NL8000899A - Scharnierstelsel. - Google Patents

Description

'r'

Schamierstelsel

De uitvinding heeft betrekking op een schamierstelsel.

Volgens de uitvinding omvat een schamierstelsel een eerste en een tweede hol onderdeel, die een scharniermechanisme ansluiten, een bedieningselement, buiten de onderdelen, dat aan 5 het scharniermechanisme verbonden is voor het bewegen van het scharniermechanisme tussen een eerste toestand, waarin de holle onder- . delen niet ten opzichte van elkaar draaien kunnen, en een tweede toestand, waarin zij ten opzichte van elkaar cm het scharnier draaien kunnen.

10 Het schamiermechanisrne kan bestaan uit een schamierpen voor bevestiging aan het eerste onderdeel, en een montering voor de pen voor bevestiging aan het tweede onderdeel, waarbij het genoemde element bedienbaar is voor het axiaal bewegen van de pen in de montering tussen een eerste positie, waarin de pen niet ten opzichte 15 van de montering draaien kan, en een tweede positie, waarin de pen ten opzichte van de montering draaien kan.

Het element kan in schroefdraadaangrijping met de montering en met de schamierpen beweegbaar zijn.

De montering kan een legerbuis omvatten.

20 De draaiing van de pen ten opzichte van de montering kan in de eerste positie worden tegengegaan door aangrijping tussen samenwerkende oppervlakken qp de schamierpen en de montering.

In het geval dat het eerste en tweede onderdeel uit buis- · vormige onderdelen bestaan, kunnen de schamierpen en dè montering 25 respectievelijk voorzien zijn van gedeeltelijk buisvormige vormgevingen voor bevestiging in toegekeerde einden van de buisvormige delen.

De vorm-^gevingen kunnen evenwijdige gedeelten omvatten, die coaxiale openingen hebben, waarin de pen en de montering respec- 80 0 0 8 99 2 • * tievelijk bevestigd zijn.

De sairenwerkende oppervlakken kunnen op de vormgevingen gevormd zijn.

Het schamierstelsel kan gebruikt worden cm twee buisvormige 5 delen in een frame van een vouwbare fiets te verbinden en de uitvinding onvat een fietsframe, dat twee buisvormige delen omvat, die door een schamierstelsel zoals in het voorgaande omschreven verbonden zijn.

De uitvinding kan op verscheidene wijzen uitgevoerd worden 10 en drie bepaalde uitvoeringen zullen nu bij wijze van voorbeeld aan de hand van de tekeningen beschreven worden.

Fig. 1 is een zijaanzicht van een schamierstelsel in één toestand; fig. 2 is een zijaanzicht van het scharnier van fig. 1 in 15 een andere toestand; fig. 3 is een onderaanzicht van fig. 2; fig. 4 is een enigszins schematisch bovenaanzicht van fig. Γ in een verdere, gevouwen, toestand met een buishelft verwijderd cm inwendige details te laten zien; 20 fig. 5 is een doorsnede volgens A-A in fig. 3 met het scharnier in de toestand van fig. 1; fig. 6 is een met fig. 5 corresponderende afbeelding maar met het scharnier in de toestand van fig. 2; fig. 7 is een afbeelding overeenkomstig aan fig. 1 van een 25 ander scharnier; fig. 8 is een afbeelding overeenkomstig aan fig. 5 van het scharnier van fig. 7; fig. 9 is een afbeelding overeenkomstig aan fig. 6 van het scharnier van fig. 7; en 30 fig. 10 is een afbeelding overeenkomstig aan fig. 5 van een verder scharnier.

Bij beschouwing van fig. 1 t/m 6 wordt gezien dat een schamierstelsel er op berekend is cm twee delen 3, 4 van een buisvormig frame van een fiets te verbinden. De twee delen 3, 4 kunnen gevormd 35 zijn van een enkele lengtejbuis van cirkelronde doorsnede door door- 800 0 8 99 *- 3 & snijding in een vlak Z onder een hoek ten opzichte van de buis-hartlijn en loodrecht op twee evenwijdige sneden X.

Twee overeenkomstige voeringen 1,2 zijn dpor.Jassen c£ andere middelen respectievelijk bevestigd in de toegekeerde einden van 5 de buisdelen 3,4 en omvatten elk een gedeelte 12, in hoofdzaak evenwijdig aan het vlak Z en respectievelijk voorzien van een opening 12a en een opening 12b van grotere diameter dan de opening -12a.

De schamierpen 5 is in de opening 12a opgenomen en heeft aan 10 één einde een kop 5a van verbrede doorsnede gelast aan het gedeelte 12 van het deel 1. De schamierpen 5 strekt zich uit door een kraag 6 en legerbus die respectievelijk gelast zijn aan de gedeelten 12 van de delen 1,2. De schamierpen 5 strekt zich uit door een opening in de wand van de buis 4.

15 Het eindgedeelte van de bus 6a buiten de buis 4 is gevormd met uitwendige schroefdraad 14 die in aangrijping komt met inwendige schroefdraad 15 aan het ene einde van de moer 9 waarvan het andere einde verbreed is en voorzien is van uitwendige zaagvormige insnijdingen 9a cm aan een gebruiker een beter houvast 20 te verlenen.

De schamierpen 5 is aan het andere einde daarvan voorzien van een gedeelte 5c van verkleinde doorsnede, dat zich uitstrékt door een opening in de moer, en een verder buitenste verlengstuk 5b van verkleinde doorsnede is van inwendige schroefdraad voorzien 25 cm een moer 11 op te nemen, die zich in een uitsparing 11a in de moer 9 bevindt. Een schijfring 10 is aangebracht. De moer 11 houdt de moer 9 op de schamierpen 5, en laat het draaien van de moer 9 toe.

Een buisvormige kraag 8 is aan het buisdeel 4 bevestigd en 30 strekt zich over een deel van de schroefdraad 14 uit cm de toetreding van water tot de schroefdraad te voorkomen of tegen te gaan. De kraag 8 cravat een dwarsribbe 8a, die van een opening voorzien is om de legerbus 6a op te nemen.

De toegekeerde einden van de delen 6, 6a zijn er op berekend 35 cm samenwerkende klampen 20, 21 te vormen, die in de opgesloten 8000899 ί c 4 schamierpositie van fig. 1 en 5 relatieve draaiing van de buisdelen 3, 4 voorkorten.

Teneinde de schamierpen 5 en zodoende de buisdelen 3, 4 ten opzichte van elkaar te draaien, wordt de knop gedraaid cm 5 de schamierpen 5 axiaal te bewegen tot het buiteneinde van de bus 6a tegen de wand 22 in de moer 9 aanligt (fig. 6). Deze axiale beweging scheidt de klampen 20, 21 zodat de schamierpen 5 in de legerbus 6a gedraaid kan worden om de buisvormige delen naar de in fig. 4 weergegeven positie te brengen door een relatieve zwenk-10 beweging cm de hartlijn Y-Y van de schamierpen 5, die loodrecht op het vlak Z staat.

Dit schamierstelsel vindt in het bijzonder toepassing bij een fiets met een vouwbaar frame, waarvan de buizen 3,4 een deel zijn, en het zal opgemerkt worden dat wanneer het schamierstelsel 15 in het fietsframe opgencmen is het deelvlak Z in hoofdzaak horizontaal is en er geen delen zijn, die boven de buisdelen 3, 4 uitsteken, waarbij de kraag 8 en moer 9 omlaag steken.

Wanneer de. delen 3, 4 terug gebracht worden in uitgericht verband kunnen deze onderling opgesloten worden door omgekeerde 20 draaiing van de knop 9 cm de kraag 6 naar het busdeel 6a te bewegen en gedurende deze beweging verzekeren de samenwerkende oppervlakken 17 op de klampen, die schuin staan ten opzichte van de hartlijn van de pen 5, dat de buisdelen 3, 4 in axiaal uitgericht verband kernen te verkeren.

25 Bij de gewijzigde uitvoering, die in fig. 7 t/m 9 weergegeven is, is de schamierpen 25 aan het gedeelte 12 van het voeringinzet-stuk 1 gelast en is de legerbus 26 in de opening in het gedeelte 12 van de voering 2 gelast. Een gedeelte 25a van de pen 25 is van uitwendige schroefdraad voorzien en neemt een knop 27 op, die zich 30 bij 27a in de bus 26 uitstrekt. Een ringvormige uitwendige groef is in het verlengstuk 27a gevormd en neemt een pen 28 op, die axiale beweging van de knop 27 ten opzichte van de bus 26 tegengaat. Een moer 30 en schrijfring 29 voorkomen dat de knop 27 van het penver-lengstuk 25a af geschroefd wordt. Bij deze uitvoering is het deel-35 vlak Z tussen de buisdelen 3, 4 getrapt bij 40 cm toegékeerde schuin- 8000899 - t- * 5 staande oppervlakken 41, 42 overeenkomstig aan de oppervlakken 17 van fig. 6 te vormen.

Draaiing van de knop 27 in de bus 26 veroorzaakt axiale beweging van de pen 25 en wanneer deze voldoende bewogen is kan 5 het buisdeel 3 om de hartlijn van de schamierpen gedraaid worden.

Evenals bij de uitvoering van fig. 1 t/m 6 verzekeren de oppervlakken 41, 42 het axiaal uitgerichte verband van de buisdelen 3, 4 bij omgekeerde draaiing van de knop 27.

De uitvoering van fig. 10 is in hoofdzaak overeenkomstig.

10 De bus 26 is aan het onderste buisdeel 4 gelast. De buisdelen 3, 4 hebben respectievelijk daaraan inwendige platen 40, 41 gelast evenwijdig aan het deelvlak Z. De plaat 41 is ook aan de bus 26 gelast. Het binneneinde van de schamierpen 15 is aan de plaat 40 gelast. De tapeinden 42, 43 verlopen evenwijdig aan de pen 15 en 15 zijn respectievelijk aan toegekeerde oppervlakken van de platen 40, 41 gelast en strékken zich in openingen in de tegenovergelegen plaat uit zodat in de weergegeven positie de buis- of framedelen 3, 4 tegen draaiing geborgd zijn. Bij draaiing van de knop 27 beweegt de schamierpen 15 axiaal ten opzichte van de bus 26 tot de 20 tapeinden vrij zijn van de tegenovergelegen plaat waarop de buisdelen ten opzichte van elkaar cm de hartlijn van de schamierpen gedraaid kunnen worden. De buiteneinden van de tapeinden zijn schuin afgekant bij 44 cm behulpzaam te zijn bij het in uitgericht verband brengen van de buisdelen.

25 Het zal duidelijk zijn dat bij de beschreven uitvoeringen het schamierstelselrtechanisine zich binnen en geheel cmsloten bevindt door de frameonderdelen 3, 4 af gezien van een enkele uitstékende opsluitknop onder het onderste onderdeel.

Kort samengevat is in het voorgaande een schamierstelsel 30 beschreven, in het bijzonder voor verbinding van twee buisvormige frameonderdelen van een vouwbare fiets, waarbij een schamierpen 5 en kraag 6 bevestigd zijn aan een gedeeltelijk buisvormige ondersteuning 12, die in een buisvormig frameonderdeel 3 bevestigd is en draaibaar is in een legerbuis 6a, die bevestigd is aan een 35 overeenkomstige ondersteuning 12, die in het andere frameonderdeel 4 8000899

JL

6 bevestigd is. Een knop 9 is op de pen 5 geschroefd cm de pen axiaal te bewegen om de oppervlakken 17 op de kraag 6 en bus 6a te scheiden cm relatieve draaiing tussen de delen 3, 4 toe te laten. Het scharniermechanisme is omsloten door de onderdelen 3, 4 waarbij 5 alleen de bedienknop blootgesteld is.

4 80 0 0 8 99

Claims (13)

1. Schamierstelsel, bestaande uit een eerste en een tweede hol onderdeel, die een schamiermechanisme omsluiten, een bedienings-element, buiten de onderdelen, dat aan het schamiermechanisme verbonden is voor het bewegen van het schamiermechanisme tussen een 5 eerste toestand, waarin de holle onderdelen niet ten opzichte van elkaar draaien kunnen, en een tweede toestand, waarin zij ten opzichte van elkaar cm het scharnier draaien kunnen.

2. Schamierstelsel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het scharniermechanisitE bestaat uit een schamierpen voor bevestiging 10 aan het eerste onderdeel, en een montering voor de pen voor bevestiging . aan het tweede onderdeel, waarbij het genoemde element bedienbaar is voor het axiaal bewegen van de pen in de montering tussen eei eerste positie, waarin de pen niet ten opzichte van de montering draaien kan, en een tweede positie, waarin ten opzichte van de montering 15 draaien kan.

3. Schamierstelsel volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het element in schroefdraadaangrij ping met de montering is en met de schamierpen beweegbaar is.

4. Schamierstelsel volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het 20 element in schroefdraadaangrijping met de schamierpen is en axiale beweging daarvan met de schamierpen wordt tegengegaan.

5. Schamierstelsel volgens een der conclusies 2 t/m 4, gekenmerkt doordat de montering bestaat uit een legerhuls, die de schamierpen opneemt.

6. Schamierstelsel volgens een der conclusies 2 t/m 5, gekenmerkt doordat het schamiermechanisme in de eerste toestand' gehouden wordt door aangrijping tussen samenwerkende oppervlakken op de montering en op de schamierpen of een daaraan bevestigd deel.

7. Schamierstelsel volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat 30 platen aan de montering en de schamierpen bevestigd zijn, waarbij elke plaat een tapeind draagt, dat in een opening in de andere plaat op te nemen is in de eerste toestand.

8. Schamierstelsel volgens een der conclusies 2 t/m 7, gekenmerkt doordat de holle onderdelen buisvormig zijn en de schamierpen en de 80 0 0 8 99 V montering voorzien zijn van gedeeltelijk buisvormige vormgevingen voor bevestiging in toegekeerde einden van het buisvormige onderdeel.

9. Schamierstelsel volgens conclusie 8, gekenmerkt doordat de gedeeltelijk buisvormige vormgevingen identiek zijn afgezien van 5 tegenovergestelde openingen.

10. Schamierstelsel volgens conclusie 8 of 9, gekenmerkt doordat de vormgevingen evenwijdige gedeelten omvatten, die coaxiale openingen hebben, waarin de schamierpen en de montering respectievelijk opgenomen zijn.

11. Schamierstelsel volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat de samenwerkende oppervlakken qp de vormgevingen gevormd zijn.

12. Frame van een fiets of dergelijke, voorzien van twee buisvormige delen, die verbonden zijn door een schamierstelsel volgens een der voorgaande conclusies.

13. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekeningen. 30 0 0 8 99