomen videobeeldrasterinterval 20 adresinformatie (16) is of wordt opgenomen.
  4. 4. Besturingsstelsel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het begininvoerprogramma een op adresinformatie-uitlezing gerichte onderbrekingsroutine (S22) bevat, welke door een uit de videoregistratiedrager (1) uitgelezen, ver- 25 ticaal synchronisatiesignaal wordt gestart.
  5. 5. Besturingsstelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het besturingsprogramma (P^ P2,...) op de videoregistratiedrager (1) is of wordt opgenomen in het formaat van een videosignaal, waarbij èen zelfde besturingsprogramma- .» 30 informatie in een aantal'opeenvolgende beeldrasterintervallèn is of wordt opgenomen.
  6. 6. Bestutingsstelsel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat in ieder beeldrasterinterval een informatie-iden-tificatiesignaal (FF) is of wordt opgenomen, dat aanwijst of 35 de in het desbetreffende beeldrasterinterval opgenomen informatie werkelijke video-informatie (S^, S2/...) of in het formaat van video-informatie gebrachte, andere informatie, zoals 8202 1 8 6 o.a. 8202186 - 31 - programma-informatie (P^, P2,—), is.
  7. 7. Besturingsstelsel voor een video-informatie-opneem- en'- weergeefinrichting, bevattende een microcomputer met een eerste I/O-rkoppeleenheid, een centrale bewerkings- 5 eenheid, ten minste één geheugen en ingangs- en uitgangsver- . deelleidingen voor adres- en andere informatie, waarbij de microcomputer via de eerste I/O-koppeleenheid is aangesloten voor ontvangst van ingangssignalen van en voor levering van uitgangssignalen aan de video-informatie-opneem- en -weergeef-10 inrichting, met het kenmerk, dat in de videoregistratiesporen (15) van een bijbehorende videoregistratiedrager (1) programma-informatie (Pj, P2) is opgenomen, welke aan de microcomputer (3) wordt toegevoerd en in het geheugen (6) wordt opgeslagen, zodanig, dat de microcomputer (3) de video-informatie-opneem-15 en -weergeefinrichting op basis van die programma-informatie bestuurt.
  8. 8. Besturingsstelsel volgens conclusie 7, gekenmerkt door een tweede I/O-koppeleenheid (11) en een via deze tweede koppeleenheid (11) met de microcomputer (3) gekoppeld toetsen- 20 bord (9).
  9. 9. Besturingsstelsel volgens conclusie 7, gekenmerkt door een derde I/O-koppeleenheid (12) en een via deze koppeleenheid (12) met de microcomputer (3) gekoppelde afdrukin-richting (10).
  10. 10. Bestutingsstelsel volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de eerste I/O-koppeleenheid (13) een informatie-. inleesschakeling bevat, welke is voorzien van een met de in-gangsaansluiting van de video-informatie-opneem- en -weergeef inrichting gekoppelde menger (21) een met een uitgangs-30 aansluiting van de video-informatie-opneem- en -weergeefin-richting gekoppelde synchronisatiescheidingsschakeling (19) voor levering van een verticaal synchronisatie-uitgangssignaal-aan de informatieverdeelleiding (8) en van een synchronisatie-uitgangssignaal aan de menger (21), een met de adresinformatie-35 verdeelleiding (7) gekoppelde adresdecodeereenheid (30), een ingangssignalen van de informatieverdeelleiding en van de adresdecodeereenheid . ontvangende parallel/serie-omzetter (23) en van een met het uitgangssignaal van de parallel/serie-omzetter (23) 8202186 o.a. 8202186 - 32 - gevoede en een uitgangssignaal aan de menger (21) leverende frequentiemodulator (24).
  11. 11. Besturingsstelsel volgens conclusie 10, gekenmerkt door een tussen de menger (21) en de synchronisatie- 5 schèidiingsschakeling (19) opgenomen schakelaar (20).
  12. 12. Besturingsstelsel volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de eerste I/O-koppeleenheid (13) is voorzien van een informatie-uitleesschakeling met een met de uitgangs-aansluiting van de video-informatie-opneem- en -weergeefin- 10 richting (2) gekoppelde schakeling (47) voor stoepniveaufixatie en informatiepiekwaarde-afsnijding, een met de uitgangsaan-sluiting van die schakeling (47) gekoppelde frequentiedemodu-lator (49), en van een met de uitgangsaansluiting van de fre-quentiedemodulator (49) gekoppelde serie/parallel-omzetter 15 (50) voor levering van een uitgangssignaal aan de informatie- verdeelleiding (8).
  13. 13. Besturingsstelsel volgens conclusie 12, gekenmerkt door een tussen de uitgangsaansluiting van de video-informatie-opneem- en -weergeefinrichting (2) gekoppelde 20 synchronisatiescheidingsschakeling (43), een met de uitgangsaansluiting van de synchronisatiescheidingsschakeling (43) gekoppelde vertragingsschakeling (48) voor levering van een uitgangssignaal aan de serie/parallel-omzetter (50) en aan de schakeling (47) voor stoepniveaufixatie en informatiepiek- 25 waarde-afsnijding, en door een met de uitgangsaansluiting van de vertragingsschakeling (48) gekoppelde bitteller (51) voor levering van een uitgangssignaal aan de serie/parallel-omzetter (50). 8202186
NL8202186A 1981-05-28 1982-05-28 Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting. NL8202186A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP8151681 1981-05-28
JP56081516A JPS57196281A (en) 1981-05-28 1981-05-28 Control system for video signal reproducer

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8202186A true NL8202186A (nl) 1982-12-16

Family

ID=13748504

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8202186A NL8202186A (nl) 1981-05-28 1982-05-28 Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4796223A (nl)
JP (1) JPS57196281A (nl)
AU (1) AU555297B2 (nl)
CA (1) CA1209250A (nl)
DE (1) DE3220223A1 (nl)
FR (1) FR2507045A1 (nl)
GB (1) GB2103410B (nl)
NL (1) NL8202186A (nl)

Families Citing this family (32)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS59140666A (ja) * 1983-01-31 1984-08-13 Victor Co Of Japan Ltd 回転記録媒体再生装置
JPS59139775A (ja) * 1983-01-31 1984-08-10 Victor Co Of Japan Ltd 回転記録媒体の信号記録方式
GB2143658A (en) * 1983-07-07 1985-02-13 Standard Telephones Cables Ltd Computer interface
US4622600A (en) * 1983-12-26 1986-11-11 Hitachi, Ltd. Rotary-head type PCM data recording/reproducing method and apparatus with a redundancy-reduced control data format
JPS60158479A (ja) * 1984-01-26 1985-08-19 シャープ株式会社 電子学習装置
GB8405429D0 (en) * 1984-03-01 1984-04-04 Index Data Programmes Storage and retrieval of information on video tape
JPS60187958A (ja) * 1984-03-08 1985-09-25 Casio Comput Co Ltd アナウンス機能を有する磁気テ−プ再生装置
US4652944A (en) * 1984-06-25 1987-03-24 Kirsch Technologies, Inc. Computer memory back-up
JPH07122941B2 (ja) * 1985-05-17 1995-12-25 ソニー株式会社 インターフェース装置及び制御方法
US4816929A (en) * 1985-11-29 1989-03-28 Eastman Kodak Company Dual access frame store for field or frame playback in a video disk player
GB2193353A (en) * 1985-12-30 1988-02-03 Talluri Stephen Prasad Recording on video tape using microcomputer and video tape recorder
US4796099A (en) * 1986-04-24 1989-01-03 Eastman Kodak Company Video still player with internal capability for executing externally-generated viewing programs
JPH0656676B2 (ja) * 1986-09-01 1994-07-27 ティアツク株式会社 記録再生装置
JPS63155340A (ja) * 1986-12-19 1988-06-28 Fujitsu Ltd 記憶装置の読出し方式
DE3702693A1 (de) * 1987-01-30 1988-08-11 Thomson Brandt Gmbh Cd-spieler
FR2616258A1 (fr) * 1987-06-05 1988-12-09 In Formation Sarl Procede, dispositif et bande de magnetoscope pour etablir un dialogue programme interactif entre un magnetoscope et un ordinateur
JP2715416B2 (ja) * 1987-09-21 1998-02-18 ソニー株式会社 情報信号の記録装置
JPH02179982A (ja) * 1988-12-29 1990-07-12 Sharp Corp ディスク記録再生装置
JPH02187979A (ja) * 1989-01-13 1990-07-24 Sharp Corp ディスク記録再生装置
DE3926093C1 (nl) * 1989-08-08 1991-01-24 Alpermann + Velte Gmbh, 5630 Remscheid, De
JP2949747B2 (ja) * 1990-01-21 1999-09-20 ソニー株式会社 情報入力装置
EP0439290B1 (en) * 1990-01-21 1996-10-16 Sony Corporation Recording and reproducing apparatus
JPH03296788A (ja) * 1990-04-16 1991-12-27 Tele Syst:Yugen 車両運転模擬装置
JPH05502539A (ja) * 1990-09-19 1993-04-28 コーニンクレッカ フィリップス エレクトロニクス エヌ ヴィ 主データファイル及び制御ファイルが記録された記録担体、その記録方法及び装置、及びその読取装置
US5581614A (en) * 1991-08-19 1996-12-03 Index Systems, Inc. Method for encrypting and embedding information in a video program
AU3272095A (en) * 1994-07-28 1996-02-22 Henry C. Yuen Apparatus and methods for controlling educational and amusement use of a television
DE4427397A1 (de) * 1994-08-03 1996-02-08 Thomson Brandt Gmbh Verfahren zum Speichern von Zusatzinformationen, die mit einem Signal übermittelt werden
DE19525728A1 (de) * 1995-07-14 1997-01-16 Thomson Brandt Gmbh Videorecorder mit einem Textbaustein
US20040097218A1 (en) * 1996-08-12 2004-05-20 Vossler Stephen P. Intelligent cellular telephone function
US6317593B1 (en) 1996-08-12 2001-11-13 Gateway, Inc. Intelligent cellular telephone function
US6044430A (en) * 1997-12-17 2000-03-28 Advanced Micro Devices Inc. Real time interrupt handling for superscalar processors
CN110164212A (zh) * 2019-05-28 2019-08-23 刘秀萍 一种跨地域空间的共享互动课堂系统

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3303482A (en) * 1963-02-25 1967-02-07 Rca Corp Redundant recording system with parity checking
DE2132240A1 (de) * 1971-06-29 1973-01-11 Licentia Gmbh Rechnergesteuertes lehrsystem
US4142232A (en) * 1973-07-02 1979-02-27 Harvey Norman L Student's computer
US4133013A (en) * 1977-02-04 1979-01-02 Programmable Systems, Inc. Video cassette changer-programmer
JPS5461908A (en) * 1977-10-27 1979-05-18 Teac Corp Information reproducer
JPS54152532A (en) * 1978-05-04 1979-11-30 Sanyuu Kk Individual learning device
DE2835077A1 (de) * 1978-08-10 1980-02-21 Rainer Dr Gebauer Programmierbares video-, informations-, instruktions- und dokumentationsgeraet
US4210785A (en) * 1978-09-28 1980-07-01 Bell & Howell Company Tape replay system
CA1145464A (en) * 1979-08-22 1983-04-26 Wayne R. Dakin Programmed video record disc and related playback apparatus
US4422105A (en) * 1979-10-11 1983-12-20 Video Education, Inc. Interactive system and method for the control of video playback devices
JPS5730476A (en) * 1980-07-29 1982-02-18 Pioneer Video Corp Recording and reproduction system for video disk
US4375101A (en) * 1980-09-30 1983-02-22 Video Education, Inc. System for formatting data on video tape for high accuracy recovery
JPS57177179A (en) * 1981-04-25 1982-10-30 Riyuuichirou Kurashige Video cassette tape for separate learning

Also Published As

Publication number Publication date
DE3220223A1 (de) 1982-12-23
US4796223A (en) 1989-01-03
FR2507045A1 (fr) 1982-12-03
AU8400482A (en) 1982-12-02
GB2103410A (en) 1983-02-16
FR2507045B1 (nl) 1985-03-22
JPH0451832B2 (nl) 1992-08-20
CA1209250A (en) 1986-08-05
JPS57196281A (en) 1982-12-02
DE3220223C2 (nl) 1990-05-10
AU555297B2 (en) 1986-09-18
GB2103410B (en) 1985-08-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8202186A (nl) Besturingsstelsel voor een videoregistratie-afspeelinrichting.
US4065794A (en) Playback technique for an audio-video program wherein the video display is controlled by signals recorded as a part of the audio program
CA1161551A (en) System for formatting data on video tape for high accuracy recovery
JPH0339359B2 (nl)
JPS5943676A (ja) 電子カメラシステム
KR960004064B1 (ko) 정보 신호 자기 기록 재생장치
GB2101853A (en) Data reproducing circuit
JPH0444473B2 (nl)
US3969581A (en) Vertical synchronizing signal recording apparatus
JPS6016027B2 (ja) タイムコ−ド読取装置
NL8304114A (nl) Televisie-ontvanger met kanaalnummeraanwijzing.
US5130858A (en) Apparatus having a field memory for reproducing video signals
US3699565A (en) Video generator
JPS61225986A (ja) 音楽情報出力装置
JPS5858869B2 (ja) 番組予約方式テレビ受像機
EP0462604A2 (en) Field identification correction apparatus
JPS6251030B2 (nl)
TW402717B (en) Image display apparatus using compact disc graphics
JPH0397169A (ja) フレーム同期回路
SU1015414A1 (ru) Обучающее устройство
JPS6047791B2 (ja) パタ−ン伝送装置
JPH042540Y2 (nl)
JPS626776Y2 (nl)
JP2630781B2 (ja) スチル画像再生装置
JPS5911573U (ja) Fpnビツト誤り率測定装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed