NL9400987A - Werkwijze voor het aanbrengen van betonnen heipalen in de bodem. - Google Patents

Description

WERKWIJZE VOOR HET AANBRENGEN VAN BETONNEN HEIPALEN IN DE BODEM

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van betonnen heipalen in de bodem, door het in de bodem brengen van een holle cilindrische paal, het vullen met wapening en beton van het inwendige van de paal en het uit de bodem verwijderen van de holle cilindrische paal.

In bebouwde zones is het niet mogelijk of ongewenst, in verband met opgewekte trillingen en daardoor mogelijke schade aan de fundering van de bestaande bebouwing, heipalen in de bodem te slaan.

Teneinde dit bezwaar te vermijden, brengt men holle cilindrische palen roterend of borend in de bodem en vult men het inwendige van de paal nadat deze de gewenste diepte heeft bereikt met wapening en beton. Daarna wordt de paal uit de bodem verwijderd.

Deze methode heeft als bezwaar dat, nadat de betonnen paal in de bodem is gevormd, door zetting de paal nog over zekere afstand verder de bodem in kan dringen. Een dergelijke zetting en met name de afstand waarover deze plaatsvindt, is voor alle palen van een fundering niet gelijk, zodat in extreme gevallen de fundatie uit de gewenste horizontale positie raakt.

De uitvinding beoogt dit bezwaar te ondervangen. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat op het in de bodem te drijven einde van de paal een van schroeflijnen voorzien einddeel wordt aangebracht, de paal roterend in de bodem wordt gedreven en tenslotte op de paal een slagkracht wordt uitgeoefend.

Doordat op de paal nog enige tijd "nageslagen" wordt, zal de cilindrische paal een zodanige zetting ondergaan dat het gevaar van het verder in de bodem indringen van de betonnen paal is vermeden. Aangezien het "naslaan" plaatsvindt nadat de gewenste dragende laag reeds is bereikt, zal de mate van trilling die in de bodem wordt opgewekt dermate gering zijn dat geen gevaar voor de bestaande bebouwing ontstaat.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een hei-installatie voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding.

De uitvinding wordt aan de hand van de tekeningen nader verduidelijkt.

In de tekeningen toont: de fig. 1-6 de verschillende fasen voor het inbrengen en het weer verwijderen van een cilindrische paal met een werkwijze volgens de uitvinding, en fig. 7 een voorkeursuitvoering van de hei-instal-latie voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding.

In de figuren 1 tot 6 wordt schematisch de wijze van aanbrengen van een holle cilindrische paal en het weer verwijderen uit de bodem aangegeven.

Op de paal 1, bekend onder de handelsmerknaam BOVI-PAAL, is een einddeel 2 geplaatst dat een puntvormig deel 3 alsmede een schroeflijnvormig deel 4 vertoont. Het einddeel 2 is door middel van een sleuf-nokverbinding 5 met de paal verbonden. De paal 1 wordt met behulp van een hydraulische rotatiemotor 6 geroteerd in de richting van de pijl PI en dringt zich "borend" in de bodem.

Bij het bereiken van de stand volgens fig. 2 wordt door middel van het heiblok 7 de paal "nageslagen" zodanig dat deze zich op bedrijfszekere wijze in de dragende laag in de bodem zet. Vervolgens wordt de wapening (fig. 3) en daarna betonmortel (fig. 4) in de holle paal gebracht.

Daarna wordt met behulp van het blok (fig. 5) de paal in trilling gebracht en gelijktijdig verticaal omhoog bewogen. De trilling heeft ten doel het beton te verdichten.

Het einddeel 2 is een verloren einddeel en blijft achter in de bodem. Uiteindelijk (fig. 6) is de holle paal geheel uit de bodem verwijderd en is de betonnen paal in de bodem gevormd. Eventueel kan indien nodig de kop van de paal op hoogte worden afgewerkt.

Fig. 7 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een hei-installatie volgens de uitvinding. Op de makelaar 8 is een hulpframe 9 geplaatst. Op het hulpframe 9 zijn roteerbaar rond respectievelijk de as 10 en 11 een hydraulische rota-tiemotor 12 respectievelijk een heiblok 13 aangebracht. Naar keuze kan door het zwenken in de richting van de pijlen P2 respectievelijk P3 de hydraulische rotatiemotor 12 of het heiblok 13 in de heipositie boven de paal 1 worden gebracht.

Zoals gebruikelijk kan in de richting van de pijl 14 het gehele frame langs de makelaar 8 in verticale richting worden verplaatst.

Claims (6)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van betonnen heipalen in de bodem, door het in de bodem brengen van een holle cilindrische paal, het vullen met wapening en beton van het inwendige van de paal en het uit de bodem verwijderen van de holle cilindrische paal, met het kenmerk, dat op het in de bodem te drijven einde van de paal een van schroeflijnen voorzien einddeel wordt aangebracht, de paal roterend in de bodem wordt gedreven en tenslotte op de paal een slagkracht wordt uitgeoefend.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het einddeel losmaakbaar met de paal wordt verbonden.

3. Werkwijze volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat het aantal slagen ongeveer honderd bedraagt.

4. Werkwijze volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het einddeel een verloren einddeel is.

5. Hei-installatie voor het uitvoeren van de werkwijze volgens conclusies 1-4, gekenmerkt door rond een op de makelaar aangebracht hulpframe, dat een rotatiemotor voor het roterend aandrijven van een paal en een heiblok voor het opwekken van een slagkracht draagt, zodanig dat naar keuze de rotatiemotor of het heiblok boven een heiposi-tie brengbaar is.

6. Hei-installatie volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de rotatiemotor respectievelijk het heiblok elk rond een verticale as zwenkbaar zijn.