NL7907517A - Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem. - Google Patents

Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem. Download PDF

Info

Publication number
NL7907517A
NL7907517A NL7907517A NL7907517A NL7907517A NL 7907517 A NL7907517 A NL 7907517A NL 7907517 A NL7907517 A NL 7907517A NL 7907517 A NL7907517 A NL 7907517A NL 7907517 A NL7907517 A NL 7907517A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
caisson
legs
guide tubes
roof
pipe
Prior art date
Application number
NL7907517A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Snam Progetti
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Snam Progetti filed Critical Snam Progetti
Publication of NL7907517A publication Critical patent/NL7907517A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/20Accessories therefor, e.g. floats, weights

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Supports For Pipes And Cables (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Load-Engaging Elements For Cranes (AREA)
  • Underground Or Underwater Handling Of Building Materials (AREA)

Description

-1« 7954^T/£e/cd
Aanvraagster: Snamprogetti S.p* A., te Milaan, I tall δ.
Xitel: Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem·
Door Aanvraagster worden als uitvinders genoemd: Alfredo BEHSI en Antonio S.0G3TQHX
De uitvinding heeft betrekking op een eenvoudige en econo·· mische instelbare inrichting, met kleine vertikale afmetingen, en die gemakkelijk geplaatst kan vorden door eenvoudige handelingen die kunnen worden uitgevoerd door duikers of een onderzeeboot, en waar-5 door het niet alleen mogelijk is om een pijp die los boven de zeebodem hangt te ondersteunen, maar waardoor het ook mogelijk is om de pijp te onderwerpen aan een bovenwaarts gerichte kracht om hem een bepaalde optimale geometrische configuratie te geven, ongeacht de afstand tussen de pijp en de zeebodem, en ongeacht de configuratie, 10 de helling of de aard van de zeebodem·
Sr zijn in deze techniek reeds verschillende typen bekend van een instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die hangt boven uithollingen in de diepe zeebodem. Sommige van deze bekende inrichtingen zijn niet alleen ingewikkelde en dus dure kon-15 strukties, maar ze vertonen het bezwaar dat ze vanaf het voorraad-schip op de te ondersteunen pijp moeten worden gebracht met behulp van aan de pijp bevestigde kabels·
De consequentie daarvan is dat voorraadschepen moeten worden gebruikt die op grote diepte kunnen worden verankerd en die dus 20 een zeer dure uitrusting vormen· Anderzijds wordt, omdat het voo*~ raadschip of werkschip met de pijp verbonden blijft door middel van de geleidingskabels, elke beweging van het schip op de-pijp overgebracht, met als gevolg een ernstig gevaar dat deze breekt. Deze bezwaren worden voorkomen bij andere bekende typen, zoals beschreven in aan-25 vraagster oudere Hed·octrooiaanvrage 78ΟΟ626, waarbij geen verbinding nodig is tussen de pijp en het werkschip zodat dus een niet verankerd werkschip kan worden gebruikt, dat dus een bijzonder economisch deel van de uitrusting is van waar af de inrichting een-vou-dig op de zeebodem omlaag gebracht kan worden en dan door een onder-50 zeeSr onder de te ondersteunen pijp kan worden getrokken· Deze laat- 79075 17 J* — 2 - r- ate bekende inrichtingen hebben echter nog verschillende besvaren, waarvan het eerste voortvloeit uit de aanzienlijke vertikale afmeting gen, die betekenen dat ze niet in alle gevallen gebruikt kunnen worden waarin de te ondersteunen pijp zich betrekkelijk dicht bij de 5 zeebodem bevindt* Bovendien is, omdat ze door een onderzeeër onder ds te ondersteunen pijp moeten worden getrokken, door de grote afmetingen en het grote onderstuk waarmee ze op de zeebodem rusten, het gebruik uiteraard beperkt tot het geval van een vlakke zeebodem zonder ruwheden, omdat een zeebodem die niet gelijkmatig is of die sterk *1° helt, zoals dikwijls op grote diepte het geval is, aanleiding geeft tot aanzienlijke problemen bij het slepen van de inrichting of dat zelfs onmogelijk maakt·
De uitvinding beoogt aan deze bezwaren tegemoet te komen en een instelbare inrichting te verschaffen waarmee een pijp kan worden Ï5 ondersteund boven een uitholling in een diepe zeebodem, ongeacht de afstand tussen de pijp en de zeebodem, en voor elke configuratie, helling of aard van die zeebodem*
Dit wordt bereikt met een inrichting die een eenvoudige konstruktie heeft en gemakkelijk kan worden geïnstalleerd, die kleine 20 vertikale afmetingen heeft en die gemakkelijk door een onderzeeër φ de te ondersteunen pijp kan worden gebracht inplaats van te worden gesleept*
Kenmerkend voor de inrichting volgens de uitvinding is dat de inrichting omvat een bovenbouw bestaande uit een drijvende caisson 25 met een in hoofdzaak vierkant grondvlak en dat aan de onderzijde in lengterichting voorzien is van een zadelvormige 'uitsparing voor de te ondersteunen pijp, en aan de twee zijden voorzien van twee grepen om de inrichting te kunnen vastgrijpen door middel van een onderzeeboot of met behulp van duikers, en op het dak voorzien van een ring voor 30 de draagkabel, waarbij aan de binnenzijde van de caisson in de nabijheid van de vier hoeken vier vertikale geleidingsbuizen zijn vastgelast die aan de onderzijde uit de caisson steken en waarin vier poten verplaatsbaar zijn ingestoken, die elk voorzien zijn van twee tegenover elkaar liggende wolfstandstangen, terwijl middelen aanwezig zijn 55 om de caisson losneembaar vast te zetten ten opzichte van de poten, 7907517 -3 - en. middelen om te voorkomen dat de caisson zich naar "beneden verplaatst naar zich wel bovenwaarts ten opzichte van de poten kan verplaatsen, en waarbij verder een onderstuk aanwezig is dat bestaat uit vier corresponderende vertikale geleidingsbuizen waarin de vier 3 poten verplaatsbaar zijn gestoken, welke buizen in lengterichting onderling vast zijn verbonden door twee horizontale verbindingsstukken en welke nabij hun ondereinden door middel van vertikale scharnieren vier draaibare dwarsetukken dragen die bovenaan voorzien zijn van halve zadels voor het ondersteunen van de te ondersteunen pijp, 10 en welke over 90° verdraaid kunnen worden vanuit een ruststand waarin de dwarsstukken zich in lengterichting bevinden, tot in een eind*» of werkstand waarin de dwarsstukken in dwarsrichting lopen en door paars-ge wij ze combinatie van de halve zadels met elkaar twee volledige zadels vormen voor het ondersteunen van de pijp, waarbij de draaiing 13 van de zwenkbare dwarsorganen begrensd wordt door schouderaanslagen die voorzien zijn van snapgrendels om de dwars organen in een stand te vergrendelen en die gedragen worden door de vertikale geleidingsbuizen, waarbij middelen aanwezig zijn om elke benedenwaartse verplaatsing te voorkomen maar niet bovenwaartse verplaatsing van het ondersta 20 dragende stuk ten opzichte van de poten, waarbij de twee stukken voorzien zijn van middelen om ze bovenwaarts te doen verplaatsen ten m opzichte van de poten*
Tolgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding worden, van de vier draaibare dwarsstukken voorzien zijn van halve zadels, 25 waarbij de twee die het eerst in hun werkstand moeten worden gedraaid elk worden gevormd door een G balk, waarvan de bovenste flens, waarop het halve zadel bevestigd is, een kleinere breedte heeft ten opzichte van het middelpunt van de balk in lengterichting, terwijl de andere twee dwarsstukken, die als tweede naar hun werkstand worden gedraaid, 30 elk bestaan uit een samengestelde dubbele L balk die zich in zijn werkstand bevindt in de holte van één van de C balken en die bovenaan voorzien is van het halve zadel op de plaats die ligt tegenover de flens met kleinere breedte van de C balk»
Sen verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is 33 gekenmerkt doordat de middelen voor het losneembaar vastzetten van de n.ai cqBTi -ten np-y.i -q-aw fia -o-an wilfg-fcftwriatangan voorziene poten mot- 7907517 * % r - 4 - den gevormd door vier pennen die gestoken zijn in de tanden van vier corresponderende tandstangen aan de poten, welke pennen haaks vaststaan ten opzichte van vier hefbomen die loodrecht aangebracht zijn ten opzichte van de tandstaagea en aan één einde scharnierend ten op·» 5 zich te van het dak van de drijvende caisson en aan het andere einde ten opzichte van een centrale bedieningsstang die loodrecht ten op··* zichte van de hefbomen verplaatsbaar is bevestigd ten opzichte van het dak van de caisson, welke stang in de richting van de tandstaagea wordt gehouden, zodat dus de pennen in de tanden van de stangen ge-10 stoken blijven, door een haakorgaan dat scharnierend is aan het dak van de caisson en waarvan de haak in een vertik als boring steekt aan het einde van de centrale bedieniagsstang om een veer samen te druk~-ken die werkzaam is tussen de stang en een blok dat vast verbonden is met het dak van de caisson· 15 Het zal onmiddellijk duidelijk zijn dat, om de drijvende caisson vrij te maken van de poten, slechts het haakorgaan naar boven behoeft te worden gedraaid· In dit opzicht wordt daarbij de centrale bedieningsstang vrijgemaakt en door de werking van de veer verplaatst in tegengestelde richting naar de stangen, cm zo de hefbomen te draai* 20 en teneinde gelijktijdig de pennen vrij te laten komen uit de tanden van de tandstangen van de poten*
Een verdere voorkeursuitvoering van de uitvinding is gekenmerkt doordat de middelen die benedenwaartse verplaatsing van de drij·* vende caisson en de onderste stéunkonstruktie voorkomen doch boven-25 waartse verplaatsing ten opzichte van de bodem toestaan, worden ge-voxmd door pennen die gedragen worden in huizen die bevestigd zijn aan de vertikale geleidingsbuizen zowel van de drijvende caisson als van het onderstuk tegenover alle wolfstandstangen van de poten, en door veren verend in de tanden van de stangen gehouden worden doordat 30 ze lopen door eorresponderende boringen in de vertikale geleidings-buizen·
Yerder is een gunstige uitvoeringsvorm van de uitvinding gekenmerkt doordat de middelen om de twee stukken van de konstruktie naar boven te verplaatsen ten opzichte van de poten worden gevormd 35 door twee dubbelwerkende hydraulische vijzels die respektievelijk 790 75 17 * τ.
- 5 - scharnierend zijn tassen de twee horizontale dwarss tukken die de geleidingsbuizen van het onderste stuk in lengterichting verbinden» en twee daarboven liggende horizontale dwarsstukken die in lengterich» ting vastgelast zijn aan de geleidingsbuizen van het bovenste stuk* 5 (Tenslotte zijn, om de mogelijkheid te geven het bovenstuk compleet met de vijzels op te halen om nadien opnieuw te worden ge» bruikt, volgens een verdere voorkeur suitvoe rings vorm van de uitvinding de dubbelwerkende hydraulische vijzels scharnierend zijn ten opzichte van de twee horizontale dwarsstukken die de geleidingsbuizen van 10 het onderste stuk van de konstruktie onderling verbinden, door middel van een losneembaar systeem*
Se uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening van een uitvoeringsvoorbeeld*
Fig. 1 is een aanzicht van de onderateuningsinrichting volgens 15 de uitvinding in lengterichting*
Fig. 2 is een aanzicht van de inrichting van fig* 1 in dwars· > richting* EJge 3 toont op grotere schaal in doorsnede een detail van de inrichting, meer in het bijzonder 4ên van de pallen voor het vergren» 20 delen van de bovenwaartse verplaatsing van de drijvende caisson en het onderstuk ten opzichte van de poten.
Fig. 4 is een bovenaanzicht van de inrichting van fig. 1*
Fig. 5 toont een detail uit fig* 4 °P grotere schaal.
Fig, 6 is een doorsnede volgens de lijn y»y in fig* 2.
23 Fig* 7 is een doorsnede door de draaibare dwarsstukken die zijn voorzien van halve zadels, genomen op de lijn A-A in fig. 6*
Fig. 8 is een doorsnede door de draaibare dwarsstukken voor» zien van halve zadels genomen volgens de lijn 2-3 in fig. 6«
In de tekening is door 1 een onder water liggende pijp aan ge -30 duid die hangt boven een verlaagd gedeelte 2 in de zeebodem en met de inrichting volgens de uitvinding moet worden ondersteund* Deze inrichting omvat een bovenstuk 3 en een onderste steunkonstruktie 4 die los zijn van elkaar* Set bovenstuk 3 wordt gevormd door een drijvend caisson 5 met een in hoofdzaak vierkant grondvlak, waaraan vier vertikale 35 geleidingsbuizen 6, 7» 8 resp. 9 inwendig in de buurt van de vier hoe- 7907517 , - 6 - ken zijn vast ge last; ze komen onderuit de caisson om onderaan te eindigen in onderflenzen 10« In deze vier vertikale geleidingsbuizen zijn vier stempeten 11, 12, 13 resp* 14 gestoken, zodat ze vertikaal be-- weegbaar zijn maar niet kunnen draaien; ze zijn elk voorzien van twee 5 tegenover elkaar liggende tandstangen 15 en 16, met wolf standen, welke stangen onderaan eindigen in een sterns tuk 17 waarvan de punt in de zeebodem 3 ie gestoken· Se caisson 5 ie aan de onderkant voorzien van een in lengterichting lopende, centrale, zadelvormige indrukking 18 waarin de te ondersteunen pijp 1 past, terwijl hij aan de twee 10 zijden voorzien is van grepen 19 en 20 voor een onderzeeboot, en aan de bovenzijde of op het dak van een ring 21 voor een draagkabel. Bovenop het dak van de caisson 3 is een mechanisme aangebracht om de bovenbouw 3 van de inrichting losneembaar te vergrendelen ten opzichte van de stempeten 11-14* Dit mechanisme wordt gevormd (zie in het 15 bijzonder fig· 4) door vijf pinnen 22 die in de tanden van de tsnd-stang 6 aan de poten 11-14 steken· Se ze pinnen staan haaks vast ten opzichte van vier hefbomen 23 die loodrecht op de tandstangen 16 zijn aangebracht en met hm einden 24 scharnierend zijn aan het dak van de caisson 5, terwijl de andere einden voorzien zijn van een lang-20 werpig oog 25; in elk,van deze ogen is een pin 26 gestoken van een enkele centrale bedieningsstang 27 die loodrecht ten opzichte van de hefbomen 23 beweegbaar aangebracht is op het dak van de caisson 5 door middel van aan het dak bevestigde geleiders 28· Deze stang 27 staat onder een werking van een veer 29 die tussen de stang en 44n 25 van de geleiders 28 werkzaam is in de zin dat hij hem naar rechts drukt (gezien in fig* 4)» . en dus de pennen 22 uit. de tanden van de tandstangen 16 terugtrekt, maar naar links wordt gehouden, d*w„z« in de richting van de tandstangen 16, waardoor dus de veer 29 wordt samengedrukt en de pennen 22 in de tanden van de tandstangen 16 ge-30 houden worden, door een haakorgaan 30 dat bij 31 scharnierend is aan het dak van de caisson 5 (zie in het bijzonder fig*5) en waarvan de haak 32 gestoken is in een vertikale boring 33 aan het einde van de stang 27* Om de bovenbouw 3 van de inrichting los te maken van de dragende poten 11-14 behoeft men dus slechts het haakorgaan 30 vrij 35 te maken ten opzichte van de stang 27 door bovenwaartse zwenking er--yn-n-,......φοηοΐ 9++a , ι’,ρ fla. ...va.n ri a i rrH ah ting voorzien van aan- 1 7907517 -7 - slagen waardoor wordt voorkomen dat hij naar "beneden glijdt, maar die niet voorkomen dat hij naar hoven verplaatsbaar is ten opzichte van de poten 11-14$ deze aanslagen worden gevormd door acht pennen 24 (zdJ speciaal fige 5) die gedragen worden in acht huizen 35 die bevestigd 5 zijn aan de vertikale geleidingsbuizen 6-9 tegenover alle wolfstand-stangen 15,16 van· de poten 11-14, en door veren 36 verend in ingrij-ping gehouden worden met de wolfs tanden in de tands tangen, daarbij gaande door corresponderende boringen 37 lm de geleidingsbuizen 6-9»
Op deze manier wordt de benedenwaartse verplaatsing van de 10 geleidingsbuizen, en dus van de gehele bovenbouw 3 van de inrichting, ten opzichte van de poten voorkomen door het feit dat de pennen 34 aanliggen tegen de horizontale kant van de tanden van de stangen 15»1 > (zie fig0 3)» terwijl bovenwaartse verplaatsing toegestaan wordt door·-dat de pennen 34» door indrukking van hun veren 36, zich kunnen ver-15 plaatsen langs de schuine zijde van de tanden.
Het ondastuk4van de inrichting wordt- gevormd door vier vertikale geleidingsbuizen 38» 39» 40, 41» die bovenaan voorzien zijn vai schouderflenzen 42, en zo geplaatst dat ze corresponderen met de geleidingsbuizen 6-9 van het bovenstuk 3» waarin de vier poten 11-14 20 vertikaal verplaatsbaar doch niet draaibaar zijn. De geleidingsbuizen 38-41 zijn in lengterichting onderling stevig verbonden door twee horizontale verbindingsstukken 43 en 44» waardoor de geleidingsbuis 38 wordt verbonden met de buis 41» en de buis 39 met de buis 40$ de buizen dragen nabij hun ondereinden door middel van vertikale schar-25 nieren 45» 46» 47 en 48 vier draaibare dwarsstukken 49» 50, 51 resp.
52, die bovenaan voorzien zijn van half zadelvormige delen 53 om de te ondersteunen pijp 1 te dragen. Deze draaibare dwarsstukken 49**52 kunnen over 90° worden verdraaid vanuit een ruststand waarin ze in lengterichting lopen, d«w0z. evenwijdig aan de verbindingsstukken 43 30 en 44 (de dwarsstukken zijn in de ruststand in fig. 6 getekend met gebroken lijnen en aangeduid door corresponderende cijfers voorzien van accent, met uitzondering van het dwarsstuk 49r dat getekend is in een tussenstand tijdens zijn draaiing), tot- in een eindstand of een werkstand (met getrokken lijnen getekend in fig0 6) waarin de dwars-35 stukken in breedterichting zijn geplaatst, met het halve zadel van 790 75 17 —a - ï · het dwarss tak 49 gekoppeld met dat van het dwarsstuk 50» en het halve zadel van het dwarsstuk 51 gekoppeld met dat van het dwarsstuk 52, om aldus twee volledige zadels te vormen voor het ondersteunen van de pijp 1.
5 De draaiing van de zwenkbare dwarsstukken 49-52 wordt inde ruststand begrensd door normale schouderaanslagen 34 voorzien van een snapsysteem om de dwarsstukken in die stand vast te houden, en in de werkstand door soortgelijke schouderaanslagen 55» waarbij alle aanslagen 54» 55 gedragen worden door flenzen 56 die bevestigd zijn aan de 10 geleidingsbuizen 38-41 · De twee dwarsstukken 49 en 51» het eerste naar hun werkstand worden gezwenkt, worden elk gevormd door een C profiel (zie fig, 6, en speciaal fig. ^ en 8), waarvan de bovenflens, bijvoorbeeld 51a» waarop het halve zadel 55 bevestigd is, een kleinere breedte heeft vanuit het middelpunt van de lengte van de balk om het 15 mogelijk te maken dat het halve zadel 55 van 4a twee andere draaibare dwarsstukken 50 en 52 naar boven komt, welke laatste elk worden gevormd door een samengestelde dubbele L balk die zich, in zijn werkstand, bevindt in de holte van de corresponderende G balk, Eet onderstuk 4 van de inrichting is o*ok voorzien van aanslagen 57» cLie voorko -20 men dat het vertikaal naar beneden glijdt, maar die geen beletsel zijn tegen de bovenwaartse verplaatsing ten opzichte van de poten 11 tot 14; deze aanslagen zijn geheel soortgelijk aan die welke zijn beschreven voor het bovenstuk 3·
Tenslotte worden het bovenstuk 3 het onderstuk 4 van de 25 inrichting onderling verbonden door twee dubbelwerkende hydraulische vijzels 58 die vertikaal staan en die respektievelijk onderaan schar- nierend zijn aan de horizontale verbindingsstukken 45 ®u 44 van het onderstuk 4 door middel van een losneembaar systeem 59 van bekend type, en bovenaan aan twee horizontale dwarsstukken 60 (waarvan er in 50 fig, 1 slechts έέη zichtbaar is doordat het andere erachter ligt) welke boven de eerstgenoemde liggen en respektievelijk vastgelast aijn aan de geleidingsbuizen 6,9 en 7,8 van het bovenstuk 3· De vijzels 58 worden parallel gevoed en bediend door middel van twee verbindings* · organen die aangebracht zijn op de drijvende caisson 5 en die niet in 35 de tekening zijn weergegeven, en waarin de buigzame voedingsslangen 790 75 17 - 9 - uit een onderzeeboot worden ingestoken·
Se installatie en de wijze van werken van de inrichting zullen duidelijk zijn. Se inrichting wordt gereed gemaakt op het voorraadschip door de poten 11-14 met geschikte lengte van bovenaf 5 in de geleidingsbuizen 6-9 van het bovenstuk 3 te steken, en in de corresponderende geleidingsbuizen 38-41 van het onderstuk 4» clan de twee stukken van de inrichting vast te zetten ten opzichte van de potan door de haak 32 van het haak orgaan 30 in te steken in de vertikale boring 33 in liet dwarsstuk 27, vervolgens de onderstukken 17 te be-10 vestigen aan de ondereinden van de poten, daarna de draaibare dwars-stukken 49-52 in lengterichting vast te zetten in hun ruststand en de drijf eigenschappen van de caisson 3 zodanig in te stellen dat de inrichting een geschikt schijnbaar gewicht in water overhoudt· San wordt de inrichting omlaag gebracht naar de zeebodem 2 door middel 15 van een geschikte kabel die aan de ring 21 wordt gehaakt· Seze draag-kabel wordt dan losgemaakt en de inrichting wordt overgenomen door een onderzeeboot die met zijn schamierarmen de twee grepen 19 en 20 beetpakt, dan wordt hij zodanig op de te ondersteunen pijp 1 gezet dat deze laatste door de zadelvormige uitsparing 18 in de caisson 20 loopt. Op dit punt worden de draaibare dwarsstukken 49-52 naar hun werkstand gebracht, waarin ze automatisch worden .vergrendeld, door ze in de volgorde 49» 51» 50, 52 te draaien door middel van een gelede arm van de onderzeeër, en dan wordt het haakorgaan 30 teruggetrokken door het naar boven te draaien door middel van een gelede arm van de 25 onderzeeër om de poten 11-14 vrij te maken, die dus door hun eigen gewicht naar beneden vallen en ingebed worden in de zeebodem 2·
San worden de buigzame voedingsslangen uit de onderzeeër verbonden met de voedingsaansluitingen voor de twee hydraulische vijznls 38, die dan gelijktijdig worden bediend, allereerst in de zin van op-30 heffing van de bovenbouw 3 door het uitoefenen van een kracht op het onderstuk 4» dat vast blijft staan tezamen met de pijp 1, doordat benedenwaartse beweging wordt voorkomen door de aanslagen 37» daarna in de richting dat op het onderstuk 4» en dus de pijp, kracht wordt uitgeoefend door het uitoefenen van kracht op het bovenstuk 3» waar-33 van benedenwaartse verplaatsing voorkomen wordt door de aanslagen 35* 790 75 17 i _ 10_
Deze afwisselende bovenwaartse beweging van de twee konstrukties 3 en 4 wordt herhaald totdat de pijp 1 volmaakt wordt ondersteund door het onderstuk 4> of in de benodigde mate wordt opgetild om aan de pijp de vastgestelde optimale geometrische configuratie te geven* 5 tenslotte wordt, na het ontkoppelen van de slangen uit de aansluitingen en het openen van de systemen 59 waarmee de hydraulische vijzels scharnierend aan de dwars stukken 43 en 44 van de onderbouw zijn verbonden, wordt de bovenbouw 3 compleet met de vijzels opgehaald naar het voorraadschip door het ophalen van de poten met behulp van een 10 draagkabel die aan de ring 21 wordt gehaakt*
Binnen het kader van de uitvinding kunnen wijzigen in de inrichting worden aangebracht· Zo kan men, inplaats van dubbelwerkenc.e hydraulische vijzels voor het opheffen van de twee stukken van de inrichting, tandwielen gebruiken die de tandstangen aan de poten gri- -15 pen en die door elektrische of hydraulische motoren worden verdraaid, of een eenvoudige lift die onder de pijp werkzaam is en op de zeebodem rust· Deze toepassingen geven geen aanleiding tot moeilijkheden en vereisen slechts geringe aanpassingen die voor de wiskundigen op • dit gebied duidelijk zullen zijn* «Conclusies- 7907517

Claims (3)

  1. 3· Inrichting volgens conclusie 1, m e t het ken* merk, dat de middelen voor het losneembaar vastzetten van de caisson -ten opzichte van de van wolfs tands tangen voorziene poten worden ge* vormd door vier pennen die gestoken zijn in de tanden van vier 23 corresponderende tands tangen aan de poten, welke pennen haaks vast* staanden opzichte van vier hefbomen die loodrecht aangebracht zijn ten opzichte van de tands tangen en aan één einde scharnierend ten op» zichte van het- dak van de drijvende caisson en aan het andere einde ten opzichte van een centrale .bedieningsstang die loodrecht ten op* 30 zichte van de hefbomen verplaatsbaar is bevestigd ten opzichte van het dak van de caisson, welke stang in de richting van de tandstangen wozdt gehouden, zodat dus de pennen in de tanden van de stangen gestoken blijven, door een haakorgaan dat scharnierend is aan het dak van de caisson en waarvan de haak in een vertikale boring steekt aan het 35 "einde van de centrale bedieningsstang om een veer samen te drukken 7907517 - 15- die werkzaam is tussen de stang en een blok dat vast verbonden is mei het dak van de eaissone
  2. 4· Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen die benedenwaartse verplaatsing 5 van de drijvende caisson en de onderste steunkonstroktie voorkomen doch bovenwaartse verplaatsing ten opzichte van de bodem toestaan, worden gevormd door pennen die gedragen worden in huizen die beves-tigd zijn aan de vertikale geleidingsbuizen zowel van de drijvende caisson als van het onderstuk tegenover alle wolfstandstangen van de 10 poten, en door veren verend in de tanden van de stangen gehouden wor* den doordat ze lopen door corresponderende boringen in de vertikale geleidingsbuizen· 5o Inrichting volgens έέη der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen om de twee stukken van de kon» 15 struktie naar boven te verplaatsen ten opzichte van de poten worden gevormd door twee dubbelwerkende hydraulische vijzels die respektieve-lijk scharnierend zijn tussen de twee horizontale dwarsstukken die de geleidingsbuizen van het onderste stuk in lengterichting verbinden, en twee daarboven liggende horizontale dwarsstukken die in lengte·-20 richting vastgelast zijn aan de geleidingsbuizen van het bovenste stuk.
  3. 6. Inrichting volgens conclusie 3, α e t het kenmerk, dat de dubbelwerkende hydraulische vijzels scharnierend zijn ten opzichte van de twee horizontale dwarsstukken die de geleidings-25 buizen van het onderste stuk van de konstruktie onderling verbinden, door middel van^Losneembaar systeem· 7907517
NL7907517A 1978-10-17 1979-10-10 Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem. NL7907517A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
IT2882478 1978-10-17
IT28824/78A IT1099960B (it) 1978-10-17 1978-10-17 Apparecchiatura regolabile per il supporto di una tubazione posata in alti fondali in corrispondenza di un avvalgimento del fondo marino

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7907517A true NL7907517A (nl) 1980-04-21

Family

ID=11224261

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7907517A NL7907517A (nl) 1978-10-17 1979-10-10 Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem.

Country Status (21)

Country Link
US (1) US4252466A (nl)
JP (1) JPS5560780A (nl)
AR (1) AR217012A1 (nl)
AU (1) AU524454B2 (nl)
BE (1) BE879437A (nl)
BR (1) BR7907211A (nl)
CA (1) CA1106194A (nl)
DE (1) DE2942044C2 (nl)
DK (1) DK145125C (nl)
ES (1) ES485084A1 (nl)
FI (1) FI793059A (nl)
FR (1) FR2439351A1 (nl)
GB (1) GB2032572B (nl)
IT (1) IT1099960B (nl)
MA (1) MA18616A1 (nl)
NL (1) NL7907517A (nl)
NO (1) NO793321L (nl)
OA (1) OA06360A (nl)
PT (1) PT70325A (nl)
SE (1) SE7908531L (nl)
TR (1) TR20637A (nl)

Families Citing this family (41)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2472129A1 (fr) * 1979-12-21 1981-06-26 Framatome Sa Dispositif de maintien d'une tuyauterie
IT1209307B (it) * 1980-02-19 1989-07-16 Rognoni Antonio Supporto regolabile per tubazioni sottomarine distanti dal fondo.
IT1209306B (it) * 1980-02-19 1989-07-16 Rognoni Antonio Supporto regolabile per tubazioni sottomarine a piccola distanza dal fondo.
IT1150488B (it) * 1982-03-19 1986-12-10 Snam Spa Apparecchiatura regolabile per il supporto di una tubazione sottomarina posta in alti fondali in corrispondenza di un avvallamento del fondo marino
US4718459A (en) * 1986-02-13 1988-01-12 Exxon Production Research Company Underwater cryogenic pipeline system
US5052857A (en) * 1990-01-16 1991-10-01 Parks James M Placement of foraminous piping in non-cohesive subsoils
US5263796A (en) * 1991-07-10 1993-11-23 Canadian Rubber & Steel Ltd. Self-closing clamping apparatus
US5290127A (en) * 1992-02-05 1994-03-01 Intec Engineering, Inc. Subsea conduit support apparatus and method
US5242247A (en) * 1992-04-03 1993-09-07 Murphy John H Apparatus for laying pipe
IT1260785B (it) * 1992-10-07 1996-04-22 Supporto per condotte sottomarine in campata
US5458439A (en) * 1993-04-29 1995-10-17 Sonsub International Management Inc. Pipe attachment and receiving assembly
US5518340A (en) * 1993-04-29 1996-05-21 Sonsub International Management, Inc. Pipe support frame
US5425599A (en) * 1993-04-29 1995-06-20 Sonsub International Management, Inc. Method for repairing a submerged pipeline
US5785457A (en) * 1995-11-27 1998-07-28 Horner & Shifrin, Inc. Pipe placement and support system
DE29619490U1 (de) * 1996-01-23 1997-01-02 Geberit Technik Ag Gestell, insbesondere zur Befestigung von Sanitärapparaten
GB9806428D0 (en) * 1998-03-26 1998-05-20 Ultraframe Uk Ltd Connecting device
GB2341409B (en) * 1998-09-08 2000-11-01 John Stephen Baross Mechanical pipeline span prop with suction anchor foundation
US6719053B2 (en) 2001-04-30 2004-04-13 Bj Services Company Ester/monoester copolymer compositions and methods of preparing and using same
US7377472B2 (en) * 2002-12-16 2008-05-27 Securus, Inc. Pipe and cable holder
US6817808B1 (en) * 2003-05-20 2004-11-16 Mentor Subsea Technology Services, Inc. Rotatable pipeline end termination
KR100640010B1 (ko) 2005-09-09 2006-11-01 (주)원건축사사무소 콘크리트 타설 압송관 지지장치
US8011856B2 (en) * 2007-08-10 2011-09-06 Mendel Nock Constant thrust restraint of pipeline walking
KR100889777B1 (ko) 2008-07-08 2009-03-19 주식회사 한국종합기술 하수매설관의 설치 높낮이 조절장치
CN101825198A (zh) * 2010-04-14 2010-09-08 天津俊昊海洋工程有限公司 用于海底管道铺设的可调式管道斜面支撑装置
US20120263541A1 (en) * 2011-04-15 2012-10-18 Per Lillejordet Subsea structure for pipe assemblies
US8944724B2 (en) * 2012-10-01 2015-02-03 Oceaneering International, Inc. Gravity driven pile tower based device for pipeline lifting and support and method of use
US20140166824A1 (en) * 2012-12-17 2014-06-19 Concrete Alternatives & More, Inc. Adjustable Support
US20150247591A1 (en) * 2015-05-14 2015-09-03 Caterpillar Inc. System for retaining mulitple hoses
CN104976425A (zh) * 2015-07-12 2015-10-14 成都科盛石油科技有限公司 一种石油管道夹持装置的改进结构
CN105042192A (zh) * 2015-07-12 2015-11-11 成都科盛石油科技有限公司 避免石油管道偏移的固定装置改进结构
CN105003745B (zh) * 2015-07-12 2017-07-04 谢坚志 基于提高使用范围的石油管道固定架的改进结构
CN104989877A (zh) * 2015-07-12 2015-10-21 成都科盛石油科技有限公司 用于石油运输过程的固定装置
CN104989878A (zh) * 2015-07-12 2015-10-21 成都科盛石油科技有限公司 便于更换限位板的石油管道固定架
US9605773B1 (en) 2015-12-28 2017-03-28 Hunter Highway, Inc. Adjustable pipe support system
CN105972378A (zh) * 2016-06-26 2016-09-28 杨越 无人船载管线维修用连接和接收组件
US10408375B2 (en) * 2017-11-28 2019-09-10 Michael A. Trout Buried pipe lifting device and method
US10584460B1 (en) * 2019-02-12 2020-03-10 TorcSill Foundations, LLC Underwater anchoring assembly and methods
CN111022767B (zh) * 2019-12-18 2022-03-04 中国化学工程第四建设有限公司 道路施工用管道固定装置
USD1002340S1 (en) 2020-06-26 2023-10-24 DC Invents, LLC Bracket insert
CN111941307A (zh) * 2020-07-08 2020-11-17 五冶集团上海有限公司 一种燃气管道施工用对接固定器
CN114001200A (zh) * 2021-10-29 2022-02-01 赵楠 一种海洋工程海底管道架设装置

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3523667A (en) * 1968-02-07 1970-08-11 Continental Oil Co Conduit spacer
US3903704A (en) * 1973-01-09 1975-09-09 Viktor Vasilievich Spiridonov Pipeline anchoring arrangement
GB1488480A (en) * 1974-11-18 1977-10-12 Sea & Land Pipelines Supporting pipe-lines
US4140292A (en) * 1976-05-20 1979-02-20 Exxon Production Research Company Aboveground anchor support assembly for a pipeline
IT1072884B (it) * 1976-10-29 1985-04-13 Saipem Spa Apparecchiatura per il supporto di tubazioni sospese su avvallamenti del fondo del mare,particolarmente adatta per alti fondali,e relativo metodo di messa in opera
US4147455A (en) * 1977-01-18 1979-04-03 Snamprogetti S.P.A. Adjustable apparatus for supporting a pipeline laid on deep waters and for impressing thereto a preselected geometrical configuration
IT1078683B (it) * 1977-01-18 1985-05-08 Snam Progetti Apparecchiatura regolabile per supportare e far assumere una predeterminata configurazione geometrica ad una tubazione posata in alti fondali in corrispondenza di accidentalia' del fondo del mare
IT1097789B (it) * 1978-07-28 1985-08-31 Saipem Spa Apparecchiatura per il supporto di tubazioni sospese su avvallamenti situati anche alle grandi profondita' del mare e metodo per l'installazione di essa

Also Published As

Publication number Publication date
BE879437A (fr) 1980-04-16
DK434879A (da) 1980-04-18
BR7907211A (pt) 1980-06-17
MA18616A1 (fr) 1980-07-01
TR20637A (tr) 1982-03-16
AR217012A1 (es) 1980-02-15
FI793059A (fi) 1980-04-18
CA1106194A (en) 1981-08-04
SE7908531L (sv) 1980-04-18
IT1099960B (it) 1985-09-28
ES485084A1 (es) 1980-04-16
DK145125C (da) 1983-02-07
GB2032572B (en) 1982-11-10
OA06360A (fr) 1981-06-30
NO793321L (no) 1980-04-18
DE2942044A1 (de) 1980-04-24
AU5174679A (en) 1980-04-24
IT7828824A0 (it) 1978-10-17
FR2439351A1 (fr) 1980-05-16
US4252466A (en) 1981-02-24
GB2032572A (en) 1980-05-08
PT70325A (en) 1979-11-01
DK145125B (da) 1982-09-06
DE2942044C2 (de) 1982-01-21
JPS5560780A (en) 1980-05-08
AU524454B2 (en) 1982-09-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7907517A (nl) Instelbare inrichting voor het ondersteunen van een pijp die op de zeebodem is gelegd boven een uitholling in die bodem.
NL8402545A (nl) Werkwijze en inrichting voor het installeren van een flexibele leiding tussen een platform en een onderwater gelegen boei.
US5800093A (en) Method and apparatus for the offshore installation of multi-ton packages such as deck packages, jackets, and sunken vessels
US6039506A (en) Method and apparatus for the offshore installation of multi-ton packages such as deck packages and jackets
US6149350A (en) Method and apparatus for the offshore installation of multi-ton packages such as deck packages and jackets
KR100316291B1 (ko) 수중 하강장치
GB1562613A (en) Cranes
US5975807A (en) Method and apparatus for the offshore installation of multi-ton packages such as deck packages and jackets
CA1220191A (en) Offshore load-handling system
FI63458B (fi) Foerfarande och anordning foer att uppbaera en ned pao bottnenav ett djupt vatten saenkt roerledning
NL192785C (nl) Inrichting voor het verwijderen van een onderdeel uit, of het aanbrengen van een onderdeel op, een onder water geplaatste pijpleiding.
US8646390B2 (en) Device for the use of technical equipment underwater
JP2002540329A (ja) 複数のライザー又はテンドンの取付方法及びこの方法を実行する船
JPH0119010B2 (nl)
ITFI20090276A1 (it) Apparecchiatura di carotaggio
GB1563126A (en) Submergible pile driving method and apparatus for continuous operation
GB1600528A (en) Method for aligning two pipeline ends and apparatus for carrying out the method
NL7906629A (nl) Inrichting voor het uitvoeren van werkzaamheden aan een onder water liggende pijpleiding.
US3058311A (en) Floating oil well drilling equipment
CN218809999U (zh) 一种海底管缆扫测设备快速收放装置
NL2021801B1 (en) Fall pipe system
CN219707250U (zh) 一种可翻转调节的硬式扫床装置
US10710845B2 (en) Method of handing over a load, and an arrangement to hand over a load
JP4792022B2 (ja) 袋詰め土砂の沈設方法およびその装置
FI91790C (fi) Laite kelluvan öljypuomin asentamiseen veden pinnalle

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed