NL8105894A - Roer. - Google Patents

Description

—τ——--- ^ τ * 4 7C 265?

Beor.: Heer.

-, ν.--·-- Betreft een roer roer vaartuigen, welk roer is voor- --β" van een van» c._e -->a_ — *«-«—* o-o—*——— —u — _ _ · · _· _ f v, _ .7 — ·* *λ ,Λβ ·νΌöν»τv, en·ν»ττι rr~r tn.

.^,·: —«^'-''-aBanracnnang is aange.-->—^ ü.j u.e uïxja1—»-**,

Hoeren worden als draaibare platen of verdringingsliehauer. aaage- - „o- achterschip van vaartuigen, en leveren bij bediening, p ... .- -— — -"’us 4 hat '"nstellen daarvan onder een voorafbepaalde roerhoek, een ’mdrodvr.anische dwarskracht, die aangrijpt op het roer en derhalve op het scheenseinde, waardoor een voor het sturen van het schip vereist v*~-*zaan wordt. De Hvdrodynauische roerdwarskracht veroor-,.„ Betrekking tot de roerdraai-as een roerdraaiaomsnt, dat roet werden onsrebracht door de roemachine.

'.'cor het rroduceren van grotere roerdwarskracht en zijn in de scheepsbouw ovee- of veeldelige roeren bekend, die het grote stuweffeet o roerieel 30erker dar. hen voorste roerdeel tegen de stromingsrichting werdn ongesteld. Dergelijke constructies worden aangeduid als "roeren -e- -rco- verzegen". Bij veeldelige roeren net groot vermogen van teken-obstructie is het door de roemachine on te brengen draain.cn.enu aan—

De bekende veeldelige roeren net groot vermogen zijn nieu uit ue schakelen. Dij stellen hun grote stuuveigensehappen niet alleen ter beschikking wanneer -deze nodig zijn, t.w. voor het manoeuvreren bij lase scheepssnelheden, maar ook bij volledige dienstsnelheid. Als gevolg van 25 de bij hogere scheepssnelheden zeer grote krachten op een dergelijke roer met groot vermogen zijn overeenkomstig sterke aansluitverbindingen nodig, zoals de roer schacht, de roemachine en de gehele scheepsbouwkundige aansluitcons tracti e in het achterschip.

Ben opgave van de uitvinding bestaat er derhalve in een roer met 30 een vin voor vaartuigen te verschaffen, waarbij wel, zoals bij bekende conszrucnies, de vininsoeiling gedwongen kan werden bestuurd door de beweging van het hoofdroer, welke gedwongen besturing echter uit te schakelen moet zijn, hetgeen in het bijzonder zinvol is bij hogere scheeos-snelheden teneinde de anders vereiste versterkte aansluitverbindingen 25 ne vermijden. Hen roer meet dus naar keuze zijn te veranderen in een - · 8105894 \ * - 2 -

Een verdere voorwaarde voor het onderhavige roer moet zijn, dat alle in werking te stellen elementen goed toegankelijk in de scheepsromp liggen, en niet, zoals hij enkele "bekende constructies, in het roerhlad, waar zij voortdurend onderhevig zijn aan sterke belastingen door tril-5 linger., bevriezing, eventueel lekkage en dergelijke, en waar zij vanaf het schip niet kunnen worden onderhouden noch in het geval van een storing weer kunnen worden hersteld.

Voor het oplossen van deze opgave wordt een roer voor vaartuigen voorgesteld, dat volgens de uitvinding zodanig is uitgevoerd, dat de 10 roerschacht voor het hoofdroer is uitgevoerd als holle as, waarin een torsiestaaf is gelegerd, die onder in het hoofdroerlichaam eindigt, waar hij is verbonden met een verstelinrichting voor de vin. Aan de bovenkant is de torsiestaaf via de roerpen van de hoofdroerschacht naar buiten geleid, en bezit hij daar een overschakelinrichting voor de grendelin-15 richting, die naar keuze in aangrijping kan worden gebracht met een vast aan het schip aangebracht blokkeerdeel of met een vast aan de roerpen aangebracht blokkeerdeel. De overschakelinrichting voor de naar keuze-scheepsvaste/roervaste grendeling van de vin kan ook bestaan uit een naar keuze in werking te stellen of te blokkeren aandrijfeenheid.

20 Er ontstaan de volgende voordelige mogelijkheden : a) Indien de torsiestaaf star is gegrendeld set het scheepslichaam, ontstaat via het onderhavige hefboommechanisme een door de beweging van het hoofdroer gedwongen vinbeweging.

b) Indien de torsiestaaf star is gegrendeld met de hoofdroerschacht, 25 behoudt de vin altijd dezelfde stand met betrekking tot het hoofdroer. Indien dan de vin in een met het hoofdroer in lijn liggende stand wordt gegrendeld, is het roer voor wat betreft de werking overgebracht in een eénvlaksroer.

c) Indien een naar keuze in werking te stellen blokkeereenheid wordt be-30 nut, kan hiermede ook de vin alleen worden bewogen, zonder dat de hoofdroermachine wordt bediend. Zo kan het hoofdroer bijvoorbeeld voor het vergroten van de koersstabiliteit bij toervaart gericht blijven in de lengterichting van het schip. De voor het koershouden vereiste zeer kleine correcties kunnen fijngevoelig alleen worden 35 uitgevoerd met de vin. Deskundigen beloven elkaar hiervan ondermeer aanzienlijke brandstofbesparingen, omdat bij het gebruikelijke koers-sturen met het gehele hoofdroer een alleszins meetbaar gedeelte van 8105894 i _ -3 _ «y as 3--^kracht ran de schroef veer wordt verbruikt door het ingestelde roer.

“e -itvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin : ' 1 een ruimtelijk aanzicht is, gedeeltelijk in vertikale door- * —s ·=-. een hoofdroer met een vin en de verstel- en aandrilfinrich- --Tv-. — .

5) -xo· 2 een hovenaanzicht is van de aandrijf- en grendelinrichting volgens fig> -i.

S· 3 een hovenaanzicht is van de aandrijf—~en grendelinrichting volgens üg. t; en a* ~ S8“ mumitieiijn aanzichu is, gedeeltelijk m vertikale door— * > *an een hoofdroer met een vin en een naar keuze in -werking te stellen cv* ~ .. v- _·.·> , - . ...

** »* 5 tu««. O *- 10"VtΛ**} ^ o ; *” ^ τη —.i ---u.w-ii4**U.iuiU5« « “ * ~ Xe x” f-a· 1 afgeheelde uitvoeringsvorm van een roer is met " A"t;'--ug3Cijier 10 een schespsrcno en met het verviminnscijfsr 20 ne ^ noczm^a*^ ·. .

^’— —'-‘-siS—nzcL 5 aan vis» een noerscnaciit 21 en es-^ "^osnnen noenrrv*3^''*'·»·^— \ ——’ · —O zvenkcaar is door de met het vsrwijzingsc"" i^er 15 a an— a—. .orders van een rcermachine 22. Het hoofdroer 20 draagu een ~_a "-J 32 en 33 zvenkcaar is aangesloten op het hcofdroer 20.

r* -» * .

— --r aO a_s de vm 30 zijn zvenkcaar cm vertikale hart— °* ~~ - roemcnmenuis 120 is een grendelinrichting 50 aange- — w. “~-i- —s i—.--gevoera a_s ncij.e as, waarin een torsiestaaf “5 “a S--2geru, me aar. de onderkant eindigt in het hoofdroer 20 en aan -o. o=n„ ooven net einde van de roerpen 25 verder is geleid. Zoals °°“ ~ ^°°nu, is aan he: bovenste einde van de torsiestaaf 60 een o^e. öC..=L.-'.eleenheid 100 aangehracht, die in werkzame verbinding staat met ~~ ends_inrienmng (zie fig. 1), die een vast aan het schip genon- *5-j VT /-vlrVAi^'v^r* AA*> '’’λ , w ; u en een vast aan de noennen gemonteerd "bdolckeer— - " zoaat aoor middel van de overschakeleenheid 100 een naar

Varra Vo>-* jj · , . .

u.· s ----- «orden uitgsvoeru m net vaso aan het schip gemcn- teerde 13^ u-.j- , „ ,, — - w. wk^vj. ; u Oj. iie-w vast aan ae noemen genonteenae Dj-Ojüceen— "* " ‘^ ’5* Sedas;eleenheid 100 kan elektrisch, hydraulisch, pneu—

Oy o- —2c‘j-ar—scr. op afstand worden bestuurd, waarbij echter ook een daneite \___ · · .. .-can zijn voorzien.

“e' -i0°- droer 20 is een inrichting kQ aangebracht voor het ver- 8105894 Η * * - k - stellen van de vin 30 · Deze verstelinrichting Uo "bestaat uit een aan het onderste einde van de torsiestaaf 60 aangebrachte, eerste excenter 6k, die via een druk- respectievelijk trekstuurstang 63 een tweede excenter 65 verstelt, waarvan de as vast is verbonden met de draai-as van de vin 5 30. ·

Wanneer door middel van de overschakeleenheid 100 een grendeling wordt uitgevoerd met het blokkeerdeel 1T0, vindt geen verdraaiing plaats van de torsiestaaf 60 ten opzichte van de roerschacht 21. De vin 30 blijft bij alle instelhoeken van het hoofdroer 20 evenwijdig aan het 10 hoofdroer.

Wanneer daarentegen door middel van de overschakeleenheid 100 een grendeling wordt uit gevoerd met het blokkeerdeel 70, vindt bij veranderingen van de roerstand een verdraaiing plaats van de roerschacht 21 ten opzichte van de torsiestaaf 60. Via de verstelinrichting ko wordt 15 zodoende de vin 30 sterker dan het hoofdroer 20 ingesteld tegen de stro-mïngsrichting. De instelhoek van de vin 30 ten opzichte van het hoofdroer 20 is afhankelijk van de geometrie van de verstelinrichting lj-0, en kan via deze inrichting vooraf worden bepaald voor een vereiste gedwongen besturing.

20 In het geval van de roerhartstand bij hoge scheepssnelheden vindt een eigen verdraaiing plaats van de torsiestaaf 60. De vin 30 wordt niet zo sterk ingesteld als bij lagere scheepssnelheden. Zodoende treden niet zo sterke belastingen op van de vin 30 en de aansluitdelen.

. In het bijzonder worden s'tootvormige belastingen veerkrachtig opgevangen, 25 welke belastingen bijvoorbeeld optreden door ijsschotsen.

Een verdere voordelige uitvoering toont fig. U, waar de torsie-stang 60, evenals de hoofdroerschacht 21, een roerpen 125 draagt (zie , fig. 3), die via met het verwijzingscijfer 115 aangeduide, in werking te ' stellen of te blokkeren aandrijfeenheden, in de tekening zijn bijvoor-30 beeld hydraulische cilinders aangegeven, naar keuze ten opzichte van een vast met het schip verbonden fundering kan worden bewogen of star daarmede geblokkeerd. In plaats van de hier getekende hydraulische aandrijf-eenheden is ook een willekeurige andere elektrische, pneumatische of mechanische aandrijfeenheid geschikt, voor zover deze blokkeerbaar is 35 uitgevoerd.

Wanneer dan de aandrijfelementen 115 worden geblokkeerd, vindt bij verandering van de roerstand een verdraaiing plaats van de roerschacht -8-10-5 8 9 4 « ψ - 5 - 21 "óen oozichte var. de torsiestaaf oG.

Warneer de aandrijfeenheid van de vin synchroon wordt bewogen —q—c'^t— van de hoofdroemacbme 9 beweegt de tcrsrestaaf So rich niet in de roersehacht. De vin en het hoofdroer rijn praktisch met 5 elkaar geblokkeerd.

De derde combinatiemogelijkheid is, dat het hoofdroer ongeveer in de midscheeps stand via de hoof brosmachine 15 wordt vastgehouden, en het schip alleen via de vinbedieningseenheid 115 niet de vin wordt gestuurd. De voerdelen van deze bedrijfswijze zijn reeds hiervoor onder 10 punt c) verduidelijkt.

8105894

Claims (5)

1. Roer voor -vaartuigen, welk roer bestaat uit een rond een vertikale hartlijn zwenkbaar hoofdroer, en uit een aan'het hoofdroer scharnierbare, door middel van een verstelinrichting rond een vertikale hartlijn zwenk-bare vin, die star met het hoofdroer kan worden gegrendeld, met het , 5 kenmerk, dat de grendelinrichting (50) is aangebracht in de scheepsromp.

2. Roer volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de verstelinrichting (itO) voor de vin (30) is aangebracht in het hoofdroer (20).

3. Roer volgens conclusie 1 en 2 met het kenmerk, dat de roerschacht (21) voor het hoofdroer (20) is uitgevoerd als holle as, waarin een tor- 10 siestaaf (60) is gelegerd, die aan de onderkant eindigt in het hoofdroer en aan de bovenkant via de roerpen (25) van de hoofdroerschacht naar buiten is geleid, en aan zijn bovenste einde een overschakelinrichting (100) bezit voor de grendelinrichting (50), welke omschakelinrichting' naar keuze in aangrijping kan worden gebracht met een vast aan het schip 15 aangebracht blokkeerdeel (70) of met een vast aan de roerpen aangebracht blokkeerdeel (170). k. Roer volgens conclusie 1 en 2 met het kenmerk, dat de roerschacht (21) voor het hoofdroer (20) is uitgevoerd als holle as, waarin een torsiestaaf (60) is gelegerd, die aan de onderkant eindigt in het hoofd-20 roer en aan de bovenkant via de roerpen (25) van de hoofdroerschacht naar buiten is geleid en aan zijn bovenste einde een grendelinrichting bezit, die bestaat uit een naar keuze in werking stellen of te blokkeren aandrijfeenheid.

5· Roer volgens conclusie 1, 2 en U met het kenmerk, dat de grendel-25 inrichting bestaat uit naar keuze in werking te stellen óf te blokkeren hydraulische cilinders.

6. Roer volgens conclusie 1-3, respectievelijk 1, 2 en ^ respectievelijk 1, 2, k en 5, met het kenmerk, dat de verstelinrichting (^O) in het hoofdroer (20) voor de vin (30) bestaat uit een aan het onderste 30 einde van de torsiestaaf (βθ) aangebrachte eerste escenter (6k), waarvan de as vast is verbonden met de draai-as van de vin (30). . .8.1.0 5-8 9 4 -.....