NL8001588A

NL8001588A - Aanhangwagenkoppeling voor voertuigen.

Info

Publication number: NL8001588A
Application number: NL8001588A
Authority: NL
Original assignee: Oris Metallbau Kg Riehle H
Priority date: 1980-01-11
Filing date: 1980-03-18
Publication date: 1981-08-03
Also published as: DK190480A; GB2067147B; DE3000824C2; DK148770C; GB2067147A; IT1127015B; FR2473428B1; FR2473428A1; BE884316A; DE3000824A1; IT8048273A0; CH644313A5; DK148770B

Description

- . V» **· v * -1- 21228/CV/jb . Aanvrager: Oris Metallbau KG Hans Riehle te Möglingen, Bondsrepubliek Duitsland.

Korte Aanduiding: Aanhangwagenkoppeling voor voertuigen.

^ De uitvinding heeft betrekking op een aanhangwagenkop peling voor voertuigen, in het bijzonder voor personenwagens, welke een in een dwarsdrager aangebracht naar beneden open huis en een met een koppe-lingskogel uitgeruste kogelhals omvat, welke in het huis in te zetten en losneembaar daarmede te vergrendélen is.

Met de uitvinding wordt beoogd een aanhangwagenkoppeling van deze soort zo uit te voeren, dat een vereenvoudigde vervaardiging met ruime toleranties mogelijk is, terwijl hoge krachten kunnen worden opgenomen en de aanhangwagenkoppeling ongevoelig is tegen vervuiling.

Verder wordt met de uitvinding beoogd al de delen,die jjj voor het inzetten van de kogelhals in het huis of voor het verwijderen van de kogelhals uit het huis noodzakelijk zijn, aan of in de kogelhals aan te brengen en deze delen zodanig uit te voeren, dat een onderhoud niet noodzakelijk is. .

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat het 2q huis tot op een bovenste geleidingsdeel ook naar achteren open is, in het onderste deel aan weerszijden vasthoudgroeven voor van de kogelhals zijdelings uitstekende tappen zijn aangebracht en aan de kogelhals een excentriekspanner is aangebracht waardoor een in de kogelbals aangebrachte stoter verend tegen het bovenste deel van het huis zodanig wordt ge-25 drukt, dat de tappen aan de kogelhals in de vasthoudgroeven vergrendeld zijn.

Door de uitvinding wordt enerzijds bereikt, dat zowel aan het huis als ook aan de kogelhals slechts weinige spanen afnemende bewerkingshandelingen noodzakelijk zijn. Eventuele vervuilingen kunnen 3q noch het inzetten noch het los maken van de kogelhals nadelig beïnvloeden.

De vergrendeling van de kogelhals in het huis is voor het opnemen van hoge belastingen geschikt en is verder gemakkelijk tot stand te brengen en los te maken.

Bij een gunstige uityoering van de aanhangwagenkoppeling 25 kan het bovenste geleidingsdeel een cylindrisch geleidingsvlak van geringe hoogte en het bovenste einde van de kogelhals kan een overeenkomstig kogelvormig vlak bezitten. Door deze maatregel wordt bereikt, dat een zwenken en verschuiving van de kogelhals bij het inzetten en los maken 800 1 5 88 -2- 21228/CV/jb . mogelijk is en desondanks een veilig vast houden van de kogelhals in het huis gewaargborgd is.

De vasthoudgroeven voor de tappen aan de kogelhals kun·; nen van het achterste einde van het huis uitgaande althans in hoofdzaak 5 horizontaal verlopen eh aansluitend naar onder afgebogen uitgevoerd zijn, zodat voor de tappen aan de kogelhals bij het inzetten en los maken een bajonetsluitingvormige geleiding wordt bereikt.

De excentriekspanner kan uit een in de kogelhals gelegerde met een handhefboom verbonden excentriek bestaan, welke op de plaats 10 van de grootste excentriciteit voor het uitschakelen van grotere wrijving een rol bezit. In de kogelhals kan een met het excentriek samenwerkende drukzuiger zijn aangebracht waaraan de stoter zich via een pakket schotel-veren afsteunt.Uide kogelhals kan verder een drukveer zijn aangebracht, welke de stoter met de drukzuiger in de richting van het excentriek 15 drukt.

Bijzonder voordelig kan het tegen het huis drukkende vrije einde van de stoter konisch.zijn uitgevoerd en in het huis kan een konische uitsparing zijn aangebracht, welke excentrisch ten opzichte van de stoter ligt, zodanig, dat via de stoter de kogelhals voor het uitscha-20 kelen van eventuele aanwezige speling in een richting naar het cylindrische geleidingsvlak wordt gedrukt.

Aan het excentriek kan een eindaanslag zijn aangebracht, welke tegen de drukzuiger aanligt, indien de kogelhals in het huis vergrendeld is.

25 De zwenkas van excentriek kan doelmatig naast de midden lange as door de stoter en de drukzuiger liggen, zodanig, dat bij vergrendelde kogelhals een draaimoment om de as van hét excentriek aanwezig is, dat door de eindaanslag wordt opgevangen. Daardoor wordt een zelfborging gewaarborgd.

30 Aan de kogelhals kan teslotte een door een veer belaste borgstift zijn aangebracht, welke bij met het huis vergrendelde kogelhals in een boring in het excentriek ingrijpt..

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

35 Figuur 1 toont een langsdoorsnede door het huis.

Figuur 2 toont een doorsnede door het huis gezien volgens de lijn II-II in figuur 1.

800 1 5 88 +r ί -3- 21228/CV/jb • Figuur 3 toont het in figuur 1 afgebeelde huis met in gezette kogelhals.

Figuur 4 toont een doorsnede over de kogelhals volgens de lijn IV-IV in figuur 3.

5 Onder een aan de achterzijde aangebrachte bumper van een personenwagen is, zoals afgebeeld in figuur 1, in een uit geperste plaat-delen bestaande dwarsdrager ‘1 een uit een smeedstuk of gietstuk bestaand huis 2 van een aanhangwagenkoppeling aangebracht, dat in de dwarsdrager 1 met schroeven is bevestigd. Het huis 2 is naar onderen en naar achteren toe over een belangrijk deel van zijn totale hoogte open. In het bovenste gesloten deel bevindt zich een cylindrisch geleidingsvlak 3 van geringe hoogte. In het onderste deel zijn, zoals in het bij zonder uit figuur 2 blijkt, aan weerszijden bajonetvormige vasthoudgroeven 4 aangebracht, die aan het achtereinde van het huis 1 eerst althans in 15 hoofdzaak horizontaal verlopen en dan naar beneden afbuigen.

Het huis 2 volgens figuur 1 en 2 dient,zoals weergegeven in figuur 3 voor de losmaakbare vergrendeling van een kogelhals 5 met niet weergegeven koppelingskogel. De kogelhals 5 is aan zijn bovenste vrije einde van het in het huis 2 ingezette deel uitgerust 20 met een kogelvormig vlak 6 ( waarvan de diameter overeenkomt met de diameter van het geleidingsvlak 3 in het huis 2 « Zijdelings van de kogelhals 5 steken tappen 7 uit, die ingrijpen in de vasthoudgroeven 4 in het huis 2 , Een vergrendeling van de kogelhals 5 in het huis 2 vindt plaats door een excentriekspanner 8 e Deze excentriekspanner 25 8 omvat een in de kogelhals 5 gelegerd, met een handhefboom 9 om een as 10 verzwenkbaar excentriek 11 / dat op de plaats van de grootste excentriciteit een rol 12 bezit. Bovendien is aan het excentriek 11 een eindaanslag 13 aangebracht. Op het excentriek 11 steunt zich een in de kogelhals 5 geleide drukzuiger 14 af, waarop zich op zijn beurt 30 via een pakket van schotelveren .15. een stoter 16 afsteunt. De stoter 16 en de drukzuiger 14 worden te samen met het pakket schotelveren 15 door een zich op de kogelhals 5 afsteunende drukveer 17 in de richting van het excentriek 11 gedrukt.

Het bovenste vrije einde van de stoter 16 , dat uit 35 de kogelhals steekt, is voorzien van een konisch aanzetstuk 18 , dat in een konische uitsparing 19 in het huis 2 ingrijpt. De uitsparing 800 1 5 88 t w -4- 21228/CV/jb 19 ligt excentrisch ten opzichte van stoter 16 zodat de kogelhals voor het uitschakelen van eventuele speling tussen het kogelvormige vlak 6 en het cylindrische geleidingsvlak 3 steeds in een richting wordt gedrukt.

5 De rol 12 aan het excentriek 11 ligt in de in figuur 3 weergegeven stand van de verschillende delen, waarin de kogelhals 5 in het huis 2 is vergrendeld, zijdelings versprongen ten opzichte van de as 10 van het excentriek 11 zodat onder de werking van de schotelveren 15 een draaimoment om de as 10 door de tegen de druk-10 zuiger 14 aanliggende eindaanslag 13 wordt opgevangen. Daardoor kan het excentriek 11 niet vanzelf in de ontgrendelde stand bewegen. Als aanvullende borging is een borgstift 20 aangebracht, welke, zoals weergegeven in figuur 4, op de kogelhals 5 gelegerd is en met behulp van druk van een veer 21 in een boring 22 op het excentriek 1] ingrijpt. 15 Voor het los maken van de vergrendeling van de kogelhals 5 met het huis 2 wordt bij getrokken borgstift 20 de handhefboom 9 in de richting van de pijl 23 verzwenkt, zodat bij meegezwenkt excentriek 1] de schotelveren 15 ontspannen worden en de drukveer 17 de stoter 16 met de drukzuiger 14 naar beneden drukken kan. In deze 20 stand van de excentriekspanner 8 kan de kogelhals 5 zover, in het huis 2 opgeheven worden en dan naar boven worden gezwenkt, dat zijn tappen 7 langs de vasthoudgroeven 4 uit het huis 2 bewegen. De kogelhals kan daarna schuin achter uit het huis uit getrokken worden.

Het inzetten en vergrendelen van de kogelhals vindt in 25 omgekeerde volgorde plaats.

-CONCLUSIES- 800 1 5 88

Claims

1. Aanhangwagenkoppeling voor voertuigen, in het bijzonder voor personenwagens, welke een in een dwarsdrager aangebrachte, naar be-neden open huis en een met een koppelingskogel uitgeruste kogelhals omvat, welke in het huis in te zetten en losneembaar met het huis vergrendelbaar is, met het kenmerk, dat het huis (2) tot op een bovenste geleidingsdeel ook naar achteren toe open is, in het onderste deel aan weerszijden vast-houdgroeven (4) voor van de kogelhals (5) zijdelings uitstekende tappen (7) zijn aangebracht en aan de kogelhals een excentriekspanner (8) is aangebracht waardoor een in de kogelhals aangebrachte stoter (6) verend tegen het bovenste deel van het huis zodanig wordt gedrukt, dat de tappen (7) aan de kogelhals in de vasthoudgroeven (4) zijn vergrendeld.

2. Koppeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ^ het bovenste geleidingsdeel een cylindrisch geleidingsvlak (3) van geringe hoogte en het bovenste einde van de kogelhals (5) een overeenkomstig kogelvormig vlak (6) bezit.

3. Koppeling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de vasthoudgroeven (4) voor de tappen (7) aan de kogelhals van het achtereinde /an het huis (2) uitgaande althans in hoofdzaak horizontaal 20 verlopen en aansluitend naar beneden afgebogen uitgevoerd zijn.

4. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de excentriekspanner (8) uit een in de kogelhals (5) gelegerd, met een handhefboom (9) verbonden excentriek (11) bestaat, dat op de plaats van de grootste excentriciteit een rol (12) bezit.

5. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de kogelhals (5) een met het excentriek (11) samenwerkende drukzuiger (14) is aangebracht, waarop zich de stoter (16) via een pakket schotelveren (15) afsteunt.

^ 6. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de kogelhals (5) een drukveer (17) is aangebracht, welke de stoter (16) met de drukzuiger (14) in de richting van het excentriek (11) drukt.

7. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, met ^ het kenmerk, dat het tegen het huis (2) drukkende vrije einde van de stoter (16) konisch uitgevoerd is en in het huis een konische uitsparing (19) is aangebracht, welke excentrisch ten opzichte van de stoter ligt, zodanig, dat via de stoter de kogelhals (5) in een richting wordt gedrukt. 800 1 5 88 -6- 21228/CV/jb

8. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan het excentriek (11) een eindaanslag (13) is aangebracht, welke tegen de drukzuiger (14) aanslaat.

9. Koppeling vólgens een der voorgaande conclusies, 5 met het kenmerk, dat de zwenkas (10) van het excentriek (11) naast de middenlangsae door de stoter (16) en de drukzuiger (14) ligt, zodanig, dat bij vergrendelde kogelhals een.draaimoment om de as (10) van het excentriek (ll) aanwezig is, dat door de eindaanslag (13) wordt opgevangen.

10. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, 10 met het kenmerk, dat aan de kogelhals een onder veerbelasting staande borg” stift (20) is aangebracht , welke bij met het huis vergrendelde kogelhals in een boring (22) in het excentriek (11) ingrijpt. 800 1 5 88